• No results found

De Indiaanse visie: land cultuur, taal en mensenrechten

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De Indiaanse visie: land cultuur, taal en mensenrechten"

Copied!
28
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

De Indiaanse Visie:

land, cultuur

mensenrechten

N VERSLAG

(2)

Oe Indiaanse Visie: land, cultuur, taal en mensenrechten

EEN VERSLAG

Tijdens het 46e Internationale Congres van Amerikanisten, van 4 tot K juli 1988 in Amsterdam, organiseerde de Stichting MUSIRO een symposium op het gebied van geschiedenis, recht en sociale weten-schappen met deelname van Indiaanse en niet-lndiaanse deskundigen uit ver-schillende Amerikaanse en Europese landen. Het doel was een dialoog over de realiteit van uitbuiting en discriminatie waarin Indiaanse volken leven. Overeen-komstig de grondgedachte van M U S I R O , ging het vooral om, ruimte te scheppen voor de Indiaanse visie en stem met betrekking tot thema's als:

1. hel gebruik van natuurlijke

hulp-bronnen (land en water) en ontwikkelingspolitiek,

2. de culturele identiteit en haar rol in de maatschappij,

3. de Indiaanse talen en het

onder-wijs,

4. de mensenrechten van de

Indiaanse volken.

Het b l i j k t onmogelijk deze thema's te scheiden, aangezien ze steeds met elkaar verweven zijn. We kunnen niet spreken over o n t w i k k e l i n g zonder r e k e n i n g te houden met c u l t u u r , onderwijs, mensen-rechten en vice versa.

In het symposium, alsmede in vooraf-gaande en volgende discussies, werden specifieke situaties en perspectieven onderzocht. Uiteraard bestaan er van land tot land culturele en politieke ver-s c h i l l e n , e v e n a l ver-s in d o e l ver-s t e l l i n g e n over-e over-e n k o m s t i g dover-e wijzover-e van o n d over-e r d r u k k i n g en de m o g e l i j k h e d e n daar wat aan te doen. Toch is er een opvallende consis-t e n consis-t i e in uiconsis-tgangspunconsis-ten en s consis-t e l l i n g n a m e s van alle deelnemers aan het symposium. H i e r volgt een s a m e n v a t t i n g van deze ideeën, waarbij zoveel mogelijk de woor-den van de sprekers worwoor-den

aangehou-den.

Maarten Janxcn (Musiro) en Shawashnvc Wilson lYakima, V.S.)

inhoud

De Problemen Overheersing en geweld Economische uitbuiting Etnocide op school De v l u c h t e l i n g e n De m a c h t h e b b e r s De Geschiedenis De Koloniale Visie De Inheemse Visie 1 . W e r e l d b e s c h o u w i n g 1 1

2. Gezondheidszorg 12

3. De vrouw 12 4. P o l i t i e k e principes 13

(3)

DE PROBLEMEN

1. Overheersing en geweld

Het geweld tegen de Indiaanse

bevol-king begon met de massale genocide op de Caraïbische eilanden direct na de eerste reis van Columbus (1492) en duurt tot op heden voort. In landen zoals Guatemala en Peru zijn nu nog massale moordpartijen en wrede onderdrukking. Veel gemeenschap-pen zijn totaal vernietigd. Het leger treedt op als een militaire bezettings-macht in eigen land en als invallers en veroveraars op het platteland waar vooral de Indiaanse bevolking woont. Op dit moment is die militaire activi-teit het belangrijkste obstakel voor een normaal maatschappelijk leven. In Peru, waar de burgerbevolking slachtoffer wordt van een oorlog tus-sen het n a t i o n a l e leger en de revolu-tionaire beweging 'Lichtend Pad', is het aantal doden volgens officiële cijfers al tienduizend. Volgens niet-officiële bronnen en r e k e n i n g hou-dend met getuigenissen van familie-leden, zijn er v i j f t i e n d u i z e n d doden en vermisten.

In G u a t e m a l a heeft sinds 1954 de politiek van de heersende klasse veel slachtoffers geëist. Conservatief ge-schat meer dan 1000.000 doden, 38.000 vermisten, 210.000 weeskin-deren, 39.000 w e d u w e n , 46.000 vluchtelingen in het b u i t e n l a n d , 470 verwoeste dorpen, één miljoen men-sen van h u i s en h a a r d verdreven en twee miljoen personen die onder de gevolgen van de 'contra-insurgencia' politiek van het leger te lijden heb-ben gehad. De laatste jaren zijn de slachtoffers van deze politiek vooral onder de Indiaanse bevolking geval-len. Kinderen, vrouwen, ouden van dagen en mannen - allen vielen on-der de wapens van de massamoorde-naars.

Militairen hebben heilige plaatsen van de Indianen verwoest en mechanismen waarmee de gemeenschap zichzelf be-stuurde. Ze hebben met geweld 'Patrouil-les voor Zelfverdediging' ingesteld om de Indianen meer onderling verdeeld te maken, honderden Indiaanse vrouwen, waaronder kinderen, v e r k r a c h t , en heb-ben overlevenden van massamoorden in zgn. 'Ontwikkelingspolen' en 'Model-dorpen' (vergelijkbaar met concentratie-kampen) bijeengebracht. Daarnaast heb-ben ze in dorpen talrijke religieuze sek-ten lasek-ten infiltreren, die magisch denken cultiveren en dramatische verdeeldheid van de gemeenschap bewerken. Door indoctrinatie, controle op bewe-gingsvrijheid en handel, volkstellin-gen, vestiging van kazernes en

con-troleposten in dorpen en langs we-gen, wordt de bevolking onderde duim gehouden.

In andere landen, zoals Mexico, gebeu-ren de repressie en achterstelling verbor-gen, aangezien de staat zich inspant om een goed image te bewaren. Rechten en autonomie van onze gemeenschappen worden geschonden door de staatspolitie, die invallen doet in de dorpen, huizen van Indiaanse boeren b i n n e n d r i n g t , ve-len gevangen neemt zonder arrestatiebe-vel, martelt of geld afperst, en dwingt misdaden te bekennen die ze nooit be-gaan hebben.

De 'contra-insurgencia' campagne van het leger is niet anders dan een poging om met geweld nieuw leven te

blazen in een verouderd economisch en politiek systeem; het militaire ant-woord op verstoring van het sociale even-wicht, dat het gevolg is van kolonisatie en ontwikkeling van de kapitalistische economie. De onderdrukking en discri-minatie waaronder wij te lijden hebben, dienen gezien te worden in het kader van

de overheersende positie van de bour-geoisie en het sociaal-cultureel systeem, voortgebracht door het kapitalisme. Dientengevolge zien we dat er met India-nen in de politiek geen r e k e n i n g gehou-den wordt, dat onze igehou-dentiteit ontkend en cultuur ondergeschikt gemaakt wordt. Dit uit zich ook in de dubbele rol van de ladino- of mestiezenbevolking, die zowel deel is van de onderdrukkende c u l t u u r , als van de onderdrukte klassen. Het uit zich ook in ongebreidelde concurrentie en aanscherping van individuele belan-gen, een fenomeen dat inherent is aan het kapitalisme en een aanslag op het wezen van de Indiaanse cultuur. In Ayacucho in Peru is, volgens de offi-ciële volkstelling van 1981, 62% van de bevolking analfabeet. De provincie Vil-cas Huaman telt 49 Indiaanse dorpen zonder infrastructuur wat betreft wegen en communicatie. Er is één dokter op de 72.000 inwoners. Deze cijfers geven aan hoe het is met onderwijs, gezondheids-zorg, openbaar vervoer en communica-tie. Op dit moment wordt het departe-ment Ayacucho in het parledeparte-ment verte-genwoordigd door twee zonen van groot-grondbezitters. De Indianen, de meer-derheid van de bevolking, zijn geheel niet vertegenwoordigd. Hierin ligt de oorzaak van het geweld. We leven in een maatschappij, waar geen protest gehoord wordt als er 50 Indianen omkomen, maar ironisch genoeg staat alles op zijn kop wanneer één van de vertegenwoordigers van de regeringspartij wordt gedood.

2. Economische uitbuiting

In alle landen waar Indianen wonen,

worden de prijzen van de Indiaanse producten bepaald door de (niet-In-diaansc) opkoper of tussenpersoon, zodat zelfs de arbeidstijd niet vergoed wordt. Indiaanse boeren wil men in de zaaitijd geen verzekering geven voor hun gewassen en geen garantie voor de producten, onder het

voor-wendsel dat het gaat om zones van verhoogd risico. Traditionele gewas-sen worden verdrongen door aan-bouw voor de markt, waardoor de boer steeds meer van marktfluctuaties afhankelijk wordt. De economische interesse van het internationale kapi-taal zoekt voortdurend gelegenheid tol investeringen die wat opleveren.

(4)

catego-rie. Verwoesting van het tropisch regen-woud is één van de resultaten: terecht wordt dit beschreven als de grootste bio-logische ramp die de mens heeft veroor-zaakt. Door deze belangen kunnen wij. I n d i a n e n , niet beschikken over onze grondstoffen. We zijn slachtoffers op het punt van de erkenning en inscriptie van onze rechten op land en water, die wij sinds mensenheugenis hebben. Dit alles veroorzaakt gerechtelijke pro-blemen, ruzies en processen onder India-n e India-n , waIndia-nt de wetteIndia-n lateIndia-n oIndia-ns elkaar te l i j f gaan. Ondertussen m a k e n m i j n b o u w -maatschappijen en andere transnationals gebruik van de zwakheid van armen en onwetenden. Dit is de oorzaak van de vernietiging van onze gemeenschappen. We verliezen zo onze c u l t u u r , alle prak-tijkervaring en leefwijzen van onze ge-meenschappen, ceremoniën en gewoon-ten, muziek en technologie, gemeen-schapswerk en onze eigen taal. In het Noorden van Chili, hebben mijnbouwmaatschappijen zich een groot deel van de waterressources

van het hoogland toegeëigend, waar-door schade aangericht wordt aan de landbouw en vervuiling van het water zal optreden: het water dat voor mijn-bouw gebruikt wordt, is daarna on-bruikbaar en vergiftigd.

De economie van de Aymara's die daar wonen, wordt bovendien ernstig onder-mijnd door roof-export van de kameli-den. Die begon in 1983 met de komst van

Noord-Amerikanen die in dorpen llama's opkochten voor zeer lage prijzen. Naar schatting zijn er nu 8000 llama's en alpa-ca's weggehaald, bijna 9% van onze to-tale veestapel. Buitenlandse exporteurs opereren onder bescherming van de poli-tiek en maken fabuleuze winsten door export naar o.a. Engeland, Duitsland, Spanje, Israël en Nieuw Zeeland, elk met zijn eigen specifieke reden en nood-zaak: voor wetenschappelijke studie of als huisdier. Deze handel betekent 'brood voor vandaag en honger voor mor-gen'. De autoriteiten lijken dit niet in te zien, ze hebben geen enkele wet uit-gevaardigd ter bescherming van dit erf-deel van het Andesgebied.

Volkeren die met elkaar gemeen hebben dat anderen zijn binnengevallen en hen hebben onderworpen aan economische u i t b u i t i n g , hebben niet alleen hiertegen moeten vechten maar ook weerstand moeten bieden aan onderdrukking van c u l t u u r en taal. De inheemse mens leeft in een koloniale s i t u a t i e , die gekenmerkt wordt door economische uitbuiting, cul-turele overheersing, raciale en sociale discriminatie, manipulatie en politieke onzichtbaarheid. In verschillende aspec-ten kan deze toestand vergeleken worden met de apartheid in Zuid A f r i k a . In het mestiezendorp wonen we aan de rand, in de kazernes zijn we de gewone soldaat, in de huizen van de welgestelden de dienstboden. De positie die we i n n e m e n in maatschappelijke activiteiten is meestal achteraan: in de bus, in de mis, de processie, zelfs op de k e r k h o v e n lig-gen we apart.

De discriminatie is een complex feno-meen, is racistisch en machistisch (sexis-tisch, uitgaande van mannelijk superiori-teitsgevoel). De Indiaanse vrouw is drievoudig gekoloniseerd en wordt drievoudig gediscrimineerd: ah vrouw, als Indiaanse en als boerin. Haar strijd voor behoud van eigen cul-tuur verdient evenzeer belangstelling, steun en respect als de strijd voor emanci-patie.

Als een weerspiegeling van zijn eigen sociale t r a u m a , werpt de mesties zich op als een superman en gebruikt het indige-nismo (de regeringspolitiek t.a. v. India-nen) om zijn dialektische tegenpool, de Indiaan, uit te roeien en zijn superioriteit te laten voelen door middel van een hou-ding van machismo, dat begint met het machismo van de ranch-houder, van de regionale potentaat (cacique), van de burocraat en de politicus, van de intellec-tueel (hooggeschoolden, schrijvers, his-torici, ideologen, dichters etc.) en zijn hoogtepunt bereikt in valse verklaringen van presidenten van de Amerikaanse republieken, die het bestaan van India-nen o n t k e n n e n en stellen dat hun land het probleem van sociale ongelijkheid heeft opgelost door de I n d i a n e n te inte-greren in de nationale samenleving.

3. Etnocide op school

De discriminatie van Indiaanse vol-ken en culturen begint met de taal: het Spaans is de taal van de wet, van de rechter, van de pers, van de school, waar de kleine groep Indianen die toegelaten wordt alle onderwijs in het Spaans krijgt en men ons een ge-schiedenis leert waarin wij ons niet herkennen. Het onderwijs speelt een cruciale rol in deze situatie. Het feit dat vele Indianen zich niet goed kun-nen uitdrukken, en nog veel minder kunnen schrijven, in de ene taal en de andere, is te wijten aan 'verspaansing' (castellanización, Spaans-onderricht) op scholen en gebrek aan materialen waarmee het Spaans onderwezen kan worden als wat het is, een tweede taal. De k i n d e r e n wordt het Spaans bijgebracht, zonder rekening te houden met de moedertaal van hun etnische groep. Dit

onderwijs-model is een aanslag op Indianen vanaf hun zesde jaar, om hen uit hun eigen cultuur te stoten.

De w e r k e l i j k h e i d is een weerslag van deze onderwijssituatie. Steeds meer we-ten we van de stadscultuur en m i n d e r van ons eigen land, steeds meer van de we-reldgeschiedenis, minder van onze eigen geschiedenis, steeds meer dingen uit de stad kopen we, minder verscheidenheid aan voedsel en consumptie-artikelen produceren we zelf, steeds minder spre-ken we onze eigen taal terwijl ze ons op onze eigen school zelfs Engels onderwij-zen, steeds meer kijken we neer op onze eigen feesten en gewoontes. Kortom, steeds minder zijn we Aymara's, Maya's, Quechua's enz. en steeds meer zijn we afhankelijk geworden. De school staat voor 'modernisering' en daarmee voor stadscultuur als het beste

maatschappelijk model. Voor ons bete-kent die 'modernisering' vrijwel altijd meer a f h a n k e l i j k h e i d .

In Mexico en andere landen bestaan on-derwijsprogramma's met namen als 'Castellaniseringsprogramma' of 'Twee-talig en Bicultureel Peuter-onderwijs', maar het gaat steeds om het aanleren van de Spaanse taal. Deze programma's zijn erop gericht het culturele, lin-guïstische, sociale en politieke

(5)

mcstiezenmaat-schappij of aan de staat. Vele Indianen die halverwege in het onderwijs blijven steken, raken verward en verliezen zich in de ellende-gordels rond de grote ste-den. Sommige keren terug naar hun ge-meenschap om daaraan nieuwe kracht te ontlenen of om bij te dragen aan haar vernietiging.

4. De vluchtelingen

Eén van de reacties van de mensen op de uitbuiting, ontkenning en geweld, is gedwongen migratie, waardoor ze terecht komen in een conditie van gevluchte burgers in eigen land of in buurlanden. Deze vluchtelingen over-bevolken de marginale wijken van grote steden en leven in mensonte-rende omstandigheden, zonder werk of als goedkope arbeidskrachten, bouwvakkers of straatventers. Hun inkomen staat hen niet toe een basis-levensstandaard te hebben. Elke dag is een strijd om het bestaan en het in leven houden van gemiddeld vier kin-deren. Deze situatie wordt verergerd door de verantwoordelijkheid voor het onderhoud van en de steun aan familieleden of dorpsgenoten, die

hulp vragen in verband met de vervol-gingen of het gebrek aan sociaal per-spectief.

Ditzelfde horen we van Suriname. Daar heeft in de afgelopen jaren een groot deel van de Indiaanse bevolking (Caraï-ben en Arawakken) hun dorp moeten ontvluchten door de gewapende confron-tatie tussen het leger en de guerrilla van de 'Groep Brunswijk'. Ze hebben hun toevlucht gezocht in Frans Guyana of bij familieleden in Paramaribo. Daar wor-den ze systematisch vergeten door de autoriteiten, de internationale hulporga-nisaties en de publieke opinie.

Al deze vluchtelingen hebben te kampen met enorme problemen. Volwassenen en kinderen zijn de hele dag opeengepakt in een kleine ruimte, zonder iets te k u n n e n doen. Degenen die bij familieleden on-derdak gevonden hebben, krijgen te ma-ken met conflicten door dit leven. Er ontstaan irritaties, verergerd door voed-selschaarste en hoge kosten van levens-onderhoud in Paramaribo, die het heel moeilijk maken om grote gezinnen te

eten te geven. Onder evacué's zijn veel jongeren, jongens en meisjes, tussen 12 en 18 jaar. De meerderheid gaat niet naar school, heeft geen werk, geen inko-men. Er bestaat een duidelijk gevaar dat hun toekomst algemene verpau-pering, criminaliteit en prostitutie is. Uit gesprekken met betrokkenen b l i j k t dat allen zo snel mogelijk terug willen keren naar hun dorpen, maar ver-lies van huis, have en goed is het pro-bleem. Vele h u i z e n , scholen, gemeen-schapshuizen, winkels en kampen zijn stukgeschoten en verbrand.

Geweld heeft een einde gemaakt aan het normale dorpsleven. Daarom k u n n e n Indianen niet meer leven overeenkomstig hun culturele traditie; het voortbestaan is in groot gevaar. Al meer dan twee jaar kunnen de mensen niet werken op kosi-gronden en akkers. Visvangst stagneert, dorpseconomie bestaat niet meer. Daar-door hebben de mensen geen financiële middelen meer, met alle negatieve gevol-gen vandien. De uit Nederland verzon-den noodhulp komt vaak niet aan bij evacué's en vluchtelingen. De Indianen worden aan hun lot overgelaten.

Ahelino Cox Molina (Miskito, Nicaragua)

5. De machthebbers

Indiaanse volken zijn niet de oorzaak van hun problemen. Conflicten over land, bijvoorbeeld, zijn veroorzaakt door burocraten die een vernietigings-politiek toepassen op verschillende inheemse gemeenschappen door de één tegen de ander op te zetten. Be-wust zijn vanaf de koloniale invasie tot op heden geen oplossingen ge-bracht voor de landconflicten tussen de dorpen. Integendeel, al in de tijd van de Spaanse onderkoningen is aan verschillende dorpen hetzelfde stuk

land toegewezen. Ook nu nog wordt er geen oplossing gezocht voor lul historisch probleem.

Gegeven het exclusieve karakter van de macht hebbers, krijgt de meerderheid van de bevolking geen participatie in regelgeving, p l a n n i n g en beslissingen, nog veel minder de Indiaanse bevolking, die beschouwd wordt als derderangs bur-gers. Met een regering wiens ontwikke-lingspolitiek gefundeerd is op grillen en persoonlijke belangen van de president

(6)

greep heeft. Armen dragen hun kippen en laatste cent af. Ze legden ons het christendom op, dat we her en der in onze religie hebhen geïintegreerd. Nu is er een invasie bezig van verschillende kerkgenootschappen en sektes, die ons nieuwe verdeeldheid brengen. Indiaanse volken zijn traditioneel diep godsdien-stig. Dit m a a k t hen tot een makkelijke prooi van m a n i p u l a t i e door priesters. De macht die verschillende k e r k e n en sekten over onze mensen hebben is verschrikke-lijk en heeft enorme gevolgen voor onze emancipatie-strijd.

Colombia heeft een regering die ge-weld heeft geïnstitutionaliseerd, toe-staat dat het bloed in stromen vloeit en dat van één oppositiepartij al meer dan 500 actieve leden werden vermoord. Er wordt niets gedaan aan het feit dat alleen tussen januari en mei 198X al 2.359 doden vielen en 218 vermis-ten bij alle politieke en sociale groeperin-gen tesamen. In mei waren er in 9 depar-tementen protestmarsen van 81.000 boe-ren. In veel regio's is de macht geheel in h a n d e n van m i l i t a i r e n . Het is een rege-ring in oorlog met het volk. Het is een kreet om structurele veranderingen, waarop de heersende klasse antwoordt met oppervlakkigheden en k l e i n e wijzi-gingen in de ministersploeg, p l a n n e n en akkoorden tussen de verschillende frac-ties om de b u i t aan belangrijke posten zo bevredigend mogelijk te verdelen. Dit-zelfde gebeurt in andere landen. In de Verenigde Staten willen de In-diaanse s t a m m e n getuigenis afleggen aan het Congres en gedetailleerde bewijzen overleggen van de rampzalige situatie waarin ze leven en die een bedreiging vormt voor hun voortbestaan. Deze wordt veroorzaakt door incompetentie, gebrek aan ernst, toewijding en ervaring van advocaten van de ministeries van Binnenlandse Zaken en Justitie, die de Indiaanse stammen zich, zowel binnen de gerechtshoven als daarbuiten, ge-noodzaakt zien te accepteren. Resultaat: het is de Indiaanse stammen niet toegestaan klachten voor het gerecht te brengen en competente rechtsbij-stand wordt hen onthouden.

Wanneer we het woord nemen en zonder tussenpersonen onze standpunten naar voren brengen, worden we uitgemaakt voorsubversieven, communisten, tegen-standers van de 'natie'. De beste Indiaan is nog altijd de dode I n d i a a n , de Indiaan die zwijgt en zich schikt naar de wensen van zijn onderdrukker. Indianen die s t r i k t biologisch gezien nog in leven zijn, worden gebruikt als attractie voor toeris-ten of gehanteerd als marionettoeris-ten in ruil

vooreen miserabel handgeld, terwijl men hun land en n a t u u r l i j k e h u l p b r o n n e n afneemt. Door de oppositie worden ze uitgemaakt voor k l e i n b u r g e r l i j k , aange-zien ze niet de 'revolutionaire weg' van arbeiders en boeren volgen, zoals de dogmatische stromingen van links willen, die ongevoelig zijn voor het feit dat de Indiaan het land als meer ziet dan alleen een materieel productiemiddel.

Het is het concept van de nationale staat zelf, met haar geschiedenis van m i l i t a i r e veroveringen, dat het grootste s t r u i k e l -blok is voor de verkrijging van rechten door de I n d i a n e n . Een f u n d a m e n t e l e veronderstelling is dat de nationale soe-vereiniteit voldoende garantie is voor de v e r w e r k e l i j k i n g van de mensenrechten. Voor sommige volken kan dit ten dele waar zijn, maar voor andere zijn het juist de staat zelf en haar instituties die de grootste bedreiging voor de grondrechten vormen.

Op nationaal en i n t e r n a t i o n a a l n i v e a u wordt politiek bepaald door de machti-gen, die nooit I n d i a n e n zijn: hun politiek gaat voorbij aan belangen en aan de stem van Indiaanse volken. Hier vinden we de grote leugen van de internationale diplomatie, die wil dat regeringen elkaar respecteren en samenwerken, zonder ter discussie te stellen in hoe-verre zij legitiem zijn en de belangen van hun volken vertegenwoordigen. In het geval van de Indiaanse volken is het duidelijk dat regeringen van de lan-den waarin ze leven zich gedragen als koloniale macht. Bovendien kan er geen democratie bestaan onder de

economi-sche politiek van het I n t e r n a t i o n a l e Mo-netaire Fonds, die bepaalt dat landen zich dienen te schikken naar de belangen van de wereldbank en die de armste lagen van het volk laat betalen voor de schul-d e n l a s t , waarvoor wij niet verantwoorschul-de- verantwoorde-lijk zijn, maar die veroorzaakt is door slechte administratie en corruptie van overheid en zelfverrijking van enkelen ten koste van roofbouw op n a t u u r l i j k e bronnen.

Het kader van de i n t e r n a t i o n a l e mensenrechten heeft zijn oorsprong in o n t w i k k e -lingen in West Europa en de Verenigde Staten vanaf de 17e tot de 20e eeuw. Als reactie op het feodalisme werd de mens gezien als een autonoom i n d i v i d u die n a t u u r l i j k e rechten bezat, o n a f h a n k e l i j k van de wil van vorst of specifieke wetge-ving. Deze vonden hun u i t d r u k k i n g in o.a. de Engelse Verklaring van Rechten (1627), de A m e r i k a a n s e O n a f h a n k e l i j k -heidsverklaring (1776), het Amerikaanse Statuut van Rechten (1791) en de Franse Verklaring van de Rechten van de Mens en de Burger (1789). De ideologische basis van deze verklaringen kan men omschrijven als 'individualisme met ver-antwoordelijkheidsgevoel'. Het individu wordt gezien als centrum van de verant-woordelijkheid. In de p r a k t i j k waren de economische activiteiten vaak gefun-deerd op 'accumulerend individualisme'. Het i n d i v i d u is dan het centrum van be-zit. De antropocentrische visie op men-senrechten (waarbij de mens centraal staat) kon niet genoeg bescherming bie-den tegen destructieve gevolgen van de 'accumulatie-maatschappij'.

(7)

DE GESCHIEDENIS

Op 12 oktober 1992 is hel vijf eeuwen geleden dat Christoffel Columbus op het eiland Guanahani aankwam, op zoek naar de Khan van China met een voorstel van de 'Katholieke Koningen' van Spanje tot een alliantie tegen de 'Moren', om een goede markt te zoeken voor de groeiende Europese handel, en om het christendom te verbreiden, als een abso-lutistische en exclusieve religie.

V a n u i t Europees s t a n d p u n t betekende de reis van Columbus de 'ontdekking van A m e r i k a ' , wat voorbij gaat aan de rech-ten van inheemse volken, die het conti-nent meer dan 30.000 jaar eerder ontdek-ten en b e v o l k t e n . De uitdrukking 'ont-dekkingsreizen ' is dan ook een bele-diging voorde Indianen. Vandaag spreken velen, vooral de mestiezen, lie-ver olie-ver deze gebeurtenis als 'de ontmoe-ting van twee werelden', daarmee voor-b i j g a a n d e aan het leed en onrecht dat erdoor veroorzaakt werd. Voor de India-nen was het een onrecht dat erdoor ver-oorzaakt werd. Voor de Indianen was het een begin van invasie en verkrach-ting, die genocide (volkerenmoord), roof en vervreemding met zich bracht. De reis van Columbus was het begin van kolonialisme, en symbolisch voor de rela-ties van ongelijkheid tussen de volken van deze aarde, die toen tot stand zijn gebracht en tot op heden voortduren. De Europeanen - Spanjaarden, Portuge-zen, Engelsen, N e d e r l a n d e r s , Fransen en anderen - m a a k t e n zich meester van een enorm gebied wild bergland met moeilijke passen en kloven, deels vrucht-baar en v l a k , vol h o n i n g en maïs, fruit en prachtige t u i n e n van lelies, anjelieren en schitterende bloemen en r i j k d o m m e n , die dienden als tooi voor altaren van Spaanse goden. Het kruis en het zwaard begonnen in 1492 de grootste genocide en cultuurmoord, ooit be-gaan door een imperium in de mense-lijke geschiedenis. Wetten werden weg-gevaagd, ontkend en v e r k r a c h t door een expansieve maatschappij, die een aggres-siever mensbeeld had dan het onze. De stem van de I n d i a a n s e volken telde niet, er werden bevelen uitgedeeld van hoger h a n d , overeenkomstig bij machthebbers levende inzichten over wat goed was voor Indianen, zonder rekening te houden met hun specifieke k a r a k t e r .

Door de kolonisatie werd deze plunde-ring geconsolideerd. De onderwerping van Indianen werd goedgepraat: toen de Spanjaarden o n t d e k t e n dat er grote te-genstellingen bestonden tussen hun cul-tuur, o p v a t t i n g e n en waarden en de onze

overlaadden ze ons met beledigingen: k a n n i b a l e n zonder recht of wet, kleren en schaamte, moordzuchtig, dronkelap-pen, o n d a n k b a a r en ongehoorzaam, zon-der god en gebod, verrazon-ders, wreed en wraakzuchtig, lui en vijanden van de religie. Sinds toen staan we ook te boek als onwetend, a c h t e r l i j k , b r u u t , onschaafd. Talen werden verboden en be-streden, goden veranderd, h u t t e n en gewassen verbrand. Zoals dat ook nu nog gebeurt.

Met de komst van de Spanjaarden begon een proces van achteruitgang, verlies aan kennis, teruglopend geloof in gewoontes en denkbeelden, afwijzing van onze ma-nier om te leven. Onze c u l t u u r , geba-seerd op de band met aarde en n a t u u r , met Pachamama (Moeder Aarde) en patroongodheden, brokkelde af als een huis zonder fundering. En ons onderwijs, ons opvoedingssysteem? Wijzen, pries-ters en medici werden vervolgd als de voornaamste vormgevers van de ziel en het gevoel van de Indianen, door de Spanjaarden als afgodendienaars bestem-peld. Zo werd onze kennis verminkt en naar de marge van de samenleving verdreven. Een systeem werd ons opge-legd, dat met steeds meer precisie het Westen imiteerde: eerst de school voor adelijke hoofden, daarna voor Indianen in het algemeen.

Het koloniale systeem deed zozeer af-breuk aan onze menselijke waardigheid dat men ons slechts beschouwde als goedkope arbeidskrachten. Door deze u i t b u i -ting werd ons aantal gedecimeerd en onze volken verdreven naar uithoeken van het land. Hetzelfde gebeurde elders. In de Verenigde Staten was de genocide bijna compleet en werden overlevenden opge-sloten in reservaten. Bijvoorbeeld de Yakima's: krijgers, vrouwen en k i n d e r e n werden aan het eind van de 18e eeuw uitgemoord. Tenslotte moesten ze in 1855 een verdrag sluiten met de V.S. bekend als het Verdrag van Walla Walla. Er werden grenzen vastgesteld die slechts een oppervlakte van 1,4 miljoen acres overlieten: en deze neemt gedurig af. Wij vroegen niet om in een reservaat te worden ondergebracht, maar nu dat een-maal gebeurd is, strijden wij voor het behoud van het weinige land dat ons rest. Met de verovering en kolonisatie begon de inbreuk op de mensenrech-ten van Indiaanse volken. Sommigen zeggen dat het gewaagd is om van 'men-senrechten' te spreken in de 16e eeuw, aangezien dit geen deel u i t m a a k t e van het juridisch en politiek vocabulair.

Spanjaarden werden bewogen door een superieure moraal, een religieuze missie van goddelijke en rechtmatige aard, die men moet begrijpen in termen van toen en niet in het licht van huidige juridische, politieke en morele concepten. N a t u u r -lijk s t e e k t er wat waars in, maar in alge-mene termen is dit niet acceptabel. Hoe rechtmatig de veroveraars, cncomenderos (koloniale l a n d h e r e n ) en missionarissen de eigen handelswijze ook vonden, in w e r k e l i j k h e i d zouden ze deze zelf nooit accepteren. Reeds toen mat de 'bescha-ving brengende' Europeaan met twee maten. Wat 'goed' en 'noodzakelijk' was voor de Indianen, was dat niet voor de Spanjaarden zelf. De beschaving bren-gende en universalistische missie van het christendom en het Westen was - en is dat gebleven - een masker ter bedekking van de expansiedrang van het mondiale kapitalistische stelsel.

(8)

geest te knechten, en ook nu maakt het imperialisme daarvan gebruik om ver-deeldheid te zaaien. Zo zijn er mixe-dor-pen (in Mexico), maar zij zijn zeker niet de enige!, waarin tien verschillende sek-ten actief zijn, en elk van hen bestrijdt direct en indirect de fundamentele princi-pes van de gemeenschap.

De Spanjaarden bevestigden hun macht door controle over vitale grondstoffen en door onderdrukking, maar de echte bron van hun macht was ideologische controle over Indiaanse massa's. De missie was het belangrijkste instrument voor verovering en kolonisatie. Van hun kant lieten de I n d i a n e n veroveraars niet binnen in hun intieme wereld. De In-diaan nam alleen van het christendom over wat hem goeddacht en behield zijn geloof in de krachten van de n a t u u r . Zo werd passief verzet geboren, dat zich ontwikkelde tot methode en handigheid om te overleven. Zo begon kennis van onze voorouders te circuleren als onder-gronds water, dat men niet ziet maar wel bestaat. Zo begonnen ook twee soorten onderwijs in ongelijke verhouding naast elkaar te bestaan: het officiële gericht op vernietiging van de Indiaanse wereld, en het verborgene dat weerstand biedt. Het Indiaanse verzet tegen aggressie van buiten is weinig bekend, want de officiële geschiedschrijving baseert zich op reli-gieuze stromingen en op liberaal denken. Aanvankelijk waren officiële historici priesters, die allerlei rijken schiepen en poogden onze geschiedenis naar Euro-pees voorbeeld te boetseren. Liberale intellectuelen die na hen kwamen, gaven vooral aandacht aan 'grote m a n n e n ' , met voorbijgaan aan de protagonisten van onze geschiedenis, de Indianen. Voor de Indiaanse organisaties is het be-langrijk met kracht de herschrijving van onze geschiedenis ter hand te nemen, die bestaat uit de lange en met wijs beleid gevoerde strijd om het hoofd te bieden aan buitenlandse aggressie en die te overleven.

Wij hebben nooit afstand gedaan van de soevereiniteit, die sinds onheugelijke tijden aan onze voorouders heeft toebe-hoord. Onze recente geschiedenis is er één van constante strijd ter verdediging van onze soevereine rechten, hetzij tegen sportjagers, kolonisten, i n d u s t r i ë l e n , hetzij tegen volksvertegenwoordigers van links of rechts, die allen steeds een begerig oog op onze landen en grondstof-fen hebben laten vallen.

Het is interessant om te zien hoe in ver-schillende gebieden, zoals in Peru, de economische crisis, die zwaar weegt op

(9)

DE KOLONIALE VISIE

De Indianen zijn hel meest bekende volk »p aarde. We zijn beroemd, soms om bijzondere gaven, we worden met een mystiek waas omgeven volgens de mode van het moment en de fascinatie van het exotische. Het vreemde is dat, hoewel deze ideeën aan de Indianen ontleend worden, ons niet het recht gegund wordt op een eigen identiteit. Men ontzegt ons het recht om restitutie te vragen van wat werd ontnomen, men ontzegt ons zelfs het recht om ons te verdedigen als men ons imago verminkt.

De Europese overheersing en incorporatie van het continent veroorzaakten o n t -wrichting van menselijke r e l a t i e s , met alle traumatische consequenties voor heide partijen. Het is belangrijk te besef-fen dat de Europese visie en h o u d i n g t.a.v. Indianen bepaald worden door een geschiedenis van verdringing van een slecht g e w e t e n , beelden die ontworpen werden om het 'exotische' b i n n e n de Europese (Middeleeuwse) horizon in te passen, allerlei rechtvaardigingen en andere verband houdende fenomenen. De verhouding tot de Ander was de basis voor het systeem van overheersing dat Spanjaarden in Amerika vestigden. De o n t k e n n i n g van de Ander, d.w.z. van de Indiaan, zijn cultuur en zijn menszijn, was typerend voor de kolonisatoren, en deze o n t k e n n i n g van de Ander werd de basis van de Spaanse heerschappij, on-d e r on-d r u k k i n g en u i t b u i t i n g van inheemse volken. Ontkenning van de Ander is de eerste en meest fundamentele schending van mensenrechten. Gedurende de eeuwen die volgden op de verovering werd veel gedebatteerd over de veronderstelde ' i n f e r i e u r i t e i t ' van de 'Nieuwe Wereld', een debat dat grote invloed had op de w e t e n s c h a p p e l i j k e studie van dit deel van de aarde. Een a n d e r e invloed was die van o n t w i k k e l i n g van ideeën over de klassenstaat of een staat zonder klassen ( U t o p i a en uto-pieën). Steeds werden Indiaanse c u l t u r e n als dood beschouwd: een visie die gecom-bineerd werd met sociale discriminatie van overlevende I n d i a n e n . Hen werd elke band met culturele waarden van hun voorouders ontzegd.

De wil om het vreemde te incorporeren, mét de verachting voor de levende conti-nuïteit van de Indiaanse c u l t u u r , heeft een grote rol gespeeld in hel lot s t a n d komen van fantastische speculaties, van t h e o r i e ë n over Mu of Atlantis tot de astrale duiding van de mythologie. Deze speculaties b e s t a a n ten dele tot nu toe.

bijv. waar men zoekt trans-oceanische contacten tussen de Aziatische bescha-v i n g e n en het Amerika bescha-van bescha-vóór Colum-bus aan te tonen. Door leken geopperd zijn z u l k e fantasie-theorieën snel alge-meen o n t m a s k e r d . Moeilijker is dat als academici dergelijke gissingen hardnekkig en autoritair als weten-schap poneren. Zij staven ze met valse bewijzen en door m a n i p u l a t i e van bron-nen. Een gevaar schuilt in klakkeloze o v e r n a m e van dergelijke formuleringen in populair-wetenschappelijke literatuur als vaststaande feiten. Veelvuldig her-h a a l d maar n i e t kritischer-h getoetst komen ze u i t e i n d e l i j k in schoolboeken terecht en bepalen het beeld bij een groot deel van het publiek.

Roilalfo Slti lM<:\icol

F e i t e n , uil hun c u l t u r e l e context (van toen en nu) gelicht, laten zich simpel inpassen in subjectieve hypothesen en onjuiste d u i d i n g e n . Sommige auteurs wandelen in de mist van eigen misver-standen, anderen trachten zich te profile-ren door te snelle interpretaties en on-rijpe ' o n t d e k k i n g e n ' of zijn gewoon char-latans. Veel gekunstelde argumenten /ijn gebaseerd op een impressie een gege-ven, zonder r e k e n i n g te houden met com-plete i n f o r m a t i e , omdat men die n i e t kent of omdat niet alle bronnen adequaat t o e g a n k e l i j k zijn. De o p s t e l l i n g van zulke fantasieën is niet a l l e e n van hel v e r l e d e n , maar komt nu nog voor. in een waar broeikaseffect van a-historische visies. Ze stoelen u i t e i n d e l i j k op een reeds en-demisch geworden w a n t r o u w e n tegen een o n a f h a n k e l i j k e c u l t u r e l e i d e n t i t e i t . Terecht wordt dit 'westers racisme' ge-noemd. In dit ideologische kader worden beschikbare gegevens gepast als in het s p r e e k w o o r d e l i j k e bed van Procrustes.

In de meeste studies, vooral in sociale wetenschappen (antropologie, geschiede-nis) worden focus en p r o b l e m a t i e k be-paald door het Westen, in termen van algemene filosofieën over de mens, zijn d e n k e n en gedrag. Deze h o u d i n g leidt tot een i n t e l l e c t u e l e u i t b u i t i n g . De In-dianen zijn hel object, zonder in-spraak te krijgen of er baat bij te hebben. Sterker, in de heersende klasse is de bezigheid met 'exotische' cultuur een mechanisme geworden om aandacht af ie leiden van sociale werkelijkheid, naar een niet-politiek v l a k , nl. naar dat van de consumptie-maatschappij. Hel publiek in hel Westen k e n t onze r e a l i t e i t n i e t . Zij leven, zeer aangenaam, in een wereld van totaal-consumisme. En bewust of o n b e w u s t zijn ze bang dat zij, wanneer ze iets van dat leven zouden delen met andere l a n d e n , zelf arm zou-den worzou-den. Zij houzou-den ervan te k r i j g e n , maar niet om te geven. En als ze al ge-ven, dan is het een aalmoes. En ze vinden het ook n i e t l e u k om dat toe te geven. Daarom hebben ze rechtvaardigingen b e d a c h t , om vooral rustig te k u n n e n b l i j ven genieten van opgehoopte r i j k d o m -m e n , zonder zich zorgen te -m a k e n o-m de rest. Ze geven de armen gewoon de schuld van hun armoede.

(10)

e l i m i n e r e n en sprekers daarvan 'ver-spaansen'. Deze s t r o m i n g is te identifice-ren met de Spaansgeoriënteerde bour-geoisie, wier houding tegenover Indianen afstandelijk is, vol discriminatie en haat. Hoewel deze groep in aantal sterk is afge-nomen, blijft ze in veel landen een beslis-sende economische en politieke factor. De volgende stroming is op religieus ge-bruik van de taal gericht. Voorlopers van deze stroming kwamen tegelijk met de veroveraars: zij werden de eersten die de talen omschreven met het alfabet, en woordenboeken, grammatica's en cate-chismussen schreven voor de evangelisa-tie van I n d i a n e n . Verdedigers van het koloniale systeem roemen de taaistudie van deze missionarissen, om de invasie en ideologische overheersing van in-heemse v o l k e n te rechtvaardigen. Maar vergeten dat deze studies verricht werden ten bate van de Invasoren. Voor I n d i a n e n werden alleen teksten met religieuze propaganda opgesteld: gebeden, cate-chismussen, preken enz. Dit geldt zowel voor m o n n i k e n uit de 16e eeuw als voor protestantse zendelingen van nu, van bijvoorbeeld het Summer Institute of Linguistics (Wycliff bijbelvertalers), die net zo erg koloniale t a a l k u n d e bedrijven. In de p r a k t i j k gaat het om een studie van f o n e t i e k , morfologie en syntaxis om met die kennis de religie van heersende klas-sen te k u n n e n opleggen aan I n d i a n e n . Nooit wordt deze kennis aan India-nen gegeven om voor eigen studie of interesse te gebruiken.

Een derde stroming is het indigenismo (integratiepolitiek van de regering), dat zich enigszins tolerant opstelt (men gaat ervan uit dat kennis van Indiaanse cul-t u u r en cul-talen goed is voor musea en om enkele mysteries te ontraadselen), maar de houding ten opzichte van de sprekers der Indiaanse talen is uiterst paternalis-tisch. Voor de aanhangers, de indigenis-tas, is de Indiaanse taal - als gesproken realiteit - een handicap en struikelblok voor vooruitgang en nationale integratie. Deze stroming is te identificeren met de middenstand; haar politieke oriëntatie staat te boek als 'progressief en democra-tisch'.

Tenslotte is er een stroming - hoewel met weinig aanhangers - die we die van de 'Indianisten' k u n n e n noemen. Deze trad op de voorgrond vanaf de jaren '70, met als doelstelling wederopbouw van het oude Inca Rijk (Tawantinsuyu). Zij geloven blindelings in de superioriteit van de Indiaanse taal, zijn p u r i s t e n , zoe-ken zelfs naar een andere schrijfwijze, maar schrijven hun studies in het Spaans en d r u k k e n hun gedachten ook in het

Hazel Law Blanco (Miskita, Nicaragua), Parlementslid.

Spaans uit. Zij zijn radicaal, anti-Spaans, en verwerpen westerse modellen. Tot nu toe is de wetenschap de koloniale structuur niet te boven kunnen komen. Inheemse volken zijn niet meer dan het object van studie. Toch dient dat heel anders te zijn. Elke onderzoeker zou deel moeten zijn van het volk, dat hij onderzoekt. Regel zou moeten zijn dat onderzoekers hun studie steeds samen met ons doen, en n i e t , zoals gebruikelijk, over ons en zonder ons. Ook is het be-langrijk dat Indiaanse specialisten in verschillende t a k k e n van wetenschap worden opgeleid. Deze dienen dan deel te k u n n e n nemen aan i n t e r n a t i o n a l e con-gressen en nationale i n s t i t u t e n . Tot nu toe hebben I n d i a n e n te weinig toegang tot scholing en studie, en de Indiaanse deskundigen die er z i j n , worden terzijde geschoven en achtergesteld

Ik wil niet vervallen in een soort Indiaans nationalisme. Onze c u l t u u r heeft haar waarden, m a a r is niet v o l m a a k t en kan ook niet blijven zoals ze is: ze is niet sta-tisch maar dient zich te ontwikkelen, zoals alle c u l t u r e n , met inpassing van technologische en intellectuele revolu-ties. Onze eigen traditionele technologie is b e l a n g r i j k , maar we moeten haar ver-beteren en n u t t i g gebruik m a k e n van internationale moderne technologie. Onze traditionele medische wetenschap is belangrijk, maar wij hebben evenzeer behoefte aan vooruitgang en faciliteiten van westerse geneeswijzen. Onze taal is belangrijk, zoals het ook belangrijk is die creatief te gebruiken en te ontplooien in literatuur en informatica. Maar het is ook belangrijk andere talen te k e n n e n , vooral die van hen die ons onderdrukken.

Wij k u n n e n ons geen traditionalistisch isolement veroorloven, terwijl anderen voortgaan en toenemen in kennis, tech-nologie en macht. Wetenschap d i e n t gebruikt te worden voor beter begrip, ontwikkeling, vooruitgang en harmonie van volkeren, om een einde te maken aan ongelijkheden waarin de wereld en met name Indiaanse volken gedompeld zijn.

Een overduidelijke uitdaging voor wetenschapsmensen vormt het nieuwe denken over ontwikkeling. Meestal wordt ' o n t w i k k e l i n g ' synoniem gebruikt met 'vooruitgang'. Daarmee doelt men dan op de productiecapaciteit: de economische structuur bestaat uit de productie-factoren, die ter beschikking staan om noden van de bevolking te bevredigen. Schaarste aan kapitaal is daarbij een f u n d a m e n t e l e beperking. Investeringsplannen, gecombineerd met technologische v e r n i e u w i n g , m i k k e n op productief maken van n a t u u r l i j k e h u l p -bronnen van het b e t r o k k e n land. In dit verband bestaat de sterke tendens om zowel n a t u u r als cultuur op te offeren. Deze verwoesting van het milieu heeft als consequenties: verwoestijning, ern-stige droogten, vervuiling, vergiftiging en minder weerstand tegen z i e k t e n . En ecocide (natuurmoord) gaat m e e s t a l hand in hand met etnocide ( c u l t u u r -moord).

Tegenover dit concept is recent een ander o n t w i k k e l d , nl. dat van 'sustainable deve-lopment', waarbij het n a t u u r l i j k milieu niet gezien wordt als een marginale voor-waarde, maar als de onmisbare structuur waarop economische activiteiten steu-nen. Het ' B r u n d t l a n d rapport' van de World Commission on Environment and Development van de Verenigde Naties is nog tamelijk optimistisch over mogelijk-heden om bescherming van het natuurlijk milieu te combineren met klassieke eco-nomische o n t w i k k e l i n g . Maar 'sustaina-bility' vereist ten eerste het terugwinnen, herstellen en preserveren van dat milieu. Als de term 'ontwikkeling' van toepas-sing is, dienen we te spreken van kwalita-tieve o n t w i k k e l i n g , gemeten in termen van kwaliteit van het leven in plaats van gebaseerd op marktwaarde van het Bruto Nationaal Product per hoofd van de bevolking.

(11)

DE INHEEMSE VISIE

1. Wereldbeschouwing

Er zijn divers? Indiaanse visies op de ontwikkeling run het platteland, en daar moeten we rekening mee hou-den. Deze gezichtspunten doen -ich voor oinilut er geen 'klassenloze In-diaanse gemeenschap waarin iedereen gelijk is' bestaat (en ook nooit heeft bestaan). Dal i\ een romantisch beeld dat wel de culturele waarden van de Indiaanse gemeenschap weerspiegelt en het beeld dat men van zichzelf heeft, inaiir met altijd correspondeert met de realiteit of met het gedrag van leden in die gemeenschap. Indianen vergelijken met die van arme en be-rooide Indianen, hoeren zonder huis. handel of vast inkomen. Zo moeien wij ook rekening houden met verschil-len in visie lussen Indianen die in de stad leven en Indianen op het platte-land, mannen en vrouwen, intellec-tuelen of specialisten en ongeschool-den. Ik geloof dat alleen door het on-derzoeken van deze visies een proces van rurale ontwikkeling op basis van een werkelijke dialoog kan plaatsvin-den (op de manier van Paulo Freire), binnen de eigen Indiaanse context en door Indianen zelf.

Wel kan men basisprincipes vinden van een 'Indiaanse visie': idealen, ethische normen en filosofische principes waartoe verschillende Indiaanse culturen zich b e k e n n e n . Voor een Mixe-indiaan, bij-voorbeeld, geldt dat j ä ä ' y , ofwel 'mens' niet het enige wezen is dat gevoel heelt en kan spreken. Dat idee vinden we steeds in Indiaanse talen en filosofie te-rug. De mens is slechts een van de wezens in de n a t u u r , ook planten, water, rotsen, bergen, e.d. herbergen en uiten leven en gevoel. De bijzondere kwaliteit van j a a ' y is dat hij dit alles ook van de anderen kan voelen, overdenken en tot u i t d r u k k i n g brengen. Maar daarom pretendeert hij nog niet het centrum van het heelal te zijn of de hoofdrol te spelen in een antro-pocentrische maatschappij (een maat-schappij waarin alles alleen om de mens draait).

Indianen gaan er vanuil dal hel be-slaande leeft en dat het leven van allen gelijkwaardig is. De aarde neemt hierin een b e l a n g r i j k e plaats in: Indiaanse volken zien haar als Moeder. Wij zijn geboren uit haar schoot, zij voor-ziet ons van voedsel en neemt ons op in haar binnenste wanneer wij sterven, le-der onle-derdeel van de Schepping draagt

de geest van de Schepper in zich. De mens is ook onderdeel van de Schepping. een wezen dat bedeeld is met speciale waardevolle kwaliteiten en zich bewust moet / i j n van /ijn verantwoordelijkheid voor de natuur die hem is toevertrouwd. Hij moet zich tegenover de n a t u u r met respect gedragen. Hij dient de aarde niet te onderwerpen om zich ten koste van haar te verrijken, maar heeft met haar een band van wederzijdse samenwerking. Dientengevolge definiëren wij de termen 'winst' of 'verlies' niet in economische maar in inmateriële zin.

De akker vormt niet alleen het centrale aandachtspunt van I n d i a n e n , het is hun wervelkolom. De a k k e r betekent: onaf-h a n k e l i j k onaf-h e i d , onaf-h e t k u n n e n onderonaf-houden en voeden van een vrouw, kinderen en ouders. De a k k e r b e t e k e n t : niet sterven van honger. Recht op land betekent niet alleen grondbezit als een concreet pro-ductiemiddel, de aarde is de vitale r u i m t e die de I n d i a a n s e gemeenschap nodig heeft voor voortzetting van cultuur, want z i j is de meest primaire factor in onze wereldbeschouwing. Wij hebben a l t i j d respect gehad voor n a t u u r l i j k e v e n w i c h t . De e r k e n n i n g van het recht op vruchtge-bruik, begint bij respect voor i n t i e m e samenhang tussen de belangrijkste ele-m e n t e n van het ecosysteeele-m: zon, water, planten en dieren. Onze traditionele opvoeding heeft ons geleerd de leef-ruimte van dieren Ie beschermen: van hen zijn wij afhankelijk voor ons voedsel.

R i t u e l e n uitgevoerd bij de landbouw zijn zo uitvoerig en g e d e t a i l l e e r d en zo'n es-sentieel deel van de agrarische be/ighc-den dat wij k u n n e n spreken van een 'sym-bolische technologie'. Deze term sluit aan bij het gevoel van Indianen en slaat op een integraal liturgisch systeem. In de Andes is dit bijvoorbeeld goed te zien. De eigen technologie met haar dubbele dimensie - een empirische en symboli-sche heeft zich kunnen o n t w i k k e l e n in de context van de Indiaanse religieuze we-reldbeschouwing, die gekristalliseerd is in de mythologie.

Met de Bijbel in de hand werpt de Euro-peaan zich op als heer en eigenaar van de wereld. Hij ziet de Schepping als het ge-heel aan beschikbare materialen, die hem ten dienste staan. De Indiaanse my-the, daarentegen, presenteert de mens als k i n d van de aarde, en broeder van

andere schepselen, zoon van dezelfde moeder. Daarom is zijn relatie met de n a t u u r er niet één van macht en overheersing, maar van respect, d a n k b a a r -heid en v e r a n t w o o r d e l i j k h e i d voor die-ren, p l a n t e n , water, bergen en aarde. Het vee. QAURA-ALLPACHU. is voor de Aymara's bijvoorbeeld niet alleen een economisch m i d d e l , maar ook een bron van c u l t u u r , die al duizenden jaren onze levenswijzen voedt. Als wij dit verliezen, blijven wij achter als weeskinderen, afge-sneden van d a t g e n e wat traditioneel de sociale u i t d r u k k i n g s v o r m e n van onze dorpen voedt, en telkens opnieuw tot bloei brengt. Zo maakt het water i n h e -rent deel uit van de religie, c u l t u u r en geschiedenis. Water, grond en gemeen-schap kunnen niet gescheiden wor-den. De Lakota's zeggen: WATER IS LEVEN (Mini Wiconi). Tijdens de Schepping was het water de eerste heilige gave. Het wordt beschouwd als Medicijn en is in harmonie met de andere zes ga-ven van de Schepping.

In onze c u l t u u r waren geen wetten om de omringende wereld in stukken te delen en onderwerpen of om de waarde van onze medemensen te meten in termen van wat de geïnvesteerde energie op-brengt. Onze wetten waren gebaseerd op principes van verantwoordelijkheid die iedereen heeft ten aanzien van zijn mede-mens en de natuur. Wie hier op een op-pervlakkige manier mee omgaat is een barbaar in onze ogen. Indiaanse beschou-wingen over grondrechten zijn ecocen-trisch en sociocenecocen-trisch, m.a.w. de na-t u u r en de gemeenschap sna-taan c e n na-t r a a l . Het menselijk leven vindt zijn oorsprong in Moeder N a t u u r ('pacha mama'), die het gemeenschapsleven voedt. Een kern-begrip is respect: respect voor de natuur, voor tradities. Dit heeft een houding t . o . v . w e t g e v i n g tot gevolg die meer ge-baseerd is op plichten dan op rechten.

(12)

2. Gezondheidszorg

De beschreven Indiaanse visie op na-tuur en positie van de mens daarin, heeft consequenties voor ideeën over gezondheid. Regeringen in betrokken landen richten de gezondheidszorg op het bestrijden van symptomen door toedienen van medicijnen als iemand ziek is en niet op het daadwer-kelijk behandelen van de ziekte. De weinige ziekenhuizen die bestaan, hebben niet genoeg personeel en kun-nen slechts 12% van de bevolking behandelen. De onvoldoende aan-dacht voor kleine kinderen, vrouwen en bejaarden is algemeen bekend. Belangrijkste oorzaak van ziekten in onze dorpen is ondervoeding, die is ontstaan door gebrek aan land en werk. Een andere factor vormen de bijzonder slechte condities voor hy-giënische verzorging, die het gevolg zijn van slechte kwaliteit van het water in de dorpen. Veel ziekten, zoals hui-dinfecties, ontstekingen van ingewan-den en diarree, zijn het gevolg.

De Indiaanse geneeskunde combineert uitgebreide kennis van kruiden met diep-gaande a a n d a c h t voor geestelijke aspec-ten van gezondheid. In de Andes, bij-voorbeeld, stelt de inheemse arts nu de diagnose op dezelfde wijze als waarop zijn voorouders dat deden, nl. door be-tasten van de patiënt. Zo bepaalt de arts het k r u i d e n m e d i c i j n dat moet worden toegediend. Dit kunnen een drank, zalf, bad, massage of combinaties zijn. Er zijn ook specialisten in genezen van botbreu-ken. De specialist heelt de breuk door aanbrengen van zalfjes die gemaakt zijn van k r u i d e n , geweekte k r u i d e n en dier-lijke vetten.

De taak van de inheemse arts (curande-ro) bestaat uit het genezen van ziekten en uit het voorkomen ervan door uitvoe-ring van rituelen om wezens van de my-thische wereld gunstig te stemmen. De magische werking van een plant stemt overeen met zijn therapeutische en/of psychotropische waarde. Een plant

ge-neest of 'opent het inzicht' doordat het de woning is van een geest, die door 'in-zicht' met de curandero 'spreekt', d.w.z. doordat de p l a n t een verandering van het bewustzijn veroorzaakt en zo antwoordt op vragen van de curandero. Hierdoor worden oorzaak van ziekte en te volgen therapie geopenbaard. Bij de Maya's is kennis over geboorte op n a t u u r l i j k e wij-ze, genezen van onvruchtbaarheid, gene-zing van verschillende baarmoederinfec-ties, m a n i e r e n om vroegtijdige geboorte te vermijden en vele andere zaken be-waard door mondelinge overlevering van grootmoeder op k l e i n k i n d of moeder op dochter. Vrouwen tonen dat ze op collec-tieve wijze in staat zijn een maatschappe-lijk-ritueel beroep uit te oefenen en eigen tradities en g e b r u i k e n op dit terrein te behouden.

3. De vrouw

In alle gemeenschappen wordt de vrouw sinds de oudheid gezien als centrum van het universum, uit wier binnenste de hoop is gegroeid en zal blijven groeien om het leven op deze planeet te behouden. Daarom zijn Indiaanse vrouwen een belangrijke component van de inheemse gemeen-schappen van Mexico en de Ameri-ka's: wij zijn directe voortbrengsters van onze etnische gemeenschappen. Wij brengen de elementen voort die essentieel zijn voor de ontwikkeling van elk van hen, en wij bewaren de culturele waarden van elke inheemse gemeenschap. Wat de culturele en economische onderdrukking, raciale en sociale discriminatie, manipulatie en publieke onzichtbaarheid waarin wij leven betreft: in ons leeft en ver-heft zich de hoop op bevrijding uit de koloniale situatie waaronder wij nu leiden. Zij wordt veroorzaakt door

de erfgenamen van europese verover-aars, de mestiezengemeenschap van Mexico en de Amerika's.

Opdat inheemse vrouwen van Mexico en de Amerika's, als voortbrengsters van nieuwe generaties van hun volken, hun culturele waarden beschermd en behou-den k u n n e n zien, dienen zij de steun en het loon te ontvangen, die hen in staat stellen zich te o n t w i k k e l e n op basis van hun eigen wereldbeschouwing. Lettend op hun essentiële rol bij de opbouw van de Amerikaanse staten, dient men hen economische, menselijke en materiële h u l p m i d d e l e n toe te wijzen zodat zij ei-gen activiteiten kunnen ontwikkelen. Bovenal dienen hun specifieke mensen-rechten gerespecteerd te worden.

..!,,.!

luri'ilu Rivt'ru /.ca KJiii'ilum, l't'rn)

(13)

4. Politieke principes

De fundamentele rechten run de mens worden door de westerse en de in-diaanse maatschappij, op verschil-lende wij-e geïnterpreteerd, overeen-komstig de verschillende principes die zij hebben. Voor Indianen is hei recht o/> land eeit van de belangrijkste mensenrechten: de narde vormt <ie basis van ons culturele leven en bepa-lend voor on:.e tradities. Recht op de grond van onze voorouders betekent voor ons recht op leven, aangezien in onze visie menselijk leven nauw sa-menhangt met de aarde. Maar lot nu toe ontkent men dit grondrecht. De erkenning hiervan op nationaal en internationaal niveau is essentieel voor onze toekomst.

Volgens ons, moet iedereen evenveel water hebben om te d r i n k e n en om land te bevloeien en moet de 'mita' (toege-k e n d e w a t e r h o e v e e l h e i d ) van ieder even-veel verkleind worden als er gebrek is aan water of als er droogte is. Er zijn geen gepriviligeerden en daarom hebben wij a l l e n recht op het gebruik van water, overeenkomstig onze behoeften en die van de anderen. Daarbij hebben wij de plicht het water te verzorgen en schoon te houden voor onze broeders. Water bevuilen beschouwen wij als een mis-daad, als schade toegebracht aan anderen en aan Moeder Aarde.

Met b e t r e k k i n g tot land is het gemeen-schappelijk bezit te prefereren. N i e m a n d kan de exclusieve eigenaar zijn van een deel van aarde, lucht of zon. De In-diaanse visie op v r i j h e i d moet men ook zo begrijpen: het gaat om de gemeen-schap in relatie met de aarde. Rechts-principes zijn gebaseerd op behoeften van de gemeenschap en hebben als doel het /eker stellen van een gelijke toegang voor iedereen tot de a a r d e en haar bron-nen. Hieruit komt onze bezorgdheid voort over behoud van natuur en onze wens om constante v e r n i e u w i n g van haar grondstoffen voor o n / e broeders en het welzijn van toekomstige generaties zeker t e s t e l l e n .

Wij constateren dat het 'recht' van de westerse wereld zich baseert op tegenge-stelde principes: het veiligstellen van exclusief genot van de aarde en h a a r grondstoffen in het belang van i n d i v i d u e n of groepen, waarbij men andere leden van dezelfde groep of gemeenschap bena-deelt. Dit systeem leidt tot verwoesting en verspilling van zich herstellende en niet herstellende n a t u u r l i j k e hulpbron-nen en tot een zeer ongelijke verdeling van collectieve r i j k d o m m e n .

Francisco Alvarez <Quiche', (iiiatenuilal

Er zijn drie belangrijke principes in een Indiaanse gemeenschap als die van de Mixes, l en eerste île aarde als begin en einde van het leven. Ten tweede de gemeenschap als hoogste schepping van de ja'ci'y linens) »m te leven en genieten van Moeder Aarde.

Ten derde hel genicenschapswerk (te-(juioi, als transformerende energie van de jciii'v, die hem in een constant creatief contact laat staan met de na-tuur. Van deze principes zijn andere ge mee n se h a/>s vormen, zoals politie-ke, economische, religieuze, culturele en sociale organisaties, afgeleid. O n d e r gemeenschapsprincipes versta ik de f u n d a m e n t e l e e l e m e n t e n waarop de Indiaanse r e a l i t e i t gebaseerd is. Geen m o d e v e r s c h i j n s e l e n , maar historische waarden die lang bestaan en gecreëerd, in praktijk gebracht en sociaal goedge-keurd zijn door onze volken. Deze princi-pes hebben ons voortbestaan m o g e l i j k g e m a a k t . Hiertussen en de geest waarin wij leven, vindt een constante wisselwer-king plaats, ondanks de economische, culturele en politieke problemen. Daar-aan hebben wij te danken dat wij al vijf eeuwen verzet k u n n e n voeren tegen on-d e r on-d r u k k i n g . De l a a t s t e j a r e n hebben zij ons k r a c h t gegeven om ons te reorganise-ren en levenskracht te tonen. Deze prin-cipes zijn enigszins gewijzigd en aange-past in de loop van de tijd, maar in essen-tie onveranderd gebleven.

Op het sociale vlak hebben we in de An-des onze eigen organisatievormen, geba-seerd op de familie-éénheid, de A y l l u . en op sociale eenheid gevormd door de gemeenschap. Het bestuur van de ge-meenschap bestaat uit raad en burge-meester. Tegenwoordig, meer dan ooit. g e p l a a t s t tegenover o n d e r d r u k k i n g en

onrechtvaardigheid, organiseren wij ons

in coöperaties, genootschappen, federa-ties en a n d e r e groepen om onze rechten /o goed mogelijk te k u n n e n verdedigen. In de politiek zijn onze principes: gemeenschappelijkheid, gelijkheid en solidariteit. Deze z i j n gebaseerd op onze filosofische grondregels Ama L l u l l a (men zal geen onwaarheid spreken), Ama Quilla (men zal niet lui zijn) en Ama Shua (men zal niet stelen). De orga-nisatie ontstaat o.i. als resultaat van onze gewoonten. De n a t u u r l i j k e vorm waarop wij ons organiseren is: gemeenschapsle-v e n , respect gemeenschapsle-voor onze autoriteiten en voor ouderen, verdediging van onze gronden en de wens om onze c u l t u u r te-rug te w i n n e n en te verstevigen. Deze o r g a n i s a t i e ontstaat niet omdat men ons dat voorschrijft, maar omdat wij haar beleven.

Wij hebben a l t i j d geloofd dat de beste scholing van mensen om macht en autori-t e i autori-t uiautori-t autori-te o e f e n e n gelegen is in l e r e n zelf je problemen op te lossen. Beginnen bij k l e i n e z a k e n , totdat je grotere uitdagin-gen a a n k u n t . Wij geloven dat elke actie van onze gemeenschappen politieke im-plicaties h e e f t , daarom moeten wij onze mensen daar bewust van maken. Wij zijn tegen sociale, economische en politieke modellen wanneer de gemeensschap niet participeert in opzet en uitwerking. De door ons gekozen weg is misschien langer en met meer oponthoud, maar aan de andere kant is het een meer bewuste en zekerder weg.

Ervaring van Guatemala laat zien dat hindernissen die wij t e g e n k o m e n op weg naar volledige participatie in de opbouw van de gemeenschap, dezelfde z i j n als die waarvoor de meerderheid van de Guatemalteken zieh geplaatst ziet. Ar-beiders, b o e t e n , b e d i e n d e n , intellectue-len, ambtenaren, ondernemers en solda-ten met het hart op de goede plaats, ko-men deze tegen in hun strijd voor welzijn van hun land. Onze Indiaanse strijd is onderdeel van een algemene strijd voor een nieuw Guatemala, dat alleen opge-bouwd kan worden na de nederlaag van historische vijanden van het G u a t e m a l -teekse v o l k : heersende klasse die een t i r a n n i e /onder einde produceert en hoge a m b t e n a r e n die zich in dienst hebben gesteld om het systeem te behouden door constante terreur. Volgens een elemen-t a i r principe van sociale eelemen-thiek, vinden wij dat het onmogelijk is in hetzelfde land te wonen als ongestrafte beulen. Berechten en bestraffen is een politieke noodzaak en een morele verplichting t.o.v. het Guatemalteekse volk en het geweten van de wereld.

(14)

PROGRAMMA VOOR DE TOEKOMST

Wij willen Indianen blijven en onze taal, cultuur en eigen instellingen bewaren. Wij menen dat wij hier als eerste bewo-ners van de Amerika's recht op hebben. Tevens denken wij dat de dominante bovenlaag ons dit niet kan ontzeggen. Alleen als m/n deze fundamentele wens respecteert, zijn duurzame en vreedzame relaties tussen onze volkeren mogelijk. Om onze indentiteit te behouden en ont-wikkelen, is het noodzakelijk om een territoriale basis te hebhen of te verkrij-gen, te beschermen en te behouden. De Indiaanse organisatie heeft verschillende verdedigingsmiddelen, zoals het realise-ren van eigen projecten in de sfeer van productie, handel, gezondheidszorg, woongelegenheid, enz. Daarbij gaat het om ontwikkelen van organisatie-vermo-gen en versterking van onze cultuur, ten bate van wat wij zien als 'historisch pro-ject' van onze volken en veroveren van

een nieuwe samenleving.

Er zijn drie doelstellingen die wij

nastre-ven:

1. Economisch zelfbeheer:

Indiaanse organisaties dienen de midde-len van staat en stichtingen te beheren. Tot nu toe worden in naam van Indianen projecten opgezet, die in werkelijkheid aan i n s t i t u t e n en hulporganisaties ten goede komen. Deze worden van b u i t e n a f o n t w i k k e l d en opgelegd, zonder inspraak van enige Indiaanse organisatie. Zo heb-ben I n d i a a n s e organisaties geen moge-l i j k h e i d hun eigen moge-leerproces te doormoge-lo- doorlo-pen en begrip over doel en uitkomst te krijgen. M.a.w. projecten die van b u i -tenaf gerealiseerd worden, dienen slechts om groter verwarring te stichten en In-diaanse organisaties te demobiliseren en a f h a n k e l i j k te maken.

2. Autonomie op bestuurlijk en organisa-torisch terrein.

De dominerende maatschappij werkt aan het opleggen van projecten van sociale controle, waarbij Indiaanse organisaties moeten verdwijnen, zodat overheersing m a k k e l i j k e r is. Dit doet zij door wetten, politieke partijen, enz. Daarom is het nodig een eigen politieke strategie tot stand te brengen, een eigen Indiaanse organisatie waarin men alle ervaringen bundelt en creatief mechanismen voor participatie en politieke presentie ont-werpt.

3. Verdediging en reconstructie van In-diaanse cultuur en geschiedenis, omdat

de zenuw van onze I n d i a a n s e organisatie ligt in het kennen van de wortels, leren van de ouderen, u i t b o u w e n van eigen

ervaring en begrip van leven en n a t u u r . Zo is het mogelijk om als volk tegenover het kapitalistische stelsel een Indiaans alternatief van o n t w i k k e l i n g , vooruit-gang en bevrijding te poneren. Autono-mie of zelfbeschikking van Indiaanse volken is niet strijdig met het begrip 'na-tie'. Daarentegen wordt een n i e u w con-cept van nationaliteit aan de orde ge-steld, u i t g a a n d e van een heterogene sa-menstelling van de maatschappij. Wij hebben immers verschillende wortels, maar dezelfde aspiraties, omdat wij on-der dezelfde omstandigheden leven.

Autonomie betekent:

Recht hel gemeenschappelijke bezit van onze gronden te bewaren, ontwikkelen en verdedigen. De gron-den die in hangron-den zijn van zogenaamde ' k l e i n e eigenaren' (in w e r k e l i j k h e i d grootgrondbezitters, dorpspotentaten, veehandelaren, en zelfs hoge regerings-f u n c t i o n a r i s s e n ) moeten we terugkrijgen.

Recht ons te organiseren volgens onze eigen gemeenschapsbeschik-king, zowel op lokaal als op regionaal niveau en zelfs hoger.

Recht aan politieke partijen en religies van buitenaf niet toe te staan zich in te dringen in het innerlijke leven van onze gemeenschappen.

Recht onze moedertaal in al haar aspecten en alle omstandigheden te beminnen, schrijven, lezen en gebrui-ken, alsmede de vrijheid niet alleen Spaans, maar ook andere talen, te leren.

Recht ons gemeenschapswerk te organiseren, niet omdat een regering het opdringt, maar omdat het onze eigen vrije keuze is.

Recht natuurlijke hulpbronnen, zowel zich herstellende als zich niet her-stellende h u l p b r o n n e n , binnen ons ter-ritorium en gemeensschappelijke bezittingen te benutten.

Recht onze autoriteiten te wisse-len wanneer wij daartoe beslissen en nieuwe te installeren, die door de bevol-king, in vergadering bijeen, aangewezen worden.

Geen van deze rechten druist in tegen rechten en plichten die wij als burgers hebben. Het voorafgaande beziend, gelo-ven wij dat dit de vorm is waarin men pas goed verwezenlijkt wat de politieke con-stitutie van ons land aangeeft. Het gaat niet om het formeren van een I n d i a a n s e staat en regering, zoals e n k e l e n d e n k e n uit angst om misschien een p l a a t s in de (over)heersende klasse te verliezen. Het gaat om meer dan het simpel omverwer-pen van een systeem dat macht bezit an-deren onder zijn juk te brengen. Het gaat om ernst maken met gelijkheid en vrij-heid, het realiseren van de Rechten van de Mens, zoals in 1948 geproclameerd, en de Universele Rechten der Volkeren

uit 1976.

Wij menen dat e r k e n n i n g van deze soeve-reiniteit de basis van noodzakelijke her-d e f i n i ë r i n g van onze banher-den met her-de over-heersende klasse dient te zijn. Voor ons

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

220 In dat kader is van belang dat artikel 53 Hv bepaalt dat ‘geen van de bepalingen van dit Hand- vest mag worden uitgelegd als zou zij een beperking vormen van of afbreuk doen aan

we tijd. Zij is ook onderhevig aan de gevo/gen van het proces van individua/ise- ring, de verzake/ijking van menselijke betrekkingen, de verminderde betekenis van

in het J.O.V.D.-zomerkamp, uitsprak voor het scheppen van een gunstig economisch klimaat voor de midden- stand in plaats van een inpassing in de sociale

Wanneer wij onze studenten – en de buitenwereld – willen laten zien op welke manier literatuur deel uitmaakt van de werkelijkheid en deze tegelijkertijd reflecteert, wanneer

In de eerste plaats waren er mensen die zich bewust waren dat de mensen op het gebied van de rede meer en meer tot het punt kwamen dat alles als een machine werd gezien, zelfs de

Weliswaar heeft appellant een financieel belang bij het al dan niet verstrekken van die subsidie, maar dit is een van de SNP afgeleid belang en maakt hem niet

Het is belangrijk om met kennis van de historische achtergrond en de cul- turele eigenheid van Afrika respect te hebben voor de regionale kenmerken van de eigen Afrikaanse visie op

Het EHRM vindt met 15 tegen 2 stemmen, en in afwij- king van de Kamer, geen schending van het recht op leven in zijn materiële aspect, maar doet dat unaniem wel voor wat betreft