• No results found

Vraag nr. 83 van 10 januari 2003 van de heer BOUDEWIJN LALOO

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 83 van 10 januari 2003 van de heer BOUDEWIJN LALOO"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 83 van 10 januari 2003

van de heer BOUDEWIJN LALOO Palingbestand – Maatregelen

Dat het slecht gesteld is met de aalpopulatie in ons land is algemeen bekend. Volgens wetenschappers is dit vooral het gevolg van de verstuwing van veel w a t e r w e g e n , w a t e r k r a c h t c e n t r a l e s, g e m a l e n , s l u i-zen en andere obstakels waardoor de paling de binnenwateren niet meer kan bereiken.

Het Nederlands Ministerie van Landbouw, N a t u u r-beheer en Visserij is bezig met een aalplan waarin diverse maatregelen opgenomen worden om de pa-ling voor uitsterven te behoeden.

1. Welke initiatieven neemt de Vlaamse regering om de leefomgeving voor aal te verbeteren en de migratiemogelijkheden naar het achterland te herstellen ?

2. Is er terzake al studiewerk verricht ? Zo ja, graag wat informatie. Zo neen, wordt dit over-wogen ?

3. Wat doet de Vlaamse regering om het uitster-ven van de paling te vermijden ?

NB. Deze vraag werd eveneens gesteld aan minis-ter vice-president Stevaert (vraag nr. 162).

Gecoördineerd antwoord

De paling is een vissoort die opgroeit in onze wa-terlopen en paait in de zee (Sargassozee). Deze vis-soort behoort tot de groep van "grote migratoren" uit onze Vlaamse waterlopen.

Uit onderzoek is gebleken dat de optrek van glas-aal in Vlaanderen sinds de jaren tachtig sterk is a c h t e r u i t g e g a a n . Dezelfde dramatische achteruit-gang is opvallend in de meeste Europese rivieren. De achteruitgang van de Europese paling wordt toegeschreven aan de beperkte migratiemogelijk-h e d e n , een acmigratiemogelijk-hteruitgang van de potentiële leefge-b i e d e n , de vervuiling, de aanwezigheid van water-k r a c h t c e n t r a l e s, . . . Op een groot aantal meetplaat-sen van het vismeetnet van het Instituut voor Bos-bouw en Wildbeheer (IBW) is geen paling meer te v i n d e n . De meeste bestanden zijn ondermaats. H e t voorkomen van de paling is sterk beïnvloed door migratiebelemmeringen ; visstandbeheerders po-gen dit te verhelpen door uitzettinpo-gen van glasaal.

1. Zuivering van oppervlaktewater

In Vlaanderen werden de laatste jaren heel wat inspanningen geleverd voor een verbetering van de waterkwaliteit. De waterkwaliteitsverbete-ringen die hiermee gepaard gaan, hebben ertoe geleid dat er op heel wat plaatsen weer visleven mogelijk was.

Microverontreiniging en pesticiden

Onderzoek naar de aanwezigheid van micropol-luenten in paling toont aan dat paling deze stof-fen gemakkelijk accumuleert. Een aantal pesti-ciden (DDT's, drins) waarvan het gebruik al ge-ruime tijd is verboden, is nog steeds in ons aquatisch milieu én in de voedingsketen aanwe-z i g. Mogelijk heeft ook de contaminatie van mi-cropolluenten een negatief effect op bijvoor-beeld de reproductie van de paling.

Via een ministerieel besluit werd daarom een meeneemverbod voor paling ingesteld. Op een aantal black points worden de vervuilers opge-spoord en zal worden opgetreden om de vervui-ling stop te zetten. Het decreet betreffende de bodemsanering voorziet in een saneringsplicht voor bodems, inclusief waterbodems, w a n n e e r de verontreiniging een "ernstige bedreiging" vormt voor de mens en het leefmilieu. O n r e c h t-streeks heeft het instellen van een meeneemver-bod een positief effect op de Europese paling-s t o c k . Door de geringere vipaling-spaling-serijdruk zullen meer mature zilverpalingen in staat zijn vanuit Vlaanderen hun reis naar de paaiplaatsen aan te vatten.

Herstel van een netwerk van prioritaire waterlo -pen

Door de Vlaamse overheid werd als invulling op de Benelux-beschikking van 26 april 1996 M (96) 5 een plan voor het herstel van de vrije vis-migratie opgesteld. Deze beschikking bepaalt dat alle vismigratieknelpunten moeten worden gesaneerd tegen 1 januari 2010 in alle hydrogra-fische bekkens in de Benelux.

(2)

worden voorgelegd aan de Vlaamse regering. Het herstel van een vrije vismigratie werd in de nieuwe samenwerkingsovereenkomst voor ge-meenten en provincies opgenomen. G e m e e n t e n en provincies krijgen een subsidie van 50 % tot 75 % voor de sanering van prioritaire vismigra-tieknelpunten op waterlopen van tweede en derde categorie. Ten slotte werd ook in het sub-sidiebesluit voor polders en wateringen de sane-ring van vismigratieknelpunten opgenomen. Voor het herstel van een vrije vismigratie zijn in totaal op onbevaarbare provinciale en geweste-lijke waterlopen een 50-tal projecten gereali-s e e r d . Een groot aantal projecten wordt mo-menteel voorbereid. De administratie Milieu-, N a t u u r- , Land- en Waterbeheer (Aminal), a f d e-ling Wa t e r, heeft in totaal achttien projecten ge-r e a l i s e e ge-r d . Een 30-tal kleinege-re knelpunten zul-len in 2003 worden voorbereid en in 2004 wor-den uitgevoerd. De provincies hebben totnog-toe een 30-tal projecten gerealiseerd.

Voor de bevaarbare waterwegen, onder de be-voegdheid van de collega van Openbare We r-k e n , wordt door de beherende administratie ad-ministratie Waterwegen en Zeewezen (AW Z ) een uitvoerings- en financieringsplan opgesteld voor de sanering van prioritaire vismigratie-knelpunten en worden de eerste projecten voor-b e r e i d . Prioriteit wordt gegeven aan het oplos-sen van barrières op de hoofdmigratiewegen en de glasaalmigratiewegen waar veranderingen aan kunstwerken zijn gepland.

Vooral het sluizencomplex in Nieuwpoort, D e G a n z e p o o t , is een belangrijk knelpunt voor de vrije vismigratie. De problematiek rond De Ganzepoot is echter complex, vermits hier zes migratieknelpunten moeten worden wegge-w e r k t . De zout-zoetwegge-waterproblematiek op deze locatie maakt het vinden van simpele beheers-maatregelen niet eenvoudig en daarenboven is het geheel beschermd als monument. O n d e r-zoek zal worden uitgevoerd naar de mate waar-in zoutwaar-indrwaar-ingwaar-ing op de IJzer kan optreden wan-neer een gepast spuibeheer wordt ingevoerd aan De Ganzepoot om de mogelijkheden voor vismigratie te verbeteren. De studie wordt uit-gevoerd via wiskundige modellering door de af-deling Waterbouwkundig Laboratorium en Hy-drologisch onderzoek van AW Z . De nodige ge-sprekken zijn lopende om hier zowel technisch-waterbouwkundig als ecologisch-wetenschappe-lijk naar een oplossing te zoeken. Ook het meest stroomafwaarts gelegen knelpunt op de S c h e l d e, namelijk de sluis in Merelbeke, w o r d t

momenteel gemonitord met als doel na te gaan op welke wijze herstel van vrije vismigratie kan worden gerealiseerd. Voor de stuwsluizencom-plexen van de Bovenschelde worden visneven-geulen ontworpen.

Herstel van de habitatkwaliteit

Palingen hebben evenwel een preferentie voor waterlopen met grote habitatdiversiteit, v a n w e-ge goede schuile-gelee-genheden, d o o r g r a v e n b o d e m , plaatsen met waterplanten, grote steu-nen of boomwortels, . . . Specifiek voor de paling is de aanwezigheid van goed ontwikkelde riet-kragen van groot belang.

Herstel van de structuurkwaliteit van de water-lopen is bijgevolg ook een belangrijk actiepunt. In dit kader worden voor al de waterlopen onder mijn bevoegdheid ecologische visies op-g e m a a k t . Maatreop-gelen zoals de aanleop-g van na-tuurlijke oeverzones, h e r m e a n d e r i n g, v e r b e t e-ring van de structuurkwaliteit, . . . worden hierbij concreet voorbereid. heel wat beekherstelpro-jecten zijn momenteel in voorbereiding.

Waterkrachtcentrales en vismigratie

Ook waterkrachtcentrales kunnen een barrière vormen voor de vismigratie. Mits de nodige technische voorzieningen is het mogelijk de schade aan de vispopulatie te beperken, m a a r op dit vlak is nog heel wat monitoring en onder-zoek nodig. We hebben daarom besloten om het natuurlijke waterlopenstelsel zoveel mogelijk te vrijwaren van waterkrachtcentrales.

(3)

niveau zijn ze van bijzonder belang vanwege de lange tijdreeks, de ongewijzigde techniek en de betrouwbaarheid van de data. (2) In tegenstelling tot de meeste grote We s t - E u r o-pese rivieren, zijn er van de Schelde geen be-trouwbare gegevens beschikbaar over de g l a s a a l m i g r a t i e. Er dient daarom met onder-zoek te worden gestart om een schatting te kunnen maken van de glasaalmigratie in deze stroom, en de mogelijkheden voor de valorisatie van deze glasaal moeten worden onderzocht (EU : Europese unie – red.). – Ter hoogte van het stuwsluiscomplex in

Me-relbeke wordt een migratieonderzoek uitge-voerd door het Instituut voor Natuurbehoud (IN) in opdracht van AW Z , afdeling Boven-schelde.

– Door het IBW wordt een continue monito-ring uitgevoerd van de visbestanden op een groot aantal meetpunten in Vlaanderen (het vismeetnet).

– Voor de opmaak van het huidige beleidsplan met betrekking tot herstel van een vrije vis-migratie heeft het IBW de prioriteitenkaart v o o r b e r e i d . Al de migratiebarrières aanwe-zig op deze waterlopen kunnen worden op-gevraagd via www.vismigratie.be;

– Het Waterbouwkundig Laboratorium van AWZ heeft in samenwerking met het IBW onderzoek verricht met betrekking tot de passeerbaarheid van enkele kunstwerken (duikers/sifons).

– Ook naar oplossingsmogelijkheden voor vis-migratie worden onderzoeken uitgevoerd. Zo werd door het Waterbouwkundig Labo-ratorium en het IBW een onderzoek uitge-v o e r d , met name de euitge-valuatie uitge-van een De Wit-vispassage.

– Door het Waterbouwkundig Laboratorium werd een modelstudie naar inrichting van een nevengeul als vistrap uitgevoerd.

– De opmaak van een handleiding voor de sa-nering van vismigratie is een lopende studie die door Aminal wordt gefinancierd.

– Het IBW heeft de V-vormige visdoorgang in Hoeleden geëvalueerd.

– Momenteel wordt een databank ontwikkeld waarin meer info met betrekking tot

ecologi-sche herstelprojecten kan worden opge-vraagd.

– Het is de bedoeling om het palingpolluen-tenmeetnet ook in de toekomst voort te zet-ten en aldus de paling te gebruiken als een indicatororganisme voor verontreiniging van onze aquatische ecosystemen, hetgeen toe-laat spatiële en temporele patronen in de aanwezigheid van micropolluenten op te vol-g e n . Uiteraard heeft deze meetstratevol-gie als doelstelling het koppelen aan acties, m e t name rond het stellen van prioriteiten inzake de sanering van waterlopen en het uitwerken van een beleid inzake milieugevaarlijke stof-fen.

– Omtrent dit onderwerp zijn reeds heel wat onderzoeksrapporten gepubliceerd door het Instituut voor Bosbouw en Wildbeheer en het Instituut voor Natuurbehoud.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Anderzijds kan met de mathemati- sche golfvoortplantingsmodellen de invloed van een aangetaste Wenduine Bank op het golfkli- maat voor de Vlaamse kust worden bestudeerd.. Ik zal

Daarnaast wordt in een Deense handleiding voor offshore windparken daterend van juni 1997 gerefereerd aan een rapport van 1993, waarin het Deense Instituut

De valorisatie van deze certificaten vormt de es- sentiële financiële injectie voor dergelijke pro- jecten en dient te worden beschouwd als een compensatie van de externe kosten,

Op de borden die ter hoogte van de diverse afritten geplaatst worden, zijn volgende vermeldingen opgenomen : – logo "de kust", in kleur ;2. – de gewestweg naar waar

Heeft de Vlaamse regering in dit verband reeds stappen ondernomen bij de federale overheid, opdat deze rekening zou houden met de bovenver- melde resolutie van het

Op een vraag om uitleg van Vlaams volksverte- genwoordiger Gilbert Vanleenhove van 10 april 2002 stelde mijn collega minister Dua reeds dat voor de FIOV-aanvragen de dossiers voor

Welke initiatieven neemt de Vlaamse regering om de leefomgeving voor aal te verbeteren en de migratiemogelijkheden naar het achterland te herstellen.. Is er terzake al studiewerk

Artikel 20 van het besluit bepaalt onder andere dat het Comité tot taak heeft het Vlaams Parle- m e n t , de Vlaamse regering en de Vlaamse mi- nister te adviseren over