• No results found

prestaties van sleepgravers bij het graven en verruimen van leidingen en kavelsloten; prestaties van vervoermiddelen bij het grondtransport

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "prestaties van sleepgravers bij het graven en verruimen van leidingen en kavelsloten; prestaties van vervoermiddelen bij het grondtransport"

Copied!
39
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

INSTITUUT VOOR LANDBOUWTECHNIEK EN RATIONALISATIE

WAGENINGEN

GESTENCILDE

MEDEDELING

Jaargang i960 - no. 11

Rapporten van de Afd. Mechanisatie Cultuurtechniek

No. 15. DE PEESTATIES VAN SLEEPGRAVERS BIJ HET

GRAVEN EN VERRUIMEN VAN LEIDINGEN EN

KAVEL3L0TEN.

No. 16. TE PEESTATIES VAN VERVOERMIDDELEN BIJ HET

GRONDTRANSPORT.

(2)

INSTITUUT VOOR LANDBOUWTECHNIEK EN RATIONALISATIE

WAGENINGEN

GESTENCILDE MEDEDELING

Jaargang i960 - no. 11

Rapporten

va

*i àe Afd. Mechanisatie Cultuur techniek

No. 15. DE PRESTATIES VAN SLEEPGRAVERS BIJ HET

GRAVEN VAN LEIDINGEN EN KAVELSLOTEN

No. 16. DE PRESTATIES VAN VERVOERMIDDELEN BIJ

HET GRONDTRANSPORT

(3)

Op verzoek van de Viferkgroep Taalgebruik Landbouwtechniek zijn voor de in deze rapporten genoemde machines de door de

Werkgroep aanbevolen Nederlandse benamingen gebruikt, welke hieronder volgens

dragline = sleepgraver

aanhangdumper = aanhangdomper (domperbak op een twoe-wielig onderstel, getrokken door oen wieltrekker).

(4)

Y O O B I O O B I

In de -praktijk wordt bij het maken van de plannen en "bij het opstellen van de begrotingen,wat de capaciteiten van de machines betreft,gewoonlijk gebruik gemaakt van ervaringscijfers.

Deze getallen zijn vaak erg globaal .en het is dan ook niet te verwon-deren dat men behoefte heeft aan wat meer gedetailleerde cijfers. Het ver-krijgen van dergelijke cijfers is erg moeilijk, omdat de omstandigheden, waaronder wordt gewerkt sterk uiteenlopen.

Bij het opzetten van het onderzoek is er van uitgegaan, dat een groot aantal waarnemingen bruikbare uitkomsten moet kunnen opleveren. Dit grote aantal v/aarnemingen kon worden verzameld door op alle objecten, welke daar-voor in aanmerking kwamen,tijdschrijving te laten verrichten. De resultaten hiervan zijn voor zover het het graven van leidingen en kavelslcten en het grondtransport betreft, neergelegd in de beide hiernavolgende rapporten.

Wij verhelen ons niet, dat do uitkomsten nog niet voldoende gede-tailleerd, zijn, en dat ze, in verband met de gunstige weersomstandigheden tijdens de opname, ook alleen maar gelden voor het werken onder soortge-lijke gunstige omstandigheden.

Ondanks de onvolledigheid menen wij dat wij een stap in de goede rich-ting hebben gezet en dat voortgang en uitbreiding van het onderzoek in deze geest gewenst zijn. Wij zouden het daarom zeer op prijs stellen het oordeel van de praktijk hierover te vernemen.

Tenslotte rest ons nog een woord van dank to richten tot de Cultuur-technische Dienst, de U.V. Grontmij en de Nederlandsche Heidemaatschappij voor de medewerking, verleend bij het verzamelen van de gegevens en tot de Afdeling Bewerking Waarnemingsuitkomsten - T.N.O. te Wageningen voor het

verwerken van het cijfermateriaal.

De Directeurs Ir. H.H. Postuma Wageningen, oktober i960.

Stno. 486-1700-20/10-'60. JSL.

(5)
(6)

R a p p o r t n o . 15»

JE PRESTATTE3 VAN SLEEPGRAVERS B I J HET GRAVEN EN VERRUIMEN VAN LEIDINGET HT KAVELSLOTEN.

I n l e i d i n g

Wanneer men plannen moet maken of begrotingen moet opstellen is het van belang, dat men op de hoogte is van de capaciteiten van de diverse machines, teneinde te kunnen nagaan *an welke werkmetho-de en aan welke soort machines men in verband met werkmetho-de kosten werkmetho-de voor-keur moet geven.

Tot dusver was het gebruikelijk om met ervaringscijfers te wer-ken, welke voor zover ons bekend is, nimmer worden gepubliceerd.

In overleg met de betrokken instanties werd besloten om op de daarvoor in aanmerking komende cultuurtechnische objecten capaci-teitsbepalingen van de diverse machines te laten verrichten, waar-van de uitkomsten betrouwbaarder zouden moetor. zijn dan do erva-ringscijfers.

Het bepalen van de capaciteiten gebeurde door middel van tijd-schrijving. Be uitvoering daarvan berustto bij de N.V. Grontmij en de Nederlandsche Heidemaatschappij en vond zowel op besteks- als op regiewerken plaats.

Aard der werkzaamheden en omstandigheden Aard der werkzaamheden

Hoewel allerlei werkzaamheden werden geregistreerd heeft dit rapport alleen betrekking op het graven van nieuwe en het verrui-men van bestaande leidingen en kavelsloten, omdat daarvan een be-hoorlijk aantal v/aarnemingen beschikbaar was. Deze waarnomingen werden alle in 1959 verricht. De per strekkende meter ontgraven hoeveelheid grond varieerde van 0,5-20 nr.

Wijze van verwerken

De vrijkomende grond werd op verschillende v/ijzen verwerkt, nl.: Ie. Rechtstreeks geladen en afgevoerd naar te dempen sloten,

laag-ten en aan te leggen of op te hogen wegen.

2e. In depot gezet langs de te graven waterloop en later afgevoerd of verwerkt.

3e. Rechtstreeks in een te dempen sloot of laagte gedeponeerd. Als de grond moest worden afgevoerd, werd gebruik gemaakt van GllC's (gem. bakinhoud 3 n H ) . dompers (2§- m.3) , aanhangdompers(l|- nß) , kipkarren op luchtbanden (lg- m3) , landbouwwagens (2-3 nß) of spoor (ï - 1 m^ karren).

Gebruikte sleepgravers

"De sleepgravers versohilden in merk, type, grootte en bouw-jaar. De bakinhoud van de sleepgravers varieerde van 250 tot 1000 1.

(7)

2

-De verschillen tussen de merken onderling en tussen de oudere en nieuwere typen van oenzelfde merk waren groot. Bij de nieuwere typen zijn, bij gelijke bakinhoud en gieklengte, het motorvermogen en dó zwenk-, hijs- en omtreksnelheden veelal groter dan bij de oudere, terwijl de bediening moestal eenvoudigor is.

De afmetingen van de rupsen en de stabiliteit lopen eveneens uiteen. Sommige merken zijn uitgerust met verlengde en verbrede rupsen welke in enkele gevallen van kammen waren voorzien.

•De gieklengte werd meestal zo kort mogelijk gehouden opdat de bak zo groot mogelijk kon worden gekozen. Soms moest echter i.v.m. de reikwijdte de giek worden verlengd waarbij dan een kleinere bak nodig vas.

In sommige gevallen had men een zodanigo bak en zodanige tan-don gekozen, dat ze in overeenstemming waren mot de aard van de te verrichten werkzaamheden en de toestand van dg te verworkon grond.

Grondsoorten

De grondsoorten op do diverse objecten waren verschillend, doch per objeot liepen zo niet sterk uiteen.

De volgondo grondsoorten kwamen voors

le. Zware rivierkleigrond, plaatselijk rustend op grof zand. 2e. Kleigrond, plaatselijk rustend op zand of veen.

3e. Zavelgrond, plaatselijk rustend op zand of veen.

4-B. Zandgrond, plaatselijk rustend op veen of leem.

5o.- Veengrond, plaatselijk rustend op zand.

Weersgesteldheid

De weersgesteldheid vóór en tijdens de werkzaamheden op de .

-objecten was buitengewoon goed en heeft in belangrijke mate bij-gedragen tot een vlotte uitvoering.

Verwerkbaarheid

De verwerkbaarheid van de grond op de objecten was in het

algemeen goed. De langdurige droogto (in 19J9) had alleen op de

zwaardere kleigronden tot gevolg dat de hard geworden bovenlagen moeilijk waren te ontgraven. In de Betuwe was de ondergrond boven-dien plaatselijk zeer zwaar en taai en daardoor moeilijk verwerk-baar. Op de zand- en zavelgronden was de verwerkbaarheid goed.

Terreingesteldheid

In de Ringpolder in Noord-Kolland kruisten de leidingen oude

vaarsloten van aanzienlijke afmetingen (5 tot 15 m ^ / m1) . Om met

de sleepgravers de sloten te kunnen passeren werden ze ter plaatse van de kruising gedempt met de grond uit de nieuwe leiding. Deze omstandigheid had een nadelige invloed op do capaciteit (zwenk-hoek l 8 0ö) .

Op hot object de Oostermoorse vaart was de draagkracht van het terrein voor de sloepgravers te gering door de aanwezigheid van veen in de ondergrond, zodat de machines op schotten moesten werken wat de capaciteit ongunstig beïnvloedde.

(8)

3

-Op het object de Lunterse boek kwamen stobben en wortelresten voor in het leidingsprofiel v/at vooral het afwerken van de leiding moeilijk maakte.

Machinisten

De bekwaamheid van de machinisten v/as verschillend, doch over het algemeen hadden ze langere tijd ervaring met het leidinggraven.

A fwerkers

Het aantal afwerkers per maohine bedroeg meestal 2, soms 3. Het hing o.a. samen met de bekwaamheid zowel van de afwerkers zelf als van 'de sleepgravermachinist, de' verwerkbaarheid van de grond-, en de oapaciteit van de sleepgraver.

Organisatie

De kwaliteit van de organisatie op de verschillende objecten liep uiteen. Het was evenwel moeilijk om er een waardering op te maken met betrekking tot de capaciteiten van de sleepgravers en de vervoermiddelen.

Als de werkomstandigheden zich wijzigden werd de organisatie van de werkzaamheden gewoonlijk tijdig aangepast.

Wijze van registreren

Van de sleepgravers werden de belangrijkste technische gege-vens opgenomen. Per dag werd per machine het volgende geregistreerd?

. het totale grondverzet in nH* . de produktiove uren;..

. de improduktieve uren. Hierbij werd de reden van de improdukti-.vlteit opgegeven;

. het aantal afwerkers.

"Verder werden die werkomstandigheden vermeld die van invloed waren op de capaciteit,ni.Î

. de profielinhoud in irr/m en de afmetingen van de te graven lei-dingen en kavelslotenj

. de soort en de toestand van de grond; . _de terrein- en de weersgesteldheid,*

, de wijze van verwerken van de'ontgraven grond, nl. of de grond in depot of demping werd geplaatst of in een vervoermiddel werd geladen}

„ de bekwaamheid van de machinist.

77erd de ontgraven grond afgevoerd dan werd. hiervan opgenomen?

.- de soort en het aantal vervoermiddelen?

. de produktieve en improduktieve uren van de vervoermiddelenj * de transportafstand:

. de toestand van de rijbaan.

Zolang per dag de werkomstandigheden zich niet wijzigden bleef een waarneming doorlopen. Veranderde er echter iets, bijv. de pro-fielinhoud van do te graven leiding of kavelsloot, dan werd de

(9)

_ 4

-lopende waarneming beëindigd en werd begonnen met een nieuwe.

Do resultaten van het onderzoek

Be verzamelde gegevens zijn verwerkt in samenwerking met de Afdeling Bewerking Waarnemingsuitkomsten T.N.O. te Wageningen,

Door selectio en berekening is onderzocht van v/elke van de opge-nomen werkomstandigheden (zie onders wijze van registreren) een invloed op de capaciteit van de sleepgravers kon worden aange-toond.

Het stemde met do verwachtingen overeen dat, naarmate do pr^-fielinhoud groter werd, de capaciteit van de sleepgraver toenam. Dit komt omdat$

a. de sleepgraver relatief minder tijd behoeft te besteden aan het moeilijke taludwerk, daar het oppervlak van het talud naar ver-houding geringer wordt naarmate de inhoud van de leiding •

groter wordt.

b. het aantal keren verplaatsen per tijdseenheid bij groter wor-dende leidingen afneemt.

De waarnemingen per machine vertoonden echter bij overigens gelijke omstandigheden een grote spreiding waardoor het moeilijk werd om uit te maken welke overige factoren van belang varen.

Om hierin een inzicht te verkrijgen zijn per objekt, per ma-chine de gemiddelde capaciteiten berekend per rrH profielinhoud

(0-1,995 2-2,995 3-3,99 m3/m enz.).

Uit dit onderzoek bleek dat alleen ten aanzien van de onder-staande factoren een verschil in capaciteit kon worden geconsta-teerd?

Ie. de bakinhoud van de sleepgravers (bij grotere bakinhoud grote-re capaciteit).

2e. het v/erken met en zonder schotten (bij werken met schotten lage-re capaciteit).

3e. de objecten (hiermede hangt o.a. samen de grondsoort, de ver-werkbaarheid en de terreingesteldheid).

Van de hierna volgende factoren wa3 de invloed niet of vrijwel niet aan te tonens

Ie. de bekwaamheid van de machinisten.

2e. het werken met de normale of met de profielbak.

3e. de wijze van verwerken van de grond nl. op de kant zetten of in vervoermiddelen laden.

4e. het graven van nieuwe óf het verruimen van bestaande waterlopen. 5e. het merk, type en bouwjaar van de sleepgravers met gelijke

bak-inhoud.

6e. het aantal afwerkers.

7e. de organisatie van de werkzaamheden.

Oifl te komen tot een overzicht zijn de objesten voor zever dit mogelijk was in bij elkaar passende groepen ingedeeld. Per groep objecten werden de sleepgravers ingedeeld naar de bakinhoud, op-klimmend met 100 1. Voor elke groep sleepgravers werden de

(10)

- 5

oapaciteits- en de kostenlijnen in verhouding tot de profielin-houd berekend.

De lijnen, vermeld in de grafieken, geven de bruto capacitei-ten in mj/uur en de brutokorcapacitei-ten . per m3 weer d.w.z. dat de impro-duktieve tijden van de sleepgravers als gevolg- van transporten *p het werk, reparaties, het wachten op vervoermiddelen tijdens het werk, het verlet door weersomstandigheden er in verdisconteerd zijn.

Ook de kosten van de afwerkers werden in de berekening opge-nomen. Gemakshalve is het aantal gesteld op 2 man per sleepgraver. Het gemiddelde lag echter hoger, nl. voor de "gunstige" objecten op 2,6 en voor de "minder gunstige" objecten op 2,2 man per sleep-graver.

In de tabellen kan men zien welke sleepgravers op de verschil-lende objecter. Ei.ju gebruikt en hoe de werkomstandigheden waren.

De indeling v-=r; de objecten was als vrijt:

1. Een groep objecten waar de werkomstandigheden in het algemeen gunstig waren, zodat de sleepgravercapaciteiten boven het ge-middelde lagen (tabel I, grafiek Ia en I b ) .

De grondsoort bestond bijna overal uit gemakkelijk verwerkbare

lichte klei en zavel terwijl de terreingesteldheid geen

moeilijk-heden opleverde t.a.v. de voortgang van de werkzaammoeilijk-heden. 2. Een groep objeoten waar de werkomstandigheden minder gunstig

wa-ren, zodat de capaciteiten beneden het gemiddelde lagen (tabel I I , grafieken lia en I I b ) .

Alhoewel de grondsoorten, de verwerkbaarheid en de terreinge-steldheid verschilden, lagen de capaciteiten op eenzelfde niveau. Ze waren vooral laag op de leidingen met een geringe profielin-houd. Het verschil in capaciteit tussen de 400-490 1 sleepgra-vers en de 5CO-58O 1 sleepgrasleepgra-vers bleek op de kleine profielen gering te zijn. De kosten vielen hierbij ten voordele uit van

de kleinere sleepgravers.

3. Objeot "De Ocstermoerse Vaart" (tabel III, grafieken lila en I H b ) Het werken met en zonder schotten kon voor enkele maohines op dit objeot worden onderzocht en is weergegeven in de grafieken. Het verloop van de capaciteitslijnen van de sleepgravers die zc-;<;el met als zonder schotten werkten beant'oordden echter niet aan de verwachtingen. Eet verschil in capaciteit blijkt toe te nemen met het groter worden van de leiding. Men zou verwachten dat

dit verschil kleiner zou worden daar het aantal keren verplaatsen per tijdseenheid afneemt naarmate do leiding groter wordt. Moge-lijk hoeft men do machines bij hot graven van kleine leidingen niet tijdig genoeg op schotten geplaatst, zodat tijdverliezen optraden als gevolg van verzakkingen.

4. Object Poortvliet (tabel IV, grafieken IVa en I V b ) .

Op dit object werd gewerkt met een nieuw type sleepgraver nl. een 360 1 Boom. Hiermee kunnen hoge capaciteiten worden behaald. Dit is voornamelijk een gevolg van de hogere zwenk-, hijs- en-treksnelheden. Voer de bediening is echter oen bekwame machinist nodig zoals ook in de grafieken tot uiting komt. Er moet worden opgemerkt dat de machinist van de sleepgraver met de lagere ca-paciteit toch nog een goede prestatie leverde. De stippellijnen in de grafieken geven de capaciteiten en de kosten weer van de

(11)

6

-sleepgravers met een takinhoud van 500-550 1 welke zijn overge-nomen van de grafieken Ia en Ib.

5. Object "De Haskerveenpolder". (Tabel V ) .

In deze polder zijn met een 600 1, en een 1000 1 kraan leidingen met een inhoud van + 20 m3/m' in 2 bewerkingen gegraven. Eerst werd over de gehele lengte het veen en het bruine zand verwij-derd en aan de ene zijde van de leiding gedeponeerd. Vervolgens werd het zich onder het veen bevindende zand ontgraven en aan

de andere zijde in depot gezet.

Er is van deze waarnemingen geon grafiek samengesteld omdat do

.inhoud van de leiding te weinig varieerde en do waarnemingen op slechts één machine...van 1000 1 betrekking hadden.

Nabeschouwing

Vooropgesteld moet v/orden, dat hetgeen in dit verslag werd verwerkt, slechts betrekking heeft .op 1959- Door de gunstige weers-omstandigheden kwamen vrijwel geen stagnaties voor. In eon enkel geval, nl. op de zware klei had het droge weer tot gevolg dat de

sleepgraverbak moeilijk in de hard gev/orden grond drong, wat voor-al de capaciteit bij tvoor-aludwerk ongiinstig beïnvloedde.

Er is nog niet voldoende cijfermateriaal voorhanden om de capaciteits- en kostenlijnen voor het werken onder alle omstandig-heden te berekenen. Daarvoor Kullen nog vele opnamen moeten v/orden verricht.

Mogelijk kan dan aan de hand van een groter aantal waarne-mingen ook de invloed van de onderstaande factoren op de

capaci-teit in cijfers worden uitgedrukt?

1. de grondsoort, verwerkbaarheid en terreingesteldheid, 2. de grootte, het merk, type en bouwjaar van de sloepgraver. 3; het verschil in capaciteit bij het opschonen of nieuwgraven. 4. de wijze van verwerken nl. op de kant of in vervoermiddelen

vooral i.v.m. de improduktievo tijden die bij het vervoer van de grond kunnen optreden.

(12)

E

» •o a « % O) £3 O § O O O, 0> •o o $ +•> c e m « 0 1 f-i œ 01 M r-< P H ai -«-> -

£

C a) a •H C « * a be - H c m • o - a 1 H i—I a> « f - H •<-> (0 o ai »H ai

ti °

°>

e a> a>

2 ^

ho S ai a> f-i a I« f l £ JS

si

a> M a> ^

S

.8

o w •s $ kl

f

a> > a) co n v •* & •*-> o a) U en S a c m a> H a) ai r-t al + j o a> •o a e) a> - o • a -p-i a TH a> «9 > h a>

* -g

m

"8

a . l-l B

1

a «B

(13)

. s 0> • M M i - > X ! O n, o T? 3 O X3 e i—t 01 i l «M O 11 a <i> T ) o

.s

•o 3 JB 1 * 0) > a i - i to ci) > « b bfi D . 4 ) 0) en + J a> H C V a ev i l S) » ce i l • M co C 3 t » C a>

i

eu M 1—H 03 + J a> xs c •t-t T ! N H • t C « j » V • M k. « • W L. a a o m o CM I 1 1 I CM i f CM CM s s s II o m » CM II II O o m m • • C M C M " * ^ v , V , /A CO u a> M kt 0> l*-l m CM + ' O m r i *<Ö AÖ CO CO k l k l a> a> Jx! J4 u u eu a> * * <W < M 03 a J C M C M + +

1 1

• • t - o > r H r l ^ S - , v ^ At k l 0 ) > • cd i n a a i eu 1—1 10 r * o m m 1 o o i n xQ *fl3 k. k . $ % c d cd OD B> a D. CV CV cv a> i—i i—i co to I - l f i o o •n m cp c-l c-l o o o o co t-o xt i - l " O CO i-H i - l 0> CU + » > co cd cv Jd WS C e - H a> « k l C k , CU CU 50 + J e • r l CU • O " O • H CV <M - I O 2 S •»-I X I T l C

â

Ä j » M M t ! • H I M

2

CS c cd > c % i - i 3 U k i CU > <kf o c a i > cd k i 0 0 eu X5

s

>

g

m o M «V Q B eu 7 3 13 O k i bu eu •o § > •a i l eu X ! k i cd k i eu ft CV eu » p u

S

K C eu Î3 a) O +•> eu • a «s« a eu o CO k l • • <V T 3 • O i - > a IH S ^ eu w > . ki a> a •«v i-t m > +J e» kl s M T3 eu o, o e cv ki cd a> a c r i H ft ai M o o <N *"" O o 1 — o œ o Q CD O O

o

o

(14)

Leidingen en kavelsloten graven c . q . verruimen. Opname 1959.

Tabel I . Korte omschrijving van de z . g . "gunstige" Objekten behorend b i j de grafleken la en I b . Sleepgravers zonder schotten

Gebruikte machines en wijze van verwerken van de grond in %

Objekt Reiderland Groningen Godlinze Groningen Hunsingo Groningen Complex 34 Schouwen Zeeland Complex 73 Z u i d - B e v e l and Zeeland Complex 52 Schouwen Zeeland Zonnemaire Schouwen Zeeland Omschrijving werkzaamheden Periode van uit-voering Augustus -september Haart -april April juni Juni Mei - J u n i J u l i -september April Juni

Rvk. Het lestland \ September N.B. Brabant ! oktober T O T A A L Soort werk Leidingen graven en verruimen Kavelsloten graven en verruimen Leidingen graven en verruimen Overwegend kavel-sloten graven Overwegend leidingen graven Leidingen graven Kavelsloten graven Leidingen graven Bodem-breedte in m 0,60-1,20 ; 1:1 0,60-0,80 0,70-2,70 0,50-0,50-1,50 1,10-2,40 0,50 0,70-1,50 Tal u ds 1:1 1:1 1 : 1 * 1 : 1 * 1:1* 1:1-1:1*

1:ï*

1:2 1 : 1 * 1:1 Prof. I Inhoud ; in irô/m'; 3-19 2-5 | 6-9 \ 2-6 3-19 | 4-15 1-5 2-7 Overwegend voorkomende grondsoort K l e i , plaatselijk rustend op veen Zavel, plaatselijk rustend op zand

Zavel, plaats el ijk rustend op zand Zavel Zavel,plaatselijk rustend op veen Zavel,plaatselijk rustend op voen en zand

Zavel, plaats el Ijk rustend op zand Zavel,plaatselijk rustend sp zand Veriterk-baarheld v.d.grond Goed Goed Goed Goed Goed Goed Goed Goed Berk NCK Priestman •. 19 RB Weserhütte: Lorain 19 RB Koering Boom Boom 19 RB 19 RB 19 RB 19 RB boom Boom Boom Hovers NCK NCK Hovers 19 RB Bak In-houd in 1 . 550 600 600 600 550 600 700 500 500 600 750 750 650 550 550 5 SO 750 750 750 500 700 Gem. : T o t a a l j n , pmf.lnh. | aantal : p na/m' ; i"3 1 3 , 4 3 , 8 13,9 15,1 3,2 3 3 4 , -3,9 3,8 5,3 3.2 4 , 1 4 , -5 , 2

t

2,7 3,9 5 4,1 kant 6197 i 1 0 0 4677 j 1 0 0 7312 ! 1 0 0 7861 \ 83 6503 = 76 668 : 100 210 ; 100 10029 \ 1 0 0 16722 : 100 601 :: 217 ; 2883 ! 4416 ; 45 7636 : 8645 j 3063 | 215 I 1 0 0 10180 j 2768 j 1774 : 30 638 ! , : In aan- :- , In : , In GïiIC'si 5a n s~ ! spoor i dompers i e.d. 17 108941 57 100 100 100 24 55 43 32 31 79 j 43 I 70 | / j 100 14 I 4 21 52 11 xx ; Improd. t i j d In ge- i in % van de mengd ! t o t a l e sleep-vervoer : g r , uren 57 68 69 2,5 8,2 4,5 0,7 12 1,7 14 4,1

(15)

Grafiek IIa (behorende bij tabel II)

De prestaties van sleepgravers bij het graven of verruimen van leidingen en kavelslo-ten in verhouding tot de profielinhoud op Objekkavelslo-ten, waarop de verwerkbaarheid van de grond en/of de terreingesteldheid Binder gunstig waren.

Sleepgravers zonder schotten.

Improduktieve tijd: 10% van de totale tijd. Opname 1959.

bruto sl.gr,. :

m

3

/u

(16)

Grafiek IIb (behorende Dij tabel II)

De kosten van het graven of verruimen van leidingen en kavelsloten met sleepgravers in verhouding tot de profielinhoud op Objekten, waarop de verwerkbaarheid van de grond en/of de terreingesteldheid minder gunstig waren.

t

Sleepgravers zonder schotten.

Improduktieve tijd: 10% van de totale uren. Opname 1959.

Uurtarieven:

400 - 490 1 sleepgraver à ƒ 14.— + 2 afwerkers à ƒ 2,50 = ƒ 19,— 500 - 580 1 sleepgraver à ƒ 15,50 + 2 afwerkers à ƒ 2,50 = ƒ 20,50 600 - 660 1 sleepgraver à ƒ 17.— + 2 afwerkers à ƒ 2,50 = ƒ 22,—

(17)

litdUgeft M k«¥iU1e4«H flMWe» «,q. vennutMH. Opnam« MBt.

Tabel t l . Korte omschrijving van de z.g. "minder gunstige" «bjekten behorende bij de grafleken lia en IIb Omschrijving werkzaamheden

Sleepgravers zonder schotten.

| Gebruikte machines en wijze van verwerken van de grond In % ! Verwerk- ! j Bakln-j Gem.prof.; Totaal j Op de: In ; In aan- Mn ' I I baarheid ' ; Merk ! houd ! !nh. In I aantal \ kant j GfiiC's! hang- I spoor; ; v.d..grond I ; In 1. i DU/B' ! B3 | ; dompers e.d.i Objekt I Echteló-llenden i Betuwe ! Gelderland Tlelerwaard Betuwe Gel der! and

j Land van Hegen j Üoord-Brabant

j Land van Vollen-j hove,OveriVollen-jsel ! Texel j Noord-Holland Lunterse beek Vel uwe Gelderland

'Periode "van";"

uitvoering April -september Stort werk Bodem-breedte m in ; Taluds Leidingen graven en j 0,70-1,30 j 1:1 verruimen \ 1,30-1,90 ; 1 : l i September oktober Maart Mei -augustus Augustus oktober ! Augustus ; oktober

{R!ngpöVdëKÖX)T'MÏ"-I NoonWtolland {R!ngpöVdëKÖX)T'MÏ"-I september

IRlngpolder (Gront ; April -jmlj) Noord-Holland j september

! T 0 T A A L

Kavel sloten graven

j 0,50 •t j Leidingen graven j en verruimen i Kavelsloten gra-: ven 0,50 Watergang ver-ruimen Leidingen en berm-sloten graven 0,50 0,70-1,80 ! Leidingen en benn-I sloten graven ! 0,50 ! 1,60

Prof lel-: Overwegend inhoud i voorkomende In m3/m'; grondsoort 0,5-4 f Leidingen graven en j verruimen \ 0,80 - 1 , 3 0 ; 1:1 ;0.5-8 1:1 1 : 1 * 'i variërend 0,50-1,40 | van 1:1 ! tot 1:3 ! 1:1* 0,70-1,00 M : l i 1:1 1:1* 1:1 1 : * xx 2-4 0-5 1-5 0,5.-17 0,5-15 | Zware rlvler-i klel,plaat-j s el iklel,plaat-jk rus-I tend op grof j zand •; Zware rivier-I kl el,plaats e-; lijk rustend ! op grof zand ! ! Rlvierklel, j plaatselijk I rustend op | zand j Klel,plaat-! selljk rustend ! op zand en i veen ; Klel,plaat-; selljk rus-! tend op i zand I i I Zand \ Lichte kiel ; : :. , Ï : jLichte kiel j ! Matig, •; zomerhard •j Matig, ! zomerhard I Matig •

i

i Matig, ; zomerhard | • jMatig, \ zomerhard i ï I ; jMatlg.latt van boom-wortel s

Matig tot goed, veel sloot-k ruls Ingen

Batig tot goed, veel slootkrul-s Ing en ' Michigan | Rapier Boom JJK 40 Unit • Unit Rapier Valk Prlestman; 10 RB ] Mestman: 19 RB : Michigan ! Michigan ; Michigan ! Michigan i Michigan Michigan \ , BCnger ; Boom 19 RB Boom • 19 RB Hovers Hovers Rapier Hovers 0 enK 0-enK Rapier Hovers 0 enK Hovers : NQX Lorain . Lorain Buckeye Busk eye 19 RB Priestmaa ; Bünger Lorain Lorain « 0 420 430 530 580 660 410 430 430 430 630 680 400 400 400 400 400 400 490 450 600 450) 600) 400 430 430 450 450 450 450 400 500 500 500 600 600 600 600 650 450 500 600 600 ! 1,9 ! 2,9 ! 4,7 ! 3,7 | 1,8 ; 2,5

'I V

! 4,3 I 3,6 ! 3,4 j 3,3 ! 3,3

I 2,8

j 2,5 \ 2,4 ! 2,1 \ 2,2 j 4,5 j 2,4 ! 3,2 j 3,6 ; | 8,9

I 3,2

! 4,5 ! 3,5 ! 3,8 ! 2,8 ! 5,2 ! 4,2 ! 3,4 ! 2»*

I

M

| 5,-I 6,5' ! 9,1 ! 3,7 \ 6.4 [12,7. ! 9 , -! 7,8 i 7,4 I 7,-! 7334 j i 7366 ! ! 11315 ; i 16421 I \ 11751 : I 6258 ' j 238 \ 5299 • ! 939 • ! 3016 1 7704 j 3035 ! 1162 ! 1534 ! 2834 I 851 ; 1782 ! 1726 I 1269 \ 4027 | 7909 j 2717 I 5569 I 331 j 9482 ! 543 ! 7270 ! 900 1 505 ! 504 j 3002 j 10723 j 7123 I 11432 i 4468 I 6794 I 191 | 2304 ! 4602 j 4462 \ 3710 ! 9835 33 I 18 i 4 ! 16 ! 14 ;

- i

4 j 15 \ 6 I 44 j 34 ! 19 ! 7

H

47 j 8 I 100 j I 18 ! • 76 ! \ 11 I ; 100 j ! 100 j ! 10 1 ; 6 ! : 100 : I 52 I 67 j 82 ! 96 j 84 i 65 j 100 |

ioo |

96 ; 100 \ 100 ; 100 ! 85 j 24 ; 82 j 38 j 3 94 56 66 100 100 17 70 92 100 100 100 100 100 100 100 24 89 100 100 90 43 48

!

18

1

i •

; ioo i

! ioo j

j I 40

I : 33

i : | j 53 i I ! ; : : j |

I :

; ; j ! ; : j : i ; ; j } : j j : ; \ \ : I ! j

I I

I 13

J ;

, n A*- \ Iraprod. tijd In %\

mengd ; v a i de.total e ! vervoer ! sleepgraveruren 16 18,5 8,1 3,3 7,6 7,5 j 200243

17

44 33 10,8 xx

(18)

Grafiek lila (behorende bij tabel III) Objekt Oostermoerse Vaart

De prestaties van een 800 1 N.C.K. en een 500 1 Hovers sleepgraver, zowel met als zon-der schotten werkend, bü het verruinen van sloten in verhouding tot de profiel inhoud. Zomeruitvoering.

Grondsoort: zand net plaatselijk veen in de ondergrond. Sloten plaatselijk begroeid met waterplanten. Improduktieve tijd: 5% van de totale uren. Opname 1959.

(19)

„, III) °"Jekt Oosi-"re' v"r t

« . » •«» " *r' " " "! ' " U m s l o t e n « t ,«n 800 1 «.C.1

. 4mpn v a n SlOT-e» u „ o r h n u d

„ b i J ub.1 I") 0 b j e k t °0 S t m 0 e r S e eer 500 1 Hovers

sleep-i e k 1 I l b ^horende biJ tat« ^ ^ x N> e 50 h o u d.

hPt verruinen van sloten me v e r h 0uding tot ae v

De kosten van het v err ^ . ^ w e r k end.

graver, zowel met a l s

„ r - i t i o T l n . . k v e e n i n de ondergrond.

Grondsoort: Zan «e Pi d ^ w a t e r p l a n en.

Sloten Plaatsel j k beg ^ w t a l e u r e n. IniP.roduktieve t i j d . 5* Opname 1959->. f 2 50 - ƒ 25»~~ t/urtaricrcn: + 2 a f w er k e r s à ƒ *. 800 1 sleepgraver * f 20' + 2 afwerkers à ƒ 2.50 ƒ 5 00 1 sleepgraver à ƒ 15. I !

'n3jncL of werken

' !

r i : i ; i •

9

"to " P ^ W '

n m3

^

(20)

03 . t~ CT) CJ> LTO en ' ^ •.- o ra c= c_ •— en > ta • X X : fc* <= **"* : -o •• e en ; CD : ra > • c: • ~x: i _ GJ CU > ra > eu N I * : c : eu ! S c o <tf ; e a>

! 1

•' _cu t u : t a : c: : eu : " O eu • X T : E : TO : ra : M ;'-£ : eu : S : en : C : > : •«— : c_ • _ C : O : « : £3 ! c3 l - 3 £ r 3 t )

e

C L E " — • * : C : —— ! c : .— r : o ê : E CD ! <•£> : 1 et? : C Q ! «L : Q> ; > •

: i

: S -CU 5 * : C D ; , • o : t -• o . '. CU •• - a 1 eu ; C : CU • a -• o K=> C • + • * ra > eu eu •— c -*-• •»-en 1 c CU CO en s » - M O - a l L . > t . o a g. « 1 in ro ro CO - c ! o -m 1 0 C S 3 — C 3 CD. CO C D T J ra c: ra ra -4-> CO - o H-' g e -g - d L-- cr ^ O ) S 3 -+-' cr 0 3 CO C f r— C Q> t -3 S -a> o • > t Q3 C L C O f H C O » J Q j co o ë * _ Q _ C -o if S ° eu o en > 1 "05 ! • — C M— . — CO "CJ 3 C3 CQ 1 • * » 1 3 - X J eu eu - o o C O J L J •z o » -+-» L -o o c/> O * C u c: tu ce o > > -*-* = i • + - ' o O l *»—» - O C 3 1 C I p L . en • o 3 O - C C CD M -1 S -O o U3 t J • r— 1 ; • • • : < ü r & : co e ; *• » 3 1 d eu - a c ro I~~J eu - o 1= o N c: eu eu ^ 1 o - C o CO 1 ra ro ,» o . o o C v l eo t o 1 C O o o C O k = CU -t-1 en ro R -^ w—\ ^_ CU CO oo 1 H « 1 T — T -O C D C s i | C D r^_ C D 1 *cu ^_ C ra > c CU e • P . 3 t -t _ CU > O . CU (/) 1 J 3 — 3 i

e

o o E L . O - M (/) O O H - * O - o O o en o - O Hc* • — • • T * " c: CD O i/i fZ 03 t : GJ en c " O -*-» I _ ca <o > * Ö == - a eu eu o> 1 ra 3 -+^ CO e -•-• eu JC o CO 1 c: ra & eu -^ oo C O o o CVI L O eo » C O CD C D C O iZ eu--#-» KZ CU - I - ' î! CU > eu a i eu - o c= o M 1 O - C CU CO C U C D 1 — r-— oo ^_ » CsJ O O L O t : •eu - f - * t eu > o ac 1 o -t-> J = eu o s co C D : C D : ^- : C ? : -3- : T — co : co : • ; t ~ " C i ; C D : i r > t c: ! eu ; -#-* : ' ra ro

-e

eu » O > o eu - o - o eu > CU

(21)

c Ol en ja T — <0 CD - o e c m o ex. o tu 1Q >• o en > c: •— • o o? •— - O CD CO :"o : c : ; 0 1 : CD : - o : c : » : c : o» : fc-: o s : > i c ; co : > • : CD : M : :* c: : c w— L CU : cu : c : ~ö . co . e ; o : -»-> :__*:

Ie

- O • O :<£> C - u O ) J C : e ca • co |si : er-t = > •*•-* •^» t -- c : o i/> • e • C J X X te •> » • e r-* -o' o t -Q . 1 CD o i c 1 er co co 1 = "— c T D T D O l c O ) t -o ü o , c ca - J C c o » - D i O ) > 1 e o T D S S • - . + > • • e • CL CP CO ;.. a - o _*: ; t

£.

: t ^ e : a> CJP

Hs

( X t CO co M -O l _ C L 1 c : ""* •£ CL

ü-e

F

!

u

: =* 1 c co co 1 1 = • r -3 o - C c ca CU CO i o - i £ : «- - o : CD : >• :CD 1 o L -L= CD cn o o > T 3 1 <U . u . t - . A a> " U I o C Q a t T J o L_ CU C u " O ZJ r— CO J -a> " O CU CU -E o 3 •+-* (_ o o C O 1 •r— 1 3 C CO > o CU ••—» X I o 3 a E s c er t = c_ <x> o > r—' CO T D 3 O J C c •*— - o CU 1 TO c: o l _ cr> CD • o c o H c * * • o -te» c a> o > E CD O . C J m £ 3 C "~ , '— • o > c a> -*-• c o o CO " s r o e i C L CD CD CO - a CD O S oo a

e

O l c : CD • f - • t _ : ^ • CX) : "^ : cvi : • * * " ; u"> .' C D - -st-; L O : "^ : ^ ; CD : co : co : co : ixi t ~ * (-c: : E : o : o : en 1 C D -sf-x~~ ir> co cr> C V I T — CNJ C O o co co öö i n CSJ c c ö o o c o T D • CD ; cS : oc •*— . CD ; CA . ^-. co : ro c; CD CD > C i . o • Q . T D r— • CD > : co : f - J c CD -*^ co 2 oo C V I ; : 1 : O : f * -: «=> ; i o w> : CD > co : -^ c CD C " CD O l : c ! "o •r— : C D ! ~J i i _ : C X : QJ •*-:> : ^^ : O O : o _ o • en *"" : t : o e •*— S t _ : CD '• >. : c CD CD >• CO : t _ O i : c CD -+* r— =3 T J C : <ti \ CD : ca t : o O : x : (— r , o o T — 1 ~ -o> T — co • * co *-" o UI \J->

s

: s CD cS - ü *^-CD co •+-» CO co C L a> «v-> ac c: CD CD > C L O " O C CD - t - * CO 3 £_ en T co ^~ • • T — o ^^ V Q C O o 1 Z o t = CD > CO 1 _ O l c: CD O l ( C T 3 ••— CD — 1 1 C l 3 « c : o c C S - u c CO fc-o "CJ CD cc H « T * -• -• T_ o co C S I 1 o c o ^—* c : CD : E ' •*—

z \

J _ CD : >• H -1 C L : CD -CO ; ! : -* C S ( co r~-co : O . i r ; co C M c o S L O c co c o — 1 - o CD O C 3 J C •*-! r-— CD CO - W CO 0 3 r—* C L ^M CD > 1 0 r-1 T J C= CO N Q . O - o c CD -•-• CO 3 t _ e n CD Y ~ • * x— l ? o > CO c U i et CD O co CD > CO se; l -*-• £ « CO 0 3 E s C O c C 3 CD C • r~ T 3 cS - * n ^~ • » '~ o C O • • ? o co o c CD 5

i

t _ CD > C CD C -C L co - L O •k -* ' V ' " " C3 : CJ • c r > • CNI '. O ; o H— ; i •* i o : o ; i n i : e o : o : C D o o v — C - J C M r— <o O Î te co CD L O E O o œ CD ; cS : J C • *^-1 • »— : CD co \ *+"• co : co ; #"— : e x * r— CD > : co : i - j - u c -co : M ' C L O T J . iZ CD -*-co 1 : 3 c : c o co : o : f " " i o : c : a> - G 03 : > : Ç0 C C J l er o O l ; e i "O •*— CD : l » «_ : C L c : O : CE> ; o • O l c #^— CO c 3 .• r c H« :' T— T - ; C 3 : r— CSJ C : CD : e ;

ê :

c_ : CD : >• c 3 ; r— L O C O d -cc co tr> ( — 1 -«f t — O L / 3 L O S o o co 1 • I CVI r O LO CNJ C O L O -* co oa r>--*" "e—

s

L O e o o co CD O co J C •*—1 -_ ü ) co - t -1 CO co r » o-r— CD >• CO r-J t i c: co N C L o T J C CD - f - * CO

e

co T" H « T— 'r" ei o te ^— c; ca > CO t _ O l c a> O l c T 3 CD 1 C 3 ~ 3 C v l L O X t a r—• C L . O " C V I *• T — CD -at-te CNI -terf C L CD CO c ' CD 2X 3 O sz C D C O C O co co CD co C V ) L O O L O L O E O cS " C c CO "CD CD O f > l c_l c o -1 te r— • • • " : co : * ; co : ' co ; •* r— : : ( — '^ T — ; • 1 ; ': ^ • : CD • : CD co :

e !

: o ; > : o : 3 C : T 3 : : c» ? S ; : JC c 1 : •—• a> t — c : CD CD CO CD • - * • • • > co : 1 co. C L ; : i — o o . : " o : > * c , — CD : CD - + - * -xj '• ; > co c : co p co : : N t M : r~-l ; cvi : ^— : • • v — 1 O CD . r— C D * te CD •«— : c CD > : ra t _ O l c o O l c: T D CD 1 1 *+^ * C L - t e * CD _ ^ c o o - • - ' " O c c co 0 3 _ Q . — ( 0 co c o CD SB • > CO •+•* o : o g= : =c ) • o J C u > o cc: =£: co JO o CL O S2 O l CL co CD CD " O T 3 CD C = ) X

(22)

Grafiek IVa (behorende bij tabel IV) Objekt Poortvliet

De prestaties van twee 360 1 Boom sleepgravers, bouwjaar 1958, bij het graven en ver-ruimen van leidingen en kavel sloten in verhouding tot de profiel inhoud.

De machinist van machine no.1 «as meer ervaren dan die van machine no.2. De machines zijn sneller dan de oudere typen.

De stippellijn geeft de prestaties weer van de 500-550 1 sleepgravers op de „gunsti-ge" Objekten (grafiek Ia).

Sleepgravers zonder schotten.

Improduktieve tijd van 360 1 Boom: 1% van de totale uren.

• » » 500-550 1 sleepgraver: 4% van de totale uren. Opname 1959.

bruto si gr., J

cap. in nri

3

/u

(23)

+J « 1-4 •-H •«-> Q

1

• * * Jtf 0) O P ja w

£

•Q X A « ** • M S 9 • M M C •rt •o 9 O * H « > S

-s

O) <-« » 4 CS 01 F 9

S

« to hi

g

•J • M M a 0) « 1-4 «

1

• - i

S

CO

s

» • •M

8

a +> o « •t a « a a> a •rt T> • H « I - H

S

a

ï

9 »* h » a 4>

8

& +> . S "S o

S 3

• "H i - t a •> a> t - i

§ i

M a «5-8 « * a a> u V •a g o V • s— « M 73 » «H U ^ a> « t-t u —1 M 0) v ^ a _, u a a> a +» •»-» j * T H a> N T? A » O

3 »

ï l

<s 1

t « . "O . a. o o a «> S a a> • H • « S f - S g S * t - i «-t •o o lO

S "

T3 1 a o « o u m

t «

»H t a e a & S ï t.

s i

* a

~ S

Q o Si m m m a> o *+ M V ^ N - . il n o o IO lO N M **-,^ x& *ai <n m u u a> a> M M U U

II

a) a) PS N + + I ° 1 m M « » H *-« ^ " ^ *<d xd k i a> •s u a a> v

I t o

t H w ' K n a k t . O O -9 œ 9. E3 co «O a £ a 9 « « 9 r - l . m -M *> o S *. « ^ T3 •

S 5

* "• - & p-H . . n

S

-<S m m —' i d S § 8 8 3 w* ° 1 «> « S * • a m •-< •»-i r-t

5 S

•Sa

S S

r

ë

f «

»H " f i '*•» 8 "^ » N »H « a»

2 3 cg

h. •» »

si 1

* 5 S « a a

(24)

O s l *• T -•8 r—* a -+-• & -<** o? % ; c : - *3 ! : co • • ; - f " O : « .— : o en ; s < i co ; : co : : c : •+-• ; • • * i - ; ! o» o -•*" o ; a . tZ : •! 8 £ : ; a a : • c o 9 « 4 « -: co o C L ; t : c o A S t -OJ > c o i CD > • C O |

g

C L co cu o - t - » £ C D O -*-• -*-* u > = 2 " U c: 0 3 o \ - u k^ CU o * l _ 3 2 c • CD • CO ' > : X ) ' c; : co : N é : O cr> L > c o •• » c_> C D O O ) L O C O o o oo co C O CT P - T T -O -O •«— c v l |

s!

o> .; *— : C O - « • C D T — S ä -C D C O L O r— C 5 L O r— O C v l S o L O co •» o -<3-C O un T ~ " r— C D r*-o C V ! o J : c v l : co : i r ) ; 3 ! r*- .' co : o l c v l • co f O : co . co : SP ! r— : co ; en : -LD • a -2 eu 3; CD 3 ; . . . , , . , : co : " O ; - o o c o • o : #.- co e : -t-> e a. -«-> : >;> n c : co : u u » - 3 s CD X ) e • C L < r— m co t o L O T -P - L Q C O L O o p--evi o C D ; o ! o : • * * • : C V I . L O L O 1 — C O 1 — C v l co L O co co co co 4 -I

s

c : s_ C0 3 c >• CO _ * T J CU co - t ; j = t -o . Ç0 o co - O eu " C c » co < -, — . >• <o c ra = » co t -O -O t » > - ^ % ~ i : I : G ; - o co : c : c co O O CD L O K i : co : co co t i co CU M 1 c v l , — - c j co c c •— CO ~ H -"*» "° ë CO C CL « - o «_ t- 9 U_ CT 3 ie : ) o c : co : CO :CQ -«f- c o CT) T— c o c o o o e n I 1 Cvl CO O C i evt cvl

w ;

- 4 - : c v j ; C v l : -* : S : \j) ; C D C D tZ> L O r»- co , _ o o C D L O « *• C s j C D C O T— CV1 C O O ) - 4 * - s i - L O i—> C O co co C D L O C O C v l C D L O C v l r — X " " L O C O

.r...

T ~ r

-v

^ r -C D L O C O CVi C D C D 1 — CT> ^— r --* U T

,.z.

C V I L O C D L O v — co : -o

: °

: c • r — • t : o 1-9 i e : cn : t . CO : CO ' c e n ^ i l L O c n C D CD C D C D U - l C D C D C O 1 — C D C D C D C D O C J C L c co CU > t _ co -a: co • : c O l L : CU o> u »f T J •«— CO - 1 C J L I - u 3 O J = t _ co CO X 3 I — CD co co " ~ -LZ CO 1 - - t ^ fe3 «3 c o c o OL CC

y y

CO CO : > r c n : CJ : g. : co • co : » : C ' CO : "CJ : co = 3 > CO - H » -*: " O P E 2 " O S C L . I — ! o o o e i o m - w as ; « » c L JL> • * co 3 • c n evi ca • v— i E r=. . co co : > -«-• : • > - i/t o CJ •VJ co r — -+^ CO e o 12 0 9 : O : C D : co CU > - f - » C L O co - u • < J ËS t _ CO Ü-5 O CD LO LO O C D CD CD CD CO CO m o c CO i_u o CVI c v | O CD S CD CD CS "E -a s L O 3 ca co «> co ca •— > co co > fr« L O M C D • • - o ••—» •**-co > co "•"< -^ 3 • u 8 o . f = ^-* CU c K I c CU L . 3 O > CO -*^ ^e 3 T D E C L I S co n

(25)

7

-R a p p o r t n o . 1 6 .

DE PRESTATIES VAN VERVOERUDDELEN B I J HET GRONDTRANSPORT

I n l e i d i n g

In 1959 werd niet alleen aandacht "besteed aan de prestaties van de sleepgravers, maar ook aan prestaties van de verschillende soor-ten vervoermiddelen vrelke worden gebruikt voor het grondtransport. Het bepalen van de capaciteiten van deze vervoermiddelen gebeurde

eveneens door middel van tijdschrijving.

De meeste waarnemingen hadden betrekking op het transport van grond bij het graven of verruimen van leidingen en kavelsloten en

slechts een klein gedeelte op het vervoer bij het egaliseren of uit-laden van percelen, het transport van schotwalgrcnd e.d. De grond werd gewoonlijk afgevoerd naar te dempen sloten en op te hogen

laag-ten.

De grendafvoer vond plaats met:

Ie. GfLïC's met voor- en achterwielaandrijving, gemiddelde bakvulling 3-4 m3.

2e. aanhangdompers getrokken door wieltrekkers (30-50 p k ) , ge-middelde bakvulling !£ m3.

3e. op Fordson Major wieltrekkers gemonteerde bakken, gemiddelde bakvulling 2 m3.

4e. kipkarren op luchtbanden, getrokken door wieltrekkers, gemiddel-de bakvulling l{r n3«

5e. tweewielige hydraulisch kipbare landbouwwagens, gemiddelde bak-vulling 2 â 3 m3»

6e. spoors afhankelijk van het motorvermogen van de loco varieerde het aantal karren per trein van 5-10 stuks met een bakinhoud van f of 1 ir,3.

Er werd overwegend spoor van 9 kg/m* gebruikt.

Do GLIC's en het spoor kwamen gewoonlijk voor bij afstanden van meer dan 300 m. De aanhangdompers, kipkarren en kipbare landbouwwa-gens werden meestal op de kortere afstanden ingezet.

Door het uitermate gunstige weer in 1959 v/aren de rijbanen die gewoonlijk over gras of bouwland liepen in goede conditie. Er is

vrijwel geen gebruik gemaakt van rijplaten.

De resultaten van het ondersoek

De capaciteit van de vervoermiddelen hangt af van:

Ie. de transportafstand, de terreingesteldheid en de hoedanigheid van het stort welke bepalend zijn voor de rijtijd en de

los-tijd.

2o. de capaciteit van de sleepgraver,waarmee de laadtijd samenhangt. 3e. de bakoppervlakte en de toelaatbare bakvulling i.v.m. de laadtijd

4e. het a?ntal m3, dat per rit wordt vervoerd.

Bij de berekeningen kwam de transportafstand het duidelijkst naar voren, gevolgd door de sleepgravercapaciteit. Verder bleken

de capaciteit van de GMC's t.o.v. de afstand duidelijk anders te verlopen dan die van de aanhangdompers, kipkarren en kipwagens, welke laatste onderling niet veel verschilden.

(26)

- 8

D G diverse objecten bleken ten aanzien van de prestaties geen noemenswaardige verschillen op te leveren. Op grond daarvan werd besloten om de v/aarnemingen betreffende aanhangdompers, kipkarren

op luchtbanden, kipv/agens e.d. gezamenlijk te verwerken. Zodoende konden de volgende overzichten en grafieken worden samengesteld: Ie. capaciteits- en kostenlijnen van het vervoer van grond met

GMC's bij sleepgravercapaciteiten met 10 m3/uur opklimmend (ta-bel I> grafieken Ia en I b ) .

2e. capaciteits- en kostenlijnen van het vervoer van grond met aan-hangdompers, kipkarren, tweewielige hydraulisch kipbare land-bouwwagens on op Fordson Major wieltrekkers gemonteerde bakken

(tabel II, grafieken lia en I I b ) .

Daar onvoldoende gegevens voorhanden v/aren van het transport met spoor en karren is volstaan mat het geven van de capaciteiten in de vorm van een overzicht (tabel III a - b - c - d ) .

De berekende lijnen van de vervoermiddelen geven de bruto capaciteiten en de brutokosten weer, d.w.z. dat de improduktieve tijden er in verdisconteerd zijn.

Vergelijking van de capaciteiten van het grondtransport met GMC's en met aanhangdompers e.d. geeft te zien, dat de capaciteiten van do GMC's bij de onderstaande sleepgravercapaciteiten en af-standen hoger liggen, nl.s

bij oen sleepgravercapaciteit van op afstanden boven 10-20 m3/uur 200-250 m 20-30 " 150-200 " 30-40 » 100-150 " Wat do kosten betreft zijn bij een sleepgravercapaciteit van minder dan 30-40 m3/uur de aanhangdompers op afstanden van minder

dan 6OO m voordeliger dan GMC's.

Naarmate de sleepgravercapaciteit groter is komt dezo grens op een kortere afstand te liggen.

Het voordeel van de aanhangdompers e.d. boven de GlvIC ' s is dat ze beter wendbaar zijn, sneller kippen, een grotere snelheid halen in het terrein en dat het uurtarief lager ligt.

Het nadeel van de kleinere bakinhoud komt duidelijk aan het licht naarmate de transportafstand toeneemt. De bakinhoud van de GMC's is aanmerkelijk groter. Gemiddeld wordt 3 m3 grond geladen

maar er kan soms ook wel 4 §• 5 m3 geladen worden wat vooral ten

goede kan komen aan de voortgang van de werkzaamheden van de sleepgraver als men op een bepaalde afstand over te weinig ver-voermiddelen beschikt.

Duidelijkshalve zij opgemerkt dat het aantal vervoermidde-len, dat bij een bepaalde afstand nodig is, uit de grafiek bij

benadering berekend kan worden door de capaciteit van het ver-voermiddel bij die afstand te delen op de sleepgravercapaciteit.

Nab e s chouwing

Er zij nogmaals op gewezen dat de weergegeven capaciteits- 'en kostenlijnen betrekking hebben op de werkzaamheden in 1959» Ee weersgesteldheid was in dat jaar buitengewoon gunstig en de rij-banen verkeerden over het algemeen in een zeer goede staat.

(27)

Grafiek Ia (behorende bij tabel I)

De prestaties van QMCs bij het vervoer van grond in verhouding tot de afstand, re-kening houdend met de capaciteit van de ladende sleepgraver.

Het vervoer vond plaats over bouw- en grasland.

De toestand van de rijbaan was over het algemeen gunstig. Bakvulling: ± 3 m3 per vracht.

Opname 1959.

bruto GM Ó

cap in m^u

(28)

Orafiek lb (behorende bij tabel I)

De kosten van het vervoeren van grond net GMC s in verhouding tot de afstand, rekening houdend net de capaciteit van de ladende sleepgraver.

Het vervoer vond plaats over bouw- en grasland.

De toestand van de rijbaan »as over het algemeen gunstig. Bakvulling: ± 3 ü3 per vracht.

Opname 1959.

Uurtarief GMC: ƒ 1 0 , — .

brut Q.ÏCG5 täi

gld.

(29)

I oo CD t a £ -K* t CD CD I c o C O un m csi 0 9 C - « - ' ( 0 .c: m o _o CD .-—» f — »1— co «-CO c •-a> C D V - £^= : C D : i n : O : U O : f ^4 : C D : i n : C D C O I D C D C D C O I T ) r^-co -*• CsJ 1 C D C O L O C O 1 1 C O C O C O 1 1 •at-C O L O 1 C D un r— cz> C-sl C D un CSI C D un L O C O 1 L T ) C V I L O en *— l un C s l •» -* L n co C D L n C O <Xi C D Li") C D O un ÇB 1 t ^~ co co : . C D : JT> : en : i n -. C J : un : e-v» : en : ao : en : C D

e

s #

C D C O -* C D C D i n C D 0 5 C D i n CNJ C D un C O C D un C O CO CD Csl en CD CD un CD co CD Csl un en un en t c .—. a . cz eu cd o ce -» CD L n i n -st-en C D C s l -<*-un en C D co en co C O C D CVJ ao c v i oo C D CS1 d -C D oo ^— co co co C v l r— co co C O C D ^— co co 1— co C s l V ~ C D C D I — : en : un ; en '• co C » : tu — CD : i = co se ; I — . 03 G) , — C!) O l CD CO I 1 — co I co co rO l _ cn eu T-l O a . to c: ta c~ •— .— -a

ts

"? £ • 'Z -st-X CD C l . r o C J ' U * cz ce o LU r » j -<»• X a> (. F-S " U e TO CD a> r - j ISJ . — • ' -4-# T D a

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Naar de invloed van de cotylen op de verdere ontwikkeling van de plant werden verschillende onder- zoekingen gedaan (8,157,159). Deze toonden alle aan dat de ontwikkeling van de

Bij dit onderzoek, dat voor- al bij de tomaat reeds ver is gevorderd, is onder andere gebleken dat het gewas andere eisen stelt aan de dagtemperatuur dan aan de temperatuur 's

De kosten voor de instandhouding van de bodemvruchtbaar- heid worden jaarlijks onder de produktiekosten opgenomen (com- post, kalk, e.a.). Het verloop van de jaarlijkse

jaren was een vrij groot aantal voor het doel niet bruikbaar, omdat het gewas niet of slechts in zeer geringe mate op fos- faat heeft gereageerd (73 jaren), of omdat de met fosfaat

Op basis van mogelijke aanwezigheid van gevaren in diervoedergrondstoffen en diervoeders, mogelijke overdracht van deze gevaren naar dierlijke producten én toxiciteit van de gevaren

In situaties waarbij de parkeerdruk in de openbare ruimte structureel hoog is, maar er nauwelijks gebruik wordt gemaakt van de parkeervoorzieningen op eigen ter- rein,

Een aanbestedende dienst of een speciale-sectorbedrijf stelt bij de voorbereiding van en het tot stand brengen van een overheidsopdracht of een speciale-sectoropdracht,

De reeks publicaties “SOBANE – STRATEGIE Beheer van beroepsgebonden risico’s” heeft als doel deze strategie kenbaar te maken en aan te tonen hoe de strategie kan worden toegepast