• No results found

Correctiemodel geschiedenis

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Correctiemodel geschiedenis"

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

CORRECTIEMODEL GESCHIEDENIS HEREXAMEN HAVO 2015 Suriname

1.Tijdens het bewind van gouverneur Kielstra (1933-1944) kwam het nationalistisch gevoel

sterk naar boven. Dit gevoel kwam in de beweging Unie Suriname tot uiting.

Welke rol vervulde deze beweging kort na de Tweede Wereldoorlog? 3p. Zij oefende druk uit op de Nederlandse regering door een commissie te sturen voor een snellere

autonomieregeling.

2.In 1949 kregen wij de eerste algemene, vrije en geheime verkiezingen waarbij de politieke

partij NPS een grote overwinning behaalde.

Leg uit hoe het komt dat de NPS zo’n grote overwinning kon behalen. 3p. De statenzetels waren op 21 gesteld en Paramaribo had er 10. De creoolse bevolking was het

grootst in de stad en behaalde daardoor alle 10 zetels, de 11 overgebleven zetels werden verdeeld over de andere districten. Elke bevolkingsgroep kreeg daardoor een eigen district. Hierdoor stond de uitslag vast.

3.Nederland vond dat het na de Tweede Wereldoorlog de economie van ons land moest stimuleren door middel van planning.

a. Hoe heette het eerste plan dat Nederland in ons land introduceerde? 2p. Het plan heette het Welvaartsfonds.

b. Waaruit bestond dit plan? 3p.

Dit plan bestond uit:-Luchtkartering -Volkstelling

-Experimenten in de Prins Bernardpolder

c. Beargumenteer of de doelen van dit plan zijn gerealiseerd. 3p. De luchtkartering en de volkstelling zijn uitgevoerd, maar het experiment van het Prins

Bernardpolder zoals het eerst gepland was nl. om emigratie van Nederlandse boeren mogelijk te maken is niet gelukt.

4.Na de Tweede Wereldoorlog (1945) kreeg Suriname ontwikkelingshulp van Nederland. De verschillende ontwikkelingsprojecten en strategieën moesten leiden tot volledige economische zelfstandigheid.

Noem twee (2) ontwikkelingsstrategieën op die na de Tweede Wereldoorlog in ons land werden

toegepast. 4p.

-Het aantrekken van buitenlandse investeerders (industrialisation by invitation) -Joint –venture.

5. Eind 1977 won de NPK-blok wederom de verkiezingen.

Op welke wijze uitte de bevolking haar ontevredenheid over het beleid van deze regering? 3p. -Er vond en toename plaats van de emigratie naar Nederland.

(2)

6. Na de staatsgreep van 1980 zou er op economisch gebied een ombuiging plaatsvinden van het ontwikkelingsbeleid.

Leg uit hoe het gewijzigde economisch beleid vanaf 1980 uitgevoerd zou worden. 3p. Er zou gewerkt worden aan kleinschalige projecten.

7. Vanaf 1986 tot 1991 woedde er een oorlog in ons binnenland. Welke invloed heeft deze binnenlandse oorlog gehad op de betrekkingen tussen Nederland en

Suriname? 3p.

De relatie bekoelde nog meer, omdat de Nederlandse regering ervan werd beschuldigd steun te verlenen aan o.a. Brunswijk.

8. Met de “Kerstcoup” van 1990 was weer eens duidelijk geworden dat na de verkiezingen van 1987 het leger nog grote macht en invloed had in ons land.

Leg uit hoe deze “Kerstcoup” zo gemakkelijk gepleegd kon worden. 3p. -Het leger kon de macht gemakkelijk overnemen, omdat het volgens de grondwet van 1987 een voorhoede rol had in het bestuur van ons land.

-Ook na 1987 was er vrees in de samenleving voor het geweld van het leger waardoor er nauwelijks verzet was tegen de “Kerstcoup”.

9. Na de verkiezingen van 1991 zien we de opkomst van partijen als de NDP en DA 91.

Noem twee (2) punten op hoe deze partijen zich onderscheidden van de “oude partijen”. 4p. -Deze partijen waren minder etnisch gebonden.

-Deze partijen hadden in tegenstelling tot de “oude partijen” een duidelijk economisch en politiek programma.

10.. In 1991 trad de Nieuw-Front regering onder leiding van president Venetiaan aan. Het ontwikkelingsbeleid van deze regering ging uit van een ontwikkelingsproblematiek die twee aspecten had.

a. Uit welke twee (2)aspecten bestond de ontwikkelingsproblematiek volgens deze regering? 4p. Een democratiseringsprobleem Een economisch vraagstuk.

b. Leg uit hoe de regering Venetiaan dit probleem wilde oplossen. 3p. -Uitvoeren van het Structureel Aanpassings Programma. (SAP)

-Door de instituten van de rechtsstaat te versterken en het leger te depolitiseren.

11. De media maakte in februari 2015 bekend dat Alcoa ( moedermaatschappij van Suralco)

plannen heeft zich uit ons land terug te trekken. Welke mogelijke voordelen (1)zijn er voor de economie indien ons land Suralco volledig

overneemt? 3p.

De werkgelegenheid voor de arbeiders blijft gegarandeerd.

(3)

12.. Ondanks inspanningen van diverse regeringen om de economie te diversifiëren, is ons land anno 2015 sterk afhankelijk van de mijnbouwsector.

a. Geef aan welke drie (3) grondstoffen uit de mijnbouwsector het meest bijdragen aan de

Surinaamse economie. 3p.

Aardolie, goud en bauxiet.

b. Beschrijf een actueel probleem waarmee onze goudindustrie te kampen heeft. 3p. -De aanhoudende lage wereldmarktprijzen voor goud.

-De problematiek met de kleinschalige goudzoekers o.a. vervuiling van het milieu en het mijnen op de concessies van de M.N.O.’s.

-Het uitgeven van concessies binnen de leefgemeenschappen van de binnenlandbewoners. Latijns -Amerika

1. Aan het begin van de 19e eeuw werd Latijns -Amerika onafhankelijk en viel uiteen in een twintigtal onafhankelijke staten.

a. Noem twee(2) vrijheidstrijders van Latijns -Amerika aan het begin van de 19e eeuw. 2p. Simon Bolivar en Jose San Martin

b. Na 1850 braken er oorlogen uit tussen deze onafhankelijke staten.

Geef twee (2)redenen aan waarom deze landen oorlog voerden. 2p. -Vanwege grenskwesties

Om invloed te krijgen in andere landen

Om gebieden te veroveren die rijk waren aan grondstoffen (Salpeter).

2. De militairen namen in de eerste helft van de 20ste eeuw steeds meer controle over het politiek proces binnen Latijns- Amerika.

Waarom vonden militairen dat ze beter dan politici het algemeen belang konden dienen? 3p. In de kazernes kregen de officieren een goede opleiding, niet alleen op militair gebied , maar ook op politiek, economisch en technisch gebied.

3. Tijdens de economische wereldcrisis van 1929 kwam het populisme op in Latijns -Amerika. Wat was de oorzaak voor spanningen tussen populistische regeringsleiders en de Verenigde

Staten van Amerika (VSA)? 3p.

Vanwege nationalisaties van M.N.O.’s werden Amerikaanse belangen bedreigd.

4. Na de Tweede Wereldoorlog (1945) werd de industrialisatie in Latijns -Amerika aangepakt en als onderdeel hiervan werden buitenlandse bedrijven genationaliseerd.

Waarom heeft deze nationalisatie niet geleid tot economische onafhankelijkheid? 3p. M.N.O.’s bleven actief in allerlei productiesectoren.

Staatsbedrijven konden niet buiten de technische kennis en kapitaal van rijke landen. De Latijns -Amerikaanse landen bleven voor hun afzet afhankelijk van rijke landen.

5. Latijns -Amerika raakte evenals andere delen van de wereld betrokken bij de Koude Oorlog. Op welke wijze probeerde de VSA het communisme in Latijns -Amerika tegen te gaan? 3p. De Alliantie voor vooruitgang werd opgericht. Sociale hervormingen moesten leiden tot

verbetering van de sociale positie van minder bedeelden. Het ondersteunen van militaire junta’s.

(4)

6. “Onder de militaire dictatuur in Brazilië was de kerk gedurende enige tijd de belangrijkste oppositie beweging in het land. Zij vormde het enige instituut in de Braziliaanse maatschappij dat nog kritiek kon leveren. Zij werd de stem van hen, die geen stem hadden.”

a. Hoe werden de priesters die opriepen tot geweldloos verzet tegen de militaire dictaturen in

Latijns- Amerika ook wel genoemd? 2p.

Bevrijdingstheologen.

b. Waarom bleven de kerkelijke leiders over het algemeen trouw aan de militaire

machthebbers? 3p.

Omdat de kerk grote economische belangen (grootgrondbezit) in de samenleving had en die belangen ook onder de militaire machthebbers veilig wilde stellen.

7. In de tachtiger jaren van de vorige eeuw kregen Latijns-Amerikaanse landen te kampen met

hyperinflatie. Het bleek dat de militairen niet in staat waren dit probleem op te lossen.

Toon aan of anno 2015 dit probleem nog actueel is. 3p.

Nee, veel Latijns -Amerikaanse landen hebben na de militairen een andere koers gevaren en hebben hun hyperinflatie kunnen omzetten in een economische groei.

8. Een steeds terugkerend probleem in Latijns -Amerika is dat de grondenrechten van inheemsen niet of nauwelijks worden gerespecteerd door de overheid. Zo trad de overheid in Guatemala in de jaren ’80 van de vorige eeuw hard op tegen inheemse gemeenschappen in het Quiche-gebied. Verklaar het optreden van de overheid in deze inheemse gemeenschappen. 3p. Er bleken grote olie voorraden aanwezig te zijn in het Quiche-gebied en de overheid wilde overgaan tot exploitatie zonder overleg te plegen met de inheemsen die in dat gebied wonen. De inheemsen verzetten zich hiertegen en de overheid trad hard op om haar economische belangen veilig te stellen.

9. De militairen zijn uit het politiek gezichtsveld verdwenen in de jaren 90 van de vorige eeuw. Geef twee (2) oorzaken aan waarom de militairen uit het politiek gezichtsveld verdwenen. 4p. -Einde Koude Oorlog

-De politieke druk vanuit het Noorden.

-Het onvermogen van de militaire regeringen om de economische problemen op te lossen. 10. De industrialisatie in Latijns -Amerika neemt een belangrijke plaats in de groei van de economie, maar brengt ook milieuvervuiling met zich mee.

a. Hoe proberen Latijns -Amerikaanse landen deze vervuiling tegen te gaan? 3p. -Zij organiseren zich om het probleem gezamenlijk aan te pakken.

-Ze proberen steeds meer milieuvriendelijke productiemethoden toe te passen.

b. Ons land heeft ook te kampen met een enorme vervuiling vooral in de goudsector. Ook wij proberen dit probleem aan te pakken.

Toon aan of deze aanpak succesvol is. 3p.

-Succesvol, omdat er vanuit de overheid steeds meer met de M.N.O.’s en kleinschalige goudzoekers wordt samengewerkt om de milieuvervuiling in de goudsector tegen te gaan. -Niet succesvol, omdat er nog steeds veel schade aan het milieu wordt aangericht door het gebruik van kwik en cyanide in de goudindustrie.

(5)

11. Evenals de toenmalige Boliviaanse president Jaime Paz Zamora stelt de huidige president Evo Morales dat “de oorlog tegen drugs gezien moet worden in verhouding tot de oorlog tegen armoede, omdat de Boliviaanse boeren door armoede overgaan tot het planten van coca”.

Leg uit wat hiermee bedoeld wordt. 3p. Om de drugscriminaliteit, met name de cocaïne handel, effectief te kunnen aanpakken zal men ook aandacht moeten besteden aan de grote armoede van de boeren, omdat die eerder kiezen voor het planten van coca vanwege de grote opbrengsten. Door aandacht te besteden aan de sociale problemen van de boeren kunnen ze ontmoedigd worden om coca te planten.

Cijfer: Score + 10 10

(6)

CORRECTIEMODEL GESCHIEDENIS EINDEXAMEN HAVO 2015 Suriname

1. Op 7 december 1942 zei Koningin Wilhelmina van Nederland in een radiorede, dat zij na de oorlog overleg zou plegen over de autonomie van alle delen van het Koninkrijk der Nederlanden. Leg uit welke stappen (2) ons land na de bevrijding nam om de autonomie voor te bereiden. 4p. -Verschillende groepen werden politiek actief om zodoende een aandeel te verwerven in het autonomieproces.

-In 1946 vertrok een delegatie vanuit Suriname naar Nederland om te onderhandelen over de autonomie.

-In 1948 kregen wij het Algemeen Kiesrecht.

2. De eerste politieke partijen werden op basis van religie opgericht, maar al heel snel ging men over op het oprichten van partijen die zich richtten op een bepaalde etnische achtergrond.

Toon aan of dit voordelig was voor het nationaal politiek klimaat in ons land. 3p. Neen, dit was niet bevorderlijk. Alle partijen hadden ongeveer hetzelfde ideologische karakter en verschilden onderling weinig met betrekking tot hun programma’s waardoor men nauwelijks met elkaar samenwerkte.

Een etnische politiekvoering stond een nationale politiekvoering in de weg.

3.Vanaf 1948 mocht ons land zijn eigen begroting vaststellen en hadden wij bijna volledige financiële en politieke autonomie in onze interne aangelegenheden.

Beargumenteer of dit juist of onjuist is. 3p.

Juist, wij mochten de goed gekeurde begroting zelf ten uitvoer brengen.

Onjuist, financieel waren wij afhankelijk van de ontwikkelingsgelden die door Nederland gegeven waren en moesten wij hierover verantwoording afleggen.

4. Johan Pengel werd in de vijftiger jaren van de twintigste eeuw de sterke man in de NPS en wilde de macht van de NPS-elite breken.

Welke strategie voerde Pengel uit om de macht van de NPS- elite te breken? 3p. Pengel (NPS) zocht toenadering tot Lachmon (VHP) om een coalitie te vormen die bekend staat als de “verbroederingspoltiek”, zodat de twee grootste bevolkingsgroepen een regering konden vormen.

5. Het Tienjarenplan dat in 1955 van start ging, was gebaseerd op ideeën van economische grootschaligheid.

Waarom lukte het niet om plannen die gebaseerd waren op ideeën van economische

grootschaligheid te laten uitvoeren? 3p.

Het lukte niet, omdat men ervan bleef uitgaan dat de particuliere sector met initiatieven moest komen en dat de overheid daarbij een aanvullende, stimulerende rol moest vervullen.

(7)

6. De Brokopondo - overeenkomst (1958) heeft zowel voor- als nadelen voor ons land.

Noem twee (2) nadelen die deze overeenkomst voor ons land heeft. 4p. -Na afloop van het contract zou Alcoa de beschikking blijven houden over 90 % van de

beschikbare elektriciteit. - Belastingverlaging van 8 miljoen per jaar voor de eerste 75 jaar.

- Geen inzage in de jaarverslagen van het bedrijf door de Surinaamse overheid.

7. Het gevoerde economisch beleid van ons land in 1977 verschilde met dat van de tachtiger jaren. Waarin verschilde het gevoerde economisch beleid van 1977 met dat van de tachtiger

jaren? 3p.

De regering van 1977 hechtte veel belang aan grootschalige aanpak, terwijl het beleid van de tachtiger jaren zich meer richtte op kleinschalige projecten.

8. In 1983 werden de Cuba -aanhangers binnen het militair -regime op een zijspoor gezet. Geef aan waarom de Cuba -aanhangers op een zijspoor werden gezet. 3p.

-Na de invasie van de VSA op Grenada was Bouterse bang geworden dat Suriname hetzelfde lot

zou treffen. -De beslissing zou onder druk van de VSA tot stand zijn gekomen.

9. De Toecajana’s kwamen na het Kourou-akkoord in 1989 in verzet. Wat was de oorzaak van dit verzet? 3p.

De Toecajana’s hun verzet richtte zich tegen de rol van het junglecommando als ordebewaker in het binnenland.

10.. De verkiezingen van 1991 werden gewonnen door het Nieuw Front, een politieke

combinatie van de “oude partijen” aangevuld met de SPA. We zien dat de NDP en DA 91 ook zetels behaalden en daardoor ook invloed kregen in de Surinaamse politiek.

a. Vergelijk de economische doelstelling van de NDP en DA 91 met elkaar. 4p. De NDP stelt zich erg nationalistisch op en gelooft in economische vooruitgang door de

bevordering van onder andere de kleinschalige eigen industrie.

DA 91 staat voor een zeer hechte economische samenwerking met Nederland, een gemenebest relatie.

b. Toon aan dat de NDP en DA 91 anno 2015 nog politieke invloed uitoefenen in ons land. 3p. De NDP zit in de coalitie en is de grootste regeringspartij.

DA 91 zit in de oppositie in De Nationale Assemblee.

Beide partijen hebben meegedaan aan de verkiezingen van 25 mei 2015.

11. De ontwikkelingssamenwerking tussen ons land en Nederland werd door middel van Het Raamverdrag hersteld.

Verklaar waarom Nederland het nodig vond om in 1992 het Raamverdrag met ons land te

(8)

Na de verkiezingen van 1991 had ons land nog steeds grote economische problemen en het machtsvraagstuk met betrekking tot het leger was nog niet opgelost. Nederland wilde d.m.v. het Raamverdrag voldoende zeggenschap hebben bij het oplossen van de voornoemde problemen. 12. Staatsolie kwam in april 2015 in het nieuws met een oproep aan de samenleving om te

participeren in een nieuwe obligatielening. Leg uit waarom Staatsolie over is gegaan tot de obligatielening. 3p.

Om de verdere uitbreiding van het bedrijf te kunnen financieren

13. Voor de verkiezingen van 25 mei 2015 hadden de partijen die behoorden tot het Nieuw Front zich verenigd in een nieuwe politieke combinatie.

a. Wat is de naam van de nieuwe politieke combinatie. 1p.

V7.

b. Leg uit hoe de gedachte van “verbroedering” ook in deze politieke combinatie tot

uiting komt. 3p. Ook in deze combinatie werken de NPS (Creoolse partij) en de VHP (Hindostaanse partij)

samen en er zijn ook andere etnische groepen vertegenwoordigd in de combinatie.

14. Het aangekondigd vertrek van Alcoa (moedermaatschappij van Suralco ) uit ons land kan grote problemen voor de bauxietsector met zich mee brengen, maar tegelijkertijd ook kansen scheppen voor onze economie.

a. Beschrijf een economisch probleem welke het vertrek van Alcoa met zich kan meebrengen

voor ons land. 3p.

Het vertrek van Alcoa uit ons land zal ertoe leiden dat de inkomsten uit de bauxietsector nog verder zullen afnemen en dat veel arbeidsplaatsen verloren zullen gaan.

b. Beschrijf een kans die geschapen wordt voor onze economie met het vertrek van Alcoa. 3p. Bij een succesvolle overname van Suralco zullen alle inkomsten van het bedrijf voor ons land zijn en de eventuele overname van de Afobaka krachtcentrale zal besparingen opleveren voor de overheid t.a.v. de energie uitgaven.

Latijns -Amerika

1. In het noorden van Zuid-Amerika kwam de soevereiniteit in de eerste helft van de negentiende eeuw tot stand onder leiding van Simon Bolivar.

a. Leg uit waarom de creolen het voortouw namen in de bevrijdingsstrijd tegen de Spaanse

kolonisator. 3p.

Deze groep werd door de Spanjaarden niet als volwaardig gezien. Ze waren daarom uit op het verbeteren van hun positie.

b. Welk ideaal streefde Simon Bolivar na? 2p.

Een federatie naar het voorbeeld van de Verenigde Staten van Amerika.

c. Toon aan dat de onafhankelijkheid geen verandering bracht voor het volk. 3p. De Spaanse elite werd vervangen door de Latijns -Amerikaanse elite.

(9)

2. Tijdens de koloniale periode werd Latijns –Amerika opgezadeld met grootgrondbezit en monocultuur.

a. Welk gevolg had monocultuur voor Latijns -Amerikaanse landen? 2p. Afhankelijkheid van de economie van de wereldmarktprijs.

Afhankelijk zijn van een of twee exportproducten.

b. Beargumenteer waarom Latijns- Amerikaanse landen in deze periode nauwelijks pogingen ondernamen om tot industrialisatie te komen. 3p. Zonder toestemming van het moederland mochten ze niets produceren.

Industrialisatie werd niet gestimuleerd door het moederland. Ze functioneerden als grondstofleverancier.

3. In Engeland leidde het economisch liberalisme tot verdere economische ontwikkeling van de industrie die gevolgen had voor Latijns -Amerika.

Leg uit waarom het economisch liberalisme in de tweede helft van de 19e eeuw Latijns -Amerika in een grotere afhankelijkheidspositie bracht. 3p. De industriesector was in handen van geïndustrialiseerde landen en de winsten vloeiden naar het buitenland.

4. In 1945 pleegde Juan Domingo Peron een militaire staatsgreep in Argentinië. Zijn vrouw Evita Peron had grote invloed op het beleid dat in die periode gevoerd werd.

Toon aan dat het beleid van Juan Peron en Evita Peron erg populistisch was. 3p. Ze wilden de eenheid onder alle Argentijnen bevorderen en schonken veel aandacht aan de problemen van de kansarme Argentijnen met name die van de arbeiders en de vrouwen. Vooral Evita Peron maakte zich sterk voor de opheffing van ongelijkheid tussen rijken en armen 5. In de tachtiger jaren van de vorige eeuw had Latijns-Amerika te kampen met een hyperinflatie.

a. Noem twee (2) oorzaken die tot deze inflatie hebben geleid. 2p. -Het slecht bestuur van de militairen.

-De grote schulden.

-Geweld d.m.v. drugshandel, terrorisme. -Grote maatschappelijke ongelijkheid.

b. Het Internationale Monetaire Fonds (IMF) was bereid hulp te bieden, die verbetering moest brengen.

Leg uit of deze hulp de gewenste verbetering heeft gebracht in de economie van de Latijns

-Amerikaanse landen. 3p.

Deze hulp bracht niet de gewenste verbetering, omdat dit leidde tot sociale onrust, er werd met name bezuinigd op voedsel -en welzijnprogramma’s.

6. Na herstel van de democratie (1990) vertoonden diverse landen interessante groeipercentages van de nationale economie.

Toon dit aan. 3p.

In Latijns -Amerikaanse landen waren ze tot de conclusie gekomen dat zij hun houding moesten veranderen en dat dit hen nooit meer mocht overkomen. Hierdoor legden ze zich toe op het tegengaan van de inflatie. Ook de grote inkomsten uit de cocateelt kwamen vooral de Andes -landen ten goede. De -landen hebben hun economisch beleid aangepast.

(10)

7. De strijd tegen het analfabetisme in de negentiger jaren van de vorige eeuw heeft in Latijns -Amerika positieve invloed gehad op het democratiseringsproces.

Geef aan hoe het alfabetiseringproces de democratie positief heeft beïnvloed. 3p. Wanneer een volk zich ontwikkelt staat het kritischer tegenover politici en het zal dan duidelijk zijn stem laten horen.

8. Latijns -Amerikaanse landen worden vaak onderdruk gezet door geïndustrialiseerde landen om zuinig met hun milieu om te gaan.

Beargumenteer of dit juist of onjuist is. 3p. Juist, de geïndustrialiseerde landen hebben hun milieu in de loop der tijden vernietigd en willen toezicht houden op gebieden waar dit ook dreigt te gebeuren. Alleen willen zij vaak de benodigde richtlijnen naar hun hand zetten.

9. Veel Latijns -Amerikaanse landen hebben te kampen met “institutionalisering van de corruptie” binnen het overheidsapparaat.

a. Wat wordt hiermee bedoeld? 3p.

Corruptie binnen het overheidsapparaat is geen uitzondering, maar een regel die algemeen geaccepteerd is.

b. Ook in ons land zijn er discussies gaande over hoe het probleem van corruptie aan te pakken. Bij De Nationale Assemblee ligt er een conceptwet die dit probleem zou moeten bestrijden.

Wat is de naam van deze conceptwet? 2p.

De Anti -Corruptiewet.

Cijfer: Score + 10 10

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In het grensoverschrijdende landschap Kempen~Broek en omgeving (ca. 62.000 ha) zijn de mogelijkheden voor de vestiging van een duurzame populatie grote hoefdieren (edelhert en

ïïit deze proef, die is opgezet om een zevental bittervrije komkom­ merrassen en hybriden te beproeven op hun produktie en kwaliteit bij een teelt onder platglas, is gebleken dat

vergunningen duurt eindeloos en zelfs dan zijn investeerders niet zeker dat de eisen niet zomaar worden verzwaard.. Hij gaf toe dat de randvoorwaarden voor het

gezelschap weer naar Fleury teruggekeerd om hun claim. daar verder uit

In Noord- Nederland zijn deze mensen slechts zelden doorgedrongen, wat niet alleen blijkt uit het daar vrijwel ontbreken van hun graven en nederzettingen, maar ook uit de

Er is veel kennis nodig om dit vast te stellen, terwijl de markten waarin online platforms actief zijn

As P management of sugarcane in Mauritius does not differ from one soil group to another, the soil test P data examined show a greater tendency of P

Taking into consideration the findings of Zimbardo and Boyd (1999) that the possession of a future time perspective is related to many positive health consequences, one may infer that