• No results found

Fosfaatgift vaste planten in pot kan lager

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Fosfaatgift vaste planten in pot kan lager"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Fosfaatgift vaste planten in pot kan lager

De Boomkw ek er ij 2 (1 1 januar i 2008)

14

De Boomkw ek er ij 2 (1 1 januar i 2008)

15

Vaste planten

PPO onderzocht de

afge-lopen twee jaar of een

lage fosfaatgift de groei

van vaste planten in pot

kan remmen. Deze manier

van groeiremming bleek

in de praktijk echter niet

bruikbaar: de planten

bleven wel compact, maar

ze bloeiden ook later en

minder rijk. Het onderzoek

leverde wél een nieuw

bemestingsadvies op.

behandeling A (continu 0,25 mmol P/l). Lupine produceerde het hoogste aantal bloemstengels en bloeide het vroegst met behandeling D (kort 0,50 mmol P/l; ver-volgens 0,25 mmol P/l) en A (continu 0,25 mmol P/l). Penstemon groeide goed met alle behandelingen.

Tijdens de proef zijn regelmatig potgrond-monsters genomen. Hierdoor ontstond inzicht in de opname van de voedingsstof-fen. Aan de hand van deze resultaten en de behaalde gewasgroei zijn adviezen gefor-muleerd voor de gewenste samenstelling van de voedingsoplossing voor de vijf on-derzochte gewassen Delphinium, Digita-lis, Lupine, Penstemon en Salvia (tabel 2). Tegelijkertijd kunnen voor deze gewassen adviezen worden gegeven over de gewenste niveaus van de voedingsstoffen in de pot (tabel 3).

Advies fosfaatgift

In de proeven werd duidelijk dat de fosfaat-gift in vergelijking met het gangbare advies voor de teelt van vaste planten in potten flink lager kan, zonder dat dit invloed hoeft te hebben op de gewaskwaliteit. Alle vijf onderzochte vaste planten bleken erg effi-ciënt te zijn in het opnemen van fosfaat: bij

Tabel 2. Advies voor de voedingsoplossing voor de teelt van Delphinium, Digitalis, Lupine, Penstemon en Salvia in de koude kas met gebruik van regenwater.

Delphinium Digitalis Lupine Penstemon Salvia

EC - mS/cm 1,4 1,8 1,2 1,5 1,4 pH - water 5,6 - 6,0 6,0 - 6,5 6,0 - 6,5 6 0 - 6,5 5,6 - 6,0 NH4 - mmol/l 1,25 1,25 1,0 1,25 1,25 K 3,5 4,0 3,0 3,5 3,5 Na < 1,5 < 2,5 < 1,5 < 1,5 < 1,5 Ca 3,0 3,5 2,5 3,0 3,5 Mg 1,25 1,5 1,0 1,25 1,25 NO3 8,5 9,0 7,0 8,0 8,5 SO4 <1,5 < 2,5 < 1,5 <1,5 < 1,5 P 0,25 - 0,40 0,25 eerst 2 weken 0,5 0,4 0,25 - 0,40 daarna 0,25 Fe - micromol/l 5 12 12 12 5 Mn 2 5 5 5 2 Zn 1,25 1,0 1,0 1,0 1,25 B 10 15 15 15 10 Cu 3 3 3 3 3 Mo 3 3 3

Tabel 1. Overzicht van de vier onderzochte P-concentraties (mmol/l) in de voedingsoplossing tijdens verschillende fasen van de groei.

A B C D

Week 10 tot 12 0,25 0,38 0,25 0,50

Week 13 tot 18 0,25 0,38 0,25 0,25

Week 19 tot 25 0,25 0,38 0,38 0,25

Tabel 3. Streefwaarden bij potgrond analyses (1 : 1,5 volume extract) voor Delphinium, Digitalis, Lupine, Penstemon en Salvia geteeld in de koude kas.

Delphinium Digitalis Lupine Penstemon Salvia

EC – mS/cm 1,0 - 1,5 1,0 - 1,5 0,8 - 1,2 1,0 - 1,5 1,0 - 1,5 pH - water 5,2 - 5,5 5,3 - 5,8 5,3 - 5,8 5,3 - 5,8 5,2 - 5,5 NH4 - mmol/l 0,1 - 0,2 0,1 - 0,2 0,1 - 0,2 0,1 - 0,2 0,1 - 0,2 K 1,6 - 2,0 1,5 -1,8 1,5 - 1,8 1,5 - 1,8 1,5 - 1,8 Na < 2,5 < 2,5 < 1,5 < 2,5 < 2,5 Ca 2,0 - 2,5 2,0 - 2,5 2,0 - 2,5 2,0 - 2,5 2,0 - 2,5 Mg 1,5 - 1,8 1,5 - 1,8 1,5 - 1,8 1,5 - 1,8 1,5 - 1,8 NO3 4,5 - 5,5 3,0 - 4,5 3,0 - 4,5 3,0 - 4,5 4,5 - 5,5 SO4 < 1,5 < 2,5 < 2,5 2,5 < 1,5 P < 0,10 0,03 - 0,05 0,15 (0,10) 0,05 - 0,10 < 0,05 Fe - micromol/l > 10 10 - 20 10 - 20 10 - 20 10 - 15 Mn 2 2 1,5 - 2 1,5 - 2,0 2 Zn 1,25 2 - 3 2 - 3 2 – 3 1,25 B 10 8 - 12 8 - 12 8 - 12 10 Cu > 0,5 0,5 - 1,0 0,5 - 1 0,5 – 1,0 > 0,5 Mo 0,1 - 0, 2 0,1 - 0,2 0,1 – 0,2

Overzicht van de proefopstelling in de kassen 2007

In 2007 is het teeltonderzoek naar gedron-gen, kwalitatief goede en visueel aantrek-kelijke vaste planten voortgezet. In dit jaar zijn drie soorten vaste planten in het onderzoek betrokken: Digitalis purpurea ’Camelot rose’, Lupinus polyphyllus ’Ca-melot mix’ en Penstemon ’Picotee Red’. Uit proeven in 2006 met Delphinium en Sal-via was al naar voren gekomen dat bij het sterk verlagen van de fosfaatgift compac-tere planten worden verkregen, die echter later en minder rijk bloeien. Op basis daar-van richtte het vervolgonderzoek zich op het variëren van de fosfaatgift gedurende de teelt.

De proef werd uitgevoerd met planten in 2 l-potten in de kas. In week 10 zijn de planten opgepot. Fosfaat en de overige voedingsstoffen werden via het voedings-water met druppelbevloeiing gegeven. De fosfaatgiften in de proef zijn gekozen op basis van de resultaten van het eerste proef-jaar. In totaal zijn er vier behandelingen aangelegd (tabel 1).

De verschillen in gewasgroei tussen de be-handelingen waren bij alle drie gewassen klein. Het variëren van de fosfaatgift gedu-rende het teeltseizoen gaf geen eenduidige resultaten. Digitalis produceerde de meeste bloemstengels en bloeide het vroegst met

Rozen

De Werd is onderzoeker bij PPO in Lisse, (0252) 46 21 21/rik.dewerd@wur.nl. Het artikel is geschreven in samenwerking met Bertus Meijer van PPO en Dirand van Wijk en Hans Pijpers van Cultus Agro Advies.

Rik de Werd

Voorlopige adviezen

Enkele aspecten van de teelt en verwerking lijken vaak te verschillen tussen bedrijven met en bedrijven zonder schade door Black Mold. Door uitzonderingen is het trekken van harde conclusies meestal niet mogelijk. Toch is alvast een aantal voorlopige advie-zen opgesteld:

Indien mogelijk, oculeer niet in de regen of direct na een natte nacht. De schimmel profiteert namelijk van vochtige omstan-digheden.

Gebruik om het risico te spreiden niet alleen ’Laxa’ als onderstam.

Sorteer onderstammen zo snel mogelijk na het rooien en vries ze direct in. De schimmel kan doorgroeien in gekoelde be-waring. Bij temperaturen onder 0°C staat de schimmelgroei waarschijnlijk stil.

Probeer het planten van onderstammen in extreem nat weer te voorkomen.

Kies voor de struikrozenteelt een perceel waarop de afgelopen vijf jaar geen peen gestaan heeft. De schimmel kan zich name-lijk ook op peen ontwikkelen.

Overweeg een perceel te kiezen waar niet chemisch ontsmet is, maar waar bij-voorbeeld Tagetes geteeld is.

Dit onderzoek is gefinancierd door het Productschap Tuinbouw.

proeven ingezet met als doel de veroor-zaker van Black Mold met zekerheid vast te stellen. Daarnaast wordt onder-zoek gedaan naar de bron van besmet-ting en naar de effectiviteit van chemi-sche en mogelijk andere maatregelen.

PPO en Cultus streven ernaar kwe-kers omstreeks half maart verder te in-formeren, zodat nieuwe informatie en adviezen bij aanvang van het

plantsei-zoen bekend zijn. ■

Foto’

s:

PPO

Bomen

lage fosfaatniveaus in de pot was de gewas-groei goed.

Hoewel het doel van het project – groei-remming door middel van verlaagde fos-faatgift met behoud van goede plantkwa-liteit – niet is behaald, is wel veel inzicht verkregen in de nutriëntenbehoefte van de vaste planten. Op basis hiervan kon een advies worden opgesteld voor de voedings-oplossing voor teelten onder glas. Wanneer vaste planten buiten worden geteeld, moet rekening worden gehouden met extra uit-spoeling door neerslag. Dit betekent dat de concentraties van alle nutriënten in buiten-teelten met circa 20% moeten worden

ver-hoogd. ■

Van Dalfsen (0252-46 21 21/pieter.vandalfsen@wur.nl) is gewasonderzoeker vaste planten, sierheesters en conife-ren bij PPO Bomen. Aendekerk was onderzoeker bodem, bemesting en watermanagement bij PPO Bomen. Pieter van Dalfsen en Theo Aendekerk

Dit project is gefinancierd door het Productschap Tuinbouw. Plantmateriaal is ter beschikking gesteld door

Florensis en Syngenta en potgrond door Slingerland potgrond/Lentse potgrond.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In theorie zal er zeker sprake zijn van een relatie van maisteelt met bodemdaling, maar deze heeft dan vooral betrekking op de teeltwijze en niet direct op het gewas mais..

Veruit het grootste deel van de inzet werd binnen de 12- mijlszone (zwarte lijn het dichtst bij de kust) gepleegd door zowel de platviseurokotters met de boomkorvisserij (gemiddeld

Hij demonstreert op basis van zijn vakkennis werkzaamheden het omgaan met gereedschappen en het toepassen van de procedures, (veiligheids)voorschriften en het rekening houden met

C6 CPBW Aantal kandidaten per organisatie, aantal mandaten - Totaal Jaar 2004 2008 Kand..

De meeste nieuwe collega’s die in 2008 op de FOD zijn aanbeland, zijn sociaal controleurs voor de Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten en voor de Algemene

bilingualism, namely whether the two languages have a shared/separate representations in the bilingual brain (Abutalebi &amp; Green, 2007; Paradis, 2004). On the one hand, several

262 p. Zoals de titel van dit huldeboek voor Dick de Boer immers aangeeft, bevat het bovenal een heel verscheiden selectie aan opstellen over de geschiedenis van de stad in

Deze installatie heeft voor de teler in de eerste plaats als doel om meer water te kunnen hergebruiken, maar kan bij calamiteiten ook ingezet worden om het lozingswater te