• No results found

De toekomst van het Nederlands ondernemingsbestuur

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De toekomst van het Nederlands ondernemingsbestuur"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

230

vrij mager en primair op kreten als 'Amerikaanse overheersing' geba-seerd. Eerder verklaarde hij wei-rug heil van crisisbeheersing cq. vredesoperaties te verwachten. Maar waarom client een Europees Ieger dan iiberhaupt te worden ge-creeerd en wat zijn dan de directe taken voor de troepenmacht? Voorts gaat hij voorbij aan de ach-terliggende perceptie, waarover de Bondsrepubliek en Frankrijk nogal van mening verschillen. Berlijn wil geen afbreuk doen aan de band met Washington ( dit ver-klaart ook zijn gematigde houding ten opzichte van president Bush' National Missile Difence-plan), maar Parijs wenst een vee! verder-gaande Europese autonomic op defensiegebied te bewerkstelli-gen.6

Die Selbstbehauptung Europas is een absolute aanrader voor eenieder

De toekomst van

het N ederlands

ondernemingsbestuur

Eppo Bolhuis bespreekt:

B. Hogenboom, P. Kalma en M. Plantinga,Ondernemen '![ overnemen. Corporate governance en de sociaal democratie. Amsterdam, Wiardi Beckman Stichting, 2oo 1

Het bestuur van de Nederlandse onderneming en het toezicht daarop is een onderwerp dat ener-zijds van groot belang is, ander-zijds van oudsher weinig aandacht krijgt. Het is dan ook bijzonder dat de Wiardi Beckman Stichting

re-s&..os2oot

B 0 E K E N

die gei'nteresseerd is in Europese integratie en internationale poli-tick als zodanig. Analytisch is het boek zonder meer sterk, ofschoon het op bepaalde punten te kort schiet. Vooral de heldere schrijf-stijl en de kundige wijze, waarop Schmidt ingaat op de uitdagingen, waarmee de Europese Unie mo-menteel te maken heeft en in de toekomst te maken zal krijgen (verdere institutionele aanpassing, uitbreiding etc.), dwingen respect af. Aileen het telkens terugke-rende gehamer op 'de dominantie van de Amerikanen' gaat enigszins vervelen, hoewel dit soort reto-riek een progressief lezerspubliek wellicht zal bekoren. Europa doet er eerder verstandig aan de relatie met de Verenigde Staten, hoe complex die soms ook moge zijn en hoe moeizaam die onder de re-gering-Bush ook zal worden, te koesteren. Solide

Trans-Atlanti-cent een publicatie over dit thema uitgaf, waarin de corporate gover-nance niet aileen uitputtend be-sproken, maar tegelijkertijd ook in een brede context geplaatst is. Bovendien heeft des E R recent een advies uitgebracht waarin funda-mentele veranderingen worden bepleit1

• Het kabinet heeft naar aanleiding van het s E R-advies in een notitie aan de T weede Kamer Iaten weten dat zij met een wets-voorstel komt dat de aanbevelin-gen van de SER volgt2

Corporate Governance in Nederland

Nederlandse ondernemingen wor-den bestuurd door een directie die

sche betrekkingen zouden name-lijk wei eens een goede investering in de toekomst kunnen zijn. JEROEN BULT

historicus en publicist

1. Zie: F. Bolkestein, 'Belastingen in een globaliserende economic. Eenheid of diversiteit?', in: Liberaal Reveil, no.s, oktober 2ooo, pp.t63-167.

2. o E c D, Toward Global Tax Co-operation.

Report to the 2 ooo Ministerial Council Meeting and Recommendations by the Committee in Fiscal Affairs (Progress in Identifying and Eliminating Harmful Tax Practices), Paris 2ooo. 3. Zie ook: R. de Wijk, 'Vergeten veiligheidsrisico's: de Grote Oorlog', in: lnternationale Spectator, no. 1, januari 2oo1, pp. 3-7.

NRC Handelsblad, 2o april 2ooo.

Zie: The Economist, 27 januari 2001, pp. 29-30 en Neue Zurcher Zeitung, 23 en 30 januari 2oor.

6. Een interessante analyse biedt F.J. Meiers, 'La poHtique allemande de securite et de defense

a

Ia croisee des

chemins', in: Politique EtranaCre,

1 12ooo, pp.49-52 e.v.

op haar beurt wordt gecontroleerd door een toezichthoudend orgaan, de Raad van comrnissarissen. De Angelsaksische Ianden kennen een ander systeem. Daar zijn commis-sarissen en directie gezamenlijk lid van een 'Board of Directors'. De Raad van commissarissen heeft in Nederland de wettelijke taak zich te richten naar het belang van de vennootschap. Boven een bepaalde omvang van de vennootschap is het zogenaamde structuurregime van kracht. Oat is een uniek stelsel, waarbij d~ commissarissen door cooptatie door de Raad van com-missarissen benoemd worden (en dus niet door de aandeelhouders zoals meestal elders, en ook niet

gedt zoal Dit a an scha doo tiev dat mee dee] tati( zing kem op c dire buit nerr boy: der1 vcn die eco1 toe2 •[ Gm Cor haar zij ' aan< te

!

wet aanl vrijl en r a arc vies min geg• gen: met corr rect dire

c

S< De mar

(2)

g

).

I

n

rd n, )e

e

n

i s-id )e in ch de de 1et an el, or n-en :rs iet

gedeeltelijk door de werknemers, zoals in Duitsland gebruikelijk).

Dit stelsel staat a! een aantal jaren

aan vee! kritiek bloat. De zeggen-schap van aandeelhouders is

hier-door beperkt. De internationalisa-tie van de kapitaalmarkt leidt er toe

dat Nederlandse ondernemingen

meer en meer buitenlandse

aan-deelhouders kennen die dit coop-tatiemechanisme met grote

verba-zing aanschouwen. Een tweede

kenmerk is dat het toezicht houden

op de Raad van comrnissarissen en

directie door dit regime voor de buitenwereld lastig is. Het

onder-nemingsbestuur is typisch een 'old

boys network', waar Mertens

in-dertijd op wees met zijn beroemde

verwijzing naar de 2oo personen

die gezamenlijk de Nederlandse

economie bestuurden, c.q. daar

toezicht op hi elden.

De Commissie voor Corporate

Governance, de zogenoemde

Commissie-Peters, brachtin 1997

haar 40 aanbevelingen uit waarin zij onder meer bepleitte om de

aandeelhouder meer zeggenschap

te geven, zonder overigens een wetswijziging voor te stellen. De

aanbevelingen bleven steken in

vrijblijvendheid; 'zelfregulering en meer transparantie' geven een

aardige samenvatting van dit ad-vies, waaraan een aantal

onderne-mingen overigens wei gevolg heeft

gegeven. De roep om meer zeg-genschap van de aandeelhouder,

met name op de benoeming van de

commissarissen (en daarmee

indi-rect ook op de benoeming van de

directie), bleef.

Corporate aovernance en de sociaal-democratie

De auteurs van de Wiardi

Beck-man Stichting, Hogenboom,

s &_o s 2oo1

B

O

EKEN

Kalma en Plantinga, plaatsen be-langrijke kanttekerungen bij die

roep om meer zeggenschap voor

de aandeelhouder. Zij wijzen al-lereerst op bet belang dat anderen hebben bij bet bestuur van, en

toe-zicht op, de Nederlandse

onder-nerning. De werknemer, maar ook

de maatscbappij als gebeel hebben minstens zo'n belang als de aan-deelhouder. Ten tweede- en dit is

een verrassende wending in het hoek- wijzen zij op het belang van

de directie c. q. de bestuurder om,

ruet gehinderd door aandeelhou-dersbelangen, de onderneming te kunnen bestieren. De reden

bier-voor is gelegen in hun analyse van

het huidige ontwikkelingsmodel

van de nationale en internationale

onderneming, samengevat in de

boektitel Ondernemen

rif

overnemen.

De bedendaagse onderneming is

meer en meer bezig met

overne-men of met pogingen niet zelf

overgenomen te worden, in plaats

van dat men 'onderneemt'.

On-dernemen wordt gedefinieerd in

de Scbumpeteriaanse traditie van

innovatie, product-en

procesont-wikkeling en orgarusche groei.

Hun stelling is dat wijziging van het besturingsmodel, waarbij het

aandeelhoudersbelang een

gro-tere plaats krijgt, de tendens

waarbij overnames een steeds

gro-tere rol spelen nog zal bespoedi

-gen. Nu liggen er immers nog de nodige barrieres voordat een

vij-andige grootaandeelhouder de

onderneming kan overnemen.

Niet aileen bet structuurregime,

maar vaak ook statutaire bepalin

-gen die de rechten van

aandeel-houders beperken (bet

certificaat-houderschap,

stemrechtbeper-king, prioriteitsaandelen e. d.). Bij

een grotere

aandeelhoudersin-vloed zou de onderneming zich

meer en meer op het korte ter-mijn belang van de beurskoers moeten gaan rich ten.

Hier zijn de nodige kantteke-rungen bij te plaatsen. De

overna-megolf lijkt in Nederland, maar

ook elders geinspireerd door wat bet management als het belang van

de onderneming ziet. Oat is zeker

ruet identiek aan het belang van de

kapitaalverschaffers. Onderzoek

(dat door de WBS ook wordt

geci-teerd) heeft uitgewezen dat

acqui-sities vaak mislukken en juist geen

toegevoegde waarde hebben voor

bet bedrijf. Omdat de omgeving c.q. concurrerende

ondernemin-gen acquireren, moet een

onder-neming wei meedoen (uit angst acbter te blijven en zelf een doe!

van overname te worden). Mislukt

de acquisitiestrategie, dan mislukt deze waarschijnlijk ook bij de con-current. Bovendien speelt het

ei-genbelang van bet management

(en de Raad van commissarissen)

natuurlijk een rol; beloning, status en prestige zijn vaak gekoppeld aan

de omvang van de onderneming

waaraan men Ieiding geeft c.q. waarop men toezicht uitoefent. Het is dus de vraag of

kapitaalver-schaffers zich altijd op overname

pad willen begeven. Er is wei een soort overname die in Am erika be-rucbt is geworden waar bet korte termijn kapitaalsbelang

preval-eert, het zogenaamd 'raiden en strippen'. Dit gebeurt daar waar

ondernemingen allerlei

bezittin-gen bebben die onvoldoende tot

waarde worden gebracht. Na de

(vaak vijandige) overname

ver-koopt de overnemende partij deze

bezittingen op grote schaal en weet daardoor de waarde van de

onderneming te verbeteren. De

(3)

2 2

3

2

werknemer (en de directie)

on-dervinden van deze strategie vaak

de nadelige gevolgen doordat er

tegelijk op grote schaal gesaneerd wordt. Ook aan deze strategie

zit-ten maatschappelijk gezien twee kanten: enerzijds de vernietiging van del en van het bedrijf omdat de rentabiliteit onvoldoende is, wat

maatschappelijke kosten veroor-zaakt. Anderzijds kunnen hierdoor

ondernemingen die blijvend slecht

presteren en wier activiteiten dus maatschappelijk gezien kapitaal en arbeid onvoldoende tot hun recht brengen, gedwongen worden hun

activiteiten meer lonend c.q.

marktconform te Iaten plaats

vin-den.

Aandeelhoudersbelang niet doorslaggevend

Dit alles neemt niet weg dat de wss-studie overtuigende

argu-menten aandraagt waarom een voortgaande bescherming van de

onderneming tegen een

overma-tige invloed van de aandeelhouder nodig blijft. De kortstondige duur

van het aandeelhouderschap, de mogelijkheid snel de allocatie te wijzigen (terwijl een werknemer

door specifieke vaardigheden juist

vaak gebonden is aan de

onderne-ming) en het doe! van koerswinst op korte termijn zijn daar red en en voor. Bij continuering van het

structuurregime is het wei

nood-zakelijk dat het toezicht verbetert

teneinde het beleid van directie en commissarissen beter te kunnen toetsen. Ook de vergelijking van het Rijnlandse en Angelsaksische model en de discussie in de

Euro-pese Unie waar de auteurs een

hoofdstuk aan wijden is wat dit be-treft zeer interessant.

Gewaar-schuwd wordt voor de liberale

s &..o s 2oo'

B 0 E K E N

richting die in Europa is waar te nemen waarbij de aandeelhouder als de enige stakeholder wordt ge-zien. Discussie over een

maat-schappelijke toetsing van fusies en overnames blijft achterwege, af-gezien van een pleidooi voor een scherper fusie- en mededingings-beleid; toch is daar aile reden toe.

Thans toetsen de mededingings-autoriteiten in Den Haag en

(in-dien hoven een bepaalde omvang)

in Brussel. Daarbij wordt met name gekeken naar (het ontstaan van) een economische

machtspo-sitie op de betrokken product-markten maar blijft toetsing op

maatschappelijke voor- en nade-len achterwege. De betrokken

on-dernemingen hoeven niet extern

te verantwoorden waarom men

fuseert of overneemt. Discussie is mede noodzakelijk gelet op het

grote belang dat in Nederland

wordt gehecht aan bevordering

van mededinging en marktwer-king want de overnamestrategie

lijkt die marktwerking vaak juist te

verminderen.

Het unanieme SER advies

De SER stelt voor om op de

aan-deelhoudersvergadering de

com-rnissarissen op voordracht van de Raad van commissarissen te Iaten

(her)benoemen. De Onderne-mingsraad krijgt een bijzonder

voordrachtsrecht voor maximaal

cen derde van de !eden van de Raad. Verder bepleit de SER de

aandeelhoudersvergadering een goedkeuringsrecht te geven bij be-langrijke bestuursbesluiten zoals een fusie of overname. Het recht op vaststelling van de jaarrekening

verschuift van de Raad van

com-missarissen naar de

aandeelhou-dersvergadering. Ondernemen

rif

overnemen bekritiseert het s E R ad-vies, onder meer omdat er span-ning ontstaat tussen onafhankelijk

toezicht enerzijds en voordracht op basis van deelbelangen ander-zijds. De balans tussen de invloed van arbeid en kapitaal op het be-stuur van de onderneming komt te verschuiven. Tenslotte is de sterke

nadruk op de interne stakeholders

en de verwaarlozing van de ex-terne stakeholders opvallend.

Het kabinet heeft besloten het unanieme s E R ad vies voor een

be-langrijk dee! te volgen. Zonder a!

te vee! discussie wordt derhalve de onafhankelijkheid van het toezicht zoals dat tot nu toe gold ingeruild

voor meer invloed van de

aandeel-houder en de Ondernemingsraad.

Oat past in de trend van

globalise-ring van de econornie. Het kabinet

stelt dan ook expliciet dat 'de s E R

zijn voorstellen terecht plaatst tegen de achtergrond van de eisen van de internationale

kapitaal-markten en de internationale

ont-wikkelingen op het gebied van corporate governance'.

Toezicht verscherpen

De auteurs bepleiten verder een verscherping van het interne en externe toezicht. Een belangrijk

thema dat enigszins onuitgewerkt

blijft. Het jaarverslag is voor de meeste ondernemingen het middel om naar buiten te treden. Van oudsher wordt de inhoud sterk be-paald door financiele eisen. Het

zou goed zijn als het jaarverslag mede een functie had in bet kader

van de verantwoording aan de

sa-menleving over het gevoerde toe-zicht alsmede over die aspecten van de bedrijfsvoering die maatschap-pelijk van belang worden geacht. Voor wat betreft het toezicht heeft

de I aanb nen legd lijk! opn; aant van• vatti non dire een com [ woo vers bela een fen, ethi: het het teur bier teg•

c

Ond genl hoo· van ven• hetl min

(4)

ad- an-lijk cht l er-oed be -ttte irke ders thet : be-tr al ede icht uild e el-tad. ise-inet SER tatst is en :aal-:,nt -van een ~ en ~rijk erkt ~ de ddel Van : be-Het ·slag ader ! sa- toe-t van hap-tcht. 1eeft

de Cornmissie Peters een aantal

aanbevelingen gedaan die

verdie-nen wettelijk te worden vastge

-legd. Het betreft dan ogenschijn

-lijk simpele zaken als bijvoorbeeld

opname in het jaarverslag van het

aantal vergaderingen van de Raad

van commissarissen en een samen-vatting van het besprokene, de

ho-norering van commissarissen en

directie (ook naar componenten),

een profielschets van te benoemen

commissarissen etc.

De maatschappelijke verant

-woording in het jaarverslag is di

-vers van aard. Het kan de milieu

-belasting (als het bijvoorbeeld om

een chemisch bedrijf gaat) betref -fen, maar ook de gehanteerde

ethische normen (bijvoorbeeld

het gebruik van kinderarbeid als het gaat om een

kledingimpor-teur). Eenduidige normen zijn

• hiervoor op dit moment moeiHjk

te geven.

Conclusies

Ondernemen

if

overnemen geeft te

-gengas tegen de steeds meer

ge-hoorde opvatting dat het belang

van de aandcelhouder doorslagge

-vend moet zijn in het bepalen van

het bedrijfsbeleid en het onderne

-mingsbestuur. Het belang van de

s &_o s 2oot

BOEKEN

werknemcr en van de samenleving

als geheel moet bij het onderne-mingsbestuur meewegen. In het

s E R ad vies en de kabinetsnotitie

komt het belang van de aandeel-houder juist meer naar voren dan

in het verleden (zij het dat het

werknemersbelang c.q. de

On-dernemingsraad nu ook enige in

-vloed wordt toegekend). De maatschappelijke inbedding van het ondernemingsbestuur blijft

echter problematisch. Het

opge-ven van het structuurregime ten

gunste van de aandeelhouder wordt dan ook terecht door de

w BS bekritiseerd. Grotere trans

-parantie van

ondernemingsbe-stuur en verbetering van het

ex-terne toezicht zijn daarvoor

nood-zakelijk.

Oat geldt zowel voor de

onder-nemingen die onder het

struc-tuurregime vallen als voor de niet

-structuurvennootschappen. De

notie van de ondernemer als

scheppende kracht die niet te vee! gehinderd moet worden door het

aandeelhoudersbelang lijkt niet te

sporen met de realiteit van grote delen van het Nederlands

bedrijfs-leven. De directies zijn inderdaad

in toenemende mate verwikkeld

in het spel van overnemen of

over-genomen worden, maar daar lig

-gen meestal andere factoren aan ten grondslag dan het toenemend belang dat gehecht wordt aan de

aandeelhouder. Het omgekeerde

is wei het geval; voor het overna

-mespel is een goede beurskocrs

van groot belang. Oat overnames

vaak niet voordelig uitpakken

voor de betrokken

ondcrnemin-gen is bekend; anderzijds kunnen

dreigende (vijandige) overnames

een onderneming prikkelen om

efficienter te werken. Aan dat

argument gaan de auteurs wat

ge-makkelijk voorbij. De

zelfgenoeg-zaamheid van directies en

com-missarissen waartoe het

struc-tuurregime soms leidt wordt in

Ondernemen

if

overnemen onder

-schat.

AI met al kan ges,proken wor-den over een zeer waardevolle

stu-die stu-die de maatschappelijke

dis-cussie over een belangrijk thema

volop entamecrt.

EPPO BOLHUIS

Tweede Kamerlid voor de PvdA

1. Sociaal Economische Raad (sER), Het functioneren en de toekomst van

de structuurregeling, Den Haag, 2oo 1

2. Tweede Kamer, Kamerstuk 2.1'732 nr. 18, Den Haag, 2oo 1

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

29 Lennarts daarentegen is van mening dat artikel 2:11 BW wel van toepassing is op de buitenlandse bestuur- der-rechts persoon; 30 anders zou de werking van artikel 2:11 BW

Ook de rol van sociale problemen in de relatie tussen emotionele competentie en de ontwikkeling van psychische problemen (hoofdstuk 4) en de invloed van sociale vaardigheden op de

Door meer betrokken te zijn in het leerproces van hun kinderen verbeteren ouders hun eigen basisvaardigheden en ontwikkelen ze het vertrouwen en de kennis die ze nodig hebben

Volgens de Hoge Raad kunnen deze omstandigheden de conclusie dragen dat in de verhouding tussen de verzekeraar en de koper de wetenschap van de drie betrokken functionarissen in

De verplichte bijeenroeping van de algemene vergadering: beoordeling en afweging ten opzichte van andere actiemiddelen.. Het vraagrecht

Meer dan invulling van de open normen, herinterpretatie van de WGBO en herevaluatie van de Wet BIG, aandacht voor de juridische implicaties van regiomaatschappen en participatie

Aangezien ik in het bovenstaande heb trachten aan te tonen dat commissarissen geen toezichthoudende, maar een besturende taak tezamen met de directie ver­ vullen, zal

bij een vaste kapitaalgoederenvoorraad, zal een verlaging van het werkgeversgedeelte van de sociale premies tot gevolg hebben, dat er overgeschakeld zal worden op een