• No results found

Mr. ]JAM. van Gennip

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Mr. ]JAM. van Gennip "

Copied!
50
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

c 0...

c

0

c

0

l

u

u Vl

c 0::

W LLI

c 0...

bredere en diepere beweging. De ver- bindingskanalen mogen in de afgelo- pen jaren wel eens verstopt zijn geraakt, maar daar is een herstelpro- gramma voor Het gaat om de mobili- sering en systematische aanwending van de denkkracht van alle christen-de- mocratische partijen in Europa, die im- mers alle voor dezelfde uitdaging staan: de herinrichting van de Europese maatschappij. Het gaat om een nieuw contact met de wereld van wetenschap, kunst en cultuur om een vernieuwend politiek antwoord te kun- nen geven op de wezens- vragen van onze cultuur.Het gaat om aansluiting bij de bezinning op de vraag, hoe onze maatschappij-ordening opnieuw ge- voed en gericht kan worden door de inspiratie en de waarden, die bepalend zijn geweest voor wat wij zien als een verantwoordelijke samenleving. En tenslotte gaat het om de plaats van de christelijk-sociale beweging in een ont- kerkelijkte, maar naar oriëntering vra- gende wereld.

De waarde van de verhouding tussen een krachtige christelijk-sociale bewe- ging èn een krachtige christen-demo- cratie is gelegen in hun onderlinge autonomie. Alleen in die autonomie zijn meningsverschillen, spanningen, correcties juist van waarde, maar ook attenderingen, bemoedigingen en res- pect voor de onderscheiden verant- woordelijkheden.

Door grensoverschrijdende contacten, door grensverleggende netwerken, maar ook door binnen in de beweging van de christelijk-sociale vernieuwing te blijven, kan de christen-democratie koers en positie hervinden: die van een beweging, die relevant is èn relevant gevonden wordt bij het aanpakken van

het grote ongenoegen, waarover 'Nieuwe wegen, vaste waarden' schreef.

~

Mr. ]JAM. van Gennip

N oten

I Charles Taylor, De mnlaisr va11 de moderniteit

(Kampen 1996).

Mark Eyskens, De grote verjnriug1 Vnu de twhrtigste Eww 11anr !Jet derde mille1mium (llelt 1994).

Simons en Winkeler, Het verrand der clerckw (Nijmegen 1987).

4 Wetenschappelijk Instituut voor het CDA, Lwmsbeschotllvelijke ldelltiteit en Politiek (Den Haag 1991).

H.tvl. de Lange, 'CDA negeert in 'Nieuwe we- gen, vaste waarden' de tweedeling' (HnagsciJe Courm•l, 28/11/1995).

6 R.F.tvl. Lubbers, 'No-nonsens is niet genoeg' (CDV-7/8195, p. 384-391 ).

7 R. Cuperus, 'Heimwee naar het CDA' (Socialisme

& Drmormlit, 3/1996).

Tracy Metz, 'De uwpie van het dorpsplein' (NRC, 6/4/1996).

9 P.A.G. Cammaert en C.A. van den Berg, Congresboek vmr l1rl C!Jristelijk Socinnl Co11gres (Kampen 1991 ).

IO).).A.M. van Cennip, 'Toerusting voor de toe·

komst. Kadervorming voor een moderne en principiële partij' (CDV-7-8/86, p. 283-289).

CDV 5/96

INHOUD

Column Drs. E Heerma

Inleiding Drs. M. lansen

Naar een algemene cul tuu rpolitiek Prof.drs. A.I va11 der Staay

Katholicisme en democratie Dr.RSZwart

Op weg naar een (ander ) belastingstelsel Mr. MLA. va11 Rij

Europa op weg naar de visuele heilstaat Drs. R. Schoo11hovm

Publieke gerechtigheid in discussie Drs. R.FM Lubbers

Periscoop: De toekomst van het arbeidsbeste l Prof.dr. EJIM Kimman

CDV 6/96

262-263

264

265-276

2 77-2 79

280-291

292-299

300-302

303-310

(2)

Lz

0

0

nlangs veJ'>cheen ccn Jn- teressant hockJe van de hand van Th,Js Woltgens, voo1 mal1g voorz1tter van de PvdA-Tweede Kamerfractie en tegenwoordig burgemeester van Kerk- radc en lid van de Ferste Kamer voor de PvdA Hct heet 'De Nec-zeggers, of De politieke gevolgen van het econo- misch liberalisme' en is een hartekreet, geschreven uit boo>heid en onhegrip lloo<;heid over oude en nieuwe armoe- de, onbegrip over het gemak waannee wij Europeancn onze gemcngde econo- mischc orde, de verzorging55taat, prijs- gcven Hct boek is een grote tirade tegcn het neoliberalisme. Woltgens

men, zich afkeren van de samenleving.

In navolging van l·ukuyama zijn velcn van mening dat met de val van de 1'-luur het kapitalismc al'> systecm van econo- mische ordening en de democratic als staatsvorm als overwinnaar-, van de Koude Oorlog uit de bus zip1 gckomen Cemakshalve vertalen velen dit in de overwinning van het liherali'>me. tv1ct name zich liberaal noemende politieke stromingen grijpen dit aan om hun kracht tc benadrukken

Vanzelfsprekend leidt dit tot tcgenreac- ties en tot nuanc<:ringen. De aandacht richt zich daarhiJ met name op de neo- liherale visie op de cconomische orde- ning, de vriJe-markt-economie. De

democratic i> minder om- stredcn.

noemt het neoliberalisme cen aards geloof met tota- litaire ambities. Hij meent dat het de mensen ver- doemt tot een vrijheid, die door de meestcn als dwang tot aanpassing wordt ervaren. Het gaat uit van ecn cynisch mens- beeld en rechtvaardigt het individuelc cigenbelang als belangrijke drijfvcer van

mensclijk handelen. Fen

Drs. E. Hcenna

Nuancering kwam onder andere van Fukuyama zeit, die in ziJn buck 'Tt-ust' erkent dater mecr nodig i>

voor cen gocdc san1cn- leving dan dat individuen naar persoonlijke pro- fijtsmaximalisatie streven.

Ook een markteconomic kan niet optimaal functio- neren als cr tussen de indi- collccticf vastgcsteld algemeen belang

is daarin een ouderwetsc fictie.

Woltgens agecrt tcgen de vanzelfspre- kcndheid en gelatenheid waannee de superioriteit van het ncoliberale machts- denken in het Westen wordt aanvaard.

Hij wil nee-zeggcrs. Actieve, en geen pa'>sieve, die door niet meer te stem-

viduelc actoren op die markt niet zoiet>

als vcrtrouwen bestaat, ecn gemeen- schappelijk gedragen stel>el van nor- nlcn en waardcn.

Tegcnreactie'> komen er van memen die waarschuwen voor cen economiscring van de samenleving. Onder hen sou- aal-democratcn en christen-democra-

UlV 1>-%

(3)

ten. Nu du-, een, door zijn ongcnuan- ccerdheid goed lee-,bare, tegenrcactie van Woltgcm Dat zijn kritiek niet mals i-;, mogc blijken uit wat hiervoor reeds is weergegcven. tv1et hetrekking tot zijn eigcn politieke heweging be- weer\ hij dat sociaal-dcmocratic en neo- liberalisme tundamcnteel onverenig- haar zijn. Dat beloolt nog wat voor paar<,. En wat te denken van een zin als:

'lntu<,<;en worden de verworvenhcden van de na-oorlogse tijd te grabhel gc- gooid tocgankclijk onderwijs, opcn- haar vcrvocr, gczondheidszorg, <,tad'i- vernieuwing en een niet commercieel omroepstelsel, alsmcde de winst van een gelijkmatige inkomcnwerdeling"

( p. '.16 I Dit maakt nieuw.,gierig naar hoe de schriJver zijn vorige en huidige tunctie zieten inhoud gatlgedt.

Hoc het ook zij, Wiiltgens raakt een punt dat ook chri<>ten-democraten he- zighoudt. Ook zij moeten zich hoeden voor de markt-fundi's en alert zijn op de ecnnomisering van de Wcsterse samenleving In het verledcn hebhen wij dit wellicht weinig heseft c.q. uitge- dragen. AI-, er ecn politiekc -,troming aandacht heelt voor het immateriele, is dat de chnsten-democratische.

Wiiltgens zoekt een <,trategie tegen de greep van het neo-libcralisrne. Cehecl volgen<, <.ociaal-dernocratische traditie, verwacht hij veel van een <.tcrke (mon- diale l overheid, om de kracht van de markt te heteugelen. Hij ziet ook wei dat een emgszim gelcgitimeerde wereldoverheid er voorlopig niet in zit.

Vandaar zijn oproep tot nadrukkelijke steun aan die verbanden in de -,amen- lcvlllg, die een laatste darn tegen de 'vermarkting' van ons bestaan kunnen vormen: de familie of informele netwer·

ken. Hij rocpt niet aileen op tot rnore- le. maar ook tot in'>trurnentele steun,

UlV 1>%

bijvoorheeld in de vorm van kinderbij·

slag of fi-,cale tegemoetknmingen voor niet-professionele zorg voor kindcren, zicken en oudercn. Ecn wclhaast chris·

ten-dernocratische oproep, zo komt het op m i j over.

lk stelmij vnor dat vcelliberalcn de kri- tiek overtrokken zullen vindcn, en me- nen dat Woltgens een karikatuur van het liberalisrne maakt. Want veellibcra- len pleitcn tegcnwoordig ook voor een '>terke overheid, zij bet dat deze zich bcperkt in haar takenpakket. Daarnaast zien ook liberalen het helang van ecn gemecnschappelijk stelscl van norrnen en waarden in. Toch cen concessie aan het 'pure' liberalisme, waarmee men cveneens richting christen-democra- tisch dcnken neigt.

Sociaal-dernocraten die merken dat ze er met een sterke en machtige overheid aileen niet zijn, liberalen die beseffen dat niet alles aan de krachten van de markt kan worden overgelaten. Komen zij met deze concessics aan hun ideolo- gieen vroeg of laat toch niet in de buurt van het gedachtengoed van de chris- ten-dcmocratenc Waarbij het de men- sen en hun informele of formelc verbanden zijn die ccntraal staan, waar onze samcnleving op is gebouwd. Een onhescheidcn mens zou- deze rcdenc- ring volgcnd- wellicht beweren dater in de toekomst nog maar cen politi-cke stroming over blijft de christen-demn- cratische. Maar aangezien het de kiezer is die uitmaakt hoevcel stromingen er nu en in de toekomst zullcn zijn, zal ik ccn dcrgelijke aanmatigende uitspraak nict docn.

Drs. F

J-{ecnna

ln de colwm1 geve11 de lede11 t){111 de redactie ln111 persoonlijke otJtJattinqen weer. Zi) hope11 daarmee

WI cumzet le gwen voor reflectie of dehal.

()

0 r

c l!l

,,

~ II

z

(4)

l l ]

z

z

0

p de dag dat d1t nummer uJtkomt zal het CDA l!J- den., de voo1 )Jill spart!J 1 a ad beslu1ten ncmen over de strategische kcuzen voor de toe- komst. lr hc-;taat- zoal., ook in andere recente nummers het geval wa<, - een interessante wis.,elwerking tussen de hootdartikelcn uit dit nummcr en de discu">ie over 'Nieuwe wegcn, vaste waarden' Het Strategi.,ch lleraad heett gepleit voor fundamentelc vernieuwing van het hclastingstelsel 1\lr.I\\.L.A.van RiJ laat zicn dat het C:DA zich hiermee in het hart van actuele Europese rolitie- ke en wetenschappelijkc discussies over de lllkomstcnhelastingen plaatst. 1-lij pleit voor de instelling van ecn werk- grocp 0111 de vereistc vcrnicuwingen nader te doordcnken en uit te werken.

De redactie heeft zich voorgenomen in het najaar nog meer biJdragen te plaat- sen over de hcrziening van het helas- tingstelscl

Tc

verwachten zijn onder andere artikelen over de ecotax en de gemeenteli1ke belastingen

Fen voorstel in hoofdstuk 5 'Participatie voor iedereen' uit 'Nieuwe wegen, va<,te waarden', heelt recent veel aandacht getrokken, de al-;chaffing van het wet- telijk minimumloon. De - wei terechte - maar eenziJdige concentratie op dit on- derdecl, dreigt de aandacht af te lciden van de analyses en richtingwijzers uJt dat rijke hootdstuk. Wellicht zou het CDA zich nu nog nict moetcn Iaten verlciden tot ecn uitvoerige di-,cussie over de in te zetten belcidsin<;trumen-

ten. Het gevaar is dan groot dat het middel tot doel worclt. Om tc bliJven odenen in een hrc:de blik, i., wellicht de pcriscoop uit dit nummcr gesch1kt.

1-lierin rellecteert redactielid prot dr Ll./.t"d.Kimman over de toekomst van het arhcidsbestel naar aanlcid1ng van twce recente numn1crs van het FrallSc tiJdschrdt Esfml De vraag d1·ingt zich bi1 hem op ol het einde van hct primaat van betaald wcrk nict in zicht komt.

1\loetcn politiekc parliJCn daaru1t n1et collSequenties trckken7

Het Strategisch llcraad hectt z1ch ook uJtgesproken over het mcdiabeleid. [en van de aanhevelingen is dat de Europcsc Unie garantics moet hicdcn voor de bescherming van ccn plurifonn aanbod, waarin de culturelc idcntiteit tot uitdrukking kan komen. Llit het ar- tikcl van mr. R. Schoonhnven 'Europa op weg naar de visuelc hcilstaat' bli1kt dater door Furopese politici voorzich- tig vraagtekem gczet worden hi1 het sterk marktgcrichte medJabelcid van de Europese Unie. Het zal nog heel wat inspanningen kosten om wcrkelijk tot cen doorhraak or dit punt tc komen Ook vindt u in dit nummer ccn uitvoc- rige hcspreking door prof.drs.A. I van der Staay van de dissertaties van H lllokland (<,ociaal-dcnwcraatJ en Cl Klop I chri.,ten-democraat J over de cultuurpoliticke taak van de overhcid ten aanzien van waarden en nonncn.

Drs. AI ic111sm rcdactie-secretan s

(5)

De relatie van de overheid tot waarden is een stuk onzekerder ge- worden. Maar een overheid die Gods water over Gods akker laat

!open schiet cultuurpolitiek wezenlijk tekort. Drie thema's zijn in de discussie over cultuurpolitiek essentieel: het herbevestigen van het belang van het overheidsbeleid ten aanzien van waarden en normen, het onderscheid tussen het private en het publieke do- mein en het dynamische en open karakter van de collectieve bepa- ling van wat cultuur betekent. Een bespreking van dissertaties van dr. H.T. Blokland en dr. C.J. Klop.

De relatic van de ovcrheid tot waardcn is dus cen stuk onzekerder geworden. De

D

ertig Jaar gcledcn vond ccn dehat plaats op de

Vrijc Acadc- - - -

inspiratie van de cultuur- politiek is gecn vanzelf- sprekendhcid. In de dis- cussies hieromtrent vallen twec bctrckkclijk recent verschenen proefschriften te plaatsen. De auteurs redeneren uit heel verschil- lende achtcrgrondcn. lk wil in dit artikcl ecn poging doen het gemeenschappe- lijke in heide boeken te mie in Den

Haag waarhij Cerard Revc uitricp: met hulp van de ovcrhcid kun je zclfs de diemt van Osiris in ere hcrstcllcn' Ook in de cul- tuurpolitick blaaktc men in

Jl)()(, van zcllvertrouwen.

Sindsdien rec'> de heruchte twijtel aan de maakbaar- hcid (door politick ot

overheid) van samenleving

Proj.drs. AI

vm1

der Staay

henadrukken in de hoop en cultuur. Ook nam hct geloof in de dat daarmee de discussie over de kwestie zekcrhcid al over de waarden die cul-

tuurpolitiek zou moeten uitdragen.

llovcndien wcrd de vraag gesteld naar hct rccht van de overheid om zich met de waarden van de burgers tc bcmoei·

en. a\-, zij daaraan zeit gcen hehoefte vocldcn

van waarden in de cultuurpolitiek ge- diend is. Tcvens leg ik een verhand met ecn recent internationaal rapport.

Definities

De twee di">ertatie<> die voorliggen hehben minimaal gemcen dat zij over

0 m

z

Cl

(6)

~I

' u

z

""

!..LI

.I cr:

c..

Vl

'

!..LI

:::::0

""

:..;_]

0

::0

cultuurpolitiek gaan. De ene, die van HT Blokland, is getiteld 'Vrijheid, au- tonomic, cmancipatie - ecn politiekfilo- sofische en cultuurpolitieke beschou- wing' en is van 1991 1 De andere is ge- schreven door CJ Klop en heet- icts intrigcrender- 'De cultuurpolitieke pa- radox', met als ondertitel 'Noodzaak en onwenselijkhcid van overheidsinvloed op norm en en waardcn' en is van 199 3 2 De titels gcven al aan dat het hier gaat om een brcder veld dan dat van de be- vordering van kunsten, het mediabcleid of het onderwijs, hocwel deze onder- werpen wei tcr sprake komen. Het ter- rein is hicr overstegcn dat sinds lang werd en ook sinds kurt weer aangeduid wordt als 'onderwijs, kunsten (cq cul- tuur) en wetenschappen' Cultuurpoli- tiek hetekent bij hcide auteurs mecr dan spccifiek cultuurbeleid; het gaat om algemenere vragcn - met andere woor- den, die van algemenc cultuurpolitick.

Klop omschri)ft dczc algemene cultuur- politick als "Het door politieke partijen voorgestane ovcrheidsbelcid met be- trekking tot normen en waarden die in onderscheiden maatschappelijke secto- ren dienen te hecrsen, voorzovcr de overheid bevoegd is die te bcinvloe- den"(p38)

lllokland sluit zich aan biJ het onder- scheid dat het Sociaal en Cultureel l'lanbureau tSC:P) eerder in 1986 in het Advies cultuurwetgcvi ng introduceerdc.' Hij zegt hicrover "De algcmene cul- tuurpolitiek hecft betrekking op de ui- tingsvriJheid van het individu, de spe- cihekc op de bevordering van collectid gewaardeerde uitingsvormen" (p 281 I En hij citeert het SCI': 'Terwijl de alge- mene cultuurpolitiek het individu voor- al bevrijdt van inmenging, betreft de specitieke cultuurpolitiek thans vooral de bevordering maar voorheen niet zcl-

den ook de sturing van geestcsproduc- ten. Meer in het bijzonder gold en gcldt deze beschavingstaak de kunsten, de wetenschappen en het ondcrwijs"

Het zal duidelijk zijn dat tussen deze drie definities op zijn minst verschillen in accent te bcluistcren zijn De dcfini- tie van hct SCP had niet mccr pretentie dan het in het kader van een functione- lc opdracht (ondcrzoek naar cultuur- wetgeving) aanduiden wat zich leek te hebbcn voorgedaan in de empirie. De 'culturografische' analyse liet een opval- lcnde tegenstelling in historische bewe- gingen zien, waarbij de directc over- hcidsbemoeienis met de waardcn en normen van individucn afnam, maar in- direct de fcitclijke overheidsbcmoeienis met uitingsvormen toenam. Blokland gebruikt dit onderscheid om het te ver- bindcn aan de dragende gcdachte van zijn betoog, het van Isaiah Berlin af- komstige onderscheid tussen negatievc en pmitieve vriJheid. Ncgatieve vrij- heid vrijwaart het ind1vidu van 1 ovcr- heids)bemoeicni'> en constituecrt ccn private ruimtc: algemcnc cultuurpoli- tiek. i\1aar tcgclijk moet het individu zich in positieve vrijhcid kunnen ver- werkclijken De enkcllllg hcclt daartoc in bcpaalde gcvallen morele of socialc steun nodig van andcrcn. De overhc1d kan ee11 van de actoren zijn die '>lcun bieden bij de ontplooiing van hct indl- vidu (spccifickc cultuurpolitickl

A Is voorzitter van de werkgroep die hct Cultuurwetgeving-,advies voorbct-c1ddc, kan ik beamcn dat vroeg tn de di'>cussic deze gedachtc in ccn ietwat andere vorm opdook. De wcrkgroep consta- teerde namelijk dat de ovcrhcid natlo- naal en intcrnationaal naast vriJheids- rechtcn die de ncgatievc vriJheid in de zin van Berlin waarborgcn, ook socialc

(7)

en culturelc grondrechten erkende, bij voorbceld in de Crondwct of in inter- nationale verdragen. Waar het individu zeH niet in staat zou zijn deze rechten, hij voorbeeld op gezondheid, bestaans- zekerhcid, arbeid of onderwij<,, te rcali- seren, zou de overheid, zo was de vaak gchanteerde redenering, cen aanvullen- de taak hebben om de waarborg om te zctten in een voor het individu mcrkba- re werkclijkheid. Maar omdat het SCI' hct ecr'>te type waarborg als cen waar- borg van vrijheden, het twecde al'> een reali-.atie van rechten definiecrde, zag het hierin geen groot dilemma, paradox ot problecm. Het I'> de vcrdiemte van Klop en 131okland dat zij ieder op een andere wijzc waardenrealisatic met hulp van de overheid en de overheids- vr!Jhcid van het individu nadrukkelijker met clkaar in verband brengcn.

Dissertatie Blokland

lk zal eerst ingaan op de manier waarop Blokland met deze tegemtelling om- gaat. HiJ gaat voor ziJn prohleetmtel- ling utt van het individuelc niveau, terwiJI Klop zijn prohlcmcn ecrder op het hovenindividuelc niveau, dat

wil

zcggcn hct nJvcau van de cultuur aJ..,

zodanig, ~ituccrt

Om miwcr'>landt:n te voorkomen, deze tegenstelling t'> wetenschappelijk gc- zien vooral et:n vcrschtl in accent.

Heide auteurs zipl zich zecr hewmt van hct lett dat het individu nict zonder de andcren en dat vrijheid nict zondcr cul- tuur kan hcstaan. Zonder dczc gemeen- schappclijkhcid zou hct wcinig zin hehhen hun gedachtengangen verdcr te volgen en te verge I i 1ken.

Blokland constateert dat lkrlins nega- tieve vrijht:id op ec11 diepcre cultuur- historischc vcrworvenheid tcruggaat, namelqk ccn sinds de Crieken hc'>taan- de scepsi-. Jcgcns het vermogen van de

mem om te beschikken over dehnitie- vc, voor icdereen geldige antwoorden.

In de geschiedcnis staan waarden steeds ter discussie. lk citeer. "De erkenning van de onmogelijkhcid cen voor ieder overtuigendc verdediging te vinden van objectieve, universele en eeuwige waar- den, en het inzicht dat er vele bete- keniwolle, maar ook conflicterende, idealcn bestaan waanu-.sen onvermijde- lijk een afweging gemaakt moet wor- den, <;timuleert en rcchtvaardigt het vcrlangen dat mensen een prive-domein wordt gelaten waarin zij hun cigen waarheid kunnen belijden" (p 220)

Deze private vrijheid wordt als het wa- re collectief gedoogd of toegekend aan het individu uit terughoudendheid ten aanzien van cen algemene geldigheid van collcctieve waarden. In een recente puhlicatic hch ik deze terughoudend- heid als urhaniteit gekarakteriseerd. 1 Maar deze tocgekendc i ndividuele ruimtc moet ook worden gcvuld. lr wordt op het individu tcvens ecn appel gedaan of over het individuelc be-.taan een ideaal gdormulcerd. 13lokland steiL

"Pmitieve vri)heid is het vermogen zclf- l:itandig richting tc gcven aan, n1cestcr te ziJn over, het eigen Ieven ( . ) l'osi- tieve vriJheid hent'>t op het verlangen om temand te zijn en niet zomaar cen willekeurig ondcrdeel van de maS'>a, iemand die verantwoordelijk is voor zijn doelen, en nict een speelhal van externe machten en krachten" (p. 220!.

Zoals 13lokland hct stclt "Op puur indi- viduecl niveau, echter, liggcn de wens om een prive-domein te bczitten waar- in men ongestoord door andercn zijn gang kan gaan, en hct vcrlangcn zi_jn Ie- ven zelfstandig richting te gevcn, in el- kaar'> vcrlcngde'' (p. 2211.

"tv\aar", stelt hij, "Uit dit recht vloeit ook ecn plicht voort, wei kan men ei-

rn

z

(1

(8)

v z

~~

LLI

cVJ LLI

LLI

0

<>en dat icmand zo zclfstandig mogelijk beslist of hij bestaande waarden en convcnties wenst te aanvaarden. Dit tc meer daar een cthiek eerst wcrkelijk be- tekenis krijgt wanneer men nict aileen de conclusics heeft overgcnomen, maar ook haar rechtvaardiging heeft door- leefd'' (p 222)

trooieerd krijgcn, hij is ook een product van zijn cultuur, die - om mijnerzijds een voorbeeld tc noemen- weleen<, af- hankclijkheid hoven autonomie zou kunnen stcllen. Dit lcidt tot cen norma- tieve oplossi ng voor hct zogenaamde emancipatiedilcmma: iemand emanci-

percn tegen zijn zin.

Het i<> niet te vcel gezegd dat zo naast het recht op privacy ook hct recht op zelfhcstemming en ont- plooiing wordt geoctrooi- eerd. Deze twecde waarde laat zich bctcr verwerkclij- kcn als hct individu dit doet in harmonic en <,a- menwerking met anderen.

De collectievc zelfbestcm- ming ligt dcrhalve en in zekere zin in het vcrleng- dc van de individucle.

De relatie van de

Len normatief ideaal zal hicraan volgcns lllokland ten grondslag kunncn lig- gcn: "Ook de overtuiging dat cen keuze die bewust, op ba.,is van een rcdelijke kennis van altcrnatieven, is genomcn, waardevoller i'>

dan een, die het onwille- keurige product vormt van de bcstaande maatschap- pelijke comtellatic, is il11- 111ers gchaseerd op een ideaalhccld van individu-

overheid tot waarden is een stuk

onzekerder geworden, De inspiratie van de cultuurpolitiek is

geen

vanzelfsprekendheid.

Hoe verloopt nude overgang van indi- viduele naar collecticve arrangementen biJ Bloklandc lk moet hclaas ziJn vcel-

<>oortigc onderschcidingen terzijde Ia- ten en beperk mij tot een heel concrete opsomming van hcle111111eringcn voor de zelfverwerkelijking van het individu op pagina 224 "Een gehrck aan mate- riele 111iddelen van hestaan, afwezig- hcid van 111iddelen tot arbeid, van wcrktuigen om zijn verrnogens aan te wenden en te ontwikkclen, onwetend- hcid aangaandc rclevantc opties, otwcl cen onrcdclijke hepcrking van iemand., kcuze111ogelijkheden, een tekort aan formele en informcle scholing waar- door het individu wordt geleerd alter- natieven te ondcrscheiden, tc articu- lercn en te waarderen."

Naast deze concrete helemmeringen is er nog cen fundarncnteler probleern.

De mens mag dan zijn autono111ie geoc-

cle autono111ie" (p. 226) F.r zijn dus enerzijds concrete belcm- mcringen gezien vanuil het individu.

maar anderziJds i'> er ook een hovcnin- dividuelc rechtvaard1ging 0111 zich tc bc111oeien met men<,en zoals ze als pro- duct van hun cultuur nu een111aal zijn, nanwlijk 0111 hen van deze belcml11erin- gcn te verlosscn. Blokland ziet hct ge- vaar van dcze stelling in: 'Totalitarisme drcigt wanneer de politick in dezc re- dcnering ccn vrijhrict ziet zich ongcli- miteerd te he111oeicn met de vorming en overdracht van waardcn."

Het bezwaar van ongelimitccrde be- moeizucht kan worden ondervangen door aanvaarding van wat hij noemt:

'de111ocratische ideologische striJd' ( p 22H ). lk citccr: "Het trachten andc- rcn te overtuigen van de waardc van alternatievc ideeen, opvattingcn en docleinden, hct ontwikkclcn van tegen- prefercnties, i'> uiteraard in cen demo- cratic de belangrijkste en mcest

(9)

wenselijke manier om het emancipatie- dilcmma te doorhreken."

Hct is dan ook begrijrelijk dat de velcn die zich op een vergelijkbaar begrir van rositieve vrijheid baseren hun cul- tuurroliticke 'Jacobinisme' ldat wil zeg- gen hun vrijheidsmissic of bcvrijdings- idcologic) rcchtvaardigen met een be- roer op het verruimen van de culturelc horizon. Blokland citeert de omscbrij- ving van de historicll', Kossman van het huidige beschavi ngsidcaal met i nstem- ming: "Hct (bcschavingsideaal) zal eer- der de vorm aannemcn van een invcntari<, van mogclijke ethische en es- theti-.chc vormen, van mogclijke en in de geschicdenis van de men-.hcid eem gercali-,ecrde culturcle doeleinden. Het hcschaving<;ideaal van nu is niet meer rre-.crirtiel maar descrirtid, het is niet gcslotcn maar open" I fl. 2 341.

En Blokland citecrt de filmofen Mooy en Doorman al-, gctuigcn voor zijn <.tel- ling dat cultuur zowel de autonomic bevordcrt al<, de mens verrijkt Hij resu- mcert: "Het gaal hiJ de cultuurspreiding niet in de ccrstc rlaats om het verbrei- den van prcttige crvaringen, maar om het bcvordcren van culturele autono- mic'' I fl 2441

Fr loort ondanks hct vcelstromenland van de vriJheidshegrippen waann Blokland zich bcwcegt du<; ecn vrij duidelijke lijn van het individu naar de cultuurrolitieke mis-,ie via de stappcn die in de titel van hct proetschrift wor- den gcnoemd: vrijheid, autonomic en cmancipatie. Welke de waarden zijn die dcze ambitieuze cultuurroliticke missie zouden invullcn, e<.thetisch, et- hi,ch of wetenschaprelijk, wordt nict vcrdcr uitgewcrkt. Het betoog mondt uit in een algemcne -,telling dat deze waarden, hocwel betrekkelijk, toch bc-

<.taan, maar dat rationaliteit, co111111011

sense of communis opi11io deze zullen be- palen.

Oissertatie Klop

Laten wij Blokland nu los om tc bezien hoe Klop de missie van de algemcne cultuurpolitiek omschrijft en fundeert.

Op het eerste gezicht is hier een tegen- rool aan het woord. Redeneert Blok- land van individu naar collcctiviteit, van priuacy naar rublieke bemoeienis, hij Klor kan eerder van een top down- benadering gesproken worden. Zijn uitgangspunt is de cultuur, die bestaat uit ratronen van normen en waarden.

TerwijiBiokland hier in wezen cen im- manent, dat wil zeggen een tot de on- middellijke menselijke ervaringswereld behorcnd cultuurvormingsrroccs vcr- ondcrstelt, zwcdt hoven of achter deze wercld van waardcn en normen bij Klop cen werkelijkheid van zo mogelijk tran<,cendente betekenis: Ievens- en wereldbeschouwelijkc zinbronnen. Hij onderscheidt in de Westerse cultuur drie van deze zinbronnen: het christen- dom, het humani-.me en het gnmticis- me. Met het laatste maakt hij vaak korte mellen, maar de twee eerste vor- men voor hem de voornaarnste inspira- toren van de algemene cultuur die de cultuurrolitiek inspireert en ook moet verwerkelijken.

Maar met welk recht kan die cultuurpo- litiek dit doen: Toen kerk en staat ideo- logisch samenvielen, legitimeerde de een de ander en was cen gezamenlijke cultuurrolitiek voorstelbaar. Maar in een samenleving waarin de overheid zo vee I mogelijk neutraal client te zijn, niet mag zedcmeesteren en het toch doet, rijst het rroblcem van de rechtvaardiging.

Klop zoekt het antwoord niet in een totaal mandaat van de overheid regen- over de leefwereld, en dus de waarden

m

z

Cl

(10)

en de normen, van de burger, maar in de specificiteit van de relatie van de overheid met de burger, namelijk het publieke karakter daarvan.

lk citeer uit zijn samenvatting "Het he- grip 'burgerlijke hetrckkingen' wijst op de publieke kant van sociale instituties, die onder mecr door het recht hestre- ken wordt." 'Burgerlijk' slaat dim op de verhouding tusscn burgers, !eden van een publiekrcchtelijke gemeenschap (de staat). Deze staat stelt bepaaldc regels algemeen verplichtend voor aile burgers hij het behartigen van hun bclangen en het nastreven van hun waarden. Het ge- bied van het samenleven in ecn pu- hliekrechtelijke gemecnschap, van voor aile burgers gelijk geldendc regcls, kun- nen wij het terrein van de burgerlijke hctrekkingcn noemen" (p 375 ).

Men zal opmerken dat Klop dus welis- waar net als Blokland de wereld van de {>riiJacy respecteert, maar de oorsprong van de cultuurpolitieke bemoeienis niet legitimeert met collectieve zelfbcstem- ming van individuen, maar met de aard of het mandaat van de overheid als ze- kerheid en gelijkheid scheppend collec- ticf instituut. Om hem nogmaals te citercn: "Dit funderend aspect is het le- gitieme geweldmonopolie, het leidend aspect is puhlieke gercchtigheid De

Cultuurpolitiek ontstaat als cultuur

macht en macht cultuur ontmoet.

overheid is ecn instituut dat gerechtigheid met gezag en zonodig met dwang tot gel- ding moet brengen" (p 376) en: "De aldus samengevattc visic op de taak van de over- heid helpt om de paradox van de algemene cultuur- politick op te lossenn Dcze oplossing luidt: "Daar waar de ovcrheid ecn taak heeft, dat wil zeggen: daar waar bur- gerlijke hetrekkingen geregeld worden, is zij ook bcvocgd om normen en

waardcn die aan deze betrckkingen ten grondslag liggcn, uit en over te dragen"

(p 376)

Op grond van deze algemene legitima- tie van de overheidsbemoeienis met pu- blieke waarden en normen omschriJft Klop dan de cultuurpolitieke taak van de overheid "De overheid hepaalt niet de substanticle rationaliteit van de vcr- schillcnde maatschappelijke sectoren, die is ook voor haar een gegcven. Wei handhaaft zij waarden die ruimte voor belcving van substanticle rationalitcit waarborgen, die dezc beleving norme- r·en, en honorecrt ziJ aansprakt:n op clc- mentairc bestaansvoorwaarden, die nodig zijn om tot die helcving te kun- nen kornen. Binnen dit door de alge- menc cui tuurpol i tiek gewaarborgdc, genormecrde en gdacilitccrde kadcr ontplonien mensen en organisaties hun cigcn cultuurvormende verantwoordc- lijkheid' !p 3771.

,\len ziet: ecn heperkte, maar toch po- sitievc formulcring. l:lepcrkt, want de overhcid zedemeestert niet over het private, maar over het publicke domein.

Beperkt ook, omdat dezc taak in de ecr- stc plaats als cen indircLte wordt gdor- mulcerd, als het -;cheppen van conditics voor cultuurvorming en het heleven van suhstantiele rationaliteit.

Fen pmitieve fonnulering die allcs hiJ- eengenomen lcidt tot aanzienlijke be- moeicnrs, want het verondcrstelt wat de auteur noemt cen compromis over cen 'optrmale publieke moraal' tusscn hijvoorbeeld humanisme en christen- dom. lk citecr "Het biedt cen vcrbin- dende publieke moraal, die de indivi- dualisering over'>ti)gt en niet heperkt hliJft tot klcine gemeenschappen, maar ook op staten van toepassing kan ziJn'' (p. 377)

(11)

Hct i-; nict vcrbazingwckkend dat hij voor dit compromi-, vooral op F.uropec<, nivcau mogclijkhcden ziet. Hij vat zijn Europe-;c cultuurpolitiek al-; volgt -.a- men "Zij d1ent te worden gchasccrd op de optimale moraal van het rclationele menshccld, zoals dat wordt gc'inspi- rccrd door chri'>lendom en Ari-,totc- lisch humani-;me, op de wet van de cultuureconomic, die de lcidendc waar- dcn van de verschillende sectoren van de maatschappij tot ontplooiing willa- ten komen en dezc heschcrmt tegcn overhccrsing door andere aspectcn van de wcrkeliJkhcid en op respect voor de intrin-,iekc waarde van hct natuurlijk milieu, zoal'i dat uit christelijk rent- meestcr-,chap en humani'itische pictas voortvloeicn" l.p. :l671.

Het i., in dit kader nict mogelijk, even- min als bij lllokland. rccht te doen aan wczenliJkc gedachtcngangcn die tevcns aanwezig zijn. Zoal-, de aan Weber en Zqdcrvcld ontlcende duiding van de modernitc1t al-, ecn overhecr'>ing van substanticle door tunctionelc rationali- teit ot de van Dooyewecrd atkom-.tige gcdachtc dat maatscbappeliJke imtitu- tles ieder hun eigcn leidend bcginscl hehhcn c11 dat het de taak van de over- heid zou zijn deze pluraliteit van lei- dcndc hcginselcn in een harmonisch cvcnwicht te houdcn.

Overeenkomsten en verschillen

Wat hicr vooral rij-.t, IS de vraag hoc beidc zecr verschillcnde algemcne cul- tuurpoliticke inspiraties zich verhou- dcn. Voort-.. ot men van hieruit verder zou kunncn komcn tot een cultuurpoli- tick die zowel Klop als lllokland zou kunnen hevredigcn en met hen mis- schien andcren.

Als men de gcladenheid van hcide be- togcn weglaat, zip1 cr toch wei over-

eenkomsten te signaleren, die nict ge- heel van formele aard zijn. Zo denken beidcn dat de overheid een principicle taak hceft te vervullen Jegens de cultu- relc ontwikkcling van de burgers. De een omdat de burger een wijder areaal van culturcle alternatieven aangchoden krijgt dan op eigen kracht mogelijk zou zijn, de ander omdat de overheid de toegang waarborgt tot suh.,tantiele cul- turele waardcn en normen, die andcrs zoudcn worden overwoekcrd, bij voor- hecld door economische machten. Of men dit zou willcn zien als cen vcrschil in ecn keuze voor breedte of voor diep- te, hangt stcrk at van het culturele ide- aal dat voor ogcn staat. Zowel Klop als lllokland is ervan overtuigd dat het zondcr cultuurpolitick ingrijpen (van de overhcid) mindcr gocd, zo niet mi<;

gaa.t.

F. en tweede overeenkomst is, dat hei- den cen onderscheid maken tu'isen de private wereld en die van de private in- stitutic'>. en de puhlieke verantwoorde- lijkheid. Zij vullen dezc in zoverre ver<;chillend in, dat de een vooral de private wereld van de vrijheid tracht te omschrijven, terwijl de andcr zich vooral bekommert om het publiekc do- mein. lleiden docn dit op ccn vrij hoog abstractienivcau waardoor het precicze karakter van de waarden en norm en die dan in dit publieke domein zoudcn moeten vigercn niet op het cerste ge- zicht duidclijk wordt.

Verrassend i'> cen dcrde, meer procedu- relc ovcreenkomst die het mogelijk maakt van cen gczamcnlijk standpunt te spreken. lleidc auteurs aanvaarden in de grond van de zaak het open en de- mocrati'iche karakter van de hepaling van de optimalc publieke moraal of hct emancipatiestreven. Het zou niet on- denkbaar zijn dat de cen zich zou heh-

"" I i

0

:-r1

7'

tJO

lli

:-r1

[J1

v :;o

:-r1

7'

z

CJ

(12)

u z

:..u

0

ben beroepcn op de transcendentalc zckerheid van bepaalde waarden, ter- wijl de ander in volstrekte postmodcrne relativitcit de totale onzckerbeid van deze waarden en norrnen zou hebbcn gepostulcerd. Daartegenover staat bij heide auteurs het besef dat waarden veranderen en dat zij een product zijn van een culturele conversatie tusscn on- gelijken

Als men cultuurpolitiek tot de meest elementaire dimensies terughrengt, ont- staat cultuurpolitiek als cultuur macht, en macht cultuur ontmoet. Voor beide auteurs is die macht publieke macht, de macht van de overheid of van de staat.

In de dialectiek van macht en cultuur is vooral hun visie op de culturele situatie, preciezer: hun cultuurkritiek, van be- lang Hierin verschillcn zij aanzienlirk, zoal" wij zagcn.

De cultuurkritiek van Hlokland is vooral die van de vrijzinnigheid, waarbij de macht van de overhcid in het geweer wordt gebracht om de burger meer vrij- heid te geven, zo niet te bevrijden De macht lijkt bij Klop een ander doel te dienen, namelijk om orde te scheppen in een situatie die hij nu eens ziet als door oppervlakkigheid hedreigd en dan weer als te anarchistisch ervaart. In dit Iicht moct men toch zirn kritiek or de markt, het pmtmodernisme of de _qnosis verstaan. l\1en ziet hier dus heel ver- schillende motieven aan het werk, ter- wijl over de structuur van de cultuur- politiek een zckere mate van overeen- stemming bestaat.

Drie thema's

Deze zecr verschillende inspiraties pas- sen in het kader van de [uropese cul- tuurkritiek zoals ze zich deze ecuw ontwikkelde. Voortdurend zijn er dis- cussies te mclden geweest tussen men-

sen die liherale en illiherale standpun- ten innemen, tusscn progress1evcn en conservatieven, tussen aanhangcrs van marktdcnken en van stllring van de economie, tussen cultuuroptimisten en -pessimisten enzovoort. lk zie af van deze mecr ideologische inblazingcn of cultuurkritische grondslagen, om ter af- ronding van mip1 beschouwing nog eens in te gaan op de dric elementcn die beide auteurs gemeen hebhen. lk hen mij ervan hewust met deze henade- ring de totaliteit van hun hcschouwin- gen onrccht te doen en niet mecr dan een draad te bespreken van het wecfsel van beidcr visies. Deze drie elementen zijn het herbevcstigen van het helang van het ovcrheidsbeleid ten aanzien van waarden en normcn, het onder- scheid tussen het rrivate en het puhlie- ke domein, het dynamische en open karakter van de collcctieve hcpaling van wat cultuur hetckent.

De vraag die ik mij stel, is of dezc drie gcdachten ook huiten het kadcr van heidc disssertaties actueel zijn

Prillciflii'le wmseli;klmd

1!1111

alqemcnc cultuurflolitiek

Wat het eer<;te hctrelt, de princiriclc wenselijkhe1d van algemenc cultuurpo- litiek, geloof ik dat de auteurs een ge- voelige snaar raken. Aan hct eind van deze ecuw, die in de glorie van het ka- pitalisme sterlt, hcstaat nict aller:n in Europa het gevoel dat ecn herhevesti- ging van andere dan puur economische waardcn door de ovcrheid aan de orde is. Ecn overheid die Gods water over Gods akkers laat lopen ol op de ideelc uitkomsten van het laisscZj!llrc-kapitalis- me vcrtrouwt, schiet cultuurrolitiek wezenlijk te kort Het beset dat de situ- atie in de hele wcreld in hoge mate or drift is, doet internationaal de vraag rij- zcn naar het mnerlijke kompas (de

( J)V r,%

(13)

waarden en normen I en naar de kracht van het '>tuur (de overheid), met een toon van urgentie die lang niet meer gchoord wcrd

Zo heeft de Wcreldcommissic voor Cultuur en Ontwikkeling van de Verenigde Naties en llnl:'co, de com- mi-,-,ie-Pcrcz de Cuellar, in haar recente rapport '( )ur cmliil!e d11msily' een krach- tig pleidooi gevoerd voor wat zij noemt een wcreldwijde ethiek (a global ethics)' Naa<,t aile behartigenswaardigs dat hct rapport ook bevat, is dit de mee'>t op- merkelijke bood'>chap crvan. Men kan haar- gezien het gewicht van de lcden en andere deelnemers aan het werk van de commissie - moeilijk

len van de ander zoals men zelf hehan- deld zou wensen te worden: confucia- nisme, taoi<,me, hindoc'i'>me, boeddhis- me, mazdc'isme, juda.isme, christendom en islam. Het humanisme ontbreekt.

1\laar de cultuurpolitieke vraag is in we- zen de onze: is het geen tijd de vraag te stellen naar de waarden die wij collec- tief zouden willen handhaven dan wei realiserenc Moet men niet kritisch staan tegenover de gedachte dat de onzicht- bare hand van de markt behalve winst voor sommigen op de korte termijn en welvaart voor iedereen in het verre ver- schiet, ook een marcel aanvaardbaar re- sultaat oplevert?

negeren. 13ovendien -,luit de commis'>ie hierin nauw aan bij het advie'> van de Conference on rjlohal rjoPenran- ce, die een groot aantal voorai\n<,taande politici bijeenbrengt. De door het Brundtland-rapport eerder aan de orde ge<,telde ver-

Het publieke

De Wcreldcommissie geeft hierop niet meer dan een zcer voorlopig antwoord.

Zij sprcekt van een zich ontwikkclende wereldwij- de publieke cultuur (rr glo- hrd civic culture). Behalve het idee van gelijkwaar- digheid en wederkerig-

domein moet als een belangrijke culturele

verworvenheid gehandhaafd

worden.

antwoordelijkheidwraag,

die kidde tot het gedachtengoed van de duurzame ontwikkeling, vindt der- halve nu ook voortzelting op ander ter- reinen. 1\ len kan <,pre ken van een inter- nationaal zoeken naar waarden en nor- men die het proces van snellc verande- ring waarin aile samenlevingen zich bevinden, zouden kunnen inspireren en

<,turen Het zal duidelijk zijn dat de Wereldcommi'>Sie, die aile continenten bij haar werkzaamhedcn bezocht en in haar blikveld had, niet kan volstaan met een Europees denkkader, en dus ook niet met het <,amengaan van bij voor- beeld humanisme en christendom. Zelf noemt het rapport van de commissie- l'erez de Cuellar met name a is bronnen voor het heginsel van de gelijkwaardig- heid van aile memen en het bchande-

CllV 1>%

hcid noemt de commis'>ie andere elementen om op te nemcn in een new global et!Jics: "The idw of lnwum rights, t/Je tnincirle of democratic leqilinwcy, tmhlic accormtahility

,md

t!Je emergmq ethos of evidence and tnoof' (p. 36) Naast de uni- verselc rechten van de mens en de daar- van atleidhare taak van de overheid om een menswaardig bestaan (a dewrt life) voor iederecn te garanderen, noemt de commissie nog andere elcmentcn.

Pluralisme, dat wil zeggen fundamente- le erkenning van het recht op diversi- teit, is onontbeerlijk De Wereldcom- missie vermeldt verschillende keren dat slechts enkele honderden staten van de wereld op zijn minst enkele duizenden culturen moeten herhergcn. Esscntieel is bovendien de waarde van demo- cratische lcgitimiteit geworden - men

m

m

z

Cl

(14)

1..)

z

i:

:L

1.1 I..LJ

I

~

c:o...

l f )

I..U :::0

:L

llJ

0

:::0

kan geen gczaghebbende overhcid zijn zonder de instemming van de geregeer- den. Ten slotte wijst de commissic uit- drukkelijk op een waarde die terrein wint en die zij omschrijft als de ethiek van (empirische) bewijwoering. lk ver- sta dit als een appel aan de redelijkheid en de wetenschappelijkheid in de dis- cussie over culturele en maatschappelij- ke vraagstukken, ook en vooral tussen de culturen.

Hocwel onze beide auteurs zich aileen terloops (Kiop biJvoorbeeld in een rx- uns over mondialc cultuur op pagina 3o5 J aan zulke wijde verbanden hebben gewaagd, is het duidclijk dat hun plei- dooi voor algemene cultuurpolitick past in een actuelc internationale discussic.

Onderscheid tussen fnivaat

w

publlek domein

Hct tweede thema. de afhakening van een publiek domein in de cultuurpoli- tiek, lijkt niet minder actueel. Terwijl Hlokland dit publieke domein vooral nodig heeft om de kcuzevrijheid van burgers te verbreden en ook breder te fundercn, hedt Klop vooral de zorg voor de verankering van de cultuur van de burger op het oog lk noemde dit het argument van de breedte en dat van de diepte in de algemene cultuurpoli- tiek.

Er is niet vee! voor nodig om te zien dat vandaag het vraagstuk van het pu- blicke domein aan actualiteit wint. Het hangt overigens samen met het eerdere them a.

De vraag rijst steeds meer water nog in de toekomst publiek zal zijn aan onze steden, aan onze media of aan onze hu1st. Het is zelfs de vraag of het nog zinvol is in de toekomst te spreken van 'onze steden', 'onze media' of 'onze kunst', als iederc politieke of publiekc bcmoeienis daarmee niet meer dan

marginaal is. Het 'ons' hctekent dan niet vee! mccr dan dat men tijdgenoot is van deze stcden. media of kunst en dat men er private relaties mce onder- houdt.

Opnicuw stclt zich hier als centraal probleem de markt. De markt immers voorziet in steeds grotere mate het pu- bliek van informatie, recreatie en zelfs educatie. Heeft de cultuurpolitieke macht van de overhcid nog wei een rol van hetekenis te spelen in een wereld die steeds mecr privatiseert, ook in cul- tureel opzichtc De wereld van hct boek, dat l}msso 111odo huiten de cultuur- politiek om wordt voortgebracht en gedistribucerd. toont hiervan de voor- delen en de nadelen. Recenteliik hecft Blokland dit prohlcem aan de orde ge- steld in een artikcl over het hiblio- theekwezen.'• waar immers hct mar-kt- conform denken in opmars is, naast ccn al even discutabel doelgrocpenheleid Hij pleit a is velc anderen voor een her- bezinning op de cultuurpolitiekc taak van de bibliotheek en voor het handha- ven van een puhlieke ruimte naast de private consumptie van hct hoek.

Het problcem van het puhlicke domein in ecn wereld van mondige comumen- ten. die vrijeliJk private relaties onder- houden, is niet mis. i\1en ziet dit bi1 voorbeeld in de discussie over Internet:

is dit privaat en te vergelijken met het telefoonverkeer, of puhliek en te verge- lijkcn met de publieke omroepc Deal- gemcne cultuurpolitiek zou hier de specificke cultuurpolitiek moeten kun- nen hclpcn. maar doet dit nog onvol- doende.

Deze en andere vragen '.tellen de vraag naar het publieke domein ten principale.

Persoonlijk zou ik, terughlikkend up de [urorese cultuurgeschiedenis, hct pu-

(15)

hlieke domein als een belangrijke cultu- relc verworvenheid willen handhaven.

Het li)kt mij gekenmerkt door twee ei- genschappcn.

nodiging tot private expressie. Zo is een opdracht voor een nationaal gedenkte- ken aan een kunstenaar heden ten dage

bijna steeds aanleiding tot In d<: eer<,tc plaats is het

publicke domein een ruim-

Maar de

moeilijkheden. Een recen- te opdracht bij de nieuw- bouw voor de Tweede te in de sam en levi ng die

niet g<:monopolisecrd mag worden door private be- langen ot helangengroe- p<:n. Het puhlicke domcin

\celt van de bclangrijke lictie dat het er in principc voor i<:dcrcen is. Dit soort licties, als die van het pu- hlieke helang of het nut van hct alg<:mecn. worden hedcn ten dage naar mijn mcning in de puhliekc (')

cultuurpolitieke

vraag is in wezen: is

Kamer illustreert dit, cven- als de 'private' kunstkritick over hct nationale monu- ment op de Dam die de publiekc geschiedenis en context ervan verwaar- loost. Ook grocpen kun- nen de pub\ ieke sfccr of ruimte willen annexercn en onvoldoende begrip to- nen voor het open karak-

het geen tijd de vraag te stellen naar

de waarden die wij collectief zouden willen handhaven dan wei realiseren?

discu"ie vcrwaarloosd. Zc Z!Jn uitcrst belangrijk voor hct voorth"taan van ccn open samenlcving, die tcgelijk nie- mand wil uitsluiten, maar ook aan de solidariteit van allen moet kunnen ap- pellcren H<:t bcstaan van zo'n open ruimtc vcrcist bcwustc ovnhcidsbe- scherming en is ondcrhevig aan de cis van voortdur<:nde athakcning tegcn- ovcr hct private domcin.

In de twecdc plaat'> is de puhlieke ruim- tc in de Europcse traditie cen plaats waar collcctieve idcalcn zich manileste- ren. Hct is de bijna utopische plaats waar de ickaliscring van verlcden en tockomst ten hcho<:ve van icdcreen zicbtbaar wordt, naast de idolen van de privat<: wcrcld. Want hct is duidelijk dat naast die publiekc ruimte, die van niemand en van icderecn is en waarin d<: samcnleving zich <:en ideaalbeeld schept van zichzelt, ruimte moet zijn voor de ciPil lOt 1cty van groepen en de private wneld van het individu.

Over dit ondcrwerp b<:Staat grote vcr- warring, hijvoorhccld als kunstenaars de puhli<:kc ruimte miwcrstaan als een uit-

(I lV c, 'li>

ter crvan. Zo werd onlangs in Amsterdam door muslim-demon- stranten hij ecn optocht voor een veel- omvattend wijkcentrum bij buurt- bewoners de indruk gewekt dat zij on- voldoende begrip hadden voor de aan- wezigheid van andere wijkhewoners.

Het omgekeerde is hclaas ook het ge- val. De in Duitsland gcbruikelijkc bena- drukking van het burgerschap via alstamming leidt tot een mentale uitslui- ting uit hct puhlieke domein van grote groepen immigranten.

Alles bijeen lijkt mij ook dit element, de private tegenover de publieke ruim- te, voor de cultuurpolitiek van groot be lang

Open discussie ouer waarden

Ten slotte het dcrde thema: het telken- malc in open discussie bepalen van wal waarden zijn en het democratische ka- rakter van de keuze crvan. Men kwam dit thema ook tcgen bij de Wcreld- commissie en het hehoeft op zich geen opzien te haren dat twee auteurs, gebo- ren en getogen in cen pluralistischc de- mocratic, zich daartoe hekennen.

m

m

z

CJ

(16)

II I

:_]

z

Waarom dan loch aandacht voor deze zaak gevraagd en het als actueel pro- bleem aangemerkt: Het hecft te maken met de visie op de cultuur zeit, die men hccft:

of

in wezen een gegcven resul- taat Of een work in tno<Jrrss. A Is men de cultuur ziet als wat zij historisch en we- tenschappelijk gczien ook is, namelijk als een proces van gcleidelijke culturele groei, dan kijkt men anders tegen de noodzaak van overlcg, discussie en compromis aan dan indien men uitgaat van een cultuur die de noodzakelijk ex- pressie is van iets anders, iets absoluuts of tijdloos, zoals een open baring of een politieke ideologic

Het bezien van algemene cultuurpoli- tiek als het inzetten van overheids- macht ten behoeve van keuzen die steeds niet meer blijven dan tijdclijk mensenwerk, met aile gebreken van dien, noopt tot hescheidcnheid.

Prof. drs. AJ van der Staay is direcleur van !Jet Sociaal en Cultureel Planhurwu (SCP). uoor·- zitter van de werkgroep die het Advics CultHHr- u,etgwmq ( 19H!i) van !Jet SCP opsteldc or

!Joogleraar in Kunst fll samenleving in historisch perspectlef, in het lJJjZonder de gcschiedenis en ac- tucle t>onnrn umr cHllrllirkntiek m cultrwrpo/itiek ,um de Erasmus Uniuersilcit Rotter-dam.

H.T Blokland, Vrijheid, clllionomie, enumu- patie, wr politiek-filosofisc/;e en crdtHurpolilieke heschouu,ing, dissertatie, 1991, Eburon, Rotterdam.

Herzicne en uitgehreide versie is hier- van verschencn 'Wcqen naar unjheid, auto- nomic, orumcipatie e11 culttllir in de Westerse wereld', 1995, Meppel (Boom Amster- dam), f 49,50.

CJ Klop, De cultuurpolitieke pamdox Noodzaak en onruemelijkheid umr overheids- iHvloed op normen err ruaarderr, dissertatie,

1993, Kok, Kampen, f 84,90.

No ten

Blokland H T (l,IJ/lcJ,i. diJIOIIOIIIIC WldiiU/ldlrc an /J0/1 lrt'kjdo~oJI~, he C!l L HiiHlll t~ol!ltckc /Jc,, houll'llli)

Rottirtl,m! E/nuoli, ftHIJ 'procl<.,chrdtl.

Klop, C:_l f)c crdiHlll)lnldii"l:c fllrlltiox t',jtlo,lt<~<~k C11 Ollli'flht/11/:}JntfPdJJ Ol'ti/JciLf~IJJI'/ocd O/l 110111101 t'JI lrddl-

cfcll KamJWn· Llngcven1 Kok 1fJ()i ploeJ-

~chrdt'

1 Adv1e~ udtuurwetgcv1ng Cultwuhc/cd m/w.;lott)th hclcd)<J/I,dyiJ'id1 Cli JllldJ~th Jlct:,{lcdJc{ RlJ~WIJkiDen Haag Souaal en C:ulturl'l'l Planhurl'au' Star:tt<.- UJtgeverl), 1CJH(J JcahiLT )]1

~ Star:ty, AdnaJ.n van dcr '}let Hrhdnc' In Rc~'m'dhlfl 4i 119()61 rnaJ.rt 14-15:1

W'orld CommJ<;<;Jon on Culture Jnd Develop- ment ( )tu ct·rillll'c 3JI'n~ily I rr:tncc Fgopn111, 1 f)95

6 Bloklund Han<.,. l:.cn culturclc VnJplaab 111 ccn oprukkcnde euJnOllli'>Lhe markt' In B1H1tllllfl·k ,v Sdlllt'lllt'I'JIIU 24 I 1 f)f)(J I ]J.rlllJfl I 14- I() f

(17)

Volgens de kritische reactie van Van Wissen in het aprilnummer van Christen Democratische Verkenningen hanteert Zwart in zijn bijdrage 'Men moet God meer gehoorzamen dan de mensen' in de bundel 'Christelijke politiek en democratie' een 'verkort' democra- tiebegrip. Daarnaast zou hij weinig hebben begrepen van het neothomisme en de daarop gebaseerde katholieke staats- en maat- schappijleer. De discussie zou gebaat zijn bij een positieve uiteen- zetting van Van Wissen over de verhouding tussen katholicisme en democratie in de negentiende en twintigste eeuw.

I

n hct _apri-lnummcr van dit hlad hcdt C.l.l\1 van Wbscn ccn kritl-

genomen, omdat het voor de hand ligt d<Jt de uitsprakcn van de kerkclijke schc rc<JCtic gcschrc-

vcn op miJTl hijdrage aan de hundcl 'Chri<;tclijkc politick en democratic' In dczc hundcl, d1e in de- cember I '!'!5 onder auspi- cicn van hct Hi<;tori,ch C:omitc C:hri<;tcn-Dcmo- cratic hct Iicht Zilg, wordt de vra<Jg gc<;tcld hoc de christclijke pilrtijcn in Ncdcri<Jnd - de ARP, de

C:HLI. de RKSI'/KVI' en

Dr RS Zwart

overheid invloed hcbhen geh<Jd op het denken v<Jn de Ncderlae1dse k<Jtholie- kcn .. 1\lijn hronncnmatcri- aal bcstond voornamclijk uit enige tientallen pausc- lijke rondzcndbricven, de zogen<Jamde cncyclicken.

lk kom in mijn <Jrtikel tot de conclusie d<Jt er lange tijd sprake is gewecst van cen zekcrc spanning tus- sen k<Jtholicisme en demo- hct CDA - zich in de loop der j<Jren

hchhcn opgcsteld tcgennver de demo- cratic. 1

In hct hckritisccrdc <Jrtikel hch ik on- dcrzocht welkc uitspraken de achtcr- cenvolgcnde p<Jmen de afgclopen ecuw hehhcn geda<Jn over de democratic.

[en dergelijk artikel i'> in de hundel op-

cratie, omdat de katholicke kcrk uitgaat van een door Cod geschapen morele orde, w<Jaraan ieder mens moet gehoor- zamen. Deze morele orde staat volgens de kerk boven de opvatting van de toe- v<JIIige meerderheid van de bevolking Daarom hch ik mijn hijdrage de titcl 'l\1en moet Cod mecr gehoorzamen

(18)

0

u...

dan de mensen' meegegeven; een bij- belcitaat (Handelingen 5 29) dat sinds Leo XIII vaak gebruikt is om de kerke- lijke reserves ten opzichte van de de- mocratic te onderbouwen.

Van Wissen heeft twee fundamentele bczwaren tegen mijn betoog. In de eer- ste plaats hanteer ik een 'verkort' demo- cratiebegrip, daarnaast zou ik weinig begrepen hebben van het neothomisme en de daarop gehaseerde katholieke staats- en maatschappijleer. Op beide punten wil ik kart ingaan.

Democratie

lk hch geprobeerd de opvattingcn van de katholickc kerk over democratic in kaart te brcngen. Omdat niet iedcrcen hetzelfde verstaat onder democratie, heb ik een (wcrk)dehnitie van hct he- grip gcformuleerd: de <,taatsvorm waar- bij de uiteindelijke macht via een of andere vorm van representatic biJ hct volk ligt en waarin besluitvorming plaatwindt volgens het majoritcitsbe- ginsel.

Volgcns Van Wissen is dit ccn 'vcrkort' democratiebcgrip, dat vandaag de dag nauwelijks nog verdedigers vindt. Hij mist in mijn dcfinitie het begrip 'rcchts-

<,taat' Ecn grondwet, die de rcchten van de minderheid be.,cherrnt tcgen wille- keurige mcerdcrhcdcn, acht hij <:-en wc- zenlijk clement van onze moderne democratic. Ecn onafhankelijkc rcchter heeft naar ziJn mcning zells het recht de bcsluiten van de overheid tc toctsen aan de grondrcchten, zoals die zijn ge- formulccrd in de Nederlandsc grand- wet en in internationale verdragen.

lk heb geen enkele moeitc met de aan- vulling van Van Wissen op mijn ddini- tie. lk spreek van cen aanvulling, omdat volgens om <,taatsrccht het volk (via rc- presentatie) in laatste instantic ook de macht heeft over het gezag van grond-

rcchtcn zoals die zijn gcformulecrd in bijvoorbccld de grondwet Het parlc- ment heeft immers het laatstc woord over de grondwet. Het majoriteitsbe- gimel is dus ook hier van kracht: ecn verstcrktc meerderheid ( twcederde) in het parlcment moet instemmen met een grondwctswijziging. 1\lijn hetoog over de houding van de katholieke kerk te- genovcr de democratie behocft dan ook naar mijn mening gcen aanpassing bij Van Wissens 'ruimere' dehnitie van democratic.

Van Wissen suggereert dat ik democra- tic gelijkstel met 'volkssoevereiniteit', de thcoric die de wil van het volk als enige en onheperkte bron van het staatsgezag en het recht bcschouwt.

Daar is echter geen cnkcle reden voor.

AI sinds de revoluties van de achttiende ecuw gaan democratic en grondwet na- melijk in ieder geval thcoretisch hand in hand. Democratic zonder grond- rcchten kunnen wij ons niet voor<,tel- len. Een meerderheid mag nict hepalen dat dezc meerderheid tot in Iengle van jaren - znnder tussentiJdsc vcrkiezin- gen - de rcgcri ng n1ag vorn1cn.

Objectieve morele orde

Van Wissens tweede fundamcntele be- zwaar hetrdt de manicr waarnp ik het geloof in ecn van Cud afkomstige mo- rele orde verbindt met de opvatting van kathulickcn over de democratische staatsvorm. Vooropgcsteld: ook Van Wisscn ziet bij aile ontwikkcling in het kathuliekc dcnken als cunstantc hct ge- loof in ecn 'normatievc scheppingsor- dc' Vnlgens dit geloot heelt Cud biJ de schcpping een morelc ordc gecreeerd, waaraan icder mens moet gchoorza- men. Wat gocd en kwaad "'· bcpaalt niet de men'>, maar Cod.

De vraag is nu wat het gelool in deze morelc orde betekcnt voor het denkcn

( [)V (, 'JI:

(19)

over de staatsvorm. Dat cr een span- ningsveld bcstaat, zal niemand ontken- nen. Wat als langs dcmocratische wcg een besluit genomcn wordt dat in strijd is met de scheppingsorde!

Het centrale punt bctreft naar mijn mening de kenbaarhcid van de door Cod gc<,chapcn morele orde. Op dit punt ligt ook de belangrijkste ontwikkc- ling in het dcnken van katholieken over staat en maatschappij van de afgclopcn eeuw. Tot aan het Tweedc Vaticaan<,e Concilie ging de katholiekc kcrk uit van de mogelijk objccticf de 'natuurlijke zedcwet' tc kenncn. De neothomis- tische hlosotie- cen moeilijk te door- gronden, op de middelceuwse filosoof Thomas van Aquino teruggaand dcnk-

<,tclsel - vormde voor die pretentie hct uitgangspunt. Vanuit een dergelijkc up- vatting is hct inderdaad vriJwel onmo- gelijk in hart en nieren democraat te zqn. Sinds de jarcn zestig is de katho- lieke kerk echter minder stellig over het objcctieve karakter van de morclc ordc.

Daarmee i' de wcg geopcnd voor een po<,itieve waardering van de democratic.

Uit de cncycliek Cenlcsimus mmus ( 1991) - een recent document dat ik bij mijn onderzoek nict hcb betrokken - lijkt echtcr naar voren tc komen dat de ka- tholicke kcrk nog steeds reserves hecft ten aanzicn van de democratic. Zo is daar tc lezen dat de kcrk zich het recht voorbchoudt ecn objccticf criterium voor gocd en kwaad te hantercn, naast de wil van de regeerder<, Hct i' interes- sant dat ook in deze cncycliek hct hijhclcitaat Handelingen 5 ('Men moet Cod meer gehoorzamen dan de men-

<,en') wordt gehruikt. De encycliek

<,preckt cchter ook waarderend over de democratic, al klinkt hct wat zuinigjes:

'de kerk cerhicdigt de wettige autono- mic van de democratische orde en hceft geen rcdcn om voorkeur uit te

drukkcn voor de enc of de andere insti- tutionele of constitutionele oplossing'2

Slot

Van Wissen hceft kritiek gcuit op mijn rcconstructie van de opvattingen zoals die in pauselijke encyclieken de afgelo- pen ecuw over de dcmocratie naar vo- ren zijn gebracht Dergelijke kritiek is welkom, juist via discussie groeit im- mers onze kennis. lk ben ondertusscn we! erg benieuwd naar de manier waar- op Van Wissen de vraagstelling die aan mijn artikel ten grondslag ligt, zou be- handclen. Zijn kritiek doet vermoeden dat hij tot heel andere conclusies zou komen. De di<,cussie zou gehaat zijn bij een pmitieve uiteenzetting van Van Wissen over de verhouding lu<;<,en ka- tholicisme en democratic in de negcn- tiende en twintigste ecuw.

Dr RS Zrucnt is uniucrsilair docent aan de uakproefl CesciJiedcnis um1 de Katholreke L/rJi- Persiteit Nrjmegen.

No ten

I ren hc<:.preking van dczc bundel i<; tc Vllldcn Ill Clnrstcn-dwiOLrdllsc!Jc Vcrkcnlil!l_l}nl l,19(J, B2-87 2. lk citccr lilt de NcdcrlJnd<;c vcrtal1ng in. Kcrke-

!Jjkc{)owrllCHtiiiJc 1-2-1 1()()[, 1-t-l-l..J-i

Forum

In deze rubriek passen kortere bij- dragen waarin kort en krachtig argu- menten gegeven worden voor cen bepaalde opvatting. Bijdragen zijn welkom die in niet meer dan 2000 woorden een prikkelende kwestie neerzetten. De opinie moet passen in de opzet van CDV: het client te gaan over de strategische vragen achter de politieke actualiteit.

Bijdragen die discussic uitlokken verdienen de voorkeur.

, I

'"T1: I

(20)

u

z

u

z

z

>

Onlangs heeft Europees commissaris Monti van Fiscale Zaken een discussienota uitgebracht met de bedoeling een samenhangende fiscale Europese strategische visie te ontwikkelen.

1

Het rapport 'Nieuwe wegen, vaste waarden' plaatst de christen-democratie in het hart van de Europese discussie. Hieronder volgt een beschou- wing van een aantal ontwikkelingen in de belastingwetenschap met betrekking tot ons systeem van inkomstenbelasting, tegen de ach- tergrond van de fiscale voorstellen die in het rapport 'Nieuwe we- gen, vaste waarden' zijn gedaan.

H

ct rapport '1\:ieuwe we- gen. vaste waardcn' houdt een pleidooi

voor het ver- minderen van lasten op ar- bcid. Minder belasting- heffing op arbeid betekent een verschuiving van las- ten naar andere produktic- factoren Ecn mogelijkheid die wordt genoemd zijn de indirectc belastingen op verbruik. Ons stclscl van i nkomstenbelasting be-

vcrzekeringen. Ongevccr 2.5 mii)oen helastingplichtigen hctalcn 50% of meer over de top van hl't inkomen. Een aantal waar- dcn liggen ten grond..,Jag aan on<, hclastingstelseL draagkracht, ncutraliteit, efficiency, eenvoud en in- zichtelijkheid van regel- gcving alsmede handhaaf- baarheid. Met uitzondenng van de eerste twce zijn deze waardcn van toepa<,- sing op iedere vorm van hocft modernisering De A1r.

A1.LA

Villi

Rlj

wctgcving Draagkracht is compensatie kan immer<, niet aileen ge- een typisch fiscaal ver<,chiJnsel.

vonden worden in uitgavenbeperking.

Een meerjarig programma is nodig.

I nkomsten be Jasti ng

Circa tien miljoen Ncderlanders heb- hen te maken met de inkomstcnbelas- ting, loonbelasting en de premies volks-

Draagkracht

Aan het draagkrachtbeginsel ligt hct chri-.ten-democratische uitgangspunt van solidariteit ten grondslag In I 'J28 verwoorddc De Wilde in AR-Staat- kundc als volgt: "De antircvolutionaire

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

king, nadere dcskundigheid, weten- schappelijke toetsing, ook op diverse consequentics en toepassingen. Fen partij, die een functie wil hebben, ccn bewcging die

getroude dame (vgl. amita, wat verb. sambreelblom wat blb. as Hessea stellaris, nou as spp. Periphanus, albei faro. Kid) - sambreelblom nie met sambreelboom te verwar

Naar Engels recht dient een overeenkomst met een implied term te worden aangevuld, indien aan de volgende vereisten is voldaan: 27 (1) het moet redelijk en billijk zijn om

De speler met de kaartjes leest wat er op zijn/haar kaartje staat, de speler met de corresponderende klok op zijn/haar spelbord krijgt dit kaartje en legt dit op het juiste vakje

• Je kunt deze uitspraken niet zonder meer als een ‘koude oorlog‘ stemming voor beide blokken beschouwen, want hoewel de mening van Stalin wel voor het Sovjetblok geldt, is

Zij vinden ook dat de manier waarop de gist wordt verpakt niet milieuvriendelijk is: één groter zakje met daarin 50 gram gist zou volgens hen veel beter zijn.. 2p 29 Geef

De ernstige bedreiging die de vooropgestelde werken en het daarmee samenhangende grondverzet vormen tegenover het mogelijk aanwezige archeologische erfgoed, zijn immers van die aard

De lengte en aantal berichten dat per keer verzonden kan worden is afhankelijk van de tokenTimer, deze geeft de maximale tijd dat een token door een node