EERSTE DEELTENTAMEN WISB 212 Analyse in Meer Variabelen
14-04-2004 14–17 uur
• Zet uw naam en collegekaartnummer op elk blad, alsmede het totaal aantal ingeleverde bladzij- den.
• De verschillende onderdelen van de vraagstukken zijn zoveel als mogelijk is, onafhankelijk van elkaar. Indien u een bepaald onderdeel niet of slechts ten dele kunt maken, mag u de resultaten daaruit gebruiken bij het maken van de volgende onderdelen.
• Bij dit tentamen mogen syllabi, aantekeningen en/of rekenmachine NIET worden gebruikt.
Exercise 0.1 (Autotoeteroppervlak). Definieer
R3 R door 12
2
2
1
3
2
3 en R3 0
(i) Ga na dat R3 3 1 .
Dit resultaat suggereert om voor een punt te schrijven dat 3
1
2met
R.
(ii) Concludeer
im ! met " R2 R3 gegeven door #%$'&
(1)
2
cos&*$' sin&*$ 1
Bewijs dat in feite im ! .
(iii) Toon aan dat een immersie is in alle punten van R3met uitzondering van de punten + 1$'&
en 0
$'&
, voor
&
R willekeurig. Preciezer, bewijs dim ker(, -+ 1$'&
) dim ker(, -0$'&
) 1
Bewijs #+ 1
$*&
0 en #0
$'&
(0
$
0
$
1/. , voor alle
&
R.
In de bijgaande illustratie is niets bijzonders te zien in.0 R3(wel daarentegen in 0 R3).
(iv) Bewijs m.b.v. de Submersiestelling dat een132 deelvariëteit in R3van dimensie 2 is in alle punten behorende tot 54 0 .
Achtergrond. Het feit dat niet-immersief is in de punten0
$*&
is dus een “hebbelijkheid” van en impliceert in dit geval geen singulier gedrag nabij. van im zelf. Tot slot delen we zonder bewijs mee dat geen deelvariëteit in R3van dimensie 2 in 0 is.
1
Dit tentamen is in elektronische vorm beschikbaar gemaakt door de TBC van A–Eskwadraat.
A–Eskwadraat kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de gevolgen van eventuele fouten in dit tentamen.
1
Exercise 0.2 (Viètetransformatie). Veronderstel dat6 R2voldoet aan6 12 6 2 7 0 en laten 1en
2
R de wortels zijn van het monisch kwadratisch polynoom8 9
$ 6
:;9 2
26 1
9 6 2 in de variabele9 met coëfficiënten 26 1en6 2.
(i) Bewijs de volgende formules van Viète:6 1
1 2
1
2
en6 2
1
2.
Beschouw nu de volgende Viètetransformatie (van het vlak van wortels naar het vlak van coëfficiënten):
<
R2 R2 met < 6 (
1 2
1
2
$
1
2)
In de onderstaande illustratie zien we het beeld onder < van een raster van equidistante rechte lijnen parallel aan de coördinaatassen (met andere woorden: ruitjespapier). Het lijkt dat deze lijnen onder<
overgaan in lijnen die allemaal raken aan een parabool. We zullen dit opmerkelijke resultaat bewijzen in het onderstaande.
(ii) Bewijs dat < 1$
2
=
<
2$
1
en leidt hieruit af dat het voldoende is voor het bewijs om alleen horizontale lijnen te beschouwen.
(iii) Beschouw> 1$
2
? R2 1
R , de horizontale lijn op hoogte 2
R. Toon aan dat het beeld van deze lijn onder < wordt gegeven door
@
2
6
R2 8 2$ 6
0A
Ga na dat@ 2
een rechte lijn in R2is met richtingscoëfficiënt gelijk aan 2 2.
(iv) Bepaal de verzamelingBC R2van singuliere punten van < (d.w.z.,D B dan en slechts dan als det, < 0) en verifieer datE < B een parabool in R2is.
Definieer / 6 R2 6 12
F 6 2 .
(v) Bewijs dat de verzameling van punten in R2is die onderE liggen. Toon aan dat< R24GB surjectief is; in het bijzonder, laat zien dat
<
H
R2 1 F
2
een132 diffeomorfisme is. Concludeer dat6 impliceert dat6 @ 1
JI
@
2
met 1 K
/
2. 2
2
(vi) Zij 2
R vast maar willekeurig gekozen. Bewijs dat 2
LI
E
2$
2
, bereken de geometrische raaklijn aan E in dit punt, en laat zien dat deze raaklijn gelijk is aan@ 2
.
(vii) Concludeer uit het voorgaande dat door ieder punt6 er precies twee verschillende raaklijnen aan E gaan en dat de richtingscoëfficiënten van die raaklijnen gelijk zijn aan tweemaal de tegengestelden van de wortels van het polynoom8 9 $ 6
in9 .
3 2