• No results found

Concept programmabegroting 2016 GGD

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Concept programmabegroting 2016 GGD"

Copied!
76
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1

GGD BRABANT-ZUIDOOST

Programmabegroting 2016

CONCEPT

(2)

2

(3)

3

Programmabegroting 2016

GGD Brabant-Zuidoost

Vastgesteld door het Algemeen Bestuur van GGD in zijn openbare vergadering van 1 juli 2015

Mevrouw M.M. de Leeuw-Jongejans mevrouw H.G. Tindemans-van Tent

Voorzitter Secretaris

(4)

4

Inhoudsopgave

1. Overzicht GGD Brabant-Zuidoost ... 5

2. Kerngegevens ... 7

3. Leeswijzer... 8

4. Samenvatting ... 9

5. Programmabegroting 2016 ... 12

Programma Publieke Gezondheid ... 13

5.1 Pijler 1 Monitoren, signaleren en adviseren ... 13

5.2 Pijler 2 Uitvoerende taken gezondheidsbescherming ... 25

5.3 Pijler 3 Publieke Gezondheid bij incidenten, rampen en crises ... 33

5.4 Pijler 4 Toezicht houden ... 37

5.5 Pijler 5 Jeugdgezondheidszorg ... 40

5.6 Pijler 6 Aanvullende taken Publieke Gezondheid ... 49

5.7 Pijler 7 Ambulancezorg ... 53

5.8 Bestuurskosten ... 57

5.9 Paragrafen ... 57

6. Financiële begroting 2016 ... 65

6.1 Overzicht van baten en lasten ... 66

6.2 Toelichting op baten en lasten ... 67

6.3 Staat van financieringen ... 69

6.4 Staat van investeringen ... 70

6.5 Staat van reserves ... 71

6.6 Staat van voorzieningen ... 72

6.7 Meerjarenraming baten en lasten ... 73

7. Bijlagen ... 75

7.1 Berekening inwonersbijdrage 2016 ... 75

7.2 Overzicht inwonersbijdrage en overige bijdragen per gemeente ... 76

(5)

5

1. Overzicht GGD Brabant-Zuidoost

Overzichtskaart werkgebied

Organogram

(6)

6 Gemeenschappelijke Regeling

Eind 2005 hebben alle gemeenten besloten tot de instelling van de Gemeenschappelijke Regeling GGD Brabant-Zuidoost.

Deelnemende gemeenten 21

Algemeen Bestuur 21 leden

Dagelijks Bestuur Portefeuille

Mevrouw M. de Leeuw-Jongejans Voorzitter

Mevrouw H. Balk Vicevoorzitter

Mevrouw H.G. Tindemans-van Tent Secretaris

De heer M. van Dorst Financiën

De heer R. Daenen Personeelszaken

Mevrouw J. Veldhuizen lid

De heer J. Bevers lid

De heer A. Ederveen Toegevoegd lid vanuit de

Veiligheidsregio

(7)

7

2. Kerngegevens

Per 1 januari 2015

Sociale en fysieke structuur

Aantal leerlingen onder zorg 118.572

Aantal scholen basisonderwijs 263

Aantal scholen voortgezet onderwijs 40

Aantal scholen speciaal onderwijs 51

Aantal deelnemende gemeenten 21

Totaal aantal inwoners in het werkgebied 752.485

Aantal inwoners kleinste gemeente 12.775

Aantal inwoners grootste gemeente 223.214

Raming 2016

Personeel

Formatie in fte's 360

Formatie in personen 450

Financiën

Programma Publieke Gezondheid

Totaal exploitatie € 17.870.000

Programma Ambulancezorg

Totaal exploitatie € 17.710.000

(8)

8

3. Leeswijzer

Onderhavig document omvat de concept-programmabegroting 2016 van de GGD Brabant-Zuidoost.

De begroting is opgesteld met inachtneming van de relevante voorschriften zoals opgenomen in het "Besluit begroting en verantwoording Provincies en gemeenten (BBV)" waaraan ook een gemeenschappelijke regeling dient te voldoen.

Als gevolg van een besluit tot wijziging van het BBV, zijn met ingang van 2015 enkele aanpassingen in het begrotingsformat aangebracht. Deze wijzigingen hebben tot doel de

deugdelijkheid en transparantie van de begroting en de meerjarenraming te versterken, alsmede van de horizontale controle daarop. Zo dient er voortaan een overzicht van incidentele lasten en baten en een overzicht van de beoogde structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves opgenomen te worden. Hieraan is voldaan middels een toelichting bij de betreffende overzichten.

Verder dient de paragraaf weerstandsvermogen gewijzigd te worden in een paragraaf

weerstandsvermogen en risicobeheersing. Het gaat daarbij niet alleen om een inventarisatie en beschrijving van risico’s en de middelen en mogelijkheden om deze op te vangen, maar zeker ook om de wijze waarop en de processen en systemen waarmee de risico’s worden beheerst. Tot slot zijn bepalingen met betrekking tot de paragraaf verbonden partijen aangepast. Deze wijzigingen die ook al in de begroting 2015 waren verwerkt, zijn waar relevant in deze begroting verder aangescherpt.

De begroting bestaat uit:

1. een Programmadeel met daarin de beschrijving van de taakvelden per pijler en de paragrafen.

2. een Financiële begroting met daarin een overzicht van baten en lasten, een meerjarenraming en de staten van vaste activa, reserves en voorzieningen en financieringen.

De Programmabegroting wordt onderverdeeld in 2 programma's, n.l.:

a. Publieke Gezondheid b. Ambulancezorg

De taken zijn met ingang van deze begroting onderverdeeld naar de 7 pijlers, zoals vastgelegd in de notitie ‘de basis van de GGD Brabant Zuidoost’ van maart 2015. Per taakveld wordt

aangegeven:

a. de productomschrijving en de doelstelling b. de activiteiten

c. de kerngegevens en kengetallen

(9)

9

4. Samenvatting

De GGD Brabant-Zuidoost heeft tot doel om bij te dragen aan een positieve ontwikkeling van de gezondheidssituatie van de inwoners in de regio Z.O. Brabant door uitvoering van de programma’s publieke gezondheid en de ambulancezorg.

De missie van de GGD Brabant-Zuidoost luidt als volgt: “De GGD Brabant-Zuidoost streeft - onder regie van de gemeenten – door middel van preventie naar gezondheidswinst van alle inwoners, om zo een bijdrage te leveren aan de kwaliteit van hun leven en zelfredzaamheid te vergroten. Wij zijn een proactieve, innovatieve en resultaatgerichte organisatie. Onze dienstverlening betreft

gezondheid, preventie en snelle interventie, is professioneel en betrouwbaar en komt tot stand vanuit de wens van de klant en in dialoog met onze opdrachtgevers en samenwerkingspartners”.

Door transities waarmee gemeenten en GGD te maken hebben (Jeugdwet, WMO, Participatiewet) verandert de maatschappelijke context van publieke gezondheid. Gezondheid wordt in

toenemende mate gezien als een middel of voorwaarde voor maatschappelijke participatie.

Het leggen van lokale verbindingen tussen gezondheid, zorg en participatie is een belangrijke maatschappelijke opgave voor gemeenten en GGD.

Het Algemeen Bestuur heeft op 11 maart 2015 de volgende pijlers van de GGD in het licht van de toekomstige uitdagingen vastgesteld.

1. Monitoren, signaleren en adviseren

2. Uitvoerende taken gezondheidsbescherming 3. Publieke gezondheid bij rampen en crises 4. Toezicht houden

5. Jeugdgezondheidszorg 4-18 jaar 6. Ambulancezorg

7. Aanvullende taken publieke gezondheid

In deze Programmabegroting wordt op hoofdlijnen weergegeven welke doelstellingen de GGD in 2016 met de uitvoering van welke activiteiten en tegen welke kosten en baten verwacht uit te realiseren. Daartoe worden o.a. kerngegevens en kengetallen opgenomen, aan de hand waarvan bij de tussentijdse rapportages en de jaarrapportage (jaarrekening) bezien kan worden of gestelde doelen zijn gerealiseerd. Het programmadeel is voorlopig gebaseerd op het productenboek 2015, dat uiteraard in de loop van 2015 en ook 2016, nog geactualiseerd wordt/kan worden. De indeling van het programmadeel is met ingang van dit jaar aangepast naar bovengenoemde pijlers.

Financieel gezien is de begroting 2016 een actualisering van de begroting 2015 met een verwerking van (onderstaande) majeure ontwikkelingen en het vastgestelde percentage voor algemene kostenstijgingen voor 2016.

(10)

10

Mocht later het takenpakket nog substantieel anders wijzigen dan voorzien, dan zal, voor zover van toepassing, een begrotingswijziging worden aangeboden.

Intern wordt de Programmabegroting verwerkt tot beheersbegrotingen voor de sectormanagers waardoor inzichtelijk is welke budgetten zij ter beschikking hebben en waarover ze verantwoording dienen af te leggen.

Conform de gewijzigde WGR (Wet Gemeenschappelijke Regelingen) stelt de GGD BZO met ingang van het begrotingsjaar 2016 voortaan ook een kadernota ten behoeve van de aangesloten

gemeenten op. In deze nota worden de verwachte belangwekkende ontwikkelingen voor het komende en de eventueel volgende jaren beschreven. In deze begroting zijn die ontwikkelingen uiteraard, voor zover van toepassing, verwerkt. In dit kader zijn de volgende hierbij van belang te benoemen:

§ de verkoop van de Callenburgh met daaraan verbonden bezuiniging en de consequenties daarvan voor de verlaging van gemeentelijke bijdrage;

§ de reorganisatie van de ondersteunende functies en daaruit voortvloeiende verlaging van de gemeentelijke bijdrage;

§ de gewijzigde verrekening met betrekking tot het btw-compensatiefonds en de daaruit voortvloeiende verlaging van de gemeentelijke bijdrage en materiële kosten;

§ de overheveling van het Puber Contact Moment (PCM) van contracttaak naar de gezamenlijke bijdrage.

De omvang van de algemene reserve/weerstandsvermogen van de GGD BZO is, zeker gezien de exploitatie-omvang, zeer beperkt; als het positief resultaat 2014 wordt toegevoegd aan de algemene reserve dan bedraagt deze per begin 2015 ca. € 450.000.

De risico-inventarisatie 2015 resulteert in een benodigde weerstandscapaciteit van ruim

€ 2.000.000,-. Het bestuur heeft echter eerder vastgesteld dat het weerstandsvermogen niet tot dat bedrag hoeft te worden aangevuld, omdat voor afdekking van de aanvullende risico's de gemeenten, als ‘eigenaar’ van de Gemeenschappelijke Regeling GGD Brabant Zuidoost, toch al garant staan. Het algemeen bestuur heeft in 2011 bij vaststelling van de notitie

‘Weerstandsvermogen, Onvoorzien en Reserves &Voorzieningen’ vastgesteld dat de Algemene Reserve van de GGD minimaal 5% en maximaal 10% van de gemeentelijke bijdrage per inwoner zou moeten bedragen. Bij de bespreking van de basistaken-notitie in het najaar van 2014 heeft het algemeen bestuur dit, gegeven de financiële context bij gemeenten, aangescherpt tot de bepaling dat 5% voor dit moment ook als (na te streven) maximum dient te gelden. Zodra dat niveau (per 2016 ca. € 600.000,-) bereikt is kan dan op basis van het dan geldende risicoprofiel besloten worden tot afroming van de gemeentelijke bijdrage. Een laag weerstandsvermogen betekent wel dat financiële tegenvallers van enige omvang niet uit de algemene reserve kunnen worden opgevangen.

(11)

11

Voor de bepaling van de gemeentelijke bijdragen voor het gezamenlijke takenpakket wordt voor een budgetperiode van 4 jaren een vaste afspraak gemaakt, inclusief een methodiek voor indexering. Hiervoor is gekozen opdat hiervoor niet jaarlijks voorstellen, berekeningen en afrekeningen hoeven te worden gemaakt. Dit alles vanuit de gedachte dat de omvang van het gezamenlijke takenpakket gelijk blijft (behoudens specifieke besluiten) en dat de methodiek van indexering er voor zorgt dat gemiddeld genomen de GGD de bijdrage ontvangt die daarvoor noodzakelijk is. Begin 2015 is voor de budgetperiode 2016-2019 door het bestuur besloten de methode van indexering van de vorige budgetperiode te continueren: bij deze eenvoudige en transparante berekening wordt het voor het begrotingsjaar gepubliceerde indexcijfer voor de consumptieve overheidsbestedingen van het Centraal Plan Bureau gehanteerd, zonder nacalculatie.

Hierbij wordt geen onderscheid meer gemaakt in salarissen en prijzen. Gedurende de

budgetperiode van 4 jaren wordt geen nacalculatie toegepast. Aangenomen wordt dat het langjarig gemiddelde van deze systematiek, gebaseerd op een objectieve, door een externe autoriteit vastgestelde norm, een aanvaardbaar financieringsniveau oplevert. Dat levert de GGD een budget op dat gemiddeld genomen moet voldoen om de gestegen kosten op te vangen. Het CPB

publiceerde dit indexcijfer voor 2016 op 18 maart 2015 in bijlage 1.3 van het Centraal Economisch Plan 2015; het bedraagt voor 2016 1,7%.

Naast deze indexering vinden ten opzichte van 2015 nog enkele correcties op het bedrag per inwoner plaats, zoals hiervoor reeds genoemd. In bijlage 1 wordt de berekening nader toegelicht.

(12)

12

5. Programmabegroting 2016

Financiering per pijler Pijlers

Financiering per pijler Inwoner

bijdragen gemeenten

Overige bijdragen gemeenten

Contract bijdragen gemeenten

Contract bijdragen

rijk

Contract bijdragen zorg-

verzekeraars

Contract bijdragen

derden

TOTAAL

Monitoren, signaleren en adviseren 2,18 1.640.000 400.000 150.000 2.190.000

Uitvoerende taken

gezondheidsbescherming 2,85 2.145.000 1.040.000 65.000 1.365.000 4.615.000

PG bij incidenten, rampen en crises 0,50 380.000 10.000 390.000

Toezicht houden 0,11 80.000 1.100.000 15.000 1.195.000

Jeugdgezondheidszorg 8,66 6.518.000 125.000 6.643.000

PuberContactMoment JGZ* (0,83) 622.000 622.000

Ambulancezorg 0,00 0 55.000 30.000 1.100.000 16.030.000 425.000 17.640.000

Aanvullende taken PG 0,27 205.000 690.000 105.000 500.000 1.500.000

Bestuurskosten ** 0,49 365.000 365.000

Aflopende rechtspos. bijdragen

gemeenten 0,00 0 390.000 390.000

totaal 15,06 11.955.000 570.000 2.220.000 2.245.000 16.095.000 2.465.000 35.550.000

* per 2016 wordt het pubercontactmoment (pcm) van de contracttaken overgeheveld naar het gezamenlijke takenpakket. Het wordt echter niet o.b.v. een bijdrage per inwoner gefinancierd maar o.b.v. de verdeelsleutel zoals door VWS gehanteerd voor de verdeling van de middelen naar de gemeenten. In bovenstaande tabel is wel het totaal bedrag pcm 2016 ( € 622.000) herrekend naar een bedrag per inwoner (0,83), in de totaaltelling van het bedrag per inwoner is deze, om verwarring met de bedragen in de bijlagen te voorkomen, niet opgenomen .

** de bezuinigingen op overhead en huisvesting en de afname i.v.m. de gewijzigde verrekening van de btw-compensatie zijn in zijn geheel in mindering gebracht op de post bestuurskosten.

(13)

13

Programma Publieke Gezondheid

5.1 Pijler 1 Monitoren, signaleren en adviseren

De GGD adviseert gemeenten over hun beleid op het gebied van gezondheidspreventie, gezondheidsbevordering en –bescherming.

Daartoe behoort ook het signaleren en monitoren van gezondheidsrisico’s in de fysiek en sociale omgeving en advisering over bestuurlijke beslissingen op andere beleidsterreinen (milieu,

ruimtelijke omgeving enz.), omdat de meeste voorwaarden voor gezondheid buiten het domein van de zorg worden gecreëerd. De GGD zet hierbij eigen instrumenten in zoals epidemiologisch

onderzoek, broncontactonderzoek bij infectieziekten, medisch milieukundig onderzoek, informatie uit kinddossiers.

De GGD gebruikt ook bronnen en signalen vanuit het regionale netwerk zoals huisartsen, politie, welzijnswerk, zorginstellingen of vanuit landelijke partners zoals RIVM en CBS.

Bij de aanpak van sociaaleconomische gezondheidsverschillen is de GGD een belangrijke

ondersteuner van gemeenten. De GGD brengt de gezondheidsproblematiek op wijk/buurtniveau in kaart, adviseert over effectieve aanpakken, participeert in lokale beleidsnetwerken en legt

verbindingen tussen partijen uit verschillende sectoren.

Het gaat in deze pijler concreet om de volgende taakvelden:

- Procesbegeleiding bij en uitvoering van lokaal gezondheidsbeleid.

- Monitors, regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenningen, maatwerkonderzoek.

- Gezondheidsexpertise in het sociale domein.

- Monitoring, signalering en advisering vanuit Infectieziekten, Technische Hygiënezorg, Medische milieukunde en Jeugdgezondheidszorg (zie andere pijlers).

(14)

14

Taakveld: Procesbegeleiding bij en uitvoering van Lokaal Gezondheidsbeleid

Onderbouwing: Het opstellen en uitvoeren van een lokaal gezondheidsbeleid (LGB) is voor gemeenten als taak vastgelegd in de Wet Publieke Gezondheid. De GGD- ondersteuning draagt bij aan een optimalisering van het gemeentelijk gezondheidsbeleid aangehaakt bij en ingebed in het Sociaal Domein.

Doel: Een bijdrage leveren aan voorbereiden, opstellen, implementeren en uitvoeren van een lokaal gezondheidsbeleid van gemeenten.

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaat

- Ondersteunen bij het formuleren van gemeentelijk gezondheidsbeleid

aangehaakt bij en ingebed in het Sociaal Domein en de te maken keuzes. Dit gebeurt onder andere door een bijdrage te leveren aan de rVTV

- Adviseren t.b.v. structuur voor continue inbedding van het LGB-beleidsproces;

participeren in deze structuur (bijv.

stuurgroep wonen, zorg en welzijn/

lokaal gezondheidsbeleid)

- Ondersteunen van de bijbehorende uitvoeringsprogramma's en

beleidsuitvoering

- Creëren van draagvlak bij de te betrekken partijen. Makelen en schakelen tussen partijen.

- Signaalfunctie van gemeentelijk (LGB)- wensen richting GGD-organisatie - Inventariseren van bestaande (lokale)

activiteiten m.b.t. het (binnen het gemeentelijke gezondheidsbeleid) gekozen thema en zoeken van samenwerkingspartners

Werken in multidisciplinair teams (intern, samen met adviseurs lokaal gezondheidsbeleid, preventie-/voorlichtings- medewerkers, onderzoekers en in samenwerking met JGZ.

Extern samen met burgers en andere lokale partners)

Er is duidelijk gemeentelijk beleid hoe gezondheid te bevorderen via de verschillende beleidsterreinen (jeugd/WMO/onderwijs RO/sport e.d.)

En op welke wijze burgers die een bijdrage willen leveren aan een gezonde en veilige leef-en

leeromgeving, daarbij worden gefaciliteerd en ondersteund.

Er is uitvoering gegeven aan het lokale plannen, conform afspraken.

(15)

15 - Opstellen (in overleg met gemeente,

burgers en lokaal betrokken instellingen) van een project/

uitvoeringsplan dat past binnen de lokale situatie

- Begeleiding bij en uitvoeren van (delen) van het project/uitvoeringsplan

- Waar mogelijk partners ondersteunen bij het verwerven van extra

fondsen/subsidies

- Beantwoorden van ad-hoc vragen - Evalueren LGB-traject

- De activiteiten zijn gericht op gemeenten, preventie-instellingen, intermediairs, bevolking (jeugd, volwassenen, ouderen, kwetsbare groepen mensen met een lagere sociaal economische status, wijken)

Toedeling uren LGB adviseur:

110 per gemeente

Helmond 220 Eindhoven 260

Toedeling uren Lokaal maatwerk GVO:

65 per gemeente

Geldrop-Mierlo 85 uur Veldhoven 90 uur

Helmond 110 uur

Eindhoven 260 uur

Toedeling uren Lokaal maatwerk preventie/ voorlichting:

85 uur per gemeente

Geldrop-Mierlo 110 uur Veldhoven 120 uur Helmond 175 uur Eindhoven 300 uur

Activiteitenbudget

€ 1.000,- per gemeente

(16)

16

Taakveld: Monitors

Onderbouwing: Inzicht krijgen in de gezondheidssituatie van de bevolking is als taak vastgelegd in de Wet Publieke Gezondheid.

Doel: Kennis en informatie verstrekken die bijdraagt aan de ontwikkeling, evaluatie en sturing van gemeentelijk beleid op het gebied van gezondheid, jeugd, welzijn, wonen en zorg.

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaat

Het verzamelen van gegevens over de gezondheid en de gezondheid

beïnvloedende factoren via de

monitor-cyclus, waarbij subgroep van de bevolking eens in de vier jaar worden gemonitord.

§ Jeugdmonitor 0-11 jaar (2013/2014)

§ Jeugdmonitor 12-18 jaar (2015/2016)

§ Volwassenenmonitor 19-64 jaar (2016/2017)

§ Ouderenmonitor 65-plus (2016/2017);

Dataverzameling gebeurt enerzijds via een enquête (schriftelijk en/of via internet), anderzijds uit relevante registraties en andere bronnen.

Gegevens worden beschikbaar gesteld aan wethouders en ambtenaren van gemeenten (welzijn/volksgezondheid, jeugd, ouderen, WMO, milieu, sport, wonen, zorg).

Daarnaast aan organisaties en instellingen op het gebied van welzijn en zorg en andere geïnteresseerden.

De vragenlijst kent een vast basisdeel en een variabel deel dat wordt samengesteld in samenspraak met gemeenten.

Daarnaast vindt afstemming en samenwerking plaats met GGD’en in Brabant en Zeeland en met het CBS en RIVM.

Gegevens worden op gemeenteniveau verzameld en als volgt gerapporteerd:

§ lokaal tabellenboek

§ lokale kernpunten

§ GGD-gezondheidsatlas

§ Presentatie (in overleg)

Inzicht in de gezondheids- situatie en de factoren die daarop van invloed zijn van de burgers in onze regio

In 2015 vinden de

voorbereidingen plaats voor uitvoering van de

jeugdmonitor 12-18 jaar op scholen (in de klassen 2 en 4 van het voortgezet onderwijs.

In de overgang naar deze nieuwe landelijk

geharmoniseerde vorm, zal ook nog, zoals tot nu toe gebeurde, een vragenlijst worden afgenomen bij een steekproef van de 12-18 jarigen op gemeenteniveau.

De dataverzameling voor de monitor vormt de basis voor het kenniscentrum onderzoek.

Aanvullende vragen (op maat) kunnen met behulp van de databestanden worden beantwoord.

(17)

17

Taakveld: regionale Volksgezondheid ToekomstVerkenningen (rVTV)

Onderbouwing: Inzicht krijgen in de gezondheidssituatie van de bevolking is als taak vastgelegd in de Wet Publieke Gezondheid. In de regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning wordt de beschikbare kennis op het gebied van de gezondheid in de regio Zuidoost- Brabant geïntegreerd en worden ontwikkelingen geschetst. Op basis van deze ontwikkelingen geeft de GGD advies voor het regionale en lokale gezondheidsbeleid.

Doel: Gegevens dragen bij aan de ontwikkeling en prioritering van gemeentelijk gezondheidsbeleid.

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaat

In 2015 wordt de tweede rVTV uitgebracht.

De ontwikkelingen in het sociale domein en de implicaties van het toepassen van het concept positieve gezondheid vormen belangrijke elementen van de rVTV.

De rVTV bestaat uit verschillende producten:

Het regionaal Kompas Volksgezondheid biedt op basis van een thematische en

geografische indeling:

§ Beleidsmatige interpretatie van cijfermatige informatie van de diverse monitors en andere databronnen.

§ Aanbevelingen om het regionale aanbod aan interventies te optimaliseren.

In de gemeentelijke publicaties worden de beschikbare kennis per gemeente vertaald ten behoeve van het lokale

gezondheidsbeleid. Dit gebeurt aan de hand van de thema’s:

§ Gezond en talentvol opgroeien

§ Arbeid is het beste medicijn

§ Gezond bezig zijn

§ Samen in de wijk

§ Langer thuis

Het regionaal kompas wordt continu geüpdatet. Grotere aanpassingen vinden plaats als de resultaten van de monitor in het regionaal kompas worden verwerkt.

Eenmaal per 4 jaar uitbrengen van 21 gemeentelijke publicaties, voorafgaand aan de cyclus van de gemeentelijke nota’s lokaal gezondheidsbeleid.

In 2015 verschijnen de gemeentelijke

publicaties.

(18)

18

Taakveld: Maatwerkonderzoek

Onderbouwing: Voorzien in de behoeften van onze gemeenten om hen op maat te ondersteunen met onderzoek, kennis en informatie.

Doel: Verder professionaliseren en evidence based ondersteunen van gezondheidsbeleid op lokaal en regionaal niveau. Het op maat beantwoorden van ad-hoc vragen, waardoor beleid en interventies worden ondersteund.

Voor wie: Gegevens worden beschikbaar gesteld aan Ambtenaren en wethouders van gemeenten (welzijn/volksgezondheid, WMO/OGGZ, ouderen, jeugd).

Daarnaast aan partners in zorginstellingen en OGGZ-voorzieningen

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaten

Opzetten en in stand houden

kennisinfrastructuur, waarin onderzoeks- gegevens en registraties beschikbaar worden gemaakt voor het op maat beantwoorden van onderzoeksvragen van gemeenten en GGD-medewerkers.

Hierbij wordt samengewerkt met

relevante organisaties en instellingen en bestaat samenwerking met de

Academische Werkplaats Publieke Gezondheid Brabant.

Aansluiten op relevante maatschappelijke ontwikkelingen in het sociaal domein, zodat gemeentes worden ondersteund in hun beleid op het gebied van de drie transities

Beantwoorde van ad-hoc vragen met behulp van beschikbare gegevens of kort aanvullend onderzoek.

Op verzoek beantwoorden van onderzoeksvragen in de breedste zin van het woord

Proactief delen van kennis die van toepassing is voor gemeentelijk gezondheidsbeleid. Onder andere via de nieuwsbrief onderzoek.

Onderzoeksgegevens via digitale kanalen beschikbaar stellen voor gemeenten

Er is gemiddeld 30 uur per gemeente beschikbaar voor onderzoek op maat.

Onze gemeente weten ons te vinden en hebben de juiste gezondheids- cijfers/interpretatie en onderzoekgegevens gebruikt bij het onderbouwen en ontwikkelen van bestaand en nieuw beleid.

Aantal vragen en onderwerpen per gemeente.

(19)

19 Gericht advies geven over te nemen

beleidsmaatregelen en beschikbare relevantie interventies (in samenspraak met wetenschappers, beleidsfunctionaris, preventiefunctionaris)

Zorgen dat wetenschappelijke inzichten bekend worden in onze regio en gebruikt wordt bij beleidsvorming en uitvoering.

Ondersteunen en adviseren bij de interpretatie en implementatie van wetenschappelijke kennis

(20)

20

Taakveld: Gezondheidsexpertise in het Sociaal Domein

Onderbouwing Monitoring, signalering en advisering is door Het Rijk als een van de pijlers bij de GGD als taak belegd. Ook wordt deze genoemd in de Wet Publieke Gezondheid. De GGD ontwikkelt zich van een meer uitvoerende organisatie naar het regionale expertise en kenniscentrum op het gebied van de preventieve volksgezondheid.

Dit betreft zowel de beleids-, onderzoeks-, als gezondheidsbevorderende praktijk componenten. Om op deze gebieden als kenniscentrum te kunnen fungeren, bouwen we deskundigheid en vaardigheden op. Deze hebben we op regionaal niveau beschikbaar voor inzet op lokaal niveau ten behoeve van al onze gemeenten, hun lokale partners en hun burgers.

Doel Gezondheids kennis en kunde toevoegen in de lokale situatie om te bevorderen dat burgers gezond en veilig kunnen opgroeien en zich ontwikkelen tot mensen met betekenis voor zichzelf, elkaar en de samenleving.

Gezondheid als voorwaarde om mee te kunnen doen en Meedoen als bevordering van gezondheid

Werkwijze

Op een aantal deelgebieden zullen we met direct betrokkenen per deelgebied aan de hand van en inventarisatie en analyse van knelpunten en kansen komen tot voorstellen voor interventies en activiteiten. Het gaat daarbij om de thema’s:

§ Gezond en talentvol opgroeien

-Jeugdzorg, weerbaarheid, onderwijs, opvoedingsondersteuning, voortijdig schoolverlaters-

§ Arbeid is het beste medicijn

-arbeidsparticipatie, lage SES, armoede, duurzaam werken-

§ Gezond bezig zijn

-leefstijl, cultuur, zingeving, vrijwilligerswerk-

§ Samen in de wijk

-leefbaarheid, milieubeleving, eenzaamheid, veiligheid, civil society, infectieziekten-

§ Langer thuis

-voorzieningen, leven met beperkingen, langer thuis wonen, mantelzorg-

We maken daarbij gebruik van aanwezige cijfers en gegevens én de deskundigheid en ervaring van burgers, onderwijs, welzijnsinstellingen, zorgpartijen, signalen uit de sociale teams, en anderen.

Met hen samen gaan we per deelgebied bepalen met welk item we aan de slag gaan.

(21)

21 Resultaat

De aanpak/activiteit/interventie wordt gedragen door burgers en lokale partijen en bewerkstelligt een positievere ervaren gezondheid van burgers. Op onderdelen zal het resultaat verder gespecificeerd worden.

De volgende activiteiten zullen deel uitmaken van interventies op bepaalde deelgebieden

Specifieke activiteiten Werkwijze Resultaat

Gezond en Talentvol opgroeien

Basisonderwijs ‘Week van de Lentekriebels’

Training voor leerkrachten/

intermediairs:

Doel:

Bijdragen aan het optimaliseren van Het preventieaanbod in de regio op het gebied van relationele en seksuele vorming. Uit de regionale

Volksgezondheid Toekomst Verkenning van Zuidoost-Brabant blijkt dat veel jongeren onveilig vrijen. Voorlichting over gezonde seksuele relaties blijft van belang.

Kennis en vaardigheden van de

intermediairs op peil krijgen en houden

Lespakketten en ondersteunende materialen beschikbaar stellen

Vraagbaak voor intermediairs

Verzorgen van training en nazorg van leerkrachten gericht op gezonde relatievorming bij kinderen op BO en SBO-scholen.

Kinderen in onze regio wordt geleerd na te denken over hun eigen bijdrage in (seksuele) relaties met anderen.

Jaarlijks doen zo’n 30 scholen mee.

(22)

22 Werken aan een gezonde school

Doel:

Bijdragen aan het optimaliseren van het preventieaanbod op scholen in de regio, via de Gezonde School Methode.

Dit omvat de thema’s voeding, beweging en sport, sociale emotionele ontwikkeling (waaronder pesten), fysieke veiligheid en milieu, hygiëne en zelfverzorging, gezonde relaties en seksualiteit, alcohol en andere genotmiddelen.

We gaan uit van de vraag van de school en onderzoeken samen met de school hun situatie en wat daarbij past als stap naar een gezondere school.

We richten ons op primair, secundair onderwijs (incl. speciaal onderwijs) en MBO.

Scholen kunnen rechtstreeks contact met ons opnemen.

Of via JGZ of samenwerkings- partners.

Of via andere programma’s zoals Onwijs Fit!

In sommige gemeenten nemen scholen deel aan een

samenwerkingsverband op het gebied van gezondheid.

De GGD ondersteunt individuele scholen en/of

samenwerkingsverbanden.

We baseren ons werk op de 5 pijlers van de Gezonde School Methode:

§ Educatieve activiteiten

§ Signalering en doorverwijzen

§ Omgeving (fysiek en sociaal)

§ Ouderbetrokkenheid

§ Schoolgezondheidsbeleid

De scholen zijn beter toegerust om een gezonde schoolomgeving te bieden voor leerlingen en

medewerkers.

Erkenning van de school via het Gezonde School Vignet.

De samenwerking tussen school en ouders op het gebied van gezondheid wordt versterkt.

Fitte kinderen leren beter en participeren beter nu en in de toekomst.

Langer Thuis

Voorlichting door en voor 55+

Doel:

Mensen worden door voorlichting in staat gesteld om zelf gezonde keuzes te maken, als eerste stap in het proces van attitude- en gedragsverandering.

Voorlichten van de specifieke doelgroep senioren via georganiseerde settings, of op termijn andere risicogroepen

waardoor ze meer inzicht krijgen in wat ze zelf kunnen doen om gezond te blijven.

Getrainde vrijwilligers worden ingezet op eigen peergroep.

Doelgroep ouderen krijgt op verzoek informatie en gesprek me t elkaar aangeboden, waarmee hun gezondheids-vaardigheden versterkt worden.

Per jaar worden zo’n 30 voorlichtingen verzorgd.

(23)

23 Diverse thema’s: voeding, beweging,

overgewicht, hart- en vaatziekten, valpreventie, ontspoorde zorg, hygiëne in de keuken, patiëntenrecht,

organisatie van de gezondheidszorg, bevolkingsonderzoeken, werken van het lichaam en osteoporose.

Groepsvoorlichting, peergroup-educatie

Voorlichting kan los worden ingezet of als onderdeel van andere programma’s.

Gezond Bezig

Aanpak Laat je niet flessen

Doel:

Bijdragen aan het optimaliseren van het preventieaanbod in de regio op het gebied van alcohol

Coördinatie van regionale activiteiten zoals afgesproken bij overdracht en afsluiting van het regionale project ‘Laat je niet flessen’.

Lokale ondersteuning bij creëren van draagvlak, maken van een

activiteitenplan, deelname lokale projectgroep.

Onderhouden website

Organiseren regionale ontmoetingsbijeenkomst.

Onderhouden netwerk verschillende pijlers

20 uur lokale ondersteuning bieden

(Helmond en Eindhoven 30 uur).

Sterke regionale infrastructuur

alcoholpreventie op de diverse pijlers.

Alcoholgebruik onder de 18 in de gemeente neemt af.

(24)

24 Gezondheidsvaardigheden

versterken

Doel:

Mensen worden door het versterken van hun gezondheidsvaardigheden in staat gesteld om goed gebruik te maken van voorzieningen (zorg en welzijn), om goed voor zichzelf te zorgen/op te komen en om adequaat gebruik te maken van informatie.

Aansluiting zoeken bij bestaande settingswaar kwetsbare burgers al bij elkaar komen om aan de lopende trajecten modules toe te voegen die gezondheids-

vaardigheden versterken (bijv.

Goede voeding hoeft niet veel te kosten of naar de dokter of op je zelf wonen of langer zelfstandig thuis wonen).

We passen vorm en inhoud naar wens en op maat aan.

Deskundigheidsbevordering voor intermediairs (sociale dienst, welzijnswerk, onderwijs, volwassenen educatie etc.):

bewustwording en aanleveren tools.

Mensen zijn beter in staat om regie te nemen/houden over het eigen leven.

Expertise gezondheidsthema’s

Het beschikbaar hebben en houden van specifieke deskundigheid voor de regio op het gebied van belangrijke preventie thema’s. Bijdragen aan het optimaliseren van de participatie- en regiemogelijkheden van burgers

Expertise ontwikkelen, bijhouden en delen op het gebied van:

§ Leefstijl (overgewicht, roken, alcohol en drugs)

§ Gezonde (seksuele) relaties

§ Veerkracht (sociale weerbaarheid/opvoeding, OGGZ/ Kwetsbare groepen)

§ Leefomgeving

§ Bijhouden landelijke actuele ontwikkelingen

§ Inventarisatie regionaal interventieaanbod op een aantal thema’s en beschikbaar stellen van de informatie via Het Regionale Kompas

Specialistische kennis blijft beschikbaar voor alle gemeenten en alle lokale teams.

(25)

25

§ Communiceren en beschikbaar stellen van verworven kennis en informatie richting

gemeenten, instellingen, intermediairs, burgers via het regionaal kompas

§ Afstemming tussen partners tot stand brengen om preventiestructuur te verbeteren

§ Vraagbaak voor collega’s, professionals en

burgers

5.2 Pijler 2 Uitvoerende taken gezondheidsbescherming

De Wet PG bevat een aantal gezondheid beschermende taken waarvoor specialistische

deskundigheid van belang is. Daarnaast voert de GGD een aantal aanvullende contracttaken uit m.b.t. gezondheidsbescherming.

Concreet gaat het om de volgende taakvelden:

- Algemene infectieziekten bestrijding - TBC-bestrijding

- Seksuele Gezondheid - Medisch-milieukundige zorg - Technische Hygiënezorg - Reizigerszorg (contracttaak)

- Uitvoering van het Rijksvaccinatieprogramma 4 – 18 jarigen (contracttaak))

(26)

26

Taakveld: Algemene Infectieziektebestrijding

Onderbouwing: Vastgelegd in de Wet Publieke Gezondheid.

Doel: Voorkómen en bestrijden van infectieziekten en de overdracht van infectieziekten van mens op mens of van dier op mens.

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaat

§ Registreren en verwerken van gegevens; alle meldingen worden landelijk geregistreerd en

nauwlettend gevolgd (RIVM)

§ Verzamelen en analyseren van regionale gegevens (surveillance)

§ Onderzoek en beleidsadvisering

§ Preventie (waaronder voorlichting en preventief vaccineren)

§ Bron- en contactopsporing

§ Regie/netwerk

§ Outbreak- management

§ Vangnettaak

§ 24-uurs bereikbaarheid

§ Grootschalige calamiteiten worden in samenwerking met de GHOR en andere

zorgpartners voorbereid (draaiboeken,

oefeningen e.d.)

Er wordt gewerkt volgens professionele standaarden en landelijke protocollen.

§ Ca 800 meldingen van infectieziekten/ artikel 26 meldingen in de regio.

§ Ca 700 adviezen en beantwoorde vragen in de regio

§ Minimaal 1 uitbraak- oefeningen per jaar

§ Enkele preventieprojecten

§ De mate waarin de GGD is voorbereid op uitbraken van infectieziekten

(beschikbaarheid van en bekendheid met

protocollen, draaiboeken, getraind en beoefende medewerkers, 24 uurs bereikbaarheid en beschikbaarheid)

§ De mate van tevredenheid van gemeenten en

ketenpartners over de wijze waarop de GGD heeft geopereerd bij een uitbraak van een infectieziekte (groot en klein).

(27)

27

Taakveld: Tuberculosebestrijding

Onderbouwing: Vastgelegd in de Wet Publieke Gezondheid.

Doel: Het bestrijden van tuberculose (TBC) door het tijdig opsporen van TBC, opstellen en uitvoeren van een behandelplan en voorkómen van transmissie.

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaten

§ Registreren en verwerken van gegevens

§ Verzamelen en analyseren van regionale

gegevens

§ Onderzoek en beleidsadvisering

§ Preventie (waaronder voorlichting en preventief vaccineren)

§ Screeningen

§ Bron- en contactopsporing

§ Behandeling en/of verwijzing

§ Outbreak-management

§ Speciale aandacht voor het bereik van risicogroepen

Er wordt gewerkt volgens professionele

standaarden en landelijke protocollen

§ Productie-aantallen Thoraxfoto’s 3100

Mantoux 1600

BCG-vaccinatie 300 DOT-behandeling 35 TBC Patiënten 50 Latente TBC

patiënten 53

§ Percentage Tbc patiënten dat de behandeling met succes voltooid heeft.

§ De mate van tevredenheid van TBC patiënten over de geboden

behandeling/begeleiding.

§ Mate van tevredenheid van gemeenten over de wijze waarop de GGD heeft geopereerd bij een TBC calamiteit.

(28)

28

Taakveld: Seksuele Gezondheid

Onderbouwing: Vastgelegd in de Wet Publieke Gezondheid.

Doel: Het voorkómen en bestrijden van SOA’s, terugdringen van het aantal SOA’s en hulp bieden bij vragen omtrent seksuele gezondheid.

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaten

§ Het organiseren van laagdrempelige spreekuren.

§ Het opsporen van SOA’s d.m.v.

individuele counseling en laboratoriumonderzoek

§ Opstellen en uitvoeren van individuele behandelplannen (bij gevonden SOA’s), evt. voorschrijven van medicijnen

§ Partnerwaarschuwing

§ Doorverwijzen naar gespecialiseerde hulpverlening bij complexe hulpvragen

§ Uitvoeren van voorlichtingsactiviteiten (gastlessen, promotieactiviteiten e.d.) gericht op risicogroepen voor

risicogroepen zoals jongeren, prostituees, mannen die seks hebben met mannen. Bevorderen van

bewustwording van de gevaren en de eigen mogelijkheden (veilig vrijen) om het oplopen van een SOA te

voorkomen.

Er wordt gewerkt volgens professionele standaarden en landelijke protocollen

§ Ca. 80

voorlichtingsactiviteiten gericht op risicogroepen zoals jongeren,

prostituees en mannen die seks hebben met mannen.

§ Ca. 3200 individuele consulten

§ Ca. 550 gevonden SOA’s

(29)

29

Taakveld: Medische Milieukundige Zorg

Onderbouwing: Vastgelegd in de Wet Publieke Gezondheid. Uit de regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning van Zuidoost-Brabant blijkt dat de gezondheid van burgers positief beïnvloed kan worden via de leefomgeving. Bij besluiten die gevolgen kunnen hebben voor de volksgezondheid heeft de GGD een adviserende taak.

Doel: Het voorkomen van (verdere verspreiding van) ziekten en gezondheidsklachten ten gevolg van risicovolle (interne en externe) milieuomstandigheden

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaten

Basispakket:

§ Het adviseren over gezondheids- risico’s bij rampen, wanneer het advies minder dan 20 uur bedraagt.

§ Het beantwoorden van vragen van burgers, incl. eventuele

huisbezoeken.

§ Meedenken in werkgroepen en het geven van (collectieve) voorlichtingen op het gebied van intensieve

veehouderij, gezonde gebiedsontwikkeling en crisisbeheersing.

§ Het onderhouden van de bij Bureau GMV aanwezige kennis en expertise om zowel lokaal als (boven) regionaal een kenniscentrum te zijn voor onder andere gemeenten. Hierdoor kunnen we waar nodig inzet en zorg leveren.

Maatwerk:

Voor diensten die niet tot het

Basispakket horen, maken we aparte afspraken.

Maatwerk is hierbij het uitgangspunt.

Er wordt gewerkt volgens professionele standaarden en landelijke protocollen,

Gemeenten kunnen de GGD inschakelen bij milieuproblemen en vragen m.b.t. milieu en

gezondheid.

Daarnaast zijn er producten die gemeenten tegen betaling kunnen afnemen. Dit zijn: gezonde en veilige wijk, bevorderen gezond wonen en frisse scholen.

Er is een aparte productenkaart beschikbaar.

Periodiek wordt de

klanttevredenheid gemeten.

§ Ca. 200 beantwoorde milieu gerelateerde gezondheidsvragen van burgers en instellingen in de regio.

§ Ca. 16 beleidsadviezen voor de regio/

gemeenten.

§ Ca. 10 voorlichtings- activiteiten in de regio.

(30)

30 Voorbeelden van betaalde diensten zijn:

§ Deelname aan werkgroepen en (collectieve) voorlichtingen over bijv.

straling, binnenmilieu of bodem.

§ Participatie in urgentieteams intensieve veehouderij

§ Adviezen over gezondheidsrisico’s bij rampen die meer dan 20 uur

bedragen.

Taakveld: Technische hygiënezorg

Onderbouwing: Vastgelegd in de Wet Publieke Gezondheid.

Doel: Het bevorderen van hygiënisch handelen ter voorkoming van ziekten.

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaten

§ Verzamelen en analyseren van gegevens

§ Onderzoek- en beleidsadvisering

§ Beantwoorden van vragen van burgers en gemeenten

§ Bijhouden van een lijst van risicovolle objecten/instelling

§ Preventie activiteiten

§ Inspecties bij geprioriteerde risicovolle objecten

Er wordt gewerkt volgens professionele standaarden en landelijke protocollen.

Met gemeenten worden lokale afspraken gemaakt met betrekking tot de te bezoeken risicolocaties (aantal/soort).

§ Ca 150 inspecties bij risicolocaties.

§ Ca. 100 vragen van bewoners/ gemeenten beantwoord.

(31)

31

Taakveld: Reizigerszorg

Onderbouwing: Contracttaak.

Doel: Het voorkomen van importeren van infectieziekten in Nederland

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaten

§ Publieksvoorlichting

§ Individuele advisering en

groepsadviezen (voor, tijdens en na de reis)

§ Vaccineren

§ Verkoop beschermingsmiddelen

§ Vaccineren van beroepsgroepen (Hep. B).

Er wordt gewerkt volgens professionele standaarden en landelijke protocollen.

§ Ca 16.000 consulten

(32)

32

Taakveld: Uitvoeren van het Rijksvaccinatieprogramma

Onderbouwing: Wettelijke taak

Doel: Bieden van bescherming tegen (kinder)ziekten zoals vermeld in het Rijksvaccinatieprogramma (RVP)

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaten

Uitvoeren landelijk vastgestelde RVP

§ Alle kinderen geboren in 2006 (9- jarigen) krijgen een uitnodiging voor een vaccinatie tegen DKTP (Difterie, Kinkhoest. Tetanus, Polio) en BMR (Bof, Mazelen en Rode Hond).

§ Alle meisjes geboren in 2002 (12- jarigen) krijgen een uitnodiging voor HPV (humaan papillomavirus)- vaccinatie bestaande uit drie vaccinaties.

§ Alle kinderen die nog niet volledig zijn gevaccineerd tegen de diverse besmettelijke kinderziekten (= niet HPV) opgenomen in het

Rijksvaccinatieprogramma, biedt de GGD een inhaalprogramma aan.

Voor HPV krijgt alleen specifieke groep meisjes die in 2001 zijn geboren alsnog oproep.

Er wordt gewerkt volgens professionele standaarden en landelijke protocollen.

§ Alle 9-jarigen krijgen

uitnodiging voor vaccinatie en zo nodig herhalings-oproep.

Aantal 9-jarigen: 7.956 Aantal vaccinaties: 2 per 9-jarige.

Tenminste 90% van de 9-jarige kinderen is

gevaccineerd

§ Alle 12-jarigen krijgen een uitnodiging voor de HPV- vaccinaties en zo nodig een herhalingsoproep.

Aantal 12-jarige meisjes:

4.211

Aantal vaccinaties per 12-jarig meisje 2.

Opkomstpercentage tenminste 60%.

(33)

33

5.3 Pijler 3 Publieke Gezondheid bij incidenten, rampen en crises

Wettelijk is vastgelegd dat de Directeur Publieke Gezondheid (DPG) bij rampen en crises

verantwoordelijk is voor het gezondheidskundig advies aan de Burgemeester of de voorzitter van de Veiligheidsregio.

De GGD voert (opgeschaalde) taken uit op het terrein van infectieziekten bestrijding, medisch- milieukundige risico’s (gezondheidsrisico’s als gevolg van blootstelling aan gevaarlijke stoffen), psychosociale hulpverlening en gezondheidsonderzoek na rampen. De DPG stuurt zowel de GGD als het GHOR-bureau aan. De GHOR heeft een ondersteunende en controlerende rol binnen de hele witte kolom.

In acute situaties dient de GGD de professionele regie te kunnen voeren op de uitvoering van taken (bijv. bij het uitvoeren van vaccinatieprogramma’s bij een grieppandemie).

Verder adviseert en ondersteunt de GGD gemeenten en scholen bij kleinschalige incidenten (zoals suïcides, zedenzaken en ongevallen). Dat zijn schokkende gebeurtenissen die maatschappelijke onrust met zich mee kan brengen.

GGD en GHOR hebben voor de uitvoering van bovengenoemde taken specialisten in dienst die regelmatig trainen en oefenen op basis van draaiboeken of rampenscenario’s. Het bewaken van de PG bij rampen en crises betekent niet alleen dat GGD en GHOR goed voorbereid zijn op het

handelen tijdens en na rampen, maar ook dat gemeenten en andere partijen geadviseerd en begeleid worden om preventieve maatregelen te nemen.

Concreet gaat het om de volgende producten:

- GGD Crisisteam en crisisplan

- Het leveren van sleutelfunctionarissen voor GHOR-functies.

- Psychosociale hulpverlening bij ingrijpende gebeurtenissen.

(34)

34

Taakveld: GGD Crisisteam en -plan

Onderbouwing: Vastgelegd in de Wet Publieke Gezondheid, tevens verankerd in de Wet op de Veiligheidsregio’s en de Wet Toelating Zorginstellingen.

Doel: Gezondheidsschade als gevolg van een ramp of crisis voorkómen of zoveel mogelijk beperken.

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaat

§ Het beschikken over een opgeleid en beoefend crisisteam en bijbehorend crisisplan met voorzieningen dat ten tijde van een crisis of ramp de continuïteit van GGD-processen 24/7 kan garanderen.

§ Optreden bij grootschalige uitbraken van infectieziekten

§ Medisch-milieukundige advies bij milieu gerelateerde rampen (GAGS).

§ Coördinatie van psychosociale hulpverlening

§ Gezondheidsonderzoek na een ramp.

Volgens landelijke afspraken en normen en binnen de kaders van het regionale crisisplan en het crisisplan van de GGD.

§ Acuut en adequaat kunnen reageren op een ramp of incident in de regio.

§ Voldoen aan de

kwaliteitseisen van het LNAZ

§ Beschikbaarheid van een actueel crisisplan

§ Opgeleide, getrainde en beoefende

sleutelfunctionarissen.

§ Paraatheid en beschikbaarheid van sleutelfunctionarissen (24/7)

(35)

35

Taakveld: Psychosociale hulpverlening bij ingrijpende gebeurtenissen (PSH)

Onderbouwing: Vastgelegd in de Wet Publieke Gezondheid.

Doel: Adequaat reageren op ingrijpende gebeurtenissen.

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaten

Het gaat om gebeurtenissen die een grote impact hebben op een groep of

gemeenschap en waarbij coördinatie van hulpverlening gewenst is maar waarbij geen sprake is van een officiële GRIP-situatie.

Voorbeelden: zelfdoding, tragisch ongeval, zedendelict, gezinsmoord.

Taken GGD:

§ Coördinatie van hulpverlening

§ Bijdrage leveren aan voorlichting

§ Deelname aan het lokaal scenarioteam (samenstelling is afhankelijk van aard gebeurtenis)

§ Waar nodig doorleiding of

doorverwijzing naar professionele hulp

Volgens professionele standaarden, landelijke richtlijnen en het deelplan PSH in het crisisplan van de GGD.

§ Ca 20 casussen per jaar.

§ Slachtoffers zijn tevreden over de geboden

voorlichting en

psychosociale hulp bij een ingrijpende gebeurtenis.

§ Ketenpartners zijn tevreden over de wijze waarop de GGD de hulpverlening heeft gecoördineerd.

(36)

36

Taakveld: Ondersteuning van Geneeskundige

Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen

Onderbouwing: De Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost is verantwoordelijk voor de organisatie van de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen. Vanwege de nauwe

raakvlakken met de ambulancezorg, maakt de Veiligheidsregio hierbij gebruik van functionarissen van de GGD Brabant-Zuidoost.

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaten

Leveren van functionarissen ten behoeve van Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen

Het beschikbaar hebben van een overeengekomen aantal functionarissen voor de functie van:

Officier van dienst (OVDg);

Algemeen Commandant Geneeskundig (alg. cdt–g) Hoofd Informatie (HIN)

Hoofd Ondersteuning (HON)

Directeur Publieke Gezondheid (DPG) Secretaresses

Beschikbaarheid conform de afspraken met de GHOR (piketroosters)

Deelname aan trainingen en oefeningen door de geleverde functionarissen

24/7 beschikbaarheid en bereikbaarheid van piketfuncties.

Getrainde en geoefende piketfunctionarissen.

(37)

37

5.4 Pijler 4 Toezicht houden

Toezicht kan signalerend en beïnvloedend van aard zijn of meer controlerend (bij dit laatste ligt de nadruk op het naleven van regels).

Concreet gaat het om de volgende taakvelden:

- Toezicht op Kinderopvang & peuterspeelzalen (controlerend, op contractbasis voor gemeenten) - Toezicht op tattoo- & piercingshops (controlerend, i.o.v. VWS)

- Toezichthoudende aspecten (signalerend en beïnvloedend) bij de gezondheid beschermende taken infectieziekten bestrijding, technische hygiënezorg en medische milieukunde (zie pijler 2) - Toezicht WMO

(38)

38

Taakveld: Toezicht op Kinderopvang en peuterspeelzalen

Onderbouwing: Vastgelegd in de Wet kinderopvang

Doel: Kwaliteitsverbetering van de kinderopvang en peuterspeelzalen, kinderen een veilige en gezonde leeromgeving bieden.

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaat

§ Jaarlijks risico gestuurd toezicht op hygiëne, gezondheid, veiligheid, ouderenparticipatie, pedagogisch(e) beleid en praktijk enz. bij kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang, gastouderbureaus, gastouders en

peuterspeelzalen.

§ Inspecties bij nieuwe locaties kinderopvang

§ Advisering gemeenten met betrekking tot handhaving

§ Voorlichting en informatievoorziening ten behoeve van ouders en andere

belanghebbenden

§ VVE inspecties (op verzoek).

§ Namens gemeenten uitvoeren van lichte handhavingstaken (op verzoek).

§ Bijhouden van het register kinderopvang (op verzoek).

Volgens landelijk toezichtkader en lokale afspraken met gemeenten.

Ca. 1600 inspecties per jaar.

(39)

39

Taakveld: Toezicht op Tattoo- en Piercingshops

Onderbouwing: Vastgelegd in de Voedings- en Warenwet. Deze taak wordt uitgevoerd in opdracht van VWS

Doel: Voorkomen van gezondheidsrisico’s van tatoeëren, piercen en permanente make-up

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaat

§ Periodiek toezicht houden op hygiëne & veiligheid bij T&P-shops en bij evenementen waar

getatoeëerd of gepiercet wordt of waar permanente make-up wordt aangebracht.

§ Verstrekken, weigeren of intrekken van de vergunning (vergunning is 3 jaar geldig)

§ Adviseren aan VWS met betrekking tot handhavingsacties

Volgens professionele standaarden en landelijk protocol.

§ Ca. 40 inspecties/

vergunningen per jaar

(40)

40

5.5 Pijler 5 Jeugdgezondheidszorg

JGZ is de preventieve gezondheidszorg die als basisvoorziening aan alle kinderen van 0-18 jaar en hun opvoeders wordt aangeboden. Het doel van JGZ is dat alle kinderen gezond en veilig opgroeien en de talenten van alle kinderen maximaal worden benut. Uitgangspunt is dat gekeken wordt naar wat kinderen nodig hebben om gezond op te groeien, zich aan te passen, zelfredzaam te zijn en deel te nemen aan de maatschappij en naar wat ouders nodig hebben om hun kind gezond op te voeden. In het basispakket JGZ staat beschreven welk pakket aan preventieve gezondheidzorg aan elk gezin en iedere jeugdige moet aangeboden krijgen. Om beter te kunnen aansluiten bij

wetenschappelijke inzichten en maatschappelijke ontwikkelingen, is het basispakket per 2015 geactualiseerd.

Belangrijke taken uit het basispakket JGZ zijn het vroegtijdig opsporen van specifieke stoornissen, het volgen van de ontwikkeling van de gezondheid van jeugdigen, het signaleren van mogelijke risico’s, het ramen van behoefte aan zorg, het geven van individuele voorlichting, advies, instructie en begeleiding en het zo nodig doorverwijzen en geleiden naar curatieve gezondheidszorg of jeugdhulp. De jeugdarts heeft hierin de bevoegdheid om rechtstreeks te verwijzen.

De belangrijkste wijzigingen in het basispakket met ingang van 2015 zijn:

- Het onderscheid tussen het uniforme (aangeboden aan alle jeugdigen) en het maatwerk deel (afgestemd op specifieke zorgbehoeften van jeugdigen alsmede op lokale of regionale demografische en epidemiologische gegevens) is vervallen.

- ‘Ziekteverzuim’ en ‘beleidsadvisering ‘ zijn als taak toegevoegd. Verder is opgenomen dat JGZ aan jongeren vanaf 14 jaar een aanbod doet (het zgn. pubercontactmoment).

- De leeftijdsgrens voor de doelgroep van JGZ is aangepast van 0-19 naar 0-18 jaar.

In het nieuwe basispakket is meer ruimte voor differentiatie en maatwerk, zodat met meer flexibiliteit nog betere zorg kan leveren en in samenhang met anderen. JGZ bepaalt daarin samen met de ouders en/of jeugdige hoe vaak en wanneer er contact is en in welke vorm (zoals face-to- face, telefonisch contact, e-consult, groepsconsult).

Concreet gaat het om de volgende taakvelden:

- Contacten die aan alle jeugdigen worden aangeboden, zowel op het basis-, voortgezet- en speciaal onderwijs.

- Aansluiten van JGZ aan het ondersteuningsnetwerk van het basis-, voortgezet- en speciaal onderwijs.

- Individuele preventieve activiteiten JGZ op indicatie.

- Lokale activiteiten

(41)

41

Taakveld: Contacten aangeboden aan leerlingen uit het basisonderwijs

Onderbouwing: JGZ biedt laagdrempelige, preventieve zorg aan alle kinderen en hun opvoeders met het oog het gezond en veilig opgroeien van alle kinderen en de talenten van alle kinderen maximaal te benutten.

Het landelijk professioneel kader uitvoering basispakket JGZ vertaalt elke regio naar de lokale/ regionale situatie.

Doel: Monitoren van de ontwikkeling van het kind in zijn leefomgeving en het vroegtijdig

signaleren van afwijkingen in de ontwikkeling en gezondheid (lichamelijk, psychisch, sociaal, cognitief, spraak-taal), het adviseren en het zo nodig inschakelen

van curatieve gezondheidszorg of jeugdhulp.

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaat

Alle kinderen en hun ouders die in een schooljaar in groep 2 en 7 zitten krijgen een uitnodiging voor een preventief gezondheids- onderzoek. Wanneer er naar aanleiding van het contact behoefte is aan aanvullende informatie of andere hulp nodig is, wordt in overleg met de ouder waar gewenst met (para)medici, jeugdhulp of anderen contact gezocht.

§ Vooraf aan het contactmoment verzamelen van informatie bij ouders en leerkracht middels vragenlijst met daarin opgenomen gevalideerde screeningsinstrumenten.

§ Contactmoment uitgevoerd door assistent, verpleegkundige en/of arts.

§ Samen met ouder beoordelen of verdere actie nodig is en door wie.

§ Het geven van informatie en advies.

§ Bij niet verschijnen van kinderen, per

kind beoordeling of verdere actie nodig is. Bij kinderen in risicovolle omstandigheden onderneemt JGZ altijd actie. Bij andere kinderen wordt het initiatief bij ouders neergelegd.

§ Registratie van bevindingen en acties in digitaal dossier jeugdgezondheidszorg

§ Terugkoppeling naar school.

Groep 2

1. Aantal kinderen uitgenodigd voor onderzoek door JGZ:

7996 kinderen (100%) 2. Aantal kinderen in beeld bij

JGZ: 7196 kinderen (90%)

Groep 7

1. Aantal kinderen uitgenodigd voor onderzoek:

8179 kinderen (100%) 2. Aantal kinderen in beeld bij

JGZ:

7369 kinderen (90%)

(42)

42

Taakveld: Contacten aangeboden aan leerlingen van het voortgezet onderwijs

Onderbouwing: JGZ biedt laagdrempelige, preventieve zorg aan alle kinderen en hun opvoeders met het oog het gezond en veilig opgroeien van alle kinderen en de talenten van alle kinderen maximaal te benutten.

Het landelijk professioneel kader uitvoering basispakket JGZ vertaalt elke regio naar de lokale/ regionale situatie.

Doel: Monitoren van de ontwikkeling van het kind in zijn leefomgeving en het

vroegtijdig signaleren van afwijkingen in de ontwikkeling en gezondheid (lichamelijk, psychisch, sociaal, cognitief, spraak-taal), het adviseren en het zo nodig inschakelen van curatieve gezondheidszorg of jeugdhulp.

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaat

Alle jongeren die in een

schooljaar in klas 2 zitten krijgen een uitnodiging voor een

preventief gezondheids- onderzoek.

Een deel van de jongeren in VMBO klas 3 en HAVO/VWO klas 4 krijgen een uitnodiging voor een gesprek. Wanneer er naar aanleiding van het contact behoefte is aan aanvullende informatie of andere hulp nodig is, wordt in overleg met de ouder waar gewenst met (para)medici, jeugdhulp of anderen contact gezocht.

Klas 2

§ Vooraf aan het contactmoment verzamelen van informatie bij jongere, ouders en mentor middels vragenlijst met daarin opgenomen gevalideerde screenings-

instrumenten.

§ Contactmoment met jongere uitgevoerd

door verpleegkundige (VMBO) of assistente, of verpleegkundige (HAVO/VWO).

VMBO klas 3 en HAVO/VWO klas 4

§ Alle leerlingen krijgen de gelegenheid om klassikaal een digitale vragenlijst in te vullen.

§ Op basis van de resultaten van de vragenlijst krijgt de leerling een persoonlijke digitale

terugkoppeling.

Klas 2

§ Aantal kinderen uitgenodigd voor onderzoek:

8912 kinderen (100%)

§ Aantal kinderen in beeld bij JGZ:

8021 kinderen (90%)

VMBO klas3 en HAVO/VWO klas 4:

§ Aantal kinderen

uitgenodigd voor invullen vragenlijst

8654 kinderen (100%)

§ Aantal kinderen die vragenlijst

invult:

7789 kinderen (90%)

(43)

43

§ Met een deel van de leerlingen vindt een persoonlijk gesprek plaats met de

jeugdverpleegkundige of de jeugdarts.

§ Jongeren kunnen gebruik maken van de landelijke site jouwggd en de daaraan gekoppelde

chatfunctie.

§ De school krijgt jaarlijks een schoolprofiel.

Naar aanleiding van contact

§ Samen met jongere en ouder beoordelen of verdere actie nodig is en door wie.

§ Het geven van informatie en advies.

§ Bij niet verschijnen van jongere, per jongere beoordeling of verdere actie nodig is.

§ Bij jongeren in risicovolle

omstandigheden onderneemt JGZ altijd actie. Bij andere jongeren wordt het initiatief bij jongere en/of ouders neergelegd.

§ Registratie van bevindingen en acties in digitaal dossier jeugdgezondheidszorg

§ Terugkoppeling naar school

(44)

44

Taakveld: Contacten aangeboden aan leerlingen van het speciaal onderwijs

Onderbouwing: JGZ biedt laagdrempelige, preventieve zorg aan alle kinderen en hun opvoeders met het oog het gezond en veilig opgroeien van alle kinderen en de talenten van alle kinderen maximaal te benutten.

Het landelijk professioneel kader uitvoering basispakket JGZ vertaalt elke regio naar de lokale/ regionale situatie.

Doel: Monitoren van de ontwikkeling van het kind in zijn leefomgeving en het vroegtijdig signaleren van afwijkingen in de ontwikkeling en gezondheid (lichamelijk, psychisch, sociaal, cognitief, spraak-taal), het adviseren en het zo nodig inschakelen van curatieve gezondheidszorg of jeugdhulp.

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaat

Alle kinderen en hun ouders krijgen op momenten die met de school zijn afgesproken een uitnodiging voor een preventief gezondheidsonderzoek.

Kinderen op het speciaal onderwijs krijgen tenminste evenveel contacten met JGZ aangeboden als op het basis- en voortgezet onderwijs.

Wanneer er naar aanleiding van het contact behoefte is aan aanvullende informatie of andere hulp nodig is, wordt in overleg met de ouder waar gewenst met (para)medici, jeugdhulp of anderen contact gezocht.

§ Vooraf aan het contactmoment

verzamelen van informatie bij jongere, ouders en mentor middels vragenlijst met daarin opgenomen gevalideerde screeningsinstrumenten.

§ Contactmoment uitgevoerd door assistent, arts. Kinderen worden vanaf

4 jaar tenminste 3x uitgenodigd voor een preventief gezondheidsonderzoek.

§ Samen met ouder beoordelen of verdere actie nodig is en door wie.

§ Het geven van informatie en advies.

§ Bij niet verschijnen van kind, per kind beoordeling of verdere actie nodig is.

Bij kind in risicovolle omstandigheden onderneemt JGZ altijd actie. Bij

andere kinderen wordt het initiatief bij ouders neergelegd.

§ Registratie van bevindingen en acties in digitaal dossier

jeugdgezondheidszorg.

§ Terugkoppeling naar school.

§ De kinderen worden conform vastgestelde beleid door arts op betreffende school uitgenodigd (100%).

§ 90% van de

uitgenodigde kinderen worden daadwerkelijk onderzocht door arts en/of assistent.

(45)

45

Taakveld: Individuele preventieve activiteiten JGZ op indicatie

Onderbouwing: JGZ biedt laagdrempelige, preventieve zorg aan alle kinderen en hun opvoeders met het oog het gezond en veilig opgroeien van alle kinderen en de talenten van alle kinderen maximaal te benutten.

Doel: Zorgen dat kind en ouders passende ondersteuning krijgen bij zorgen over de ontwikkeling, het gedrag of problemen met de opvoeding.

Als Jeugdgezondheidszorg alle kinderen in beeld hebben die in regio Zuidoost Brabant woonachtig zijn, ongeacht wie de zorg biedt. Dus ook de kinderen die in een instelling wonen of buiten de regio naar school gaan.

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaat

Voor de uitvoering van het basispakket JGZ kan het nodig zijn een extra moment af te spreken in overleg met ouders/jongere. Het contact kan de vorm hebben van een huisbezoek, een telefonische afspraak, een extra bezoek aan JGZ enz. Inhoudelijk kan het gaan om extra

onderzoek, extra

ondersteuning gericht op het normaliseren, dan wel de ouders /jongere motiveren om hulp te accepteren. Het contact is gericht op een specifiek gezondheids- probleem, veiligheid van het kind,

ontwikkelingsachterstand, opvoedingsvraag/probleem, verminderde eigen kracht enz.

§ Samen met jongere en ouder beoordelen of verdere actie nodig is en door wie:

- op aanvraag van derden, zoals school, maatschappelijk werk, huisarts.

- als vervolg op de overdracht van zorg door

jeugdgezondheidszorg 0-4 jaar.

§ Als vervolg op een contactmoment in het basis-, voortgezet- of speciaal onderwijs in enkele gesprekken om te:

- Adviseren

- jongeren en ouders inzicht te geven in problematiek - het probleemoplossend

vermogen te vergroten en hen hierin te begeleiden en zo nodig te motiveren voor acceptatie van verdere hulp.

§ Aantal kinderen waarmee

§ JGZ naar aanleiding van preventief

gezondheidsonderzoek (JGZ 0- 4 jaar of JGZ 4-18 jaar) vervolgcontact heeft

§ Aantal kinderen gezien op verzoek van derden en wie de aanvrager is voor dergelijke onderzoeken, zoals: jongeren, ouders, JGZ 0-4 jaar, scholen, maatschappelijk werk,

jongerenwerk, huisartsen enz.

§ Aantal kinderen dat JGZ naar wie doorverwijst

§ Aantal meldingen in ‘Zorg voor Jeugd’

(46)

46

§ Inschakelen van lokale hulpverlening,

huisarts, eerstelijnspsycholoog, fysiotherapeut of verwijzing naar 2e lijn, zoals GGZ, specialisten in het ziekenhuis.

§ Actief volgen of kind daadwerkelijk bij de

hulpverlening aankomt en ook hulpverlening krijgt

(zorgcoördinatie).

§ Melding van zorgsignaal in verwijsindex (Zorg voor Jeugd)

In de begroting is per gemeente een beperkt aantal uren voor deze activiteiten opgenomen voor de jeugdarts en -verpleegkundige.

Aantal leerlingen op scholen:

Basisonderwijs: 65.144 Voortgezet onderwijs: 40.683 Speciaal onderwijs: 7.585

Aantal kinderen in de leeftijd van 4 tot18 jaar wonend in de regio Zuidoost-Brabant: 118.572

Percentage kinderen in beeld in de leeftijd van 4 tot en met 16 jaar wonend in Zuidoost- Brabant: 98%

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Na de eerste bezuinigingsronde in 2012 (5% van de gemeentelijke bijdrage in 2011), heeft het Algemeen Bestuur besloten de oorspronkelijke bezuinigingsopdracht (voor de jaren 2013

De begroting 2014 is opgesteld met inachtneming van de uitgangspunten zoals deze door het algemeen bestuur in de vergadering van 1 maart 2013 zijn vastgesteld..

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente

Wij kunnen ons geheel vinden in zowel de concept-programma-begroting 2012 als in de methodiek voor het jaarlijks indexeren van het bedrag per inwoner in de periode

Gemeenten krijgen inzicht in de landelijke en regionale ontwikkelingen die van invloed zijn op de publieke gezondheidszorg middels deze oplegnotitie en de Notitie ‘De basis van de

Een nadere analyse waarin naast de in de vorige regressieanalyse genoemde controlevariabelen ook alle individuele campagne-elementen zijn meegenomen, laat zien dat

− of de NUP bouwstenen een rol spelen binnen de door de departementen ge- formuleerde maatregelen met de hoogste administratieve lastenreductie voor burgers en bedrijven, en zo

In de begroting 2021 is het oude tarief van 2020 (plus indexering), maar exclusief additionele ophoging, opgenomen. De nieuwe richtlijnen zijn ingegaan voor Toezicht nieuwe stijl