Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming Onderwijsinspectie
Hendrik Consciencegebouw Koning Albert II-laan 15 1210 BRUSSEL
doorlichtingssecretariaat@ond.vlaanderen.be www.onderwijsinspectie.be
Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Vrije Basisschool voor Buitengewoon Onderwijs - Sint Franciscus te ROOSDAAL
Hoofdstructuur buitengewoon basisonderwijs Instellingsnummer 25395
Instelling Vrije Basisschool voor Buitengewoon Onderwijs - Sint Franciscus
Directeur Kristy VAN DEN EECKHOUT Adres Lostraat 175 - 1760 ROOSDAAL Telefoon 053-64.66.50
Fax 053-64.66.70
E-mail info.bubao@sintfranciscus.be Bestuur van de instelling
Adres
Scholen Sint-Franciscus VZW Lostraat 175 - 1760 ROOSDAAL Scholengemeenschap
Adres
Samen voor beter
H. Theresialaan 77 - 1700 DILBEEK CLB
Adres
Vrij CLB Ninove
Kluisweg 13 - 9400 NINOVE Dagen van het opvolgingsbezoek 21-10-2014
Einddatum van het opvolgingsbezoek 21-10-2014 Datum bespreking verslag met de instelling 20-11-2014
Samenstelling inspectieteam
Inspecteur-verslaggever Anne VANWELDEN
Teamleden Jan VAN EECKHOUT, Marian TEERLINCK
INHOUDSTAFEL
INLEIDING ... 3
1 HISTORIEK ... 4
2 TE REMEDIEREN TEKORT(EN) ... 4
3 ZIJN DE TEKORTEN GEREMEDIEERD? ... 4
3.1 muzische vorming in type 2 - kleuteronderwijs, muzische vorming in type 2 - lager onderwijs ... 4
4 ADVIES EN REGELING VOOR VERVOLG ... 6
INLEIDING
Dit verslag is het resultaat van de opvolgingsdoorlichting van de school door de onderwijsinspectie van de Vlaamse Gemeenschap. Het decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs van 8 mei 2009 geeft haar de opdracht hiertoe.
Als de school bij een doorlichting een beperkt gunstig advies kreeg, volgt na de periode, vermeld in het advies, een opvolgingsdoorlichting. Tijdens een opvolgingsdoorlichting gaat de onderwijsinspectie na of de bij de voorgaande doorlichting vastgestelde tekortkomingen voldoende werden geremedieerd.
Het referentiekader dat de onderwijsinspectie gebruikt bij een (opvolgings)doorlichting is opgebouwd rond de componenten context, input, proces en output:
context: de omgevingskenmerken en de kenmerken van administratieve, materiële, bestuurlijke en juridische aard die de school karakteriseren
input: kenmerken van het personeel en van de leerlingen of cursisten van de school
proces: initiatieven die de school neemt om output te realiseren, rekening houdend met haar context en input
output: de resultaten die de school met haar leerlingen of cursisten bereikt.
Meer info over het CIPO-referentiekader vindt u op www.onderwijsinspectie.be.
Tijdens het opvolgingsbezoek verzamelt het inspectieteam bijkomende informatie via observaties, gesprekken en analyse van documenten.
De opvolgingsdoorlichting resulteert in een opvolgingsverslag dat bestaat uit een concluderend gedeelte en een advies.
Het concluderende gedeelte omvat de conclusies van de opvolging.
Het opvolgingsverslag eindigt met een advies dat betrekking heeft op alle of op afzonderlijke structuuronderdelen van de school. De onderwijsinspectie kan twee adviezen uitbrengen:
een gunstig advies: het inspectieteam adviseert gunstig over de verdere erkenning van de school of van structuuronderdelen.
een ongunstig advies: het inspectieteam adviseert om de procedure tot intrekking van de erkenning van de school of van structuuronderdelen op te starten.
Bij een ongunstig advies beoordeelt de onderwijsinspectie bovendien of de school de vastgestelde tekorten zelfstandig kan wegwerken.
Binnen een termijn van dertig kalenderdagen na ontvangst van het definitieve opvolgingsverslag informeert de directeur van de school de ouders en leerlingen over de mogelijkheid tot inzage.
Binnen de dertig kalenderdagen na ontvangst moet de directeur van de school het verslag volledig
bespreken tijdens een personeelsvergadering. Het bestuur van de school of zijn gemandateerde tekent het verslag voor gezien. Het bestuur stuurt het binnen dertig kalenderdagen na ontvangst terug naar de onderwijsinspectie en maakt eventueel melding van zijn opmerkingen.
De school mag het verslag niet gebruiken voor publicitaire doeleinden.
Meer informatie?
www.onderwijsinspectie.be en www.doorlichtingsverslagen.be
1 HISTORIEK
Het vorige doorlichtingsbezoek vond plaats van 07-11-2011 tot 10-11-2011 en werd afgesloten met een beperkt gunstig advies. Vanaf 01-09-2014 moet de school kunnen aantonen dat tekort(en) die aan de basis lagen van dit advies, in voldoende mate werden geremedieerd. Dit verslag beschrijft in welke mate de school daarin is geslaagd.
2 TE REMEDIEREN TEKORT(EN)
type 2 - kleuteronderwijs muzische vorming type 2 - lager onderwijs
muzische vorming
3 ZIJN DE TEKORTEN GEREMEDIEERD?
3.1 muzische vorming in type 2 - kleuteronderwijs, muzische vorming in type 2 - lager onderwijs
Voldoet
Het schoolteam greep het tekort voor muzische vorming uit de voorbije schooldoorlichting aan om een ontwikkelingstraject rond het cyclisch proces van handelingsplanning op te zetten. Dit traject focuste op een ruimer resultaatsgebied dan het wegwerken van dit tekort. Wat betreft het handelingsplanmatig werken, ging de aandacht naar een brede beeldvorming op basis van kijkwijzers en het gebruik van schooleigen doelenkaders die multidisciplinair in kaart worden gebracht.
Het kernteam muzische vorming maakte werk van het ontwikkelen van een schoolvisie waarin de muzische grondhouding centraal staat. Met ondersteuning van de pedagogische begeleiding en literatuurstudie ontwikkelden zij een muzisch kader dat beoogt richting te geven aan het onderwijs binnen het leergebied en de integratie in de andere leergebieden. De communicatie over dit traject verliep via vaste items op de teamvergaderingen.
Voor muzische vorming is de ontworpen kijkwijzer gebaseerd op de keuze van prioritaire
ontwikkelingsdoelen per individuele leerling. Aan de hand van deze screening worden overkoepelende doelen voor de groep en occasioneel doelen voor individuele leerlingen geselecteerd. Voor nieuwe leerlingen wordt op basis van intakegegevens en informatie uit de vorige school of externe diensten een functieprofiel opgesteld waarin, indien van toepassing, aspecten voor muzische vorming worden
opgenomen. Het schoolteam maakt deze keuzes vanuit een multidisciplinaire benadering van het leergebied.
Voor de doelenselectie ontwikkelde de school een schooleigen doelenkader dat bestaat uit tussendoelen voor het nastreven van de geselecteerde ontwikkelingsdoelen. Deze opstappen zijn niet gedifferentieerd volgens de verschillende leerpijlers die binnen de schoolorganisatie aanwezig zijn. Het behoort tot de verantwoordelijkheid van de individuele teamleden om deze verder te verfijnen.
De voorbereiding van het onderwijsaanbod gebeurt vanuit een wekelijks multidisciplinair teamoverleg waarbij de gekozen thema’s invulling krijgen voor alle leergebieden. De teamleden houden binnen deze werkvorm rekening met de kansen die het leergebied muzische vorming biedt als hefboom voor het leren.
Om de expertise van de klasleraren te verhogen kregen een aantal teamleden vanuit hun deskundigheid of specifieke vorming de opdracht om, klasintern, in samenwerking met de klasleraren bepaalde aspecten van het muzisch proces uit te werken. Voor de planning van het aanbod maken de klasleraren enerzijds gebruik van deze expertise en anderzijds plannen zij eigen activiteiten voor dit leergebied. De paramedici die aan de klassen verbonden zijn spelen, waar mogelijk, in op het geschetste muzisch kader om hun aanbod te plannen.
Ondanks deze brede basis staan nog heel wat teamleden in de fase van uitvoering aan het begin van een ontwikkelingstraject. De ontwikkelde visie en de denkkaders leiden nog beperkt tot het realiseren van een rijke praktijk die vertrekt vanuit vaardigheden die een leerling nodig heeft om zijn vrije tijd goed te
gebruiken en zinvol in te vullen. Vaak vertrekken teamleden vanuit een technische benadering van aspecten uit het leergebied. Dit beperkt het vorm geven aan ervarings- en gevoelspatronen zodat de leerling zijn greep op de wereld vergroot. Muzische activiteiten en spel kunnen nog meer aangewend worden als manier om de werkelijkheid te verkennen, te herkennen en te begrijpen. De implementatie van de schoolvisie in deze fase krijgt momenteel een beperkte sturing en opvolging vanuit het schoolbeleid.
Het implementatietraject voorziet voor de evaluatiefase in het vastleggen van de muzische ontwikkeling aan de hand van de kijkwijzer. Het team beoogt hiermee vorderingen en hiaten in de ontwikkeling vast te leggen. De leerlingen verzamelen hun creaties in muzoboxen of een portfolio die mogelijkheden bieden tot beschouwen en terugblikken op het eigen en elkaars werk. Voor de rapportering voorzien de teamleden in een beschrijving van een aantal aspecten van muzische vorming.
Het schoolteam maakte de keuze voor de deskundigheidsbevordering van een deel van de teamleden via externe vorming. De aansturing van de professionalisering voor muzische vorming voor het volledige schoolteam berustte op het aanwenden van interne expertise. Deze keuze geeft aanleiding tot verschillende effecten in de dagelijkse klaspraktijk. De implementatie van de ontwikkelde schoolvisie verloopt hierdoor in verschillende snelheden.
De onderwijsinspectie vertrouwt op de professionaliteit van de teamleden en de gerichte sturing van het schoolbeleid om het muzisch klimaat, het aanbod en de grondhouding in de school verder vorm te geven.
4 ADVIES EN REGELING VOOR VERVOLG
In uitvoering van het decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs van 8 mei 2009 is het advies voor erkenning van tekort(en) zoals vermeld in punt 2 van dit verslag:
GUNSTIG
voor de erkenningsvoorwaarde 'voldoen aan de onderwijsdoelstellingen' voor alle structuuronderdelen.
Namens het inspectieteam Voor kennisname namens het bestuur
Anne VANWELDEN
de inspecteur-verslaggever
Kristy VAN DEN EECKHOUT de directeur
Datum van verzending aan de directie en het bestuur van de school
