Vraag nr. 42
van 30 oktober 2003
van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN Oude zeesluis Wintam – Demping
In 1997 verkondigde toenmalig minister Balde-wijns in verband met de zeesluis in Hingene dat het gebruik van de nieuwe zeesluis voor pleziervaartui-gen ontepleziervaartui-gensprekelijk niet efficiënt zou zijn. H e t heette dat de vermenging van pleziervaartuigen en vrachtschepen een risico vormt dat beter kon wor-den vermewor-den. Dat was trouwens de rewor-den waarom de oude sluis in Klein-Willebroek opnieuw werd geopend.
In datzelfde jaar verklaarde de voorzitter van de NV Zeekanaal : "Stel dat er aan de sluis van Hin-gene heel zware averij zou zijn, of dat het verkeer aldaar zodanig druk zou worden, dat er binnen tien jaar misschien een andere sluis zal nodig zijn, d a n hebben we daar nog de oude sluis van Wi n t a m ,d i e mits gepaste renovatie opnieuw in dienst kan wor-den genomen."
Op dit ogenblik wordt er volop gewerkt aan het dempen van het oude sas.
1. Hoe komt het dat de opmerkingen van zes jaar geleden niet meer relevant zijn ?
2. Waarom wordt het oude sas gedempt ?
3. Op wiens initiatief gebeurt dit, en beschikt men over de nodige vergunningen ?
4. Waar komt het slib vandaan waarmee het dem-pen gebeurt ?
5. Is de minister op de hoogte van de visie van de Vlaamse Bouwmeester, die stelt dat het opspui-ten van deze "landmark" cultuurhistorisch niet verantwoord is en die eveneens waarschuwt dat de combinatie pleziervaart en goederentrans-port op termijn voor conflicten kan zorgen ? 6. Klopt het dat er geen voorafgaand overleg werd
gevoerd met de Vlaamse Bouwmeester ? 7. Hoe komt het dat op de plannen die door de
NV Shipping werden ingediend, sprake is van de ontsluiting door middel van een brug over de oude kanaalarm, terwijl er op dit ogenblik wer-ken aan de gang zijn om die te dempen ?
Antwoord
1 en 2. De stelling zes jaar geleden van de toenma-lige voorzitter van de raad van bestuur van de NV Zeekanaal was erop gebaseerd dat het vol-ledige gebied rond de oude zeesluis in Wi n t a m aangesproken zou kunnen worden voor indus-triële ontwikkeling. Deze gedachte was geba-seerd op het feit dat voordien een vergelijk ge-vonden was tussen de natuurontwikkeling en de industriële ontwikkeling in het gebied. H i e r b i j werd het noordelijk deel van het gebied (ca. 5 0 h a ) , gelegen rond de nieuwe zeesluis, o m g e z e t van industriegebied naar natuurgebied en werd de bestemming van het zuidelijk gebied, g e l e g e n rond de oude zeesluis, behouden als industrie-gebied.
Deze optie moest toelaten de zeer aanzienlijke investeringen in de aanleg van de nieuwe zee-sluis en de nieuwe kanaalarm nog enigszins te kunnen rentabiliseren en maatschappelijk een substantiële rol te laten vervullen in het be-werkstelligen van een modal shift van wegver-voer naar scheepvaartverwegver-voer.
In 2001 besliste de Vlaamse regering om het ge-deelte van het Zuidelijk Eiland tussen de oude zeesluis in Wintam en de Rupel te bestemmen als Habitatgebied. Enkel het gedeelte tussen de oude zeesluis in Wintam en de nieuwe kanaal-arm inclusief de toevaargeul, werd behouden als i n d u s t r i e g e b i e d . Deze verdere inkrimping van het industriegebied noopte de raad van bestuur van de NV Zeekanaal tot een heroverweging van het dossier.
Om reden van rentabiliteit en om toch nog een klein deel van de oorspronkelijke optie tot be-werkstelligen van de modal shift mogelijk te m a k e n , werd eind 2001 beslist om de toevaar-geul tot de oude zeesluis en de oude zeesluis z e l f, aan te vullen en te incorporeren in het in-dustriegebied zoals stedenbouwkundig.
In dit geheel werd de oude zeesluis ontmanteld, doch worden de bouwkundige elementen be-houden.
3. Het initiatief voor het uitvoeren van deze ken berust bij de NV Zeekanaal. Met deze wer-ken worden de werwer-ken van de uitbouw van het zeekanaal in deze omgeving afgewerkt. H i e r-voor beschikt de NV Zeekanaal over een bouw-vergunning.
4. De specie waarmee de werken in de oude ka-naalarm worden uitgevoerd, is afkomstig van andere werken in of aan het Zeekanaal B r u s s e l-S c h e l d e. Op deze wijze wordt werk met werk gemaakt. Voor het aanwenden van deze specie werden vergunningen verkregen.
5 en 6. Begin mei 2003 werd door de concessiona-ris van het gebied het initiatief genomen om over de concrete invulling van het gebied rond de oude zeesluis te overleggen. Daarbij werd door de raadgever van de concessionaris voor-gesteld om :
– de oude kanaalarm open te houden ;
– de toegangsweg dieper in het Habitatgebied aan te leggen en het gebied tussen deze toe-gangsweg en de industriezone te behouden als industriegebied en dit als compensatie voor het verlies aan industriegebied door het niet aanwenden van de oude kanaalarm als industriegebied ;
– compensatie voor het verlies aan Habitatge-bied te vinden in het omzetten van het deel van de oude toevaargeul afwaarts de oude zeesluis (Rupelzijde) thans in industriege-bied gelegen, in natuurgeindustriege-bied met mogelijk-heid tot natuurlijke ontwikkeling van slikken en schorren.
Deze denkpiste werd voorgelegd aan de ge-meenten Bornem en Puurs, de NV Zeekanaal en de Vlaamse Bouwmeester.
Deze laatste was bij het overleg betrokken. De Bouwmeester was deze denkpiste, w a a r b i j dus de oude zeesluis en de oude kanaalarm wer-den opengehouwer-den, genegen.
De NV Zeekanaal ondersteunde eveneens het voorstel van de concessionaris en was bereid dit ook te aanvaarden voorzover dit eveneens een lokaal draagvlak kon verkrijgen.
Gelet op het ontbreken van dit draagvlak, i n-zonderheid in Bornem, werd uiteindelijk door de NV Zeekanaal gestart met het realiseren van haar eerdere beslissing.
7. Voorzover ons bekend, is in de door de NV Inter Shipping ingediende bouwvergunnings-aanvraag sprake van een gefaseerde ontsluiting; dit naargelang de groei van de activiteiten en van de gegenereerde trafieken.
