G emeente LEUNINGEN
Raadsvoorstel
Onderwerp Definitief Regionaal Programma Werklocaties (RPW) regio Arnhem Nijmegen
Raadsvergadering 19 december 2017
Nummer(agenda) Commissie 1 Fin en AZ
Registratienummer BW17.00525 Datum 6 december 2017
Registratiecode lllllll I IIII II IIIIIIM II Commissie 2
Auteur André Bosveld Datum
Status Openbaar B&W-vergadering 21 november 2017
Persgesprek 21 november 2017 Portefeuillehouder J.J. Driessen
Samenvatting
Het RPW bevat de keuzes die de gemeenten in de regio Arnhem-Nijmegen maken voor het in balans brengen van vraag en aanbod naar werklocaties inclusief afspraken over monitoring, evaluatie en herijking. Het RPW is daarmee een integraal document voor zowel bedrijventerreinen, kantoren als perifere detailhandel. Uw raad heeft op 6 juni 2017 gereageerd op het concept RPW door het formuleren van zienswijzen. Daarna is het concept RPW op een aantal onderdelen verder uitgewerkt. Op basis van deze uitwerking en de ingebrachte zienswijzen en wensen van 15 van de 19 gemeenten is het RPW programma aangepast en wordt nu voor besluitvorming aan u voorgelegd.
Besluit om
1. In te stemmen met het voorliggende RPW.
Inleiding
Uw raad heeft op 6 juni zienswijzen vastgesteld met het betrekking tot het conceptvoorstel Regionaal Programma Werklocaties. Niet alleen Leuningen maar ook 14 andere gemeenten hebben wensen en bedenkingen ingediend. De reacties zijn verwerkt in bijgevoegde commentaarnota. In de afgelopen periode zijn al deze bedenkingen gewogen en wel of niet overgenomen in het definitieve RPW. De definitieve versie van het RPW is behandeld in het Portefeuillehouder overleg Economie van 6 oktober jl. Een meerderheid heeft aangegeven de voorstellen in het RPW te steunen. De wethouders van vijf gemeenten uit de Liemers hebben aangegeven het RPW niet te steunen en deze met een negatief advies voor te leggen aan hun raden. Ons college steunt dit programma en wil dit met een positief advies voorleggen aan uw raad.
Uw raad wordt verzocht in te stemmen met het RPW ondanks de effecten voor Leuningen.
Beoogd effect
Ruimte te creëren voor het ontwikkelen van nieuwe initiatieven door zorg te dragen voor een balans in vraag en aanbod van werklocaties. Dit wordt gerealiseerd door het terugbrengen van het regionaal overaanbod op bedrijfsterreinen, kantoren en perifere detailhandelslocaties.
Argumenten
1. De gewenste goede economische ontwikkeling van de regio maakt het noodzakelijk om minder gunstig gelegen bedrijventerreinen uit de markt te nemen.
Ook de gemeente Beuningen is gebaat bij een zo goed mogelijke economische ontwikkeling van de regio. Als daarvoor noodzakelijk is om minder gunstig gelegen bedrijventerreinen in onze gemeente uit de markt te nemen is dit, gezien het grote belang van een goede regionale economische ontwikkeling, aanvaardbaar.
2. Een verruiming van de mogelijkheden op de locatie Buil om de gevraagde vestiging van Van
Cranenbroek te realiseren is conform het RPW niet mogelijk.
Gezien de overcapaciteit in onze (deel)regio aan terreinen voor perifere detailhandel en gezien de reactie uit de regio op het RPW is het uitgesloten om de bestaande mogelijkheid voor het voeren van nevenassortimenten te vernieuwen. Daarnaast voorziet het plan niet in de mogelijkheid om de omvang van de bebouwing op de locatie Buil uit te breiden.
Kanttekeningen
Dit RPW heeft direct effect voor bedrijventerrein de Schoenaker en op het gebied van perifere detailhandel voor de locatie Buil. Op de Schoenaker is de afgelopen 8 jaar geen onbebouwd terrein verkocht en/of bebouwd. Voor deze categorie terreinen wordt ingezet op het principe van ‘voorzienbaarheiď. Concreet betekent dit als deze terreinen niet zijn uitgegeven voor 1 januari 2021 de bestemming ‘bedrijfsterrein’ er afgehaald moet worden. Het gaat hier effectief om 5,1 hectare. Voor de Buil locatie is gepoogd de
mogelijkheden van verruiming en nevenassortiment mogelijkheden uit te breiden. Hierin zijn wij niet geslaagd. In het portefeuillehoudersoverleg van 23 juni 2017 waren 16 van de 17 gemeenten tegen ons voorstel om deze mogelijkheden te verruimen. De realisatie van een volwaardige Van Cranenbroek vestiging op de Buil locatie is hierdoor niet mogelijk.
Financiën
De gemeente Beuningen heeft 4.700 m2 bedrijventerrein in eigendom op bedrijventerrein de Schoenaker.
Het wijzigen of schrappen van de bedrijfsbestemming vanaf 1 januari 2021 van dit terrein heeft financieel geen consequenties. Dit bedrijventerrein is in het verleden afgeboekt. De overige hectaren waar
mogelijkerwijs de voorzienbaarheid in werking treedt zijn particulier bezit.
Tijdspad
Het RPW wordt aan alle 19 gemeenteraden voorgelegd met het verzoek om voor 1 januari hierover een besluit te nemen. Na besluitvorming in de raden wordt het RPW in januari 2018 aangeboden aan het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland.
Na vaststelling door GS is het RPW een toetsingskader voor nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen. Het wettelijk kader hiervoor is de provinciale omgevingsverordening. Deze bepaalt dat in bestemmingsplannen de bestemmingen bedrijventerreinen, perifere detailhandel en kantoren slechts toegestaan worden als deze passen in de door GS vastgestelde regionale afspraken. In verband met mogelijke claims van particuliere grondeigenaren tegen gemeenten zal de provincie Gelderland de besluitvorming over voorzienbaarheid op zich nemen.
Voor de te schrappen locaties in het RPW wordt een ruimtelijke uitwerking opgesteld. In het najaar van 2018 zal deze uitwerking aangeboden aan uw gemeenteraad. Na besluitvorming volgt een provinciale inspraakprocedure voor alle belanghebbenden. De uitwerking van het RPW op locatieniveau wordt voor de zomer van 2019 door GS vastgesteld.
Duurzaamheid
Met het RPW streven we naar een beter evenwicht in de markt voor werklocaties in onze regio, worden bestaande werklocaties beter benut en werken we aan het tegengaan en voorkomen van leegstand op en achteruitgang van bestaande werklocaties.
Evaluatie
Besluitvorming over het RPW heeft in twee ronden plaatsgevonden. In de eerste ronde hebben colleges en raden van de 19 gemeenten tot juni 2017 kunnen reageren. Het RPW is op basis van deze input op onderdelen aangepast. Het aangepaste RPW is 6 oktober in het portefeuillehouders overleg Economie besproken. De bestuurders hebben ingestemd om het aangepaste RPW opnieuw aan de colleges en de raden voor besluitvorming voor te leggen.
2
