oriëntatie op de Nederlandse arbeidsmarkt (ONA Format - Beantwoording van de 7 vragen uit het Integraal afwegingskader voor beleid en regelgeving (IAK)
Het Integraal afwegingskader voor beleid en regelgeving bevat normen waaraan goed beleid of goede regelgeving dient te voldoen.
1. Wat is de aanleiding?
Eerder zijn inburgeringsplichtigen die arbeid in loondienst verrichten al vrijgesteld van het
examenonderdeel oriëntatie op de arbeidsmarkt (ONA). In navolging daarvan ligt nu voor om ook zelfstandig ondernemers vrij te stellen van dit examenonderdeel.
2. Wie zijn betrokken?
Deze algemene maatregel van bestuur heeft gevolgen voor:
1. De Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) omdat zij deze maatregel uitvoert.
2. Inburgeringsplichtigen die arbeid verrichten als zelfstandig ondernemer, omdat zij deze vrijstelling ONA kunnen aanvragen.
3. Niet-inburgeringsplichtige vreemdelingen die sterker verblijfsrecht willen, omdat zij deze vrijstelling ONA kunnen aanvragen.
4. De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) omdat zij toetst bij de aanvraag voor sterker verblijfsrecht, of de vreemdeling heeft voldaan aan de inburgeringsplicht.
Deelvrijstellingen van de inburgeringsplicht werken door in het vreemdelingenrecht.
3. Wat is het probleem?
Een cursus volgen om te leren hoe je je moet oriënteren op de arbeidsmarkt, waarbij ingegaan wordt op je competenties, het leren solliciteren etc. en daarover examen doen is niet effectief voor inburgeringsplichtigen die al werken.
4. Wat is het doel?
Deze wijziging zorgt ervoor dat vreemdelingen die al bewezen hebben zich te kunnen redden op de Nederlandse arbeidsmarkt, logischerwijs daar geen examen meer in hoeven af te leggen.
5. Wat rechtvaardigt overheidsinterventie?
Nu de overheid het examenonderdeel ONA heeft ingesteld zal het ook de overheid zijn die deze maatregel dient te versoepelen.
6. Wat is het beste instrument?
N.v.t. want er wordt iets afgeschaft. Het kan niet anders dan dat dit via wetgeving wordt geregeld.
7. Wat zijn de gevolgen voor burgers, bedrijven, overheid en milieu?
De burger heeft meer zekerheid dat hij aan de inburgeringsplicht kan voldoen en ondervindt minder lasten, aangezien hij vrijgesteld wordt van een verplichting. Daardoor kan hij sneller voldoen aan de termijn die ervoor staat waarbinnen hij aan zijn inburgeringsplicht moet hebben voldaan, of aan de vereisten voor sterker verblijfsrecht. De burger hoeft ook minder kosten te maken, aangezien hij geen examengeld meer hoeft te betalen, noch een cursus hoeft in te kopen (indien van toepassing).
Wel zal de burger moeten aantonen dat hij actief is op de arbeidsmarkt als zelfstandig
ondernemer. Daartoe zal hij bewijsstukken moeten aanleveren bij de aanvraag om vrijstelling, zodat daarmee aangetoond is dat hij voldoet aan een inkomensvereiste en staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. De lasten hiertoe zijn echter lager dan voorheen.
Private taalbureau’s die in cursussen ONA voorzien, zullen minder klanten hebben. Aangezien het landelijk om een kleine groep gaat, zijn de effecten per taalbureau vrijwel nihil.
De uitvoeringsinstellingen DUO en IND zullen hun uitvoering moeten aanpassen.