• No results found

THERMODYNAMISCHE PROCESSEN. Prof. dr. Frederik Ronsse. Bachelor of Science in de bio-ingenieurswetenschappen Academiejaar

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "THERMODYNAMISCHE PROCESSEN. Prof. dr. Frederik Ronsse. Bachelor of Science in de bio-ingenieurswetenschappen Academiejaar"

Copied!
57
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

THERMODYNAMISCHE PROCESSEN

Prof. dr. Frederik Ronsse

Bachelor of Science in de bio-ingenieurswetenschappen Academiejaar 2019 – 2020

(2)

THERMODYNAMISCHE PROCESSEN – AJ ’19-’20

H3: PROCESSEN OP IDEALE GASSEN – DEEL 2

Prof. dr. ir. Frederik Ronsse

(3)

3.7. TWEEDE HOOFDWET

Voor gesloten, stationaire systemen (koelsystemen, bijv.)

Uit 1ste hoofdwet volgt: alle warmte kan omgezet worden tot arbeid (fig. a)

De 2de hoofdwet stelt: bij een kringcyclus, slechts een deel van de warmte kan in arbeid worden omgezet, het overige deel moet terug worden afgegeven aan een reservoir op lagere T

Anders uitgedrukt: warmte kan op zichzelf (spontaan) niet van lagere naar hogere temperatuur vloeien (fig. c is onmogelijk)

Wel mogelijk:

Fig. d: Thermische motoren (inwendige

verbrandingsmotoren, Stirlingmotoren): Warmtestroom van hoge naar lage T, met vrijstelling arbeid

Fig. e: Koelmachines en warmtepompen: Warmtestroom van lage naar hoge T, mits opname arbeid

Q

W W

Q

W

Q

Q2

Q1

Q1

Q2

Q2

Q1

W W

(a) (b)

(c) (d) (e)

T1

T2

T1

(4)

3.7. TWEEDE HOOFDWET

De energie die nuttig kan omgezet worden in arbeid = exergie

Energie = exergie + anergie

Anergie = nutteloze energie

Bemerk dat exergie hoeveelheid afhangt van T

2

!

2de hoofdwet betekent dus dat er bij omzetting van energie naar arbeid steeds anergie gevormd wordt (wanorde neemt toe –> entropie, zie later)

T2 T1 > T2

exergie anergie energie

(5)

3.8. HET CARNOT KRINGPROCES

Samengesteld uit 4 processen:

1. Reversibele isotherme expansie (traject ab)

Soortelijk volume neemt toe van v1 naar v2

Er wordt expansiearbeid geleverd aan de omgeving: W1

Opname van Q1 bij constante temperatuur T1

Bij ideale gassen: inwendige energie enkel ~ T => DU = 0

Dus, volgens 1ste hoofdwet:

Bij ideale gassen geldt: p·V = n·R·T of,

V p

T

1

T

2

a

b Q

1

𝑄1 = 𝑊1 𝑄1 = 𝑊1 = න

𝑎 𝑏

𝑝 ∙ 𝑑𝑉 (opp. onder ab in p,V-diagram)

𝑄1 = 𝑊1 = 𝑛 ∙ 𝑅 ∙ 𝑇1 ∙ න

𝑎

𝑏 𝑑𝑉

𝑉 = 𝑛 ∙ 𝑅 ∙ 𝑇1 ∙ ln 𝑉2 𝑉1

𝑄1

𝑇1 = −𝑛 ∙ 𝑅 ∙ ln 𝑉1 𝑉2

(6)

3.8. HET CARNOT KRINGPROCES

Samengesteld uit 4 processen:

2. Reversibele adiabatische expansie (traject bc)

Geen uitwisseling van warmte met omgeving

Afname van de temperatuur van T1 naar T2, verandering in inw. energie:

De arbeid is oppervlak onder traject bc

𝑑𝑈 = −𝛿𝑊

V p

T

1

T

2

a

b

c

Q

1

(7)

3.8. HET CARNOT KRINGPROCES

Samengesteld uit 4 processen:

4. Reversibele isotherme compressie (traject cd)

Soortelijk volume neemt af van v3 naar v4

Er wordt compressiearbeid geleverd aan het systeem: W2

Vrijstelling van Q2 bij constante temperatuur T2 (< T1)

Bij ideale gassen: inwendige energie enkel ~ T => DU = 0

Dus, volgens 1ste hoofdwet (bij ideale gassen):

V p

T

1

T

2

a

b

c d

Q

1

Q

2

𝑄2 = 𝑊2 = 𝑛 ∙ 𝑅 ∙ 𝑇2 ∙ න

𝑐

𝑑 𝑑𝑉

𝑉 = 𝑛 ∙ 𝑅 ∙ 𝑇2 ∙ ln 𝑉4 𝑉3

𝑄2

𝑇2 = 𝑛 ∙ 𝑅 ∙ ln 𝑉4 𝑉3

(8)

3.8. HET CARNOT KRINGPROCES

Samengesteld uit 4 processen:

4. Reversibele adiabatische compressie (traject da)

Geen uitwisseling van warmte met omgeving

Toename van de temperatuur van T2 naar T1, verandering in inw. energie:

Bemerk dat de opgenomen arbeid in da gelijk is aan de

geproduceerde arbeid in bc (gezien DU voor beide trajecten even groot is)

V p

T

1

T

2

a

b

c d

Q

1

Q

2

𝑑𝑈 = 𝛿𝑊

(9)

3.8. HET CARNOT KRINGPROCES

Volledige kringloop

er geldt,

Netto effect = warmte-opname vanuit T1 en afgifte naar T2, verschil is netto arbeid die wordt geproduceerd (W1 + W2 > 0)

Voor de reversibele compressie en expansie geldt,

Zodat:

∆𝑈 = 0 𝑜𝑓 𝑄1 + 𝑄2 = 𝑊1 + 𝑊2

V p

T

1

T

2

a

b

c d

Q

1

Q

2

Respecteer teken!!

𝑉3

𝑉2 = 𝑉4

𝑉1 𝑜𝑓 𝑉1

𝑉2 = 𝑉4 𝑉3

𝑄1

𝑇1 = − 𝑄2

𝑇2 𝑜𝑓 𝑄1

𝑇1 + 𝑄2

𝑇2 = 0

𝑄1

𝑇1 = −𝑛 ∙ 𝑅 ∙ ln 𝑉1 𝑉2

𝑄2

𝑇2 = 𝑛 ∙ 𝑅 ∙ ln 𝑉4 𝑉3

(10)

3.8. HET CARNOT KRINGPROCES

De Carnotfactor:

Ook wel efficiëntie: is de hoeveelheid opgenomen warmte door de cyclus (= Q1), tov. de geleverde arbeid (= W), in abs. waarden,

Bemerk dat dergelijke definities van efficiëntie (verhouding nuttig effect tot opgenomen warmte) ook later in andere kringprocessen zullen gehanteerd worden.

De Carnotfactor is de (theoretisch) hoogst haalbare efficiëntie, geen enkel ander proces is meer efficiënt !

Bewijs uit ongerijmde

T2

T1 W

Thermodynamic cycle

High temperature reservoir

Low temperature reservoir

Energy output (i.e. work)

Heat flow Heat flow

𝜀𝑐 = 𝑊

𝑄1 = 𝑄1 − 𝑄2

𝑄1 = 𝑇1 − 𝑇2 𝑇1

(11)

3.8. HET CARNOT KRINGPROCES

De Carnotfactor:

Stel een tweede cyclus waarbij (cyclus K) die wel efficiënter zou zijn:

Stel dat we K’ (Carnotcyclus) omkeren en aandrijven met de arbeid uit K’:

Dus volgt:

Dus een samengestelde machine K + K’ zou netto en spontaan warmte van lage (T2) naar hoge (T1) temperatuur verpompen

In strijd met de 2de hoofdwet. De initiële veronderstelling (

e

c <

e

c) is onmogelijk. Besluit: De Carnotfactor is maximaal

𝑄1 − 𝑄2

𝑄1 > 𝑄′1 − 𝑄′2 𝑄′1

Q1

Q2

K W

Q’1

Q’2

K’ W’

Q1

Q2

W K

Q’1

Q’2

W’ K’

T1

T2

T1

T2

(a)

(b)

𝑊 = 𝑊 = 𝑄1 − 𝑄2 = 𝑄1 − 𝑄2

𝑄1 > 𝑄1

(12)

3.8. HET CARNOT KRINGPROCES

De Carnotfactor:

Laat gemakkelijk toe om exergie en anergie te berekenen

𝐸𝑒𝑥 = 𝑊

𝑄1 ∙ 𝑄1 = 𝑄1 − 𝑄2

𝑄1 ∙ 𝑄1 = 𝑇1 − 𝑇2

𝑇1 ∙ 𝑄1 T2

T1 > T2

W

exergie anergie energie

𝐸 = 𝜀 ∙ 𝑄 Q1

Q2=Ean

W=Eex

𝐸𝑎𝑛 = 𝑄1 − 𝐸𝑒𝑥 = 1 − 𝜀𝑐 ∙ 𝑄1

(13)

3.9. ENTROPIE

Reeds werd aangetoond voor de Carnotcyclus dat (teken respecterende !),

Iedere willekeurige, omkeerbare kringloop kan beschouwd worden als samengesteld uit Carnotcycli.

Bij al deze Carnotcycli geldt steeds dat,

Of bij een oneindig aantal Carnotcycli,

𝑄1

𝑇1 + 𝑄2

𝑇2 = 0

𝑄

𝑇 = 0

Voor iedere Carnotcyclus is deze integraal nul, dus de grootheid S is onafhankelijk van de gevolgde weg in het toestandsdiagram: Deze toestandsgrootheid wordt gedefinieerd als de entropie:

Entropie wordt uitgedrukt ten opzichte van een referentie (praktijk: entropieveranderingen), is een toestandsgrootheid en kan uit andere toestandsgrootheden worden berekend

𝛿𝑄

𝑇 = 0

𝑑𝑆 = 𝛿𝑄 𝑇

(14)

3.9. ENTROPIE

Entropie in een (reversibel) niet-adiabatisch, gesloten systeem

Er geldt (1ste hoofdwet):

En met H = U + p·V :

Is integreerbaar, entropieverschil kan als volgt berekend worden,

𝑑𝑈 = 𝛿𝑄 − 𝑝 ∙ 𝑑𝑉

𝑑𝑆 = 𝛿𝑄

𝑇 = 𝑑𝑈 + 𝑝 ∙ 𝑑𝑉

𝑇 = 𝑑𝐻 − 𝑉 ∙ 𝑑𝑝 𝑇

𝑇 ∙ 𝑑𝑆 = 𝑑𝑈 + 𝑝 ∙ 𝑑𝑉 = 𝑑𝐻 − 𝑉 ∙ 𝑑𝑝

1 2

𝑇 ∙ 𝑑𝑆 = 𝑈2 − 𝑈1 +

1 2

𝑝 ∙ 𝑑𝑉 = 𝐻2 − 𝐻1

1 2

𝑉 ∙ 𝑑𝑝

Q W

(15)

3.9. ENTROPIE

Entropie in een adiabatisch systeem

Geen warmte-uitwisseling, de eerste hoofdwet herleid zich tot (als reversibel),

Stel dat het proces niet-reversibel is

Wrijvingsarbeid (dWw) levert een negatieve bijdrage: er wordt arbeid uit omgeving opgenomen (of p,V arbeid in mindering gebracht) en omgezet in inwendige energie

Voor entropie geldt:

𝑑𝑈 = −𝛿𝑊 = −𝑝 ∙ 𝑑𝑉

W

wrijving

𝑑𝑈 = −𝛿𝑊 = −𝑝 ∙ 𝑑𝑉 + 𝛿𝑊𝑤

Ww

𝑑𝑆 = 𝛿𝑄

𝑇 = 𝑑𝑈 + 𝑝 ∙ 𝑑𝑉

𝑇 𝑑𝑆 = 0

𝑑𝑆 = 𝛿𝑊𝑤

𝑇 > 0 reversibel

niet-reversibel

(16)

3.9. ENTROPIE

Entropie van een willekeurig proces (ideale gassen)

p1, V1, T1 p2, V2, T2

p1, V2, T2

p2, V1, T2

Isobaar proces

Isochoor proces

Isotherm proces

Isotherm proces 1

2

(17)

3.9. ENTROPIE

Entropie van een willekeurig proces (ideale gassen): route 1

Entropie is (bij isotherme processen),

Kan ook geschreven worden als

Wat na integratie oplevert,

𝑑𝑆 = 𝑑𝑄

𝑇 = 𝑑𝑊

𝑇 = 𝑝 ∙ 𝑑𝑉

𝑇 = −𝑛 ∙ 𝑅 ∙ 𝑑𝑝 𝑝

𝑑𝑆 = 𝜕𝑆

𝜕𝑇 𝑝

∙ 𝑑𝑇 + 𝜕𝑆

𝜕𝑝 𝑇

∙ 𝑑𝑝 = 𝐶𝑝

𝑇 ∙ 𝑑𝑇 − 𝑛 ∙ 𝑅

𝑝 ∙ 𝑑𝑝

∆𝑆 = 𝑆 − 𝑆0 = 𝐶𝑝 ∙ ln 𝑇

𝑇0 − 𝑛 ∙ 𝑅 ∙ 𝑙𝑛 𝑝 𝑝0 Stijgende

temperatuur geeft entropiestijging

Stijgende druk geeft

entropiedaling

(18)

3.9. ENTROPIE

Entropie van een willekeurig proces (ideale gassen): route 1

Op basis van de voorgaande vergelijkingen

p1, V1, T1 p2, V2, T2

p1, V2, T2

Isobaar proces Isotherm proces

𝑆 − 𝑆0 = 𝐶𝑝 ∙ ln 𝑇 𝑇0

𝑇 = 𝑇0 ∙ exp 𝑆 − 𝑆0 𝐶𝑝

𝑆 − 𝑆0 = −𝑛 ∙ 𝑅 ∙ ln 𝑝 𝑝0 𝑝0 = 𝑝 ∙ exp 𝑆 − 𝑆0

𝑛 ∙ 𝑅

(19)

3.9. ENTROPIE

Entropie van een willekeurig proces (ideale gassen): route 2

Entropie is (bij isotherme processen – constante temperatuur),

Kan ook geschreven worden als

Wat na integratie oplevert,

𝑑𝑆 = 𝑑𝑄

𝑇 = 𝑑𝑊

𝑇 = 𝑝 ∙ 𝑑𝑉

𝑇 = 𝑛 ∙ 𝑅 ∙ 𝑑𝑉 𝑉

𝑑𝑆 = 𝜕𝑆

𝜕𝑇 𝑉

∙ 𝑑𝑇 + 𝜕𝑆

𝜕𝑉 𝑇

∙ 𝑑𝑉 = 𝐶𝑉

𝑇 ∙ 𝑑𝑇 + 𝑛 ∙ 𝑅

𝑉 ∙ 𝑑𝑉

∆𝑆 = 𝑆 − 𝑆0 = 𝐶𝑉 ∙ 𝑙𝑛 𝑇

𝑇0 + 𝑛 ∙ 𝑅 ∙ 𝑙𝑛 𝑉 𝑉0 Stijgende

temperatuur geeft entropiestijging

Stijgende volume geeft

entropiestijging

(20)

3.9. ENTROPIE

Entropie van een willekeurig proces (ideale gassen): route 2

Op basis van de voorgaande vergelijkingen

p1, V1, T1 p2, V2, T2

p2, V1, T2

Isochoor proces Isotherm proces

𝑆 − 𝑆0 = 𝐶𝑉 ∙ ln 𝑇 𝑇0 𝑇 = 𝑇0 ∙ exp 𝑆 − 𝑆0

𝐶𝑉

𝑆 − 𝑆0 = 𝑛 ∙ 𝑅 ∙ ln 𝑉 𝑉0 𝑉 = 𝑉0 ∙ exp 𝑆 − 𝑆0

𝑛 ∙ 𝑅

(21)

3.9. TOESTANDSDIAGRAMMEN

Het T,s-diagram:

Isothermen zijn horizontaal

Adiabaten (isentropen) liggen verticaal

Het Carnot kringproces is een rechthoek, en arbeid is het omsloten oppervlak:

Ligging van isobaren:

T

s

a b

d c

T1

T2

Ds

𝑤 = 𝑞1 − 𝑞2 = න

𝑎 𝑏

𝑇1 ∙ 𝑑𝑠 − න

𝑑 𝑐

𝑇2 ∙ 𝑑𝑠 = 𝑇1 ∙ ∆𝑠 − 𝑇2 ∙ ∆𝑆 = 𝑇1 − 𝑇2 ∙ ∆𝑠

𝛿𝑞 = 𝑇 ∙ 𝑑𝑠 = 𝑐𝑝 ∙ 𝑑𝑇 𝑜𝑓 𝑑𝑇

𝑑𝑠 = 𝑇 𝑐𝑝

𝑠 − 𝑠0 = 𝑐𝑝 ∙ ln 𝑇

𝑇0 𝑒𝑛 𝑇 = 𝑇0 ∙ exp 𝑠 − 𝑠0 𝑐𝑝

Geeft richtingscoëfficiënt van raaklijnen aan de isobare in T,s-diagram

(22)

3.9. TOESTANDSDIAGRAMMEN

Het T,s-diagram:

Ligging van isobaren:

Ligging van isochoren

Gezien cp > cv is de helling een isochore groter dan een isobare in een gegeven (T, s) punt

𝛿𝑞 = 𝑇 ∙ 𝑑𝑠 = 𝑐𝑝 ∙ 𝑑𝑇 𝑜𝑓 𝑑𝑇

𝑑𝑠 = 𝑇 𝑐𝑝

Geeft richtingscoëfficiënt van raaklijnen aan de isobare in T,s-diagram

𝛿𝑞 = 𝑇 ∙ 𝑑𝑠 = 𝑐𝑣 ∙ 𝑑𝑇 𝑜𝑓 𝑑𝑇

𝑑𝑠 = 𝑇 𝑐𝑣

Geeft richtingscoëfficiënt van raaklijnen aan de isochore in T,s-diagram

𝑠 − 𝑠0 = 𝑐𝑣 ∙ ln 𝑇

𝑇0 𝑒𝑛 𝑇 = 𝑇0 ∙ exp 𝑠 − 𝑠0 𝑐𝑣

(23)

3.9. TOESTANDSDIAGRAMMEN

Het T,s-diagram:

Isobaren en isochoren:

T

s

v=cte

T

p=cte

cv

cp

T

s

v1

T=cte

v2

<

T

s

p1

T=cte

p2

>

(24)

3.9. TOESTANDSDIAGRAMMEN

Het T,s-diagram:

Wat bij een niet-ideaal gas ?

p

T=cte

x=1 x=0,5

x=0

k

condensatielijn

kooklijn

T

p=cte

x=1 x=0,5

x=0

k

condensatielijn

kooklijn

v=cte

(25)

3.9. TOESTANDSDIAGRAMMEN

Het T,s-diagram:

Wat bij een niet-ideaal gas ?

(26)

3.9. TOESTANDSDIAGRAMMEN

Het h,s-diagram:

Isenthalpen zijn horizontaal

Isentropen liggen verticaal

Ligging van isobaren: 𝑑𝐻 = 𝑇 ∙ 𝑑𝑆 + 𝑉 ∙ 𝑑𝑝

ℎ = ℎ0 + 𝑐𝑝 ∙ (𝑇 − 𝑇0

Isobaren, dp = 0

𝑇 = 𝑇0 ∙ exp 𝑠 − 𝑠0

𝑐𝑝 Reeds afgeleid

ℎ = ℎ0 − 𝑐𝑝 ∙ 𝑇0 + 𝐶𝑝 ∙ 𝑇0 ∙ exp 𝑠 − 𝑠0 𝑐𝑝

(27)

3.9. TOESTANDSDIAGRAMMEN

Het h,s-diagram:

Isenthalpen zijn horizontaal

Isentropen liggen verticaal

Ligging van isothermen:

𝜗𝐻 𝜗𝑆 𝑇

=

𝜗𝐻 𝜗𝑝 𝑇 𝜗𝑆 𝜗𝑝 𝑇

= 𝜗ℎ 𝜗𝑠 𝑇

= 0

𝑑𝑆 = 𝑑𝑄

𝑇 = 𝑑𝑊

𝑇 = 𝑝 ∙ 𝑑𝑉

𝑇 = − 𝑛 ∙ 𝑅 ∙ 𝑑𝑝 𝑝

𝜗𝑆 𝜗𝑝 𝑇

= −𝑛 ∙ 𝑅 𝑝 𝜗𝐻

𝜗𝑝 𝑇

= 0 Bij ideaal gas zijn U en H enkel afhankelijk van T

Isothermen liggen dus horizontaal !

(28)

3.9. TOESTANDSDIAGRAMMEN

Het h,s-diagram van water:

Condensatielijn Gas

Isothermen

Verzadigde damp, 100°C, 1 bar

(29)

3.9. TOESTANDSDIAGRAMMEN

Het log p,h-diagram:

Drukt de druk uit (in logarithme) in functie van specifiek enthalpie (bemerk in grafiek symbool i ipv h)

Isenthalpen = verticaal, isobaren = horizontaal

i log p

s = cte

k Tk

v = cte T < Tk

(30)

3.9. TOESTANDSDIAGRAMMEN

Het log p,h-diagram:

Voorbeeld reëel gas,

(31)

3.10. DERDE HOOFDWET

Entropie = maat voor wanorde in het systeem

Entropie stijgt bij vast → vloeibaar → gas

Derde hoofdwet: bij een temperatuur van 0 K wordt de entropie constant (bij referentie 0 J/K)

Bij ieder andere temperatuur: entropie is positief

(32)

3.10. DERDE HOOFDWET

Bemerk dat bij 0 K, U en H niet gelijk zijn aan nul !

(waterstofgas bij 0 K, een vaste stof, heeft nog steeds chemisch energie in zich, bijvoorbeeld)

Wel wordt de standaard vormingsenthalpie gedefinieerd

= De enthalpieverandering bij de vorming van een bepaalde stof bij 25°C en 1 atm uitgaande van de samenstellende elementen in stabiele vorm

Stabiele vorm = gassen (H

2

, O

2

, N

2

), vaste stoffen (C)

Symbool ∆𝐻

𝑓°

(33)

3.10. DERDE HOOFDWET

De standaard vormingsenthalpie, voorbeelden:

Waterstofgas ∆𝐻

𝑓°

= 0 kJ/mol

Water (vloeibaar),

H

2(g)

+ ½ O

2(g)

→ H

2

O

(l)

∆𝐻

𝑓°

= −286 kJ/mol

Water (gasvormig)

∆𝐻

𝑓°

= −242 kJ/mol

Het verschil is de latente warmte (verdampingswarmte) = -242 + 286 = 44 kJ/mol (ofwel 2,44 MJ/kg), ofwel

→ H ∆𝐻 = 44 kJ/mol

>0, endotherm !

(34)

THERMODYNAMISCHE PROCESSEN – AJ ’19-’20

H7: TOEGEPASTE THERMODYNAMISCHE PROCESSEN MET FASEOVERGANG – DEEL 1

Prof. dr. ir. Frederik Ronsse

(35)

7.1. INLEIDING

Alle cycli in H4 werken uitsluitend met uitwisseling van voelbare warmte

Specifieke latente warmte (vloeibaar <> gas) kan vrij groot zijn in vgl. met voelbare warmte (bijv. water)

Men kan zeer performante cycli ontwikkelen op basis van latente warmte-uitwisseling in combinatie met voelbare warmte

Vbn.

Rankinecyclus (op basis van water/stoom) Klassieke thermische centrales

Kerncentrales

Koelcyclus of dampcompressiecyclus (op basis van organische verbinding)

Koelmachines Air conditioning Warmtepompen

(36)

7.2. DE KOELINSTALLATIE

Onderdelen

verdamper: onttrekken van (latente) warmte uit de koelkamer, koelmiddel van vloeistof- naar de dampfase

compressor: dampvormig koelmiddel wordt samengedrukt tot oververhitte damp

condensor: oververhit dampvormig koelmiddel condenseert, met afgifte latente condensatiewarmte

expansieturbine of expansieventiel: drukverlaging in vloeibaar koelmiddel (onderkoeld koelmiddel)

condensor

compressor turbine

d c

q2

wt

hoge druk

lage druk

aandrijfas

(37)

7.2. DE KOELINSTALLATIE

Onderdelen

In den beginne… (Perkins 1834 patent)

Hand cranked compressor

Condensor

Evaporator

Expansion valve

condensor verdamper

Hand aangedreven compressor

Expansieventiel

(38)

7.2. DE KOELINSTALLATIE

Onderdelen

Expansieventiel + voeler

Verdamper

Compressor en condenser geïntegreerd in één unit.

(39)

7.3. DE OMGEKEERDE CARNOT KRINGLOOP

Koelmachine = omgekeerde Carnotkringloop met een koelmiddel (NH3, R12, R22, …) als werkfluïdum

1ste stap: de verdamper (traject ab)

Onttrekt warmte aan de koelkamer (q1 = qab). De koelkamer staat op Tk

Omkeerbaar, isobaar en isotherm proces

Hoeveelheid verdampt: (xb - xa) kg per kg koelmiddel

Geen uitwisseling van arbeid (wab = 0)

De opgenomen warmte → enthalpietoename van het koelmiddel,

Opgenomen warmte = oppervlak onder ‘ab’ in het T,s-diagram,

T

s

d

c

a b

TO

TK

q1 q2

p1 = 10 bar

p2 = 3 bar

T T0

TK

s

D

A B

C

qAB

𝑞𝑎𝑏 = 𝑖𝑏 − 𝑖𝑎

𝑞𝑎𝑏 = 𝑇𝐾 ∙ (𝑠𝑏 − 𝑠𝑎

(40)

7.3. DE OMGEKEERDE CARNOT KRINGLOOP

2de stap: de compressor (traject bc)

Bemerk in ‘b’: niet alle koelmiddel is verdampt (b niet op de kooklijn)

De compressor drukt het gasrijke mengsel samen (zonder wrijving, reversibel)

Isentropisch en adiabatisch proces: sterke temperatuurstijging

Geen warmteuitwisseling, wel levering van arbeid op het systeem (compressie-arbeid) met enthalpie-toename tot gevolg (bemerk

teken):

T

s

d

c

a b

TO

TK

q1

q2

p1 = 10 bar

p2 = 3 bar

0 = 𝑤𝑡,𝑏𝑐 + 𝑖𝑐 − 𝑖𝑏 𝑜𝑓 𝑤𝑡,𝑏𝑐 = 𝑖𝑏 − 𝑖𝑐

(41)

7.3. DE OMGEKEERDE CARNOT KRINGLOOP

3de stap: de condensor (traject cd)

Staat de condensatiewarmte (q2=qcd) af aan de buitenomgeving (staat op TO)

Omkeerbaar, isotherm en isobaar proces

Geen uitwisseling van arbeid (wcd = 0)

Hoeveelheid gecondenseerd koelmiddel: (xc-xd) kg per kg koelmiddel

De enthalpie-afname van het koelmiddel → vrijgestelde condensatiewarmte, of (is negatief, afgifte):

Afgestane warmte = oppervlak onder ‘cd’ in het T,s-diagram,

T

s

d

c

a b

TO

TK

q1

q2

p1 = 10 bar

p2 = 3 bar

T T0

TK

s

D

A B

C

qCD

𝑞𝑐𝑑 = 𝑖𝑑 − 𝑖𝑐

𝑞𝑐𝑑 = 𝑇𝑂 ∙ (𝑠𝑑 − 𝑠𝑐

(42)

7.3. DE OMGEKEERDE CARNOT KRINGLOOP

4de stap: de expansieturbine (traject da)

De turbine expandeert het vloeistofvormige koelmiddel tot lagere druk

Isentropisch en adiabatisch proces: sterke temperatuursdaling (geen wrijving verondersteld, reversibel)

Geen warmteuitwisseling, wel levering van arbeid naar de omgeving (expansie-arbeid) met enthalpie-afname van het koelmiddel tot gevolg:

De arbeid: positief teken (systeem → omgeving)

T

s

d

c

a b

TO

TK

q1 q2

p1 = 10 bar

p2 = 3 bar

0 = 𝑤𝑡,𝑑𝑎 + 𝑖𝑎 − 𝑖𝑑 𝑜𝑓 𝑤𝑡,𝑑𝑎 = 𝑖𝑑 − 𝑖𝑎

(43)

7.3. DE OMGEKEERDE CARNOT KRINGLOOP

T

s

d

c

a b

TO

TK

q1

q2

p1 = 10 bar

p2 = 3 bar

Gehele cyclus:

Globale energiebalans,

Bemerk: qab < -qcd zodat de technische arbeid, wt < 0 (netto arbeid van omgeving naar systeem) ofwel wt,bc > -wt,da (meer netto arbeid opgenomen door compressor dan die netto

geleverd door turbine), cfr. 2de hoofdwet.

𝑞𝑎𝑑 + 𝑞𝑐𝑑 = 𝑖𝑏 − 𝑖𝑎 + 𝑖𝑑 − 𝑖𝑐 = 𝑤𝑡,𝑑𝑎 + 𝑤𝑡,𝑑𝑎 = 𝑤𝑡

(44)

7.4. EFFICIENTIE VAN DE OMGEKEERDE CARNOT KRINGLOOP

Efficiëntie van een omgekeerde Carnotcyclus:

Bij een gewone cyclus: efficiëntie = arbeid geleverd (wt) tov. warmte opgenomen (q1)

Bij een omgekeerde cyclus: efficiëntie (ook wel koudefactor genoemd) = warmte onttrokken aan de koelkamer (of te koelen reservoir) tov. de netto opgenomen arbeid (wt),

Ofwel, rekening houdende met q1/TK = -q2/TO (cfr. Carnotcyclus):

Andere benaming voor efficiëntie: coefficient of performance (COP) of winstfactor

𝜀𝑐 = 𝑜𝑛𝑡𝑡𝑟𝑜𝑘𝑘𝑒𝑛 𝑤𝑎𝑟𝑚𝑡𝑒

𝑛𝑒𝑡𝑡𝑜 𝑡𝑜𝑒𝑔𝑒𝑣𝑜𝑒𝑔𝑑𝑒 𝑤𝑎𝑚𝑡𝑒 = 𝑞1

𝑤𝑡 = 𝑞1

𝑞2 − 𝑞1 = 𝑖𝑏 − 𝑖𝑎

𝑖𝑑 − 𝑖𝑐 − 𝑖𝑏 − 𝑖𝑎

𝜀𝑐 = 𝐶𝑂𝑃 𝑐 = 𝑇𝐾

𝑇0 − 𝑇𝐾 Altijd in K rekenen !

(45)

7.5. DE WERKELIJKE KOELKRINGLOOP

De werkelijke koelkringloop wijkt af van de ideale, omdat:

1. xb niet gelijk aan 1 (ideaal geval): geeft vloeistofslag → het

koelmiddel volledig laten verdampen (xb = 1): punt b verschuift naar de condensatielijn !

2. Compressie kan nooit volledig reversibel geschieden (punt c):

wrijvingsverliezen! Gevolg: temperatuur na compressie neemt toe (punt c’)

Isentropisch rendement compressor:

In de condensor: eerst voelbare warmte onttrekken (c c”), dan pas latente warmte (c” d)

T

s

d c’’

a

T2

T1

b c’

c

TK

TO

𝜂𝑐𝑜𝑚𝑝𝑟𝑒𝑠𝑠𝑖𝑒 = 𝑖𝑐 − 𝑖𝑏 𝑖𝑐 − 𝑖𝑏

(46)

7.5. DE WERKELIJKE KOELKRINGLOOP

De werkelijke koelkringloop wijkt af van de ideale, omdat:

T

s

d c’’

a

T2

T1

b c’

c

TK

TO

3. Expansie-arbeid wordt niet benut: te kostelijk.

Een expansieventiel of smoorklep in de praktijk

Smoren is echter niet-omkeerbaar (wrijving treedt op).

Het traject da is voor te stellen als een isenthalpe

4. De verdamper staat op lagere temperatuur dan TK, de

condensor op een hogere temperatuur dan TO. Anders: slecht warmtetransport

Gevolg: daling efficiëntie

(47)

De efficiëntie in de gebruikelijke koelkringloop:

Definitie van COP:

Netto toegevoegde arbeid = arbeid geleverd door compressor, expansie (smoorklep) levert geen arbeid terug, aldus:

Deze efficiëntie ligt lager dan de theoretische efficiëntie (van een ideale cyclus). Aldus wordt rendement gedefinieerd als:

Ideale cyclus heeft dus rendement = 1, in werkelijkheid altijd lager !

7.5. DE WERKELIJKE KOELKRINGLOOP

𝜀 = 𝐶𝑂𝑃 = 𝑜𝑛𝑡𝑡𝑟𝑜𝑘𝑘𝑒𝑛 𝑤𝑎𝑟𝑚𝑡𝑒

𝑛𝑒𝑡𝑡𝑜 𝑡𝑜𝑒𝑔𝑒𝑣𝑜𝑒𝑔𝑑𝑒 𝑎𝑟𝑏𝑒𝑖𝑑 = 𝑞1 𝑤𝑡

𝜀 = 𝐶𝑂𝑃 = 𝑞1

𝑤𝑡 = 𝑖𝑏 − 𝑖𝑎 𝑖𝑏 − 𝑖𝑐

𝜂 = 𝑒𝑓𝑓𝑖𝑐𝑖ë𝑛𝑡𝑖𝑒 𝑤𝑒𝑟𝑘𝑒𝑙𝑖𝑗𝑘𝑒 𝑘𝑜𝑒𝑙𝑘𝑟𝑖𝑛𝑔𝑙𝑜𝑜𝑝

𝑒𝑓𝑓𝑖𝑐𝑖ë𝑛𝑡𝑖𝑒 𝑔𝑒𝑏𝑟𝑢𝑖𝑘𝑒𝑙𝑖𝑗𝑘𝑒 𝑘𝑜𝑒𝑙𝑘𝑟𝑖𝑛𝑔𝑙𝑜𝑜𝑝 = 𝐶𝑂𝑃

𝐶𝑂𝑃 𝑐 = 𝜀 𝜀𝑐

(48)

Rekenvoorbeeld:

Een cyclus werkt met koelmiddel R-12

Temperatuur verdamper = -35°C

Temperatuur condensor = 25°C

Omgeving op 15°C, koelkamer op -30°C

Isentropisch rendement compressor 73 %

Bereken

De cyclus, met eigenschappen in ieder punt (T, h, s, p)

De behaalde efficiëntie en rendement

7.5. DE WERKELIJKE KOELKRINGLOOP

40°C

2°C

(49)

Rekenvoorbeeld:

7.5. DE WERKELIJKE KOELKRINGLOOP

B A

C

D

(50)

Rekenvoorbeeld:

We nemen T,s –diagram van R-12

We beginnen bij punt B

Gegeven: TB = -35°C

En B ligt op de condensatielijn

We kunnen aflezen dat:

via de isenthalpen, hB = 172 kJ/kg

via de Y-as, sB = 0,73 kJ/kg‧K

pB = 0,7 bar

7.5. DE WERKELIJKE KOELKRINGLOOP

Tk T0

(51)

Rekenvoorbeeld:

We tekenen nu het punt C’ zijnde het punt na ideale (isentropische) compressie

We tekenen de isobare, die

samenvalt met de isotherme van 25°C (TC”=TD) in het menggebied

Het punt C’ ligt op deze isobare en sC’ = sB

De druk van de isobare bedraagt (aflezen), pC’ = 6,5 bar

7.5. DE WERKELIJKE KOELKRINGLOOP

Tk T0

B C”

C’

(52)

Rekenvoorbeeld:

We tekenen nu het punt C’ zijnde het punt na ideale (isentropische) compressie

De druk van de isobare bedraagt (aflezen), pC’ = 6,5 bar

Uiteraard is sC’ = sB = 0,73 kJ/kg‧K

Enthalpie af te lezen via de isenthalpen, hC’ = 209 kJ/kg

Het groene traject stelt de ideale compressie voor !

7.5. DE WERKELIJKE KOELKRINGLOOP

Tk T0

C”

C’

(53)

Rekenvoorbeeld:

We tekenen nu het punt C zijnde het punt na niet-ideale (niet-

isentropische) compressie

pC = pC’ = 6,5 bar

We gebruiken het isentropisch rendement van de compressor (gegeven) om de onbekende

enthalpie in het punt C te berekenen

7.5. DE WERKELIJKE KOELKRINGLOOP

Tk T0

B C”

C’

i

i i

i i

C

B C

B C

compressor

172 209

172 172 73 209

. 0

73 .

0 '

=

=

=

(54)

Rekenvoorbeeld:

We tekenen nu het punt C zijnde het punt na niet-ideale (niet-isentropische) compressie

pC = pC’ = 6,5 bar

hC = 223 kJ/kg

sC = 0,76 kJ/kg‧K (aflezen op de X-as)

TC = 60°C (aflezen op de Y-as)

Het werkelijk te doorlopen traject is aldus B→C (compressie) en C→C”

(afgifte van de voelbare warmte na

7.5. DE WERKELIJKE KOELKRINGLOOP

Tk T0

C”

C’

C

(55)

Rekenvoorbeeld:

We tekenen nu het punt D zijnde het punt na condensatie (op de kooklijn)

pD = pC = 6,5 bar

hD = 60 kJ/kg (aflezen via isenthalpe)

sD = 0,23 kJ/kg‧K (aflezen op de X-as)

TD = 25°C (gegeven)

7.5. DE WERKELIJKE KOELKRINGLOOP

Tk T0

B C”

C’

C

D

(56)

Rekenvoorbeeld:

We tekenen nu het punt A zijnde het punt na expansie

pA = pB = 0,7 bar

hA = hD = 60 kJ/kg (expansie is isenthalpisch !)

sA = 0,26 kJ/kg‧K (aflezen op de X-as)

TA = -35°C (gegeven)

7.5. DE WERKELIJKE KOELKRINGLOOP

Tk T0

C”

C’

C

D

(57)

Rekenvoorbeeld:

Efficiëntie van de werkelijke cyclus

Efficiëntie van de omgekeerde Carnotcyclus

Rendement

7.5. DE WERKELIJKE KOELKRINGLOOP

Tk T0

B C”

C’

C

A D

𝜀 = 𝑜𝑝𝑔𝑒𝑛𝑜𝑚𝑒𝑛 𝑤𝑎𝑟𝑚𝑡𝑒

𝑐𝑜𝑚𝑝𝑟𝑒𝑠𝑠𝑜𝑟𝑎𝑟𝑏𝑒𝑖𝑑 = 𝐵 − ℎ𝐴 𝐶 − ℎ𝐵

= 172 − 61

223 − 172 = 2,18

4 . 4 0

. 5

176 .

2 =

=

=

c

4 . ) 5

30 273

( ) 15 273

(

) 30 273

( =

+

=

=

K O

K

c T T

T

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

• Een fabrikant van motoren beweert dat zijn motor tijdens iedere cyclus 100 J warmte uit kokend water van 100°C neemt, voor 80 J arbeid levert, en 20 J warmte afstaat aan de

Deze bis-8-HQ'n kunnen daarna gebruikt worden als nieuwe organische liganden voor het synthetiseren van nieuwe MOFs met mogelijk interessante eigenschappen (door

Het wordt een zadelpunt genoemd, omdat er twee rechte banen doorgaan, en voor beginpunten op de ene rechte de oplossing naar het evenwichtspunt wordt ’aangetrokken’ en voor

maandag 24 augustus t/m vrijdag 28 september 2020 Vakantiecursus FYSICA:. maandag 31 augustus t/m woensdag 2 september 2020

De sterkte van het magnetisch veld in een bepaald punt wordt weergegeven door de magnetische inductie B, de wijze waarop het veld zich verspreid wordt weergegeven door

Voor mineralen die harder zijn dan het plaatje heeft deze test geen zin want deze zullen het plaatje alleen maar krassen (en dus geen streep achterlaten). Figuur

Daarnaast neigen lager en hoger opgeleiden alleen samen te leven, te trouwen en gezinnen te stichten met mensen van “hun” opleidingsniveau: de gemiddelde en gezamenlijke inkomens

• Rollende beweging is een combinatie van translatie (lineaire) beweging en rotatie beweging. – Het massamiddelpunt voert een