De krakende ketting
Naam: ……….
Klas: ………...
Schooljaar: 20…..… - 20……..
Techniek
INHOUDSTABEL
INHOUDSTABEL 2
MINDMAPS – HOOFDDOEL 3
MINDMAPS – ZIJSPRONGEN 4
LEERPLANDOELSTELLINGEN + VOETEN 5
LESVERLOOP / PLANNING 8
FASE 1: PROBLEEMSTELLING 9
FASE 2: ONTWERPEN 10
2.1. De geschiedenis van de fiets. 10
2.2. Zeg niet zomaar fiets! 11
2.3. Vele delen, één geheel. 13
2.4. Onderdelen onder de loep. 14
2.4.1. Stuurloos ... 14
2.4.2. Zet er de rem op! ... 16
2.4.3. Zit je goed? ... 16
2.4.4. Toeters en bellen! ... 18
2.4.5. Het loopt op wieltjes ... 19
2.4.6. Van kracht naar beweging. ... 22
2.5. Safety first! 28 2.5.1. Verkeersveiligheid ... 28
2.5.2. Eerste hulp bij ongevallen. ... 31
FASE 3: REALISATIE 34
3.1. Lekke fietsband herstellen 34
FASE 4: INGEBRUIKNAME 36
FASE 5: EVALUATIE 36
BEROEPEN & OPLEIDINGEN 37
ACTUA 38
BIJLAGEN 39
Reanimeren in 6 stappen 39
KAHOOT Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
BRONNEN 40
MINDMAPS – HOOFDDOEL
MINDMAPS – ZIJSPRONGEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN + VOETEN
Opbouw van de bundel Leerplandoelstelling:
LPD 5 in concrete voorbeelden de stappen van het cyclisch technisch proces aanduiden: probleemstelling, ontwerpen, maken, in gebruik nemen, evalueren.
Toelichting:
De bundel is opgebouwd a.d.h.v. de 5 stappen van het technisch proces om zo tot het onderhoud van een fiets te komen.
1. Probleemstelling Leerplandoelstelling:
LPD 11: vanuit een behoefte een technisch probleem definiëren na onderzoek van de relevante vereisten.
Toelichting:
De meeste leerlingen hebben een fiets nodig om naar school te komen, of zich te verplaatsen. Het is belangrijk dat deze onderhouden wordt, zodat deze hen niet in de steek laat.
2. Ontwerpen
2.1. De geschiedenis van de fiets Leerplandoelstelling:
LPD 3 in concrete voorbeelden aangeven dat het besturen en aanpassen van een technisch systeem leidt tot optimalisering, innovatie en/of nieuwe uitvindingen
LPD 25 in concrete voorbeelden aangeven dat technische systemen variëren in de tijd en ruimte Toelichting:
In de loop der tijd is de fiets van vorm en materiaal veranderd ifv de mens en gebruiksgemak 2.2. Zeg niet zomaar fiets!
Leerplandoelstelling:
LPD 3 in concrete voorbeelden aangeven dat het besturen en aanpassen van een technisch systeem leidt tot optimalisering, innovatie en/of nieuwe uitvindingen
LPD 7 in concrete voorbeelden van technische systemen uitleggen dat men voor de ontwikkeling en het gebruik keuzen maakt op basis van criteria.
Toelichting:
Voor iedere functie is er een aangepaste fiets ontwikkeld.
2.3. Vele delen, één geheel 2.4. Onderdelen onder de loep
2.4.1. Stuurloos 2.4.2. Zet er de rem op 2.4.3. Zit je goed?
2.4.4. Toeters en bellen!
Leerplandoelstelling:
LPD 1 verschillende onderdelen en deelsystemen in een technisch systeem onderzoeken: de functie en de relatie ertussen toelichten
LPD 2 bij werkende of falende technische systemen onderzoeken hoe verbeteringen mogelijk zijn.
LPD 6 In concrete voorbeelden uit techniek het nut aantonen van de gebruikte hulpmiddelen zoals
gereedschappen, machines, grondstoffen, materialen, energie, informatie, menselijke inzet, geldmiddelen, tijd.
LPD 13 een gegeven of eigen ontwerp planmatig uitvoeren met oog voor vereisten van kwaliteit, veiligheid, ergonomie en milieu.
Toelichting:
Welke onderdelen zitten er op een fiets, hoe werken ze, hoe stellen we ze af…Een fiets bestaat uit een samenstelling van verschillende onderdelen, gemaakt uit verschillende materialen.
2.4.5. Het loopt op wieltjes 2.4.5.1. Buitensporig 2.4.5.2. Pump up the volume 2.4.5.3. Bandenmaatjes 2.4.5.4. Oei een lek
Leerplandoelstelling:
LPD 6 In concrete voorbeelden uit techniek het nut aantonen van de gebruikte hulpmiddelen zoals
gereedschappen, machines, grondstoffen, materialen, energie, informatie, menselijke inzet, geldmiddelen, tijd.
LPD 13 een gegeven of eigen ontwerp planmatig uitvoeren met oog voor vereisten van kwaliteit, veiligheid, ergonomie en milieu.
Toelichting:
Men heeft gereedschap nodig om een lek in een band te herstellen, iedere band heeft een andere maat, structuren/volumes en daarbij zijn hulpmiddelen als een drukmeter, fietspomp, gereedschap… handig.
De leerlingen gaan a.d.h.v. een stappenplan een band herstellen.
2.4.6. Van kracht naar beweging
2.4.6.1. Overbrengingen: tandwiel, riem en ketting Leerplandoelstelling:
LPD 8 in concrete voorbeelden uit techniek illustreren dat energie een noodzakelijk hulpmiddel is en omgevormd kan worden
LPD 24 in concrete voorbeelden aangeven dat wetenschappen de keuzen binnen het technische proces beïnvloeden
Toelichting:
De leerlingen gaan aan de slag met Lego bouwdozen om de verschillende opstellingen en 2.5. Safety first
2.5.1. Verkeersveiligheid
2.5.1.1. Zien en gezien worden 2.5.1.2. Bescherm jezelf
2.5.1.3. Wees een heer in het verkeer Leerplandoelstelling:
LPD 3 in concrete voorbeelden aangeven dat het besturen en aanpassen van een technisch systeem leidt tot optimalisering, innovatie en/of nieuwe uitvindingen
Voeten:
Context 1: lichamelijke gezondheid en veiligheid 13 Passen het verkeersreglement toe Toelichting:
Men is nog steeds opzoek naar manieren om fietsen (in het verkeer) veiliger te maken, door beschermende kledij, betere verlichting of zichtbaarheid op de fiets, verkeersregels, …
2.5.2. Eerste hulp bij ongevallen Voeten:
Context 1: lichamelijke gezondheid en veiligheid 12 roepen hulp in en dienen eerste hulp en CPR toe;
Toelichting:
De leerlingen leren verschillende technieken om eerste hulp toe te passen: de 4 basisstappen van EHBO, bloedneus stelpen, Rautek, stabiele zijligging, wervelletsels/hoofd immobiliseren, reanimatie en wondverzorging.
3. Realisatie
3.1. Lekke fietsband herstellen Leerplandoelstelling:
LPD 13 een gegeven of eigen ontwerp planmatig uitvoeren met oog voor vereisten van kwaliteit, veiligheid, ergonomie en milieu.
LPD 16 de opeenvolgende stappen van het technisch proces doorlopen om een eenvoudig technisch systeem te realiseren.
Toelichting:
De leerlingen gaan a.d.h.v. het stappenplan een band herstellen.
4. Ingebruikname Leerplandoelstelling:
LPD 14 een technisch systeem in gebruik nemen.
LPD 19 technische systemen zorgzaam, doelgericht, veilig en ergonomische gebruiken Toelichting:
De leerlingen testen hun herstelde/onderhouden fietsen uit.
5. Evalueren Leerplandoelstelling:
LPD2: bij werkende of falende technische systemen onderzoeken hoe verbeteringen mogelijk zijn.
LPD3: in concrete voorbeelden aangeven dat het bestuderen en aanpassen van een technisch systeem leidt tot optimalisering, innovatie en/of nieuwe uitvindingen.
Toelichting:
Ze moeten een band herstellen, als het lek niet hersteld is, moeten ze opnieuw beginnen. Ze moeten een fiets afstellen op hun eigen lichaam tot het past…
Beroepen en opleidingen Leerplandoelstelling:
LPD 27 in concrete voorbeelden aangeven welke rol bepaalde technische beroepen vervullen de verschillende stappen van een technisch proces
Toelichting:
Bij de fiets kan je verschillende beroepen betrekken. In deze bundel zitten er veel verstopt. Het is aan de leerlingen om de linken te leggen. Ze kunnen gekoppeld worden aan: veiligheid, verzorging, herstel/bouw van fietsen…
Actua
Leerplandoelstelling:
LPD 22 in concrete voorbeelden aangeven wat de positieve en negatieve effecten van technische systemen zijn op het maatschappelijke leven en op de natuur.
LPD 23 voorbeelden geven van maatschappelijke keuzen die bepalend zijn voor de ontwikkeling en het gebruik van nieuwe technische systemen
LPD 29 de wederzijdse beïnvloeding van techniek en samenleving illustreren in verschillende toepassingsgebieden uit de wereld van techniek waaronder energie, informatie en communicatie, constructie, transport en biochemie.
Toelichting:
De leerlingen moeten opzoek gaan naar een krantenartikel ivm de fiets: ongevallen (preventie), nieuwigheden op gebied van verkeersveiligheid, het materiaal, de vorm, veiligheidssystemen, preventiecampagnes…
LESVERLOOP / PLANNING
Week Lesonderdeel Werkvorm Media
1 1. Probleemstelling 2. Ontwerpen
2.1. De geschiedenis van de fiets 2.2. Zeg niet zomaar fiets!
2.3. Vele delen, één geheel 2.4. Onderdelen onder de loep
2.4.1. Stuurloos 2.4.2. Zet er de rem op 2.4.3. Zit je goed?
2.4.4. Toeters en bellen*
OLG
Hoekenwerk Hoek 1 Hoek 2 Hoek 3 Hoek 4 Hoek 5 Hoek 6 Hoek 7
PC: PP + Filmpje Spel met kaartjes
Fiets + nummerkaartjes 1-20 Fiets om stuur te verzetten PC: internet
Fiets om zadel te verzetten + uploadzone “mijn zadel”
Fietsbellen + DB-meter/app (doe- opdracht = extra)
2
2.4.5. Het loopt op wieltjes 2.4.5.1. Buitensporig 2.4.5.2. Pump up the volume
a) Pompen en ventielen b) Bandenspanning 2.4.5.3. Bandenmaatjes 2.4.5.4. Oei een lek
1) Buitenband afhalen 2) Herstel binnenband
Hoekenwerk Hoek 1 Hoek 2 Hoek 3 Hoek 4 Hoek 5 Hoek 6
Buitenband (glad/ruw/oud…) Ventielen+ pompen+ mondstukken Band op statief+ pomp+ barmeter Verschillende doosjes bandenmaten Wiel met band + bandenlichters Herstelkit + banden + naald 3 2.4.6. Van kracht tot naar beweging
2.4.6.1. Aan de ketting (*) a) Tandwieloverbrenging b) Riemoverbrenging c) Kettingoverbrenging d) Proef
2.5. Safety first
2.5.1. Verkeersveiligheid 2.5.1.1. Zien en gezien worden 2.5.1.2. Bescherm jezelf
2.5.1.3. Wees een heer in het verkeer
OLG
Hoekenwerk Hoek 1 Hoek 2 Hoek 3 Hoek 4
Hoek 5 Huiswerk Hoek 6
Ketting onderhoudskit+ bescherming Lego bouwdoos met tandwielen Lego bouwdoos met riemen Fiets
Extra hoek
“verkleedkoffer”+ rolmeter+ zaklamp Uploadzone foto “veilig fietser”+ taak PC Kahoot
4 2.5.2. Eerste hulp bij ongevallen
• De 4 basisstappen van EHBO
• Bloedneus
• Rautek
• Stabiele zijligging
• Wervelletsels
• Reanimatie
• Wondverzorging
• Letsels, spieren en gewrichten 3. Realisatie
3.1. Lekke fietsband herstellen
6 groepen!
Hoek 1 Hoek 2 Hoek 3 Hoek 4 Hoek 5 Hoek 6 Hoek 7 Hoek 8 /
Tablet / GSM+app Tablet / GSM+app Tablet / GSM+app Tablet / GSM+app Tablet / GSM+app
Tablet + reanimatiepop Joost (AED?) Tablet + windels + EHBO-koffer Tablet + windels + EHBO-koffer Gedaan bij “oei een lek”
5 4. Testen 5. Evalueren
Beroepen en opleidingen*
Actua
Afwerken opdrachten Toets
Individueel Individueel Individueel Huiswerk Klassikaal Individueel
Evaluatiedocument PC?
PC
FASE 1: PROBLEEMSTELLING
Puber worden en naar de secundaire school gaan, heeft zo zijn gevolgen. Je krijgt van je ouders wat meer vrijheid met de daarbij horende verantwoordelijkheid.
Nu is er geen voor- of naschoolse opvang meer, dus moet jij zelf op school zien te geraken als je ouders werken zijn. Maar hoe komen jullie dan op school?
Transportmogelijkheden:
Te voet Met de bus Met de step Met de fiets
40% van de jongeren komen dagelijks met de fiets naar school. Dat heeft zijn voordelen, maar ook nadelen.
Kan jij er enkele opsommen?
Je beslist zelf wanneer je naar school rijdt Je kan met je vrienden meerijden
Je kan na school nog even langs de snoepwinkel Je werkt aan je conditie door te fietsen
Je bent milieubewust als je fietst (geen uitlaatgassen/milieuvervuiling)
Je moet moeite doen
Je kan een ongeluk krijgen onderweg
Je fiets kan stuk gaan/pech onderweg/platte banden Remmen die het niet doen
Als het regent word je nat
We hopen dat de voordelen je overtuigen en je eindelijk de moed gevonden hebt om je stalen ros van stal te halen. Maar dan tref je je stalen ros aan in erbarmelijke staat. Pure verwaarlozing.
Weet jij wat je moet doen om je fiets in topvorm te houden?
Hoe je een platte band moet herstellen of vervangen?
Of hoe je ervoor zorgt dat je fiets niet meer lawaai maakt dan je MP3-speler? Laten we dat even gaan onderzoeken en een fietsspecialist worden!
FASE 2: ONTWERPEN
2.1. De geschiedenis van de fiets.
Bekijk de PowerPoint over de geschiedenis van de fiets. Je vindt deze op smartschool in de map van het vak techniek.
Lees vervolgens onderstaande tekst over de geschiedenis van de fiets.
Markeer de belangrijkste stappen in de evolutie in de tekst.
Kan jij bij de afbeeldingen op de tijdlijn de juiste benaming zetten?
In 1760 vervaardigde Michaël Kessler enkele loopfietsen als voorlopers van de eerste echte tweewielers die in 1816 door Carl von Drais werden ontworpen.
De Schot Macmillan (1839) gebruikte als eerste een systeem om het rijwiel met trappers voort te bewegen. De door trappers aangedreven ‘vélocipède’ van de Fransman Michaux werd opgevolgd door de ‘hoge bi’
die tussen 1870 en 1890 heel wat succes kende.
Rond 1885 brak het tijdperk aan van de
fiets met ketting, maar pas met de uitvinding van de luchtband door Dunlop in 1888 werd fietsen echt aangenaam. In de beginjaren konden enkel rijke burgers zich een fiets kopen om uitstapjes mee te maken. Al snel organiseerde men wedstrijden in het
"rennen op wielen". Toen steeds meer mensen het gebruiksgemak van de fiets konden ondervinden, werd de fiets stilaan een gebruiksvoorwerp voor iedereen: politie, handelaars, werklui,... Tot de jaren 1960 was de fiets het vervoermiddel bij uitstek.
Nadien nam ‘koning auto’ en de bromfiets meer en meer deze rol over. Het rijwiel werd terug meer een recreatiemiddel.
1: Loopfiets
5: Fiets met ketting 6: Racefiets 7: Mountainbike
4: Hoge bi 3: Trappers
2: Rijwiel met trappers
2.2. Zeg niet zomaar fiets!
Er zijn de dag van vandaag verschillende fietsen op de markt. Het is een geliefd voertuig voor jong en oud.
Doe-opdracht: speel het memoriespel.
Combineer de foto met de naam van de fiets en het voornaamste gebruik ervan.
Noteer je resultaat bij de foto’s hieronder
1 = de naam van de fiets en 2 = het voornaamste gebruik.
Gebruik het internet als je hulp nodig hebt.
2: transport van goederen/
personen
2: 2de stap om te leren fietsen
2:hobby voor 2 personen
2: sport in bosrijke gebieden
2: transport van mensen 2: vervoermiddel om makkelijk mee te nemen
1: mountenbike
Wist je dat ook België heel wat geschiedenis heeft geschreven in verband met de ontwikkeling van de fiets?
Royal Nord uit Hasselt Ridley uit Tessenderlo Minerva uit Beringen Merckx uit Meise Norta uit Olen
Granville uit Kortenberg. Vroeger bekend als Ludo Oxford uit Sint-Niklaas.
2: hobby/sport op hindernissen
2: hobby circustechnieken
2: eerste leermiddel om te leren fietsen
2: Vervoermiddel om sneller en met minder moeite te fietsen
2: sport= wielerwedstrijden
2: ontspanning aan de kust 1: loopfiets
2.3.
Vele delen, één geheel.Doe-opdracht: delen van de fiets
In de klas vind je een fiets voorzien van 20 genummerde kaartjes.
Ga met behulp van de fiets en de afbeelding op zoek naar de naam van de 20 genummerde onderdelen.
Nr. Onderdeel Nr. Onderdeel
14
Achterlicht19
Rem16
Bagagedrager15
Rode reflector1
Bel6
Spaken5
Dynamo8
Spatbord7
Groot tandrad/tandwiel2
Stuur13
Klein tandrad/tandwiel11
Ventiel10
Ketting3
Voorlicht18
Kader4
Witte reflector12
Oranje reflector17
Zadel9
Pedaal20
Fietspomp20
2.4.
Onderdelen onder de loep.Zoals je in de vorige oefening gezien hebt, bestaat de fiets uit heel wat onderdelen. Het is natuurlijk belangrijk dat deze onderdelen allemaal in goede staat zijn. Bepaalde onderdelen moeten ook goed afgesteld zijn op je lichaam. Aangezien jullie nog steeds groeien, is het regelmatig nodig om bepaalde onderdelen juist af te stellen op je lichaamslengte.
Gaan we op onderzoek?
2.4.1. Stuurloos
Het stuur? Dat is gewoon onmisbaar! Niet alleen om onze fiets in de juiste banen te leiden, maar ook omdat onze remmen, versnellingen en bel hierop gemonteerd staan. Zonder stuur zouden we stuurloos fietsen. Dat zou het risico op een ongeval sterk vergroten, niet?
Speurwerk: welk stuur zit er op jouw fiets?
Er bestaan verschillende soorten sturen. Hieronder zie je de bekendste afgebeeld.
Welk stuur zit er op jouw fiets? Omcirkel hieronder het stuur dat er het meest op lijkt.
Zet de volgende fietsen bij het juiste afgebeelde stuur:
trekkingfiets, koersfiets, omafiets, damesfiets, mountainbike, hybridefiets, BMX
Omafiets Damesfiets
Hybridefiets
Koersfiets
Mountenbike Trekkingfiets BMX
Doe-opdracht: een fietsstuur rechtzetten.
Het zal je vast al wel eens overkomen zijn dat je gevallen bent met de fiets en je stuur daarna scheef staat. Aan de hand van de volgende stappen zou het je moeten lukken om een stuur terug recht te zetten.
Bij nieuwe fietsen is het namelijk heel gemakkelijk om het fietsstuur hoger te zetten met de hand, zodat er geen gereedschap meer nodig is.
Bij een oudere fiets zal je, afhankelijk van het type fiets, bepaald gereedschap nodig hebben. Meestal zal dit een steeksleutel of een inbussleutel zijn.
Je gaat als volgt te werk:
STAP 1: neem de juiste maat steeksleutel of inbussleutel.
STAP 2: draai de schroef bovenaan de stuurpen los STAP 3: ga voor de fiets staan met het voorwiel tussen je benen geklemd
STAP 4: beweeg het stuur naar links en rechts bewegen tot het precies recht staat
STAP 5: draai nu de bout weer vast
.
Controleer je eigen fiets: het fietsstuur.
✓ Zit jouw stuur wel stevig vast? Ja/nee o Neen? Maak het vast
o Een los stuur is gevaarlijk! Je wiel krijgt zo niet de beweging door die jij aan je stuur geeft. Zo gebeuren ongevallen. Een stuur kan loskomen na een valpartij
✓ Staat jouw stuur op de juiste hoogte? Ja/neen
o Nee? maak je stuur dan los en stel het hoger in
o Als je met je knieën tegen je stuur komt, is dit niet comfortabel of veilig om te fietsen. Je fiets kan ook te klein zijn! Dan moet je een grotere fiets kopen.
✓ Staat jouw stuur recht? Ja/nee
o Nee? maak het stuur los, zet het recht en maak het terug vast.
o Een scheefstaand stuur kan gevaarlijk zijn, omdat je je wiel dan niet in de juiste richting stuurt.
Dit gebeurd vaak als je met de fiets gevallen bent
✓ Zitten je handvaten stevig vast? Ja/nee
o Nee? lijm ze dan vast of vervang ze door nieuwe
o Loszittende handvaten kunnen gevaarlijk zijn, omdat je niet voldoende grip hebt op je stuur of ze van het stuur komen als je stuurt!
Staat het stuur weer recht? /5 Staat het stuur goed vast? /5
2.4.2. Zet er de rem op!
Een fiets heeft een rem of remmen. Dat is nodig, hoe zouden we anders kunnen stoppen? Maar zoals met alles, zijn er verschillende soorten remsystemen.
Laten we even op onderzoek gaan.
Speurwerk: welk soorten remsystemen bestaan er?
Zoek op internet:
de naam van 3 verschillende remsystemen
geef een voorbeeld op welke fiets je deze tegenkomt
Soort remsysteem
Terugtraprem V-brakes Velgrem
Voorbeeld fiets
Kleuterfiets Mountenbike Damesfiets
2.4.3. Zit je goed?
Zadels zijn er in heel veel verschillende kleuren en vormen. Ze kunnen ook uit allerhande verschillende materialen gemaakt zijn.
Welk zadel heb jij?
HUISTAAK: bestudeer je fietszadel.
✓ Zoek of maak een afbeelding van jouw fietszadel.
Plaats de foto in de uploadzone ‘foto fietszadel’.
✓ Onderzoek uit welk materiaal of welke materialen jouw fietszadel vervaardigd is.
Materiaal: …leder/kunststof, metaal/aluminium………
✓ Beschrijf ook kort hoe je aan deze info bent gekomen.
………internet/ mama/papa/fietsenmaker/boekje van mijn fiets….………..
………
✓ Zit jouw zadel goed? Ja/neen. Waarom wel/niet?
………
………
Beoordeling
/5
Doe-opdracht: een fietszadel op de juiste hoogte zetten.
Het instellen van de juiste zithoogte is een fundamenteel onderdeel van het fietsen. Wanneer je te laag op je fiets zit kun je tot wel 12 procent minder presteren, blijkt uit een studie. Toch is er geen eenduidige methode hoe je de zithoogte het beste kunt instellen.
Wij gaan vandaag de Hiel-methode toepassen: je plaatst je hak op het laagste pedaal, het bekken blijft horizontaal. De zadelhoogte is goed als je been volledig is gestrekt.
Maar eerst moet je je zadel kunnen losmaken natuurlijk!
STAP 1: maak de zadelstrop op de zadelpen los. Dit kan op 3 manieren:
✓ draai met een steeksleutel de bout los
✓ doe hetzelfde maar met een inbussleutel
✓ of eenvoudigweg met door de klem los te maken
STAP 2: draai naar links of recht met het zadel terwijl je het naar beneden duwt of naar boven trekt
STAP 3: ga achter de fiets staan en kijk of het zadel recht staat ten opzichte van de kader
STAP 4: maak de zadelpen terug vast
Controleer je eigen fiets: het fietszadel.
✓ Zit jouw zadel vast? Ja/neen
o Als je zadel los zit, zit je niet stabiel op je fiets en kan je uit balans geraken.
o Maak deze dan vast door de bout onderaan het zadel vast te draaien met moersleutels.
✓ Kan jij met je voeten aan de grond als je op het zadel zit? Ja/neen
o Als je niet met je voeten aan de grond kunt, dan loop je het risico dat je valt als je plots moet remmen.
o Maak de zadelpen los en zet het zadel op de juiste hoogte voor je deze opnieuw vast maakt door de bout en moer aan te draaien met de moersleutels!
Staat het zadel weer recht? /5 Staat het zadel goed vast? /5
2.4.4. Toeters en bellen!
Onze fietsbel moet ervoor zorgen dat wij andere weggebruikers kunnen alarmeren als wij aankomen of als zij in de weg staan. De bel is dus niet zomaar een mooi snufje op onze fiets.
Omschrijf waarom deze 4 criteria zo belangrijk zijn voor een fietsbel?
✓ Volume: de fietsbel moet luid genoeg zijn
✓ Klank: het geluid moet helder en duidelijk zijn
✓ Bereikbaarheid: gemakkelijk met mijn duim aan kunnen als ik mijn stuur vast heb.
✓ Gebruik: ik moet de bel makkelijk kunnen bedienen
Doe-opdracht: de decibeltest!
Hoe luid is jouw fietsbel? Vanop welke afstand kunnen mensen je fietsbel goed horen?
1. Neem de verschillende fietsbellen en de decibelmeter of de app op je gsm.
2. Test de fietsbellen uit op de verschillende afstanden. Probeer ervoor te zorgen dat er zo weinig mogelijk omgevingslawaai is.
3. Vul de tabel aan, bv. 62dB (dB=decibel (geluidssterkte) 4. Markeer de luidste fietsbel met groen en de stilste met rood.
Afstand: 5 cm 15 cm 1 m 2 m 10 m 20 m 100 m
Fietsbel 1 Fietsbel 2 Fietsbel 3
Controleer je eigen fiets: de fietsbel.
✓ Waar staat de bel op jouw fiets?
o Maak een foto en plaats deze in de uploadzone “de fietsbel”
✓ Werkt jouw bel?
o Als ze niet werkt, kan je niet bellen. Kan jij zien wat er mis is?
✓ Controleer als je makkelijk aan je bel kan. Ja/neen
o Als je er niet aan kan, kan je niet snel bellen. Maak de bel vast.
✓ Staat de bel vast op je stuur? Ja/neen
o Als je bel los staat, maak ze vast voor je ze verliest.
✓ Kan je je bel makkelijk bedienen?
Er is niets zo lastig als een bel die niet makkelijk te hanteren is. Wat zou het probleem zijn? En kunnen we het oplossen?
……….…
2.4.5. Het loopt op wieltjes
Een fiets heeft (meestal) 2 wielen. Maar niet alle wielen zien er hetzelfde uit. Ze verschillen in maten en vormen. Ze zijn ook niet allemaal van hetzelfde materiaal gemaakt. Ze verschillend dus op vele vlakken.
Maar waarom? Dat gaan we uitzoeken.
2.4.5.1. Buitensporig
Een fiets heeft 2 banden: één vooraan en één achteraan. Maar ook 2 soorten: een binnen- en buitenband. Er zijn verschillende soorten banden. Voor iedere fiets een gepaste band, maar ook voor ieder weer, ondergrond… denk maar aan de wielersport. In de interviews met de renners hoor je ze vaak de schuld van hun verlies op het type of merk van band steken. Normaal veranderen wij onze banden niet als het weer verandert. Maar wanneer vervangen we
onze banden dan best wel? ……… .
Welk profiel hebben ze nodig? Plaats een kruisje bij de juiste buitenband.
Stelling / fiets Ruw
profiel
Glad profiel Sven Nijs won veel veldritten met zijn coursefiets. X
Met mijn mountenbike kan ik op elke ondergrond fietsen X
Tom Boonen rijdt met zijn coursefiets in de ronde van Frankrijk en toptijd. X
Met de BMX gewaagde tricks uitvoeren is cool. X
Mia achterop de damesfiets van oma. X
Controleer je eigen fiets: de buitenbanden.
✓ Heeft de band nog profiel? Ja/nee
o Neen: is het mogelijk dat de band een glad profiel heeft? Anders is deze afgesleten en moet die vervangen worden
✓ Vertoont de band scheurtjes? Ja/nee
o Ja: dan is de band versleten en moet deze vervangen worden voor je een klapband krijgt.
2.4.5.2. Pump up the volume!
Binnenbanden zorgen dat de lucht in je band blijft. De lucht zorgt voor het opvangen van de schokken in het wegdek en de vermindering van contact met het wegdek. Minder contact, zorgt voor minder weerstand.
Hoe minder de weerstand, hoe sneller je kan fietsen. Het is dus belangrijk dat je fietsband de juiste bandenspanning heeft.
Met profiel: het oppervlak is ruw
Zonder profiel: het oppervlak is glad
Binnenbanden bestaan doorgaans uit rubber. Natuurlijk rubber of synthetisch rubber (elastisch kunststof). Sommige binnenbanden bestaan uit latex. De binnenband moet elastisch zijn zodat het de schokken kan opvangen en de lucht beter kan verdelen in de band.
a) Ventielen en pompen
Hoe krijgen we lucht in die binnenband? Daarvoor hebben we natuurlijk een fietspomp nodig.
Maar opgelet! Er zijn verschillende ventielen. Niet elke fietspomp past op elk ventiel. Het is dus belangrijk dat we weten welk ventiel we hebben om een gepaste fietspomp te gebruiken!
Wie het ventieltje past!
Bekijk de fietsbanden.
Zoek 2 verschillende ventielen.
Pas en probeer vervolgens welk ventielmondstuk je moet gebruiken.
Omcirkel het ventiel en mondstuk die bij elkaar horen in dezelfde kleur.
Frans ventiel Auto-ventiel Ventielmondstukken
Kies de juiste fietspomp.
Schrijf de juiste naam bij elke fietspomp. Gebruik het internet indien nodig.
Kleur de fietspompen groen die je onderweg kan gebruiken.
Kleur de fietspompen geel die je enkel thuis kan gebruiken.
Voetpomp Handpomp Elektrische compressor
b) Bandendruk
Vul de tekst aan met de woorden uit de kader.
De bandendruk is de hoeveelheid lucht je in je banden pompt. Deze luchtdruk wordt uitgedrukt in bar. Een voortdurend te lage bandenspanning verkort vaak de levensduur van een band aanzienlijk.
Scheurtjes in de zijwand van de band zijn hiervan het gevolg. Ook de slijtage is onnodig hoog. De bandendruk is afhankelijk van de bandbreedte en het gewicht van de fietser.
Doe-opdracht: bandendruk
Niet elke buitenband kan dezelfde druk verdragen. Om precies te weten hoeveel druk je op je banden mag zetten, ga je moeten kijken op de banden.
o Kijk op de rand van de band.
o Hoeveel bar of PSI moet er in de testband? Tussen ……… en ………
2.4.5.3. Bandenmaatjes
Op de buitenband van je fiets staan cijfers. Deze staan voor de maat van je fiets. Deze maten kan je ook terugvinden op de verpakking van de nieuwe binnenband. Het is belangrijk dat je nieuwe binnenband in je buitenband past, anders zit deze dubbel geplooid gekneld tussen je velg en buitenband en kan de lucht niet goed verdelen.
Er zijn 3 maatsystemen
1. De Duitse maten worden uitgedrukt in inches met twee getallen. Het eerste is dan de buitendiameter en het tweede de hoogte en breedte.
2. In het Franse systeem staat de maat uitgedrukt in millimeter. Het eerste getal staat voor de buitendiameter van de band (afgerond) en het 2de voor de breedte van de band.
3. ETRTO-norm is het Europese maatsysteem uitgedrukt in millimeter, waar het eerste getal staat voor de breedte van de opgepompte band en het 2de voor de velgdiameter.
Doe-opdracht: welke maat past?
Gebruik de verschillende doosjes met binnenbanden.
Onderzoek de verpakkingen en schrijf de juiste doosnummer van de band bij de fiets.
20x1.75 ETRTO 47-406 26x1.75 ETRTO 44-559 700x25 ETRTO 25-622 26x2.10 ETRTO 54-559
Doosje nr. … Doosje nr. … Doosje nr. … Doosje nr. …
Fietser – levensduur - gewicht – verkort – bandbreedte - bar – scheurtjes – luchtdruk - lucht
Controleer je eigen fiets: de bandendruk en -maat.
Hoeveel bar of PSI mag er in jouw banden?
Vooraan: ………….………….. Achteraan: ………….…………..
Noteer de volledige cijfercombinatie: …individueel antwoord……
In welke maataanduiding staat het op jouw band? …. 1 / 2 / 3 Mijn band heeft een diameter van ……… cm en is ………... mm breed.
2.4.5.4. Oei een lek!
Doe-opdrachten: band repareren
Stel dat de lucht niet in onze band wil blijven. Dan is er een probleem. Hoe lossen we dit op? Oppompen werkt niet, of toch niet lang.
Wat is het probleem?
… In een scherp voorwerp gereden en nu is er een lek/gat in de band.
Hoe lossen we dit probleem op?
… Door het lek/gat te herstellen.
Ok, nu gaan we aan de slag! Gebruik hiervoor de werkfiche achteraan de bundel.
2.4.6. Van kracht naar beweging.
Om ons het fietsen makkelijker te maken, zijn onze fietsen tegenwoordig uitgerust met versnellingen.
Deze zorgen ervoor dat je gemakkelijker bergop en sneller bergaf of vlak kan rijden.
Het eerste doel van fietsen blijft natuurlijk dat je je kan verplaatsen. Dit kan doordat je met je benen een kracht uitoefent. Wij brengen onze kracht en draaiende beweging via
de trappers/pedalen over op de achterste tandwielen. We spreken hier dan ook over een overbrenging. In een overbrenging wordt een beweging van een drijvend wiel (drijver) overgebracht naar een volgend wiel (volger).
De drijver is het wiel dat rechtstreeks verbonden is met de krachtbron en brengt een ander wiel in beweging.
De volger is het wiel dat in beweging wordt gebracht door middel van de overbrenging en is verbonden
met het werkende of uitvoerende deel van een
voorwerp.
Beoordeling
/5
Noteer in de juiste kader bij de afbeelding: DRIJVER / VOLGER
Omdat de overbrenging van de fiets gebeurt met kettingwielen en een ketting gaan we dit een
kettingoverbrenging noemen. Naast de kettingoverbrenging die op de fiets zit, zijn er nog enkele andere soorten overbrengingen. We leggen ze hieronder kort uit.
2.4.6.1. Overbrengingen
Overbrengingen worden gebruikt om kracht te vergroten of verkleinen en iets in beweging te zetten.
In de oefeningen laten we jullie proefondervindelijk kennis maken met de verschillende soorten.
Tandwieloverbrenging
Tandwielen, de naam zegt het zelf, zijn schijven met tanden aan de buitenrand. En de reden waarom ze zo populair zijn, is duidelijk: je kunt er heel grote krachten mee overbrengen.
Als je het ene tandwiel in beweging zet, begint ook het andere te draaien.
Draait het andere tandwiel in dezelfde zin als die waar jij aan draait? Nee
Wat is de krachtbron bij deze boormachine?
…Elektriciteit….
Drijver Volger
Tandwielen komen veelvuldig en in alle maten voor. Ze moeten nauwkeurig gemaakt en geplaatst worden.
Doe-opdracht: tandwieloverbrengingen met lego
Bouw de afgebeelde tandwieloverbrengingen na met een bouwdoos en onderzoek de drijver en de volger op de volgende eigenschappen:
draaizin draaien drijven en volger in dezelfde of in tegengestelde richting toerental aantal keer de volger draait t.o.v. de drijver
snelheid van de drijver t.o.v. de volger kracht van de
tandwielen
kracht die uitgeoefend wordt op de drijver en geleverd wordt door de volger
Bouw eerst de basisopstelling met de lego voor ieder onderzoek zoals de volgende opstelling:
Bouw de afgebeelde opstelling na en omcirkel de oplossingen.
Draaizin D gelijk aan V / D tegengesteld aan V Aantal toeren D < V / D = V / D > V Snelheid D < V / D = V / D > V Kracht D < V / D = V / D > V RESULTAAT vertraging / gelijke snelheid / versnelling
Draaizin D gelijk aan V / D tegengesteld aan V Aantal toeren D < V / D = V / D > V Snelheid D < V / D = V / D > V Kracht D < V / D = V / D > V RESULTAAT vertraging / gelijke snelheid / versnelling Draaizin D gelijk aan V / D tegengesteld aan V Aantal toeren D < V / D = V / D > V Snelheid D < V / D = V / D > V Kracht D < V / D = V / D > V RESULTAAT vertraging / gelijke snelheid / versnelling
Riemoverbrenging
Achter in de wasmachine zitten een kleine en een grote riemschijf die met elkaar verbonden worden door een riem. De kleine schijf is
verbonden met de motor, de grote schijf met de wastrommel. De riem brengt de draaiende
beweging van de ene schijf over op de andere en dus gaat ook de wastrommel draaien.
o Draait het ander riemschijf in dezelfde zin als die waar de motor aan draait? Ja / Nee o Duid de riemoverbrenging aan op de
afbeelding van de wasmachine.
Maar een riem heeft geen perfecte grip op de riemschijf en kan doorslippen. Er gaat dan snelheid of kracht verloren.
Als je dit slippen wilt vermijden, kun je kiezen voor overbrenging met tandwielen. Maar vaak is de afstand echter te groot om dit te doen met enkel tandwielen. Dan plaatst met zoals bij de fiets een ketting tussen de tandwielen.
o Bestudeer aandachtig de foto en de bijpassende tekst.
Noteer daarna de letter D bij de drijvende riemschijf en de letter V bij de volgende riemschijf.
D V
Doe-opdracht: riemoverbrengingen met lego
Volg dezelfde werkwijze als bij de tandwieloverbrenging
Draaizin D gelijk aan V / D tegengesteld aan V Aantal toeren D < V / D = V / D > V Snelheid D < V / D = V / D > V Kracht D < V / D = V / D > V RESULTAAT vertraging / gelijke snelheid / versnelling
Draaizin D gelijk aan V / D tegengesteld aan V Aantal toeren D < V / D = V / D > V Snelheid D < V / D = V / D > V Kracht D < V / D = V / D > V RESULTAAT vertraging / gelijke snelheid / versnelling Draaizin D gelijk aan V / D tegengesteld aan V Aantal toeren D < V / D = V / D > V Snelheid D < V / D = V / D > V Kracht D < V / D = V / D > V RESULTAAT vertraging / gelijke snelheid / versnelling Draaizin D gelijk aan V / D tegengesteld aan V Aantal toeren D < V / D = V / D > V Snelheid D < V / D = V / D > V Kracht D < V / D = V / D > V RESULTAAT vertraging / gelijke snelheid / versnelling
Doe-opdracht: kettingoverbrengingen van de fiets
Als je een versnellingsapparaat op dat achterwiel hebt, kun je kiezen uit tandwielen van verschillende grootte. Je zal misschien al gemerkt hebben dat als je snel wilt fietsen dat je achteraan een ………. tandwiel moet kiezen. Als je moet klimmen schakel je beter over op een ………. tandwiel zodat het achterwiel langzamer, maar met meer kracht draait.
Na het onderzoekwerk met de lego is het tijd voor het echte werk! Ga op onderzoek naar de werking van de versnellingen van een fiets.
Draaizin D gelijk aan V / D tegengesteld aan V Aantal toeren D < V / D = V / D > V Snelheid D < V / D = V / D > V Kracht D < V / D = V / D > V RESULTAAT vertraging / gelijke snelheid / versnelling
Draaizin D gelijk aan V / D tegengesteld aan V Aantal toeren D < V / D = V / D > V Snelheid D < V / D = V / D > V Kracht D < V / D = V / D > V RESULTAAT vertraging / gelijke snelheid / versnelling
Bekijk de afbeelding en beantwoord de vraagjes
Duid met pijlen de draairichting van alle riemschijven aan. Die van A is aangegeven!!
Draait riemschijf B in dezelfde zin als riemschijf A?
JA / NEE
A
B
2.5. Safety first!
2.5.1. Verkeersveiligheid
2.5.1.1. Zien en gezien worden.
Om de kans op een ongeval te verkleinen, zorg je ervoor dat je gezien wordt wanneer je op straat komt. Zichtbaarheid telt!
Welke hulpmiddelen kan je gebruiken om jezelf zichtbaar te maken op de fiets?
Fietslicht (voor en achter) Fluorescerende kledij
Reflectoren Reflecterende kledij
Doe-opdracht: verkleed je zichtbaar
1. één leerling gaat op het einde van de gang staan
2. de anderen gaan eerst op 5m dan op 10m en tenslotte op 20m van je af staan 3. maak de gang zo donker mogelijk
4. op iedere afstand bekijken ze je zichtbaarheid met behulp van een zaklamp 5. daarna verkleed de leerling op het einde van de gang zich zo zichtbaar mogelijk 6. herhaal nu de opdracht
Zet een kruisje in de tabel wanneer je goed zichtbaar bent.
De onderstaande afbeelding geeft je onderzoek ook weer. Bovendien duidt hij op het belang van zichtbaarheid in het verkeer.
Gewone kledij Zichtbaar verkleed
5m X X
10m X X
20m 0 X
Einde van de gang 0 X
2.5.1.2. Bescherm jezelf!
Je kan jezelf gepast beschermen op je fiets in het verkeer?
Doe-opdracht: bescherm jezelf Maak een foto van jezelf op je veiligste
Plaats de foto in de uploadzone “veilige fietser” op Smartschool!
Som op wat jij draagt als bescherming op de fiets:
▪ Fietshelm
▪ Fluohesje
▪ Lichtjes, …
Veilig zoekertje
Zoek een foto van iemand die fietst als sport in een tijdschrift, krant, internet, … Knip de foto uit en plak hem in de kader.
Beantwoord volgende vragen:
▪ Welke sport beoefend de fietser op je foto?
• Mountainbiken, veldrijden, BMX-en, crossen, wegrijden/course…
▪ Welke bescherming zie je dat hij/zij draagt?
• Helm
• Kniebeschermers (BMX), borstbeschermer (BMX), elleboogbeschermers (BMX)
• … Foto van de sporter
Beoordeling
/10
2.5.1.3. Wees een heer in het verkeer.
Elke weggebruiker moet zich aan de verkeersregels houden. Als we allemaal onze eigen goesting zouden doen, zou het maar een gevaarlijke bedoening worden. De
regels zijn er dus voor Bord onze eigen veiligheid. Maar om ze te respecteren, moeten we ze wel kennen, natuurlijk.
Hoe goed ken jij de verkeersborden? Test het in de quiz!
Ken je verkeersregels. Doe de quiz!
Uitleg Soort bord
Verboden toegang voor bestuurders van rijwielen
Verbodsbord
Einde verplicht fietspad Aanwijzingsbord
Opgelet oversteekplaats voor fietsers
Gevaarsbord Verplicht fietspad Aanwijzingsbord
Fietsstraat: motor- voertuigen mogen fietsers
niet inhalen.
Aanwijzingsbord
Sorteerstrook voor fietsers
Aanwijzingsbord Oversteekplaats Aanwijzingsbord
Verboden links af te slaan Verbodsbord
Verboden toegang uitgezonderd bestuurders
van rijwielen
Verbodsbord
Woonerf: voetgangers mogen de volledige breedte van de weg
gebruiken
Aanwijzingsbord
2.5.2. Eerste hulp bij ongevallen.
De kans dat je ooit in een ongeval betrokken raakt en eerste hulp moet
verlenen, is reëel. Dit kan gaan van het verzorgen van een schaafwonde tot het bijstaan van slachtoffers in een verkeersongeval. We willen je aan de hand van een hoekenwerk met filmpjes en opdrachten zo goed mogelijk voorbereiden op
enkele ongeval waar je mee te maken kan hebben in het verkeer of onderweg. Zo leer je de juiste attitude of mentaliteit aan om correct en veilig te reageren in deze situatie.
Opdracht 1: de 4 basisstappen van EHBO
a) Waarvoor staat EHBO? … Eerste Hulp Bij Ongevallen
b) Welk nummer bel je voor hulp bij ongevallen? … 112 (algemeen noodnummer medische hulp en brandweer)
c) Wat zeg je tegen de hulpdiensten?
1. … Wie er betrokken is: jezelf, volwassene, kind, aantal slachtoffers…
2. … Wat er gebeurd is: de situatie, kwetsuren …
3. …Waar het gebeurd is: adres, herkenningspunten, contactpersoon…
d) We lezen vaak “SO” in instructiefiches omtrent EHBO. Wie bedoelt men met
“SO”? … Het slachtoffer
Stap 1 Stap 2 Stap 3 Stap 4
zorg voor veiligheid beoordeel de toestand van het slachtoffer
alarmeer de hulpdiensten
verleen verdere eerste hulp
Opdracht 2: bloedneus
a) Waarom houden we ons hoofd niet naar achteren bij een bloedneus?
… Anders loopt het bloed naar onze keel b) Waar moet je druk zetten?
… net onder je neusbeentje
c) Wat kan je doen als het bloeden niet stopt?
… stelpingswatten/112/dokter AFSPRAKEN VOOR HET HOEKENWERK
Verdeel de klas in 6 groepjes.
Voor elke opdracht krijgt je groep maximum 10’.
Gebruik de tablet of je GSM om de QR-codes in te scannen.
Bekijk steeds grondig de instructiefilmpjes die bij elke opdracht horen.
Beantwoord de vraagjes die bij elke techniek horen.
Iedereen moet de EHBO-technieken gedaan hebben = goed organiseren binnen je groep!
Opdracht 3: Rautek
a) Wanneer passen we de Rautek-techniek toe?
… Om een bewusteloos slachtoffer te verplaatsen/evacueren.
b) Moet je een SO altijd verplaatsen?
… neen, enkel als het moet, voor veiligheid SO
c) Ken je nog een manier om een SO weg te brengen? Probeer deze ook uit met je groep!
Stap 1 Stap 2 Stap 3 Stap 4 Stap 5 Stap 6
Controleer bewustzijn SO
Schouders SO optillen
Achter SO gaan zitten, knieën in rug
Arm van SO nemen
Rechtstaan en SO mee sleuren
SO op veilige plaats neerleggen
Opdracht 4: stabiele zijligging
a) Wanneer gaan we een slachtoffer in een stabiele zijligging leggen?
… Wanneer het SO buiten bewustzijn is, maar nog ademt b) Wanneer doen we dit zeker niet? … Wanneer het SO niet ademt
c) Wat met brildragers? … je moet eerst de bril uitdoen en veilig opbergen bij het SO
Stap 1 Stap 2 Stap 3 Stap 4
Arm naast het hoofd in hoek van 90°
Andere hand tegen tegenovergestelde
wang
Knie in 90° en naar je toe trekken
Luchtweg vrijmaken, kin omhoog tillen
Opdracht 5: wervelletsels
a) Waarom moeten we het hoofd immobiliseren?
… om ergere verwondingen te voorkomen
b) Op welke 2 manieren kan je een hoofd immobiliseren?
… met de handen of met de knieën
c) Wat doe je als het SO een helm draagt? Aan laten of uitdoen?
Opdracht 6: reanimatie
a) Wanneer moet je reanimeren? … als het SO niet meer ademt b) Hoeveel keren moet je pompen? …tot de hulpdiensten er zijn c) Hoe vaak moet je beademen? … 2x, maar is niet verplicht
d) Waarvoor staat de afkorting AED? … Automatische Externe Defibrillator e) Reanimeer je een kind/baby op dezelfde manier als een volwassene? Ja/nee
Stap 1 Stap 2 Stap 3 Stap 4
Controleer bewustzijn Controleer ademhaling Bel 112 Start hartmassage/
pompen
Stap 5: 2x beademen ≠ verplicht Stap 6: AED aansluiten en instructies volgen Opdracht 7: wondverzorging
a) Welke verschillende soorten wonden zijn er?
… snijwonde, schaafwonde, bijtwonde, steekwonde, scheurwonde b) Wat doe je bij elke wonde best als eerste doen?
… uitspoelen met water om het vuil te verwijderen
Spiraalverband Scharnierverband Kruisverband Kruisverband
Opdracht 8: letsels, spieren en gewrichten
a) Hoe kunnen we een gekwetste arm het beste ondersteunen?
… het SO moet het zelf ondersteunen b) Wanneer bel je zeker de hulpdiensten?
… bij letsels aan benen, heupen en rug
c) Kan je het verschil tussen een kneuzing en breuk makkelijk zien?
… meestal niet, enkel bij een open breuk of als het bot in een rare positie staat
Een draagdoek kan helpen om een arm te ondersteunen: https://www.youtube.com/watch?v=ez6YZySV32g NIET MEER
VERPLICHT!
ENKEL ALS ER EEN AED-TOESTEL IS
FASE 3: REALISATIE
3.1. Lekke fietsband herstellen
Je komt ieder dag met de fiets naar school. Maar op een ochtend heb je een lekke band…
STAP 1
: Materiaal klaarleggen BandenlichtersSchuurpapier Plakkers Lijm
STAP 2
: fiets op zijn kop zettenZet de fiets op zijn kop, op zadel en stuur. Zo kan je beter werken aan de banden.
STAP 3
: Buitenband verwijderen van velg.Gebruik hiervoor de bandenlichters.
Steek ze tussen de band en de velg.
Plooi ze om.
Plaats de 2de bandelichter een paar cm verder en doe hetzelfde Zorg dat je de binnenband niet beschadigd/plet
STAP 5
: losmaken van binnenband van velg Verwijder het ventielmoertje.Haal het ventiel uit de velg.
Let op dat je het moertje niet verliest!
STAP 6
: haal de binnenband uit de buitenbandHaal voorzichtig de binnenband van tussen de velg en buitenband Let erop dat de band volledig luchtledig is en dat dat je de band niet scheurt
STAP 7
: Gaatje zoekenPomp lucht in de binnenband Het gat zoeken kan op 2 manieren:
a) Houd de band onder water in een bakje.
b) Ga met de lekzoeker over de ganse band.
Waar beweging is, is het gat.
Droog de band af als je water gebruikte.
Markeer het gat met een balpen.
OF
STAP 8
: schurenSchuur de plek rond het lek tot het helemaal mat is geworden.
Nu is het oppervlak ruwer en zal de lijm beter hechten.
STAP 9
: lijmenSmeer het lek en de band errond in met de speciale lijm om banden te plakken.
Zorg dat je genoeg lijm smeert en iets groter dan de pleister die erop moet.
Laat minstens 5 minuten drogen (zie verpakking)
STAP 10:
plakker plakken
Verwijder de zilverfolie van de pleister.
Plak de pleister op het lek.
Druk de pleister stevig aan.
Verwijder de doorschijnende folie.
Pomp de band nog eens op om te controleren of het lek nu dicht is.
Laat de band weer een beetje af als alles ok is of begin opnieuw vanaf stap 7.
STAP 11
: Controle buitenbandControleer de buitenkant door erover te wrijven en na te kijken op scherpe voorwerpen.
Wrijf met je hand over de binnenzijde van de band om te controleren of er geen scherpe voorwerpen in zitten die nieuwe lekken kunnen
veroorzaken.
STAP 12
: Binnenband terug in buitenband stekenSteek het ventiel door het voorziene gat en maak het vast.
Duw de volledige binnenband in de buitenkant.
Let op dat de band niet vouwt of verdraait of dat hij tussen de buitenband en velg kan knellen.
STAP 13
: Buitenband terug op de velg leggen en band oppompen Duw de buitenband terug op zijn plaats.Gebruik voor het laatste stukje de bandenlichter om de band in de velg te wippen.
Pomp de band volledig op. Normale band
= 2.7 bar, controleer dit altijd op de band!
FASE 4: INGEBRUIKNAME
De doe-opdrachten: stuur rechtzetten, zadel op hoogte zetten en lekke band herstellen.
Ik voer de deelopdrachten uit om de fiets te herstellen:
Ik test uit of ik het zadel afgesteld heb op mijn maat.
Ik test uit of ik het stuur vast en recht gezet heb.
Ik test uit of ik de lekke fietsband hersteld heb.
FASE 5: EVALUATIE
PROJECTEVALUATIE:
Wat jij vindt van dit project is ook belangrijk. Vul daarom onderstaande vraagjes ook in!
Ben je tevreden over je bekomen resultaat?
………..
………..
Wat vond je het leukste aan dit project?
……….
……….
Wat zou je volgende keer zeker anders doen?
……….
……….
Wat vond je het moeilijkste aan dit project?
………
………
ZELFEVALUATIE:
0 1 3 4 Lkr
Orde en netheid Ik ruimde niets op Ik ruimde soms op Ik ruim enkel mijn dingen op
Ik ruim de klas mee op
/4
Veiligheid Ik kan niet veilig werken
Ik werk niet altijd veilig
Ik doe mijn best om veilig te werken, maar het ging al eens mis
Ik werk heel veilig en volg de voorschriften correct op.
/4
PROCES EVALUATIE:
0 1 3 4 Lkr
Band plakken Ik plakte geen band Ik deed maar iets met de lijm en plakkers
Ik deed mijn best om de band te plakken, maar het lukte niet zo goed
Ik volg elke stap op en herstelde de band
/4
Werken met gereedschap
Ik kan niet werken met het gereedschap en vraag ook niets.
Ik kan niet werken met gereedschap zoals het moet, ik vraag altijd om hulp.
Ik probeer met het gereedschap te werken zoals het moet, ik vraag soms hulp.
Ik kan zelfstandig werken met alle het gereedschap op een correcte manier.
/4
EHBO Ik deed niet mee met de EHBO-opdrachten
Ik deed enkel de EHBO-opdrachten die ik leuk vond
Ik deed de meeste EHBO-opdrachten
Ik deed alle EHBO- opdrachten
/4
BEROEPEN & OPLEIDINGEN
In deze bundel zijn verschillende vaardigheden aan bod gekomen. Deze kunnen we ook allemaal koppelen aan beroepen. Kan jij er enkele vinden? Doorblader de bundel en zoek bij elk thema of onderdeel een beroep.
Verkeersagent (verkeersregels)
EHBO-medewerker/eerstehulpverlener Rode-Kruismedewerker (EHBO)
Verpleegkundige/spoedarts (iemand die EHBO kan) Vrachtwagenchauffeur/buschauffeur (dodehoek) Fietsenmaker (fietsonderdelen/fietsonderhouden) Technieker (overbrengingen)
Fietsverkoper (verschillende fietsen/onderdelen) Fabrikant (fietsen en onderdelen)
Professionele wielrenner (verschillende fietsen)
Welk beroep(-en) zou jij willen doen later dat met de fiets of deze bundel te maken heeft?
Mening van de leerling………
……….
……….
……….
……….
Kan jij iets meer vertellen over dit beroep? Of waarom jij dit interessant vindt?
Mening van de leerling………
……….
……….
……….
……….
Beoordeling
/10
ACTUALITEIT
In de media verschijnen regelmatig nieuwsberichten over ongevallen in het verkeer, al dan niet met fietsers en het ene ongeval is al ernstiger dan het andere, het ene al persoonlijker dan het andere. Maar ook over nieuws die ons als fietser aanbelangt. Over de nieuwste snufjes, veranderde wetten of regels, nieuwe uitvindingen…
Opdracht: laat de mediawijze speurder in je los!
Zoek een afbeelding van een nieuwtje Beschrijf kort waar het over gaat.
Geef je eigen mening hierover.
Beschrijf van het nieuwtje:
…Eigen inbreng leerling……….
……….
……….
……….
……….
……….
……….
……….
……….
……….
……….
……….
Beoordeling
/10
Artikel of foto waar je iets over schrijft
BIJLAGEN
Reanimeren in 6 stappen
BRONNEN
De krakende ketting:
Auteurs: Putseys K.(PXM) en techniekteam SCF, Heusden.
Afbeeldingen: zelf gemaakt of van internet geplukt (Google of vermelde sites) Vlaamse stichting verkeerskunde
Fietsverlichting: http://nieuws.verkeeropschool.be/sites/default/files/2de- 3de%20gr.%20Fietsverlichting.pdf
Dodehoek: http://nieuws.verkeeropschool.be/sites/default/files/Kennistest%20-
%20antwoordenblad.pdf Variatie aan opdrachten
www.klascement.be www.kahoot.be Fietsonderdelen info
http://nederlandersfietsen.nl/fiets-onderdelen/stuur/
http://nederlandersfietsen.nl/fiets-onderdelen/fietsketting/
Zadel instellen
https://www.fiets.nl/2013/01/06/vind-de-juiste-zadelhoogte/
http://auto-en-vervoer.infonu.nl/fietsen/35321-tips-om-fietsstuur-en-zadel-op-juiste-hoogte-te- zetten.html
Banden info
https://www.schwalbe.com/nl/groessenbezeichnung.html http://www.qteam.be/nl/banden/wetgeving
https://www.fiets.be/blog/fietsbanden/
Fietsband herstellen stappenplan https://fietsbandplakken.com/
Remmen
http://www.fietsersbond.nl/de-fiets/testkees/kooptips/welke-remmen#.WHaRH-DhDIU Fietsen en GSM-en
http://www.fietsongeval.be/Wetgeving-en-veiligheid/fietser-rijgedrag/verkeersveilige-tips/fietsen- telefoneren
EHBO
http://www.rodekruis.be/doe-mee/onderwijs/middelbaar-onderwijs/
http://www.gezondheid.be/index.cfm?fuseaction=art&art_id=6074
http://www.umcutrecht.nl/nl/Ziekenhuis/Ervaringen-van-patienten/Hoegaathet/Hoegaathet- december-2015/Reanimeren-in-6-stappen
http://www.rodekruis.be/wat-kan-jij-doen/volg-een-opleiding/hulptips/a-z/#breuken Filmpjes EHBO-technieken achter de QR-codes
Stabiele zijligiging: https://www.youtube.com/watch?v=W07R3Vd1q2I Rautek: https://www.youtube.com/watch?v=6g27JCPCP4A
Bloedneus:
https://www.youtube.com/watch?v=HClvPIDI4og&list=PLF7BF5A51D1AB420B&index=17 Letsels spieren en gewrichten: https://www.youtube.com/watch?v=OJwMtXS4b7A Wondverzorging:
https://www.youtube.com/watch?v=pe5NKss7De4&list=PLF7BF5A51D1AB420B&index=16 Reanimatie: https://www.youtube.com/watch?v=Y4CbUM_kcfw
Hoofd immobiliseren: https://www.leraar24.nl/ehbo-op-school-wervelletsel/
Insectenbeet: https://www.youtube.com/watch?v=E8a6UMYEcyc Armletsel: https://www.youtube.com/watch?v=OJwMtXS4b7A