• No results found

GEBRUIKSAANWIJZING VRAGEN? OPGELET. Modelnr. PETL Serienr. Schrijf het serienummer hierboven voor verdere raadpleging. Sticker met serienummer

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "GEBRUIKSAANWIJZING VRAGEN? OPGELET. Modelnr. PETL Serienr. Schrijf het serienummer hierboven voor verdere raadpleging. Sticker met serienummer"

Copied!
36
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Sticker met serienummer Modelnr. PETL40907.0 Serienr.

OPGELET

Lees alle instructies en voor- zorgsmaatregelen in deze hand- leiding door voordat u dit appa- raat gaat gebruiken. Bewaar deze handleiding voor verdere raadpleging.

VRAGEN?

Als fabrikant zijn wij gesteld op uw volledige tevredenheid.

Mocht u nog vragen hebben, mochten sommige onderdelen ontbreken of beschadigd zijn neem dan contact op met de win- kel waar u dit produkt hebt ge- kocht.

Onze website:

www.iconsupport.eu

Schrijf het serienummer hierboven voor verdere raadpleging.

GEBRUIKSAANWIJZING

(2)

INHOUD

De stickers met waarschuwing hier getoond zijn op de aangegeven plaatsen geplakt. Bel, wanneer een sticker ontbreekt of niet lees- baar is, het nummer op de kaft van deze handleiding en vraag voor een vervangsti- cker. Plak de sticker op de aangegeven plaats. Opmerking: De stickers worden niet op ware groote weergegeven.

DE STICKERS MET WAARSCHUWING

PROFORM is een merk van ICON IP, Inc.

DE STICKERS MET WAARSCHUWING . . . .2

BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN . . . .3

VOORDAT U BEGINT . . . .5

MONTAGE . . . .6

GEBRUIK EN BIJSTELLEN . . . .12

DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN . . . .23

PROBLEMEN OPLOSSEN . . . .25

RICHTLIJNEN VOOR HET DEFENEN . . . .28

LIJST MET ONDERDELEN . . . .30

GEDETAILLEERDE TEKENING . . . .32 HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN . . . .Laatste Pagina RECYCLING INFORMATIE . . . . .Laatste Pagina

(3)

1. Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of enig ander oefenprogramma begint. Dit is bij- zonder belangrijk voor mensen ouder dan 35 of mensen met gezondheidsproblemen.

2. Het is de verantwoordelijkheid van de eige- naar zich te ervan te overtuigen dat alle ge- bruikers van de loopband voldoende op de hoogte zijn van de voorzorgsmaatregelen en waarschuwingen.

3. Gebruik de loopband alleen zoals beschreven is.

4. Plaats de loopband op een vlakke onder- grond met minstens 2,4 m ruimte rondom, ruimte achter de loopband en 0,6 m ruimte aan iedere kant van de loopband. Zorg ervoor dat de loopband geen luchtopeningen, luch- troosters blokkeert. Leg een kleed onder de loopband om de vloer te beschermen.

5. Gebruik de loopband uitsluitend binnenshuis en uit de buurt van vocht en stof. Plaats de loopband niet in een garage, op een overdekt terras of bij water.

6. Gebruik de loopband niet waar spuitbussen gebruikt worden of waar zuurstof wordt toe- gevoegd.

7. Houdt te allen tijde kinderen jonger dan 12 en huisdieren bij de loopband vandaan.

8. De loopband kan alleen door mensen die min- der dan 130 kg wegen worden gebruikt.

9. Laat nooit meer dan een persoon op de loop- band.

10. Draag geschikte kleding wanneer u de loop- band gebruikt. Draag geen losse kleding die in de loopband verstrikt kan raken. Sportkle- ding voor mannen en vrouwen aanbevolen.

Gebruik de loopband nooit op blote voeten, op sokken of op sandalen. Draag altijd sport- schoenen.

11. Steek de stekker alleen in een geaard stop- contact (zie pagina 12). Geen elk ander appa- raat moet zich op dezelfde groep bevinden.

12. Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, ge- bruik dan een verlengsnoer van 1,5 meter of korter.

13. Houdt de stekker bij hete oppervlaktes van- daan.

14. Loop nooit op de loopband wanneer de elec- triciteit uitgeschakeld is. Gebruik de loop- band niet wanneer het electrische snoer of stekker beschadigd is. Gebruik de loopband niet als hij niet goed werkt. (Zie PROBLEMEN OPLOSSEN op pagina 25 als de loopband niet goed werkt.)

15. Lees de noodstopprocedure grondig door en test de procedure voordat u de loopband ge- bruikt (raadpleeg HOE DE STROOM IN TE SHAKELEN op pagina 14).

16. Start de loopband nooit wanneer u op de band staat. Houdt u altijd vast aan de hand- leuningen wanneer u de loopband gebruikt.

17. De loopband kan een hoge snelheid bereiken.

Stel de snelheid geleidelijk bij om schok- kende versnellingen te voorkomen.

18. De pols-sensor is geen medisch instrument.

Verschillende factoren zoals beweging van de gebruiker kunnen de nauwkeurigheid van de metingen beïnvloeden. De pols-sensor is al- leen als hulpmiddel bedoeld voor algemene hartslag meting.

19. Laat de loopband nooit zonder toezicht rond- draaien. Verwijder altijd de sleutel, trek de stekker uit het stopcontact, en zet de

Reset/off Stroomonderbreker in de Reset-po- sitie wanneer u de loopband niet gebruikt.

(Zie de tekening op pagina 5 om de Reset/off Stroomonderbreker.)

WAARSCHUWING:

Lees alle belangrijke voorzorgsmaatregelen en instructies in deze handleiding en alle waarschuwingen op uw loopband voordat u deze gebruikt om het risico van ernstig letsel te verminderen. ICON is niet verantwoordelijk voor persoonlijk letsel of schade door het gebruik van dit produkt.

BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN

(4)

20. Voltooi eerst de montage van de loopband voordat u hem uitklapt, inklapt of verplaatst.

(Zie MONTAGE op pagina 6 en DE LOOP- BAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN op pa- gina 23). U moet zeker 20 kg kunnen tillen om de loopband te kunnen uitklappen, inklappen of verplaatsen.

21. Zorg ervoor dat de sluitknop volledig geslo- ten is voordat u de loopband inklapt of ver- plaatst.

22. Steek geen enkel onderwerp in welke opening dan ook van de loopband.

23. Controleer regelmatig of alle onderdelen nog goed vast zitten en verstevig ze indien nodig.

24.

GEVAAR:

Trek de stekker altijd direct na gebruik van de loopband uit het stopcontact.

Eveneens de stekker uit het stopcontact trekken vóór het schoonmaken van de loopband, voor het plegen van onderhoud en voor het bijrege- len zoals beschreven is in deze handleiding.

Verwijder nooit de motorkap tenzij een techni- cus dat aangeeft. Ander onderhoud dan dat- gene wat vermeld staat in deze handleiding moet door een technicus uitgevoerd worden.

25. Deze loopband is alleen voor huiselijk ge- bruik bedoeld. Gebruik de loopband niet com- mercieel of voor verhuur.

BEWAAR DEZE INSTRUCTIES

(5)

Gefeliciteerd met uw keuze voor de revolutionaire PROFORM®PF 4.0 loopband. De PF 4.0 heeft een uit- gebreid scala aan functies waarmee u uw training ple- zieriger en effectiever kunt maken. En wanneer u de loopband niet gebruikt, kunt u de PF 4.0 loopband in- klappen zodat hij minder ruimte in beslag neemt dan andere loopbanden.

Lees, voor uw welzijn, deze handleiding zorgvuldig door voordat u de loopband begint te gebruiken.

Raadpleeg de kaft van deze handleiding mocht u nog vragen hebben nadat u de handleiding hebt doorgele- zen. Voordat u met ons contact opneemt, schrijf het productnummer en serienummer even op. De plaats waar u beide stickers kunt vinden wordt op de kaft van de handleiding aangegeven.

Voordat u verder leest, bekijk eerst aandachtig de te- kening hieronder en de verschillende onderdelen.

VOORDAT U BEGINT

Handleuning

Staander Pols-sensor

Sleutel/Klip

Reset/off Stroomonderbreker

Loopband

Platformkussen Voetkussentje

Bijstelbouten voor de Achterroller

Bedieningspaneel Accessoire Houder

(6)

MONTAGE

De montage van deze loopband moet door twee mensen gebeuren. Plaats de loopband op een open plek en verwijder de verpakking. Gooi de verpakking pas weg wanneer u de loopband volledig gemonteerd heeft. Opgelet:

De onderkant van de loopband is met een hoogwaardig smeer behandeld. Het kan zijn dat tijdens het vervoer wat van het middel op de bovenkant van de loopband terecht is gekomen of zich in de verpakking bevindt. Dit is normaal en tast de prestatie van de loopband niet aan. Mocht er wat van het middel op de bovenkant van de loopband bevin- den, veeg dit dan met een zachte lap gewoon weg.

Tijdens de montage zult u de meegeleverde inbussleutels , uw eigen kruiskopschroeven- draaier , en engelse sleutels nodig hebben , rubber hamer , en scharen .

Bekijk de tekeningen hieronder om u te helpen met het zoeken naar onderdelen. Het nummer tussen haakjes onder iedere tekening is het nummer van het onderdeel van de LIJST MET ONDERDELEN aan het eind van deze handlei- ding. Het getal na de haakjes geeft het aantal onderdeeltjes aan wat nodig is voor de montage. Opmerking:

Sommige kleine onderdelen kunnen al gemonteerd zijn. Wanneer een onderdeel zich niet in de zak met on- derdelen bevindt, kijk dan om te zien of het al gemonteerd is.

#8 x 1/2" Schroef (1)–2

3/8" Moer (8)–3

#8 x 1" Schroef van de Voetkussentje (2)–4

Tussenstuk voor kussen van de Basis (13)–2 3/8" Sterring

(9)–8

#10 x 3/4"

Schroef (5)–2

#8 x 3/4" Schroef (12)–4

#10 Sterring (10)–2

#8 x 3/4"

Handleuning/Sensor Schroef (15)–2

3/8" x 1 1/4" Bout (7)–4 3/8" x 2" Bout (4)–3

Bout tussenstuk (80)–4

#8 x 1/2" Tussenring Kopschroef (112)–4

3/8" x 4" Bout (6)–4

U

1. Zorg ervoor dat het snoer uit het stopcontact getrokken is.

Verwijder de 3/8" Moer (8), de 3/8" x 2" Bout (4) en de vervoersbeveiliging (A) van de Basis (83).

Herhaal deze stap aan de andere zijde van de loopband. Gooi de vervoersbeveiligingen weg.

83 4

A

8 1

(7)

4. Zoek de Rechter Staander (78) en het Rechter Staander Tussenstuk (79) die zijn gemarkeerd met stickers. Steek de Draad van de Staander (38) door het Rechter Staander Tussenstuk zoals getoond in het voorbeeld.

Zie de ingevoegde tekening. Bind het lange bandje in de Rechter Staander (78) strak om het einde van de Draad van de Staander (38). Houd met de hulp van een tweede persoon, de Rechter Staander vlakbij de Basis (83). Trek dan het an- dere eind van het lange bandje tot de Draad van de Staander geheel door de Rechter Staander geleid is.

83 38

Lange Opbinddraad

78

79 38

4 3. Verbind een Wiel (84) met een 3/8" x 2" Bout (4)

en een 3/8" Moer (8) die u in stap 1 verwijderd hebt. Draai de Moer niet te vast. De Wieltjes moet vrij kunnen draaien.

83 4

8 3

84

Lange Opbinddraad

78 38

2. Zet met de hulp van een tweede persoon, de loopband zorgvuldig op zijn linkerkant. Vouw het Onderstel (56) gedeeltelijk in, zodat de loopband stabieler is; vouw het Onderstel nog niet hele- maal.

Knip de bandjes die de Draad van de Staander (38) met de Basis (83) verbinden. Gebruik het bandje in het aangegeven gat in de basis om de draad van de staander uit het gat te trekken.

Verbind een Kussen van de Basis (81) met de Basis (83) op de aangegeven plaats met een Tussenstuk voor een Kussen van de Basis (13) en een #8 x 1" Tekschroef (2). Verbind dan een ander Kussen van de Basis (81) met slechts een

#8 x 1" Tekschroef (2).

83

2

56

81 2

81 2

38 Opbinddraad

Gat

13

(8)

7. Plaats het Linker staander Tussenstuk (76) op de Basis (83). Houd met de hulp van een tweede persoon, een Bout Tussenstuk (80) in het onderste gedeelte van de Linker Staander (74). Steek een 3/8" x 4" Bout (6) met een 3/8"

Sterring (9) in de Linker Staander en het Bout Tussenstuk. Herhaal deze stap met een tweede Bout Tussenstuk (80), 3/8" x 4" Bout (6), en 3/8" Sterring (9). Zet de linker staander in het linker staander tussenstuk.

Draai de 3/8" x 4" Bouten (6) met de hand aan;

de Bouten nog niet strak aandraaien.

Druk vervolgens een Basiskapje (77) in de Basis (83).

Leg met de hulp van een tweede persoon de loopband neer zodat de Basis (83) plat op de vloer ligt.

76

74 6

83 77 7

6. Til, met hulp van een tweede persoon, de loop- band voorzichtig op zijn rechterkant zoals aan- gegeven. Klap het Onderstel (56) maar gedeel- telijk zodat de loopband stabieler is. Klap het Onderstel nog niet helemaal in.

Verbind een Kussen van de Basis (81) met de Basis (83) in de aangegeven locatie, met een #8 x 1" Tekschroef (2) en een Kussen van de Basis Tussenstuk (13). Verbind dan een ander Kussen van de Basis (81) met slechts een #8 x 1" Tek- schroef (2).

Verbind een Wiel (84) met een 3/8" x 2" Bout (4) en een 3/8" Moer (8) die u in stap 1 verwijderd hebt. Draai de moer niet te strak; het wiel moet vrij kunnen draaien.

6

83

84 56

8 81

2 4

2 5. Plaats het Rechter Staander Tussenstuk (79) op

de Basis (83). Zorg ervoor dat de Draad van de Staander (38) niet bekneld raakt. Houd met de hulp van een tweede persoon, een Bout Tus- senstuk (80) in het onderste gedeelte van de Rechter Staander (78). Steek een 3/8" x 4" Bout (6) met een 3/8" Sterring (9) door de Rechter Staander en het Bout Tussenstuk. Herhaal deze stap met een tweede Bout Tussenstuk (80), 3/8" x 4" Bout (6), en 3/8" Sterring (9).

Plaats de Rechter Staander in het Rechter Staander Tussenstuk.

Draai de 3/8" x 4" Bouten (6) met de hand aan;

de Bouten nog niet strak aandraaien.

Druk vervolgens een Basiskapje (77) in de Basis (83).

79 78

77 6

5

38 9

9

83 80

13

80

81

(9)

8. Plaats een Eindkapje van de Handleuning voor de Voorzijde (97) in de Linker Handleuning (35).

Verbind het Eindkapje van de Handleuning voor de Voorzijde, met een #8 x 3/4" Handleuning Schroef (15).

Plaats een Staander Inzetstuk (110) in de Linker Staander (74). Plaats de Linker Handleuning (35) op het Staander Inzetstuk.

Verbind de Linker Handleuning (35) met twee 3/8" x 1 1/4" Bouten (7) en twee 3/8" Sterringen (9). Draai de bouten strak aan.

15 8

9. Houd de Rechter Handleuning (33) vlakbij de Rechter Staander (78). Steek een Draad van de Staander (38) door een Staander Inzetstuk (110), in het gat aan de onderzijde van de Rech- ter Handleuning en uit het grote gat in de zijkant van de Rechter Handleuning.

Steek de bijgeleverde plastic band door de gaten in de Rechter Handleuning (33) volgens het voorbeeld. Kijk in de Rechter Handleuning.

Zorg ervoor dat de plastic band de Draad van de Staander (38) aan de kant houdt, zoals getoond wordt in de ingevoegde teke- ning. Zet de plastic band vast.

Plaats een Eindkapje van de Handleuning voor de Voorzijde (97) in de Rechter Handleuning (33). Verbind het Eindkapje van de Handleuning voor de Voorzijde met een #8 x 3/4" Handleu- ning Schroef (15).

Verbind de rechter handleuning (33) met twee 3/8" x 1 1/4" bouten (7) en twee 3/8" ster tus- senringen (9). Draai alle bouten.

9

10. Leg het onderstel van het bedieningspaneel on- dersteboven op een zacht oppervlak om schrammen te vermijden. Verwijder de twee aangegeven schroeven (B) van de onderkant van de stang met handsensoren (95). Gooi de schroeven weg.

10

35

110

78

97 38

33 7

9 Plasticverbinding

Groot Gat 15 74

110 9

7

97

B

95

Bedieningspaneel 38 33

Opbin- ddraad

110 Gat

Gat

(10)

12. Met de hulp van een tweede persoon, houd het onderstel van het bedieningspaneel bij de Rechter Handleuning (33) en de Linker Handleuning (niet getoond).

Verbind de Draad van de Staander (38) met de draad van het bedieningspaneel. Zie de afbeel- ding. De connectors moeten gemakkelijk naast elkaar schuiven en op hun plaats klik- ken. Als dit niet gebeurt, draai dan een van de aansluitingen en probeer het opnieuw.ALS DE CONNECTORS NIET GOED ZIJN AANGE- SLOTEN, KAN HET BEDIENINGSPANEEL BESCHADIGD RAKEN WANNEER DE

STROOM WORDT INGESCHAKELD. Steek de connectoren en het overschot draad in de Rech- ter Handleuning (33).

Bediening- spaneel 12

13. Verbind de aardingsdraad van het bedieningspa- neel met de aardingsdraad van de handleuning.

Plaats het bedieningspaneelmontuur aan de Rechter Handleuning (33) en linker handleuning (35). Zorg ervoor dat de draadkokers niet be- kneld raken. Verbind het bedieningspaneel- montuur met twee #8 x 1/2" Schroeven (1), vier

#8 x 3/4" Schroeven (12) en vier #8 x 1/2" Tus- senring Kopschroeven (112). Zorg dat alle Schroeven geplaatst zijn alvorens te begin- nen met ze vast te draaien.

Snij de plasticverbindingen van de Rechter Handleuning (33).

Zie stappen 5 en 7. Draai de vier 3/8" x 4"

Bouten (6).

Bedieningspaneel

Aarding-draden 13

Draad van het Bedieningspaneel

Draad van het Bediening

spaneel 38

38 33

12

12

Plasticverbinding

112 112

1

12

35

33 11. Zet de Onderkant van de stang met Handsen-

soren (95) aan de Linker Handleuning (35) en de Rechter Handleuning (33). Druk de onder- kant van de stang met handsensoren naar voren terwijl u twee #10 x 3/4" Schroeven (5) met twee #10 sterringen (10) in de Handleunin- gen vastzet.

Verwijder de lange band van de Draad van de Staander (38).

11

95 5

5 38

33 35

10

10 Lange Opbinddraad

(11)

15. Til het Onderstel (56) op in de getoonde positie.

Laat een tweede persoon het Onderstel vast- houden tot deze stap compleet is.

Plaats de Opbergvergrendeling (53) zodanig, dat de grote cilinder en de Vergrendelingsknop (54) zich in de getoonde posities bevinden.

Verbind de Vergrendelingsbeugel (14) met de beugel aan de Basis (83), met twee 3/8" x 2"

Bouten (4) en twee 3/8" Moeren (8).

Verbind het bovenste gedeelte van de Opberg- vergrendeling (53) met de beugel aan het On- derstel (56) met een 3/8" x 2" Bout (4) en een 3/8" Moer (8). Opmerking: Het kan nodig zijn het Onderstel heen en weer te bewegen om de Op- bergvergrendeling in lijn te krijgen met de beugel.

Laat het Onderstel (56) (raadpleeg HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN op pagina 24).

53

8 8

Grote Cilinder

4 56

14 15

4

54

16.Zorg ervoor dat alle onderdelen vast zijn gedraaid voordat u de loopband gebruikt. Verwijder, indien aanwezig, de dunne plastic velletjes over de stickers op de loopband. Leg een matje onder de loopband om uw vloerbedekking te beschermen. Bewaar de meegeleverde sleutel op een veilige plaats. Bewaar de mee- geleverde (zeshoekige) sleutels op een veilige plaats. U zult de sleutel nog nodig hebben om de loopband bij te stellen (zie pagina 26 en 27).

14. Zoek de Opbergvergrendeling (53). Verwijder het bandje van het eind van de buis. Zorg er- voor dat de koker over het aangegeven gat is geschoven en dat de Vergrendelingsknop (54) in het gat zit. Trek aan de koker om te verze-

keren dat hij vast op zijn plaats zit. 54

Grendelhuls Buis Gat

53 14

83

(12)

DE AL INGESMEERDE LOOPBAND

Uw loopband is voorzien van een band die al met een hoogwaardig smeermiddel is behandeld. BELANGRIJK:

Behandel de band of het loopplatform nooit met silicone spray of enig ander middel. Als uw dat doet zult u de loopband beschadigen.

HOE DE STEKKER IN STOPCONTACT TE STEKEN

De stekker moet geaard zijn. Mocht het niet goed functioneren geeft de aarding de laagste weerstandspad voor de electriciteit om zodoende het risico van electrische schok te verminderen. Een snoer en geaarde stekker zijn bijgeleverd. Belangrijk: Als het snoer beschadigd is moet u het vervangen met een door de fa- brikant aanbevolen snoer.

Bekijk tekening 1. Steek het aangegeven eind van het snoer in het stopcontact van de loopband.

Bekijk tekening 2. Steek het snoer in een goed geinstalleerd en ge- aard stopcontact die overeenkomt met alle plaatselijke regelingen.

BELANGRIJK: De loopband kan niet op een stopcontact met onderbreker van de grondfout circut gebruikt worden.

Stopcontact van de Loopband 1

Stopcontact 2

GEBRUIK EN BIJSTELLEN

GEVAAR:

Een verkeerd stopcontact (zonder aarde) kan tot een electrische schok leiden.

Laat een elektricien de aarding nakijken als u niet zeker van bent dat het stopcontact goed geaard is.

Knoei niet aan de stekker van het apparaat. Laat een elektricien een nieuwe stekker monteren als de stekker niet in het stopcontact past.

(13)

DE STICKER MET WAARSCHUWING PLAKKEN De waarschuwing op het bedieningspaneel is in het en- gels. Deze waarschuwing bestaat ook in diverse talen op het inbegrepen vel. Plak de sticker met uw taal op het bedieningspaneel.

FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL Het revolutionaire bedieningspaneel van de loopband biedt diverse mogelijkheden die ontworpen zijn om uw trainingen effectiever en aangenamer te maken.

U kunt wanneer u de handmatige instelling kiest de snelheid en de hellingstand van de loopband verande- ren door een druk op een toets. Het bedieningspaneel zal U tijdens uw oefening voortdurend feedback geven.

U kunt zelfs uw hartslag meten met de ingebouwde op- tionele hartslagsensor (zie bladzijde 22).

Het bedieningspaneel heeft ook 24 interactieve cross- trainingen, ontworpen ter bevordering van de verbran- ding van calorieën en verbetering van uw hart en bloed- vaten, terwijl uw spieren sterker worden en uw li- chaamsvorm beter wordt. Bij de cross-trainingen wor- den snelheid en helling van de loopband automatisch geregeld en u wordt aangezet tot het doen van verschil- lende krachtoefeningen tijdens uw training. Opmerking:

Bij de krachtoefeningen worden handhalters en een op- blaasbare oefenbal gebruikt (niet inbegrepen). Zie de voorzijde van deze handleiding voor aankoop van handhalters of een oefenbal.

Behalve de cross-trainingsoefeningen, biedt het bedie- ningspaneel ook negen klassieke trainingen voor uithou- dingsvermogen. Elke training kent een automatische in- stelling van snelheid en helling van de loopband en loodst u door een effectieve training.

Met de maandelijkse uitdaging van iFIT kunt u maande- lijks doelen stellen voor uw conditie en wordt uw vooruit- gang bijgehouden. De maandelijkse uitdaging van iFIT biedt zelfs een training gebaseerd op uw conditieniveau en een persoonlijk calorieplan, ter ondersteuning van het creëeren van gezonde eetgewoonten.

Om te starten, volg de stappen op pagina 14. Hier vindt u ook de informatie voor handmatige instellin- gen. Cross-trainingsoefeningen vindt u op pagina 17.

Voor een klassieke training voor uithoudingsvermo- gen, zie pagina 19. Uitleg over de maandelijkse uit- daging van iFIT, staat op pagina 20 en pagina 21 toont hoe u het journaal van uw maandelijkse uitdaging kunt bekijken. Uitleg over de informatiefunctie staat op pagina 21.

Sleutel Klip

BEDIENINGSPANEEL

(14)

HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN

BELANGRIJK: Laat, wanneer de loopband aan koude temperaturen bloodgesteld is gewesst, de loopband tot kamertemperatuur komen voordat u de elektriciteit inschakelt. Als u dit niet doet kunt u het bedieningspaneel of andere elektrische com- ponenten beschadigen.

De stekker in het stopcontact steken (zie pagina 12). Zoek vervolgens naar de reset/off stroomonderbreker op het onderstel van de loopband bij het snoer. Plaats de stroomonderbreker in de reset positie.

BELANGRIJK: Het bedieningspaneel bevat een demo instelling ontworpen om de loopband in de winkel te kunnen gebruiken. De demo instelling is gekozen wanneer de displays gaan branden zodra het snoer in het stopcontact gestoken wordt en de Reset/off Stroomonderbreker zich in de reset posi- tie vindt. Druk, om de demo instelling uit te schak- kelen, een paar seconden op de Stop toets.

Raadpleeg DE INFORMATIE INSTELLING op pa- gina 21 om de demo instelling uit te schakkelen wanneer de displays blijven branden.

Ga op de voetenkussentjes van de loopband staan.

Zoek naar de klip die aan de sleutel vast zit (zie teke- ning op pagina 13) en maak de klip aan de tailleband van uw kleding vast. Steek dan de sleutel in het bedie- ningspaneel. Zodra de sleutel in het apparaat wordt gestoken, worden de displays verlicht. BELANGRIJK:

In geval van nood kan de sleutel uit het bediening- spaneel getrokken worden zodat de loopband tot stilstand komt. Test de klip door een paar stapjes naar achteren te nemen. Stel de klip wat bij wan- neer de sleutel niet uit het bedieningspaneel ge- trokken wordt.

BELANGRIJK: Het kan zijn dat er op het bediening- spaneel een plastic vel zit. Draag alleen schone schoenen wanneer u de loopband gebruikt om be- schadiging aan het loopplatform te voorkomen.

Inspecteer af en toe de ligging van de band wan- neer u de loopband voor het eerst gebruikt.

Centreer deze mocht het nodig zijn (zie pagina 27).

Opmerking: Het bedieningspaneel kan de snelheid en afstand in mijlen of kilometers aangeven. To find out which unit of measurement is selected, see THE IN- FORMATION MODE on page 21. Om het eenvoudig te houden, worden alle aanwijzingen in dit deel in kilo- meter gegeven.

HOE DE HANDMATIGE INSTELLING TE GEBRUI- KEN

1. De sleutel volledig in het bedieningspaneel ste- ken.

Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN aan de Linker.

2. Kies de handmatige instelling.

Nadat de sleutel in het apparaat is gestoken, wordt de handmatige

functie geselecteerd. Indien u een training hebt ge- selecteerd, kunt u de handmatige functie herselec- teren door een willekeurige [Workout] (Training) knop herhaaldelijk in te drukken tot er alleen nog maar nullen in de display staan.

3. Start de loopband.

Om de loopband te starten [QUICK START], druk op de Starttoets, de Versnellingstoets [SPEED] of een van de toetsen, genummerd van 2 tot 18.

Als de Starttoets of de Versnellingstoets wordt in- gedrukt dan zal de loopband beginnen te bewegen met een snelheid van 2 Km/u [KM/H]. Als u een oefening doet, kunt u de snelheid van de loopband wijzigen door op de Versnellings- of Vertragings- toetsen te drukken. Telkens als u op een toets drukt, zal de snelheid worden gewijzigd met 0,1 Km/u; als u de toets ingedrukt houdt, dan zal de snelheid met 0,5 Km/u verhogen. Opmerking: Als u de toetsen hebt ingedrukt, kan het enkele secon- den duren voordat de gewenste snelheid wordt be- reikt.

Wanneer u een van de genummerde snelheidstoet- sen indrukt zal de loopband geleidelijk toenemen in snelheid totdat de gekozen snelheidsinstelling be- reikt is.

Reset Positie

(15)

Zodra de loopband draait, wordt in het lin- kerscherm gevraagd of u de training wilt toevoe- gen aan uw maande- lijkse uitdaging. Druk op de knop onder het

woord YES (Ja), om de training toe te voegen.

Selecteer dan gebruiker 1 [USER 1] of gebruiker 2 [USER 2] op dezelfde manier en de training zal be- ginnen. Als u NO (Nee) selecteert, zal de training direct beginnen. Opmerking: Via het bedieningspa- neel kan het trainingsverleden van twee verschil- lende personen worden bijgehouden. Zodra u be- paald hebt welke gebruiker u bent, moet u die ge- bruiker steeds selecteren als u de loopband ge- bruikt. Na gebruiker 1 of 2 geselecteerd te hebben, wordt uw gebruikersnummer in het geheugen be- waard voor het restant van de trainingssessie.

Om de loopband te stoppen, druk op de Stoptoets [STOP]. Om de loopband opnieuw te starten, druk op Snelstarten, Versnellingstoets, of een van de genummerde snelheidsknoppen.

4. De hellingstand van de loopband veranderen zoals gewenst.

Om de helling van de loopband aan te passen, ge- bruik helling vergroten [INCLINE] helling vergroten en verkleinen of een van de hellingtoetsen genum- merd 0 tot 12. Elke druk op de knop vergroot of verkleint de helling met 0.5%. Door een van de ge- nummerde helling toetsen in te drukken, zal de loopband zich aanpassen aan de geselecteerde helling. Opmerking: Nadat u op de toetsen heeft gedrukt kan het even duren voor de loopband de gekozen hellingstand bereikt.

5. Selecteer een displayweergave en volg uw vor- deringen op de display.

Indien de handmatige functie is geselecteerd, krijgt u verschillende mogelijkheden te zien. Naargelang van de displayweergave zal er verschillende infor- matie over de oefensessie worden weergegeven.

Druk herhaaldelijk op de [DISPLAY]-toets om de gewenste displayweergave te kiezen.

De display zal de volgende informatie tonen als u op de loopband loopt of rent:

• De verlopen tijd [TIME].

• De afstand [DISTANCE] die u hebt gewandeld of gelopen.

• De snelheid [SPEED] van de loopband.

• Het hellingsniveau [INCLINE] van de loopband.

• Het aantal calorieën [CALORIES] dat u bij bena- dering hebt verbrand.

• De datum.

• Uw hartslag. Opmerking: Uw hartslag kan slechts worden weergegeven als u de handsensoren vast- houdt (zie stap 6 op pagina 16) of de optionele hartslagsensor of borstriem (zie bladzijde 22).

Druk op de Stop-toets, haal de sleutel uit het be- dieningspaneel en steek de sleutel weer in om de displays opnieuw in te stellen (te resetten).

(16)

6. Meet uw hartslag als u dat wilt.

Opmerking: Het bedieningspaneel zal wanneer u gelijktijdig de handgreep met polssensor en de optionele borstkas-polssensor gebruikt uw hartslag niet goed aangeven. Zie pagina 22 voor meer informatie over de optionele borstkas-pols- sensor.

Voordat u de handgreep met polssen- sor, verwijder het plastic laagje van de metalen con- tactpunten.

Zorg ervoor

dat uw handen proper zijn.

Om uw hartslag te meten, Stap vervolgens op de voetbalken en houdt de metalen contactpunten vast—beweeg uw handen niet. Uw hartslag wordt getoond zodra hij wordt waargenomen.Voor een juiste hartslagmeting houd de contactpunten ongeveer 15 seconden vast.

7. Zet desgewenst de ventilator aan.

Druk herhaaldelijk op de ventilatorknop [FAN] om de ventilator aan of uit te zetten. Opgelet: De venti- lator zal wanneer deze aan is maar de loopband gestopt is automatisch na een paar minuten uit- schakelen.

8. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan- neer u klaar bent met uw oefening.

Ga op de voetkussentjes staan, druk op de Stop- toets en stel de hellingstand in de laagste positie.

De helling van de loopband moet zich in de laag- ste stand bevinden wanneer u de loopband wilt opbergen anders kan de loopband beschadigd worden. Haal vervolgens de sleutel uit het bedie- ningspaneel en bewaar deze op een veilige plek.

Wanneer u klaar bent met de loopband te gebrui- ken, plaats de stroomonderbreker in de “off” positie en neem het snoer uit het stopcontact. BELANG- RIJK: Als u dit niet doet kunnen de elektrische onderdelen te snel slijten.

Contactpunt

(17)

EEN CROSS-TRAININGSOEFENING

1. De sleutel volledig in het bedieningspaneel ste- ken.

Raadpleeg HOE DE STROOM IN TE SHAKELEN op pagina 14.

2. Selecteer een cross-training.

Druk her- haaldelijk op de Cross Training knop en se- lecteer een oefening.

Het linkerscherm toont de duur, de instelling voor maximum snelheid en de maximale helling. Het rech- terscherm toont de naam van de oefening en het profiel van de snelheidsinstellingen van de oefening.

3. Druk de Snelstarten [Quick Start] knop om de training te beginnen.

Zodra u de Snelstarten knop indrukt, zal de loop- band beginnen met de eerste snelheid en helling van de trainingsinstelling. Houdt u vast aan de handleuningen en begin te oefenen.

Nadat de loopband ge- start is, verschijnt in het rechterscherm de vraag of u de training wilt toe- voegen aan uw maande- lijkse doel. Om hem toe te voegen, druk op YES

(Ja) in het scherm. Selecteer dan gebruiker 1 [USER 1] of gebruiker 2 [USER 2] op dezelfde ma- nier en de training zal doorgaan. Als u NO (Nee) selecteert, begint de training meteen. Opmerking:

Het bedieningspaneel kan de trainingsgeschiede- nis bijhouden voor twee verschillende gebruikers.

Zodra u hebt bepaald welke gebruiker u bent, selec- teer die gebruiker dan elke keer als u de loopband gebruikt. Nadat u gebruiker 1 of 2 hebt geselecteerd, wordt uw gebruikersnummer bewaard in het geheu- gen voor het restant van de trainingssessie.

Elke training is verdeeld in segmenten. Voor de meeste segmenten is een instelling voor snelheid en helling geprogrammeerd. Voor andere segmen- ten, zal het bedieningspaneel u vertellen om krachtoefeningen uit te voeren. Opmerking: Voor opeenvolgende segmenten kan dezelfde snel- heids- en/of hellinginstelling worden geprogram- meerd.

Het profiel zal tijdens het workout uw vordering aangeven. Het flikkerende segment van het profiel geeft het huidige segment van het workout aan. De

hoogte van het flikkerende segment geeft de snel- heid instelling van het huidige segment aan. onder- deel, u hoort een aantal geluidssignalen en de nieuwe instelling voor snelheid en helling en het volgende onderdeel van het profiel zal op het scherm knipperen.

Als op enig moment tijdens de oefening de instel- ling voor snelheid of helling te hoog of te laag is, kunt u die handmatig bijstellen door het indrukken van de snelheids- of hellingtoets; wanneer het volgende onderdeel van de training begint, zal de loopband echter automatisch de snelheid en helling instellen voor het volgende onderdeel.

De training kan op elk moment onderbroken worden door op de [STOP] knop te drukken. Ga weer verder met de training door het indrukken van de

Snelstarter knop of de knop voor snelheid verhogen.

De band zal gaan rollen met een snelheid van 2 km/h. De loopband zal wanneer het volgend seg- ment van het workout start automatisch de snelheid en de helling van het volgende segment instellen.

Huidig Segment

(18)

4. Doe de eerste krachtoefening zodra de machine het aangeeft.

Voor de eerste krachtoefening begint, zal de loop- band langzaam stoppen en de naam van de eer- ste krachtoefening verschijnt in het linkerscherm.

Het rechterscherm toont het aanbevolen aantal re- petities van de eerste krachtoefening en ook wordt gedemonstreerd hoe de oefening uitgevoerd moet worden. In het linkerscherm verschijnen instructies die helpen om de oefening uit te voeren.

Verwijder de clip van de tailleband van uw kleding, stap van de loopband af en bereid u voor op de eerste krachtoefening. Doe de oefening langzaam, met vaste bewegingen.

Opmerking: Doe de repetities van de uitstapoefe- ning afwisselend met het linker- en rechterbeen.

Voor handhalteroefeningen doet u de helft van de repetities met uw rechterarm en de andere helft met uw linkerarm. Voor de krachtoefeningen hebt u handhalters en een opblaasbare oefenbal nodig (niet inbegrepen). Voor aankoop van handhal- ters of een oefeningsbal kunt u bellen met het telefoonnummer op de voorkant van deze handleiding.

5. Ga verder met de cross-training.

Zodra het aanbevolen aantal repetities is uitge- voerd, stapt u op de loopband, stopt de clip terug in de tailleband van uw kleren en drukt u op Ga verder [CONTINUE]. De loopband zal wan- neer het huidig segment van het workout voltooid is automatisch de snelheid en de helling voor het volgende segment instellen.

De training gaat op deze manier verder tot het laatste onderdeel is afgewerkt. De loopband zal dan vertragen en tot stilstand komen.

6. Selecteer een displayweergave en volg uw vor- deringen op de display.

Indien de handmatige functie is geselecteerd, toont

het bedieningspaneel diverse mogelijkheden.

Naargelang van de displayweergave zal er verschil- lende informatie over de oefensessie worden weer- gegeven. Druk herhaaldelijk op de [DISPLAY]-toets om de gewenste displayweergave te kiezen.

De display zal de volgende informatie tonen als u op de loopband loopt of rent:

• Het profiel van de snelheidsinstelling van de trai- ning.

• De verlopen tijd [TIME].

• De afstand [DISTANCE] die u hebt gewandeld of gelopen.

• De snelheid [SPEED] van de loopband.

• Het hellingsniveau [INCLINE] van de loopband.

• Het aantal calorieën [CALORIES] dat u bij bena- dering hebt verbrand.

• De datum.

• Uw hartslag. Opmerking: Uw hartslag kan slechts worden weergegeven als u de handgrip met pols- sensor (zie stap 6 op pagina 16) of de optionele bortkas-polssensor of borstriem (zie bladzijde 22).

Druk op de Stop-toets, haal de sleutel uit het be- dieningspaneel en steek de sleutel weer in om de displays opnieuw in te stellen (te resetten).

7. Meet uw hartslag als u dat wilt.

Zie stap 6 op pagina 16.

8. Zet desgewenst de ventilator aan.

Zie stap 7 op pagina 16.

9. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan- neer u klaar bent met uw oefening.

Zie stap 8 op pagina 16.

(19)

EEN KLASSIEKE AEROBICS TRAINING

1. De sleutel volledig in het bedieningspaneel ste- ken.

Raadpleeg HOE DE STROOM IN TE SHAKELEN op pagina 14.

2. Selecteer een klassieke aerobics training.

Voor het se- lecteren van een klassieke aerobics trai- ning, drukt u herhaaldelijk op de Classic

Aerobic Workout knop tot de gewenste training op het scherm verschijnt.

Wanneer een klassieke aerobics training is gese- lecteerd, toont het linkerscherm de tijdsduur en de instellingen voor maximum snelheid en maximum helling. Het rechterscherm toont de naam van de training en het profiel van de snelheidsinstellingen van de training.

3. Druk op de Snelstarten [Quick Start] knop om de training te beginnen.

Zodra u de Snelstarten knop indrukt, worden snel- heid en helling automatisch aangepast volgens de instellingen van de training. Houd de handleunin- gen vast en begin te stappen.

Nadat de loopband in beweging is gezet, wordt op het rechterscherm gevraagd of de training toege- voegd moet worden aan uw maandelijkse doel.

Om hem toe te voegen, druk op YES (Ja) in het scherm. Selecteer dan gebruiker 1 [USER 1] of ge- bruiker 2 [USER 2] op dezelfde manier en de trai- ning zal doorgaan. Als u NO (Nee) selecteert, be- gint de training meteen. Opmerking: Het bediening- spaneel kan de trainingsgeschiedenis bijhouden voor twee verschillende gebruikers. Zodra u hebt bepaald welke gebruiker u bent, selecteer die gebruiker dan elke keer als u de loopband gebruikt. Nadat u gebrui- ker 1 of 2 hebt geselecteerd, wordt uw gebruikers- nummer bewaard in het geheugen voor het restant van de trainingssessie.

Alle workout zijn onderverdeeld in segmenten van één minuut. Ieder segment heeft één instelling voor de helling en voor de snelheid. Opmerking:

Dezelfde snelheid en/of helling instelling(en) kan/kunnen voor opeenvolgende segmenten wor-

den geprogrammeerd.

Het profiel zal tijdens het workout uw vordering aangeven. Het flikkerende segment van het profiel geeft het huidige segment

van het workout aan. De hoogte van het flikkerende segment geeft de snelheid instelling van het huidige segment aan. Aan het eind van elk onderdeel hoort u een aantal geluidssignalen en de nieuwe instel- lingen voor snelheid en helling en het volgende on- derdeel van het profiel zullen knipperen op het scherm. De training gaat zo door tot het laatste on- derdeel van het profiel in het rechterscherm knip- pert en het laatste onderdeel beëindigd is.

De training gaat zo door tot het laatste onderdeel van het profiel in het rechterscherm knippert en het laatste onderdeel beëindigd is. De loopband zal dan langzaam tot stilstand komen.

Als op enig moment tijdens de oefening de instel- ling voor snelheid of helling te hoog of te laag is, kunt u die handmatig bijstellen door het indrukken van de snelheids- of hellingknoppen;wanneer het volgende onderdeel van de training begint, zal de loopband echter automatisch de snelheid en helling instellen voor het volgende onderdeel.

De training kan op elk moment onderbroken wor- den door op de Stop knop te drukken. Ga weer verder met de training door het indrukken van de Snelstarten knop of de knop voor snelheid verho- gen. Begint de loopband te bewegen met een snel- heid van 2 km/u. De loopband zal wanneer het vol- gend segment van het workout start automatisch de snelheid en de helling van het volgende seg- ment instellen.

4. Selecteer een displayweergave en volg uw vor- deringen op de display.

Zie stap 5 op pagina 15.

5. Meet uw hartslag als u dat wilt.

Zie stap 6 op pagina 16.

6. Zet desgewenst de ventilator aan.

Zie stap 7 op pagina 16.

7. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan- neer u klaar bent met uw oefening.

Zie stap 8 op pagina 18.

Huidig Segment

(20)

WERKING VAN DE iFIT MAANDELIJKSE UITDA- GING

1. De sleutel volledig in het bedieningspaneel ste- ken.

Raadpleeg HOE DE STROOM IN TE SHAKELEN op pagina 14.

2. Selecteer de maandelijkse uitdaging.

Selecteer de maandelijkse uitdaging door op de iFit Monthly Challenge knop te drukken.

Wanneer de iFit maan- delijkse uitdaging is ge- selecteerd, kunt u begin- nen met de warm-up, terwijl u een aantal vra- gen beantwoordt. Druk op de toetsen onder het

scherm om de gewenste antwoorden te selecteren.

Druk na elke vraag op Enter. Het bedieningspaneel zal het calorieplan tonen, dat wordt aanbevolen voor u. Raadpleeg de bijgeleverde eetgids voor ge- gevens over het juiste calorieplan.

Dan zal het bedieningspaneel uw intensiteitsniveau tonen. Om het intensiteitsniveau te accepteren, drukt u op de knop onder ACCEPT (accepteren) op het rechterscherm. Om het intensiteitsniveau te veranderen drukt u op de knop onder CHANGE (veranderen) op het rechterscherm. Druk daarna op de toetsen onder het scherm om het intensi- teitsniveau te verhogen of te verlagen. Druk op Enter zodra het gewenste intensiteitsniveau is ge- selecteerd,

Als u uw gebruikersinformatie wilt veranderen of uw calorie doelstelling wilt veranderen of uw calo- rie doelstelling wilt zien, selecteer Verander Ge- bruikersinformatie [CHANGE USER INFO].

3. Stel een maandelijks uitdaging.

Markeer de woorden NEW CHALLENGE op het rechterscherm, nadat u alle vragen hebt beant- woordt. Druk op Enter. Druk op de knop onder het woord YES om een maandelijkse uitdaging te be-

ginnen. Wijzig de begintijd of datum, door de knop onder YES op het linkerscherm in te drukken. Met de knoppen onder het rechterscherm kunt u de cursor bewegen. Druk op de Enter knop om een onderdeel te selecteren. Druk op de toetsen onder het rechterscherm om de datum of tijd te wijzigen.

Druk op Enter om een onderdeel te deselecteren.

Als de datum en tijd ingesteld zijn drukt u op de knop onder DONE (Klaar) in het linkerscherm. Let op: Voor de beste resultaten moeten datum en tijd juist zijn ingesteld voordat u de iFIT maandelijkse uitdaging gebruikt.

4. Begin de training.

Markeer de woorden START WORKOUT op het rechterscherm door op de knoppen onder de pijltjes naar boven en naar beneden te drukken. Druk ver- volgens op de Enter-toets.

5. Selecteer een displayweergave en volg uw vor- deringen op de display.

Het rechterscherm kan tonen hoeveel calorieën er ongeveer per uur verbrand worden, de intensiteit van uw oefening in mets, uw snelheid in minuten per mijl of minuten per kilometer, het hellingsniveau van de loopband, uw hartslag, vragen en instruc- ties. Beantwoord de vragen door de knop onder het gewenste antwoord in te drukken. Druk herhaalde- lijk op de Display knop tot op het rechterscherm de informatie te zien is waarin u het meest geïnteres- seerd bent.

Het linkerscherm toont informatie betreffende het huidige onderdeel, zoals de tijd, het geschatte aan- tal calorieën dat verbrand is, de snelheid van de loopband, de totale afstand die gelopen is en de totale trainingstijd.

6. Maak de training af,

Zie stappen 4 tot 9 op pagina 18.

Om uw vooruitgang te bekijken, ga naar Hoe kunt u het journaal van uw maandelijkse uitdaging bekijken [HOW TO REVIEW YOUR MONTHLY CHALLENGE LOG] pagina 21.

(21)

HOE KUNT U HET JOURNAAL VAN UW MAANDE- LIJKSE UITDAGING BEKIJKEN

Opmerking: Het journaal van de maandelijkse uitda- ging kan informatie bijhouden tot vijf maanden.

1. De sleutel volledig in het bedieningspaneel ste- ken.

Raadpleeg HOE DE STROOM IN TE SHAKELEN op pagina 14.

2. Selecteer het journaal van uw maandelijkse uit- daging.

Druk op de Toon mijn vooruitgang [SHOW MY PROGRESS] knop. Opmerking: Indien u deze knop indrukt wordt uw huidige training beëindigd.

3. Om te kiezen tussen Gebruiker 1 en 2.

Druk op de knop onder uw gebruikersnummer.

4. Houdt uw vooruitgang in de gaten.

Het linkerscherm toont uw doel en uw totale voort- gang naar dat doel toe. In het rechterscherm kunt u de week of maand selecteren die u wenst te zien. Om een specifieke week of maand te zien, drukt u op de knop onder het woord WEEK of MONTH (maand) tot de gewenste week of maand geselecteerd is.

Opmerking: U kunt slechts de maanden zien waarin trainingsinformatie is ingevoerd.

5. Verlaat het maandelijkse uitdagingsjournaal.

Verlaat het maandelijkse uitdagingsjournaal door op de knop Show My Progress te drukken.

DE INFORMATIE INSTELLING

Via het bedieningspaneel kunt u kiezen voor kilome- ters of mijlen en ook kunt u de weergavefunctie voor een demo aan- of uitzetten. U kunt ook datum en tijd instellen.

Om de informatie-weergave te kiezen, steek de sleutel in het bedieningspaneel terwijl u de [STOP]-toets inge- drukt houdt. De volgende informatie wordt op de dis- play aangegeven:

Op het linkerscherm hebt u de keuze tussen ENGLISH (Engels) voor mijlen of METRIC (Metrisch) voor kilome- ters als meeteenheid. Om de meeteenheid te verande- ren, druk op de Snelheidomhoogtoets.

Het bedieningspaneel bevat een demo instelling ont- worpen om de loopband in de winkel te kunnen gebrui- ken. Terwijl de demo instelling gekozen is kunt u het bedieningspaneel normaal gebruiken wanneer het snoer in het stopcontact zit, de stroomonderbreker in de reset positie geplaatst wordt, en de sleutel in het bedieningspaneel gestoken wordt. Wanneer u de sleu- tel uit het bedieningspaneel trekt zullen de displays blijven branden alhoewel de toesten niet meer zullen werken. Als de demofunctie aan is, verschijnt het woord ON (Aan) in het linkerscherm, terwijl de informa- tiefunctie is geselecteerd. Om de demo functie aan of uit te zetten, drukt u op de knop [SPEED] decrease (Snelheid verminderen).

In het rechterscherm kunt u datum en tijd instellen. Om deze te veranderen, drukt u op de toetsen onder het rechterscherm om de cursor te bewegen. Druk op de [ENTER] knop om een item te selecteren. Druk op de toetsen onder het rechterscherm om datum of tijd te veranderen. Druk op de Enter knop om een item te de- selecteren.

Haal de sleutel uit het bedieningspaneel om de infor- matie instelling te verlaten.

(22)

HOE HET KUSSEN (SCHOK)-SYSTEEM BIJ TE STELLEN

Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en trek de stekker uit het stopcontact. De loopband bevat een regelbaar kussen (schok)-systeem die het schokeffect vermindert als u op de loopband loopt of rent. Om de vastheid van de loopband te verhogen, stap van de loopband af en schuif de platform kussen naar de voorkant van de loopband. Om de vastheid te verla- gen, schuif de platform kussen naar de achterkant van de loopband.Opmerking: Zorg ervoor dat beide platform kussen voor hetzelfde vastheidsniveau in- gesteld zijn. Als u snel loopt of als u veel weegt, moet de loopband vaster worden ingesteld.

DE OPTIONELE BORSTKAS-POLSSENSOR

Met een optionele borst-kaspolssensor kunt u uw hart- slag bijhouden tijdens uw training. Neem contact op met onze klantendienstafdeling om de optionele borstkas-polssensor te kopen.

Als u een optionele borstkas-polssensor hebt ge- kocht, volg dan de onderstaande instructies om de ontvanger van de borstkas-polssensor te installeren.

1. Zorg ervoor dat het snoer uit het stopcontact getrokken is. Verwijder de aangegeven #8 x 3/4"

Schroef (2) en het Toegangsdeurtje (87) van de Basis van het Bedieningspaneel (93).

2. Sluit de draad van de ontvanger (A) aan de aan- geg-even kabel van de Basis van het Bediening- spaneel (93) vast. Houd de ontvanger zodanig dat de kleine cilinder zich in de getoonde positie bevindt en op Basis van het Bedieningspaneel gericht is. Maak de ontvanger aan de plastic hou- der van het Toegangs-deurtje (87) vast met de twee bijgeleverde schroefjes.

3. Zorg ervoor dat de draden niet bekneld raken.

Maak het Toegangsdeurtje (87) weer met de #8 x 3/4" Schroef (12) vast. De andere inbegrepen ka- bels kunt u weggooien.

A

87 Kleine

Cilinder

12

Draden 93 Kleine

Schroeven Platform Kussen

Loopplatform Verhogen

Verlagen

Platform Kussen

(23)

DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN

HOE DE LOOPBAND IN TE KLAPPEN

Plaats de helling in de laagste stand voordat u de loop- band opbergt. U kunt, als u dit niet doet, de loopband permanent beschadigen. Haal de sleutel uit het bedie- ningspaneel en trek de stekker uit het stopcontact. OPE- GELET: U moet zeker 20 kg kunnen tillen om de loop- band te kunnen uitklappen, inklappen of verplaatsen.

1. Houd het metalen onderstel stevig vast op de plaats die door de pijl rechts wordt aangegeven. OPGELET:

Om letsels te vermijden, til het onderstel nooit op aan de plastic voetsteunen. Zorg ervoor dat uw benen ge- bogen zijn en houd uw rug recht als u het onderstel optilt. Til het onderstel op tot ongeveer halverwege de verticale positie.

2. Til het onderstel op totdat de vergrendelingsknop in de opbergpositie vastklikt. Zorg ervoor dat de vergrende- lingsknop goed vastzit in de opbergpositie.

Leg een matje onder de loopband om uw vloerbedek- king te beschermen. Houdt de loopband uit direct zonlicht. Berg de loopband nooit op in een omgeving waar de temperatuur hoger dan 30° C.

HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN

Voordat u de loopband verplaatst, klap de loopband op in de opbergstand zoals beschreven hierboven. Zorg ervoor dat de vergrendelingsknop goed vastzit in de opbergpositie.

1. Houd een handleuning en het onderstel vast en plaats een voet tegen een van de wielen.

2. Til de loopband naar achteren totdat de wieltjes vrij kun- nen draaien. Verplaats de loopband voorzichtig naar de gewenste plaats. Verplaats de loopband nooit zonder dat u deze naar achteren kantelt. Wees heel voorzich- tig tijdens het verplaatsen van de loopband zodat u het risico op persoonlijk letsel voorkomt. Verplaats de loopband niet over een oneffen ondergrond.

3. Plaats weer een voet op het wiel en kantel de loopband tot deze weer rechtop staat.

Basis Handleuning

Onderstel

Wielen

Onderstel

Vergrendelingsknop

(24)

HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN

1. Houdt het uiteinde van de loopband vast zoals aangege- ven. Trek de sluitknop naar buiten en houdt deze vast.

Het kan nodig zijn om het onderstel naar voren te duwen als u de knop naar links trekt. Draai het frame naar bene- den en laat de vergrendelingsknop los.

2. Houdt de loopband met beide handen goed vast en laat de loopband op de vloer zakken. OPGELET:

Houdt niet alleen vast aan de plastic voetrails en laat het onderstel niet op de vloer vallen. Buig uw benen en houd uw rug recht.

Vergrendelingsknop

(25)

PROBLEMEN OPLOSSEN

U kunt de meeste problemen met uw loopband oplossen door de hieronder genoemde stappen te volgen.

Zoek het probleem dat bij u van toepassing is en volg de instructies. Mocht u verdere hulp nodig hebben, neem dan contact op met de winkel waar u dit produkt hebt gekocht.

PROBLEEM: De stroom is niet ingeschakeld

OPLOSSING: a. Zorg ervoor dat de stekker goed is aangesloten in een geaard stopcontact. (Zie pagina 12).

Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik dan alleen een snoer van 1,5 mof korter. De loop- band kan niet op een stopcontact met onderbreker van de grondfout circut gebruikt worden.

b. Nadat u de stekker heeft nagekeken, zorg er dan voor dat de sleutel zich goed in het bedie- ningspaneel zit.

c. Controleer de reset/off stroomonderbreker bij het snoer op het onderstel van de loopband. Als de knop uitsteekt zoals aangegeven is de stroomon- derbreker doorgeslagen. Wacht 5 minuten en druk de schakelaar opnieuw in om de stroomonderbre- ker opnieuw in werking te stellen (te resetten).

PROBLEEM: Stroomuitval tijdens gebruik

OPLOSSING: a. Controleer de reset/off stroomonderbreker bij het snoer op het onderstel van de loopband (zie tekening boven). Als de stroomonderbreker is doorgeslagen, wacht dan 5 minuten en druk dan de schakelaar weer in.

b. Zorg ervoor dat de stekker in het stopcontact steekt. Als de stekker in het stopcontact steekt, haal hem er uit, wacht 5 minuten en steek de stekker opnieuw in het contact.

c. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel. Steek de sleutel opnieuw goed in het bedieningspa- neel.

d. Raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing wanneer de loopband nog steeds niet werkt.

PROBLEEM: De display van het bedieningspaneel blijft branden als de sleutel uit het bedieningspaneel wordt verwijderd

OPLOSSING: a. Het bedieningspaneel beschikt over een demo-modus. Deze modus wordt gebruikt als de loopband in een winkel wordt tentoongesteld. Als de displays blijven branden als u de sleutel uit het bedieningspaneel haalt, dan is de demo-modus geactiveerd. Om de demo-modus uit te schakelen, houd de Stop-knop enkele seconden ingedrukt. Als de displays nog steeds bran- den, raadpleeg DE INFORMATIE-MODUS op pagina 21 om de demo-modus uit te schakelen.

PROBLEEM: De displays van het bedieningspaneel werken niet naar behoren

OPLOSSING: a. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en trek SNOER UIT HET STOPCONTACT. Leg, met de hulp van een tweede persoon, de Basis van de Staanders (74, 78) voorzichtig. Er kunnen twee #8 x 2" schroeven (105) in de onderkant van de on- derpan (73) zitten. Als dat zo is, verwijder ze dan.

Zet daarna de staanders rechtop. Opmerking: Een kruiskopschroevendraaier met een schacht van minstens 127 mm 13cm is vereist.

Doorge slagen

Reset Positie c

105

105 74

73 a

78

(26)

Verwijder de drie #8 x 3/4" schroeven (12) en draai de kap (61) er voorzichtig af.

Zoek de snelheidssensor (71) en de magneet (50) aan de linkerzijde van de katrol (51). Draai de katrol tot de magneet gelijnd is met de snel- heidssensor. Zorg ervoor dat de ruimte tus- sen magneet en snelheidssensor ongeveer 3 mm is. Indien nodig, maak de #8 x 3/4" schakel- schroef (15) los, beweeg de snelheidssensor enigszins en draai dan de schroef weer vast. Zet de kap weer vast (niet getoond). Laat, indien nodig, de staanders zakken (niet getoond), plaats de #8 x 2" schroeven weer (niet getoond) en zet de staanders rechtop. Laat de loopband een paar minuten draaien om een juiste snel- heidslezing te krijgen.

PROBLEEM: De Helling van de Loopband verandert niet correct

OPLOSSING: a. Druk terwijl de sleutel in het bedieningspaneel is geschoven op een van de helling toetsen.

Haal de sleutel er uit terwijl de helling van de loopband zich aanpast. Steek de sleutel na een paar seconden weer in het bedieningspaneel. De loopband zal dan automatisch de helling tot de maximale helling aanpassen om vervolgens naar de laagste stand terug te keren.

Hierdoor wordt het hellingssysteem opnieuw gekalibreerd.

PROBLEEM: De loopband vertraagt wanneer er op gelopen wordt

OPLOSSING: a. Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, gebruik dan een verlengsnoer van 1,5 meter of kor- ter.

b. Als de loopband te strak is functioneert de loop- band minder en kan zelfs beschadigd worden.

Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT. Draai met de meegeleverde sleutel beide bouten van de achterroller een 1/4 slag tegen de klok in.

Wanneer de loopband goed is bijgesteld moet u de loopband 5 à 7 cm van het loopplatform kun- nen tillen. Zorg ervoor dat de band goed in het midden ligt. Steek de stekker en de sleutel weer in en laat de loopband een paar minuten draaien.

Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt.

c. Raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing wanneer de loopband vertraagt wanneer u urop- loopt.

Zicht van Boven

15 50 71 3 mm

51

5-7 cm b

61

12

Bouten van de Achterroller

(27)

PROBLEEM: De loopband ligt niet in het midden of slipt wanneer er op gelopen wordt OPLOSSING: a. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel

enDE STEKKER UIT HET STOPCONTACT wanneer de loopband niet goed in het mid- den ligt. Als de loopband naar links is ver- schoven, draai met de meegeleverde sleutel de linker bout van de achterroller een 1/2 slag met de klok mee. Als de loopband naar rechts is verschoven, draai dan de bout van de achter- roller een 1/2 slag tegen de klok in. Zorg ervoor dat u de band niet te strak aandraait. Steek de stekker en de sleutel weer in en laat de loop-

band een paar minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt.

b. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel enHAAL DE STEKKER UIT HET STOPCON- TACT wanneer de loopband slipt. Draai met de meegeleverde sleutel beide bouten van de achterroller een 1/4 slag met de klok mee.

Wanneer de loopband goed is bijgesteld moet u de loopband 5 à 7 cm van het loopplatform kun- nen tillen. Zorg ervoor dat de band goed in het midden ligt. Steek de stekker en de sleutel weer in en laat de loopband een paar minuten

draaien. Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt.

a

b

(28)

De volgende richtlijnen zullen u helpen met het uitvoe- ren van uw oefenprogramma. Voor meer informatie raadpleeg een goed boek of raadpleeg uw huisarts.

INTENSITEIT VAN UW OEFENING

Als uw doel is om vet te verbranden of uw cardivascu- lair systeem te verbeteren dan is de juiste intensiteit het middel. U kunt het juiste intensiteitsniveau bepalen door uw hartslag als leidraad te gebruiken. De diagram hieronder geeft de aanbevolen hartslag aan voor ver- branding en voor een aerobic oefening.

Om de juiste harstlag meting te berekenen moet u eerst onder de diagram uw leeftijd opzoeken (leeftijden zijn per 10 jaar afgerond). Zoek vervolgens de drie ge- tallen boven uw leeftijd. Deze drie getallen geven uw trainingszone aan. De twee laagste getallen zijn voor vet verbranding aanbevolen. Het hoogste getal is voor aerobic oefeningen aanbevolen.

Vet verbruiken—Om effectief vet te verbranden moet U voor een langere tijd op een betrekkelijke lage inten- siteit oefenen. Tijdens de eerste minuten van uw oefe- ning gebruikt uw lichaam makkelijke bereikbare kool-

hydraten. Pas na de eerste paar minuten begint uw li- chaam vet als energie te verbruiken. Stel de snelheid en de helling van de loopband bij todat uw hartslag rond het laagste getal van uw trainingszone ligt als u vet wilt verbranden. Stel voor maximale vet verbran- ding, de snelheid en helling van de loopband bij totdat uw hartslag rond het middelste getal van uw trainings- zone ligt.

Aerobic oefening—Uw oefening moet aerobic zijn als het uw doel is uw cardiovasculair systeem te verbete- ren. Een aerobic oefening is een activiteit met een ho- gere zuurstof toevoer voor een langere tijd. Deze ho- gere intensiteit vraagt een grotere prestatie van uw hart om bloed naar uw spieren te pompen. Het vereist ook een grotere prestatie van uw longen om het bloed van zuurstof te voorzien. Stel de snelheid en de helling van de loopband bij totdat uw hartslag rond het hoog- ste getal van uw trainingszone ligt als u een aerobic oefening wilt uitvoeren.

RICHTLIJNEN VOOR UW OEFENING

Opwarming—Begin iedere oefening met een opwarm- fase door 5 à 10 minuten de spieren te strekken en wat lichte oefeningen te doen. Een juiste opwarmoefening verhoogt uw lichaamstemperatuur, uw hartslag en bevor- dert uw bloedsomloop als voorbereiding op uw oefening.

Oefening in uw trainingszone—Verhoog de intensiteit van uw oefening na het opwarmen zodat uw hartslag binnen uw trainingszone valt. Houdt dit 20 à 30 minuten vol. (Beperk tijdens de eerste paar weken van uw oefen- programma uw oefening tot 20 minuten.) Haal diep en regelmatig adem. Houdt nooit uw adem in.

Afkoeling—Beëindig uw oefening weer met 5 à 10 mi- nuten strekoefeningen. Dit zal de soepelheid van uw spieren bevorderen en problemen helpen voorkomen na de oefening.

OEFENFREQUENTIE

Om uw conditie te consolideren of te verbeteren moet u 3 keer per week oefenen met minstens een dag rust tussen de oefendagen. Na een paar maanden kunt u als u dat wilt 5 keer per week oefenen. Om succes te hebben is het belangrijk om plezierig en regelmatig te oefenen.

RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN WAARSCHUWING:

Raadpleeg uw huisarts voor u met dit of enig ander oefenprogramma begint. Dit is bijzon- der belangrijk voor mensen ouder dan 35 of mensen met gezondheidsproblemen.

De pols-sensor is geen medisch instrument.

Verschillende factoren zoals beweging van de gebruiker kunnen de nauwkeurigheid van de hartslag metingen beïnvloeden. De polssen- sor is alleen als hulpmiddel bedoeld.

(29)

VOORGESTELDE STREKOEFENINGEN

De juiste houding voor de strekoefeningen is hier rechts getoond. Strek u langzaam, vermijdt krachtige inspan- ning.

1. Tenen aanraken

Sta met uw knieën lichtjes gebogen en buig uw lichaam vanuit uw heupen naar voren. Ontspan uw rug en schouders zo veel mogelijk en reik zover mogelijk naar uw tenen toe. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer. Spieren: kniepees, achterkant van knieen en rug.

2. Kniepees strekken

Zit met één been gestrekt. Trek uw andere voet naar u toe en leg deze tegen de binnenkant van het gestrekte been. Reik zover moge- lijk naar uw tenen. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan.

Herhaal dit 3 keer. Spieren: kniepees, onderrug en lies.

3. Kuit/achillespees strekken

Leun met het ene been voor het andere, naar voren en plaats uw handen tegen de muur. Houdt uw achterste been gestrekt en uw achterste voet plat op de grond. Buig uw voorste been, leun naar voren en duw uw heupen naar de muur toe. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer voor ieder been. Om uw achillespees verder te strekken, buig ook uw achterste been.

Spieren: kuiten, achillespees en enkels.

4. Dijspier strekken

Pak met één hand tegen de muur voor evenwicht, uw voet met uw andere hand vast. Breng uw voet zo ver mogelijk tegen uw zitvalk aan. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer voor ieder been. Spieren: dijspier en heupspieren.

5. Binnendij strekken

Zit met de voetzolen tegen elkaar en knieën naar buiten gebogen.

Haal uw voeten zover mogelijk naar uw lies toe. Herhaal dit 3 keer.

Spieren: dijspier en heupspieren.

1

2

3

4

5

(30)

LIJST MET ONDERDELEN—Modelnr. PETL40907.0

R1107A

Om de onderdelen te vinden die hieronder genoemd worden, zie de OPENGEWERKTE TEKENING aan het eind van deze handleiding.

Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving

1 6 #8 x 1/2" Schroef 2 4 #8 x 1" Tekschroef 3 1 Inbussleutel 4 6 3/8" x 2" Bout 5 2 #10 x 3/4" Schroef 6 4 3/8" x 4" Bout 7 4 3/8" x 1 1/4" Bout 8 10 3/8" Moer

9 8 3/8" Sterring

10 2 #10 Sterring

11 5 #8 x 3/4" Schroef van de Voetkussentje

12 16 #8 x 3/4" Schroef

13 2 Tussenstuk voor Kussen van de Basis

14 1 Vergrendelingsbeugel

15 3 #8 x 3/4" Handleuning/Sensor Schroef

16 10 #8 x 3/4" spoorschroef 17 2 1/4" x 1 1/4" Bout 18 2 5/16" x 4" Bout 19 2 3/8" x 1 1/4" Bout 20 2 Bout van de Achterroller 21 1 3/8" x 1 3/4" Bout 22 1 3/8" x 1 1/2" Bout 23 2 3/8" x 1" Bout

24 14 1/2" Geaarde Schroef 25 10 #12 x 1" Schroef 26 2 Bout van Motorhouder

27 2 Bufferstop

28 1 Reset/off Stroomonderbreker 29 4 Schroef van Loopband Geleider 30 2 1/4" Platte Tussenring

31 2 1/4" Veerring

32 1 Transformator

33 1 Rechter Handleuning 34 4 #8 x 1 3/4" Schroef 35 1 Linker Handleuning 36 2 5/16" Kraagmoer 37 3 Klip van de Kap 38 1 Draad van de Staander 39 1 Aarde-kabel van Lift Onderstel 40 2 Voorste Isolator

41 1 Linker Voetkussentje 42 1 Waarschuwingsticker 43 2 Loopplatformkussen

44 1 Loopplatform

45 1 Loopband

46 2 Loopband Geleider

47 2 Kussengeleider

48 2 Tussenstuk van het Onderstel 49 2 Voorrol Tussenstuk

50 1 Magneet

51 1 Wieltje/Katrol 52 1 15 1/2" Opbinddraad 53 1 Opbergvergrendieling 54 1 Vergrendelingsknop 55 1 Kap rechter Voetkussentje

56 1 Onderstel

57 2 Houder voor de Achterrol

58 1 Achteroller

59 1 Linker Achterste Voet 60 1 Rechter Achterste Voet

61 1 Kap

62 1 Aandrijfriem 63 1 Motorisolatie

64 1 Motor

65 1 Liftonderstel

66 2 Opbinddraad

67 1 Controle Aardingsdraad 68 1 Electrische Snoer

69 1 Elektriciteitssnoer Adapter

70 1 Controller

71 1 Bladveershakelaar 72 1 Snelheidsensorclip

73 1 Onderkap

74 1 Linker Staander

75 1 Hellingmotor

76 1 Tussenstuk linkerstaander

77 2 Kapje van Basis

78 1 Rechter Staander 79 1 Rechter Tussenstuk van

de Staander 80 4 Bout tussenstuk 81 4 Kussent van de Basis 82 2 Gevaar Sticker

83 1 Basis

84 2 Wiel

85 2 Verbinding

86 9 8" Opbinddraad 87 1 Toegangs Deurtje 88 6 #3 x 1/4" Schroef 89 1 Bedieningspaneel

90 1 Linker Houder

91 1 Rechter Houder

92 2 Plasticverbinding

93 1 Basis van het Bedieningspaneel 94 4 Klip Bedieningspaneel

95 1 Onderkant stang met Handsensoren

(31)

Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving 96 1 Hartslagplaat linksboven

97 2 Eindkapje Handleuning voor 98 2 Eindkapje Handleuning achter 99 1 Hartslagplaat linksonder 100 1 Sleutel/Klip

101 1 Aardingsdraad stang met Handsensoren

102 1 Hartslagplaat rechtsboven 103 1 Beugel voor Elektronica 104 1 Tussenstuk van het Lift Motor 105 2 #8 x 2" Schroef

106 1 Toetsenbord

107 1 Onderstel/Geaarde Draad van Roller 108 1 Hartslagplaat rechtsonder

109 1 Eindkapje voor de Vergrendeling 110 2 Staander Inzetstuk

111 1 Draad van het Hellingsmotor 112 4 #8 x 1/2" Tussenring Kopschroef

113 1 Filter

114 2 #8 Sterring

115 1 Contactpunt

116 4 M4,5 Platte Tussenring

117 1 #8 Slotmoer

118 1 #8 x 3/4" Bout 119 1 4" Aardingsdraad

120 1 Ventilator van het Bedieningspaneel 121 4 Ventilatorschroef van het

Bedieningspaneel 122 2 Bus van de motor

* – Blauwe Draad von 10", M/F

* – Blauwe Draad von 8", 2F

* – Zwarte Draad von 4", 2F

* – Zwarte Draad von 4", M/F

* – Rode Draad von 4", M/F

* – Witte Draad von 8", 2F

* – Gebruikersaanwijzing

*Deze onderdelen woorden niet getoond.

Deze technische gegevens kunnen zonder vooraf- gaande verwittiging worden gewijzigd.

(32)

4

54 53 8

8

17

17 18

18 20

20

31 30 31

30 60

59

24

24 29

29

46 46 25

25

25

25

2541 36

36

49 5048 43 44 42

45

49

51 55

58 43

56 57 57

48 3

25

25

25 47 16 16

16 47 16 1616 34

34

1 40

1 40 27

27 109 107

4 116 116

GEDETAILLEERDE TEKENING A—Modelnr. PETL40907.0

R1107A

(33)

11

11

11

11 72

15 71

37 37

37

12 12

12

24 24

68 69

28 24

67 61

66

73

70 39

19

19 26

64

63 62

65

32

105

105

115 103

113

24 114 24 24 24

117 114

118 119

122

GEDETAILLEERDE TEKENING B—Modelnr. PETL40907.0

R1107A

(34)

81 2

81 2

81 2 84

8 8

84 6

9

6

6

9 9 7

9 9 7

21

22

8

8 75

23 23

8 8

77

77 74

78

83 82

76

79 82

86

85

80 80

80

13 81

2 13

104

52 38

4 8

14

38 110

110 111

4 4

GEDETAILLEERDE TEKENING C—Modelnr. PETL40907.0

R1107A

(35)

89

12 87

100 24

101

12

92

90

91

97

35 98

98 12 12

15

1 1

112 112

12

12

12 12

1

1 88 106 88

88

93

97

95 10 5

5 10 88

15

33

108 102 99

96

94 120

121 121

GEDETAILLEERDE TEKENING D—Modelnr. PETL40907.0

R1107A

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Andere kenmerken.. Welke kenmerken moet een vaste verbinding voor u / uw organisatie in 20125 bezitten?. Vandaag

Voordat u de loopband kunt verplaatsen moet u eerst de loop- band inklappen zoals hierboven is beschreven.. Zorg ervoor dat het onderstel door de vergrendelpen goed

Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan

Druk de Navigatietoets naar links en naar rechts of naar boven en naar beneden totdat de naam van de gewenste vooraf ingestelde oefening of het gewenste afvalprogramma op de

Installeer dreamweaver en als het serienummer ingevuld dient te worden, kunt u met rechtermuis deze plakken (of schrijf het nummer op een papiertje en vul deze dan in als er om

Indien de snelheids- of hellingsinstelling tijdens de oefening te hoog of te laag staat, dan kunt u de in- stelling handmatig overschrijven door te drukken op de toetsen Snelheid

Belangrijk: Als de machine beweegt terwijl de tractiehendel niet bediend wordt, controleer dan de tractiekabel; zie De tractiekabel controleren en afstellen (bladz. 23) of breng

Verwijder de bovenste afscherming (item 3) door de vier moeren (item 87) te verwijderen, twee aan elke kant, die deze aan het frame bevestigen.. Zoek de bovenkant van