• No results found

Onderzoek op Routes door Consortia (NWA-ORC) Nationale Wetenschapsagenda

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Onderzoek op Routes door Consortia (NWA-ORC) Nationale Wetenschapsagenda"

Copied!
40
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

2022

(NWA-ORC)

Nationale Wetenschapsagenda

Call for proposals

(2)

Inhoud

1 Inleiding 1

1.1 Achtergrond 1

1.2 Beschikbaar budget 2

1.3 Indieningsdeadline(s) 2

2 Doel 3

2.1 Doelstelling van het programma 3

2.2 Maatschappelijke impact 4

3 Voorwaarden voor aanvragers 6

3.1 Wie kan aanvragen 6

3.2 Wat kan aangevraagd worden 9

3.3 Het opstellen en indienen van de aanvraag 10

3.4 Indieningsvoorwaarden 13

3.5 Subsidievoorwaarden 14

4 Beoordelingsprocedure 18

4.1 De San Francisco Declaration (DORA) 18

4.2 Procedure 18

4.3 Criteria 23

5 Subsidieverplichtingen 26

6 Contact en overige informatie 29

6.1 Contact 29

6.2 Overige informatie 29

7 Bijlage(n) 30

7.1 Toelichting op budgetmodules 30

7.2 Industrial en Societal Doctorates 36

7.3 Publieke kennisorganisaties 37

(3)

1 Inleiding

In deze Call for proposals leest u hoe de aanvraagprocedure is ingericht voor de subsidieronde ‘Onderzoek op Routes door Consortia 2022’. Deze Call for proposals valt onder de verantwoordelijkheid van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO).

U vindt in deze Call for proposals achtereenvolgens informatie over het doel van dit programma (hoofdstuk 2), de voorwaarden voor de subsidieaanvraag (hoofdstuk 3) en hoe uw aanvraag wordt

beoordeeld (hoofdstuk 4). Deze informatie hebt u nodig om een aanvraag voor subsidie te kunnen indienen.

In hoofdstuk 5 vindt u de subsidieverplichtingen die van toepassing zijn in geval van toewijzing, in hoofdstuk 6 de contactgegevens en in hoofdstuk 7 de bijlagen.

1.1 Achtergrond

Wat wil Nederland weten? Vanuit die gedachte is de Nationale Wetenschapsagenda (NWA) door een

innovatief proces met de inbreng van burgers en wetenschappers tot stand gekomen: elke Nederlander kreeg de kans om online vragen aan de wetenschap te stellen. De nationale kennisgemeenschap, verenigd in de Kenniscoalitie1, heeft de opgehaalde vragen tot 140 clustervragen gebundeld, waaruit 25 routes zijn geformuleerd2.

De NWA omvat complexe vraagstukken waar afstemming en samenwerking meerwaarde heeft om wetenschappelijke en maatschappelijke doorbraken te realiseren. Het doel van de NWA is het leveren van een positieve en structurele bijdrage aan de mondiale kennismaatschappij van morgen, waar nieuwe kennis gemakkelijk doorstroomt van onderzoeker naar gebruiker en waar nieuwe vragen vanuit de praktijk en de samenleving snel en vanzelfsprekend ingang vinden in nieuw onderzoek. Het NWA-programma stimuleert daarom samenwerking tussen verschillende partners, zodat het geheel meer is dan de som der delen.

De kernelementen van het NWA-programma zijn:

− De Nationale Wetenschapsagenda die gevormd wordt door de 25 routes en 140 clustervragen.

− Kennisketenbrede3 en interdisciplinaire consortia, waarin onderzoekers vanuit verschillende disciplinaire achtergronden en kennisorganisaties en maatschappelijke (publiek en private) organisaties en (waar relevant) burgers samenwerken aan de complexe vraagstukken.

− Projecten die vraaggestuurd onderzoek omvatten, aansluitend op de routes en clustervragen, en daarbij zowel een fundamentele als toepassings- en praktijkgerichte aanpak hanteren.

− Het in dialoog en interactie teruggegeven van de resultaten aan de samenleving.

De uitvoering van het programma voor de Nationale Wetenschapsagenda is door het ministerie van OCW in 2018 belegd bij NWO. De NWA omvat vier programmalijnen4:

1. Onderzoek op routes door consortia (ORC);

2. Thematische programmering waarin wordt samengewerkt met ministeries;

3. Vernieuwingen en netwerken;

4. Wetenschapscommunicatie en outreach.

1 De kenniscoalitie bestaat uit de universiteiten (VSNU), hogescholen (VH), universitair medisch centra (NFU), KNAW, NWO, VNO-NCW, MKB- Nederland en de instituten voor toegepast onderzoek (TO2).

2 De 25 routes en bijbehorende clustervragen zijn te vinden via https://2.wetenschapsagenda.nl/overzicht-routes/, de 140 clustervragen zijn ook in een PDF bestand te vinden via https://2.wetenschapsagenda.nl/publicatie/nationale-wetenschapsagenda-nederlands/

3 De brede kennisketen in de NWA-ORC call omvat de publieke kennisinstellingen: hogescholen, universiteiten, NWO- en KNAW-instituten, universitair medisch centra, TO2-instellingen, maar ook overige publieke kennisorganisaties zoals Rijkskennisinstellingen (zie hoofdstuk 6 voor een volledige lijst van publieke kennisorganisaties).

4 Meer informatie over de verschillende programmalijnen is te vinden op de programmapagina van de NWA.

(4)

Deze Call for proposals ‘Onderzoek op Routes door Consortia 2022’ (ORC) valt onder programmalijn 1. De call is specifiek bedoeld voor financiering van onderzoek door consortia gericht op één of meerdere van de 140 clustervragen binnen één of meerdere van de 25 routes.

1.2 Beschikbaar budget

Het subsidieplafond voor deze Call for proposals bedraagt in totaal € 106.300.000. Aanvragen kunnen worden ingediend in drie verschillende bandbreedtes (zie paragraaf 3.2).

Er is op voorhand geen budgetverdeling over de verschillende bandbreedtes vastgesteld. Het beschikbare budget per bandbreedte wordt bepaald naar rato van het cumulatieve aangevraagde budget van de in behandeling genomen volledige aanvragen per bandbreedte. Op deze manier wordt beoogd in elk bandbreedte positief beoordeelde aanvragen toe te wijzen. NWO streeft daarbij naar een vergelijkbaar toewijzingspercentage voor de drie bandbreedtes.

1.3 Indieningsdeadline(s)

De deadline voor het aanmelden van initiatieven (verplicht) is 1 februari 2022, om 14:00:00 CET.

De deadline voor het indienen van vooraanmeldingen is 9 juni 2022, om 14:00:00 CEST.

De deadline voor het indienen van volledige aanvragen is 23 januari 2023, om 14:00:00 CET.

Bij het indienen van uw aanvraag in ISAAC dient u ook online nog gegevens in te voeren. Begin daarom ten minste drie dagen vóór de deadline van deze Call for proposals met het indienen van uw aanvraag. Aanvragen die na de deadline worden ingediend, worden niet in behandeling genomen.

(5)

2 Doel

Dit hoofdstuk beschrijft de doelstelling van het programma en de maatschappelijke impact.

2.1 Doelstelling van het programma

Het doel van het NWA-ORC programma is het stimuleren van onderzoek uitgevoerd door kennisketenbrede en interdisciplinaire consortia, waarin onderzoekers samenwerken met relevante maatschappelijke (publieke en/of private) partners en waar relevant ook burgers. De vraagstelling van het onderzoek wordt gebaseerd op de complexe vraagstukken benoemd in het portfolio van de 25 routes5, bijbehorende 140 clustervragen en, waar aanwezig, de uitwerking daarvan in de kennisagenda van de route.

2.1.1 Kenmerken van NWA-ORC projecten

Gericht op doorbraken

Aanvragen in de NWA-ORC richten zich op innovatief, vraaggestuurd onderzoek met als doel

wetenschappelijke en maatschappelijke doorbraken6 teweeg te brengen. Het voorgestelde onderzoek loopt wetenschappelijk (internationaal) voorop. Hoewel niet al het onderzoek gericht is op het bereiken van maatschappelijke verànderingen zijn aanvragen in de NWA ORC aantoonbaar maatschappelijk relevant en impactvol.

Samenwerking in consortia

De Nationale Wetenschapsagenda omvat vragen die niet door één partij beantwoord kunnen worden en waarbij samenwerking van essentiële waarde is. In alle consortia:

− Nemen organisaties uit de gehele kennisketen3 deel.

− Zijn alle voor het onderzoek relevante wetenschappelijke disciplines vertegenwoordigd.

− Zijn de relevante maatschappelijke stakeholders betrokken in het onderzoek maar ook in de sociale praktijk hier omheen.

− Is sprake van productieve interacties: de relevante partijen werken in alle fasen van het onderzoek interactief met elkaar samen.

− Blijkt de actieve bijdrage van maatschappelijke stakeholders uit het leveren van cofinanciering (zie paragraaf 3.5.5).

− Worden, waar relevant, ook (vertegenwoordigers van) burgers actief betrokken in het onderzoek. Via de module ‘materieel’ kunnen Citizen Science initiatieven worden gefinancierd (zie bijlage 7.1).

De meerwaarde van de samenwerking is gelegen in:

Elkaar versterkende diversiteit en complementariteit in kennis, (technische) vaardigheden en expertise van de individuele consortiumpartners.

Het stimulerende effect van de samenwerking op talentontwikkeling, waarbij ervaren onderzoekers in het consortium nieuwe, jonge7 talentvolle onderzoekers aantrekken die zich kunnen ontwikkelen en op hun beurt weer nieuw talent aantrekken.

Het creëren van een (sociaal) netwerk in maar ook om het project heen. Maatschappelijke organisaties brengen kennis verder en incorporeren dit in bijvoorbeeld producten, beleid, richtlijnen, onderwijs, culturele uitingen, werkwijzen of het maatschappelijk debat.

5 Het Portfolio voor Onderzoek en Innovatie, met alle routes, eventuele kennisagenda’s voor een route en gedefinieerde gamechangers is online in interactieve vorm te vinden via deze link.

6 Onder ‘doorbraken’ verstaat NWO in deze call dat er een verandering plaatsvindt in ofwel wetenschap of maatschappij. Deze verandering wordt breed verstaan, passend bij de breedte van de NWA als agenda, de clustervragen en de daaraan gekoppelde routes.

7 Met ‘jong’ wordt niet de leeftijd van de onderzoeker bedoeld, maar de fase van diens onderzoekscarrière. Zie ook paragraaf 3.5.9

‘Betrokkenheid en ontwikkeling jonge onderzoekers’.

(6)

2.2 Maatschappelijke impact

Nieuwe kennis en inzichten vanuit wetenschappelijk onderzoek kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan oplossingen voor maatschappelijke vraagstukken van vandaag én morgen. Denk aan de maatschappelijke ongelijkheid, energietransitie, gezondheid en zorg, of klimaatverandering. Kennisbenutting vergroot de kans op maatschappelijke impact van onderzoek en is daarom een belangrijk onderdeel van de NWO-strategie voor 2019-2022.

2.2.1 Kennisbenutting

NWO ziet kennisbenutting als een iteratief proces richting maatschappelijke impact. Door interactie en afstemming tussen onderzoekers en mogelijke kennisgebruikers, neemt de kans op kennisbenutting toe en daarmee ook de kans op maatschappelijke impact. Via haar kennisbenuttingsbeleid bevordert NWO de mogelijke bijdrage vanuit onderzoek aan maatschappelijke vraagstukken door het stimuleren van productieve interacties met maatschappelijke belanghebbenden. Zowel tijdens de ontwikkeling als in de uitvoering van het onderzoek. Dit doet zij op een manier die past bij het doel van het financieringsinstrument.

2.2.2 Maatwerk in benadering kennisbenutting

Afhankelijk van het doel van het financieringsinstrument kiest NWO de benadering die de kans op

maatschappelijke impact optimaal ondersteunt. Het primaire doel van het financieringsinstrument bepaalt de methode die NWO inzet om kennisbenutting in verschillende fases van het project (aanvraag, uitvoering, na afloop) te bevorderen en de inspanning die van aanvrager(s) en partners gevraagd wordt.

Voor meer informatie over het kennisbenuttingsbeleid van NWO zie de website:

www.nwo.nl/kennisbenutting.

2.2.3 Impactbenaderingen in de NWA-ORC

Om recht te doen aan de verschillende verwachtingen op het gebied van maatschappelijke impact in de breedte van de NWA (zie 2.2.1) worden in dit programma twee benaderingen voor kennisbenutting toegepast.

− De Impact Plan benadering, waarmee NWO de ontwikkeling faciliteert van een geïntegreerde strategie door onderzoekers en partners om doelgericht de kans op de gewenste maatschappelijk impact te vergroten.

− De Impact Outlook benadering, waarbij NWO aanvragers aanmoedigt om meer aandacht te besteden aan het ontdekken en ontwikkelen van voorziene en onvoorziene kansen op maatschappelijke impact.

NWO verwacht dat bij de meeste routes en clustervragen de Impact Plan benadering passend is.

Productieve interacties

Productieve interacties krijgen vorm doordat àlle partijen in het consortium actief betrokken zijn in alle fasen van het onderzoeksproces: bij het formuleren van de onderzoeksvragen, het uitwerken van de aanpak om deze vragen te beantwoorden en het realiseren van de gewenste wetenschappelijke en, indien van toepassing,

maatschappelijke doorbraken. Dit onderschrijft ook het cyclische karakter van onderzoeks- en innovatieprocessen, waarbij enerzijds opgedane basiskennis doorstroomt naar de toepassing in beleid en praktijk en anderzijds probleemgeoriënteerde vragen uit de praktijk aanleiding geven voor verder onderzoek.

(7)

Impact Plan benadering

De Impact Plan benadering past bij consortia die hun onderzoek richten op maatschappelijke verandering en wetenschappelijke en maatschappelijke impact beogen voort te brengen. Bij de Impact Plan benadering is kennisbenutting geïntegreerd in de onderzoeksopzet en bepaalt de wetenschappelijke kwaliteit de

maatschappelijke impact. De maatschappelijke impact is nooit alleen het resultaat van kennis en inzichten uit het onderzoek. Tot slot wordt maatschappelijke impact vaak pas gerealiseerd jaren nádat een

onderzoeksproject is afgesloten.

Impact Outlook benadering

De Impact Outlook benadering past bij consortia die maatschappelijk relevant onderzoek opzetten, maar géén maatschappelijke verandering beogen. Het project heeft daarbij tot doel een of meerdere clustervragen te beantwoorden die niet gericht zijn op maatschappelijke verandering, maar wel op het beantwoorden van de vraag die de samenleving aan de wetenschap gesteld heeft en waar kennisbenutting ook onderdeel van het plan uitmaakt. Van consortia wordt verwacht dat zij bij de ontwikkeling van het onderzoek nadenken over mogelijke toepassingsgebieden van de onderzoeksresultaten en reflecteren op vergezichten van mogelijke maatschappelijke impact.

Online e-learning workshop

Op de website van NWO zijn e-learning workshops te vinden voor zowel de Impact Plan als Impact Outlook benadering. De workshops zijn bedoeld om te helpen zowel bij het maken van de keuze voor een van beide benaderingen als bij het in de aanvraag uitwerken van de gekozen benadering. Het ontwikkelen en uitvoeren van een onderzoeksproject in gezamenlijkheid met partners is een kernelement van NWA. Daarom raden wij ten zeerste aan om ook in gezamenlijkheid de workshop te volgen met (vertegenwoordigers van)

wetenschappelijke en maatschappelijke partners.

Keuze en uitwerking

NWO vraagt aan consortia om in hun vooraanmelding aan te geven voor welke benadering zij kiezen en deze keuze te onderbouwen. De beoordelingscommissie beoordeelt of de gekozen benadering passend en goed onderbouwd is en neemt deze beoordeling mee in haar advies over de vooraanmelding. Dit kan ertoe leiden dat een consortium wordt geadviseerd in de volledige aanvraag een andere benadering uit te werken dan die gekozen in de vooraanmelding. Indien een consortium het niet eens is met het advies van de

beoordelingscommissie, dient deze keuze te worden onderbouwd in de volledige aanvraag. Er is geen a priori voorkeur voor projecten die de ene of de andere benadering volgen, zolang de benadering passend is bij de aanvraag.

Op de matchmakingsbijeenkomst (zie paragraaf 4.2.2) wordt meer informatie gegeven over het de Impact benaderingen.

De onderzoeksvraag is gericht op

maatschappelijke doorbraken (i.e.

veranderingen)

Impact

Plan De onderzoeksvraag

is niet (direct) gericht op maatschappelijke doorbraken (i.e.

veranderingen)

Impact

Outlook

(8)

3 Voorwaarden voor aanvragers

Dit hoofdstuk bevat de voorwaarden die gelden voor uw subsidieaanvraag. Eerst wordt beschreven wie subsidie kan aanvragen (paragraaf 3.1) en waarvoor u subsidie kunt aanvragen (paragraaf 3.2). Vervolgens vindt u de voorwaarden voor het opstellen en indienen van de aanvraag (paragrafen 3.3 en 3.4) en specifieke subsidievoorwaarden (paragraaf 3.5).

3.1 Wie kan aanvragen

Vooraanmeldingen en volledige aanvragen worden ingediend door een hoofdaanvrager namens het consortium.

Er worden vier categorieën van deelnemers aan een consortium onderscheiden:

1. Hoofdaanvrager 2. Medeaanvrager(s) 3. Cofinancier(s)

4. Samenwerkingspartners (niet verplicht)

Een consortium dient te bestaan uit minimaal een hoofdaanvrager, een mede-aanvrager en een cofinancier.

De voorwaarden per deelnemer worden in de volgende paragrafen nader toegelicht.

3.1.1 Hoofd- en medeaanvragers

Hoofdaanvrager

Hoogleraren, universitair (hoofd)docenten, lectoren en andere onderzoekers met een vergelijkbare functie*

mogen als hoofdaanvrager optreden als zij in vaste dienst zijn (en derhalve een bezoldigd dienstverband voor onbepaalde tijd hebben**) of een tenure track overeenkomst hebben bij één van de onderstaande

organisaties:

− Universiteiten gevestigd in het Koninkrijk der Nederlanden;

− Universitair medische centra;

− KNAW- en NWO-instituten;

− Hogescholen, zoals bedoeld in artikel 1.8 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW);

− TO2-instellingen;

− het Nederlands Kanker Instituut;

− het Max Planck Instituut voor Psycholinguïstiek te Nijmegen;

− NCB Naturalis;

− Advanced Research Centre for NanoLithography (ARCNL);

− Prinses Máxima Centrum.

*Onder een vergelijkbare functie wordt verstaan dat een onderzoeker aantoonbaar een vergelijkbaar aantal jaren ervaring heeft met het doen van wetenschappelijk onderzoek en het begeleiden van andere

onderzoekers als een hoogleraar c.q. universitair (hoofd)docent.

** Voor lectoren in dienst van een hogeschool en onderzoekers in dienst van een TO2-instelling geldt dat zij ook als hoofdaanvrager mogen indienen met een bezoldigd dienstverband voor bepaalde tijd.

Personen met een nuluren arbeidsovereenkomst of met een dienstverband voor bepaalde tijd (anders dan een tenure track en de hierboven genoemde uitzondering voor lectoren en onderzoekers in dienst van een TO2-instelling) zijn uitgesloten van indiening als hoofdaanvrager.

(9)

Het kan voorkomen dat de tenure track overeenkomst van de hoofdaanvrager eindigt vóór de beoogde afrondingsdatum van het project waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, of dat vóór die datum het vaste dienstverband van de hoofdaanvrager eindigt wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. In dat geval voegt de hoofdaanvrager een verklaring van diens werkgever bij, waarin de betreffende organisatie garandeert dat het project en alle op het project werkzame personen voor wie subsidie wordt aangevraagd adequaat zullen worden begeleid voor de volledige duur van het project.

De hoofdaanvrager dient de aanvraag in via ISAAC, het elektronische indiensysteem van NWO. Tijdens het beoordelingsproces communiceert NWO in principe alleen met de hoofdaanvrager.

Na toewijzing van een aanvraag wordt de hoofdaanvrager projectleider en aanspreekpunt voor NWO. De (kennis)instelling van de hoofdaanvrager is hoofdbegunstigde en wordt penvoerder.

Aanvullende voorwaarden:

− De hoofdaanvrager mag in de NWA-ORC 2022 ronde slechts één aanvraag indienen in de hoedanigheid van hoofdaanvrager.

− De hoofdaanvrager mag in de NWA-ORC 2022 ronde maximaal één keer als medeaanvrager deelnemen aan een ander consortium.

− Een hoofdaanvrager die in de NWA-ORC rondes 2018, 2019 of 2020/2021 als penvoerder (i.e.

hoofdaanvrager) subsidie heeft ontvangen, is uitgesloten om in deze ronde als hoofdaanvrager in te dienen. Deze persoon mag wel in een andere rol deelnemen aan een consortium.

Zowel hoofd- als medeaanvragers met een deeltijd dienstverband dienen garant te staan voor adequate begeleiding van het project en van alle op het project werkzame personen voor wie subsidie wordt aangevraagd.

Medeaanvragers

Medeaanvragers hebben een actieve rol bij de uitvoering van het project. De (deel)projectleider(s) en begunstigde(n) zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor de uitvoering van het gehele project.

Aanvullende voorwaarden:

− Een medeaanvrager mag in de NWA-ORC 2022 call maximaal in twee consortia als medeaanvrager deelnemen.

− Personen met een nuluren arbeidsovereenkomst zijn uitgesloten van indiening als medeaanvrager.

Medeaanvragers kunnen verbonden zijn aan de instellingen vermeld in paragraaf 3.1.1 en aan de publieke kennisorganisaties vermeld in bijlage 7.3, maar ook aan andere organisaties.

Voor een organisatie waaraan een medeaanvrager is verbonden maar die niet vermeld is in paragraaf 3.1.1 of bijlage 7.3 geldt dat deze organisatie moet voldoen aan de onderstaande genoemde cumulatieve criteria:

− is gevestigd in Nederland en

− heeft een publieke taak en

− is onafhankelijk in de uitvoering van onderzoek8 en

− heeft geen winstoogmerk anders dan ten behoeve van het doen van verder onderzoek.

Een besloten vennootschap is te allen tijden uitgesloten om als aanvrager deel te nemen in het consortium.

8 Daarmee wordt bedoeld dat het zelf uitvoeren van onderzoek een van de (kern)taken van de organisatie is; blijkend uit officiele

documentatie zoals de formele statuten, oprichtingsakte of andere formele documentatie. Onder ‘zelf uitvoeren van onderzoek’ verstaat NWO dat het onderzoek door eigen werknemers met een bezoldigd dienstverband bij de organisatie, wordt uitgevoerd.

(10)

Let op: Voorafgaand aan het indienen van een aanvraag wordt door NWO getoetst of een organisatie aan deze cumulatieve criteria voldoet en dus als medeaanvrager mag deelnemen. NWO voert deze toets mede uit om te controleren of er geen sprake is van het verlenen van verboden staatssteun9. Deze toets dient ook uitgevoerd te worden als een organisatie binnen een eerdere NWA-ORC ronde of ander NWA programma getoetst is en toegestaan als aanvrager.

De organisatie van de beoogde aanvrager levert uiterlijk 10 werkdagen voor de deadline van indiening per e- mail (dus uiterlijk 23 mei 2022 voor 14.00 uur CEST) in ieder geval de volgende documenten aan:

− een recent uittreksel van de kamer van koophandel;

− de oprichtingsakte c.q. actuele statuten c.q. ander formeel actueel document waaruit de publieke taak en het ontbreken van winstoogmerk blijkt;

− de laatst beschikbare jaarrekening voorzien van een controleverklaring10.

Het is toegestaan om andere relevante documentatie toe te voegen. Tevens kan NWO om aanvullende informatie vragen als bovenstaande documenten niet voldoende uitsluitsel bieden om te bepalen of er sprake is van het verlenen van verboden staatssteun dan wel te bepalen of de organisatie mag optreden als

aanvrager.

Indien de organisatie van de aanvrager de voor de toets op de voorwaarden benodigde stukken niet op tijd aanlevert, kan NWO de betreffende organisatie niet als aanvrager accepteren.

Als in de volledige aanvraag nieuwe aanvragers toegevoegd worden aan het consortium en deze nieuwe aanvragers niet verbonden zijn aan een instelling vermeld in paragraaf 3.1.1 of bijlage 7.3, dient ook voor deze organisatie(s) een toets op de voorwaarden plaats te vinden. Ook hiervoor geldt dat de organisatie van de beoogde aanvrager uiterlijk 10 werkdagen voor de deadline van indiening per e-mail (dus uiterlijk 10 januari 2023 voor 14.00 uur CEST) in ieder geval de volgende documenten aanlevert:

− een recent uittreksel van de kamer van koophandel;

− de oprichtingsakte c.q. actuele statuten c.q. ander formeel actueel document waaruit de publieke taak en het ontbreken van winstoogmerk blijkt;

− de laatst beschikbare jaarrekening voorzien van een controleverklaring10.

Een organisatie die voorafgaand aan het indienen van een vooraanmelding is goedgekeurd als aanvrager, hoeft voorafgaand aan het indienen van de volledige aanvraag niet nogmaals getoetst te worden.

Een organisatie die voorafgaand aan het indienen van een vooraanmeldig is afgewezen als aanvrager, kan voorafgaand aan het indienen van de volledige aanvraag niet nogmaals een verzoek doen om als aanvrager toegelaten te worden.

3.1.2 Cofinancier(s)

Cofinanciering is verplicht in deze call. Cofinanciers zijn organisaties die in cash en/of in kind bijdragen aan het project. Gezamenlijk dienen de cofinanciers minimaal 10% en maximaal 49% van het totale budget voor de aanvraag bijeen te brengen. Cofinanciers ontvangen nooit subsidie van NWO. De voorwaarden omtrent cofinanciering zijn gespecificeerd in paragraaf 3.5.5. De rol die deze partijen spelen bij de voorbereiding, uitvoering, en vertaling van het onderzoek naar de maatschappij dient in het onderzoeksvoorstel beschreven te worden.

Organisaties waarvan medewerkers conform de in 3.1.1 gegeven beschrijving als hoofdaanvrager deel mogen nemen, mogen in de NWA-ORC 2022 call niet deelnemen als cofinancier.

9 Zie Verordening EU 1407/2013 van 18/12/2013, de EU 651/2014 van 17/06/2014 en de mededeling van de Europese Commissie 2014/C 198/01 om te controleren of er sprake is van verenigbaarheid met deze steunregelingen.

10 Organisaties die niet wettelijk verplicht zijn hun jaarrekening te laten controleren, hoeven een dergelijke controleverklaring niet aan te leveren. Zij moeten daarbij wel kunnen aantonen dat deze wettelijke verplichting niet van toepassing is op de betreffende organisatie.

(11)

Een uitzondering hierin wordt gemaakt voor TO2-instellingen. Zij mogen in een consortium wel deelnemen als co-financier, mits zij in hetzelfde consortium niet ook als hoofd- of medeaanvrager deelnemen.

3.1.3 Samenwerkingspartners

Binnen deze call is het mogelijk om het consortium te versterken met één of meer samenwerkingspartners.

Een samenwerkingspartner is een partij die nauw betrokken is bij de uitvoering van het onderzoek en/of de kennisbenutting maar geen hoofd- of medeaanvrager is en geen cofinanciering bijdraagt aan de aanvraag.

Hierbij kan gedacht worden aan partijen die betrokken zijn door middel van deelname aan een advies-, begeleidings- of gebruikerscommissie, of partijen die op voorhand niet in staat zijn om hun bijdrage te kapitaliseren.

Let op: voor personeel van organisaties die als samenwerkingspartner deelnemen aan het consortium kan geen subsidie voor salaris- of onderzoekskosten als medeaanvrager worden aangevraagd. Wel is het mogelijk kosten te vergoeden door deze organisaties als derden in te huren via de modules ‘materiele kosten’,

‘kennisbenutting’ of ‘project management (zie paragraaf 3.2 en bijlage 7.1).

3.2 Wat kan aangevraagd worden

Voor een aanvraag in deze Call for proposals kan, afhankelijk van de bandbreedte waarin wordt ingediend, als volgt subsidie worden aangevraagd:

− Bandbreedte ‘klein’: aan te vragen subsidie minimaal € 500.000 en maximaal ≤ € 2.000.000

− Bandbreedte ‘middel’: aan te vragen subsidie minimaal > € 2.000.000 en maximaal ≤ € 5.000.000

− Bandbreedte ‘groot’: aan te vragen subsidie minimaal > € 5.000.000 en maximaal ≤ € 10.000.000 Het bij NWO aangevraagde subsidiebedrag bepaalt de bandbreedte waarin de aanvraag wordt behandeld en beoordeeld11. Het is niet toegestaan tussen de vooraanmelding en volledige aanvraag te wisselen van bandbreedte.

NWO financiert maximaal 90% van het totale budget van het project; de rest van het projectbudget wordt ingebracht via de verplichte cofinanciering (zie paragraaf 3.5.5). NWO financiert nooit minder dan 50% van de totale projectomvang.

De maximale looptijd van het voorgestelde project is 96 maanden/8 jaar, ongeacht de bandbreedte waarin wordt ingediend. De minimale looptijd is 4 jaar/48 maanden.

De voor deze Call for proposals beschikbare budgetmodules (inclusief de maximum bedragen) staan vermeld in de tabel hieronder. Vraag alleen datgene aan wat essentieel is om het project uit te voeren. Een nadere toelichting op de budgetmodules vindt u in de bijlage bij deze Call for proposals (7.1).

11 Voorbeeld: een aanvraag heeft een totaal budget van €2.150.000. Daarvan vraagt het consortium €1.900.000 subsidie bij NWO en cofinanciers leveren €250.000 cofinanciering. De aanvraag valt dan binnen de bandbreedte ‘klein’ (aan te vragen subsidie minimaal € 500.000 en maximaal ≤ € 2.000.000).

(12)

Budgetverplichtingen

De aanvraagbegroting dient het kennisketenbrede karakter van het consortium te weerspiegelen. De vuistregel hierbij is dat 80% van het door OCW beschikbaar gestelde budget voor het NWA-programma bestemd is voor kennisinstituten, zoals universiteiten en medisch centra. De overige 20% is bestemd voor toegepaste en praktijkgerichte onderzoeksinstellingen (zie ook hoofdstuk 1). In het budget van een afzonderlijke NWA-ORC-aanvraag hoeft het kennisketenbrede karakter van het consortium niet noodzakelijkerwijs exact vertaald te worden in de verhouding 80:20, maar wel zo goed mogelijk bij de bovengenoemde vuistregel aansluiten.

Budgetmodule Maximaal bedrag

Promovendus

Waaronder ook Industrial en Societal Doctorates, zie 7.2

Onbeperkt aantal posities, volgens VSNU-tarieven of NFU- tarieven12

Professional Doctorate in engineering

(PDeng) Onbeperkt aantal posities, in combinatie met promovendi en/of postdoc(s), volgens VSNU-tarieven of NFU-tarieven12 Postdoc Onbeperkt aantal posities, volgens VSNU-tarieven of NFU-

tarieven12 Niet-wetenschappelijk personeel (NWP)

bij universiteiten Volgens VSNU-tarieven of NFU-tarieven12, in combinatie met promovendi en/of postdoc(s)

Overig wetenschappelijk personeel (OWP)

bij universiteiten13 In combinatie met promovendus en/of postdoc

Vervanging Per budgetpost 5 maanden, 1 fte. Volgens VSNU-tarieven of NFU-tarieven12. De totale som van aangevraagde middelen voor vervanging mag niet meer bedragen dan 10% van het totale aangevraagde budget.

Personeel hogescholen,

onderwijsinstellingen en overige organisaties

Onbeperkt aantal posities, tarieven op basis van Handleiding Overheidstarieven 2021

Materiële kosten € 15.000 per jaar per fte wetenschappelijke positie14 Investeringen (t/m € 150.000) Maximaal € 150.000

Investeringen (€ 150.000 t/m € 500.000) Groter of gelijk aan € 150.000 (voor dataverzamelingen geldt een minimum van € 25.000) en kleiner of gelijk aan € 500.000 met 25% eigen bijdrage door de aanvragende kennisinstelling Kennisbenutting Verplicht aan te vragen; minimaal 5% en maximaal 20% van het

totale aangevraagde budget Internationalisering Maximaal € 100.000

Money follows Cooperation Minder dan 50% van het totale aangevraagde budget Projectmanagement Verplicht aan te vragen; maximaal 5% van het totale

aangevraagde budget.

3.3 Het opstellen en indienen van de aanvraag

Deze NWA-ORC subsidieronde kent drie fases:

1. Het aanmelden van een initiatief (verplicht om een vooraanmelding in te dienen)

12 Voor personeel in het buitenland worden de lokale tarieven vergoed tot maximaal de VSNU-tarieven.

13 Deze budgetpost is niet bedoeld voor de financiering van uren van hoofd- of mede-aanvragers. Daarvoor staat óf de vervangingssubsidie beschikbaar (voor instellingen die met VSNU of NFU tarief rekenen), óf personeel hogescholen, onderwijsinstellingen en overige instellingen (voor instellingen die met het HOT tarief rekenen).

14 Dit omvat tevens posities bij hogescholen, onderwijsinstellingen en overige aanvraag-organisaties.

(13)

2. Het indienen van een vooraanmelding 3. Het indienen van een volledige aanvraag

Zie voor een volledig overzicht van alle indieningseisen paragraaf 3.4.1.

Initiatieven worden via de website van NWO aangemeld. Het indienen van een vooraanmelding en volledige aanvraag kan alleen via het online aanvraagsysteem ISAAC. Aanvragen die niet via ISAAC zijn ingediend, worden niet in behandeling genomen.

Het initiatief mag in het Nederlands of Engels worden opgesteld. De vooraanmelding en volledige aanvraag moeten in het Engels opgesteld worden.

U bent als hoofdaanvrager verplicht een vooraanmelding en volledige aanvraag via het eigen persoonlijke ISAAC-account in te dienen.

Het is belangrijk om tijdig te beginnen met uw aanvraag in ISAAC:

− Indien u nog geen ISAAC-account heeft, dient deze op tijd te worden aangemaakt om eventuele aanmeldproblemen te voorkomen.

− Nieuwe organisaties moeten eventueel nog door NWO toegevoegd worden aan ISAAC.

− U moet ook online nog gegevens invoeren.

Aanvragen die na de deadline worden ingediend, neemt NWO niet in behandeling.

Voor vragen van technische aard verzoeken wij u contact op te nemen met de ISAAC-helpdesk, zie contact (hoofdstuk 6).

Werkt een hoofd- en/of medeaanvrager bij een organisatie die niet is opgenomen in de database van ISAAC?

U kunt dit dan melden via relatiebeheer@nwo.nl zodat de organisatie kan worden toegevoegd. Hier zijn enige dagen voor nodig. Daarom is het van belang dit uiterlijk een week voor de deadline te melden.

De aanvrager dient de organisatie waar zij/hij werkzaam is te hebben geïnformeerd over het indienen van de aanvraag en de organisatie dient de subsidievoorwaarden van deze Call for proposals te aanvaarden.

3.3.1 Het aanmelden van initiatieven

Voorafgaand aan het indienen van een vooraanmelding is de beoogd hoofdaanvrager verplicht een initiatief aan te melden. De initiatieven worden gepubliceerd op de website van NWO.

Een initiatief bestaat uit een korte toelichting op de onderzoeksvraag, een eerste indicatie van de bij het consortium betrokken partijen, de primaire route waarbinnen het initiatief valt evenals de clustervraag/- vragen die worden geadresseerd, een aantal trefwoorden om het initiatief beter vindbaar te maken voor potentiële partners, de naam van de hoofdaanvrager en contactgegevens15.

Voor het aanmelden van een initiatief dienen aanvragers het online initiatievenformulier in te vullen. Een link naar dit formulier is te vinden op de programmapagina van deze call ‘NWA-ORC 2022’. Aangemelde

initiatieven zullen na controle door NWO online worden gepubliceerd.

Na de deadline voor het aanmelden van initiatieven wordt per NWA-route een matchmakingsbijeenkomst georganiseerd. Tenminste één vertegenwoordiger van het aangemelde initiatief dient deel te nemen aan de matchmakingsbijeenkomst van de primaire route van het initiatief. Zie paragraaf 4.2.2 voor een nadere toelichting. Zonder aanmelding van een initiatief en deelname aan de matchmakingsbijeenkomst van de primaire route wordt een vooraanmelding niet in behandeling genomen.

15 Contactgegevens worden alleen na toestemming van de indiener van het initiatief, online gepubliceerd.

(14)

3.3.2 Het opstellen en indienen van de vooraanmelding

Een vooraanmelding moet een uitwerking zijn van een aangemeld initiatief. Daarbij geldt dat van het consortium een vertegenwoordiger aanwezig dient te zijn geweest bij de matchmakingsbijeenkomst van de primaire route.

Tenminste één van de opgevoerde clustervragen in de vooraanmelding dient gelijkt te zijn aan die van het aangemelde initiatief. NWO toetst dit door in de vooraanmelding het nummer van het/de bijpassende initiatief/-ven op te vragen. Een vooraanmelding kan, volgend op de matchmakingsbijeenkomst, voortvloeien uit meerdere aangemelde initiatieven.

Voor het opstellen van uw vooraanmelding doorloopt u de volgende stappen:

− download het vooraanmeldingsformulier vanuit het online aanvraagsysteem ISAAC of vanaf de website van NWO (op de website van het betreffende financieringsinstrument);

− vul het het vooraanmeldingsformulier in;

− sla het formulier op als pdf en dien het met de eventueel verplichte bijlage(n) in ISAAC in;

− vul de online in ISAAC gevraagde gegevens in.

Verplichte bijlage(n):

− schriftelijk akkoord bevoegd orgaan indiening vooraanmelding.

Bijlagen dienen los van de vooraanmelding in ISAAC geupload te worden. Alle bijlagen dienen als pdf-bestand (zonder beveiliging) te worden ingediend. Andere bijlagen dan de hierboven vermelde bijlagen zijn niet toegestaan.

3.3.3 Het opstellen en indienen van de volledige aanvraag

Het indienen van een volledige aanvraag staat alleen open voor hoofdaanvragers die een vooraanmelding hebben ingediend die door NWO in behandeling is genomen. Het is niet toegestaan om tussen het indienen van een vooraanmelding en volledige aanvraag van hoofdaanvrager te wisselen.

Voor het opstellen van uw aanvraag doorloopt u de volgende stappen:

− download het aanvraagformulier vanuit het online aanvraagsysteem ISAAC of vanaf de website van NWO (op de website van het betreffende financieringsinstrument);

− vul het het aanvraagformulier in;

− sla het formulier op als pdf en dien het met de eventueel verplichte bijlage(n) in ISAAC in;

− vul de online in ISAAC gevraagde gegevens in.

Verplichte bijlage(n):

− begroting;

− steunbrieven cofinancier(s);

− adhesiebetuigingen samenwerkingspartner(s) (verplicht indien van toepassing; zie paragraaf 3.1.3 en 3.5.6);

− bevestiging van bijdrage aan investeringen (verplicht indien van toepassing, zie paragraaf 7.1);

− reactieformulier advies vooraanmelding.

− garantstelling voor continuïteit in de projectbegeleiding (verplicht indien van toepassing, zie paragraaf 3.1).

Bijlagen dienen los van de aanvraag in ISAAC geüpload te worden. Alle bijlagen, met uitzondering van de begroting, dienen als pdf-bestand (zonder beveiliging) te worden ingediend. De begroting moet als Excel- bestand worden ingediend in ISAAC. Op het moment van indienen dient in de bijgesloten steunbrieven de volledige vereiste cofinanciering te zijn toegezegd volgens de voorwaarden beschreven in paragraaf 3.5.5.

Andere bijlagen dan hierboven vermelde bijlagen zijn niet toegestaan.

(15)

3.4 Indieningsvoorwaarden

3.4.1 Formele voorwaarden voor indiening

Daar waar in deze paragraaf over ‘aanvraag’ wordt gesproken wordt zowel de vooraanmelding als volledige aanvraag bedoeld, tenzij expliciet anders aangegeven.

NWO toetst uw aanvraag op onderstaande voorwaarden. Alleen als uw aanvraag aan deze voorwaarden voldoet, wordt deze toegelaten tot de beoordelingsprocedure. U wordt gevraagd om na indiening van een aanvraag beschikbaar te zijn om eventuele administratieve correcties door te voeren en zo (alsnog) te voldoen aan de voorwaarden voor indiening.

Deze voorwaarden zijn zowel voor de vooraanmelding als volledige aanvraag:

− de hoofdaanvrager en medeaanvrager(s) voldoen aan de in paragraaf 3.1.1 gestelde voorwaarden;

− de cofinanciers voldoen aan de in paragraaf 3.1.3 gestelde voorwaarden;

− de aanvraag is ingediend via het ISAAC-account van de hoofdaanvrager;

− de aanvraag is ontvangen op of voor de gestelde deadline;

− de aanvraag is in het Engels opgesteld;

− het aanvraagformulier is, na eventueel verzoek tot aanvulling of wijziging, juist, compleet en volgens de instructies ingevuld;

− alle vereiste bijlagen zijn ingediend en voldoen aan de voorwaarden;

− het voorgestelde project heeft een looptijd van minimaal 4 en maximaal 8 jaar.

Aanvullende voorwaarden voor de vooraanmelding:

− de vooraanmelding is eerder aangemeld door middel van een initiatief (zie paragraaf 3.3.1);

− tenminste een van de clustervragen in de vooraanmelding is gelijk aan die van het bijbehorende initiatief;

− een vertegenwoordiger van het bijbehorende initiatief is aanwezig geweest bij de matchmakingsbijeenkomst van de primaire route (zie paragraaf 3.3.1 en 4.2.2).

Aanvullende voorwaarden voor de volledige aanvraag:

− de hoofdaanvrager heeft een vooraanmelding ingediend die door NWO in behandeling is genomen;

− de volledige aanvraag is een uitwerking van de vooraanmelding;

− de bandbreedte waarin de volledige aanvraag valt, is gelijk aan die van de vooraanmelding (zie paragraaf 3.2);

de aanvraagbegroting is volgens de voorwaarden van deze Call for proposals opgesteld;

− De vereiste cofinanciering is, na eventueel verzoek tot aanvulling of wijziging, correct en volledig toegezegd middels steunbrieven;

− alle vereiste bijlagen zijn ingediend en voldoen aan de voorwaarden.

(16)

3.5 Subsidievoorwaarden

Op alle aanvragen zijn de NWO-subsidieregeling 2017 en het Akkoord bekostiging wetenschappelijk onderzoek van toepassing.

3.5.1 Datamanagement

Resultaten van wetenschappelijk onderzoek moeten kunnen worden gerepliceerd, geverifieerd en

gefalsifieerd. In het digitale tijdperk betekent dit dat behalve publicaties ook onderzoeksdata zo veel mogelijk vrij toegankelijk moeten zijn. NWO verwacht dat de onderzoeksdata die voortkomen uit projecten die door NWO zijn gefinancierd zo veel mogelijk vrij beschikbaar komen voor hergebruik door andere onderzoekers.

NWO hanteert daarbij het principe: “zo open als mogelijk, beschermd indien nodig”. Van onderzoekers wordt verwacht dat zij ten minste die data en/of niet-numerieke resultaten die ten grondslag liggen aan de

conclusies van binnen het project gepubliceerde werken openbaar maken, gelijktijdig met de publicatie zelf.

Eventuele kosten die hiervoor worden gemaakt, kunnen worden meegenomen in de projectbegroting.

Onderzoekers maken kenbaar hoe met data voortkomend uit het project wordt omgegaan aan de hand van de datamanagementparagraaf in de volledige aanvraag, en het datamanagementplan na toewijzing van subsidie.

Datamanagementparagraaf

De datamanagementparagraaf maakt deel uit van de volledige aanvraag. Onderzoekers wordt gevraagd reeds voor aanvang van het onderzoek te bedenken hoe de verzamelde data geordend en gecategoriseerd moeten worden zodat zij vrij beschikbaar kunnen worden gesteld. Vaak zullen al vóór het tot stand komen van de data en de analyse daarvan maatregelen getroffen moeten worden om opslag en deling later mogelijk te maken.

Indien niet alle data voortkomende uit het project openbaar gemaakt kunnen worden, bijvoorbeeld om redenen van privacy, ethiek of valorisatie, dient de aanvrager dit beargumenteerd kenbaar te maken in de datamanagementparagraaf.

De datamanagementparagraaf wordt niet beoordeeld en daarom ook niet meegewogen in de beslissing om een aanvraag al dan niet toe te wijzen. Zowel de referenten als de commissie kunnen wel advies geven met betrekking tot de datamanagementparagraaf.

3.5.2 Wetenschappelijke integriteit

Het project dat NWO financiert moet, conform de NWO Subsidieregeling 2017, uitgevoerd worden in overeenstemming met de nationaal en internationaal aanvaarde normen van wetenschappelijk handelen zoals neergelegd in de Nederlandse Gedragscode Wetenschappelijke Integriteit (2018). Met het indienen van de aanvraag committeert de aanvrager zich aan deze code. In geval van (mogelijke) schending van deze normen bij een door NWO gefinancierd project, dient de aanvrager NWO hiervan onverwijld op de hoogte te stellen en dient deze alle ter zake relevante documenten aan NWO te overleggen. Meer informatie over de gedragscode en het beleid op het gebied van wetenschappelijke integriteit vindt u op de website:

www.nwo.nl/integriteit.

3.5.3 Ethische verklaring of vergunning

Het is de verantwoordelijkheid van de aanvrager om na te gaan of voor de uitvoering van het voorgestelde project een ethische verklaring of vergunning noodzakelijk is. De aanvrager dient er voor te zorgen dat deze tijdig wordt verkregen bij de relevante instelling of ethische commissie. Bij toewijzing wordt de subsidie verleend onder de voorwaarde dat de benodigde ethische verklaring of vergunning vóór de uiterste startdatum van het project is verkregen. Het project kan niet starten dan nadat NWO een kopie van de ethische verklaring of vergunning heeft ontvangen.

3.5.4 Nagoya Protocol

Het Nagoya Protocol zorgt voor een eerlijke en billijke verdeling van voordelen voortvloeiende uit het gebruik van genetische rijkdommen (Access and Benefit Sharing; ABS). Onderzoekers die voor hun onderzoek

gebruikmaken van genetische bronnen in/uit het buitenland dienen zich op de hoogte te stellen van het Nagoya Protocol (www.absfocalpoint.nl). NWO gaat er vanuit dat zij de noodzakelijke acties ten aanzien van het Nagoya Protocol nemen.

(17)

3.5.5 Cofinanciering

Dit onderzoeksprogramma vereist minimaal 10% van het totale budget van de aanvraag als cofinanciering op projectniveau.

Er wordt onderscheid gemaakt tussen in cash cofinanciering, die dient als dekking voor de begroting van de projectactiviteiten beschreven in de aanvraag, en in kind cofinanciering, die kan bestaan uit inzet van middelen (anders dan in cash) van de betrokken organisaties.

De eisen aan cofinanciering gelden voor het gehele consortium samen, niet voor individuele cofinanciers. Het consortium kan zelf bepalen hoeveel elke cofinancier bijdraagt. Indien wordt verwacht of beoogd dat het consortium op een later moment tijdens de uitvoering van het project wordt uitgebreid en dat deze nieuwe partners cofinanciering gaan leveren, dient ten tijde van de aanvraag een andere partij garant te staan voor dat deel van de cofinanciering dat nodig is om te voldoen aan de cofinancieringseisen. Dit zou gevolgen kunnen hebben voor afspraken en rechten op het gebied van intellectueel eigendom en publicatie.

Steunbrief deelnemende cofinanciers

In een steunbrief spreekt de cofinancier zowel inhoudelijke als financiële steun uit aan het project en bevestigt deze de toegezegde cofinanciering. Ook verklaart de cofinancier in de steunbrief of de toegezegde steun al dan niet van private oorsprong is. Steunbrieven van cofinanciers genoemd in de aanvraag zijn verplichte bijlagen bij de volledige aanvraag. Deze moeten zijn ondertekend door een tekenbevoegd persoon van de cofinancier en op briefpapier van de cofinancier zijn geprint. NWO zal een verplicht format voor de steunbrief beschikbaar stellen. Steunbrieven waarin cofinanciering wordt toegezegd zijn onvoorwaardelijk en mogen geen ontbindende bepalingen bevatten.

In geval van toewijzing dient de cofinancier zijn bijdrage(n) te bevestigen in de projectovereenkomst (o.a. ter facturering in geval van in cash). In deze overeenkomst worden ook verdere afspraken gemaakt tussen de cofinancier(s) en de aanvrager(s) (zie paragraaf 5.1.3).

Facturatie in cash cofinanciering

NWO factureert na toekenning van de aanvraag de private of publieke partij die zich met een in cash bijdrage heeft gecommitteerd. Na ontvangst worden deze middelen door NWO toegewezen op het project.

Toelaatbaar als in-kind cofinanciering:

Personele inzet en materiële bijdragen, op voorwaarde dat de waarde ervan bepaald wordt en dat deze bijdragen volledig onderdeel uitmaken van het project. Diensten en know how mogen bij de aanvrager niet reeds beschikbaar of voorhanden zijn. In kind bijdragen worden alleen geaccepteerd onder de voorwaarde dat het gedeelte dat door de cofinancier wordt ingebracht integraal onderdeel is van het werkplan en als identificeerbare inspanning kan worden gevolgd.

Waardebepaling in kind cofinanciering

− Personele inzet wordt gewaardeerd op uren x tarief, waarbij het uurtarief is gebaseerd op de

daadwerkelijke salarislasten (incl. een opslag voor sociale- en werkgeverslasten). Daarnaast wordt bij de berekening van het uurtarief uitgegaan van een standaard productief aantal uur van 1.400 per jaar. Dit uurtarief is gemaximeerd op € 125,- per uur;

− De waarde voor materiële in kind bijdragen wordt bepaald op basis van kostprijs voor verbruiksgoederen.

− De waarde van investeringen/apparatuur wordt bepaald op basis van reguliere afschrijvingen, rekening houdend met intensiteit van gebruik en de reeds gedane afschrijvingen volgens van toepassing zijnde verslaggrondslagen;

(18)

Voor in kind bijdragen in de vorm van diensten of knowhow (kennis, software, toegang tot databases of cellijnen) geldt dat de waarde in het economisch verkeer vastgesteld moet zijn en dat alleen de werkelijke kosten die direct toe te rekenen zijn aan het project mogen worden meegeteld als cofinanciering. Dit is te allen tijde zonder winstopslag. Daarnaast geldt dat de dienst of knowhow niet al bij de aanvrager

beschikbaar of voorhanden is.

Cofinanciers dienen de opbouw en hoogte van de opgevoerde in kind-bijdragen incl. de uurtarieven te motiveren in de steunbrief. NWO kan verzoeken om onderbouwing en bewijsstukken van de gehanteerde tarieven en eveneens om aanpassing.

Niet toelaatbaar als cofinanciering (zowel in cash als in kind):

− door NWO toegekende financiering16;

− PPS-toeslag;

− cofinanciering afkomstig van de organisaties waar de hoofd- of mede-aanvrager(s) werkzaam zijn;

− kortingen op commerciële tarieven, o.a. op materialen, apparaten en diensten;

− kosten m.b.t. overhead, begeleiding, consultancy en/of deelname aan de Adviescommissie (zie 5.1.3);

− kosten voor diensten die voorwaardelijk zijn. Er worden geen voorwaarden gesteld aan de levering van de cofinanciering. De levering van de cofinanciering is niet afhankelijk van het al dan niet bereiken van een bepaald stadium in het onderzoeksplan (bijv. go/no-go moment);

− kosten die volgens de call for proposals niet worden vergoed;

− kosten van apparatuur indien een van de (hoofd)doelen van de aanvraag is verbetering/meerwaarde te creëren van deze apparatuur.

Verantwoording in kind cofinanciering

De hoofdaanvrager rapporteert aan NWO over de in kind cofinanciering die zij/hij van een cofinancier heeft ontvangen. De hoofdaanvrager legt conform de NWO Subsidieregeling 2017 jaarlijkse verantwoording af.

Wanneer een cofinancier zijn verplichtingen niet of niet geheel nakomt aan de hoofdaanvrager en/of NWO kan dit gevolgen hebben voor de subsidievaststelling (zie art 3.4.5 van de NWO Subsidieregeling 2017).

3.5.6 Adhesiebetuiging samenwerkingspartners

Samenwerkingspartners (zie paragraaf 3.1.3) leveren bij de volledige aanvraag een adhesiebetuiging aan waarin zij aangeven wat de aanleiding is om als samenwerkingspartner op te treden in het onderzoek, en wat hun rol binnen het project zal zijn. Dit is geen steunbrief voor cofinanciering, aangezien

samenwerkingspartners geen cofinanciering bijdragen aan het project. Adhesiebetuigingen mogen alleen in de fase voor volledige aanvragen worden aangeleverd. NWO stelt een standaardbrief beschikbaar op de financieringspagina.

3.5.7 Reactieformulier op het niet-bindend advies

Consortia die een volledige aanvraag indienen, moeten reageren op de toelichting bij het advies van de beoordelingscommissie over de vooraanmelding door middel van een reactieformulier. De reactie wordt door de beoordelingscommissie meegewogen in de beoordeling van de volledige aanvraag. NWO stelt dit formulier beschikbaar op de financieringspagina.

3.5.8 Schriftelijk akkoord bevoegd orgaan bij indiening vooraanmelding

Het bevoegde orgaan van de organisatie waaraan de hoofdaanvrager verbonden is dient te verklaren op de hoogte te zijn van de in te dienen vooraanmelding. NWO biedt hiervoor het template “schriftelijk akkoord bevoegd orgaan indiening vooraanmelding” aan dat moet worden gehanteerd. De template is te vinden op de financieringspagina van de NWA-ORC 2022 call for proposals en in ISAAC.

16 Onder door NWO toegekende financiering wordt verstaan financiering welke verkregen is door toewijzing van een aanvraag bij NWO.

Hierbij is het niet relevant in welk programma deze financiering verkregen is, of wie de ontvanger van de subsidie is.

(19)

3.5.9 Betrokkenheid en ontwikkeling jonge onderzoekers

NWO vindt het belangrijk dat projecten in het NWA-ORC programma fungeren als broedplaats voor

talentvolle onderzoekers. Daarom moet in de aanvraag aandacht worden geschonken aan de wijze waarop in het project ruimte is voor de ontwikkeling van talentvolle jonge en mid-career onderzoekers zowel binnen als buiten de academische wereld (i.e. postdocs, tenure trackers, UD’s). Dit dient in de aanvraag toegelicht te worden door middel van een beknopt plan voor de ontwikkeling van deze onderzoekers. Dit plan is een verplicht onderdeel van de volledige aanvraag en de kwaliteit van dit plan wordt meegewogen in de beoordeling van de volledige aanvraag.

(20)

4 Beoordelingsprocedure

Dit hoofdstuk beschrijft allereerst hoe de beoordelingsprocedure verloopt (paragraaf 4.2). Vervolgens somt het de criteria op waaraan de beoordelingscommissie uw aanvraag toetst (paragraaf 4.3).

Voor alle bij de beoordeling en/of besluitvorming betrokken personen en betrokken NWO-medewerkers is de NWO Code Persoonlijke Belangen van toepassing (www.nwo.nl/code).

NWO streeft naar een inclusieve cultuur, waarin geen plaats is voor bewuste of onbewuste barrières vanwege culturele, etnische of religieuze achtergrond, gender, seksuele oriëntatie, gezondheid of leeftijd

(www.nwo.nl/diversiteit-en-inclusie). NWO stimuleert referenten en leden van een beoordelingscommissie of jury actief om zich bewust te worden van impliciete associaties en te proberen deze te minimaliseren. NWO voorziet hen van informatie over concrete manieren om de beoordeling van een aanvraag te verbeteren.

4.1 De San Francisco Declaration (DORA)

NWO is ondertekenaar van de San Francisco Declaration on Research Assessment (DORA). DORA is een wereldwijd initiatief dat beoogt de manier waarop onderzoek en onderzoekers worden beoordeeld te verbeteren. DORA bevat aanbevelingen voor onderzoeksfinanciers, onderzoeksinstellingen,

wetenschappelijke tijdschriften en andere partijen.

DORA richt zich op het terugdringen van het onkritisch gebruik van bibliometrische indicatoren en het wegnemen van onbewuste vooringenomenheid (unconscious bias) bij de beoordeling van onderzoek en onderzoekers. Overkoepelende filosofie van DORA is dat onderzoek moet worden beoordeeld op zijn eigen kwaliteiten en verdiensten in plaats van op basis van afgeleide indicatoren, zoals het tijdschrift waarin het onderzoek wordt gepubliceerd.

NWO gaat bij het beoordelen van het wetenschappelijk track record van aanvragers uit van een brede definitie van wetenschappelijke output.

NWO verzoekt commissieleden en referenten bij de beoordeling van aanvragen niet af te gaan op indicatoren als de Journal Impact Factor of de h-index. U mag deze niet vermelden in uw aanvraag. Wel mag u naast publicaties ook andere wetenschappelijke producten vermelden, zoals datasets, patenten, software en code enzovoort.

Voor meer informatie over wat NWO doet om de principes van DORA te implementeren zie:

www.nwo.nl/dora

4.2 Procedure

De aanvraagprocedure bestaat uit de volgende stappen:

− Aanmelden van een initiatief

− Matchmakingsbijeenkomsten

− Indiening van de vooraanmelding

− In behandeling nemen van de vooraanmelding

− Beoordeling vooraanmelding

− Indiening van de aanvraag

− In behandeling nemen van de aanvraag

− Peer review door referenten

− Weerwoord

− Preadvisering beoordelingscommissie

− Vergadering beoordelingscommissie

− Interview

− Eindbeoordeling van de aanvraag

(21)

− Besluitvorming

Beoordelingscommissie per cluster

De beoordelingscommissie wordt ingesteld door de raad van bestuur van NWO. Gezien de aard van het NWA- ORC programma is de beoordelingscommissie multidisciplinair samengesteld met deskundigen uit de gehele kennisketen en maatschappelijke partijen zoals bedrijven en NGO’s. NWO verdeelt de ontvangen aanvragen over verschillende inhoudelijke clusters. Voor elk cluster wordt een beoordelingscommissie ingesteld. In onderliggende paragrafen wordt met de aanduiding ‘beoordelingscommissie’ steeds de

clusterbeoordelingscommissie bedoeld, tenzij expliciet anders is aangegeven. De beoordeling van aanvragen vindt plaats binnen een passend inhoudelijk cluster. Echter de leden van de beoordelingscommissies zijn geen expert op elk specifiek onderwerp. NWO zal daarom zorgen voor een zo evenwichtig mogelijke spreiding van de leden over de expertisegebieden.

4.2.1 Aanmelden of intrekken van een initiatief

Met het aanmelden van een initiatief geeft u aan dat u een aanvraag wilt indienen voor deze Call for proposals. Het aanmelden van een initiatief is verplicht om in een latere fase een vooraanmelding in te mogen dienen. Zie voor meer informatie paragraaf 3.3.1.

U kunt een initiatief op elk moment intrekken. Dit doet u dit door een e-mail te sturen aan NWO. Na het intrekken van een initiatief is het niet meer mogelijk om alsnog een vooraanmelding in te dienen.

De initiatieven worden gepubliceerd op de website van NWO.

4.2.2 Matchmakingsbijeenkomsten

Per NWA-route vindt een matchmakingsbijeenkomst plaats. Ieder consortium dient ten minste vertegenwoordigd te zijn op de matchmakingsbijeenkomst van de primaire route van het ingediende initiatief. Tijdens een matchmakingsbijeenkomst presenteert elk consortium haar initiatief, met als doel: (1) aansluiting vinden met nieuwe partijen uit het netwerk van de route, (2) aansluiting vinden bij mogelijke vergelijkbare initiatieven uit de route. De NWA-ORC is vraaggestuurd; de bijeenkomst geeft de consortia in wording daarom tevens de gelegenheid om passendheid van het initiatief bij de route te verkennen.

Deze bijeenkomsten zijn een goede mogelijkheid om partijen die niet betrokken zijn bij een initiatief, maar wel graag aan de NWA-ORC zouden willen meedoen, de mogelijkheid te geven om aan te sluiten bij

bestaande initiatieven. Deze partijen kunnen zich daarom ook aanmelden voor deze bijeenkomsten zodat zij in contact kunnen treden met en wellicht kunnen aansluiten bij een consortium.

Tot slot wordt op de matchmakingsbijeenkomst meer informatie gegeven over het aanvraagproces en de Impact benaderingen (zie ook paragraaf 2.3).

4.2.3 Indiening van de vooraanmelding

Voor deze Call for proposals is het indienen van een vooraanmelding verplicht. Een vooraanmelding is een beknopte aanvraag. Voor indiening van de vooraanmelding is een standaardformulier beschikbaar op de financieringspagina van deze Call for proposals op de NWO website. De door u ingevulde vooraanmelding moet voor de deadline via ISAAC zijn ontvangen (zie paragraaf 1.3). De hoofdaanvrager ontvangt na indiening van de vooraanmelding een ontvangstbevestiging.

4.2.4 In behandeling nemen van de vooraanmelding

Zo snel mogelijk nadat u uw vooraanmelding heeft ingediend, hoort u of NWO uw vooraanmelding in behandeling neemt. NWO bepaalt dit aan de hand van een aantal administratief-technische criteria (zie de formele voorwaarden voor indiening, paragraaf 3.4). Alleen als uw vooraanmelding hieraan voldoet, kan NWO deze in behandeling nemen.

Houd er rekening mee dat wij u binnen twee weken na de indieningsdeadline kunnen benaderen om eventuele administratieve correcties door te voeren om (alsnog) te voldoen aan de voorwaarden voor indiening. U krijgt één keer de gelegenheid om de correcties door te voeren, hiervoor krijgt u vijf werkdagen de tijd.

(22)

4.2.5 Beoordeling vooraanmelding

Vooraanmeldingen worden per cluster door de beoordelingscommissie beoordeeld aan de hand van de criteria beschreven in paragraaf 4.3. In deze fase worden geen referenten geraadpleegd. De

beoordelingscommissie komt voor elke vooraanmelding tot een niet-bindend positief of negatief advies met betrekking tot uitwerking tot volledige aanvraag. Omdat het hier gaat om een niet-bindend advies vindt er geen wederhoor plaats. Consortia die in deze fase een negatief advies ontvangen, wordt daarmee ontraden, maar niet verhinderd om een volledige aanvraag in te dienen.

Bij de advisering door de beoordelingscommissie is een redelijke verhouding tussen het aantal uit te werken en het aantal toe te wijzen aanvragen, het uitgangspunt. De beoordelingscommissie kan in haar advies beleidsmatige redenen meewegen. Hieronder wordt verstaan een spreiding van de uit te werken aanvragen over de routes en/of de drie bandbreedtes (zie ook paragraaf 3.2). Hierbij zal de beoordelingscommissie ook rekening houden met het totaal aantal aanvragen van de ronde en van de verschillende bandbreedtes.

Consortia die ondanks een negatief advies overwegen een volledige aanvraag in te dienen, worden verzocht vier weken na het communiceren van het negatieve advies bij monde van de hoofdaanvrager dit per e-mail te melden bij NWO (zie paragraaf 5.1.1 voor contactgegevens).

4.2.6 Indiening van een aanvraag

Voor indiening van de aanvraag is een standaardformulier beschikbaar op de financieringspagina van deze Call for proposals op de NWO website. In uw aanvraag moet u zich houden aan de vragen die in dit formulier staan en aan de werkwijze die in de toelichting staat. Ook moet u zich houden aan de voorwaarden voor het maximale aantal woorden en pagina’s.

Uw volledig ingevulde aanvraagformulier moet voor de deadline via ISAAC zijn ontvangen (zie paragraaf 1.3).

Na dit tijdstip kunt u geen aanvraag meer indienen. De hoofdaanvrager ontvangt na indiening van de aanvraag een ontvangstbevestiging.

4.2.7 In behandeling nemen van de aanvraag

Zo snel mogelijk nadat u uw aanvraag hebt ingediend, hoort u of NWO uw aanvraag in behandeling neemt.

NWO bepaalt dit aan de hand van een aantal administratief-technische criteria (zie de formele voorwaarden voor indiening, paragraaf 3.4). Alleen als uw aanvraag hieraan voldoet, kan NWO deze in behandeling nemen.

U wordt gevraagd om gedurende twee weken na de indieningsdeadline beschikbaar te zijn om eventuele administratieve correcties door te voeren om (alsnog) te voldoen aan de voorwaarden voor indiening. U krijgt één keer de gelegenheid om de correcties door te voeren, hiervoor krijgt u vijf werkdagen de tijd.

4.2.8 Peer review door referenten

Voordat de beoordelingscommissie zich over uw aanvraag buigt, vraagt NWO eerst input van tenminste twee externe referenten. Dit zijn onafhankelijke adviseurs die deskundig zijn op het onderwerp van de aanvraag. Zij beoordelen de aanvraag op basis van de in de Call for proposals genoemde beoordelingscriteria

(paragraaf 4.3).

Het is mogelijk om (maximaal drie) non-referenten op te geven. Aanvragers kunnen deze non-referenten opgeven in ISAAC, tegelijk met het indienen van de vooraanmelding. NWO zal deze non-referenten niet benaderen om als externe referent de aanvraag te beoordelen.

4.2.9 Weerwoord

De hoofdaanvrager ontvangt de geanonimiseerde referentenrapporten. U heeft daarna de gelegenheid om een weerwoord te formuleren. U krijgt tien werkdagen de tijd om uw weerwoord via ISAAC in te dienen.

Mocht u besluiten de aanvraag in te trekken, dan dient u dit zo snel mogelijk per e-mail aan het bureau te melden en de aanvraag in ISAAC in te trekken. Indien NWO uw weerwoord na de deadline ontvangt, wordt het niet meegenomen in de verdere procedure.

(23)

4.2.10 Preadvisering beoordelingscommissie

Hierna worden uw aanvraag, de referentenrapporten en uw weerwoord voor commentaar voorgelegd aan enkele leden van de beoordelingscommissie (de preadviseurs). De preadviseurs geven schriftelijk een inhoudelijk en beargumenteerd commentaar op de aanvraag. Zij formuleren dit commentaar aan de hand van de inhoudelijke beoordelingscriteria (zie paragraaf 4.3.1) en geven de aanvraag per

beoordelingscriterium een cijfermatige score. Hierbij wordt de NWO scoretabel gehanteerd (op een schaal van 1 tot 9, waarbij ‘1’ excellent is en ‘9’ slecht).

4.2.11 Vergadering beoordelingscommissie

De preadviezen fungeren als startpunt voor de plenaire bespreking van de aanvragen door de beoordelingscommissie. De beoordelingscommissie maakt op basis van de referentenoordelen en

preadviezen een eigen afweging. De beoordelingscommissie stelt op basis van haar oordeel een prioritering op. Vervolgens ontvangen de hoogst geprioriteerde consortia een uitnodiging voor een interview. Per ORC financieringsronde wijst NWO aanvragen toe aan de hand van drie bandbreedtes. Bij de uitnodigingen voor interviews, houdt de beoordelingscommissie rekening met een redelijke verhouding tussen het aantal interviews en het aantal toe te wijzen aanvragen over het totaal van de ronde en de drie bandbreedtes.

Daarnaast kan de beoordelingscommissie de spreiding over de routes meewegen in haar advies.

4.2.12 Interview

Tijdens het interview heeft de beoordelingscommissie de gelegenheid om vragen te stellen, ook nieuwe vragen die nog niet door de referenten zijn opgeworpen. Een vertegenwoordiging van het consortium kan hier tijdens het interview in de discussie met de commissie op reageren. Op deze wijze wordt hoor- en wederhoor toegepast. Het interview is een belangrijk onderdeel van de beoordeling en kan leiden tot bijstelling van de beoordeling en de score van de aanvraag tot dan toe.

4.2.13 Eindbeoordeling van de aanvraag

Na afloop van de interviews komt de commissie tot een eigen, zelfstandige afweging over de kwaliteit van elke volledige aanvraag op basis van de criteria genoemd in paragraaf 4.3. De commissie betrekt in deze afweging haar oordeel over de aanvraag, de referentenrapporten, het weerwoord, en het interview. De commissie heeft daarbij, anders dan de referenten, ook zicht op de kwaliteit van de overige ingediende aanvragen. Het resultaat van deze afweging leidt tot het eindoordeel van de commissie over iedere volledige aanvraag.

De aanvraag als geheel moet tenminste de kwalificatie ‘zeer goed’ krijgen om in aanmerking te komen voor de subsidie. Daarnaast moet de aanvraag tevens op elk van de afzonderlijke beoordelingscriteria tenminste de kwalificatie ‘goed’ krijgen.

Voor meer informatie over de kwalificaties zie www.nwo.nl/kwalificaties.

Scorebereik Kwalificatie 1,0-1,4 Excellent

1,5-3,4 Zeer goed

3,5-5,4 Goed

5,5-9,0 Ontoereikend

Als na de bespreking van de aanvragen blijkt dat twee of meer aanvragen op basis van hun gewogen totaalscore niet van elkaar te onderscheiden zijn, dan is er sprake van een ex aequo-situatie (zie paragraaf over ex aequo).

Totstandkoming clusteroverstijgende eindprioritering

− Op basis van het eindoordeel van elke commissie over de binnen het eigen cluster met totaalscores beoordeelde volledige aanvragen stelt elke commissie het prioriteringsvoorstel voor het eigen cluster op.

− Deze prioriteringsvoorstellen per commissie worden vervolgens voorgelegd aan de clusteroverstijgende commissie, die is samengesteld uit een afvaardiging van de verschillende commissies per cluster.

(24)

− Gebaseerd op de prioriteringsvoorstellen per commissie stelt de cluteroverstijgende commissie één gecombineerde eindprioritering op door de afzonderlijke clusterprioriteringen in elkaar te schuiven.

− Dit leidt tot een clusteroverstijgende eindprioritering op basis van de door de clustercommissies toegekende totaalscores.

De clusteroverstijgende commissie biedt het advies over toewijzing of afwijzing van aanvragen ter

besluitvorming aan de raad van bestuur van NWO aan. Zij kan adviseren om beleidsmatige redenen mee te wegen in het besluit. Beleidsmatige redenen zijn de spreiding van de toe te wijzen aanvragen over de drie bandbreedtes en de spreiding over de 25 routes en/of wetenschapsgebieden. NWO streeft in beginsel voor elk van de bandbreedtes naar een vergelijkbaar toewijzingspercentage op basis van het beschikbare budget per bandbreedte (zie ook paragraaf 1.2 en 3.2).

Mocht sprake zijn van onvoldoende budget in een bandbreedte om de eerstvolgende aanvraag toe te wijzen, dan kan de clusteroverstijgende commissie adviseren om van de eindprioritering af te wijken met het oog op de meest optimale benutting van het budget.

4.2.14 Ex aequo

Onder ex aequo verstaat NWO de situatie waarin twee of meer aanvragen op basis van hun gewogen score niet van elkaar te onderscheiden zijn. Een ex aequo situatie is relevant rondom de grens van het

subsidieplafond of de selectiegrens. Of er sprake is van een ex aequo situatie wordt als volgt bepaald. Het uitgangspunt is de door de beoordelingscommissie opgestelde prioritering, met eindscores afgerond op twee decimalen. De referentiescore is de score van de laagst geprioriteerde aanvraag binnen de grens van het subsidieplafond of de selectiegrens. Alle aanvragen met een score die 0,05 of minder van de referentiescore afliggen, worden in overweging genomen. Vervolgens worden de aanvragen geselecteerd die binnen 0,1 gelijk zijn. Indien een ex aequo situatie zich voordoet op de grens van het subsidieplafond of de selectiegrens, dan zal de aanvraag met de hoogste score op het criterium ‘Aansluiting op het programma’ als hoogste eindigen.

Als de ex aequo situatie daarmee niet wordt doorbroken, zal de aanvraag met de hoogste score op het criterium ‘Kwaliteit van het consortium’ als hoogste eindigen. Als ook dan aanvragen gelijk eindigen bepaalt de beoordelingscommissie met behulp van een (anonieme) meerderheidsstemming de prioritering (conform artikel 2.2.7, derde lid, sub a, onderdeel iv van de NWO Subsidieregeling 2017). Als ook stemming geen uitsluitsel biedt, of niet gewenst is, wordt de ex aequo situatie doorgestuurd naar het besluitnemend orgaan.

4.2.15 Besluitvorming

Tot slot toetst de raad van bestuur van NWO de gevolgde procedure en het advies van de

beoordelingscommissie. Vervolgens stelt het de definitieve kwalificaties vast en besluit over toe- en afwijzing van de aanvragen.

4.2.16 Tijdpad

Hieronder treft u het tijdpad aan voor deze Call for proposals. Het kan zijn dat NWO het noodzakelijk acht om tijdens de lopende procedure nog aanpassingen in het tijdpad van deze Call for proposals aan te brengen.

Uiteraard ontvangt u hierover op tijd bericht.

Initiatieven

1 februari 2022, om 14.00.00 uur CET. Deadline aanmelden initiatief

Maart 2022 Verplichte matchmakingsbijeenkomsten (de

exacte data worden naar de indieners van

initiatieven gecommuniceerd en staan te zijner tijd vermeld op de programmapagina)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

bestanden/mailbox. 94 Een gedeelte van het resultaat is hierna weergegeven op de schermafbeelding in figuur 4. Het volledige resultaat is bijgevoegd als bijlage 3 bij dit rapport.

Als er al een vooraanmelding (of intentieverklaring) is ingediend voor deze ronde zal deze, als de ronde open staat voor het indienen van aanvragen, moeten worden omgezet naar

Hoofdstuk 3: Richtlijnen voor aanvragers / Nationale Wetenschapsagenda – Thema: Economische veerkracht van vrouwen Let op: Als in de aanvraag in fase 2, op advies van

Is uw antwoord op vraag 5.1 ‘ja’, dan komt u niet in aanmerking voor de aanvullende uitkering levensonderhoud Tozo 3... Hieronder vindt u een beknopte instructie voor het

onderzoeken naar de effectiviteit van NP, waarin ook geen verschil is gevonden tussen de NP groep en de controlegroep met betrekking tot deviante en prosociale vrienden (De Vries

BSN hebben dat jonger is dan 12 maanden en die nognooit een formele bescbikking 0 hebben gehad De brondata wordt gebruikt in bet halfproduct Uitsluitlijst onbekende aanvragers

Stap 9 De tabel uitsIuitenZ wordt aangemaakt Dit is een lijst van alle onbekende aanvragers die niet eerder voorkwamen op de uitsluitlijst Deze lijst wordt gecreeerd door middel

Verder hoeven de leervaardigheden en vaardigheden voor opleidings- en beroepskeuze niet te worden geëxamineerd, maar is het aan de instelling om te bepalen of de deelnemer aan