Oude Braak 16 1012 PS Amsterdam (020) 422 97 71 info@vernet.nl www.vernet.nl
VERNET
Branche Viewer VVT
Kwartaal 2020-3
Voorwoord/analyse 3
1. Verzuimpercentage naar ziektejaar 4
2. Tijdreeks verzuimcijfers 5-6
3. Combinatie verzuimpercentage en meldingsfrequentie 7
4. Verzuim naar leeftijd 8
5. Verzuim naar leeftijd en duurklasse 9
6. Verzuim naar duurklasse (uitgebreid) 10
7. Verzuim naar grootteklasse 11
8. Verzuim naar deeltijdklasse 12
9. Verzuim naar salarisklasse 13
10. Verzuimkosten 14
11. Leeftijdsopbouw 15
12. In- en uitstroom 16
13. Verzuim naar regio 17
14. Landelijke verzuimcijfers (Zorgbreed) 18-19
15. Begrippenlijst 20
Colofon
Vernet Viewer voor de branche VVT verschijnt vier maal per jaar en wordt geproduceerd door VERNET verzuimnetwerk B.V. te Amsterdam.
Reproductie en overname is toegestaan onder bronvermelding.
Deze Vernet Viewer is gemaakt in opdracht van Stichting Arbeidsmarkt- en Opleidingsbeleid Verpleeg- Verzorgingshuizen en Thuiszorg (A+O VVT).
Productiedatum: 5 november 2020
Inhoudsopgave
In het derde kwartaal van 2020 is het verzuimpercentage van de VVT 7,04. Dit is hoger dan een jaar geleden (6,26). In het voortschrijdend jaar 2019-4 t/m 2020-3 is het verzuimpercentage 7,68. Het verzuimpercentage is sinds 2006 niet meer zo hoog geweest.
In elke leeftijdsklasse is het verzuim vergeleken met een jaar geleden toegenomen. De leeftijdsgroep jonger dan 26 jaar laat met 22% de grootste stijging zien. Het verzuim is in alle duurklassen gestegen.
Vooral het middellang verzuim (15 t/m 91 dagen) laat een flinke stijging van 22% zien.
De toename van het verzuim zien we in alle grootteklassen terug, waarbij de grootste toename te zien is in de klasse 1.500-2.500. Hierin is ruim 30% van de werknemers werkzaam.
In alle deeltijdklassen is het verzuim gestegen vergeleken met vorig jaar. De grootste stijging (14%) zien we in de categorie 60-80%, dit betreft zo’n 37% van de werknemers.
Het verzuim stijgt in elke salarisklasse, vooral in de groep werknemers met een salaris lager dan
€2.000. Het verzuim laat daar een forse toename zien van 22% ten opzichte van een jaar geleden.
In alle regio’s stijgt het verzuim vergeleken met een jaar geleden. Evenals vorig jaar heeft regio Noord het hoogste verzuim met 7,92.
Het percentage instroom is ten opzichte van een jaar geleden gedaald van 7,2 naar 6,7. Het percentage uitstroom laat ook een daling zien van 6,0 naar 5,6.
De meldingsfrequentie is 1,05, dit ligt hoger dan het niveau van een jaar geleden (0,98). Deze stijging zien we in alle leeftijdsklassen terug. De gemiddelde duur is met 28,9 dagen wederom toegenomen ten opzichte van vorig jaar.
Afgelopen jaar is het verzuimpercentage zorgbreed gestegen van 6,07 naar 6,60 in het huidig voortschrijdend jaar. Alle branches laten een stijging in verzuim zien, de stijging in de GGZ is echter zeer gering vergeleken met de andere branches. Het verzuim in VVT is het hoogst en is tevens het sterkst gestegen met 12%. De meldingsfrequentie is zorgbreed gelijk gebleven, doordat deze in de VVT sterk is gestegen en in de overige branches gedaald.
* Bron: Arbeidsmarktinformatie Zorg en Welzijn
Voorwoord/analyse
Analyse Voorwoord
In de branche VVT zijn ongeveer 433 duizend werknemers werkzaam*. Over deze rapportageperiode heeft Vernet 224.559 werknemers geteld. Dit is 52% van de totale werknemerspopulatie. Met dit aantal kan worden aangenomen dat met een betrouwbaarheidsniveau van 95% en een foutmarge van 0,14% de cijfers representatief zijn.
De gegevens van deze Vernet Viewer voor de branche zijn gebaseerd op 197.496 medewerkers.
Oproepkrachten, gereïntegreerde WIA-ers en stagiaires zijn hier niet in meegerekend.
Onder werknemers worden zowel fulltimers als parttimers verstaan.
Alle verzuimgrootheden worden berekend exclusief vangnet, tenzij anders vermeld.
(deze analyse is voornamelijk gebaseerd op voortschrijdend jaarcijfers, tenzij anders vermeld)
0,0 2,0 4,0 6,0 8,0
verzuimpercentage
2018-3 2019-3 2020-3
1e ziektejaar 2e ziektejaar
0,0 2,0 4,0 6,0 8,0
verzuimpercentage
2017-4 t/m 2018-3
2018-4 t/m 2019-3
2019-4 t/m 2020-3
1e ziektejaar 2e ziektejaar Kwartaal 1e zk-jaar 2e zk-jaar Totaal
2018-3 5,46 0,88 6,34
2019-3 5,39 0,86 6,26
2020-3 6,16 0,87 7,04
Voortschrijdend jaar 1e zk-jaar 2e zk-jaar Totaal
2017-4 t/m 2018-3 6,21 0,87 7,08
2018-4 t/m 2019-3 5,97 0,88 6,86
2019-4 t/m 2020-3 6,80 0,88 7,68
Tabel 1.2 Verzuimpercentage, eerste en tweede ziektejaar per voortschrijdend jaar
Grafiek 1.2 Verzuimpercentage naar ziektejaar van drie voortschrijdende jaren
Verzuimpercentage naar ziektejaar
Tabel 1.1 Verzuimpercentage, eerste en tweede ziektejaar per kwartaal
Grafiek 1.1 Verzuimpercentage naar ziektejaar van drie kwartalen
6,0 6,5 7,0 7,5 8,0 8,5
verzuimpercentage
4 1
2018
2 3 4 1
2019
2 3 4 1
2020
2 3
VP kwartaal VP voortschrijdend
0,84 0,86 0,88 0,90 0,92 0,94 0,96
verzuimpercentage
4 1
2018
2 3 4 1
2019
2 3 4 1
2020
2 3
VP kwartaal trendlijn Kwartaal 1e zk-jaar 2e zk-jaar Totaal
2017-4 6,21 0,88 7,09
2018-1 7,44 0,90 8,34
2018-2 5,86 0,91 6,78
2018-3 5,46 0,88 6,34
2018-4 6,20 0,95 7,15
2019-1 6,64 0,92 7,56
2019-2 5,83 0,88 6,71
2019-3 5,39 0,86 6,26
2019-4 6,45 0,87 7,32
2020-1 7,43 0,92 8,35
2020-2 7,17 0,88 8,06
2020-3 6,16 0,87 7,04
Voortschrijdend jaar 1e zk-jaar 2e zk-jaar Totaal
2017-1 t/m 2017-4 5,80 0,87 6,67
2017-2 t/m 2018-1 6,06 0,87 6,93
2017-3 t/m 2018-2 6,11 0,88 6,99
2017-4 t/m 2018-3 6,21 0,87 7,08
2018-1 t/m 2018-4 6,23 0,90 7,12
2018-2 t/m 2019-1 6,02 0,88 6,90
2018-3 t/m 2019-2 5,99 0,88 6,87
2018-4 t/m 2019-3 5,97 0,88 6,86
2019-1 t/m 2019-4 6,05 0,87 6,92
2019-2 t/m 2020-1 6,30 0,90 7,20
2019-3 t/m 2020-2 6,62 0,88 7,50
2019-4 t/m 2020-3 6,80 0,88 7,68
Tabel 2.1 Verzuimpercentage eerste en tweede ziektejaar per kwartaal en voortschrijdend jaar
Grafiek 2.1 Verzuimpercentage (totaal) per kwartaal en voortschrijdend jaar
Grafiek 2.2. Verzuimpercentage tweede ziektejaar per kwartaal
Tijdreeks verzuimcijfers
15,0 20,0 25,0 30,0 35,0 40,0
gemiddelde duur
4 1
2018
2 3 4 1
2019
2 3 4 1
2020
2 3
GD kwartaal GD voortschrijdend
0,6 0,8 1,0 1,2 1,4 1,6
meldingsfrequentie
4 1
2018
2 3 4 1
2019
2 3 4 1
2020
2 3
MF kwartaal MF voortschrijdend Tabel 2.2 Meldingsfrequentie en gemiddelde duur per kwartaal en voortschrijdend jaar
Kwartaal MF GD
2017-4 1,01 25,8
2018-1 1,58 21,3
2018-2 0,71 35,0
2018-3 0,69 35,2
2018-4 1,02 26,7
2019-1 1,29 24,1
2019-2 0,83 32,2
2019-3 0,75 33,8
2019-4 1,13 22,7
2020-1 1,46 24,1
2020-2 0,79 35,8
2020-3 0,78 36,5
Voortschrijdend jaar MF GD
2017-1 t/m 2017-4 0,91 28,1
2017-2 t/m 2018-1 0,98 27,2
2017-3 t/m 2018-2 0,99 27,2
2017-4 t/m 2018-3 1,00 27,1
2018-1 t/m 2018-4 1,01 27,2
2018-2 t/m 2019-1 0,94 28,7
2018-3 t/m 2019-2 0,97 28,2
2018-4 t/m 2019-3 0,98 28,3
2019-1 t/m 2019-4 1,01 26,9
2019-2 t/m 2020-1 1,06 28,0
2019-3 t/m 2020-2 1,05 28,5
2019-4 t/m 2020-3 1,05 28,9
Grafiek 2.3 Meldingsfrequentie per kwartaal en voortschrijdend jaar
Grafiek 2.4 Gemiddelde duur per kwartaal en voortschrijdend jaar
Tijdreeks verzuimcijfers
0,0 0,4 0,7 1,1 1,4 1,8
meldingsfrequentie
2,0 4,0 6,0 8,0 10,0 12,0
verzuimpercentage
2018-4 t/m 2019-3 2019-4 t/m 2020-3 Grafiek 3.1 Combinatie verzuimpercentage en meldingsfrequentie
Combinatie verzuimpercentage en meldingsfrequentie
<26 26-35
36-45
46-55
>55
0,75 0,80 0,85 0,90 0,95 1,00 1,05 1,10 1,15 1,20 1,25 1,30 1,35
meldingsfrequentie
2,0 3,0 4,0 5,0 6,0 7,0 8,0 9,0 10,0 11,0
verzuimpercentage
2017-4 t/m 2018-3 2018-4 t/m 2019-3 2019-4 t/m 2020-3
Tabel 4.1 Verzuimpercentage naar leeftijdsklasse per voortschrijdend jaar Tabel 4.2 Meldingsfrequentie naar leeftijdsklasse per voortschrijdend jaar
Leeftijdsklasse
2017-4 t/m 2018-3
2018-4 t/m 2019-3
2019-4 t/m 2020-3
25 jaar en jonger 3,88 4,20 5,11
26 t/m 35 jaar 5,83 5,96 6,65
36 t/m 45 jaar 6,71 6,49 7,26
46 t/m 55 jaar 7,42 6,92 7,82
56 jaar en ouder 8,94 8,62 9,48
totaal 7,08 6,86 7,68
Leeftijdsklasse
2017-4 t/m 2018-3
2018-4 t/m 2019-3
2019-4 t/m 2020-3
25 jaar en jonger 1,17 1,22 1,30
26 t/m 35 jaar 1,23 1,22 1,29
36 t/m 45 jaar 1,02 0,99 1,07
46 t/m 55 jaar 0,92 0,87 0,95
56 jaar en ouder 0,88 0,82 0,88
totaal 1,00 0,98 1,05
Verzuim naar leeftijd
Grafiek 4.1 Dynamiek in de branche
0,0 0,5 1,0 1,5 2,0 2,5 3,0 3,5 4,0
verzuimpercentage
1 t/m 14 dagen 15 t/m 91 dagen 92 t/m 365 dagen 366 t/m 730 dagen
duurklasse
2017-4 t/m 2018-3 2018-4 t/m 2019-3 2019-4 t/m 2020-3 Tabel 5.1 Verzuimpercentage naar duurklasse en leeftijdsklasse per voortschrijdend jaar
2017-4 t/m 2018-3
Leeftijdsklasse 1-14 dagen 15-91 dagen 92-365 dagen 366-730 dagen Totaal
25 jaar en jonger 1,09 0,91 1,54 0,34 3,88
26 t/m 35 jaar 1,06 1,10 2,68 1,00 5,83
36 t/m 45 jaar 0,96 1,18 3,03 1,53 6,71
46 t/m 55 jaar 0,90 1,32 3,36 1,83 7,42
56 jaar en ouder 0,90 1,42 4,10 2,52 8,94
totaal 0,96 1,24 3,21 1,67 7,08
2018-4 t/m 2019-3
Leeftijdsklasse 1-14 dagen 15-91 dagen 92-365 dagen 366-730 dagen Totaal
25 jaar en jonger 1,11 0,98 1,69 0,42 4,20
26 t/m 35 jaar 1,05 1,06 2,67 1,19 5,96
36 t/m 45 jaar 0,90 1,18 2,95 1,46 6,49
46 t/m 55 jaar 0,80 1,28 3,18 1,66 6,92
56 jaar en ouder 0,78 1,42 3,91 2,50 8,62
totaal 0,89 1,23 3,10 1,64 6,86
2019-4 t/m 2020-3
Leeftijdsklasse 1-14 dagen 15-91 dagen 92-365 dagen 366-730 dagen Totaal
25 jaar en jonger 1,34 1,26 2,00 0,52 5,11
26 t/m 35 jaar 1,19 1,32 2,92 1,23 6,65
36 t/m 45 jaar 1,01 1,46 3,25 1,53 7,26
46 t/m 55 jaar 0,90 1,56 3,66 1,69 7,82
56 jaar en ouder 0,86 1,69 4,42 2,51 9,48
totaal 1,01 1,50 3,49 1,68 7,68
Grafiek 5.1 Verzuimpercentage naar duurklasse per voortschrijdend jaar
Verzuim naar leeftijd en duurklasse
0,0 0,2 0,4 0,6 0,8 1,0 1,2 1,4 1,6 1,8
verzuimpercentage
1 t/m 7 dagen
8 t/m 42 dagen
43 t/m 91 dagen
92 t/m 182 dagen
183 t/m 365 dagen
366 t/m 730 dagen
duurklasse
2018-3 2019-3 2020-3
0,0 0,5 1,0 1,5 2,0 2,5
verzuimpercentage
1 t/m 7 dagen
8 t/m 42 dagen
43 t/m 91 dagen
92 t/m 182 dagen
183 t/m 365 dagen
366 t/m 730 dagen
duurklasse
2017-4 t/m 2018-3 2018-4 t/m 2019-3 2019-4 t/m 2020-3
Verzuim naar duurklasse (uitgebreid)
Grafiek 6.1 Verzuimpercentage naar duurklasse per kwartaal
Grafiek 6.2 Verzuimpercentage naar duurklasse per voortschrijdend jaar
Tabel 6.1 Verzuimpercentage naar duurklasse per kwartaal en voortschrijdend jaar.
Duurklasse 2018-3 2019-3 2020-3
1 t/m 7 dagen 0,39 0,43 0,46
8 t/m 42 dagen 0,82 0,85 1,00
43 t/m 91 dagen 0,95 0,99 1,08
92 t/m 182 dagen 1,46 1,50 1,69
183 t/m 365 dagen 1,64 1,46 1,77
366 t/m 730 dagen 1,08 1,02 1,05
Totaal 6,34 6,26 7,04
Duurklasse
2017-4 t/m 2018-3
2018-4 t/m 2019-3
2019-4 t/m 2020-3
1 t/m 7 dagen 0,64 0,61 0,64
8 t/m 42 dagen 0,84 0,78 1,07
43 t/m 91 dagen 0,72 0,73 0,80
92 t/m 182 dagen 1,22 1,24 1,37
183 t/m 365 dagen 1,99 1,86 2,12
366 t/m 730 dagen 1,67 1,64 1,68
Totaal 7,08 6,86 7,68
4,0 4,5 5,0 5,5 6,0 6,5 7,0 7,5 8,0
verzuimpercentage
<500 500-1.500 1.500-2.500 >2.500 totaal
grootteklasse
2017-4 t/m 2018-3 2018-4 t/m 2019-3 2019-4 t/m 2020-3
Tabel 7.1 Verzuimpercentage, meldingsfrequentie en personeelssterkte naar grootteklasse per kwartaal en voortschrijdend jaar 2018-3
Grootteklasse VP MF PS%
<500 6,30 0,74 8,3
500-1.500 6,45 0,70 33,3
1.500-2.500 6,20 0,69 38,6
>2.500 6,50 0,64 19,9
totaal 6,34 0,69 100,0
2018-4 t/m 2019-3
Grootteklasse VP MF PS%
<500 7,13 1,06 7,2
500-1.500 7,14 0,99 32,3
1.500-2.500 6,28 0,92 29,3
>2.500 7,03 0,99 31,2
totaal 6,86 0,98 100,0
2019-3
Grootteklasse VP MF PS%
<500 6,33 0,83 7,3
500-1.500 6,53 0,76 30,6
1.500-2.500 5,68 0,68 29,6
>2.500 6,50 0,78 32,6
totaal 6,26 0,75 100,0
2017-4 t/m 2018-3
Grootteklasse VP MF PS%
<500 6,90 1,09 8,6
500-1.500 7,19 1,01 34,7
1.500-2.500 6,97 1,01 36,9
>2.500 7,23 0,94 19,8
totaal 7,08 1,00 100,0
2020-3
Grootteklasse VP MF PS%
<500 6,98 0,83 7,1
500-1.500 7,26 0,80 28,9
1.500-2.500 6,81 0,71 30,4
>2.500 7,06 0,83 33,6
totaal 7,04 0,78 100,0
2019-4 t/m 2020-3
Grootteklasse VP MF PS%
<500 7,83 1,12 7,4
500-1.500 7,83 1,06 29,3
1.500-2.500 7,47 0,99 30,9
>2.500 7,71 1,09 32,4
totaal 7,68 1,05 100,0
Grafiek 7.1 Verzuimpercentage naar grootteklasse per voortschrijdend jaar
Verzuim naar grootteklasse
4,5 5,0 5,5 6,0 6,5 7,0 7,5 8,0 8,5 9,0
verzuimpercentage
0-40% 40-60% 60-80% 80-100% totaal
deeltijdklasse
2017-4 t/m 2018-3 2018-4 t/m 2019-3 2019-4 t/m 2020-3 Tabel 8.1 Verzuimpercentage naar deeltijdklasse per kwartaal en voortschrijdend jaar
2018-3
Deeltijdklasse VP PS%
0-40% 5,43 16,9
40-60% 6,92 26,3
60-80% 6,72 34,8
80-100% 5,67 22,0
totaal 6,34 100,0
2017-4 t/m 2018-3
Deeltijdklasse VP PS%
0-40% 6,10 16,9
40-60% 7,80 26,5
60-80% 7,48 34,5
80-100% 6,32 22,1
totaal 7,08 100,0
2019-3
Deeltijdklasse VP PS%
0-40% 5,25 16,2
40-60% 6,79 25,3
60-80% 6,58 36,2
80-100% 5,70 22,3
totaal 6,26 100,0
Grafiek 8.1 Verzuimpercentage naar deeltijdklasse per voortschrijdend jaar
2018-4 t/m 2019-3
Deeltijdklasse VP PS%
0-40% 5,88 16,2
40-60% 7,52 25,5
60-80% 7,22 36,0
80-100% 6,16 22,3
totaal 6,86 100,0
2020-3
Deeltijdklasse VP PS%
0-40% 5,79 15,7
40-60% 7,80 24,2
60-80% 7,56 37,1
80-100% 6,15 23,0
totaal 7,04 100,0
2019-4 t/m 2020-3
Deeltijdklasse VP PS%
0-40% 6,37 15,7
40-60% 8,49 24,5
60-80% 8,24 36,9
80-100% 6,74 23,0
totaal 7,68 100,0
Verzuim naar deeltijdklasse
2,0 3,0 4,0 5,0 6,0 7,0 8,0 9,0 10,0
verzuimpercentage
< € 2.000 € 2.000-2.500 € 2.500-3.000 > € 3.000 totaal
salarisklasse
2017-4 t/m 2018-3 2018-4 t/m 2019-3 2019-4 t/m 2020-3 Tabel 9.1 Verzuimpercentage, meldingsfrequentie en personeelssterkte naar salarisklasse per kwartaal en voortschrijdend jaar
2018-3
Salarisklasse VP MF PS%
< € 2.000 4,63 0,84 20,6
€ 2.000-2.500 7,60 0,74 29,2
€ 2.500-3.000 7,08 0,65 35,0
> € 3.000 4,42 0,47 15,2
totaal 6,34 0,69 100,0
2017-4 t/m 2018-3
Salarisklasse VP MF PS%
< € 2.000 5,49 1,08 19,4
€ 2.000-2.500 8,36 1,07 29,8
€ 2.500-3.000 7,77 1,00 35,6
> € 3.000 5,01 0,79 15,3
totaal 7,08 1,00 100,0
2019-3
Salarisklasse VP MF PS%
< € 2.000 4,71 0,93 20,2
€ 2.000-2.500 7,20 0,80 29,5
€ 2.500-3.000 7,22 0,70 33,8
> € 3.000 4,43 0,52 16,6
totaal 6,26 0,75 100,0
Grafiek 9.1 Verzuimpercentage naar salarisklasse per voortschrijdend jaar
2018-4 t/m 2019-3
Salarisklasse VP MF PS%
< € 2.000 5,05 1,11 18,6
€ 2.000-2.500 7,87 1,05 29,8
€ 2.500-3.000 7,91 0,95 34,7
> € 3.000 4,82 0,75 16,8
totaal 6,86 0,98 100,0
2020-3
Salarisklasse VP MF PS%
< € 2.000 5,47 1,00 15,2
€ 2.000-2.500 7,70 0,89 29,4
€ 2.500-3.000 8,22 0,74 37,8
> € 3.000 4,81 0,50 17,6
totaal 7,04 0,78 100,0
2019-4 t/m 2020-3
Salarisklasse VP MF PS%
< € 2.000 6,18 1,27 17,3
€ 2.000-2.500 8,48 1,15 29,4
€ 2.500-3.000 8,93 1,01 36,2
> € 3.000 5,31 0,75 17,2
totaal 7,68 1,05 100,0
Verzuim naar salarisklasse
3,8 13,8 16,8 33,4 32,2
3,9 14,0 16,7 33,1 32,3
4,0 14,3 16,5 32,7 32,6
3,6 13,5 16,8 33,9 32,1
4,1 14,6 16,4 32,0 32,9
4,3 14,8 16,4 31,2 33,3
4,5 15,1 16,3 30,6 33,4
4,7 15,2 16,3 30,3 33,5
5,0 15,3 16,2 30,0 33,5
5,2 15,7 16,2 29,6 33,2
5,3 15,6 16,0 29,5 33,6
5,4 15,6 16,0 29,3 33,8
0 20 40 60 80 100
kosten(%)
4 1
2018
2 3 4 1
2019
2 3 4 1
2020
2 3
<26 26-35 36-45 46-55 >55
€ 0
€ 2.000
€ 4.000
€ 6.000
€ 8.000
kosten / fte
<26 26-35 36-45 46-55 >55 Totaal
leeftijdsklasse
2017-4 t/m 2018-3 2018-4 t/m 2019-3 2019-4 t/m 2020-3 Grafiek 10.1 Verdeling totale verzuimkosten naar leeftijdsklasse per voortschrijdend jaar
Leeftijdsklasse
2017-4 t/m 2018-3
2018-4 t/m 2019-3
2019-4 t/m 2020-3 25 jaar en jonger € 2.398 € 2.652 € 3.304
26 t/m 35 jaar € 4.292 € 4.444 € 5.028
36 t/m 45 jaar € 5.203 € 5.210 € 5.844
46 t/m 55 jaar € 5.726 € 5.494 € 6.267
56 jaar en ouder € 6.938 € 6.842 € 7.671
totaal € 5.390 € 5.337 € 6.047
Tabel 10.2 Totale verzuimkosten per FTE naar leeftijdsklasse per voortschrijdend jaar
Grafiek 10.2 Totale verzuimkosten per FTE naar leeftijdsklasse per voortschrijdend jaar
Verzuimkosten
10,3 16,4 17,4 31,1 24,9
10,4 16,4 17,2 30,8 25,2
10,6 16,6 17,0 30,4 25,5
10,0 16,2 17,6 31,4 24,8
10,6 16,6 16,8 30,2 25,8
10,9 16,7 16,6 29,7 26,0
11,1 16,8 16,5 29,4 26,2
11,1 16,7 16,5 29,2 26,5
11,4 16,9 16,4 28,7 26,6
11,5 16,9 16,3 28,5 26,8
11,6 17,0 16,2 28,2 27,0
11,7 17,1 16,2 27,9 27,1
0 20 40 60 80 100
personeelsopbouw(%)
4 1
2018
2 3 4 1
2019
2 3 4 1
2020
2 3
<26 26-35 36-45 46-55 >55
Leeftijdsklasse
2017-1 t/m 2017-4
2017-2 t/m 2018-1
2017-3 t/m 2018-2
2017-4 t/m 2018-3
2018-1 t/m 2018-4
2018-2 t/m 2019-1
2018-3 t/m 2019-2
2018-4 t/m 2019-3
2019-1 t/m 2019-4
2019-2 t/m 2020-1
2019-3 t/m 2020-2
2019-4 t/m 2020-3
25 jaar en jonger 10,0 10,3 10,4 10,6 10,6 10,9 11,1 11,1 11,4 11,5 11,6 11,7
26 t/m 35 jaar 16,2 16,5 16,4 16,6 16,6 16,7 16,8 16,7 16,9 16,9 17,0 17,1
36 t/m 45 jaar 17,6 17,4 17,2 17,0 16,8 16,6 16,5 16,5 16,4 16,3 16,2 16,2
46 t/m 55 jaar 31,4 31,1 30,8 30,4 30,2 29,7 29,4 29,2 28,7 28,5 28,2 27,9
56 jaar en ouder 24,8 24,9 25,2 25,5 25,8 26,0 26,2 26,5 26,6 26,8 27,0 27,1
totaal 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 Tabel 11.1 Leeftijdsopbouw in procenten per voortschrijdend jaar
Grafiek 11.1 Ontwikkeling leeftijdsopbouw per voortschrijdend jaar
Leeftijdsopbouw
0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
instroom
<26 26-35 36-45 46-55 >55
leeftijdsklasse
0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
uitstroom
<26 26-35 36-45 46-55 >55
leeftijdsklasse
2017-4 t/m 2018-3 2018-4 t/m 2019-3 2019-4 t/m 2020-3
Tabel 12.1 Instroom(%) naar leeftijdsklasse per voortschrijdend jaar Tabel 12.2 Uitstroom(%) naar leeftijdsklasse per voortschrijdend jaar
Leeftijdsklasse
2017-4 t/m 2018-3
2018-4 t/m 2019-3
2019-4 t/m 2020-3
25 jaar en jonger 20,3 19,4 20,5
26 t/m 35 jaar 25,2 23,3 23,8
36 t/m 45 jaar 18,1 18,3 18,2
46 t/m 55 jaar 25,2 26,1 24,9
56 jaar en ouder 11,2 12,8 12,7
totaal 6,0 7,2 6,7
Leeftijdsklasse
2017-4 t/m 2018-3
2018-4 t/m 2019-3
2019-4 t/m 2020-3
25 jaar en jonger 16,6 18,4 19,1
26 t/m 35 jaar 24,0 23,1 21,8
36 t/m 45 jaar 15,6 14,8 14,1
46 t/m 55 jaar 21,7 21,3 18,8
56 jaar en ouder 22,1 22,4 26,2
totaal 6,0 6,0 5,6
Grafiek 12.1 Instroom(%) naar leeftijdsklasse per voortschrijdend jaar Grafiek 12.2 Uitstroom(%) naar leeftijdsklasse per voortschrijdend jaar
Bij de berekening van de in- en uitstroom ligt het accent op het productiepotentieel. Het uitstroompercentage geeft aan welk deel van de beschikbare capaciteit, het gemiddeld aantal FTE's, in de verslagperiode
wegens uitdiensttreding de organisatie verlaten heeft.
Het instroompercentage geeft aan welk deel van de beschikbare capaciteit, het gemiddeld aantal FTE's, in de verslagperiode in dienst is gekomen.
De interne mobiliteit wordt niet meegeteld.
In- en uitstroom
4,0 4,5 5,0 5,5 6,0 6,5 7,0 7,5 8,0
verzuimpercentage
2017-4 t/m 2018-3 2018-4 t/m 2019-3 2019-4 t/m 2020-3
Noord Randstad Midden Zuid Landelijk
2018-3
Regio VP MF PS%
noord 6,73 0,67 13,9
randstad 6,18 0,79 34,5
midden 6,39 0,64 22,7
zuid 6,32 0,61 28,9
totaal 6,34 0,69 100,0
2019-4 t/m 2020-3
Regio VP MF PS%
noord 7,92 0,99 10,4
randstad 7,59 1,15 36,5
midden 7,55 0,96 24,1
zuid 7,82 1,02 28,9
totaal 7,68 1,05 100,0
2020-3
Regio VP MF PS%
noord 7,12 0,75 10,5
randstad 7,11 0,90 36,4
midden 6,93 0,68 24,3
zuid 7,00 0,73 28,9
totaal 7,04 0,78 100,0
2017-4 t/m 2018-3
Regio VP MF PS%
noord 7,52 1,03 13,8
randstad 6,94 1,08 34,4
midden 7,07 0,97 22,8
zuid 7,06 0,93 29,0
totaal 7,08 1,00 100,0
2019-3
Regio VP MF PS%
noord 6,28 0,71 11,5
randstad 6,26 0,84 35,4
midden 6,12 0,67 24,3
zuid 6,34 0,71 28,8
totaal 6,26 0,75 100,0
2018-4 t/m 2019-3
Regio VP MF PS%
noord 7,06 0,96 11,4
randstad 6,74 1,08 35,5
midden 6,87 0,90 24,3
zuid 6,91 0,92 28,8
totaal 6,86 0,98 100,0
Verzuim naar regio
Tabel 13.1 Verzuimpercentage, meldingsfrequentie en personeelssterkte naar regio per kwartaal en voortschrijdend jaar
Grafiek 13.1 Verzuimpercentage naar regio per voortschrijdend jaar
ZKH
GHZ GGZ
VVT
0,90 0,95 1,00 1,05 1,10 1,15 1,20 1,25
meldingsfrequentie
4,5 5,0 5,5 6,0 6,5 7,0 7,5 8,0
verzuimpercentage
2017-4 t/m 2018-3 2018-4 t/m 2019-3 2019-4 t/m 2020-3 Verzuimpercentage
2017-4 t/m 2018-3
2018-4 t/m 2019-3
2019-4 t/m 2020-3
ZKH 5,19 5,15 5,52
GHZ 6,22 6,27 6,85
GGZ 6,19 6,16 6,19
VVT 7,08 6,86 7,68
zorgbreed 6,14 6,07 6,60
Meldingsfrequentie
2017-4 t/m 2018-3
2018-4 t/m 2019-3
2019-4 t/m 2020-3
ZKH 1,21 1,15 1,10
GHZ 0,99 0,96 0,93
GGZ 1,20 1,18 1,09
VVT 1,00 0,98 1,05
zorgbreed 1,09 1,05 1,05
Landelijke verzuimcijfers (Zorgbreed)
Tabel 14.1 Verzuim naar branche per voortschrijdend jaar
Grafiek 14.1 Dynamiek in de Zorg
4,0 5,0 6,0 7,0 8,0 9,0
verzuimpercentage
4 1
2018
2 3 4 1
2019
2 3 4 1
2020
2 3
ZKH GHZ GGZ VVT Zorgbreed
4,5 5,0 5,5 6,0 6,5 7,0 7,5 8,0
verzuimpercentage
4 1
2018
2 3 4 1
2019
2 3 4 1
2020
2 3
ZKH GHZ GGZ VVT Zorgbreed
Tabel 14.2 Verzuim naar branche per kwartaal en voortschrijdend jaar
2020-3
Branche 1e zk- jaar
2e zk-
jaar Totaal PS
ZKH 4,31 0,60 4,91 160.197
GHZ 5,44 0,73 6,17 111.662
GGZ 4,85 0,64 5,49 58.733
VVT 6,16 0,87 7,04 197.496
zorgbreed 5,23 0,72 5,95 528.088
2019-4 t/m 2020-3
Branche 1e zk-
jaar
2e zk-
jaar Totaal PS
ZKH 4,93 0,59 5,52 159.497
GHZ 6,11 0,74 6,85 110.511
GGZ 5,54 0,65 6,19 58.123
VVT 6,80 0,88 7,68 195.006
zorgbreed 5,87 0,72 6,60 523.137
Landelijke verzuimcijfers (Zorgbreed)
Grafiek 14.2 Ontwikkeling verzuimpercentages per branche per kwartaal
Grafiek 14.3 Ontwikkeling verzuimpercentages per branche per voortschrijdend jaar
Verzuimpercentage (VP)
Begrippenlijst
Verzuimkosten
Meldingsfrequentie (MF)
Gemiddelde duur (GD)
Personeelssterkte / aantal werknemers (PS)
Voortschrijdend jaar
Duurklasse
Van alle werknemers wordt elke ziektedag in de periode vermenigvuldigd met de bij die dag behorende parttimefactor en de arbeidsongeschiktheidsfactor, waarna deze worden opgeteld. Van alle werknemers (ziek en niet ziek) wordt elke dienstverbanddag in de periode vermenigvuldigd met de bij die dag behorende parttimefactor, waarna deze worden opgeteld. Het totaal aantal ziektedagen wordt gedeeld door het totaal aantal dienstverbanddagen en vermenigvuldigd met 100%.
Onder de directe verzuimkosten wordt door Vernet het bruto uitgekeerd ziekengeld verstaan ofwel de bruto loonkosten van de zieke werknemers (exclusief zwangerschapsuitkeringen), verhoogd met het vakantiegeld (8%) en de werkgeverslasten voor WW, WIA en ziektekostenverzekering (20%). Bij de berekening is uitgegaan van nul wachtdagen, van 100% uitkering in het eerste ziektejaar en van 70% uitkering in het tweede
ziektejaar.
Onderzoeken geven aan dat de indirecte verzuimkosten ongeveer zo groot zijn als de directe verzuimkosten.
Voor de totale verzuimkosten vermenigvuldigt Vernet derhalve de directe verzuimkosten met de factor 2, Alleen de totale verzuimkosten worden in de rapportages vermeld.
Het aantal ziekmeldingen in een verslagperiode wordt gedeeld door het aantal werknemers in die periode.
De meldingsfrequentie in het kwartaal is ongeveer een kwart van de frequentie van het jaar. Om vergelijking met het (voortschrijdend) jaar mogelijk te maken, wordt de meldingsfrequentie van een kwartaal
vermenigvuldigd met vier.
Het totaal aantal ziektedagen van beëindigde ziektegevallen in een verslagperiode wordt gedeeld door het totaal aantal beëindigde gevallen in de desbetreffende periode. De ziektedagen van beëindigde gevallen zijn alle dagen vanaf de eerste ziektedag tot aan de hersteldatum. De aansluitende ziektedagen die vóór de verslagperiode vallen worden dus ook meegerekend.
Het gemiddeld aantal werknemers in een periode dat in dienst is bij een bedrijf, gebaseerd op het aantal dienstverbanddagen. Het aantal werknemers wordt bepaald aan de hand van de indienst- en uitdienstdata van werknemers. Onder werknemers worden zowel fulltimers als parttimers verstaan. Oproepkrachten, stagiaires en gereïntegreerde WIA-ers worden niet meegeteld.
Voortschrijdende jaren zijn perioden die altijd bestaan uit vier aaneengesloten kwartalen. Steeds wordt het 'oudste' kwartaal weggelaten en het 'nieuwste' kwartaal toegevoegd. Met voortschrijdende jaren wordt de structurele ontwikkeling van het verzuim in beeld gebracht. De cijfers vertonen geen fluctuaties als gevolg van seizoensinvloeden.
Een verzuimgeval wordt ingedeeld in één van de duurklassen. De totale lengte van het verzuim is bepalend voor de indeling. Deze wordt bepaald vanaf de eerste verzuimdag tot en met de hersteldatum of de
einddatum van de verslagperiode. Een verzuimgeval kan slechts in één duurklasse worden ingedeeld en kan maximaal 730 dagen duren.
