• No results found

Zondagslezing 8 augustus

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Zondagslezing 8 augustus"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

8 aug u stu s 2010 – n eg e n t i e n d e zo n dag doo r h et jaa r

EERSTE LEZING

wijsheid 18, 6-9

De nacht van de uittocht uit Egypte was aan onze voorvaderen tevo- ren aangekondigd. Zo konden ze vol vreugde de vervulling verwach- ten van de beloften waarop ze vertrouwden. Zo kon uw volk ook uitzien naar de redding der rechtvaardigen en de ondergang van hun vijanden.

De straf die Gij onze vijanden deedt ondergaan werd voor ons, uitverko- renen, een zege.

De kinderen der vromen hadden immers in stilte het offermaal ge- bruikt, en zich met een heilige belofte verplicht dat ze gelijkelijk het goede zouden delen en de gevaren trotseren, en daarom hadden de vro- men reeds hun oude liederen aangeheven.

TWEEDE LEZING

brief aan de hebreeen 11, 1-2.8-19

Het geloof is een vaste grond van wat wij hopen, het overtuigt ons van de werkelijkheid van onzichtbare dingen. Om hun geloof zijn de ouden met ere vermeld.

Door het geloof heeft Abraham gehoor gegeven aan de roeping van God, en ging hij op weg naar een land dat bestemd was voor hem en zijn erfgenamen. Door het geloof heeft hij als vreemdeling vertoefd in het land dat hem beloofd was; hij woonde er in tenten, evenals Isaäk en Ja- kob, die dezelfde belofte erfden; want hij zag uit naar de stad met funda- menten, waarvan God de ontwerper en de bouwer is.

Door het geloof heeft ook Sara, ofschoon haar tijd al lang voorbij was, de kracht tot vruchtbaarheid ontvangen, want zij wist dat Hij die de be- lofte had gedaan, zijn woord zou houden. Daarom is dan ook aan één man, en nog wel in zijn hoge ouderdom, een nageslacht gegeven, talrijk als de sterren aan de hemel, ontelbaar als de zandkorrels aan het strand van de zee.

In geloof zijn zij allen gestorven zonder te hebben ontvangen wat hun beloofd was. Zij hebben het heil alleen uit de verte gezien en begroet. Zij hebben zichzelf vreemdelingen en buitenstaanders op aarde genoemd.

Wie zo spreken, geven duidelijk te kennen dat zij op zoek zijn naar een vaderland. Hadden zij heimwee gehad naar het land van hun herkomst, dan hadden zij gemakkelijk kunnen terugkeren, maar hun verlangen ging uit naar een beter vaderland, het hemelse. Daarom schaamt God zich niet hun God genoemd te worden, want Hij heeft voor hen een stad gebouwd. Door het geloof heeft Abraham, toen hij op de proef gesteld werd, Isaäk ten offer gebracht. Hij die de beloften had ontvangen, stond op het punt zijn enige zoon te offeren, de zoon van wie hem gezegd was:

„Alleen zij die van Isaäk afstammen, zullen gelden als uw nageslacht.”

Want Abraham was ervan overtuigd dat God zelfs de macht heeft om do- den ten leven te wekken; en uit de dood heeft hij, om zo te zeggen, zijn zoon ook teruggekregen.

EVANGELIE

lucas 12, 32-48

In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen:

„Wees niet bevreesd, kleine kudde; het heeft uw Vader behaagd u het Ko- ninkrijk te schenken. Verkoopt uw bezittingen en geeft aalmoezen; ver- schaft u beurzen die niet verslijten, en verwerft een onuitputtelijke schat in de hemel, waar geen dief komt en geen mot hem bederft. Waar uw schat is, daar zal ook uw hart zijn.”

„Houdt uw lendenen omgord en de lampen brandend! Gedraagt u als mensen die wachten op de terugkomst van hun heer die naar de bruiloft is om, als hij aankomt en klopt, hem aanstonds open te doen. Gelukkig de dienaars die de heer bij zijn komst wakende zal vinden. Voorwaar, Ik zeg u: hij zal zich omgorden en hij zal hen aan tafel nodigen en langs hen gaan om te bedienen. Al komt hij ook in de tweede of de derde nachtwa- ke, gelukkig de dienaars die hij zo aantreft. Begrijpt dit wel: als de eige- naar van het huis wist op welk uur de dief zou komen, zou hij niet laten inbreken in zijn huis. Weest ook gij bereid, omdat de Mensenzoon komt op het uur waarop gij het niet verwacht.” Petrus vroeg nu: „Heer, bedoelt Gij deze gelijkenis voor ons of voor iedereen?”

De Heer sprak: „Wie zou die trouwe en verstandige beheerder wel zijn, die de heer over zijn dienstvolk zal aanstellen om hun op de gestelde tijd hun rantsoen koren te geven? Gelukkig de knecht die de heer bij zijn aankomst daarmee bezig vindt. Waarlijk, Ik zeg u: hij zal hem aanstel- len over alles wat hij bezit. Maar zegt die knecht bij zichzelf: mijn heer blijft nog wel een poosje weg, en begint hij de knechten en dienstmeisjes te slaan, en gaat hij zich te buiten aan spijs en drank, dan zal de heer van die knecht komen op een dag dat hij hem niet verwacht en op een uur dat hij niet kent; en hij zal hem met het zwaard straffen en hij zal hem zo het lot doen ondergaan van de ontrouwen.”

„De knecht die de wil van zijn heer kende, maar geen beschikkingen trof noch handelde volgens diens wil, zal zwaar getuchtigd worden. Wie echter in onwetendheid dingen heeft gedaan die tuchtiging verdienen, zal slechts licht gestraft worden. Van ieder aan wie veel is gegeven, zal veel worden geëist; en van hem aan wie veel is toevertrouwd, zal des te meer worden gevraagd.”

Schriftlezingen © Katholieke Bijbelstichting

’s Hertogenbosch, www.bijbel.net

commentaar bij de zondagslezingen

— Kris Depoortere—

Tussen geringen staan

DE lEZInG uIt DE BrIEf aan de Hebreeën zegt: „Het geloof, daar komt het ten slotte op aan. Door het geloof komen we tot het inzicht dat de wereld geen chaos is, maar dat God de aarde wil maken tot een veilige stad.” De lezing brengt daarvoor geen argumenten aan, alleen het verhaal van Sara en Abram.

Abram en Sara wonen in een rijke streek, in ur, 3.800 jaar geleden. Op een nacht hoort Abram een Stem, een diep verlangen, dat hij niet kan wegdrukken: „trek weg.

Ontdek nieuwe horizonten.” Abram gaat op weg zonder te weten waarheen. Hij komt in Palestina, een land dat hem niet toebehoort. Hij heeft geen huis, enkel een tent en schapen op schrale grond. Maar hij blijft luisteren naar de Stem die hem zegt dat er ooit een veilige stad komt met stevige wallen. En dat God daarvoor Sara en Abram no- dig heeft.

Karel en Caroline hoorden ook zo’n Stem, een steeds terugkerend verlangen: „Is er niet meer in het leven dan onze loopbaan als leraar en hoofdverpleegkundige?” Ze sussen de Stem. „Ik doe hier toch ook goed werk in het ziekenhuis? Ik zorg voor zie- ken, voor de lastige zieken eerst, en Karel is een leraar die het merkt als een van de leer- lingen verdriet heeft.” Maar de Stem blijft aandringen. Op een dag zijn ze in Kinshasa geland. De laatste honderd meter blind dalen door de smog die boven de stad hangt.

Hotsebotsend zijn ze de brousse ingetrokken. Caroline is geen hoofdverpleegkundige meer, maar meid voor alle werk in de operatiezaal. Karel geeft les aan de verpleegsters- school en schrijft op een bord dat half is weggevreten door termieten.

Weer naar de lezing uit de Bijbel: „Door haar geloof ontving ook Sara, hoewel ze onvruchtbaar was gebleven en de menopauze voorbij, de kracht om een kind te dra- gen, en wel omdat ze vertrouwde op God die de belofte had gedaan.”

Maurice Plevoets woont op de campus van unikin, de universiteit van Kinshasa.

Hij is aalmoezenier in een huis waar studentinnen opgevangen worden, die onver- wacht zwanger zijn en hun kind willen houden, tegen de wens van hun familie in. Hij bemiddelt met de ouders, zodat ze hun kleinkind toch aanvaarden en hun dochter niet uitsluiten. Hij stormt de kantoren van de proffen binnen om uitstel van examens te vragen. Hij kijkt of de verwekker in staat is ‘vader’ te zijn. Er woonden vorige zomer twaalf studentinnen-moeders in het tehuis (werk Gabriëlla voor mamans-étudiantes, Kinshasa).

Mademoiselle nkundu wa Pasi is in België opgevoed bij pleegouders. Ze werkt nu bij Memisa, ngo voor Medische Missiesamenwerking, in Kinshasa. Hier was ze een bang konijntje in de auto op de E40. nu rijdt ze in een toyota met vierwielaandrijving door kuilen van een halve meter diep, slalommend tussen de fietsen. Ze huurt vracht- wagens om containers op een boot te laden, die naar het noorden vaart over de Congo- stroom, waar vluchtelingen slapen in het verwoeste marmeren paleis van Joseph Dési- ré Mobutu Sese Seko Kuku ngbendu wa Za Banga (www.memisa.be).

Weer de eerste lezing van vandaag: „Zo bracht één mens zoveel nakomelingen voort als er sterren aan de hemel staan, ontelbaar als zandkorrels op het strand langs de zee.”

Karel en Caroline, Maurice Plevoets en Mademoiselle nkundu zullen waarschijn- lijk sterven vóór ze echt zien wat de Stem had voorzegd. Even vertalen wat de lezing uit de Brief aan de Hebreeën schrijft: „Het is een werk van zeer lange adem. We zien slechts een glimp van wat komen zal. We weten dat we mensen op doorreis zijn, naar een nieuw land en een nieuwe wereld. En we werken eraan. Steen voor steen, kind voor kind, container voor container. En we bouwen en vertrouwen. God heeft toch gezegd dat Hij voor alle armen een huis zou gereedmaken met een kaars voor het raam om de weg te wijzen.”

Ja, maar zonder mensen kan Hij dat niet.

nog even Wies Moens (1898-1982) uit De Boodschap uit 1920:

laat mij mijn ziel dragen in het gedrang!

tussen geringen staan en hun ogen richten naar boven, waar blinken uw eeuwige sterren (…) Mijn woord in de mond van stamelaars,

mijn hand voor die liggen langs het pad.

En voor het raam van mijn woning een vlam in de nacht:

dat wie verdolen mocht,

richt zijn schreden naar het Huis van toevlucht.

Ik zal het wasbekken klaar zetten, brood en wijn op de tafel – en het Boek geopend aan de parabel van de Goede Herder.

Lezingen door de week | Maandag 9 augustus: Hosea 2, 16b.17b.21-22 en Matteüs 25, 1-13 • Dinsdag 10 augustus: tweede Brief aan de Korintiërs 9, 6-10 en Johannes 12, 24-26 • Woensdag 11 augustus: Ezechiël 9, 1-7; 10, 18-22 en Matteüs 18, 15-20 • Donder- dag 12 augustus: Ezechiël 12, 1-12 en Matteüs 18, 21 – 19, 1 • Vrijdag 13 augustus: Ezechiël 16, 1-15.60-63 of Ezechiël 16, 59-63 en Mat-

teüs 19, 3-12 • Zaterdag 14 augustus: Ezechiël 18, 1-10.13b.30-32 en Matteüs 19, 13-15 • Zondag 15 augustus (tenhemelopneming van Maria) Apokalyps 11, 19a; 12, 1.3-6a.10ab — Eerste Brief aan de Ko- rintiërs 15, 20-27a — lucas 1, 39-56.

eucharistie op radio | 8 augustus, 10 uur, vrt Radio 1: van- uit de parochie Sint-Vincentius in Eeklo.

eucharistie op tv | 8 augustus, 10 uur, rkk via Nederland 2:

vanuit de Sint-Willibrord in utrecht. Voorganger is Harry van der Vegt.

kerk & leven 21 juli 2010 lezingen & Commentaar 17

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De vader van de beide zonen heeft het goede met hen voor, maar: de jongste zoon gaat zijn eigen weg en zijn vader kan of wil hem niet daarvoor behoeden.. Hij laat

Ik had ook al veel verder kunnen zijn, maar 10 jaar geleden durfde ik niet verder te gaan bij de VU?. Ik was alleen niet

Geloven heeft voor mij te maken met helpen van anderen die het minder goed hebben dan ik. Geloven heeft voor mij te maken

En Abba is de mooiste naam waarmee U wordt gekend Heel mijn leven blijft U bij mij, U die mijn Vader bent.. Ik geloof in Jezus, Zoon van God, de

geeft de kracht om ons werk voor Hem te doen, om wie vast loopt, los te maken, in zijn naam te redden wie verloren

Als de essentie van “aansluiten bij de eigen regievoering van cliënten” is dat je als hulp- verlener zelf geen negatieve factor bent, dan maakt de waarde die cliënten aan hun

Vanuit die ervaring geloof ik in geestelijke verzorging, als zielzorg!. Ik geloof

Het te hoge cholesterol waar we aan alle kanten zo voor worden gewaarschuwd wordt niet veroorzaakt door het eten van te veel verzadigde vetten of choles- terolhoudende voeding, maar