1/4
Advies nr 06/2013 van 20 februari 2013
Betreft: Ontwerp van koninklijk besluit houdende uitvoering van de wet tot uitvoering van artikelen 12 en 30ter van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders en tot wijziging van het koninklijk besluit van 27 december 2007 tot uitvoering van de artikelen 400, 401, 403, 404 en 406 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en van artikel 30bis van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders (CO-A-2013-002)
De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;
Gelet op de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 29;
Gelet op het verzoek om advies van de heer John Crombez, Staatssecretaris voor de Bestrijding van sociale en fiscale fraude ontvangen op 17/01/2013;
Gelet op het verslag van Stefan Verschuere, Ondervoorzitter;
Brengt op 20 februari 2013 het volgend advies uit:
. .
Advies 06/2013 - 2/4
I. ONDERWERP VAN DE AANVRAAG
1. De Staatssecretaris voor de Bestrijding van de sociale en de fiscale fraude, de heer John Crombez, vroeg de Commissie advies uit te brengen over een ontwerp van koninklijk besluit houdende uitvoering van de wet tot uitvoering van artikelen 12 en 30ter van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders en tot wijziging van het koninklijk besluit van 27 december 2007 tot uitvoering van de artikelen 400, 401, 403, 404 en 406 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en van artikel 30bis van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders (hierna het ontwerp van koninklijk besluit).
II. ONDERZOEK VAN DE ADVIESAANVRAAG
2. De artikelen 59 en 62 van de programmawet (I) van 29 maart 2012 hebben de artikelen 12 en 30ter van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, respectievelijk vervangen en opnieuw ingevoerd.
3. Het Koninklijk besluit dat voor advies van de Commissie voorligt, is de tenuitvoerlegging van deze artikelen 12 en 30ter. Hiertoe moet het Koninklijk besluit worden gewijzigd van 27 december houdende uitvoering van de 400, 401, 403, 404 en 406 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en van artikel 30bis van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders.
4. Het koninklijk besluit dat voor advies van de Commissie voorligt, bevat op zich geen bepaling die gevolgen heeft voor de verwerking van de persoonsgegevens van personen. Dit geldt evenwel niet voor de bepalingen die het uitvoert, namelijk de artikelen 12 en 30ter van de wet van 27 juni 1969.
5. Welnu, de Commissie heeft zich reeds kunnen uitspreken over deze artikelen 12 en 30ter van de wet van 27 juni 1969. Inderdaad op 26 en 27 januari 2012, dienden de Minister van Werk en de Staatssecretaris voor de Bestrijding van de sociale en fiscale fraude een officieel verzoek om advies in bij de Commissie. Die aanvraag had betrekking op Titel 9 (fraudebestrijding), Afdelingen 8 en 9, namelijk de artikelen 92 tot en met 111, van het
Advies 06/2013 - 3/4
voorontwerp van programmawet. Deze dossiers resulteerden in de adviezen 05/20121 en nr.
06/20122 van 8 februari 2012.
6. Dit voorontwerp bevatte evenwel nog andere bepalingen waarover de Minister van Werk en de Staatssecretaris voor de Bestrijding van de sociale en de fiscale fraude geen advies hebben gevraagd. De Afdelingen 1 tot 4 van Titel 9, namelijk de artikelen 72 tot en met 85 van het voorontwerp bevatten regels die ook betrekking hebben op de verwerking van persoonsgegevens. Het Voorzitterschap van het Secretariaat van de Commissie heeft daarom beslist om uit eigen beweging over die artikelen een nota3 uit te brengen. Deze nota, door de Commissie goedgekeurd, werd respectievelijk meegedeeld aan de Minister van Werk, mevrouw Monica De Coninck, en aan de Staatssecretaris voor de Bestrijding van de sociale en de fiscale fraude, de heer John Crombez.
7. Welnu, de artikelen 59 en 62 van de programmawet (I) van 29 maart 2012 die de artikelen 12 en 30ter van de wet van 27 juni 1969 hebben vervangen en opnieuw ingevoerd zijn respectievelijk dezelfde (behoudens enkele kleinigheden) als de artikelen 72 en 74 van het voorontwerp van programmawet waarover de Commissie zich in die nota heeft uitgesproken.
8. Het ontwerp van koninklijk besluit dat voor advies van de Commissie voorligt, ligt in het verlengde van de programmawet (I) van 29 maart 2012 waarover de Commissie reeds een nota en adviezen uitbracht.
9. De Commissie waardeert evenwel het feit dat de aanvrager uit bekommernis volledige transparantie te scheppen, het ontwerp van koninklijk besluit ter beoordeling aan haar voorlegt.
10. Zij stelt vast dat het voorliggend ontwerpbesluit nergens de gegevensverwerking wijzigt die de programmawet (I) heeft ingevoerd, maar dat het hier enkel gaat om een specifieke tenuitvoerlegging.
1 Advies 05/2012 van 8 februari 2012 m.b.t. Titel 10, Afdeling 8 van het voorontwerp van programmawet (artikelen 92 tot 106 van het voorontwerp van programmawet).
2 Advies 06/2012 van 8 februari 2012 betreffende het Voorontwerp van programmawet inzake fraudebestrijding en meer in het bijzonder de controle op het misbruik van fictieve adressen door sociaal verzekerden (artikelen 107 tot 111 van het voorontwerp van programmawet).
3 Nota van 8 februari 2012 betreffende Titel 9, Hoofdstuk 1, Afdelingen 1 tot en met 4 van het voorontwerp van programmawet (artikelen 72 tot 85 van het voorontwerp van programmawet).
Advies 06/2013 - 4/4
11. Voor wat het voorliggend ontwerp van koninklijk besluit betreft, blijven de vaststellingen van de Commissie in haar nota van 8 februari 2012 en adviezen 05/2012 en 06/2012 geheel van kracht.
12. Bijgevolg kan de Commissie aangaande de problematiek van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten aanzien van de verwerkingen van persoonsgegevens die in het ontwerp van koninklijk besluit aan bod komen alleen maar een gunstig advies geven.
OM DIE REDENEN,
• brengt de Commissie een gunstig advies uit over het ontwerp van koninklijk besluit houdende uitvoering van de wet tot uitvoering van artikelen 12 en 30ter van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders en tot wijziging van het koninklijk besluit van 27 december 2007 tot uitvoering van de artikelen 400, 401, 403, 404 en 406 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en van artikel 30bis van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders;
• vestigt de Commissie evenwel de aandacht van de Regering op haar opmerkingen en aanbevelingen in haar adviezen 05/2012 en 06/2012 van 8 februari 2012 en haar nota van 8 februari 2012 betreffende Titel 9 inzake de fraudebestrijding van het voorontwerp van programmawet.
De Wnd. Administrateur, De Voorzitter,
(get.) Patrick Van Wouwe (get.) Willem Debeuckelaere