Vraag nr. 269 van 18 maart 2003
van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN N16 Klein-Brabant – Kruispunten
Recentelijk werd de laatste fase aangevat van de ondertunneling voor fietsers en voetgangers van het kruispunt Hingenesteenweg met de N16 op het grondgebied van Bornem. De Vlaamse overheid neemt een belangrijk deel van die investering voor haar rekening.
De verklaringen in de pers van een burgerlijk inge-nieur verbonden aan de Vlaamse administratie hebben in de regio Klein-Brabant toch wel de wenkbrauwen doen fronsen. Doordat de N16 in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen als pri-maire weg werd vastgelegd, zou dit met zich mee-brengen dat een reeks kruispunten afgeschaft dient te worden en dat de overblijvende kruispunten ge-heel ondertunneld of overbrugd dienen te worden. Dat zou betekenen dat de investeringen in heraan-gelegde kruispunten (zoals aan de Vitsdam in Bor-nem) of kruispunten zoals hierboven vermeld waar de aanpassingswerken nog aan de gang zijn, v e r l o-ren investeringen zijn.
Bovendien lijkt er mij toch wel een tegenspraak te zijn tussen enerzijds de bewering dat er onvoldoen-de verkeer is om onvoldoen-de Schelonvoldoen-debrug in Temse te ver-dubbelen en anderzijds de noodzaak om de N16 om te vormen tot een autoweg.
1. Kan de minister vice-president terzake enige verduidelijking geven ?
2. Houdt het primaire karakter van de weg inder-daad in dat de kruispunten hoe dan ook moeten verdwijnen ?
Antwoord
In het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) werd de N16 tussen E17 en E19 geselecteerd als primaire weg I. De uitvoeringsvorm van dergelijke wegen is volgens het RSV in principe deze van een autoweg of een stedelijke autosnelweg.
Wat de kruispunten betreft, stelt het RSV dat bij de aanleg van deze wegcategorie het verkeer op de kruispunten ongelijkvloers of met verkeerslichten-regeling uitgevoerd wordt, eventueel met een ro-tonde of een voorrangsregeling. Verder dient het aantal kruispunten te worden beperkt. Een aantal
toegangen op de N16 zullen dan ook omwille van de doorstroming en de veiligheid afgesloten of af-gebouwd worden. Het is juist de opdracht van een streefbeeldstudie om dit concreet in te vullen. Dat per definitie alle kruispunten ongelijkgronds uitgevoerd of afgeschaft moeten worden, klopt dus zeker niet. Verder is een gefaseerde ombouw ge-spreid over meerdere jaren mogelijk, om zo het streefbeeld uiteindelijk te realiseren.
Het streefbeeld van de N16 wordt opgevolgd door een projectleiding die is samengesteld uit onder meer gemandateerden van de betrokken gemeen-t e n , alsook diverse provinciale en gewesgemeen-telijke ad-m i n i s t r a t i e s. Zowel op de laatste vergadering van de Provinciale Au d i t c o m m i s s i e, alsook op voor-gaande projectleidingvergaderingen, werd door de afdeling Wegen en Verkeer Antwerpen aan de ont-werpers duidelijk gesteld dat elk theoretisch kader getoetst dient te worden aan de reële situatie ter p l a a t s e. Het studiebureau werd er bovendien op gewezen dat het geenszins de bedoeling kan zijn om recent uitgevoerde infrastructuur (kruispunten Vitsdam en Hingenesteenweg) zonder meer heraan te leggen.