Challenging climate change : competition and cooperation among pastoralists and agriculturalists in northern Mesopotamia (c.
3000-1600 BC)
Wossink, A.
Citation
Wossink, A. (2009, October 28). Challenging climate change : competition and cooperation among pastoralists and agriculturalists in northern Mesopotamia (c.
3000-1600 BC). Retrieved from https://hdl.handle.net/1887/14262
Version: Not Applicable (or Unknown)
License: Licence agreement concerning inclusion of doctoral thesis in the Institutional Repository of the University of Leiden
Downloaded from: https://hdl.handle.net/1887/14262
Note: To cite this publication please use the final published version (if applicable).
Stellingen behorende bij het proefschrift
Challenging climate change. Competition and cooperation among pastoralists and agriculturalists in northern Mesopotamia (c. 3000-1600
bc)
Arne Wossink
Het gelijktijdig optreden van veranderingen in het klimaat en veranderingen in het archeologisch bestand wordt vaak ten onrechte geïnterpreteerd als causaliteit tussen deze veranderingen (Dit proef- schrift, hoofdstuk 1).
Kwetsbaarheid van een samenleving voor klimaatverandering heeft voornamelijk sociale oorzaken (Dit proefschrift, hoofdstuk 1).
De regionale verschillen in nederzettingsontwikkelingen in noord-Mesopotamië gedurende het der- de en vroege tweede millennium voor Christus doen vermoeden dat deze ontwikkelingen maar zeer beperkt aan klimaatverandering gecorreleerd kunnen worden (Dit proefschrift, hoofdstuk 8).
Het toenemende belang van de Amoritische identiteit gedurende het late derde en vroege tweede millennium voor Christus volgt uit de hoge mate van sociale en economische flexibiliteit die deze identiteit aan haar dragers verleende (Dit proefschrift, hoofdstuk 8).
De waarschuwing van Iraakse archeologen dat archeologische sites als gevolg van het droogvallen van een stuwmeer in de Eufraat ten prooi kunnen vallen aan plunderaars suggereert opvallend ge- noeg dat stuwmeren ook een preserverend effect op archeologisch erfgoed kunnen hebben.
Het effect van moderne politieke grenzen in het Nabije Oosten op de definitie van archeologische culturen moet niet onderschat worden.
Het gezegde ‘de één zijn dood is de ander zijn brood’ is een goede maar wrange weergave van het effect van de invasies in Irak in 1991 en 2003 op de archeologiebeoefening in noord-Syrië.
Doordat het Amerikaanse leger gedurende de invasie in Irak in 2003 een legerbasis inrichtte op de plaats van het oude Babylon werden de oude Babyloniërs wel heel letterlijk met voeten getreden.
De Faculteit der Archeologie zou de regel dat een proefschrift in beginsel maximaal honderdduizend woorden telt (Promotiereglement Universiteit Leiden 2008, Art. 13.6) strikter moeten handhaven.
De universiteit zou aanzienlijk efficiënter functioneren als de kosteloze adviezen uit stellingen meer op waarde geschat zouden worden.
Wetenschap is als de liefde; men bedrijft haar niet alleen.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.