• No results found

Hoofdstukken uit de Spraakkunst van het Tonten1boansch

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Hoofdstukken uit de Spraakkunst van het Tonten1boansch "

Copied!
263
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Hoofdstukken uit de Spraakkunst van het Tonten1boansch

naar aanteekeningen en mededeelingen van den heer

J A LB. T. SCHW A RZ en anderen

SAMENGESTELD DOOR

N. AORlr\NI en 111. L. r IDRIAi'\I, geb. GUNN ING.

Uitgegeven door het Koninklijk Instituut voor de Taal-. Land- en Volkenkunde van Nederlandsch-Indië.

'S-GRAVENHAGE,

MARTINUS NIJHOFF.

1908.

(2)

Hoofdstul{l{en uit de Spraakkunst van het Tontelnboansch

/g .

naar aanteekeningen en mededeelingen van den heer

J ALB.

T.

SCHWARZ en anderen

SAMENGESTELD DOOR

N. ADRIANI en M.

L.

ADRIANI, geb. GUNNING.

Uitgegeven door het Koninklijk Instituut voor de Taal-, Land- en Volkenkunde van Nederlandsch-Indië.

'S-GRA VENHAGE ,

MART 1 N U SNij HOF F.

1908.

(3)
(4)

HOOFDSTUKKEN urrr DE SPRAAKKUNST VAN HET TONTEMBOANSCH,

naar aanteekeningen en mededeelingen van den heer J. ALB. T. SCHWARZ en anderen

SAMENGESTELD DOOR

N. ADRIANI en M. L. ADRIANI, geb. GONXING.

De hier volgende hoofdstukken uit de Spraakkunst van het Ton- temboansch vormen wel geen volledig spraakkunstig overzicht over deze taal, maar kunnen toch eenigermate voorzien iu het gebrek aan eenc Tontemboansche Spraakkunst. Hoe onvolledig deze opstellen dan ook zijn, wij hebben ze niet onuitgegeven willen laten, omdat het niE't te voorzien is, dat in den eersten tijd van eenige Minahassische taal eene spraakkunst zal worden geschreveu. Nu door de zorgen der Iudische Regeering de belangt'ijke verzameling Ton- temboansche Letterkunde en het Toutemboansche vVoordcnboek van den Heer Schwarz voor de pers ziju bewerkt eu deze werken door de Nederlandsche Regeerillg in druk zijn uitgegeven, is ook zonder eene volledige spraakkunst de beoefenillg van het Tontemboansch mogelijk geworden.

De spraakkunstige aauteekellillgen van den heer Sehwarz zijn door ons aangevuld met mededeelingen van hem zelf en van vele Minahas- sers , zoowel van hen wier namen zijn vermeld in de Voorrede van het 1'ontem b. Woordenboek , als ook van vele anderen, die gevoel hadden voor de overvloedige schoonheden hunner Moedertaal. ])oor ons te oefenen in het spreken der taal heb ben wij ook zelf oltdcrvi uding opgedaan. Dit alles is door ons iu de volgende opstellen verwerkt.

De behandelde onderwerpen zijn: I Hel Klaukstelsel, U WoOl'c1- herhaling en Red uplicatie, UI De Tel woorden, IV De Sterke (Iutcnsieve) Vormen, V De VOO1'-, In-, en Achtervoegsels, VI De Voornaam woorden.

Wat over deze onderwerpen is te vinden iJl de "Bijdragen tot

(5)

de kennis der Alfoersche taal 1 in de Mi nahassaf', van Wilken en

Njem~mn (1866) en de "Bijdragen tot de kennis van het 'I'ompti- kewa'sehf' van E. J. Jellesma en A. L. Waworoentoe (Verhaude- liugcil v. h. Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen, Deel XLVII, Ie Stuk) zal hier met stilzwijgen worden voorbijgegaan,

!liet uit gebrek aan achting voor den arbeid der schrijvers, maal' omdnt het ook zonder opzettelijke aanwijzing duidelijk genoeg zal zijn, waarin onze opvatting van de behandelde zaken met de hUllne verschilt.

Eer wij tot de behandeling van het klankstelsel overgaan, hebben wij eellige opmerkingen over het TontemboallSch in het algemeell te maken. Voor hetgeen den naam dezer taal betreft, venvijzeu wij lIaar het artikel van den Heer Schwnrz "De benamingeu Tontemboan en Tompakewa", in Deel XLVI (1903) van het Tijdschrift voor Ind. 'raal-, Lalld- en Volkcnkunde van 't Bat. Geil., bI. 108--117, waarin ook llOg eenige andere bijzonderheden omtrent het Tt. zijn te vinden.

Naar het aantal zijllel' sprekers, dat een goede 50.000 bedraagt, is het Tt. de grootste der Miuahassische talen. Indien men het Bantiksch en het Bentellanseh samentelt met de talen der Sangir- Talautgroep, en het Ponosakansch bij het Mongondousch voegt, kan de grocp der eigenlijke Miuahassische talen in twee oudergroepell worden verdeeld: 1. het 'romboeloe'-sch, met het rrollsea'-sch en het Tondallo-sch, 2. het Tontem bO!l.nsch met het Tonsawangsch. Het Pono- sakausch en het Mongondousch moeten tot eene afzonderlijke groep worden gebrach t, al kan men deze nog voegen bij de groote afdee- ling der JI'ilippijllsche talen. Zij vormen den overgang tot de Goroll- taleesche taalgroep, Whartoe ook het Boeolsch behoort. Daarop volgeu meer Westelijk en verder Zuidelijk de talen der landen aan de 'l'omillibocht, n.l. de 'romiuische, Toradja'sche en Loinansche 1aal- groep, waarov,er men ritac1plege het artikel f/l'oraclja 'sche taleJt" in de Eucyclopaec1ie van Ned.-Indië en het "Overzicht over de talen van Midden-Celebes'" iJl de Mec1edeelillgen v. w. het Nec1erlaJ1(lsche Z;elldelinggeuootschap, 4,28te Jaargang (1898) bI. 556-585.

Het 'l'ontem boansch is geen vocalische taal, zooals c1e talen der

I Hiermede is in dit geval het Tomboeloe'-sch bedoeld. Er komen echter in uit werkje ook opmerkingen voor over het Toumpakcwasch (Tontemboansch);

daarbij is de spraakkunstige bouw van het Tomboeloe'·sch zoozeer gelijk aan dien van bet Tontemboansch, dat eene goede spraakkunst van de ecne taal een zeer goed hulpmiddel zou zijn voor bet leeren van de andere.

(6)

GoroHtaleesche eH del' Toradja 'sclLe groep en evenmiu half-vocfl.lisch, zooals de talen der Sangir-Talaut-groep. Het kau al zijne mede- kliukers nIs sluiters gebruiken. Toch zijn alleen de eindlettergrepell gesloten i met niet-eiucllettergrepen is dit nim mcr het geval. Vandaar dat in hetzelfde woord nooit twee medeklinkers op elkaar volgen, daar mcn geprenasaleerde of geprehamzeenle medeklinkers niet, bn beschouwen als uit twee of meel' medekliukcrs te bestaltIl. Waar door aauhechting van eeu met ecn medeklinker beginnend achtcr- voegsel (b.v. de prouom. suffixen -k u, -m u, -u a) aan een stam die eeu gesloten eindlettergreep heeft, twee medekliukers op elkaar zouden volgen in hetzelfde woord, daar wordt steeds tussehen die twee eene e uitgesproken, b.v. litjureku (mijn rug) van litjur en ku; amangemu (uw vader), vau amang en mu; ipusena (zijn staart), van i pus en 11 a. Ook wanneer woorden van andere talen, waarin twee medekliukers op elkaar volgen, wordeu overge- nomen, ,rordt eene e tusschen die twee medeklinkers ingeschoven, b.v. kelak, uit Ned. !!klacht!!, Marct, uit Ned. !!Maart!!;

eindigt een vreemd woord op twee medeklinkers, (bH bchoudt men alleen den voorlaatste, b.v. sen uit N ed. !!eent!!.

Als eigeuaardige kenmerken kan men laten geldcH: een grootcn rijkdom aall v66r-, in-, en achtervoegsels. De vó6r-, en iu vocgsels dienen o. a. ter onderscheiding van Aorist (Futurum), Practeritum, Durativum, Iutelltionalis en Instrumentaal Passief. De achtervoegsels d ni,den o. a. het Zuivere Passief en het Locaal Passief aan. De taal bezit ill de vormveranderiugen harer beide lidwoorden een middel om den llomiuatief, genitief en accnsatief en ook het meervoud uit te drukken. Daarentegen mist zij de vervoeging der werkwoorden

(1001' voorvoeging van de persoonlijke vooruaamwoorden.

Deze kelImerken heeft het Tt. gemeen met. het 'l'omboeloe'-sch en cle beide naaste verwanten daarvan. Maal' dcze drie talen (dialectell een el' zelfde moedertaal) staan ollderliug veel dichter bij elkaar dan bij het TOlltemboansch en het 'l'onsawangsch. In woordellschat komen zij zoozeer overeen, dat de sprekers elkaar zonder veel moeite vcr- staan. Het verschil met het

'n.

betreft vooral den woordenschat ea het verschillend gebruik der woord eu , die deze drie dialecten met lIet Tt. gemeenschappelijk bezitten. Ook bestaat er verschil tnsschen het Tt. aan de eene, en het 'l'b., Ts. 'l'd. aan de andere zijde, in de behandeling der vóór-, in-, en achtervoegsels, zooc1at het op het eerstc gezicht lijkt alsof el' verschil iu de afllxcn zelf uestnat. Doch c1czc illdruk is olljLli~t, het materiaal vour dc \l'u(mlvorrniug is hetzelfdc.

(7)

Wat het Tonsaw:1ngsch betreft, de gelegenheid om dit eenigszins grondig te leeren kennen, heeft ons ontbroken. Toch durven wij het met gerustheid naast het Tt. te plaatsen, daar het verschil van '('t.

en Tsw. niet grooter is dan dat tusschen Tb. Ts. en Td. onderling.

De groep dezer drie laatstgenoemde dialecten vertoont de meest ouderwetsche vormen in de Minahassische talen. In de volgende opstellen zal hier en daar worden gewezen op vormen, die in de . Tb. groep ouderwetscher zijn dan in het Tt. , doch voor eene geregeld doorgezette vergelijking hebben wij geen voldoend materiaal kunnen verzamelen. door' gebrek aan tijd daarvoor. Op het gebied der onderlinge vergelijking van de Minahassische talen blijft dus nog zeer veel te doen. Voor iemaud die met dit werk is vertrouwd, zijn de omstandigheden in de Minahassa zeer gunstig, omdat men onder de bevolking gemakkelijk ontwikkelde hel pers voor taal arbeid kan vinden.

De werken die voor de studie der Minahassische talen in 1869 in druk voorhanden waren, zijn opgegeven door Prof. G. K. Niemaun in de Bijdragen v. h. K. 1. 3, IV, bI. 206-207. Sedert is er nog het een en ander bijgekomen, waarmede wij hier Prof: Niemann 's opgave aan v ,:!llen , terwijl nit deze laatste moet worden weggelaten wat op het Gorontaleesch en MOllgondousch betrekking heeft. Men had nI. vroeger de meening, dat men de Miuahassische talen te zamen met eenige andere, onder den naam van ,; Alfoersche talen" kon samenvatten. Deze ongelukkige benaming is nog steeds niet uit de wereld, hoewel het reeds lang is bekend geworden, dat A I i f u ru of A I i pur u geen andere beteekellis heeft, dan "heiden, dorper, kinkel". Het is een minachtend woord, zoo wel voor een Heiden, dien men er mee laat voelen dat hij maar een Heiden is, als voor een Christen of een Mohammedaan, dien men ermede tot schaamgordel- drager of tot varkensvleescheter verlaagt. Intusschen gaan de Euro- peanell, zelfs in de Minahassa, nog steeds voort de Minahassische talen bas a A I i f u r u, d. i. "heiden taal. boerenkinkeltaaltt te noemen, in tegenstelling tot het voornamelijk uit Maleische, Hollandsche en Ternataansche woorden vervaardigde "Maleisch der Molukken" ebt, hoe bruikbaar en nuttig ook als omgangstaal tusschen volken die elkaars talen niet kennen, taalkundig beschouwd, naast de Minahassa- talen eene echte bas a A 1 i pur u is, in gern geval de fij nheid , deu rijkdom en de schoonheid der Millahassische talen ook maar eelligs- zins nabij komt.

Voor de studie van het TOlltem boansch zijn een aantal hul pmid-

(8)

5

delen in druk verschenen, die wij hier zullen vermelden, met eenige arLU wijzingen omtrent hunne meerdere of minderr bruikbaarheid.

184,8. Peugadjaran agama mesehhi jang peudekh, een catechiseer- boekje met Mal. vertalillg, uitgegeven te Batavia. Wij hebben dit werkje niet te zien kunnen krijgen.

1852. Si Indjil in Lellllas itu kele aipatikem i Mattheus (Het Heilig Evangelie naar de beschrij ving van Mattheus), uitgegeven door het Nederlaudsch Bijbelgenootschnp te Amsterdam, bij C. A.

Spin & Zoon. Vooraf gaat eene verklaring van den Vertaler

(rc.

T. Herrmalln, Zenc1eling-Leeraar te Amoerang) in het Nec1.

omtrent de door hem gevolgde spelling, daarop volgt eene Inleiding in het Tontemboansch (ongelnk kig ook al in deze vel'laling "Alfoersch" genoemd) op het Evangelie en daama de vertaling. Deze is in het Makela'i-dialect vervanrdigd, met weinig taalkenuis, zooals blijkt nit den geriugen woorden- voorraad waarover de Vertaler beschikte eu de al te slaafsche nnvolging van zijue origineelen, waarschijnlijk Hollalldsche eu Maleische vertalingeu. Daardoor is de stijl geheel on-Tontem- boansch, tot onverstaallbaar wordens toe; dikwijls moet men het Ned. of Mal. Evangelie van Mattheus te hulp nemeu, om den Tt. tekst te begL·ijpen. Niettemin legt het op zich nemen vau deze moeilijke taak een schoon getuigenis af voor het inzicht vau den heer Herrmaun in de noodzakelijkheid vau de beoefening der landstaal, in een tijd toeu er nog geen enkel hulpmiddel be~tond om eene Minahassische tnal te leercll, terwijl het voorbereidend taalonderwijs 111 Nederland weiuig te beduiden hnd.

1855. Vergelijkeude Woordenlijst van Talen en Dialecten in de Residentie Menado, dool' A. :E'. JanselI, l1.esident van Menado (Tijdschr. Bat. Gen. Dl. IV, bI. 521-548). Deze lijst bevat 150 woorden in de Minahassische talen, het Sangireesch, 'l'alautsch, Gorontaleesch, Bohl/lgo 'sch, Parigisch, Togiansch, Mongondousch, Bolaängsch, Kaidipansch, Boeolsch cn Paloesch.

De spelling is slecht, daarcnboven zijn van de Minahassische tillen niet minder dan de vormen uit 24 verschillende plaatsen opgegeven, doch de plaatsen die tot hetzelfde taalgebied bc- hooreu, zijn lJiet bijeengevoegd. Hierdoor is deze lijst nageuoeg onbruikbaar.

1868. Bijdrage tot de kennis der talen eu dialekten, voorkomende op de eilanden 1UZOll of Lcsoeng, Panei of Ilong-Ilong, BalaLlgingi,

(9)

Solag, Sangi, alsmede op Noord- en Midden-Celebes, door J. G. F. Riedel, Verhand. Bat. Gen. XXXIII. Op bI. 16-19 staat de vertaling van vier kleine verhaaltj es in het Tooe-oen Pakewasch 2 met taalkundige aanteekeningen. De tekst is slecht, echt slordig vertaal werk en de foutieve spelling bederft den tekst nog meer. In de aanteekeningen staan eenige juiste op- merkiJlgen, maar ook een aantal dwaasheden en geheel ver- zonnen mededeelingen , zooals die omtrent de t j, op bI. 17.

Donr dit alles zijJ\ deze verhaaltjes voor de studie nel' taal wo goed als onbruikbaar.

1869. G. K. Niemann, Vergelijkende Woordenlijst van de Minahas- sische talen en het MOllgolldousch, Bijdr. K. I. 3, IV, bI.

203-251, 400-445 en 3, V, 69-120. In de derde kolom staat het I/Toumpakewaschl/, J. i. het Tontemboansch. Deze lijst is afkomstig van den heer J. Alb. T. Schwarz en over het algemeen goed te vertrouwen. Doch de waarde wordt ver- minderd door de gebrekkige spelling. Vooreerst zijn ë en e dikwijls met elkaar verward en ten tweede is de hamzah of niet, of onvoldoende aangeduid, bv. door verdubbeling van deH kliuker (itjaruundur, voor itjaru'ndur). Daarbij gaat de lijst uit van het Nederlandsch en bevat dus uit- sluitend vertalingen van Ned. woorden.

1871. Afleiding van de namen der districten en negorijen lil de afdeeling Amoeraug (Menado), door F. S. A. De Clercq, Tijdschl'. voor Ned. Indië, 3e Serie, 5e Jaargang, Dl. II (187]) bl. 426-430. Dit is eene reeks medeueelingen die blijkbaar juist zoo zijn weergegeven als zij door del! Schrijver waren opgevangen. Uit de slechte spelling en de dwaze afleidingen, op den klank af gemaakt, blijkt dat de Schrijver alle taalkennis miste en daardoor niet in staat was kritiek te oefenen op hetgeen men hem mededeelde. Omtrent de afleiding en de beteekenls der plaatsnamen in het gebied vau het 'l't. kan men thans veiliger raadplegen Groep VII van de I/Toutem- boansche Teksten 1/ van den heer Schwarz en zijn Tontem- boansch-N ederlandsch Woorden boek.

1892. Bijdragen tot de kennis van het Tompakewasch, verzameld

2 vVaarom de benaming To m pak ë wa, op het voorbeeld van den heel' Schwal'z, is vervaugen door To n te mbo a n, vindt men verklaard in het reeds boven aangehaalde opstel van den heer Schwarz in het Tijdschr. van 't Bat. Gen., Dl. XLVI, bI. 108-117.

(10)

7

door E. J. Jellcsma, Vcrhalld. Bat. Gen., DJ. XLVII, IC stnk. Aall dit werk is medegearbeid door den heer A. L. Waworocntoe, Oud-Majoor (1 C Districtshoofd) van Sonder. Hct bevnt een voorbericht, met eenige mededeelingcn omtrent de Mina- hassische talen, waarop volgen eenigc I/Aantcekeningell voor eello grammatica van het Tompakewasch.1/ Deze zijn zeer onvolledig en ook voor eeu deel onjuist. Het bruikbare deel v~n het werk is bI. 15-36. Hier worden de "Grammaticale Vormveranderingen van eenige woorden der Tompakelïasche 'raai" opgegeven, met vertalingen in het Nederllllldsch en in heL Maleiseh, waaruit, mits zij met omzichtigheid worden gebruikt, veel is te leeren omtrent den spraakkunstigen bouw der taal.

Daarop volgt eene woordenlijst, die kan dienen bij de ver- taling van een 10-tal leesstukken iu het Toutemboansch (bI.

52- 60). Deze stukken zijn 'rt. vertalingen van Tomboeloe'-sche origineelen, uitgegeven door J. G. F. Riedel, ter lalldsdrnkkerij te I3atavia, in 1869; doordat de vertaling dikwijls al te slaafsch is, is de taal hier en daar onzuiver. Eene Neder- bndsche vertaling van deze 10 leesstukken heeft Dr. H. H.

J nynboll gegeven, in Bijdr. K. 1. 6, I, bI. 315, vlgg. (1895).

Die vertaliug is niet overal juist, omdat de W oord ellllj st van Jellesma's "Bijdragellt! den Vertaler nog al eens in den steek liet.

1893. Paejaan wo pawasaang katare-tare a Nnwó' e Tontemboan, pinatitj i J. Alb. T. Schwarz. Killepel am pakepellan i G. C. 'r.

van Dorp & 00. an Semaraug.

Paejaan wo pawasaang kumarua, enz.

Spel- en Leesboek, 1" en 2e deel, in de Tontem boansche taal, door J. Alb. T. Schwarz, gedrukt bij G. O. 'r. vun Dorp

& 00. te Semarang. Deze beide boekjes zij n, na de twee

bovengenoemde (Oatechisatie-boekje en Evangelie v. Mattheus), seclert 1848 en 1852 de eerste Tontemboansche werkjes geweest die voor de sprekers der taal zelve waren bestemcl. Door hunne goede spelling en hunne zuivere bal zijn zij ook voor de stlldie van het 'rt. zeer nuttig.

189"1-. 'I'aalbart van de Millahassa, schaal 1: 375000, vervaard igil door Dr. J. L. A. I3randes en uitgegeven door het Bataviaflsch Genootschap van Kuusten en vVetenschappel1. Deze kaart is zeer fraai en duidelijk uitgevoerd en tot in kleinigheden nauwkeurig. De gegevens voor het Tontemboansch, die omtrent de Radja's e. a. zijn den samensteller door cleu heer J. Alb. 'I'.

(11)

Schwarz te Sonder verschaft.. De taalkaart van Celebes, als bijlage bij het Koloniaal Verslag over 1894 verschenen, is, voor zoo ver het de Minahassa betreft, van deze kaart over- genomen. Benige aan wijzingen bij de 'faalkaart der Minahassa geeft Dl'. Brandes nog in zijne "Toelichtingen tot de Schets- taalkaart \'au Celebes", in de Notulen der Vergaderingen van het Bataviaasch Genootschap, Dl. :X;XXII, BijlageII, bI. XXXIII.

1907. Paëjaan Beroe a N oewoe' ë Tontëmboan, wëtëngan katare , wetëngan koemaroea, kinepel arn pakepelan i C. va'n der Roest Jr., Mellado, 1907.

Nieuwe uitgave van het Spel- en Leesboek van den heer Sch warz, vermeerderd en verbeterd door Dr. S. Schoch, Hulp- prediker te SOlider. Het 3e en het 4e deeltje zullen spocdig verschijnen. Voor de studie der taal zijn dezc boekjes zeer aan te bevelen.

Koekoea au Ta'ar Oerë wo n Ta'ar Weroe, pinatitj i M.

Adriani-Gunning wo si J. Regar, masoesoei in Indjil ang Koentoeng; Bijbelsche Geschiedenissen uit het Oude en het Nieuwe 'festarnent, door M. Adriani-Gunning en J. Regar, Godsdienstleeraar te Kolongan-atas, uitgegeven door het Nener- landsch Bijbelgenootschap, bij de Firma P. W.M. Trap te Leiden.

Dit werk, groot 443 bladz., is het grootste dat totnogtoe in het Tt: is verschenen. De naam van den tweeden der schrijvers, eeu uitstekend kenner zijner moedertaal, overleden in 1907, staat er voor borg. dat alleen zuivere taal is ge- bruikt. Voor de studie van het Tontemboansch is dit boek een uitstekend hulpmiddel.

'fontemboamche Teksten, uitgegeven door J. Alb. T. Schwarz, te Leiden bij E. J. Brill, 3 deelen: Tekst, Vertaling en Aanteekeningen. De Tekst bevat Hl No.'s proza en poëzie, verhalen van allerlei aard, raadsels, gezangen, enz. De stof is verdeeld in 12 groepen; in de Vertaling is op elke groep eene uitvoerige inleiding gegeven. De Aanteekeningen zijn. grootencleels van taalkundigen aard.

1908. Tontem boansch-N ederlandsch W oordellboek, met Nenerlanclsch- Tontemboansch Register, door J. Alb. T. Schwarz. Leiden, E. J. Brill. 3

3 Veel dienst kan de beoefenaar van.het Tt, ook hebben van een Tonsea'-sch- Hollandsch woordenboekje, door den heer Jan Ten Hove in 1904 te Menado bij C, Van der Roest Jr. uitgegeven, onder den titel: A.n amut an tarendem

(12)

9

HOOl<'DSTUK I. HET KLANKSTELSEL.

De klanken van het Tt. kunnen worden wedergegeveu met de volgende letters (enkelvoudige en samengestelde letterteekens):

a,

b, d, ~,

e,

g, i,

j,

k, I,

m, n, ng, nj,

0,

p, r, s, t,

tj,

u, w

en '.

Wat door ' wordt voorgesteld, is de stuiter of onvolkomen sluiter (hamzah), bv. waja', ela'b , tu'tu', ela'd, a'mbang, a'li', a'mel, a'ngo.

Voor de klanken die geprenasaleerd worden uitgesproken, krijgt men de volgende letterverbindingelI: mb, nd, ngk, mp, ns, I1t, ntj.

De door deze letters voorgestelde klankeu laten zich verdeelen iu :

KLINKERS.

n, ê, e, i, 0, u.

(Tweeklanken keut het Tt. niet).

HALFKLINKERS.

j,

w.

MEDEKLINKERS.

Explosieve Medeklinkers en de spirant g, benevens hunlle ge pre- nasaleerde variëteiteu:

Velaren: k, ngk, g.

Labialen: p, .mp, (b), mb.

Supradentalen :

t,

nt, (d), nd.

Palataleu: tj, ntj.

Strottenhoofd-explosief (faucaal): ' (hamzah).

Liquidae: J, r.

Nasalen, zich aansluitende aau de explosieve rijen:

Velaar: Dg.

Labiaal: lil.

Supradentaal : n.

Palataal; nj.

Sibilant, met geprenasaleerde variëteit;

S, DS.

KLINKERS.

De klinkers komen in tweeërlei uitspraak voor, naarmate zij in ne Tonsea' ipawola.nda (d. i. De wortels va.n het 'l's. vertaald in het ~eder­

landsch. De benaming "wortel" heeft men hier op te vatten in de betcekcnis van stam). Het zou zeer verblijdend zijn, indien Schrijver en Uitgever ook voor het 'l'omboeloe'-seh cn het Tondano-sch zulke bocken het licht deden zien.

(13)

open of gesloten lettergrepen staan. In open lettergrepen naderen zij meer tot onze volkomen klinkers, in gesloten lettergrepen hebben zij meer van onze onvolkomen klinkers. In het algemeen heeft men er bij de uitspraak der Tt. klanken voor te zorgen, dat men vóór in den mond spreekt en aan de klinkers, ook in open lettergrepen, niet het open geluid geeft dat in het Nederlamlsch de volkomen klinkers hebben. Zie hierover nog hetgeen bij de uitspraak der a is gezegd.

Bij sommige klinkers maakt het onderscheid of zij iu heel, of half gesloten lettergrepen staan.

Geheel gesloten zijn slechts de eindlettergrepell der woorden. Alle medeklinkers, ook de hamzah, kunnen als eindsluiters (sluiters der eindlettergreep) optreden, behalve nj (de palatale nasaal) en de geprellasaleerde variëteiten der explosieve medeklinkers. Alleen de mb en de nd komen als eilldsluiters voor. De reden daarvan is bij dc behandeling dezer klanken opgegeven.

Eene lettergreep is dan alleen geheel gesloten, wanneer zij als gesloten eindlettergreep in de pauze staat, of wanneer de sluitcnde medeklinker wordt gevolgd door een beginmedeklinker in het volgende woord, waarmede hij geen klankverbinding aangaat. Waar dit niet het geval is, verkeert de eindlettergreep in den toestand eener uiet- einJlettergreep.

Eene eiudlettergreep kan gesloten worden door een en kelen mede- klinker. of door een gehamzeerden en soms ook daarbij nog genasa- leerden medeklinker. Dit laatste is alleen het geval met b en d, die nimmer enkelvoudig voorkomen. Daar zoowel de hamzeering als de nasaleering zij n ontstaan uit de neiging om te voorkomeu dat b tot w of d tot l' wordt, zoo kan men in het algemeen zeggeu, dat het Tt. steeds met één medeklinker sluit. Voorbeelden: wangka', ela'b, saja'mb, e!a'd, seka'nd, saisag, tawoj \ kawok, tekel, nanam, pe'en, wareng, ta'up, to'or, la'us, rekat, patitj, telew.

In eene door hamzah gesloten eindlettergreep heeft echter de klinker denzelfdell klank als in eene open lettergreep.

Niet-eindlett!!rgrepell zijn nimmer gesloten, want een medeklinker die midden in een woord staat, is steeds de beginner eeller letter- greep. Alleen wanneer zulk een medeklinker geprenasaleerd is, deelt

4 De gebruikelijke spelling is tawoi, doch de laatste letter is zonder twijfel j, niet i. Zie de bespreking van j.

(14)

11

hij aan den voorafgaanden klinker eene minder volkomen uitspraak mede. Daar echter de nasaal niet de sluiter der hem voorafgaande lettergreep is, maar één klauk vormt met den op hem volgenden medekliuker, van welks nasale uitspraak hij de aanduider is, zoo kan zulk een minder volkomen klinker toch niet gesloten worden genoemd. Aan den audercn kant begiut in het

'n.

geen enkel woord met een geprenasaleerdell medeklinker. ~ Om zulk een geprenasa- leerdeu medeklinker goed te kunnen uitslJreken, moet men een kliuker

vooraf zeggeu. Men kan dus zeggen, dat eeu geprellasaleerde mede- klinker de beginner is der lettergreep waartoe hij behoort, maar dat zijn uasaal den klinker der voorafgaande lettergreep minder volkomen maakt.

Het is vooral de uitspraak der a, e en 0 die verschilt in open en in gesloten lettergrepen. Bij de i en de u is dit onderscheid nagenoeg onmerkbaar, bij de

e

vervalt het geheel en al.

Het gevolgd worden door hamzah verandert aan de uitspraak van een klinker alleen dit, dat de ademstroom plotseling wordt gestuit

ell de toon dus in eens ophoudt, in plaats vau langzaam te ver- klinken, zooals bij een volkomen klinker. Doch, zooals reeds boven is gezegd, de toon van den klinker zelf verandert niet en wordt d us niet on volkomen, zooals i n gesloten lettergrepen. Zoo wordt dus in seude'en de e van se onvolkomen uitgesproken, die van 'e n eveneens, maar de e van n d e ondervindt geen anderen invloed van de hamzah (die de volgende lettergreep opent) dan deze, dat de klank plotselillg wordt gestuit en niet met dien der volgende e ineen- v loeit. Ook in t 0' 0 I' is de eerste 0 volkomen, de tweede onvolkomen en de 0 van lew 0' klinkt evenzeer volkomen als die van mek o.

Door den klemtoon krijgen verder de klinkers eene zekere gerekt- heid, zoodat q nantiteitsverschil door de plaats van het accent is ge00nditi onneerd.

~ Men zal in het vVoordenboek vinden de artikelen: mbaong (zeker geluid van de ka,t) , mbes·mbes (naam v. e. vogel), mbila-mbilang (landsehildpud) en mburu-mburung (nabootsing vun gepruttel, geilloppCI').

Het 1', 2'" cu J" dezer woorden zijn klanknubootsingen, die als zoodanig buiten de gewone klankwetten staan. Regelmatig zou mb es· mb e s moeten luiden we'mbes, we'bes of wembes; het is dus ongeveer bet equivalent van Jav. bebek, (eend), wij zouden zeggen: kwek·kwek. De letterlijke ver- taling van m h i la - m bil a n g is "waggel-waggel", want de stam is wil a n g

"seheef , hellend!' Het is dus een beweging-nabootsend woord, dat op dezelfde wijze buiten de klankwetten staat als de klanknabootsingen en de intCljeetics.

(15)

De on volkomen a (in gesloten lettergrepeu) klinkt ongeveer als de Fransche a in m é t a I, pat t e. Indien men dezen klank v66r in den mond vormt, heeft hij, vooral in lettergrepen die door I, nasaal, -s of t zijn gesloten, de uitspraak die in het Amsterdamsch volksdialect de a van IImanll heeft, alsof er ee'ne zéér vluchtige i wordt nagevormd. Voorbeelden: kul a t (paddenstoel) , por a k (licht), wilang (scheef), lamp at (overbrengen), wangko' (groot), lalan (weg).

De volkomen a (in open lettergrepen) klinkt als de a van Ned.

IIvaderll, bv. manuwu' (sprekende), lana (brandnetel), kawok (mnis), sera' (vleeschspijs), a' kut (binden).

a is soms ontstaan ui te, bv. waar een oorspronkelijk gesloten eincllettergreep, welker klinker e was, haren sluiter verloren of tot hamzah verzwakt heeft. Het 'rt. kent e als eindklank niet en e' slechts in één geval, nI. in de enclitica ke' (slechts). Waar llU

e'

eindklank zou worden, is zij tot a' geworden, bv. ib', Mk. uit i lek, Mt. (zien); u 1 a', uit u Ie d, Mk. (slang).

Naast e komt a voor bij een aantal stammen in de voorlaatste lettergreep, zonder dat het steeds is uit te maken welke vorm de oudste is, bv. elur (orde, vrede) Mt. en ajur Mk.; e'mba en a' mba (verbranden); e mbo (niet geheel bereiken) en am b 0 (reiken naar); emel en a'mel (koel); e'mes en a'mes (greep), talende en ta n cl e (maïs).

~ zweemt in de uitspraak der meeste Tontemboans meer naar de Boegineesche e dan naar de J avaansche, want de klank nadert meer tot de a dan de e van Ned.. IIbegin, gelnk.I' De mond wordt iets wijder geopend, dan bij de uitspraak der Ned. IIstomme ell ell der Jav. pepet.

De e heeft dezelfde uitspraak in gesloten, als in open letter- grepen; ook komt zij niet in lange of in gerekte uitspraak voor, al heeft zij evpngoed den klemtoon als de andere klinkers.

In de open eindlettergreep komt e niet voor, zooals reeds bov.en is opgemerkt.

De e assImileert zich in de uitspraak gaarne aan een boar vooraf- gaantlen, of op haar volgenden klinker. Eene vaste wet is het, dat

e,

volgend op een klinker die met hamzah is gesloten, geheel aan dezen gelijk wordt in uitspraak. Zoo wordt dus de klinker van het achtervopgsel -e n, gehecht aan een stam die op een gehamzeerden klinker uitgaat., met dien klinker geassimileerd. Voorbeelden: ta n g-

(16)

13

ka'an, uit tangka'

+

en; sende'en, uit sende'

+

en; siri'in, uit siri'

+

en; sendo'on, uit sendo'

+

en; nuwu'un, uit

, +

v , d 't '

+

v d

n u w u e 11; wa w a a n 0 UI wa wa en o.

Volgt e op den klillker een er open lettergreep, dan homlt ?ij geen stand, maar verdwijnt meestal na dien klinker; een enkelen keer assimileert zij er zich mede. Zoo valt de e van het achtel'voegsel -e n steeds weg ua den klinker van eene open laatste lettergreep van den verbaalstam , waar dit ·en wordt achtergevoegd, zonder dat de eindklinker van den stam lang wordt, b. v. per a n, uit per a

+

en; ser en, nit ser e

+

P. n; pis in, uit pis i

+

en; in don, uiL i II d 0

+

en; pal u n, uit pal u

+

en. Op dezelfde wijze woput, uit wo epat (en vier), se ambalesa, uit se am bale esa (de echtgenooten); makasa, uit maka

+

esa; ipa,kasa,

uit i pak a

+

esa; kas a s a a u, uit ka -esa -esa ~ n. Ook de

e

van het lid woord ' en, ti m, eng valt weg ua den klinker eener open eindlettergreep van het voorafgaande woord, indien er geen pauze tusschellkomt, b.v. wo ng kuana, voor wo eng kuana (Cll hij zeide); awese' aku n turn int jas ambia, voor aku en turn. (het is beter dat ik van hier wegloop); pinalinganao n i i t u voor en i i t u (hij heeft dat gehoord).

Wordt een stam die met e begint verbonden met een voorvoegsel dat met een open lettergreep eindigt, dan assimileert zich de e in ui (spraak soms met deu klinker van het voorvoegsel, zonder daar-

mede te worden samengetrokken, omdat dan de vorm van het woord de duidelijkheid der lwteekeuis zou verminderen. '/;00 wordt ma

+

endo nitgesproken: maan do (en niet mando, want dit is een andere vorm); maesa luidt iu de uitspraak: maasa. Ook wanueer een woord dat met een open lettergreep eindigt, wordt samengesteld met een daarop volgelld woord clat met e begint, heeft deze assi- milatie van de e wel plaats, b.v. woondo, uit wo

+

endo.

Het is er echter verre vandaan elat deze regel steeds zoude doorgaau;

in vele gevallen blijft zich e na a handhaven, b.v. maelep, uit ma

+

elep; maento', uit ma

+

ento'.

Wanneer i in eene opell eindlettergreep ollmiddellijk wordt gevolgd door

e

als beginner van het volgende woord, dan ondervindt de e de gevolgen daarvan in zoovel'l'e, dat hare uitspraak e wordt, b,v. si endo (de zou) van sieu eudo; si esa wo si esn (de een en de ander, elkeen) van s i en esa.

Omgekeerd ook, wanneer de

e

vóór een anderen klinker komt te staall , assimileert zij zich soms met dien klinker. Dit is in 't

(17)

bijzonder het geval met de

e

van het voorvoegsel m e'-Mk. Wanneer dit me' wordt gevoegd voor een stam die met a begint, dan wordt m CO vaak als m a' uitgesproken, b.v. seila i m a'am ang (zij, vader en zoon). In het Mt., waar het voorvoegsel m e- niet met hamzah is gesloten, heeft dit niet plaats; de bovenstaande zin luidt daar sera i meamang.

Verder krijgt de e ook dikwijls de uitspraak van e waar zij onmiddellijk v66r de i komt te staau. Dit heeft vooral plaats bij de woorden die ontstaan zijn door de herhaling van een éénletter- grepigen wortel. De aldus gevormde woorden bestonden oorspronkelijk uit twee gelijke lettergrepen 6 , welker klinkers later zijn gedissimileerd, door de invoeging eener i achter den klinker der eerste lettergreep.

In de Aanteekeningen op de Tont. Teksten, bI. 161 zijn een aantal voorbeelden gegeven van aldus gevormde woorden. Waar nu de wortel den klinker e had, bv. pen, daar werd eerst, door herhaling van den wortel pen - pen, of p e mp en gevormd, later gedissimi- leerd tot p e imp en, 't welk p e imp e nworat uitgesproken. Andere voorbeelden zijn: leilem (uit lemIem), rimbeimbeng (uit ri-mbeng-mbeng); keintjem (uit kemkem); reindem (uit rem-rem), seinsel! (uit sen-sen); teinteng (uit teng- ten g); wei m ben (uit wen - weu).

De verwisselingen met a eu 0 staan onder a en 0, die met u onder u opgegeven. Yoor de volledigheid wordt hier nog vermeld, dat in gezangen, gebeden en andere gevallen waarin rythmisch wordt gesproken, de e dikwijls tot e wordt, bv. teles voor tclcs (koop en) , I' eng a n voor I' eng a II (tijdgenoot); ook in eigennamen wordt e vaak als e uitgesproken, bv. Tumewu voor 'rumewu.

e heeft in open lettergrepp.n den klank der Mal. e iu mer ah. • Men wachte zich aan de Tt. e in open lettergrepen den ldunk te geven van de eerste e in ons lispelen, levenlI; spreekt men hem uit als de e e van Ned. deerenl/, dan komt men de ware uitspraak zeer nabij.

Voorbeelden: ma 11 g e ~ Noord waarts), e m 0 I' (boven zij n deel nemen), meko (Zuidwaarts), kese (schudden), we'e (geven), weso' (trekken).

ij Zoo is het bv. nog in het Tb. en Ts.

7 De meeste Nederlanders spreken de Mnl. e in open lettergrepen uit nIs eene volkome Ned. e. Sommigen, die hiertegen willen waarschuwen, schrijven dezen klank met ei, bv. meirah, meimang, Halmaheira, wnarsehijnlijk nnal' Portugeeseh model.

(18)

15

De e in geslotcn lcttergrepen heeft den klank dcr Mal. e in parcntah, bellteng cn van de eerste c iu Ned. IImengen.1!

]Je e in met hamzah gesloten lettergrepen heeft oen klank der e in open lettergrepen, alleen is de klank kort afgebroken. De e in lettergrepen door j gesloten 8, heeft door den invloed der j den klank der e iu open lettergrepen; de e door w gcsloten heeft den klank der e in gesloten lettergrepen. Voorbeelden: su e I (ge- stoken aan hand of voet), ken g ken g (zwemmen), a Ier (gereed), peset (plaats bezetten); wagei (bleek), cnet (verbinden), welct (offcrgebccl prevelen), pe'en (kooksel naast het vuur zetten), telew (vliegelI).

De e is in het Tt. geen oorspronkelijke klank. Zij is deels uit snmeutrekkillg van a i ontst:lall, zoo als de equivalenten in de ver-

\Vallte talen bewijzen, deels uit i, in enkele bizondere ~evallen ook uit

e,

zooals reeds bij de bespreking der

e

is vermeld. Voorbeclden:

e=a+i: wale (huis), M. P. walai; ate (lever), M. P.atai;

mate (dood), M. P. matai; we'e, door vocaalsplitsing gevormd uit we, samengetrokken uit wai, van wari (Mal. beri), geven.

'Waar naast de klankreeks a-e in Tt. woorden de equivalenten in

ver\\'ante talen aj a vertoOJlcn, kan men aannemen dat e ontstaan is uit samentrekkillg vall ia, bv. Kaes (vrouwennanm), '1\l. Kaja~;

waer (betalen), Mal. bajar, 'l'ag. bajad; waet, hetz. als wajat

«lreigen) ; omgekeerd vindt men 'l'~. sa c I' (wenken) waar Tt. s aj a I' (wuivcn) hceft..

c ontstaan uit i: eu g k c (wippeIl) , Sang. in g ge; el' 0' (beven), J"av. lil.H\u; empct (nauw) eu impit (id.); eman (gelooven), Mong. iman; ge'el (afkeerig) en si'il (iel.); keawa eu kiowa (niet in orde); kerot (sr:llJ'appen) en girot (strepen maken); lempet (plat) en lim}Jit (klem); Ilgero (stomp), Bal'. ngi1'o (tallllcloos)j l'eso (opschuiven), Har. riso; engket (vuur uan- stckeJl) cn rit jet (id.); tekek (klein) en tekitj (id.); tempeng (v. e. l'ltllc1 IInal' bencdcn springen) cu temping(v.d.kalltaJbl'ok- kelen cn llCel'stortell); su m b e II g (schaardig) en som b i Il g (afgc- 8chcul'il stuk).

De i in open lettergrepen en die in geslotene verschillen niet in klank. In al de volgende voorbeelden klinkt Ile i als i e in Ned.

S De g-ebruikel\jke spelling is i, zoodat voor het oog de tweeklank ei ge- sdireven sta:Lt. Doeh het 'l.'t, kent geell tweeklullken, zooab reeds boven is p;e7.ep;<l; de .illi~te spelling is dus ej. Zie verder no~ b\j .i en w.

(19)

"riet", dus als onze volkomen i, nooit als de onvolkomene in Ned. "rit".

ki'it (volgen), ki'im (willen), indis (heilig), ipi (droomen), impit (nauw), wilit (naaien), wiwilit (naald), sisiri'in (eerbewijs).

De i is in het Tt. meestal oorspronkelijk; soms is zij uit de e ontstaan, b.v. wiles (verfrommelen) en weles (verflensen); wisek (ineendrukken) en wesek (inproppen); wi'mbir (omwinden) en we'm ber (bijeenbinden); si tj 0' (schokken) en seko' (iu.).

Over de afwisseling met e is reeds boven gesproken;

o

in open lettergrepen klinkt als de Mal. 0 in tol a k; zij heeft niet den klank der Ned. 0 in "beloven", doch komt zeer nabij den klank der 0 van Ned. "geboren/l. Alleen in de zeer enkele gcvallen, dat op de 0 eene u volgt, heeft de 0 den klank der 0 in Ned.

11 belovell!!. Voorbeelden: 0 ga r (losmaken), por a k (licht), solo (olie), korem (krabben); lour (vijver).

In gesloten lettergrepen klinkt de 0 niet als onze onvolkomen o in I/pot/l, maar meer als de Fransche 0 in "carotte, carrosse/I.

Indien men dezen klank v66r in den mond uitspreekt, heeft hij, vooral in lettergrepen die door 1, nasaal, s of t zijn gesloten, de uitspraak die in het Amsterdamsch volksdialect de 0 van "rot"

heeft, alsof er eene zeer vluchtige e of u (onvolkomene u) wordt nagevormd. De 0 in eene door eene nasaal gesloten lettergreep zal men vanzelf goed uitspreken, indien men haar zoo ver mogelijk v66r in den mond vormt. Voorbeelden: k e rok (huilebalk), k e s 0 r (uit- spuiten), kesot (uitgaan), lombok (gulzig), rombit (dief), po- rong (hoofddoek), rojong (afdrijven), ro'kos (hoofd).

In lettergrepen die met hamzah of met w zijn gesloten, klinkt de 0 als in open lettergrepen, bv. po'ow (broeder, zuster), enow (vleien), tow (mensch), mangolo' (ominens vogelgeluid), tojo' (weinig). Doch waar de 0 v66r j staat,9 klinkt zij als in eelle gesloten lettergreep, hv. tawoi (werken), eig. tawoj; tawoien (werk), eig. tawojen.

De 0 is in het Tt. doorgaans niet oorspronkelijk. Zij is soms ontstaan door samentrekking van a en u, hv. Ko'ndiri (vrouwen- naam) uit Kau'lldiri; J~oudi' (vrouwennaam) uit Laundi';

I 0' sip (Mk.) en I a u sip (Mt., een hoom met eetbare vruehten);

somean, uit saumean (roodachtig).

9 De gebruikelijke spelling is i, zoodat voor bet oog de tweeklank 0 i staat geschreven. Zie verder noot 8 op blz. 15.

(20)

17

Soms is 7.ij ontstaan uit n, dool' invloed vall f.Clle volgende u ot w, bv. lour (vijYer) uit luur (7.ce); tow (mcJlSch), uit tau (Sangireesch, Tomillisehe ell Torarlja'sche talen); \1' 0 \\' (geur), vgl.

Mal. bun, Bare'e \rau eJl Tt. wauwang (ni); iu Mk. moko staat zij Mast a vall Mt. mako (Westelijk).

Dikwijls is zij OIltstaan uit e, bI'. go' go' en g

c'

gel' (beven);

tokol (worstelen) en tekcl (liggen): wangko'(groot) en \\'flngker (id.): ko'kos (nederig, uit koskos) en Tb. keskes (krimpen);

towallg (sago-meel) en te\\'allg (laf, smakeloos); witok (inge- wantlswormen) ell witek (id.); wusok (inproppeu) en wusek (id.);

woko' (in den mond stoppen) cn wuld;r (iel.); wilot (krom ge- trokkclJ) elJ w i les (irl.); kom b en g (illdruksel van den lIngd) en k e m b

c

u g (id.); sop u t (uitloopen, van water) e1l se IJ u t (iel.

van bl()c~ems cn vruchten); sitjop (oppakken) cn sitjep (iel.);

k 0 s C i (palillg) en k es c i (zich in bochten wringen).

Ook met 11 wisselt 0 soms af, bv. \\,o'as I"n wu'as (wassehen);

war 0 k a CIl war u ka (plalltenvezel); t nl 0 s Mt. (al te zel"l') en talus, Mk.; ompër (klaar zetten) Mt. en umper, MI<.; owci en 11 wel (zeker gezang).

De u heeft in open lettergrf.peu den klallk <lel' Neet volkomen oe in IImoederll, mits vóór in den mond uitgesproken. VoorbeeldelI : kusnw (a8c1l), kuse (buidelbeer), usew (planten), luknr (wacht).

In gesloten lettel'grepell klillkt de u niet allders dau in openo j behoudens den meestal zeer geringen in vloed dieu de sluitende mede- klinker op de voorafgaallCle u uitoefent. Ook in eilldlettergrepen die

met 11 g sluiten, klinkt de u als vóór andere sluiters eu zwecmt zij dus niet zoo naar de OlIvolkomen 0 als de Mal. u in ta lJ <l jun g.

Alleeu vóór n, s en t klinkt de u alsof Cl' eene zéér vluchtige

e

werd lla.gevormd, doch zonder dat de klinker daardoor lang of gerekt word t.

Voorbeelden: pisul (afpellen), lukut (zitten), rnmuu (nest), IJ UH g kut (afbreken), r u ti SUl' (aatlstootell), put un g (prevelen).

De u is ~omtijcls uit e ontstaan, bv. in urap, uit erap (~chllbbe);

wurung (pruttelelI), uit \\'e1'ung (id.); sumak (plotselillg Ollt- moeten), Sang. se ma'; ti mb u k a l' (lijkul'Jl), van \\' e kar (loslateII) ;

II ri p (gewrichtsbanden rloorsnijclell) }ft. cu

e

cl

ep,

Mk.; IV II l' U k

(rot) eH wel u k (rot ei); Uilt iS 11 g (talmen) ell ent ë n g (stilstaalld).

Boven is reeels opgemerkt, dat t IV eek 1 aH keil in het Tt.

Hiet bestaall. \Vaar twee klillkers Haast elkanr vool'komell, hetv.ij

(21)

dezelfde, hetzij verschillende, moeten zij elk afzonderlijk wor(len uitgesproken eu behooren zij niet tot dezelfde lettergreep.

i en u als eindsluiters , onmiddellijk voorafgegaan !looI' een klinker, worden steeds als j en w uitgef;proken. Bij de w is dit ook iu de spelling uitgedrukt, bv. to'ngaw, usew, telew, intjiriw, weu g k 0 w, tut uw, maar de i wordt iu de gebruikelijke sclirijf- wijze niet als j geschreven, waar zij als cinc1sluiter op een kliuker volgt. Hierdoor krijgt men den in(lruk, dat men met een tweeklank te doen heeft. Dat dit onjuist is, wordt in de eerste plaats bewezen door het accent. Indien de uitspraak ta w 0 i was en niet ta w o.i , dan zou de klemtoon niet op t a, maar op wo moeten vallcn en zou het woon1 drielettergrepig moeten worden. Verder zon ook bij aanhechting van het suffix

-e

u, uaar 'deu regel de e van dit achter- voegsel na de i moeten verd wij nen (vgl. het op bI. 13 gezegde) en de vorm dus ta wo i n moeten worden. Daar het suffix zij n vorm echter behoudt (tawoiell, beter ware: tawojell), zoo blijkt het duidelijk dat de stam ta wo i als met een medeklinker gesloten wordt beschouwd. Andere voorbeelden ziju: angkaÏcn, van angkai;

kek e s e i en, van k e s ei; s 11 sus u i e u, van sus U 1.

HALFKLINKERS.

Uit het bovenstaande is reeds duidelijk geworden, hoe dicht de halfklinkers j en w naderen tot de klinkers i en u. Aan het begin der woorden worden zij dan ook dikwijls met een vocnlischen voor- slag uitgesproken, de j met i, de w met u.

Behalve deze eigenaardigheid waar zij als woordbrginner optreedt, is de j in uitspraak geheel gelijk aan de N erlerlandsche. Trou wells in het Tt. is de

.i

aan het begin der woorden zeer zeldzaam eJl beperkt tot een paar woordjes die het karakter vau tusschell werpseis hebben. Zij zijn: j a (ij a), een woordje om een ziu mee te beginnen, en de met j a samengestelde woorden j a u en j a w 0 ja; voorts j e (ij e) en jo (ij 0), beide uitroepen.

Over j aau het eind van een woord, zie het boven bij de twee- klanken gezegde.

De j is in het Tt. de vervanger van (Ie palatale media, in woortlell uit andere Indonesische talen overgenomen, waarin deze klank voorkomt, bv. meja (tafel), uit Mal. medja; gereja (kerk), uit Mal. geredja; Jawa (Java), uit Mal. Djawa; pajeko (ploeg) uit Mol. Mal. padj eko; j aga (wacht), uit Mal. dj aga.

Het Tt. bezit 111. geen palatalen die uit supradentalen 'zijn ontstaan,

(22)

19

zooals die vau vele andere Indonesische bleu. De palatale klanken van het Tt. zijn uit gutturalen ontstaan, zooals beneden zal lIan- getoond worden. Vandaar ook dat de j, als palataal, afwisselt met de spirant g en met de daarmee verwante r. Zie over der,e afwissel i ng bij g en r.

De w wordt, zooals reeds boven is gezegd, nn n het begin soms met den vocalischen voorslag u ui tgesproken, bv. u was e i (= Ir ase i) , ijzel'; u wal u (= wal u), acht. Hicruit bat zich reeds opmaken dat de Tt. w ui et geheel gelijk is aan de N cderlandsche. Inderdaad worden bij de uitspraak van de Tt. w de lippen niet vast. op elkaar gedrukt, zooals bij de Neu. \\', maal' een weinig meer geopelld, zooals bij fle uitspraak der ElJgelsche w in "wil!, worlel." Over de w als sI uitel', zie het boven bij de tweeklanken gezegde. De w in het midden verschilt niet van de EugtIsche en van de Maleische, bv. in tawar. Voorbeelden: wa'kes, wawa, uwel, wow, telew, tiwa', tiruw.

De w is i n het Tt. i n vele gevallen de plaatsvervangster van de b, die thans slechts geprehamzecrd, geprenflsaleerd, of geprehamzeerd en geprenasaleerd voorkomt. Alleen iu het .Mk.-c1ialect komt de b nog hiel' en elaar voor, zonder gcprcnasnlcenl of geprcharuzeerd te zijn. In het Mt. wordt dan iu die woorden de b geprehanneerd, in het dialect van Sonder daarbij ook nog geprenasaleen1. Voor- beelden: Robot (mansnaam) Mk., Ro'bot, id. Mt., Ro'mbot id. tlia!. v. Sonder; k i I a u b (gat iu dcn grond gegraven, doo;

(liereu) Mk., kilau'b Mt.,kilau'rub, id. dial. v.Somler; loboi (mollig) Mk., lo'boi Mt., lo'mboi, id. elia1. v. Somler; kebu (zolderbalk) Mk., Ic e' b u Mt., k e' m b u id., dialect v. Sonder;

Hbo' (in het water spartelen) Mk., Jce'bo' Mt., ke'mbo' iel., dia!. v. Sonder.

Doch ook in het Mk. is de b vaak geprehamzeerd; in het Mt.

staau daarnaast dan vormen met w of met geprehamzeerele ell ge- prenasaleercle b. Voorbeelden: tele'b (vliegen) Mk., tclew Mt.;

u se' b (planten) Mk., us

e

w Mt.; 1 e' bUll g (jonge bamboespruit) Mk., re W Uil g Mt.; Ic' b u' (afgebakeude plaats) Mk., lew u' Mt.;

lo'bcllg (kuil) Mk., loweng Mt.; ka'biri (links) Mk., ka'mbiri Mt.; è'ba (branden) Mk., c'mba Mt.; la'bit (dief) Mk., la'mbit Mt., vgl. rombit; te'be (tellen) Mk., te'mbe Mt.

Behalve dan in het Mk. dialect, komt de ongeprehamzeerde en ongepreuasalecrde b in het 'ft. niet voor. Omgekeerd wordt de w

(23)

In het Tt. niet geprenasaleerd. maar in plaats daarvan vinden we mb en III plaats van de geprehamzeerde en geprenasaleerde w, vinden we 'm b. Van de geprehamzeerde w zijn eenige weinige voorbeelden te vinden, bv. de mansnaam Si a'w, maar in het alge·

meen ge~prokeu, vinden we clnarvoor in de plaats 'b. De b en cle w HU zijn, als lipklanken, met elkaar verwant en staan met elkaar in wisseling. Men kan clus zeggen dat de b. overal waar zij niet met eene nasaal, met hamzah of met beiden is verbonden, in het Tt. tot w wordt en cl at omgekeerd, waar w eene nasaal, eene hamzah of beiden v66r zich krijgt, zij tot b wordt.

Als beginner van een woord komt dus alleen w voor, daar in het Tt. bijna geen woorden met geprenasaleerde of geprehamzeerde klanken beginnen. 10 Wanr nu in het Mk. t I voor een stam die met w begint een voorvoegsel m a'· of me'· wordt gevoegcl, daar wordt die w met de hnmznh tot 'b, dus we'e met ma'· wor<lt ma'be'e (geven); wan g k 0' met ma'· wordt ma' b n n g k 0' (groot worden);

w u ei met m f· wordt me' b u ei, (vragen); van wet eng (verdeelen) komt Pine'betengan (plaats waar verdeeld is); indien op taua' volgt wo langit, spreekt men uit: tana' ba langit (aarde en hemel).

Wanneer bij samenstelling van een woord dat op een nasaal eindigt, met een woord dat met w begint, nnsnal en w bijeenkomen, vormen zij samen den klank mb. Hetzelfde geschiedt wanneer in doorloopende rede w op eene nasaal volgt, doordat een op nasaal uitgaand woord onmiddellijk gevolgd wordt door een woord dat met waan vangt. Voorbeelden: k cr

e

mb i' i s (kwijnelld, ziekelijk), van k l.h' eng en w i'i s; 1 u 1 urn b 0 (zaailing, voor een kweekbed), nit lulun en wo; am Benang (te Menndo), d.i. an gevolgd door Wenang; am bale (te huis), d.i. an wale; Rumo'om Bawa' (Beneden.Roemoöng), van Rumo'ong .cn wawn'; si toja'am beru (het nieuwe kind), voor toja'ang wcru; si Pan dit a a n U w u ram· b 0 (de vroegere Zendeling van Amoerang), d. i. Uwuran wo.

Wanneer dus een wortel die met w aanvallgt en een nasalen sluiter heeft, door herhaling wordt uitgebreid tot een stam, dan komen daar waar het tweede lid der herhaling aan het eerste sluit,

10 Over de weinige woorden die met mb beginnen, zie noot 5, en over de woorden die schijnbaar met b beginnen, zie de letter B in het Tt.·Ned.

\V dbk. van den heer Scbwarz, bI. 34.

11 Het Mt. heeft geen voorvoegsels die met hamzab zijn gesloten.

(24)

21

IUtsaal en w te zamen ell worden dus tot mb. Over de invoegiug van i in het. eerste lid die daarbij plaats heeft, zie bI. 14. Voor- beelden: waimbnug (wegwerpen), voor wangwang; weimben (opsluiten), voor wcmwem; woimbon (braudstapel) uit wonWOll;

wuimbung (op een hoop gooien), uit wnllg-wuug.

Wordt een \\'oord dat met b begint, UiL eeno andere taal overge- nomen, dan wordt die b in het Tt. tot 11', bv. IV a ua u g (draad) uit Mal. beuang; wewek (eend) uit Ma!. (Jav.) bebek; warong (iu 't groot koopen, aanuemell) uit Mal. borong; wangkis (boon en) uit Mal. (Ned.) bontjis; wotel (flesch) uit Mal. (Ned.) bota!.

lu overgellomen woorden wordt eelle b ill het middeu iu de Tt.

uitspraak tot w, bv. ka wir i (gecastreerd), uit Mal. k ebi r i;

ruruwasa (tolk), uit Mal. djuru basa, of zij wordt tot 'b of 'mb, bv. sa'bel of sa'mbel (sabel) uit Ned. IIsnbel ,/, in welk geval prehamzeeriJlg en preuasaleerillg dienen om dc b in stand te houden en te verhinderen dut zij w wordt. :000 zal ecn cchte T()IJtemboan het Mal. woord sub u r (welig groeielld) uitspreken su'bur, omdat zonder prehamzeering de b iu zijn mond tot w wordt.

13ehal ve in hei Tt zelf, wissclt de w ook in de verwuute talen met b af. Dat woorden als wc 11 e' (rijst te vellie ell ougebolsterde rijst), wuruk (rot. leelijk), wuaja (dapper, krachtig), wua' (vruchi), wiwi (lip), wawi (varken) in het Mal. met b beginnell, spreekt van zelf, wani het Mal. keut geen begiuner W; de Mal.

vormen der gellormlle Tt. woorden luiden dus: be 11 i h, b u ruk, buaja, buah, bibir, babi. Mant' ook de w in het, middeH is in het Mal. dikwijls b, bv. ke\\'ur (troebel), Mal. kabur; rewung (jonge bamboespruit), Mal. re b u u g; Ir II IV U n g (dakvorst), Mal.

bubung.

Verder wisselt de w af, zoowel iu het Tt. als in andere talen, met de g (iu de Minah-talen spiraut, iu het Mal. velare media), bv. Wala en Gala, mansnamen; wcrow (verschui- veil), Tt. gerow, Ts. gerog; werullg (Ilaar beneden glijden).

Tt. Ge run g (mansnaam); we rot (beschikt worden door het lot), Tt. girot; wall tang (rijstmancl), Mal. gau tang; wuling «'chip sturen), Bar. gulingi; wiling (verdraaieu), Mal. giliug; wajang (roeien), Mak. gajong.

In de gevallen waarin wals eiuc1sluiter met k als eindsluiter afwisselt, kalt men de k beschouwen als uit g te ûjn ontstaau, bv. tiruw (vol) Mt., tiruk Mk., \\'l'sch. uit tirug; po'ow (afgesuedell stuk) Mt., po'ok Mk., uit po'og. Trouwens, iu de

(25)

Tt. uitspraak Ulow van deu Mongondouschen flVlernaam Ulog (llijstroom van de Naeang, die weder in de Poigar valt) eu den Tt. riviernaam Ongkaw, waar het Mong. Ongkag zegt, blijkt reeds de neiging van het Tt. om eiml-g tot w te maken. En dat , eind-g soms tot k wordt, bewijzen de voorbeelden u sa g (stapel) Mt. en ullsa'k Mk.; useg (hardlijvig) Mt. en unse'k

M5'

In w u si t, een scheld woord vall vuile beteekenis, staat de beginner w in afwisseling met de k van k 13 s i t, een bijvorm van hetzelfde woord (w u s i t staat voor \\' 13 s i jo), waar de k kan ontstaan zijn uit g, door den scherpen toon waarop men zulke scheld woorden pleegt uit te spreken.

In enkele voorbeelden wisselt w af met paIs bf.ginner. Deze verwisselillg loopt waarschijulijk over b. Voorbeelden: wete' cu Tt.

pete' (breken); wintjir en Tt.. pilltjir (rollen); wate' en

n.

pate' (penis).

De verwisseling van \\' met I is onder de 1 behandeld.

Eene algemeene uitspraak te doen omtrent de oorsproukelijkheid van w of b is ons niet mogelijk. Gelijk boven is gebleken, is iu een aantal gevallen wuit bontstaan, doch in een aantal gevallen ook niet. Het zal in elk bizon der geval moeten uitgemaakt worden, of de w oorspronkelijker is, dan wel de ·b.

MEDEKLINKERS.

Explosieve Medeklinkers.

Vela ren.

k is de velare telluis , gevormd door het achterste gedeelte del' tong tegen het I:Inchte gehemelte (velum) te arukken. De k kliukt dus in het Tt. evellZOO als in het Nederlandsdl eu hrt Maleiseh.

Zij komt in het Tt. veel voor, zoo wel aan het begin als aan het einde een er lettergreep, bv. keI 0 r (zaaien), we Ic a l' (loslaten), wel u k (rot ei).

Na de i gaat de k over in tj, ook wanneer de i los (d. i. door eene nasaal), of half (d. i. dool' lwmzah) is gesloten. In het dialect van het district Sonder geschiedt dit op de meest consequente wijze, uaar wOI(1en ik, ingk, i'k, zoo wel in hetzelfde woord als in doorloopende rede, wanneer dus eene k als begillller volgt op i, in g of i' als eindklanken van het voorafgaande woord, tot i t j , int j, i' t j. W nar de eindklank i het karakter heeft van j, dus bij eindklanken ei eu oi (ej, oj), gaat de k eveneens in tj over.

Voorbeelden: itji'it (van ki'it, volgen, met voorgevoegde i);

(26)

2:3

aitjua (kua, zeggeu, met voorvoegsel ai); itjo (ko, gij, met 't lidwoord i); tint jas (wegloopcu), Tb. tingkas; sitju (elleboog), Jav. Mal. enz. siku; litjur (rug), Bis. Tag. likod, Mong.

likud, Fonos. Rent. likuI', flang. likudc; patitj (teekenen, schrijven), Tb. pantik, Jav. batik; tinawoitju (door mij ver- richt), van tinawoi, met achtergevoegd -kuj kumi'i-tji'it (verkorte herhaling van den stam ki'it, met infix -um-); itjami (wij, excl.) MaL, enz. kami; itjita (wij, incl.), Mal. enz. kitaj si tjolano, de konillg (kolaJlo)j mai tjo, herwaarts gij (ko);

waja in tjailckangIcu, alles wat ik weet (kailckangku);

itji'it in tjasale'ana, volgens zijn wil (kasale'an); siri'in tj a mi, bewijs ons (k a m i) eer.

Alleen wanneer door dez(;Jl klankovergang twee of drie opeen- volgende lettergrepen met tj zouden aanvallgen, laat men ter afwis- seliJlg de k dikwijls staan. Zoo spreekt men liever ui tin g k e i- tjeiku of in tjeitjeiku (mijnen voet), dali in tjeitjeitju,

van kei t je i (voet) met achtergevoegd -k u en daarvóór den aCC!l- satiefvorm van het lidwoord c n.

Worclt uit eene andere taal een woord, dat den klank tj heeft, 7.Ouder dat eene i voorafgnnt, overgenomén, dan wordt in de 'ft.

uitspraak vau dit woord eene i vóór de tj gevoegd, indien de tj althans in het vreemcle woorcl geen beginner is, bv. p a i t jol, uit Mal. (Jav.) pa tj ol (schophoulI'eel). Ook wordt in overgenomen woorden de Ic na i dikwijls t j, bv. mat i tja m "vneeillateurl/, met het Tt. voorvoegsel m a- gevorrncl vau het Mal. tik a m (steken, lJl'ikken, inenten). Omgekeerd wordt ook wel eens eene tj van vreemde woorden tot Ic herleid, indien zij, door het ontbreken eeuer voorafgaande i, voor de 'ft. uitspraak onmogelijk is, Lv. won g kis, uit Mal. bontjis (het Ned. "boontjesl/).

Zie verder hierover bij de t j.

In het dialect der districten Kawallgko'an eu TOlllbasinIl en verder overal waar" het Mak e I a' i-cl ialeet worrlt gesproken, heeft deze k\al\kovergl1l1g veel minder plaats en \rordt het Sondersche dialect

vnak bespot om het overvloedig gebruik der tj. In het algemeen wordt buiten het district Sonder nlleen iu het woord zelf de Ic na i als tj uitgesproken, i10ch de begin-k na de eiud-i (i n g, i') van het voorn fgaande woorel on veranderd gelaten, bv. k u m i' i t i u g kas::tle'an i Kal'iso (den wil van Kari80 volgen). Ook Jla de voorvoegsels i- en ai- wordt danr de k ge\\'ooltlijk onveranderd ge- latell, Lv. ikasampel (spoelt nan); aikateka' (is aallgekomen);

(27)

heb gezegd). In het Sondlhsche zegt men: ku mi'it in tjasale'an i Tj:ll'isoj itjasampel; aitjateka'j sa itjasale'11luj tanu si aitjuaku. Iu het .Mk. blijft ook in hetzelfde woord de k nai wel onveranderd, zOlHler dat daarvoor een bepaalde reden is op te geven.

De overgllllg van k tot tj is hoogstwaarschijnlijk aldus te ver-

~laren: De velare k is tot palatale k (k') geworden j de explosie heeft dus lliet meer bij het zachte gehemelte plaats, maar bij het hardc. Deze k'· is iu de met hllar nauw verwante t' overgegaan, welke hier op de gewone wijze, door tj wordt weergegeven.

Eene eigenaardigheid van de articulatie bij eeu aalltal sprekers der Tt. taal is, dat voor het gehoor k eu t moeilijk zijn te o 11(1 er- scheiden. Waarin de eigenaardigheid dezer articulatie bestaat, weten wij lIiet j deze zon klankfysiologisch moeten ollderzocht worden. Van de wisseling van k eu t zijn voorbeeldeu:

ko'ndellg eu to'udeug (te veel); kires MIe eu tires.Mt.

(glcuf bij eene geleding); k u w i I eu tu w i I (de vogel snip); K u- mairp.boto eu Tumamboto (naam v. e. god); komantes (Lycopersicum esculelltum) uit 't Spaansche tom at es (tomatell), vgl. Ts. tam a n te s.

De geprenasaleerde k wordt door n g k voorgesteld. Deze kIallk komt niet als woord beginner of als sluiter voor, alleen midden in een woord, dus als beginner eenet" lettergreep waaraan reeds eene andere, open lettergreep voorafgaat, aan welker klinker dan door de nasaal van n g k eene onvolkomen uitspraak wordt gegevell. Zie bovelI , bI. 11. Omgekeerd is die klinker weer noodig, om IJ g k te kunnen uitspreken.

Na i wordt II g k tot in tj, zooals reeds hoven is vermeld.

Verwisseling van de geprenasaleerde velare met de gppreuasaleerde labiale tenuis (11 g k met m p) komt voor in clen naam van het dorp Ta n g kun ei, die outstaan is uit den boomnaam • tam p u u e i (Abrus precatorius, eene soort zoethout).

Het TL. bezit geeue media die met de velare tenuis correspOlldeert, maar iu plaats daarvan vinden wij een spirant g, die eenigszills vau onze N ederlandsche gafwijkt, zonder dat wij het onderscheid Dau wkeurig zouden kunnen bepalen. Het schijnt ons toe, dat zij wat meer naar voren ligt j zij is althans niet uvulaar , zooals onze g, bij welker uitspraak de huig (uvuIa) tegen de tong slaat, maar wordt bij het· achterdeel van het harde gehemelte (het palatum)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

9 50 Bakers Best Genever, London Essence Gingerbeer, munt, Angostura bitters en limoen.. BARREL AGED

Garnalen in Rode Curry Vers Gebakken Groenten 2x Witte Jasmijn

Zijn er in het verleden subsidies of premies verstrekt die bij verkoop van het pand voor een deel kunnen worden teruggevorderd?. (bijv. subsidies voor onderhoud, verbouwing,

 Centrum gebieden: voor de binnenstad van Nijkerk is in 2019 de uitvoering van de visie Aantrekkelijk Nijkerk verder vorm gegeven door het nieuwe Platform Binnenstad Nijkerk

Om goed te kunnen onderzoeken of een kind plaatsbaar is heeft de school gegevens over  het kind nodig.. Deze gegevens

Het afscheid van je vorige tak wordt dit jaar iets minder groots aangepakt omwille van corona maar wees niet getreurd de feestvreugde van de startdag zal dat meer dan goed

) en deze holligheden konnen daar niet zyn, zonder verlies van ftoffelykheid , de ftof kan zich uit de holligheden , door het open einde met de ftaarten der Wormen en het

De afwijking op informatievoorziening wordt veroorzaakt door lagere aanschafkosten tablets en mobiele telefoons, lagere kosten zaaksysteem en hogere doorbelasting specifieke ICT