• No results found

VERZAMELING VAN BIJDRAGEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "VERZAMELING VAN BIJDRAGEN "

Copied!
119
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

",

VERZAMELING VAN BIJDRAGEN

/

"

Aangeboden aan Dr.J. W.

MEYER RANNEfT, vice- President van den Raad van Nederlandsch -Indiê bij zijn vertrek uit Batavia

op 27 Juni 1936

-

.

(2)
(3)

VERZAMELING VAN BIJDRAGEN

Aangeboden aan Dr.J. W.

MEYER RANNEFT, vice- President van den Raad van Nederlandsch - Indi!

bij zijn vertrek uit Batavia op 27 Juni 1936

(4)

INHOUD

B i j d r a g e n v a n :

A,dam, 1,. L,.

2,. W,.

3,.

L..

N,. J. M. A11ard -- - - -

V,. Alsdorf - .. ---,--,--- - --- - - --- -

4..

F,. C. Aronstein --- 5,. J. B,ijle;ve1,d --,--- '---

6,. P,rof. Dr. J. H. Boeke - - - 7,. M,. B,oer,stra

8,.

Dr. F. Do K. Bos~h-----

9,.

F,. C. Bownan.- - - --

--- --

10,. B._ Br,aat MCz. - - - - . - - - - - 11.. Dp. I. J. Brugmans

12,. G,. F. de Bruyn Kops

13,. C,. v,an den Bussche -.. -·--.. - -·- - - ----

~. G,. G. van Buttingha Wichers

15,. J., vaJl Buuren - - - -- - - - -"

16,. M,r. D. Crena de Iongh 17,. J., Crpsby- - -,- - - 18,.

19,.

20,.

21,. 22,.

M,r.

p.

A. Delprat

M., H., vaJl Dp.lm

,

Mr,. E", J,. F,. van Dunne --- - -.- -- - - Mp. }:C. L. J. Enthoven - - - · - - - G,. 1\0 E,rdbrink ,---,---""---""---~'

Blz.

1 1 2

3

4

5

6

6 7 8 9 9

10 12 13 13

14

15 15 16 17 18 23,. J,. W,o B,. Everts.---.-.--- 19

24..

A., A., G., Fe),lil1etau de Bruyn :_. 21 25,. Dp. WoK. H. Feuilletau de Bruyn - - - 22

26,. H. F.erw.erda -- - - 23

27,0 P,rof. J. van Gelderen 25

28,. E. G,obe,e , 26

29,. P,rof. G. Gonggrijp 27

,0,. L,. Gptzen 27

3

1 • B. J. Hllga _____________ 29

~.

(5)

32..

!.W.

P. IJ. C. Hart - - - -- 33 .. Dl'. H. M. J. Hart - - - - 34..

w .• :rr..

van He1sd1ngen -- - - - 35 ..

c.

C.> vap. H,els,d1ngen Jr. _ _ _ _

- 36 .•

P.rof .. Dr. R. A. Hoese1n Djajad1n1ngrat-- 37 .. Hl" J .• van Holst Pellekaan ---.--... -.-.----.

38 .. F .. H.. d~ Hoog --- - - - -.... - - 39 ..

40 ..

41, . 42 ..

43 ..

44 . • 45 .•

46 ..

47..

48,.

- 49, .

H •. G •• F. van Huls - -. - - - . - - - Ir .. D,. d,e Ipngh, Wzn. - - -

D.r. l'. J. A. Idenburg _ _

M •. B •• vap. d~r Jagt - - - - M.r. ~. G. F. Jongejan

G. J. Jöbsis - - - .

P,astpor Van Kalken -.-... -.-.-.--- -.. --.---

H.. Hl" K,an --.---... --.... -.-.. - ... - ... -.----... - ... -.. -.

Dr. A. D. A. de Kat An(5e 11·n&---·--- R. M. A. A .. Kpesoemo Oetoyo - - -.. ---.. --.-.--.. --.-.

P,angeran A. A. Koesoemo Joedo - - - 50,. Hl" Kp1kman ~, - - - - 51 .. R,. D. Ko11ew1jn _ _ _ _ . _ _ _ _

52 . •

53"

54 .•

55 . • 56 ..

Dr. F • .Kramepp-- - - - J. Hl" B Kup.eman _ _ _ _ _ _ _ _ _

P.rof .. D.r. C. D. de Langen _ _ _ __ _ _ A H •. J. Lov1rlk _ _ _ .. _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ M.r. ;J. Luyten

- -

...

_---_

..

Blz.

29

32 32

34

36

37 38

41 41 41 42 43 44 45

46

47 48 48 49

50 50 51 51 53

54

' 57,. R M •. Ma.rgono Djojohe.d1koesoemo ---'--- - 55- 58 .• D;r. YV. )11. F. Me.nsve1t -.. --- 59

59 ..

60,.

61, . 62, . 63 . •

K.- T ..

J ..

H,.

A

w ..

J .. M1ch1e1sen .

S .. G. Moe11e. .

----_._

..

_-_ .-

A .. Monod de Fro1dev111e J. van Mook

Mi.ih1enfe1d

,-64,. R., M •• Notosoetarso - - - .

65 .

Th. J. Odenk1rchen

66 .

57

59

60

61

62

63

65

(6)

Blz.

66,.

67,.

68,.

Dr,.

Dr ..

Mp.

J,.

P,.

;Se

o;r:rringa _______

R.. 01ivier K. Onnen

69 .. M., J •. van der Pauwert- -- - --- -

~

70,. Ch. p. ;van der Plas - -- - - -- - - . - - 71,. Ppof,. R~ Remmelts - - -.---,---,,-,,--.- 72,. J.. H. Ritman ---,,-,,-.-,--- .. -,-,- - ,-,,--- -- - - - 73,. B .• Roep ---'---~-.-

74. L.. VfJ.n Sandick ----

75,. Mr. A. C', "Sandku-:foJ.J _ _ _ _ _ ,_.

76,. Mr. H. van, Santwijk-· - - - -- - 77 ..

w.

W .. Schipper~ --- - - - -- 78,. Prpf., Mr,. J .. J. Schrieke - - - -

79.. Mr,. J.. G.. A.. t en Siethoff

80 .• Dr,. N .. A .. C. Slotemaker de Bruine -- -- -- 81,. D,r. .R. E. Smi t s ,--,- ·----,-,-·-,·,--- -- ---- , 82,. R., A. A. Soejono.,- - --- ----··-·---·--- , 83,. T,j. ,Gde Soekawati - - - , - - - , - - --- -- ... 84,. R .. P,. Sper oso ---,--- -

, 85 .. R. A. AD Soemitro Ko1opaking Poerbonegoro 86,. A;Lbe;r't Spanjaard - - - -

87.. J~, E., Stpkvis -

88.. D;r'. ;S. 'IV. de St oppelaar

89,. J .• L,. M. Swaab ---.",.-,,---,--.---.. -- , 90 .. M.. H .. Thamrin ---,.-.. ---,-.---,---'---'-.".---.-

66 68 69 70 72 73 74 75 76

77

79 81 82 84 84 86 87 88 89 90 93 94 94 95 96 91.-

92,. 93,. 94,.

95 .• 96,.

W., F., Th,euni s sen ... -.-... -.-... -.. -.-.-... - ... -.. ----.. -... --.-... ---- ---.

97

97 .• 98,.

99,.

Dr,. F .. H. Visman --.---.. ----.-.--.. -. .---.--.---.-.---- Mr,. L.. V pnk _______ . ___________ . ___________ . ___ __ . __

Ir. ;E. A. Voorneman - - - - , - - - - J., C., de Vos

Ir .• E,. d.e V;r'ies --.---

Ch. ;S. .I. M. Wel ter - - - . - ---

G.. A", P. Weyer - - - - . - - - -

P. J. Willekens ---,---._---.. ---'

100.

100 100 101 103 105 105 106 109

(7)

1.

Van het wijde; bonte en schoone arbeidsveld van den bestuursambtenaar heeft mij steeds het meeste geboeid het navorschen van de gehe~en der desa op economisch en adatrechtelijk gebied. Die wéetgierig- heid dank ik den grooten Loidschep leermeester~ die ons op

29

April

1933

is ontvallen.

Madioen

29

April

1936.

L. ADAM.

+ + +

Voor wie de overheidswerkzaamheid in haar ad- ministratieven vorm van een dertig jaar geleden ge kend heeft~ staat het buiten twijfel dat ook hier zich het zelfde proces voltrokken heeft~ dat de menschheid allerwege in 3ijn greep gevangen houdt.

Het geruststellend besef~ dat aan geijkte nor- men niet kon en mocht worde:.l getwijfeld~ dat de be- staande grondslagen onverbiddelijk en voor altijd

;~ waren vastgelegd, sChiep een sfeer van bezonken rust en behagelijkheid voor wie zich daarin thuis konden

voelen~ en l eidde haast onvermijdelijk. tot dien geest van zelfverzekerheid en perfectionisme~ waarin be- grippen als, vlotheid en doelmatigheid onmogelijk kon- den gedijen.

In plaats daarvan thans bij nagenoeg alle or- ganen der administratie een allerwegen heerschende

onzekerheid~ een niet weten waaraan men zich te hou- den heeft en waar men houvast kan krijgen~ welke bij de verbijsterende veelheid van problemon~ die schier dagolijks zichzelf aandienon en om snel beschoid vra- gen, vaak een verwarrende en daardoor neerdrukkende uitwerking hebben op velen, doch van den anderen kant ongetwijfoid eon stimulooronden invloed uitoefenen op hon

(8)

2.

hen~ die lenig genmeg van geest zijn gebleven om zich aan te passen aan den drang naar nieuwe ordening, ook op dit terrein~ en zich om te schakelen op ando~men­

taliteit, nieuwe methoden en een vlotter tempo, waarM in voor bozonken dpgelijkheid slechts bij uitzonde- ring nog plaats is.

+ + +

Wel niemand~ die het landrontestelsel uit ei- gen aanschouwing kent~ zal er zich over verwonderen, dat in de laatste jaren bij het sterker doorworken der crisis zeer velen, onder wie de besten, zich aangetrokkon hebben gevoeld tot het aanlokkel ijke denkbeeld om het starre systeem van een voor tien jaren vastgestelden, onveranderlijken aanslag los. te laten en daarvoor binnen het raam der tienjaar- lijksche herzieningen een meer bewegelijk stelsel in do plaats te stellen met mogelijkheid tot tus- schentijdsche aanp~ssing aan de zich telkens wijz1- gondo verhoudingen.

Het wil mij voorkomen, dat zij, die hiernaar streven, het fiscale karakter van de landrente to- veel op den voorgrond stellen en vergeten~ dat dit belastingstelsel in do eerste plaats beoogt te ge- ven eeu constante en gelijkmatige verdeeling van de lasten, die de pevolking billijkheidshalve kunnen worden opgelegd.

Bij de beoordeeling van.hetgeen tot een juis- te lastenverdeeling kan leiden, mag noch de hoop op een mogelijke stijging van don aauslag, noch de vrees, dat de landrento zal dalen, doen besluiten tot het nemen van maatregelen~ die het stelsel in

(9)

zijn grondvesten aantasten en die in normalo, tijdon zoker geen punt van overweging zouden vormen.

Batavia-Centrum, 12 Mei 1936.

L. V. ALSDORF. + + +

Er zijn wellicht weinig landen~ waar de Regee- ring en het Bedrijfslpvon zoo hand in hand worken als in Nederlnndsch-Indië •. ln de oerste plaats kan dit sa- mengaan worden gewetèn, aan pot contact hetgeen be- staat tusschen beido groepen. Deze gelukkigo omstan- digheid danken wij mede, aan de groote mate van be- kwaamheid en het medeleven in het particulier b~drijf van den hoogen Nederlandsch-Indischen ambtenaar.

Hierdoor wordt.bereikt, dat Nederlandsch-In-. dië in staat zal zijn, waarschijnlijk eerder dan an- deren van e~n economische opleving, onmiddellijk te profiteeren.

Het scheepvaartbedrijf in Nederlandsch-Indië in het bijzonder heeft in de laatste jaren wel in zeer groote mate de medewerking ondervonden van de Regeering en hoewel deze tak van het bedrijf or woi- nig rooskleurig voorstaat, zou een geheel andor beeld getoond worden ,zonder de voortdurendo steun wolke ontvangon wordt.

Batavia} 1 Mei 1936.

F. C. ARONSTEIN.

Ratoe

(10)

Ratoe adil bewegingen.

Ofschoon steeds in hot oog moet worden gehou- den dat het vooral de voorbereidingon zijn, wolke de leiders een zorgeloos bestaan kunnon verzokeren, waarom de ~atop adil bewegingen op zich zelve be- schouwd, n.m.m. dan ook moer een economisch dan eon politiek gevaar zijn. zoo mag men, niet alleen in het belang van de openbare rust en orde, maar ook in dat van de betrokken steeds goedgeloovige bevolking, niet het oog sluiten voor de ernsti~ situatie's welke die bewegingen kUnnen deen ontstaan.

In aanmerking moot worden genomen, dat men hier steeds to maken heeft .net onontwikkolde lieden,

die alles aannemen wat hun door handige leiders op de mouw wordt gespeld, die onvoorwaardelijk geloof hochten aan onmogelijke veorspel1ingen, vooral in-

dien die voorspellingen samen gaan me,t beloften en voorspiegelingen van geluk en rijkdom. Zelfs zij die geen grievon hoegenaamd hebben, zullen zich la- ten moeslopen en soms tot geweld overgaan, niet om zich te verzetten tegon de bestaande orde, maar ter verkpijging van het door de leiders beloofd V00r- ,~ deel. Ook zou de inwendige spanning in de boweging

zoo stork kunnen worden, dat zij de hoofdmannen in verleiding brengt hun kansen waar to nemon, met als gevolg plaatsoli,jke storingen die van ornstigen aard kunnon zijn.

J. BIJLEVELDj;

Gouverneur van Jogjakarta.

Al

(11)

Al meor krijgen het dualisme in de keloniale . oconomie als theoretisch uitgangspunt en de zelfwerk- zaamheid van de inheemscho bevolking als sociaal-po- litiek beginsel voor mij de beteekenis van ~itiek op de weste~sche oultuur; steeds nauwer wordt hun samen~

hang mot, steeds krachtiger hun invloed op mijn inni- ge overtuiging, dat de werold or armer door zou zijn, wanneer overal de westersche cultuur het oostersch eigeno had verdrongen en dat dus niet alleen de spe- ciale belangen van deze culturen maar ook het alge- meen belang van de menschheid ermee gebaat zijn, in-

dien aan de ontploilng

-

van de oostersche levens op-

-

vatting uit eigen krachten en in e~gen richting de ru1mstmogelijke baan wordt gegeven. Technische ont- wikkeling en wetenschappelijke vorderingen rochtvaar-

digen niet .• ' d,a.t de westerschc cultuur zich opdringt als de betero.

Maar deze overt~ging tast het beginsel van de zelfwerkzaamheid aano Is de grondslag van de Oos- tersche levensepvatting niet de rust~ zooals de

~grondslag van de westersehe levensopvatting de ar- beid is, en werdt deze oesterseho, passieve levens-

opvatting niet gedenatureerd~ wanneer wij trachten haar te activeeren.

Er zijn er~ die de hier aangeduide tegenstrij- digheid willen oplossen door den arbeid ~tsluitend

te prediken als dien~t afu~ de gemeenschap.

Gandhi, Lenin.

Laat echter het hiervoor noodige gemeenschaps- gevoel zich wel verwachten zonder een voorafgaande individualistische fase ?

Leiden, Mei 1936~

Prof. Dr. J. H. BOEKE.

+ + +

(12)

?

. Bij alle verschil~ in. de gelederen der deskun~

digen~ voor de wljze wanrop -- ge,!even een zekere fi- nancieelo begrenzing ~- de wop.!'lPL'.cht moot zi jn samen- gosteld om het best aD...'1 haar <1,)eJ. t e beantwoordon, is het bemoedigend to weten dat nr een hartelijke samen- werking is tusschen do hoofddeolen der weermacht~ Ma- rine en Legor met de middelon te hunner beschikking en dat zij beide~ met geestdrift staan voor de vervul- ling van hun taak.

Tot erkentelijkheid stemt het voorts dut Legor on Vloot thans~eter berekend zijn voor hun taak dun ooit te voren en dat het inzicht baan breekt; dat met

-

.-.

voortvarendhoid gearbeid moet werden aan hetgoon er in redelijkheid aan ~e weermacht nog valt te verbeto- ren en to versterken.

Bandoeng, 12 Mei

1936

0

M. BOERSTRA.

Luitenant-Goneraal.

+ + +

:1 • • • • • • • ~ a • • • ~ Waar aldus de onverschil l igheid hoog- tij viert hier te land" , is het de plicp.t der Ovor- heid en van hare organon om, in afwachting van hot

oogenblik dat de diverse bevolkingsgroepen de zorg voor hare monumenten zolf ter hand nemen, to bewa-.

- -

ren en te bewakon al wat cr aan schoons en eerbied~

waardigs in deze landen aanwezig is~ opdat niet la- ter tot haar het verwijt worde gericht: "Ge hebt slechts oog gohad voor hot materieel welzijn Uwor

onderdanen~ te~vijl hunne geestelijke bezittingon.te gronde gingen of naar alle windstreken werden ver-

strooid".

(13)

verstrooid".

F. D. K. BOSCH.

Uit een voordracht over Plaatse- lijke Monument~nzorg:, te houden den 22sten Mei 1936 op he;!; Decentralisa- tie-Congres te Malango

+ + +

Bij het lezen van het aangekondigde vertrek van Dr. J.W." Meyer Ranneft worden ongetwijfeld we.,.

der bij mij herinneringen wakker aan Nederlandsph- Indië, alwaar ik ruim 23 jaren heb doorgebracht.

Herinnering aan innige samenwerking tus- schen Regeering en het bedrijfsleven om door het treffen van gezamenlijke maatregelen ondergang te voorkomen van hetgeen vroeger tot stand wus ge- bracht en om door gemeenschappelijk streven de

heersche~e malaise.en de moeilijke jaren het hoofd te bieden. De wijze; waarop alle belanghebbenden . hieraan uitvoering gaven is voor mij voldoende be- wijs om de.toekomst voor die gewesten niet donker in te zien:, daar nog steeds voldoende energie en saamhoorigheid aanwezig is om door eendrachtige samenw@rking weder opbloei van onze Koloniën te be-

reiken~ waarmede niet alleen de.geheele gemeenschap in Nederlandsch-Indië gebaat is~ doch waaraan oo~

ons Moederland tot bèhoud zoozeer behoefte heeft.

Indië kan dan ook steeds als voorbeeld worden ge~

steld. om aan te toonen, wat door innige samenwer- king vopr eon gemeenschappelijk doel kun worden bereikt.

Rotterdam# 9 Mei 1936.

+ + +

F. C. BOUMAN.

Ondergeteekende

(14)

.u' tJA "

I

8.

Ondergeteekende heeft als Hoofdinspecteur van SCheepvaart met voldoening mo~n po~stateeren dat het oud-nautisch milieu~ waarin

Dr.

J.W. Meyer Ranneft, . repatrieerend.Vice-President van. den Raad van Neder- landsch-Indiëi een.deel van zijn jeugd te Heemstede heeft doorgebracht, z'n invloed op hem niet heeft ge- mist; steods immers toonde de Heer Meyor Ranneft be- langstelling voor do schoepva~rti en had hij oog voor hetgeen op zeo is te genieten.

De reserveoring van de Kustvaart in Neder- landsch-Indiëi in principe, voor de Nederlandsche vlagi had Zijn warme belangstelling en onmisbare steun; meermalen kon men den Heer Meyer Ranneft bij vlootbezoek te Tandjongpriok vinden, dan wel in de Baai van Batavi~ op een tochtje na~ een in die baai gelogen eilanden. Ook a~, anderen gunde hij gaarne dit genoegen, getuige b.v. het feit dat ook aan de leden der Japansche1handelsdelogatie eon tocht in de Baai van Batavia werd aangobodon'.waarop gonoten word van oon zonsondergang op zee~7;chitterend als slochts do tropon kunnen wrochton~

En.als ik tot slot eon blik in do toekomst mag slaani en mij herinner hoe zijn op.die tochtjes

in do Baai van Batavia meegenomon zoon, zichtbaar van hot "zeeleven" genoot:, dan acht ik de knns niet uitgesloten dat in de toekomst de banden met de zee nauwer zullen worden aangehaald, hot~on dezerzijds slechts zou kunnen worden toegejuicht.

Batavia-Centrum,

14

Moi

1936 .

B. BRAAT MCz.

+ + +

Er

(15)

Er bestaat in Nederland in do kringen~ die mon wol oeRS als "hot donkonde deel der =tie" heeft aan ..

geduid, een uitgesproken behoefte aan oontaot mot In- dië, een contact, dut allepn door persoonlijk bozoek

kun

)vorden tewoeg gebracht. Kennis kweokt liefdo~ ook hier. Het wil mij toeschijnen, dat het initiatiof, op zoo gelukkige wijze met dc "Do;terdingers" ingozot, krachtige uitbroiding verdient. Nederlandsche politi- ci ~.p.r Indiö~ congressen van booefenaron der Nedor- landscho wotènschap in Indië: hot moet or toe l oiden dat Noderland zich zijn roep~ng als kolonialo mogend- hoid krachtigor bewust wordt.

Fi=ncioolo steun va~ do regooring~ hier on

overzeo~ is daarvoor noedig. Eon onmogelijkheid in do tegenweordige tijden? Zeggen wij liover met Ooon:

"Siet en,do considereert doch, wat oon goede couragie vOr:rn;J,ch".

Don Haag,

15

Mei

1936.

Dr. I . J. BRUG1~NS.

Is het goven van voorkeur aan oon Indischo

boven

. ,

oen Europeesehe carrlore gorechtvaard~gd J Buiten salaris~ verlof on pensioen lrunnen t.a.v.

de importkrachten voor den Gouvernementsdienst de volgende

5

stellingen worden verdedigd, l eidende tpt stelling

6.

1. gezondheid en gezinsomstandigheden zijn van prominent belang;

2. do eorste periode vergt aanpassing aan het kli- maat, de gezinszergen zijn over het algomeon gering, do toevallige omgeving is voor de mees- ten van minstons even groot gewicht als do spo- eifieke

(16)

10.

cifieke werkkring;

3.

gedurende de tweede periode levert het klimaat wei- nig bezwaar~ de gezins~orgen zijn grooter; de werk- kring is van primair:' de omgeving van secundair be- lang;

4.

in de derde periode zijn de klimaatsomstandigheden dikwijls van ove~wegenden invloed:' de gezinszorgen zijn het grootst. Voor de maatschappelijk geslaag- den is de werkkring van primair:' de omgeving van secundair belang; voor de teleurgestelden is het verlangen naar de afwikkeling en verandering van

omgeving van primair:, al het overige van secundair . , belang;

5.

decentralisatie van bevoegdheden en spoedig bereik- te grootere zelfstandigheid van werkkring zijn ge- waardeerde elementen; deze worden intusschen rela- tief in ruimere mate ondervonden in de eerste en tweede dan in de derde periode, waar met het groo- tere gewicht der te nemen beslissingen de decentra- lisatie veelal verzwakt, het aantal adviseurs in , progressievo mate stijgt;

6 .

voor en tegen wegen ongeveer oppe Dalar:L::i30n c.a." ge- ven den doorslag; op den duur zal men bij verdere.

aanpassing aan de tijdsomstandigheden er mede re- kening moeten houden dat naar verhouding het meest gewaakt moet worden tegen het neerdrukken van de arbeidsvreugde in de derde .en laatste poriode.

15/5-

1

936•

G. F. DE BRUYN KOPS.

+ + +

Er is geen

-

tijd geweest~ die zoo zeer als

,

de diepgaande en langdurige deprossieperiode na

1930

er

(17)

~ \ <' \ v ,(

\ '

f ,

' \ [

J I ,

/

11.

er toe dwingt~ klaarheid te zoeken omtrent talrijke, voor den maatscpappelijken opbouw van Indië gewichti- ge vraagstukken.

Kläarheid allereerst omtrent de grenzen tus- schen het noodzakelijke en het wenschelijke op het geheele terrein van Overheidswerkzaamheid en omtrent de doelmatigste organisatie voor het verrichten van de als noodzakelijk erkende taak;

~

klaarheid daarnaast omtrent de groote doch wis- selvallige waarde van het Westersch grootbedrij~ als. materieele basis voor een duurzame~ gestadig groeien- de verzorging van het publiek belang; .

~

klaarheid ten derde omtrent de mate, waarin de In- heemsche maatschappij door aanpassing en sóberheid de middelen kan vrij maken om een eenmaal bereikt peil van overheidsverzorging te handhaven en uit te bouwen;

klaarheid ten slotte omtrent de beteekenis en den omvang van de voor- en nadeelen, de rechten en plichten; die zich langs historischen weg uit de wederzijdsche gebpndenheid van Indië en Nederland hebben ontwikkeld.

Maar ook is er geen ti.jd ge~eest, die ster.,.

ker dan de tegenwoordige, de Overheid en het indi- vidu er toe dwingt, nieuwe werkgebieden te betre- den, werkgebieden waarvan een verontachtznming ge- makkelijk te dragen viel~ toen het wostersch be- drijf voldoende geld in omloop en in de schatkist bracht om in een groot deel der bescheiden behoe~ten

van deze samenleving te voorzien, doch waarvan de

ontginni~

- -

onvoorwaardelijk noodig is, om allengs tot een meer harmonisphen opbouw van de Indische maatschappij te komen.

Zoo is deze tijd van depressie ook voor In- dië een tijd van grootsch gebeuren en gelukkig te

prijzen

(18)

12.

prijzen is~ wien ;hot gegeven is dezen tijd bewust en nctief te beleven.

Bntavin~

1

Mei

1936.

C~ VAN DEN BUSSCHE.

Het schijnt -- en onverklaarbaar zou dit niet. zijn -- dat het economisch leven in snelheip van ont- wikkeling met de verkeersmiddelen wedijvert.

Rustig nog is de gang in de vorige eeuw ep steeds versnellend is die in de laatste decennia. In het begin van deze eeuw zien wij reeds de toenemende. beteekenis van het grootbedrijf, het voortdurend ver- der ingrijpen van de Overheid en de daarmede gepa~d

gaande geleidelijke verzwaring van openbare lasten.

In, door en na den oorlog komt~ .als in het

Verke()l'~ . de koortsachtige ontwikkeling, welke anders eveneens$ zij he~ niet zoo snel en evenwichtiger, zou zijn gekomen. De laatste jaren wordt de snelheid van het econ~misch gebeuren meer en meer beangsti--~ . gend en velen spreken~ om daaraa~uitdrukk1ng te ge- ven, van structureele verandering. Zelfs al zou de. capaciteit tot instandhouding van een. zoo gecompli- ceerd geworden apparaat aanwezig zijn, ieder voelt instinctmatig, dat de staten de macht zullen gaan missen hun bevolkingen on~r een dergelijken steeds toenemenden druk te houden. Vandaar, de lijn van den minsten weerstand volgende, de politiek door momen-. teel ongeremde Staatsuitgavep, toekomstige, verhoog- de betaalkracht te forceeren.

Batavia,

6

Mei

1936.

G. G. VAN BUTTINGHA WICHERS.

+ + +

Voor

(19)

Voor de ontwikkeling van een J.D.nd als Neder-, l"ndsch-Indi ë is goedkoop vervoer een levenskwestie.

De overheidsmaatregelen op dit gebied behooren deze fundamenteele gedachte als uitgangspunt te hebben:

regelingen of ordeningen welke die gedachte naar het

twe~de plan verwijzen zijn principieel te veroordee- . len. Wordt onder het verkeer in ruimen zin.ook begre- pen de distributie van electrische energie, dan kan

opgemerkt worden, dat op dien sector van het verkeers wezen dezelfde zoo juist vermelde gedachte richting gevend dient te zijn. G~oo~e elect~che energie kan een van de belangrijke stimulantia vormon voor ~ geleiuelijke industrialisatie van Nederlandsch-Indië.

J. VAN BUUREN.

Is het noodig, de eenheid van Nedorlandsch- Indië en Nederland te bepleiten? Soms schijnt dit noodzakelijk t o zijn; aan uitingen van soms harts- tochtelijke wederzijdsche critiek entbreekt het niet.

Schouwt men dieper~ dan blijkt vaak die critiek ge- baseerd op een gevoel van onvrede juist met het feit, dat de eenheid der beide gebiedsdeelen niet voldoen~

de tot haar recht komt en is de .~ritiek niet ontbin- dend, doch in den grond bindend, de partstocht niet opgewekt door haat~ doch door liefde.

Men wijst er dikwijls op~ dat de handelsbewe- ging tusschen Nede~land en Nederlandsch-Indië rela- tief zoo gering is. Moet de historische band'daar- door niet verslappen, de historische taa~ op den achtergrond geraken? Ik geloof. van niet. Ni et al- leen de richting van de gpederen-bewegingen bepaalt de economische verhouding. De activiteit, door Neder-

land

(20)

11+.

land in Indië sinds eeuwen betoond, heeft een kapi~

taalsinvesteëring gebracht, samengekoppeld met actief beheer der onderne)llingen, die een blijvenden econo-. mischen band vormt. Eenerzijds heeft die actieve in-

vesteering zeer groote werkgelegenheid voor Indië medegebracht, anderzijds is

e~

een blijvende band met het Moederland door geschapen. De historisch~ bestuurs-

taak is daardoor mede verank~rd aan een economische taak in boiderzijdsch belang.

Historisch, moreel en economisch behooren In- dië en Nederland samen en slechts indien ~e mensch te- kort schiet, kan hierin verandering komen.

Amsterdam~

14

Mei 1936.

Mr.D.CRENA DE IONGH.

+ + +

~ people of Netherlands India are doubly fortuna te. On the ona hand, they are pri viliged to be dwellers in a region which has---Èeen blessed by Naturo with an incredibly fertile soil and with physical beauties of anunsurpassable order. And they are no less to be congratulated upon

~~e wise and beneficent systom of government which has been introduced among them b~ their friends and administrators form Holland.My residence in Java has taught me to love both land and people; it has likewise bred in me a whole-heartad admiration for those Netherlandors who for so many generations past have devoted ./ themselvos to the welfare of India, working uri-

tiringly in her service &nd giving of their best to the country of their adoption.

J. CROSBY.

British Consul-Genora~ at Batavia, 1921-1931.

+ + + Slechts

(21)

Slechts zelden zal de Nederlander# die zich . een werWering in Nederlandsch-Indië verwierf, onmid- dellijk bpseffen, welk v~orrecht hèm daarmede ten . deel viel. Hij, die in den.regel op jeugdigen leef- tijd dan in het Moederland~ met verantwoordelijker werk belast wordt~ zal door grooter aandeel in lei- ding van bureau of bedrijf zelfstandigheid van ka- rakter aankweekpn en zich in zijn zelfvertrouwen gesterkt veelen. In nauwe aanraking met steeds tot nieuwe belangstelling dwingende uitl~gen van land en volk~ en in meer direet contact met den gang van zaken in 's Lands bestel, ziet zich zijn geest ge- prikkeld; zijn uitzieht wordt verruimd, zijn men-

schenkennis vergroot door de wisseling van gedachten in de veelzijdige koloniale gemeenschap. Staande t0- midden van problemen van groote intcrnationale.be- .

teekenis;' werdt hij zich bewust van de positie, wel- ke ons overzeesch gebiod zich in den loop der jaron gevormd heeft, on van de plicpten~ welke hieruit voor het geheel e Rijk voortvloeien.

Bij het besef van dit alles~ zal geen Neder- lander zich ooit genoeg voor oogen kunnen houden, dat het Indië was, dat zijn leven rijker maakte, en hem daardoor'voor altijd tot dankbaarheid verplichtte.

Mr. D. A. DELPRAT.

+ + +

. G~r~e draag ik bij aan het afscheidsgeschenk

aan Dr •. J.W.Mpyer Ranneft bij diens vertrek uit Neder-

landsch-Indie •

Uithoofde • van den voor dit huldeblijk gekozen vorm, moge daartoe een samenvatting van de betookenis der Koninklijke M~rine voer de Indisehe defensie als bijdrage strekken.

De

(22)

16.

Do omstandigheid dat Ned.-Indiö een eilanden- rijk is en zijn strategische ligging brengen mede,dat elke neutraliteitsschending van maritiemen aard zal . zijn; eveneens, dat elke_aanvaller - ook diens

macht - van overzee moet komen.

lucht- ,

.

Hieruit volgt~ dat voor de defensie van Ned."

Indië in de eerste plaats op de Marine (haar lucht- striJdkrachten inbegrepen) gerekend zal moeten worden.

Voor het bedreigen van de verbindingslijnen van d~n agressor kan slechts de Marine in aanmerking komen.

Gaat men na wat noodig is voor de i nstandhou- ding van een overzeesche expGditie op groote schaal (de onafgebroken stroom van personeel en materieel

van Italië naar Abessinië illustreert de beteekenis van

.

een dergelijke bedreiging in het

.

dit)~ dan springt oog:, alsmed,e de preventieve werking:' die hiervan

kan uitgaan.

Alleen de Marine is niet aan bepaalde plaat- sen of eilanden gebonden; zij kan overal komen. Haar actie strekt zich uit over den geheelen Archipel en zoo noodig ver daarbuiten.

Voor de def~nsie van Ned.-Indië is een parate zeemacht onmisbaar.

Hoe krachtiger Marine:' hoo grooter veiligheid.

D~ V~ce-Admiragl:'

M. H. VAN DULM.

+

+ +

Het moge waar zijn, dat de Hollander, die.in Nederlandsch-Indië zijn werkkring heeft gevonden~ .

in ruil voor betere kansen en grootere mogelijkhe- den veel heeft prijs gegeven van de voorrechten:,

die

(23)

die.het Moederland hem bieden kan, even wa~r is

het~ dat hij vele dier voorrechten behoudt. Daar- toe behoort de rechtszek.erheid~ die een goe-

de rechtsbedeeling bi edt. De~hterlijke macht hier te lande voldoet, wat bekwaamheid en toewijding

betreft, aan hooge, e~wat onkreukbaarheid betreft, aan de hoogste eischen.

Haar taak, inzonderheid bij. de.toepassing v~

het Europeanen-recht in civiele zaken~ kan de rech- terlijke macht niet naar behooren vervul len zonder de medewerking van oen goede bal ie:, wier werk, in dit verband beschouwd, in hoofdzaak bestaat in het schiften en naar feitelijke en juridische maat-

staven ordenen van het bij den rechter voor te brengen materiaal, in het "rijp" maken van een ge-

schil voor een deugdelijke ep daardoer de rechts- orde versterkende beslissing. De balie hier te lande staat bij het volbrengen van die taak in

"

een opzicht belangrijk achter bij de Nederlandscne balie; zij mist hier elke officieele organisatie. Daardoor blijft zij buiten.staat door onderl inge wettelijke gesanctioneerde, regelingen, richtlijnen vast te stellen voor hare leden, ter beveiliging van de e er van don advocaterntand ep ter bescher- ming van hare rechtmatige belangen. Hier dreigt. een gevagr, eok voer de rechtspraak en de justi- . ciabelen. Reeds lang geleden heeft de balie voor- .

~-

stellen ter zake ingediend; mogen dez~ thans spoe- dig tot een positief resultaat leiden.

Mr. E.J.F. VAN DUNNÉ. + + +

Het is niet meeil ijk argumenten -- geede ar-

gumenten

(24)

18.

gumenten "- te bedenken tegen invoering in Neder- londsch"Indië van wat men "sociale. wetgeving" noemt.

De na~ wekt reeds gedachte"associaties aan toestanden en verhoudingen, welke in Ned,erlandsch- Indië niet bekend en niet gewenscht zi jn.

Gemukkelijk valt aan te toonen, dat men het effect van zulke wetten overschat, dat zij een schadelijke werking kunnen hebben, dat de moeilijke tijden, die Indië door~akt~ voor zulke maatregelen weinig geëigend zijn.

Ondanks dit alies is sociale wetgeving voor Nederlandsch-Indie thans een eisch des tijds. Het is een dwaling te verwachten dat arbeidsverhou- .

dingen en arbeidsrecht in dit land zich bevredi- gend zullen ontwikkelen zonde~ actief ingrijpen van de Overheid en van de Wet.

Batavia"C.,

12/5"'36.

Mr.

K.L.J~ENTHOVEN.

+ + +

Men vertelt, dat de in Britsch-Indië woonach.

tige Engelsche gehuwde vrouw, die een kind'verwacht, zoo mogelijk te~en haar bevalling naar Engeland te- rugkeert, opdat huar kind niet in "India", doch in het .moederland het levenslicht aanschouwt. Is daar- bij, misschien onbewust, nog een andere factor in het spel dan zeker snobisme? .

Door psychiaters wordt, meen ik, als vaststaand aangenomen, dat de indrukken van de eerste levens-

jaren -- ook die waarvan geen herinnering aanwezig is -- van groot~n invloed zijn op de mentaliteit bij :fIijpor leeftijd.

Op grond van jarenlange waarneming in mijn om"

"geving

(25)

19.

geving heb ik den indruk dat ook voor den Indischen Nederlander de plaats van geboorte -- al zijn de oudors volbloed Nederlanders en al heeft hij zijn opvoeding geheel of grootep.de.els in Europa genoten -- van zeer groote bet eekenis is. Dep in Indië geboren Nederlander, ook hij die in volkomen Nederlnndsch milieu in Nederland ia oPGovoed, ataat tegenover het vraagstuk Indië-Nedprland anders dan de in Europa geboren Nederlànder. Hij beschouwt Indië als "z:l;jn"

land, even goed als de inheemsche van Javaansche~

of anderen landaard of de Indo-Europeaan dat doet.

Er zijn, zooals van zelf spreekt, uitzonderingen;

,

. ook omgekeerd zijn er, als uitzondering, wel in Ne- derland geborenen, die Indië als "hun" land zijn gaan beschouwen, maar dan töch p1eestal alleen na een zeer lan~ verblijf in Ins::linde. "

Die lmfde voor Indie bij den in Indie geboren Nederlander wordt, geloof'ik, in het moede~land niet voldoende beseft; gelu~cig is er nog nooit sprake geweest dat de in Indie geboren Neder-

landers.yoor een ernstige keuze tusschen Nederland en Indie werden gesteld. Maar mijn indruk is; dat die keuze wel eens anders zpu kunnen uitvallen dan

in Nederland wordt gedacht.

G. R. ERDBRINK.

+ + +

De stand der scheepvaart is de graadmeter van de positiè van het land.

Wij dienen de ongeëvenaarde ligging van Neder- landsch-Indië, op het kruispunt van vier wprelddee- len, tusschen twee wereldzeeën te benutten.

(26)

20.

Wij dienen gebruik te maken van de eigenschap- pen', die ons van nature zijn toebedeeld, door ge- boorte zijn verkreg~n, die een deel zijn geworden

van onzen volksaard.

Toch van hem, die het werk doet, dat hem het beste ligt, kan het grootsto succes worden verwacht, mits hij dan ook over voldoende eigen kracht en mid.

delen b~schikt en in de uitvoering niet wordt be- lemmerd.

De scheepvaart, het zoeken van onze voorvaders naar nieuwe wegen, naar uitbreiding van huh handel heeft de grondslag gelegd van onze hMidige positie

in de Aziatische en Indische wateren.

Wij zouden niet aan onze roeping beantwoordenr niet weten te waardeeren de erfeni~ van onze vaders en grootvaders, indien wi j onze' vlag niet uitvoeren over alle zeeën, indien wij niet alleen niet hand- haafden, doch'ook niet zouden uitbreiden de sfeer, waarin zij zich thans vertoont en de ppsitia~ die zij in het wereldverkeer thans inneemt.

Door onze geografische ligging zijn wij als het ware aangewezen om evenals o'nze voorvaderen dit eene waren in Europa -- uit welke positie zij echter door

een inzinking van onze volkskracht werden verdron- gen -- te zijn de vracht- en passagiersvaarders naar en tusschen de om ons liggende landen; door onze po~

sitie als groote koloniale mogendheid hebben ~ij bo- vendien daarop ook gerechtvaardigde aanspraak.

Voor de verwez~nlijking daarvan zijn noodig' menschen en materiaal. De menschen hebben wij, ~

zijn beter dan die van welke andere natie ook, de zeevaart zit ons in het ploed en begeestert ook nu nog ons jongere ges,la,ch;t. Gezorgd zal dan ook moeten worden voor goed, d.w.z. modern en snel materiaal, dat op peil wordt gehouden; daartoe dienen alle mid-

-dol en

(27)

21.

delen te v/orden aangewend.

Er is geen tak van het bedrijfsleven, waarvan de ontwikkeling zoo parallel loopt met die van het

"

geheele land als de scheepvaart, het e~n is voor een eilandenrijk als Nederlandsch-Ipdi~ onmisbaar voor de ontwikkeling van het andere.

Elk volk~ elk land ondervindt hoe het bestaan en het ontbreken van verbindingen met het buitenland onder eigen vlag den export en den handel beinvloe- den; voor een exportland als Nederlandsch-;ndë is het bestaan daarvan een onafwijsbaro'oisch~

Zonder strijd zal onze nationale Indische scheepvaart haar positie niet kunnen behoMden en aan haar roeping niet kunnen beantwoorden. Zij zal deze strijd ter bescherming van haar buitenlandsche verbindingen echter hebb~ te voeren buiten onze grenzen en niet daarbinnen.

Want was vroeger de buitenlandsche vaart onder

"

eenzelfde vlag slechts de natuurlijke uitbouw van de interinsulaire vaart, deor de veranderde struc- tuur van ons productie- en exportapparaat is die buitenlandsche vaart thans de onontbeerlijke band,

tusschen Nederlandsch-Indi~ en de consumptiolamden.

Batavia-C.,

7

Mei

1936.

+ + +

J. W. B. EVERTS.

Togen benooming van een militair tot lid van de~

Volksraad is in de pers wel eens ernstig bezwaar g -,.

Wij stellen nochtans:

dat een militaire deskundige in den Volksraad zijn burgercollega's, zoo in als buiten~t college,to allen tijde de noodige voorlichting kan verschaffen en hierdoor in ruime mate kan bijdragen tot beter inzicht in do aan de orde zijnde, zuiver militaire vraagstuk- ken;

dat

(28)

22.

dat in dien Raad ook tal van andere onderwer- pen.worden behandeld welke een militairen inslag heb-

ben~ voor den burger welhaast niet te onderkennen, maar niettemin aanwezig en vaak van overwegend de- f ensiebelang;

dat het ook hierom z~Jn nut kan hebben, in den

"

Volksraad een enkel lid op te nemen, die het terrein van Staats\ïerkzaamheid ):leeft leeren bezien ui teen militairen gezichtshoek.

Is-Gravenhage~ 12 Mei 1936,.

A.A.G.FEUILLETAU DE BRUIJN.

Menschen kunnen de plaats~ waar z~j in hun jeugd gespeeld hebben, moeilijk vergeten. Wij die als kind imsschen de luchtwortels van de fluiste- r ende waringins~ in de koel e schaduw van de kanari- lanen, onder de.r itselende bladeren van de bamboe . hebpen gespeeld~ kunnen ons Indië noo~t moer verge-

t en. Voor ons, die in Indië geboren zijn, is Indië een deel van ons zelf, geworden~ dat alleen af st erft als wij zelve sterven.

Gij, Meyer Ranneft, hebt maar ecn Ylensch die Uw heel e leven vervult I Van Indiè., met al zijn bo- woners een gelukk~g land te maken, dat het recht.

tot C;renzen heeft . Maar in U loeft ook het.krach- tige besef , dat dat recht onbestapnbaar is, als nmgons macht is die het handhaaft. Toch bleef voor U do probleemstelling van hot regooren in Indie

.

niet hoc mon r egoerèn moet, )!laar hoc mon met de minste wrijving regooron kan.

Dat waron de boginsolen waaronder gij hard geworkt en gost reden hebt en getracht hebt diepe

rochte

(29)

rechte voren in den politieken en economischen

akker van Indië te trekke~, gepoogd hebt het vrucht- bare zaad uit te strooien.

Maar dat was het eenige dat binpen Uw beperk-

te~ menschelijke vermogen mogelijk was. Of het zaad kiemkracht zal hebben, of het zal verschroeien door brandende zonnehitte, of het zal vergaan door over- matige regens, of het wortel zal schienen en'uit zal

groeien tot een kr~chtige plant? Dat alles ligt buiten Uw vermogen. Daarover beslist alleen een Hoogere Macht.

:(;00 hebben wij vier jaIlen naast elkander ge- streden, met hetzelfde doel, het welzijn van Indië

,

voor Dogen" naar ons krank vermogen, maar naar ons beste weten. En ook wij als goedwillende menschen hebben naar onze overtuiging gemeend, evenals zoo, vele anderen, dat wij den rechten weg bewandelden.

"Maar Allap alleen weet, wie werkelijk den Weg des Heils gaat."

En als gij nu ook uit het strijdperk treedt, dan blijft voor U van dat alles ~~n onverg~nkèlljk goed over, dat niemand U ooit ontnemen kan. Gij hebt ge~aan wat gij kon; naar plicht~ naar eer en geweten •. Glj gaat heen in vrede; in vrede met de

menschen~ in vrede met U zelf, in vrede met Godl Dat kpsteliji. kleinood kan niemand U oolt meer ont- nemen.

den Haag,

4

Mei

1936.

Degenen, die van een langdurige,

Dr.W.K.H.FEUILLETAU DE BRUIJN.

+

+ +

thans aan het einde gekomen zijn eervolle Indische carriere,wel-

,

-ke

(30)

ke hun lief geworden is en Vluo.rin zij hunne gaven van hoofd en hart ter beschikking van Land en Volk hebben gesteld en daarvoor zoo dikwijls op de bres hebben gestaan, zullen niet alleen met weemoedj om wat voorbij is, scheiden van Nederlandsch-Indië, . doch zij zullen ook met gevoelens v~ gerechtvàar- digde bezorgdheid hun taak neerleggen.

Rooskleurig toch ziet dp naaste toekomst in velerlei opzichten er niet uit. Het lijkt wel of het plaatsje onder de zon voor kle~ne mogendheden of volken meer en meer bedreigd wordt.

Afgunst en agressie loeren overal en onder valsche voorwendsels en bedriegelijke l euzen van verscheiden aard willen anderen zich met onze zaken gaan bemoeien, terw.ijl wi j die toch werlel.ijk niet verwaarloosd hebben.

Het ziet er soma uit; of de tijd niet verre meer kan zijn, dat wij verplicht zullen wezen onze rechten in dit dee~ van de wereld met kracht en klem te verdedigen.

Het is een hoopvolle en tevens geruststellende gedachte, dat het Nederlandsche Volk zieh de drei~

gende gevaren meer en meer bewust wordt on ·de con~

sequenties daarvan ook onder de oogen durft~ zien.

Veel van wat in een reeks van jaren ten aan- zien van de defensie en vooral ook van de maritieme defensie werd verwaarlooSO .• moet nu worden inge- haald en t en koste van veel geld worden voorbereid

en uitgevoerd; nu de, perikelen den Volke klaar voor oogen komen te staan.

De hemel geve, dat het niet te laat isl Gelukkig hij, die in vollen vrede met zich zelf en in alle gerustheid den fakkel aan anderen kan .overgeven; in hetrmts vaste vertrouwen, dat zij, die na hem komen, dien fakkel brandende zullen

houden

(31)

houden, gelijk hij dit deed en dat zij trouw zul- len weten te zijn, tot in den dood I

Batavia~ Mei 1936.

H. FERWERDA. . Schout bij Nacht~

Commandant der Zeemacht.

+ + +

De economie van Indië is wellicht het belang- rijkste specimen van de ontmoeting v~ wederzijdsehe.

doordringing van 2 productiesystemen. De daarmee ver- bonden vraagstukken culmineeren in dengrooten land- bouw met zijn uitstralingen in de desa-economie. De nauwkeurige waarneming daarvan vereischte een reeks van pogingen om zooveel als doenlijk is de verschil- lende demografische, economische en andere fapto- ren IDvantitatief te bepalen en vast te leggen.

Vooral sinds 1920 is er stelselmatig ~andacht gewijd aan elk streven om hiertoe te geraken. Hoewal in

Indië de op Westersche methode opgebouwde statistiek - mits 'aan het milieu ~angepast - veel goede resulta- ten heeft afgeworpen, is toch gebleken, dat een die,.

per en veelal ook sneller doordringen in vele vraag- stukken bereikt ka~ worden door een mengvorm van en- qu.ête en statistiek. Deze vereenigt ei jfermatige waar- nérning met intieme kennis van alle sociale el ementen, welke de pijfers eerst hun juiste beteekenis kun- nen geven. Langs dezen weg,kan; waar de beoogde wer- kelijkheid aan den greep van het getal ontglipt, uit vele subjectieve, doch op de feiten gegronde oor- deelen, vooral in de inheemsche wereld levende, een

objectief

(32)

26.

objectief beeld der werkelijkheid worden opgebouwd.

En ook voor Indische problemen geldt, dat zij, i~­

dien geed gesteld, reeds ten halve ~ijn opgelost.

De andere helft leve re de goede wil.

Den Haag,

18

Mei

1936 .

Prof. J. VAN GELDEREN.

+ + +

Het grondbeginsel van de zoogenaamde ethische richting in bestuur en politiek: het streven naar een rechtvaardig bestuur, geldt voor alle tijden en meer dan ergens in een koloniaal bestuurd land als dit. In deze tijden van opdringend fascisme van indeplaatsstelling van macht voor recht, is het op politiek-politioneel gebied de moeilijke taak der Regeering om den drift van die Harer ambtenaren te breidelen die, met voorbijgaan der bestaande bepa- lingen,trachten elke kiem van nationaal leven, die zich tot een zelfstandig nationaal hestaa~ zou kun- nen ontwikkelen~ aanstonds te vernietigen.

Taak der ambtenaren zelven is, zich reken- schap te geven tot hoever zij kunnen gaan, omdat ook thans nog de wetten er niet alleen zijn voor het gezag om zich te doen gelden~ maar ook voor de ~ngezetenen des lands om hunne rechten te ken- nen.

Batavia, Mei

1936 .

E. GOB~E.

+ + +

j .. W.MEYER RANNEFT.

(33)

i

f!'f.

!!:.. Yi..

MEYER RANNEFT.

Voor hem die dit land vol verscheidenheid, Waar reeglen met de menschenkring veranderen, Bestieren moet, is een gaaf

,

bovon andre"

Van node: scherpe zin voor werkelijkheid.

Tot een

,

deugd moet hij zijn, tot moed, bereid, Wie dit groot land met sluimerende vulkanen Bewoont, en om zijn noden en zijn tranen

, '

Dient een ding stoods betracht: gerechtigheid.

Rechtvaardig weger van zooveel belangen, Onverpoosd werker, verscheurder van schijn, Nooit was hij in bedenkselen gevangen

Die niet uit deze g~ond geboren zijn.-

Heil dat dit land nog een zoon mocht ontvangen In wien die deugden vlees geworden zijn I

+ + +

PROF. G. GONGGRIJP.

Indië laat niemand onberoerd; het contact met land en volk, het werk in deze landen, drukt op ie-, der, die hier uit Nederland komt, een eigen stempel.

Ik mag mij gelukkig prijzen te behooren tot hen,die dit wondermooie land met zijn vele mogelijkheden hebben liefgekregen. Dit gevoel, langzaam in den loop der jaren gegroeid, heeft zich wel zeer hecht gefundeerd in den tijd, dat ik mijn huidige ambt mag bekleeden. Daaruit is geboren zorg, bekommer- nis, voor het toekomstige welzijn dezer landen,

(34)

28 .

ook -- schoon niet alle on -- uit een oogpunt der Landsfinanciën.

Wat dezen betreft, al zal in

1937

het stadium bereikt worden van een begrooting, die geen schuld- t oename vertoont, de weg naur eon uiteindelijke re- ëele saneering blijft nog l ang en moeilijk. Ik be- hoef slechts te wijzen, eenerzijds op de zeer vel e elementen van intering, waaraAn noodwendig een halt moet worden toegeroepen, anderzijds op de t ot het uiterste opgevoerde lasten, die zwaar drukken op de volkshuishouding in al hare gel edingen om aan te

stippen welke uitermate bel angrijke vraagstukken daar- bij in het spel zijn.

Mijn zorg nu is voornamelijk deze, dat men,by een geleidelijk weder opveeren van het economische l even, in breeden kring het gewicht daarvan te spoe- dig uit het oog zal verliezen en dat een sterke drang

tot hernieuwde opvoering van hot uitgavenbudget zal

,

..

inzetten, voor dat de Landsfinancien weder tot in de kern gezond zullen zijn. Moge de Regeoring dozen drang t ot den juisten tijd kunnen keoren.

Bat avia-Centrum,

13

Mei

1936 .

L. GÓ~ZEN.

+ + +

De toekomst

(35)

De toekomst van dit mooi land schijnt in alle opzichten somber.

Toch zijn er m.i. drie lichtpunten aan te wijzen.

Vooreerst dat in veel grooter mate dan vroeger aanwezig is een hoeveelheid realiteitszin, welke de groote moeilijkheden gemakkelijker doet overwinnen.

Met geleerddoenerij en het opwerpen van irreëele of theoretische bezwaren schijnt voor een goed deel gebroken.

Voorts is er te constateeren een vooral op eco- nomisch gebied tot uiting komend unalyseerend streven en vermogen; alleen door de moeilijkheden te on~erken­

nen en te analyseeren zijn wij in staat deze te over- winnen.

Ten slotte zijn er een groot aantal menschen, die van dit mooie land houden, het b.este ervoor willen en bereid zijn hard ervoor te werken.

"Ongestoord door dwaasheid en geweld gaat een

"geweldig groot stuk tijdsleven van zwijgende menschen

"van goeden wille rustig voort, elk bouwend aan de toe-

"kOlllst ·zooals het hem gegevan is."

Daarom: arbeiden en niet vertwijfelen.

Of zooals het zangkoor van de Ambonsche berg- negorij Erna het zingt: Baik tahan sehingga menang.

5/5 -19 36 .

+ + +

B. J. HAGA.

Veeleer twijfel aan de doelmatigheid, dan twijfel aan de wijsgeerige rechtvaardiging van den democratischen grondslag des staats is het, die in onzen tijd velen heeft aangegrepen.

Stelselmatige

(36)

stelselmatige bestrijding van het democratische beginsel als zoodanig ontbreekt allerminst, doch in het heden schijnt zij mij toch primair voort te komen uit den drang om aan practische onbevredigdheid over

zekere concrete verschijnselen in de samenleving a posteriori een theoretischen achtergrond te geven.

Nu wortelen die verschijnselen slechts ten deele in den democratischen staatsvorm zelf; die staatsvorm maakte echter de ontwikkeling dier verschijnselen moge-

lijk of leverde althans in onvoldoende mate de middelen op om de ontwikkeling van noodlottige misstanden te keeren.

Het parlementaire stelsel zelf is verworden tot een gekrakeel om de macht, teneinde die te hanteeren ten bate van de eigen groep, zonder diep verantwoorde- lijkheidsbewustzijn en zonder diepe overtuiging.

Religie wordt ondergraven door rationalisme en door verheerlijking van maatschappelijken strijd.

Opofferingsgezindheid, tucht en bereidheid tot dienen worden verdrongen door de leuze van het recht op levensgeluk, verstaan in den zin van bevrediging van eigen begeerten.

Het objectieve streven naar een rechtvaardiger verdeeling der ideëel e en materieele goederen ontaardt in een eindelooze guerilla om subjectieve positiever- betering.

Gewetensvrijheid en recht op. vrije meenings- uiting verbasteren tot een recht tot opruien en aantas- ten van do geestelijke en rechtsgrondslagen der samen- l eving.

De afkeer van den oorlog wordt uitgebuit tot het propageeren van een pacifisme, dat in wezen is een adoratie van weerloosheid, die de macht op aarde over- laat aan de geweldenaars en hunne horden.

(37)

Op stevige gronden, voorwaar, zoekt men naar een staatsstructuur en naar een maatschappijvorm, onder welke slechte menschen worden verhinderd het slechte te doen en gedwongen het goede na te streven.

Of nu daartoe de democratische staatsvorm radi- caal dient te worden verlaten voor een stelsel van com- munistisch-nationale of nationaal-socialistische dicta- tuur moge nog eens terdege worden beschouwd in het lu- gubere licht der geestelijke brandstapels en bivakvuren in de amok-makende landen van het heden.

Zal het om te geraken tot een gelukkiger, even- wichtiger, doelbewuster, sterker samenleving, noodzake- lijk zijn gewetensvrijheid en eigen menschelijk denken op te heffen, klassenstrijd te vervangen door rassen- haat, pacifisme door oorlogspropaganda ?

In de geschiedenis is elke dictatuur ten slotte verjaagd met nog grooter geestdrift dan waarmede zij werd ingehaald.

Een getemperde democratie heeft in Nederlandsch- Indië tot dusverre geen al te onbevredigende resultaten opgeleverd. Wanneer de Regeering Zelve sterk en tevens democratisch is -- allerminst een paradox -- is de hui- dige staatsvorm een goede waarborg tegen misstanden in twee richtingen.

In Nederland is de democratie vastgeloopen: men behoeft haar daarom niet op de klippen te laten en het goede schip te abandonneeren.

Doch een radicale herziening binnen de palen der democratie is dringend noodig.

Batavia-Centrum, 20 Mei 1930.

G. H. C. HART.

+ + +

De

(38)

De statistiek in Europa dankt haar ontstaan aan de behoefte der regeerende vorsten om te weten, hoeveel belastingen zij konden heffen en op hoeveel weerbare mannen zij konden rekenen in geval van oorlog.

Men vraagt thans meer van de statistiek.

Er is vrijwel geen economisch vraagstuk, dat geen staving door cijfers vraagt. Een beslissing op

!!feeling!! of logisch inzicht alléén, hoe onmisbaar zij ook zijn, wordt meer en meer ongefundeerd geacht.

Ook in Indië is de taak van het Centraal Kan- toor voor de Statistiek gegroeid in overeenstemming met de behoefte der Regeering om een scherper inzicht te krijgen in de economlsche toestanden van de door den wereldoorlog en de crisis zoo uiterst gecompli- ceerd geworden maatschappij. B07endien dwingt de alge- meene wereldtoestand thans tot een ordenend ingrijpen op tal van gebieden, waar men vroeger niet aa~ Regee- ringsbemoeienis dacht. Het in cijfers vastleggen van wat bestaat en het in cijfers waarnemen van wat ge- beurt, geschiedt door de statistiek.

Zoo wordt de statistiek wat in een modern be- drijf de gecentraliseerde boekhouding is, een objec- tieve maatstaf bij de oplossing van de vraagstukken, waarvoor men zich ziet geplaatst.

H. M. J. HART.

+ + +

Tijden van politieke beroering, van omverwer- ping van het gezag dan wel krachtdadige gezagshand- having zijn gekenmerkt door een spanning in de ver- houding Parlement-Regeering. Godsdienstige en so- ciale factoren, onmiskenbaar door geestelijke stroo-

mingen

(39)

33.

mingen van elders sterk be invloed, resulteerden in de nog kort geleden zoogenaamd democratisch geregeerde landen in machtsverschuivingen, waarbij de positie van het Parlement slechts zelden op ouden basis werd ge- handhaafd. In het algemeen valt te constateeren, dat het uitvoerend gezag meer vrijheid van beweging heeft

verworven. Overigens is uniformiteit in de voor het heden gevonden oplossingen ver te zoeken. Wie gemeend mocht hebben, dat een vertegenwoordigend lichaam, een- maal ingesteld, langs een tevoren uit te stippelen parallellijn zich pleegt te ontwikkelen, zal nu toch wel door het feitelijk gebeuren van den dag tot inkeer zijn gebracht.

Het is zaak deze feiten nuchter en reëel voor oogen te houden; ook ten aanzien van ons Indisch par- lement. Want wie ongefundeerd groote verwachtingen koestert omtrent den Volksraad kweekt teleurstelling en ontstemming. Omgekeerd wie door ongefundeerd groote vrees zich meent te moeten kanten tegen vermeende

machtsusurpatie van den Volksraad kweekt eveneens t e- leurstelling en ontstemming. En weinige gevoelens staan een goede samenwerking zoozeer in den weg als

juist deze twee. Daarom is het kweeken dezer gevoelens zoo welkom aan hen, die de vertegenwoordiging niet willen benutten als een orgaan tot samenwerking, doch als een instrument tot oppositie. Indië kan zich ge- lukkig prijzen, dat uitgangspunt en , doel van haar ver- tegenwoordiging is , samenwerking en nog eens samenwer- king, door uitwisseling van gedachten en argumenten te

pogen tot overeenstemming te komen, in volle openbaar- heid. De hoogheid van de Regeering, die toch het over- zicht heeft, wordt hierdoor niet geschaad, allerminst:

het eerlijke, krachtige woord, de overtuigende argu- mentatie schraagt het gezag meer dan een onbegrepen

zwijgen.

Het

(40)

Het behoort mede tot den taak van den Voorzitter van den Volks raad de goede verhoudingen in en mèt het college te bevorderen. Eerste vereischte daartoe is een goed inzicht in die verhoudingen. Die Voorzitter, die door verschijnselen van alle tijden in breed verband

te zien en onbevangen ook de zwakke plekken te reali- seeren, zich dat goede inzi cht vermag eigen te maken en dit op de juiste wijze en met gezag weet voor te houden waar er, tegenover wien zijn geweten hem dringt, helpt het vertrouwen in de waarde van een goede ver- t egenwoordiging te bevestigen en bewijst daarmee den Volks raad en de Indische samenleving een dienst van blijvende beteekenis.

W. H. VAN HELSDINGEN.

The Call of the East.

Wij hebben die gehoord •.•. • en gehoorzaamd!

Of: bood Indië ons niet een mooi perspectief, ver zekerd levensbestaan, met gewaarborgde, onbezorg- d.e levensavond? •• . •

Of: stond onze wieg er niet? Tekenden gelukki- ge jeugdjaren in onze herinnering Indiö niet als het bel oofde Land?

Of ook: drong een gevoel van zedelijke ver-

..

,

plichting ons niet ? Indie vormde ons ~-bestaan, heeft Indië dan geen recht op onzen arbeid?

Wij hebben gehoorzaamd! •.•. En toch?

Toch blijft: de hunkoring naar het Moederland, voedingsbodem van de wortelen van ons ziel el even, religieus en cultureel;

blijft: de machtige bekoring; hoezeer we in

veel

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

oneerde.4 De weigering om het overeengeko- men jaarlijks te betalen bedrag op tafel te brengen was bovendien ingegeven door de overweging dat de hervormde gemeente sinds

Van alle ingestuurde dossiers naar het Openbaar Ministerie kiest het Openbaar Ministerie bij 26 procent van de zaken waarin kinderen getuige waren van partnergeweld, voor

Ongeveer één op de zeven consumenten kiest voor een éénjarig contract, een kwart van de consumenten heeft een contract afgesloten voor drie jaar, en bijna de helft van de

Deze beperkingen kunnen invloed hebben op het gedrag van vreemdelingen omdat zij de detentie- ervaring willen beëindigen of willen voorkomen dat zij na vrijlating opnieuw

1. Van een fixatie op de korte-termijncrisis en gezondheid, is het nodig de blik te richten op de langere termijn en de brede maatschappelijke situatie. Niet om zaken op de lange

Om het herstel in gang te zetten stelt de commissie een mix van concrete acties (zie de thema’s 1 t/m 8) en weloverwogen keuzes op de langere termijn (zie de 4 uitgangspunten

In de afgelopen drie jaar is meer dan de helft (53%) van de consumenten overgestapt van energieleverancier of contract.. Dit aandeel is groter dan voorgaande

In tijden waarin de ekonomische problemen zo groot zijn wordt gezegd, dat socialisten zich daar alleen maar mee bezig moeten houden.. Eerst moet voor die problemen een oplossing