pagina 1 / 11
GEDEELTELIJKE INTREKKING OMGEVINGSVERGUNNING
Aanvrager : Daly Plastics B.V.
Datum besluit : 19 augustus 2019
Onderwerp : Gedeeltelijk intrekken activiteiten met afvalstoffen van de omgevingsvergunning d.d. 26 oktober 2015 (2015ML0003) Gemeente / locatie : Gemeente Zutphen/ Industrieweg 101a, Hermesweg 21-28 Zaaknummer : W.Z19.104832.01
Activiteit(en) : Milieu
pagina 2 / 11
BESLUIT GEDEELTELIJKE INTREKKING OMGEVINGSVERGUNNING
Onderwerp
Op 20 mei 2019 is een verzoek om gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning ontvangen van Daly Plastics BV. De inrichting gaat minder verschillende afvalstoffen opslaan, dan voorheen vergund in de vergunning 21015ML0003 van 26 oktober 2015 en vergunning MPM8411 van 21 april 2009.
Het verzoek gaat over Industrieweg 101a en Hermesweg 21-28 ter Zutphen. De aanvraag is geregistreerd onder nummer W.Z19.104832.01.
Besluit
Wij besluiten, gezien de overwegingen die zijn opgenomen in dit besluit, gelet op artikel 2.33 tweede lid onder b van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), de daarop betrekking hebbende uitvoeringsbesluiten en –regelingen, om de omgevingsvergunning d.d. 26 oktober 2015 (2015ML0003) en van 21 april 2009 (MPM8411) gedeeltelijk in trekken voor wat betreft opslag, en handelingen, van de volgende afvalstoffen:
Draaisels (ferro en non-ferro);
Afgedankte elektrische en elektronische apparatuur;
Papier- en kunststof geïsoleerd kabelafval;
Elektromotoren en transformatoren;
Loodaccu’s.
Ondertekening en verzending
Het College van Gedeputeerde Staten van Gelderland, namens deze:
Hoofd Afdeling Vergunningverlening Omgevingsdienst Regio Nijmegen
pagina 3 / 11
RECHTSBESCHERMING
Inwerking treden besluit
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na haar bekendmaking. Bekendmaking geschiedt door toezending van het besluit.
Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na de bekendmaking van het besluit een
bezwaarschrift indienen. Alleen wanneer binnen deze termijn een verzoek om een voorlopige voorziening wordt gedaan, wordt de inwerkingtreding van het besluit opgeschort.
Publicatie
Dit besluit wordt bekendgemaakt door de provincie Gelderland op de landelijke website www.overheid.nl. Deze website kunt u benaderen via www.gelderland.nl/bekendmakingen, via de link Zoeken in bekendmakingen.
Bezwaar en mogelijkheid van voorlopige voorziening
Belanghebbenden kunnen binnen zes weken nadat dit besluit is bekendgemaakt een bezwaarschrift indienen.
Het bezwaarschrift dient te worden gezonden aan het college van gedeputeerde staten van de provincie, Gelderland, t.a.v. commissie rechtsbescherming, Postbus 9090, 6800 GX Arnhem.
Op envelop en brief duidelijk "Bezwaarschrift" vermelden.
Het bezwaarschrift moet zijn ondertekend en bevat ten minste:
a. de naam en het adres van de indiener;
b. de dagtekening;
c. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar of beroep is gericht, waaronder het zaaknummer en datum van het besluit;
d. de gronden van het bezwaar.
Wanneer een bezwaarschrift wordt ingediend, kan teven een verzoek om een voorlopige voorziening worden gedaan bij de voorzieningenrechter van de rechtbank Gelderland. Voor individuele burgers (niet voor advocaten en ook niet voor gemachtigden namens een bedrijf of een organisatie) bestaat de mogelijkheid dat verzoek digitaal in te dienen. Meer informatie kunt u vinden op www.rechtspraak.nl.
Informatie over de bezwarenprocedure en de mogelijkheid van mediation is te vinden op de website van de provincie Gelderland (www.gelderland.nl), onder ‘bezwaarschrift’ of ‘mediation’
of op te vragen bij het Provincieloket via telefoonnummer (026) 359 99 99.
4 1. PROCEDURELE ASPECTEN
1.1. Gegevens aanvrager
Op 20 mei 2019 is een verzoek om gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning ontvangen van Daly Plastics BV. Het betreft handelingen met afvalstoffen. Het verzoek gaat over Industrieweg 101a, Hermesweg 21-28 te Zutphen. De aanvraag is geregistreerd onder nummer W.Z19.104832.01.
Daly Plastics B.V. is sinds 2009 gevestigd op Industrieweg 101a en sinds 2015 ook op Hermesweg 21-28 te Zutphen. Het betreft één inrichting. Binnen de inrichting wordt maximaal 9.644 ton aan ontvangen afvalstoffen opgeslagen.
1.2. Projectbeschrijving
Zoals op 13 mei 2019 gemeld en op 20 mei 2019 per brief gevraagd, vinden binnen de inrichting een aantal afvalgerelateerde activiteiten niet meer plaats. Het betreft opslag en handelingen met:
Draaisels (ferro en non-ferro);
Afgedankte elektrische en elektronische apparatuur;
Papier- en kunststof geïsoleerd kabelafval;
Elektromotoren en transformatoren;
Loodaccu’s.
Daly Plastics B.V. verzoekt om deze afvalstoffen uit de vergunning te halen.
1.3. Huidige vergunningsituatie
Daly Plastics B.V. is op meerdere locaties aanwezig en vergund/gemeld. Voor de inrichting zijn eerder de onderstaande vergunningen en/of ontheffingen verleend dan wel meldingen ontvangen:
Hermesweg 21-28
Type vergunning / melding Datum / nummer Onderwerp
Oprichtingsvergunning* 21 april 2009 / MPM8411 Metaalrecycling Hermesweg 21-28
Op 1 oktober 2010 is de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) in werking getreden. De hierboven genoemde vergunning waar een * bij staat, is volgens de Invoeringswet Wabo
gelijkgesteld aan een omgevingsvergunning voor onbepaalde tijd.
Industrieweg 101a
Type vergunning / melding Datum / nummer Onderwerp
Oprichtingsvergunning** 19 mei 2009 / MPM12062 Kunststof, papier/karton en metaalrecycling Industrieweg 101a Milieuneutrale verandering** 14 sept 2009 / MPM18479 Sorteerinstallatie Industrieweg 101a Veranderingsvergunning* 13 dec 2010 / MPM19996 Sorteerinstallatie en volcontinu in bedrijf
Industrieweg 101a
Melding Activiteitenbesluit 14 dec 2011 / MPM23994 Nieuw hal Industrieweg 101a Maatwerk geluid 19 maart 2012 / MPM23994 Maatwerk geluid Industrieweg 101a Melding Activiteitenbesluit 2 juli 2013 / MPM27233 Koelinstallatie Industrieweg 101a Melding Activiteitenbesluit 29 april 2014 / 20140249/25095 Gasflessenopslag (80 x 31 ltr LPG) Melding Activiteitenbesluit 17 nov 2015 / 2015AM0271 Dieselolie-opslag
Per 1 januari 2011 is de inrichting aan de Industrieweg 101a door de tweede tranche van de tweede fase begin 2011 van rechtswege onder het Activiteitenbesluit komen te vallen. De hierboven
genoemde vergunningen waar een ** bij staat worden sindsdien beschouwd als melding Activiteitenbesluit.
5 Industrieweg 101a en Hermesweg 21-28
Type vergunning / melding Datum / nummer Onderwerp
Melding Activiteitenbesluit 3 juli 2013 / MPM27261 Uitbreiding Industrieweg 101a met Hermesweg 28
Milieuneutrale verandering 26 oktober 2015 / 2015ML0003 Samenvoeging Hermesweg 21-28 en Industrieweg 101a
Omdat een melding Activiteitenbesluit een omgevingsvergunning niet wijzigt, zijn met de veranderingsvergunning van 26 oktober 2015 onder kenmerk 2015ML0003 de locaties
samengevoegd. Deze veranderingsvergunning vormt samen met de oprichtingsvergunning van 21 april 2009 met kenmerk MPM8411 nu de vigerende situatie.
Op 13 mei 2019 is onder kenmerk W.Z18.106619.01 een melding Activiteitenbesluit ontvangen voor: minder verschillende afvalstoffen accepteren dan voorheen vergund (bevestiging van de bestaande activiteiten’, waaronder de opslag en verwerking) en uitbreiden van het terrein (met Litauensestraat 40). Deze melding wijzigt de vergunde situatie niet. Daarom is apart een verzoek ingediend voor het intrekken van dit deel van de vergunning.
1.4. Vergunningplicht
De activiteiten van de inrichting zijn genoemd in Bijlage I onderdeel C van het Bor. De volgende categorieën zijn nu van toepassing:
Categorie Omschrijving 2.1 Opslag van gassen 4.1 Verwerken van kunststof 28.1 onder a
sub 2
Opslag van bedrijfsafvalstoffen, die ten aanzien daarvan een capaciteit hebben van 5 m3 of meer;
28.1 onder a sub 4
Opslag van gevaarlijke afvalstoffen
28.4 onder a sub 6
Opslag andere dan de onder 1° tot en met 5° genoemde van buiten de inrichting afkomstige afvalstoffen met een capaciteit ten aanzien daarvan van 1.000 m3 of meer; (kunststof) 28.4 onder b
sub 2
Overslag van gevaarlijke afvalstoffen
28.10 Nuttige toepassing of verwijdering van afvalstoffen
Op grond van categorie 28.10 van onderdeel C van bijlage 1 van het Bor is sprake van een vergunningplichtige activiteit vanwege het opslaan van afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) en meer dan 30 ton loodzuuraccu’s.
IPPC-installatie
De loodaccu’s betreffen tijdelijke opslag van gevaarlijke stoffen, waarbij de verwerking kan vallen onder categorie 5.1, 5.2, 5.4 en 5.6 van de Richtlijn industriële emissies (RIE). De loodaccu’s zullen elders immers worden verwerkt (regeneratie van accuzuur, afval(mee)verbranding, e.d.). Het betreft daarom een inrichting waartoe een IPPC-installatie behoort genoemd in Bijlage I categorie 5.5 van de RIE. Artikel 2.1 van het Bor is van toepassing. Er is sprake van een vergunningplichtige inrichting.
1.5. Bevoegd gezag
Wij zijn bevoegd gezag voor de inrichting. Dit volgt uit artikel 2.4 van de Wabo juncto artikel 3.3 eerste lid van het Bor, omdat er sprake is van activiteiten waarvoor wij zijn aangemerkt als bevoegd gezag (in Bijlage I onderdeel C categorie 28.4 van het Bor) én omdat er sprake is van een inrichting waartoe een IPPC-installatie behoort (genoemd in bijlage 1 categorie 5.5 van de RIE).
6 Wanneer dit besluit onherroepelijk is geworden, is artikel 3.3 eerste lid van het Bor, niet meer van toepassing en wordt het college van burgemeester & wethouders van de gemeente Zutphen het bevoegd gezag.
1.6. Beoordeling van het verzoek
Na ontvangst van het verzoek hebben wij deze getoetst op volledigheid. Wij zijn van oordeel dat deze in samenhang met de op 13 mei 2019 ingediende melding Activiteitenbesluit voldoende informatie bevat voor een goede beoordeling van de gevolgen van de activiteit op de fysieke leefomgeving. De aanvraag is dan ook in behandeling genomen.
1.7. Procedure
Deze beschikking is voorbereid met de procedure uit artikel 3.15 van de Wabo.
7 2. TOETSINGSKADER MILIEU
2.1. Inleiding
Het verzoek heeft betrekking op het gedeeltelijk intrekken van een omgevingsvergunning voor een inrichting als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid aanhef en onder b van de Wabo.
Bij onze beslissing hebben wij artikel 2.33, derde lid van de Wabo in acht genomen.
In de onderstaande hoofdstukken lichten wij dit nader toe, waarbij wij ons beperken tot die onderdelen van het toetsingskader die ook daadwerkelijk op onze beslissing van invloed (kunnen) zijn.
De in het verzoek benoemde verandering (minder verschillende afvalstoffen accepteren dan
voorheen vergund) heeft geen gevolgen voor de aspecten afvalwater, afvalpreventie, bodem, geluid, lucht en veiligheid. Deze aspecten zijn voldoende ondervangen in het Activiteitenbesluit. In onze overwegingen wordt daarom niet ingegaan op deze aspecten.
2.2. Activiteitenbesluit
In het Activiteitenbesluit milieubeheer (hierna: Activiteitenbesluit) zijn voor een groot aantal activiteiten, die binnen inrichtingen plaats kunnen vinden, rechtstreeks werkende, algemene regels opgenomen.
Binnen de inrichting vinden de volgende activiteiten plaats:
opslaan en overslaan van goederen;
opslaan van gasolie, smeerolie of afgewerkte olie in een bovengrondse opslagtank;
opslaan van gevaarlijke stoffen, CMRstoffen of bodembedreigende stoffen in verpakking;
afleveren van vloeibare brandstof of gecomprimeerd aardgas anders dan aan motorvoertuigen voor het wegverkeer, vaartuigen of spoorvoertuigen;
in werking hebben van een acculader.
Deze activiteiten vallen onder de werkingssfeer van het Activiteitenbesluit. Er moet worden voldaan aan de volgende paragrafen uit het Activiteitenbesluit en de daarbij behorende Activiteitenregeling, voor zover deze betrekking hebben op de genoemde (deel)activiteiten. Hierbij zijn onder meer relevant:
Paragraaf 3.1.3 Lozen van hemelwater, dat niet afkomstig is van een bodembeschermende voorziening;
Paragraaf 3.2.1 In werking hebben van een stookinstallatie, niet zijnde een grote stookinstallatie
Paragraaf 3.3.1 Afleveren van vloeibare brandstof en gecomprimeerd aardgas aan motorvoertuigen voor het wegverkeer of afleveren van vloeibare brandstof aan spoorvoertuigen;
Paragraaf 3.4.3 Opslaan en overslaan van goederen;
Na intrekking is ook afdeling 4.4 Activiteiten met betrekking tot rubber of kunststof van toepassing.
2.2.1. Melding Activiteitenbesluit
Op 13 mei 2019 is een melding Activiteitenbesluit ontvangen voor deze verandering.
8 3. AFVAL
3.1. Beschrijving huidig vergunde afvalactiviteiten
In de vergunde situatie (Oprichtingsvergunning d.d. 21 april 2009 met kenmerk MPM8411) is de maximale opslagcapaciteit van 43.450 ton vastgelegd (in voorschrift 6.4.2.) en de totale
verwerkingscapaciteit van 150.000 ton/jaar (in voorschrift 6.4.3). In voorschrift 6.4.1 van de oprichtingsvergunning van 21 april 2009 met kenmerk MPM8411 worden de volgende afvalstoffen benoemd (vergund) voor locatie Hermesweg 21-28:
Omschrijving Eural code Max. opslag Max. Doorzet
Ton of m3 Ton/jaar Ferrometalen 16.01.17, 17.04.05, 19.10.01 , 20.01.40,
19.12.02
10.000 72.000
Non-ferrometalen 16.01.18, 17.04.01, 17.04.02, 17.04.03, 17.04.04, 17.04.06, 17.04, 07, 19.10.02, 19.12.03
1.000 13.950
Draaisel ferro 12.01.01 20.000 39.750
Draaisel non-ferro 12.01.03 10.000 17.100
Afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA)
16.02.14c, 20.01.36c 1.000 1.600
Papier- en kunststof geïsoleerd kabelafval
17.04.11 250 1.600
Elektromotoren en pcb- vrije transformatoren
16.02.14c, 20.01.36 1.000 1.600
Accu’s 16.06.01* 100 2.400
Voor Daly was in 2009 een tabel opgenomen in de vergunning (d.d. 19 mei 2009 met kenmerk 2007-013259/MPM12062) voor de locatie Industrieweg 101a, welke op 13 december 2010, met veranderingsvergunning met kenmerk 2010-008432/MPM19996 werd aangepast. Per 1 januari 2011 valt de onderneming onder het Activiteitenbesluit. Op 14 december 2011 werd de volgende
afvaltabel gemeld voor Industrieweg 101a:
Omschrijving Eural code Max. opslag Max. Doorzet
Ton of m3 Ton/jaar
Kunststoffen / plastics
02.01.04, 07,02.13, 12.01.05, 15.01.02, 16.01.19, 17.02.03, 17.02.04*, 20.01.39
10.000 -
Papier en karton
15.01.01, 20.01.01 10.000 -
Metalen 02.01.10, 12.01.01, 12.01.02, 12.01.03, 12.01,04, 12.01.13, 15.01.04, 16.01.17, 16.01.18, 17.04.01c, 17.04.02c, 17.04.03c, 17.04.04c, 17.04.05c, 17.04.06c, 17.04.07c, 19.12.02, 19.12.03, 20.01.40
50.000 -
In 2013 is vervolgens aangegeven dat de doorzet en opslag zijn gewijzigd. In de
veranderingsvergunning van 26 oktober 2015 met kenmerk 2015ML0003 is geen aanpassing van de vergunde afvaltabel beschreven. Vervolgens is de volgende situatie gemeld op 13 mei 2019 voor Industrieweg 101a en Hermesweg 21-28:
Omschrijving Eural code
Kunststoffen / plastics
01.04.99, 02.05.99, 02.06.99, 02.07.99, 02.01.04, 02.02.99, 02.03.99, 02.04.99, 03.01.99, 03.03.08, 03.03.99, 04.01.99, 04.029.9, 05.01.99, 07.02.13, 09.01.10, 10.02.99, 10.09.99, 10.10.99, 12.01.05, 15.01.02, 15.01.05, 15.01.06, 16.02.16, 16.01.99, 16.02.16, 17.02.03,
9 17.02.03c, 19.12.04, 20.01.11, 20.01.39,
Metalen (ferro en non-ferro)
02.02.99, 01.04.99, 02.05.99, 02.06.99, 02.07.99, 02.03.99, 02.04.99, 03.03.08, 03.03.99, 04.01.99, 04.02.99, 05.01.99, 10.02.99, 10.09.99, 10.10.99, 15.01.04, 15.01.05, 15.01.06, 16.02.16, 16.01.17, 16.01.18, 17.04.01, 17.04.02, 17.04.03, 17.04.04, 17.04.06, 17.04.07, 17.04.05, 19.10.01, 19.10.02, 19.12.02, 19.12.03, 20.01.40
Draaisel (ferro- en non-ferro)
120101, 120103
Papier en karton
01.04.99, 02.05.99, 02.06.99, 02.07.99, 02.02.99, 02.03.99, 02.04.99, 03.03.08, 03.03.99, 04.01.99, 04.02.99, 05.01.99,10.02.99, 10.09.99, 10.10.99, 15.01.01, 15.01.05, 15.01.06, 16.02.16, 19.12.01, 20.01.01
Elektrisch – elektronische apparatuur
160214, 200136
Papier- en kunststof geïsoleerd kabelafval
170411
Elektromotore n en pcb-vrije transformator en
160214,200136
Hout A 150103
Accu’s 16.06.01*
In de melding staat dat de totale opslagcapaciteit voor de inrichting 9.544 ton aan afvalstoffen betreft. De doorgehaalde afvalstromen worden niet meer opgeslagen.
Omdat deze melding de vergunde situatie niet aantast, is op 20 mei 2019 een verzoek ingediend om de doorgestreepte afvalstoffen uit de vergunning te halen.
3.2. Toetsing van de aangevraagde afvalactiviteiten
De vergunninghouder heeft aangeven dat de volgende afvalstoffen niet meer worden geaccepteerd en worden op- en overgeslagen:
Ferro en non-ferro draaisels (120101, 120103);
AEEA (160214, 200136);
Papier- en kunststof geïsoleerd kabelafval (170411);
Elektromotoren en transformatoren (160214,200136);
Loodaccu’s (16.06.01c).
Omdat deze afvalstoffen feitelijk niet meer aanwezig zijn, is er geen reden om deze toestemming in de vergunning te behouden. De toestemming voor deze handelingen wordt ingetrokken. Het
milieubelang verzet zich niet tegen deze aanpassing. Tevens worden de inrichting en de omgeving niet geschaad in hun belangen. Daly Plastics blijft een afvalverwerkend bedrijf, en er is geen sprake van andere of grotere nadelige gevolgen voor het milieu dan reeds vergund. Voor de verandering is tevens geen MER-beoordeling nodig.
3.3. AV-beleid en AO/IC
Om de risico’s voor het acceptatie- en verwerkingsproces te beheersen, moet een afvalverwerker duidelijk aangeven welke afvalstoffen wel en niet worden geaccepteerd (acceptatiebeleid) en welke afvalstoffen op welke manier binnen de inrichting worden verwerkt (verwerkingsbeleid).
Bij de melding van 13 mei 2019 is een beschrijving van het AV-beleid gevoegd. Daarin is aangegeven op welke wijze acceptatie en verwerking plaats zullen vinden. Hierbij is rekening gehouden met de specifieke bedrijfssituatie en het gestelde in artikel 2.14b. Vanwege de
10 verandering dat er minder verschillende afvalstoffen worden geaccepteerd dan voorheen vergund, behoeft het AV-beleid niet te worden aangepast.
3.4. Conclusie afval
Gelet op het bovenstaande en artikel 2.33 derde lid zijn wij van mening dat het belang van de bescherming van het milieu zich niet verzet tegen het gedeeltelijk intrekken van de
omgevingsvergunning d.d. 26 oktober 2015 (2015ML0003) voor wat betreft het accepteren, op- en over te slaan van de afvalstoffen Ferro en non-ferro draaisels (120101, 120103), AEEA (160214, 200136), papier- en kunststof geïsoleerd kabelafval (170411), elektromotoren en transformatoren (160214,200136) en loodaccu’s (16.06.01c).
Doordat er voortaan geen AEEA of loodaccu’s worden opgeslagen vervalt de vergunningplicht als bedoeld in categorie 28.10 van onderdeel C van Bijlage 1 van het Bor Verder is categorie 5.5 van bijlage I van de RIE niet meer van toepassing. Ook om deze reden is er geen vergunningplicht meer.
4. BODEM
Voor wat betreft het aspect bodembescherming valt het bedrijf thans reeds volledig onder het Activiteitenbesluit. Sinds 1 januari 2013 is het Activiteitenbesluit namelijk ook van toepassing op IPPC bedrijven. In het kader van deze intrekking hoeft daarom geen nadere beoordeling plaats te vinden. Op grond van het Activiteitenbesluit moeten alle bedrijfsactiviteiten worden verricht met voorzieningen en maatregelen die leiden tot een verwaarloosbaar bodemrisico. Dit wijzigt niet.
5. GELUID
De inrichting is gelegen op het wettelijk geluidgezoneerd industrieterrein de Mars binnen de
gemeente Zutphen. De gemeente Zutphen heeft een ontwerp geluidreductieplan vastgesteld op 27 februari 2018 en in juli 2018 is het plan definitief vastgesteld.
De bedrijfsactiviteiten hebben tot gevolg dat geluid wordt geproduceerd. Deze geluidsemissie wordt vooral veroorzaakt door onder andere de elektrische kraan. De door de inrichting veroorzaakte geluidsbelasting in de omgeving en de perioden waarin deze optreedt, is in kaart gebracht in een akoestisch rapport van adviesbureau de Haan (kenmerk AH.2009.0224.06.R001 d.d. 22 augustus 2018). De thans aangevraagde intrekking heeft geen gevolgen voor de berekende geluidsituatie.
De vergunde geluidemissiewaarden worden gedurende drie jaar aangemerkt als
maatwerkvoorschriften, voor zover deze voorschriften vallen binnen het gestelde van artikel 2.20 van het Activiteitenbesluit . Indien nodig zal het voor onbepaalde duur vastleggen van de
geluidnormen een maatwerkbesluit in een aparte procedure aan de orde komen.
6. LUCHT
Sinds 1 januari 2013 is het Activiteitenbesluit ook van toepassing op IPPC bedrijven. In het kader van deze intrekking hoeft daarom geen nadere beoordeling plaats te vinden. Op grond van het Activiteitenbesluit dienen de emissies van alle bedrijfsactiviteiten te voldoen aan de emissienormen van het Activiteitenbesluit. Dit wijzigt niet.
11 7. CONCLUSIE
Gelet op het bovenstaande en artikel 2.33 derde lid zijn wij van mening dat het belang van de bescherming van het milieu zich niet verzet tegen het gedeeltelijk intrekken van de
omgevingsvergunning d.d. 26 oktober 2015 (2015ML0003) voor wat betreft het accepteren, op- en over te slaan van de afvalstoffen Ferro en non-ferro draaisels (120101, 120103), AEEA (160214, 200136), papier- en kunststof geïsoleerd kabelafval (170411), elektromotoren en transformatoren (160214,200136) en loodaccu’s (16.06.01c). Daly Plastics blijft een afvalverwerkend bedrijf, en er is geen sprake van andere of grotere nadelige gevolgen voor het milieu dan reeds vergund. Voor de verandering is tevens geen MER-beoordeling nodig.
Doordat er voortaan deze afvalstoffen niet meer worden opgeslagen vervalt de vergunningplicht. Het bedrijf dient nadat dit besluit onherroepelijk is te voldoen aan het Activiteitenbesluit.