• No results found

Van de voorzitter. De landwinkel in Bingelrade stopt Door Jean Zuijlen. NUMMER 3 JAARGANG 23 september 2020

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Van de voorzitter. De landwinkel in Bingelrade stopt Door Jean Zuijlen. NUMMER 3 JAARGANG 23 september 2020"

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1

Van de voorzitter

Beste leden,

In deze onwezenlijke tijd waarin wij leven zijn de activiteiten van het PGL stilgevallen. Wie had kunnen voorspellen dat in 2020 alle geplande activiteiten zouden komen te vervallen. Het Klumpke is nu het middel om de leden met elkaar te verbinden en op de hoogte te houden. Dit contact is belangrijk voor de continuïteit van het PGL.

De afgelopen tijd hebben zich nieuwe PGL-leden aangemeld, dat stemt positief. Ook zijn er verzoeken gekomen om samen te werken met andere organisaties.

Het bestuur is de afgelopen tijd regelmatig bij elkaar gekomen om van gedachten te wisselen wat de mogelijkheden zijn voor de komende maanden van 2020. Dit jaar is voor het PGL een pas op de plaats en wij vertrouwen erop dat het PGL komend jaar weer activiteiten zal ontplooien, wellicht aangepast en in een andere vorm.

Suggesties van de leden met nieuwe ideeën om het PGL weer op de kaart te zetten zijn welkom.

Blijf gezond en zorg goed voor elkaar.

Wil Ramaekers

Van de voorzitter pag. 1

De landwinkel in Bingelrade stopt pag. 1 Boomkwekers in Geleen pag. 3 Fruitige zaken in en rond Ulestraten pag. 4 De gaard van John Teunissen pag. 7 Recept: Gebakken appelen pag. 8 Stem uit de boomgaard pag. 8 In memoriam Ton Herijgers pag. 9

Agenda 2020 PGL pag. 10

De landwinkel in Bingelrade stopt

Door Jean Zuijlen

PGL-leden Jean en Anny Zuijlen uit

Bingelrade zijn per 1 augustus gestopt met hun bedrijf. Wat in 2020 eindigde als

landwinkel met de verkoop van aardappelen, groente en fruit, begon in 1936 met het telen van peren.

Op de eerste vrije zaterdag in 44 jaar werden we verrast door een delegatie van het PGL om ons te feliciteren met de sluiting en veel geluk en gezondheid te wensen voor de toekomst. Voorzitter Wil Ramaekers vroeg ons om voor het Klumpke iets te schrijven over de historie van het fruitteeltbedrijf en onze winkel. Deze uitnodiging hebben we met plezier aangenomen.

Aan de Kneijkuilerweg, op de plek waar het bedrijf nog steeds ligt, plantte Frans Zuijlen (pap), in 1936 Doyenné du Comice peren. Op een kortere afstand van elkaar dan toen gebruikelijk was en als struikvorm op 4.5 bij 2.25 meter. Frans specialiseerde zich

voornamelijk in de teelt van peren. Hij plantte hoogstam: Précoce de Trévoux, Clapp’s Favourite en struikvorm: Beurré Hardy en Triomphe de Vienne.

NUMMER 3 – JAARGANG 23 – september 2020

(2)

Twaalf jaar later, in 1948, bouwde hij een woonhuis bij de boomgaard en in 1949 trouwde hij met Bertha Vrencken. Zij was het derde kind uit een boerengezin van tien kinderen en kwam eveneens uit Bingelrade.

In 1950 werd ik als eerste zoon geboren.

Niet veel later werd opnieuw een perensoort toegevoegd: in 1952 werd een hectare Bonne Louise d`Avranches geplant, eveneens als struikvorm. In die tijd ontwikkelde de moderne fruitteelt zich met grote sprongen. In 1964 werden er appels geplant: James Grieves, Golden Delicious en Jonathan op 3.25 bij 1.25 meter. Dit werd mede aangemoedigd door toenmalig fruitvoorlichter Jan van Eijden uit Bunde, later een van onze PGL-oprichters.

De inspiratie om dit te planten werd opgedaan toen door de Nederlandse

Fruittelers Organisatie (NFO) afdeling Sittard een excursie naar het bedrijf van de

gebroeders Ermers in Groesbeek ondernam.

De NFO ging daarheen om het zogenaamde

‘Groesbeek systeem’ te bezichtigen: een plantafstand van 3 bij 1 meter. Mede door de toenmalige fruitteeltproeftuin in Ulestraten, met proeftuinchef Sjef Lemmens, werd deze nieuwe plantafstand omarmt voor de

Limburgse löss. Deze aanpak van fruittelen werd bij ons toegepast en bracht ons fruitteeltbedrijf destijds veel bekendheid in Zuid-Limburg. Er kwamen vele binnen- en buitenlandse excursies naar onze boomgaard in Bingelrade om deze manier van telen te bezichtigen en om van onze aanpak hieromtrent te leren.

Naast peren en appels kwamen er vanaf 1959 ook aardbeien. Mijn ouders teelden destijds de rassen Senga Sengana en Gorella onder plastic kapjes (om al vroeg te kunnen

oogsten) in de volle grond. Ook werden diverse rassen pruimen, kruisbessen (voor de conservenindustrie) en zwarte bessen

geteeld. Hierdoor ontstond een gemengd fruitteeltbedrijf. Door deze verscheidenheid van fruitsoorten werd de slogan “Lekker Fruit Eten Dit Bedrijf Niet Vergeten” geboren, die we tot op de dag van onze sluiting hebben gekoesterd. Deze boodschap hoorde er alle jaren helemaal bij.

Het lag in lijn der verwachting dat ik het bedrijf ging overnemen. Daarom koos ik voor de Fruitteeltvakschool in Valkenburg. Dit was een driejarige opleiding. Eén dag in de week, op vrijdag: 's ochtends theorie en ‘s middags praktijk. De praktijklessen werden verzorgd door de heer Karel Scharnigg uit Gronsveld.

Vanaf mijn vijftiende ben ik werkzaam als

fruitteler. Eerst elf jaar samen met pap en

vanaf 1976 heb ik het bedrijf voortgezet

samen met Anny.

(3)

Vanwege de slechte prijzen in de

fruitteeltsector in de jaren 80 van de vorige eeuw, kwam naast het fruitteeltbedrijf steeds meer de nadruk op de winkel te liggen.

Naast eigen geteeld fruit verkochten we ook andere producten, zoals bijvoorbeeld

aardappelen, groenten, eieren en tropisch fruit. Anny maakte prachtige fruitschalen en vanaf 2000 verzorgde zij de versbar met allerlei salades. Hierdoor werd de winkel een volwaardige AGF-speciaalzaak. De fruitteelt werd langzaam afgebouwd, zo’n vijftien jaar geleden zijn de laatste hectares boomgaard gerooid. Het moment dat de laatste bomen door de shredder gingen was een verdrietige dag.

In de loop der jaren hebben we een vaste klantenkring opgebouwd. De winkel hebben we 44 jaar samen gerund en onze 4 kinderen hebben totdat zij uit huis gingen om te studeren meegeholpen. We hebben altijd medewerkers in de boomgaard en in de winkel gehad, maar de laatste jaren werkten we met zijn tweeën.

Begin maart van dit jaar merkten we dat het winkelgebeuren sterk veranderde. Door het coronavirus en de maatregelen die we moesten nemen werd het koopgedrag intensiever en we zagen bovendien veel nieuwe gezichten. Vanwege de regelgeving waren we genoodzaakt de winkel te draaien via vooraf bestellen, waardoor we de

gebruikelijke gezelligheid in de winkel misten.

Deze plotselinge verandering in klantcontact en het alsmaar drukker worden deed ons besluiten per 1 augustus onze zaak aan het

‘Jean Zuijlenplein’ voorgoed te sluiten. Met pijn in ons hart, maar ook bij onze vaste klanten, waarvan sommigen al drie generaties lang ons fruit aten.

We zijn verrast door het warme afscheid van hun allemaal, evenals het bezoek van de delegatie van het PGL. We hopen dat er snel weer activiteiten en bijeenkomsten

georganiseerd mogen worden en we elkaar weer kunnen ontmoeten, want we vinden het prettig om het met vakgenoten over fruit telen en beleven te hebben. Lekker Fruit Eten Dit Bedrijf Niet Vergeten en Blief Gezondj!

Groeten oet Bêngelder en tot spoedig, Jean en Anny

Boomkwekers in Geleen

Door Wil Ramaekers

In het boek ‘Geleen, zoals het vroeger was’ staat een interessante beschrijving van een befaamde familie die in de Limburgse pomologie hun sporen hebben verdiend, de familie Hoedemakers.

Zij woonden in het westelijke deel van de

Groenstraat rond +/- 1935, vanaf de kruising met de Henri Hermanslaan, aan de rechterkant vanaf de 17e eeuw. De familie Hoedemakers kreeg om allerlei redenen internationale bekendheid.

Foto: Hoedemakers huis

Zo stonden de broers Martinus en Joannes Hoedemakers bekend als goede smeden. Maar vooral als boomkwekers hadden ze in de 18e eeuw veel faam opgebouwd. Hun fruitbomen werden verkocht tot in Düren (D) en over de Maas in België. Het meest bijzondere is het feit dat de twee genoemde broers ook veearts waren. Zij reisden rond en uit aantekeningen weten we dat ze veelvuldig behalve in de eigen regio ook in de omgeving Aarschot - Diest werkzaam waren. Er is uit die tijd een “Artzneybuch” bewaard gebleven met namen en een aantal recepten.

De zonen van Martinus, Lambertus en Gerard zijn in de voetsporen van hun vader getreden en namen zijn beroep over. In Geleen waren destijds veel boomkwekerijen en boomgaarden. De producten van de fruitbomen werden vaak ter plaatse verwerkt tot stroop, azijn en appelwijn.

Ook dat gebeurde bij de familie Hoedemakers.

Maria Hoedemakers (zuster van Marinus en Joannes) trouwde met Jan Lambert Sassen en zij erfden het complex. Ook de generaties Sassen die er woonde hielden de verwerking van fruit in stand.

(4)

De Groenstraat heeft bij het bombardement van Geleen van 5 oktober 1942 ernstige schade opgelopen waardoor het straatbeeld sinds die tijd ingrijpend is veranderd.

Bovenstaande foto is genomen vanuit de Kerktoren van Oud-Geleen richting Abshoven (Munstergeleen).

Bron: Geleen zoals het vroeger was (deel 1), Heemkunde Geleen.

Fruitige zaken in en rond Ulestraten

Door: Jean Slijpen

In de lente-uitgave schreef ik onder de titel ‘De

‘fruitweij’ als leefomgeving en voedselbron’

een meer algemene verhandeling over de hoogstam- en fruitcultuur. Ik heb toen beloofd in een volgend artikel nog enige

vermeldenswaardige zaken op ‘fruitteeltgebied’ in en rond Ulestraten te belichten.

Laat ons beginnen met enkele foto’s van

Ulestraten in de tweede helft van de vorige eeuw;

hieruit blijkt duidelijk dat Ulestraten één grote hoogstamboomgaard was.

Foto: De Ulestrater hof aan de Dorpstraat in de

Foto: De pool van Pittie (Petit), gelegen tegenover de Ulestrater hof, met op de achtergrond de hoogstamboomgaarden die doorliepen tot aan de Kling.

Foto: Achter het monument, tot aan de Kleinberghemmerweg en ‘de Kling’ één en al boomgaard.

De beelden tonen aan dat het fruit een niet onbelangrijke rol speelde in Ulestraten.

Laat ons beginnen in Moorveld, dat vroeger tot de gemeente Ulestraten behoorde, ook daar is op het gebied van de fruitteelt, niet stil gezeten.

(5)

Schoone van Moorveld

Omstreeks 1920 ontdekt ene Sjang Pesch, woonachtig in het gehucht Moorveld, destijds tot de gemeente Ulestraten behorend, een nieuw appelras. In eerste instantie werd de nieuweling de Pesch-appel genoemd; later omgedoopt tot de welluidende naam ‘Schoone van Moorveld’.

Het is een fris-zoete appel van groot formaat;

derhalve was hij niet erg geliefd als handappel. Hij werd aan de veiling geleverd en afgezet als fabrieksappel/moesappel.

Door de bot genomen gingen in een houten veilingkist zo’n 20 kg appels; van de “Schoone van Moorveld” was dit vanwege zijn grootte en lichte gewicht slechts 13 kg; meer kon er niet in omdat ze anders bij het stapelen van de kisten werden gebutst.

In de huisweide van de carré boerderij op de hoek Heerenstraat/Bospad te Moorveld, de locatie waar Sjang Pesch destijds woonde, staat nog een nazaat van de “Schoone van Moorveld”, die gekoesterd wordt door de huidige bewoner Joop Schermerhorn.

Cox La Vera

Velen van ons kennen de Cox’s – appel, samen met onder andere de Golden Delicieus, als een zeer gewaardeerde appel in de jaren zeventig.

Aan de Dorpstraat te Ulestraten lag destijds het fruitbedrijf van de gebroeders Sjang en Giel Vroemen. Zij waren het die in 1986 een kleurmutant van de Cox’s Orange Pippin

ontdekten. Zij registreerden deze helderrode appel onder de naam Cox’s la Vera, genoemd naar Vera, dochter van Sjang Vroemen uit Ulestraten.

Cox La Vera®, een ‘Ulestratens” appelras waarvan je vandaag de dag nog een (laagstam)boom kunt bestellen bij diverse boomkwekers.

In de plantages van de gebroeders Vroemen werden in de 70-er jaren ook geregeld

demonstraties gegeven, die druk werden bezocht door de Limburgse fruittelers. Giel en Sjang Vroemen demonstreren op bovenstaande foto de pneumatische snoeischaren.

Proeftuin Ulestraten

De oudere inwoners van Ulestraten herinneren zich ongetwijfeld ‘Proeftuin Ulestraten’ langs de Gewannen, een perceel ter grootte van circa 7 hectare met aan de straatzijde een houten gebouw, dat later nog dienst heeft gedaan als peuterspeelzaal en clubgebouw van IVN – Ulestraten.

Deze proeftuin van fruitgewassen was onderdeel van het Rijkstuinbouwconsulentschap voor Limburg en Deurne.

(6)

Er waren een 3-tal personen werkzaam; uit Ulestraten Leon Petit, Math Dahlmans uit

Schietecoven en Zef Lemmens uit Schimmert, hij was chef van de proeftuin. Er werden proeven gedaan met diverse nieuwe fruitrassen, zoals bijvoorbeeld: een vijftal soorten Boskoop. De focus lag bij het onderzoek op groeikracht, verschillende onderstammen, bijvoorbeeld type 2, type 9 of type 106, plantsystemen en natuurlijk verschillende snoeiwijzen.

De indeling van de proeftuin met de teeltvakken.

Aanleiding voor de komst van de proeftuin naar het plateau van Ulestraten, was dat de proeftuin, die tot 1963 aan het Limmelerbroek te Maastricht gevestigd was, teveel last had van nachtvorst in het vroege voorjaar; dit had alles te maken met de ligging in het Maasdal; in de dalen heb je meer last van nachtvorst dan op de plateau’s.

Het perceel werd in 1963, door het

Rijkstuinbouwconsulentschap, voor 12 jaar gepacht van de heer Frans Petit, toenmalig bewoner van de Ulestraterhof. Na de pachtperiode zou hij de fruitproeftuin als productiebedrijf kunnen voortzetten. Als vergoeding zou hij voor elke boom de prijs van een jonge fruitboom terugbetalen.

Zo geschiedde het ook toen eind 1974 het pachtcontract afliep en werd er door de zonen Twan en Leon de basis gelegd voor het fruitbedrijf.

Naast de proeven werden er ook periodiek informatiebladen uitgegeven, waarin de fruitteler werd geïnformeerd en voorgelicht over

bevindingen, middelen en toepassing. Anno 1966 was er een uitgave over “ziekten en

onkruidbestrijding”, waarop de proeftuin Horst en Ulestraten de cover sierden.

Kortom, Ulestraten en de fruitteelt zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.

Foto: Math Dahlmans op de trekker in de Proeftuin Ulestraten, met de Kinkelder nevelspuit die speciaal door hem werd gemodificeerd, voor het in het zuiden populaire beddensysteem.

(7)

De gaard van John Teunissen

Door: Bert Jorritsma

Een van de leden die we al jaren terugzien bij activiteiten van het PGL is John Teunissen, woonachtig in Weert. Hij bemant vaak samen met Jac. Bosch de PGL-stands in Limburg. Een markant lid om in gesprek mee te gaan.

“ Ik was er al bij voordat het PGL in 1998 werd opgericht. In 1995 is het voor mij begonnen met een zomersnoei cursus bij het IKL. Dat was een nieuw verschijnsel voor mij, je hoeft dus alleen niet in de winter te snoeien. De kleinschalige aanpak beviel me en een jaar later met de heren Jean Baggen, Frans Ingenhut en Sjir Frijns werd met Jan van Eijden het Limburgs Pomologisch Genootschap opgericht dat later overging in het PGL. In Elsloo kwamen er determinatieavonden met Sjir en Jean, zij wisten heel veel van fruit en gaven veel voorlichting, interessant was dat. Sjir Frijns was een bijzondere man. We

determineerden ooit een gaard in Haelen, Sjir lag op zijn rug in een oude eend en reed zo de gaard door en op zijn rug determineerde hij de bomen.

Dit was de boomgaard van de overleden

boomkweker Frenken in Heythuysen. De broer die tandarts was wilde in Haelen de appelgaard gedetermineerd hebben. Ik wilde vooral bij een club horen die mij aanspreekt, zoals bij ‘ Groei en Bloei’ waar ik al veertig jaar lid van ben. We hielden ons met bomen bezig, met snoeien en de vele rassen die van nature sterk zijn. Hoogstam, dat hadden wij zelf in de gaard en het was de uitdaging die op eigen kracht een goede oogst te geven, alleen de sterken kunnen dat aan.’

‘Mijn moeder had vroeger een van de grootste boerderijen in Ospel en ze kreeg 1 tot 3 cent per kilo voor Goudreinetten, we spreken dan in de jaren voor de oorlog, de magere jaren. We hadden daar de Franse Zure en de Court Pendu met de koeien eronder. Het fruit bracht wat op en de koeien brachten wat op, zo ging dat toen. In 1985 heeft de gemeente de hele handel opgekocht. Wij hebben een grotere boerderij gekocht en nu heb ik nog 2000 vierkante meter als boomgaard

overgehouden. Over de keuze van de soorten is destijds goed nagedacht. Ik heb nu zo’n 50 rassen.’

Het moesten houdbare appels zijn, de

goudreinetten onder andere, die zijn houdbaar tot Kerst en natuurlijk telde ook de smaak. De Court Pendu bijvoorbeeld, ze noemen hem de Franse wijnappel en dan nog de Lombarts Calville, hij wordt niet ziek, is een beetje knokkelig, lang te bewaren en hij rimpelt niet. Ook heeft hij geen last van schurft en meeldauw, hij is echter niet zo hard en hij is helemaal groen! Dat verkoopt niet, want de mensen houden van een kleurtje. Kijk maar bij de Granny Smith een hype achtige appel.

Ik heb ook Amerikaanse rassen staan, de Melrose bijvoorbeeld dat is een nieuw ras voor mij of de Northern Spy, een geweldige appel! Heel lekker, friszuur en lang houdbaar. Amerikaanse appels zijn altijd groot, daar moet alles ‘Big’ zijn!

En verder een Franse Zure uit Leveroy van de familie Schenen, de boom is meer dan 90 jaar oud, tot hemelvaart zijn die appels te bewaren.’

‘Veel mensen houden van Goudreinetten. Ik kende vroeger veel Moerman patiënten; natuurlijke voeding is belangrijk voor hen. Met een Goudrenet kun je het meeste, lang houdbaar, te gebruiken in veel gerechten, goede zuurverhouding dus breed toepasbaar. En het is allemaal onbespoten fruit.

Nu staat er naast hoogstam wat kleine boompjes tussen voor de variëteit. Er staat een mooie kweepeer, de eerste kocht ik bij Frijns, die had mooie bomen en waren hier moeilijk te krijgen. Hij staat er nu nog trots bij, in Weert op de singel, naast het nieuwe stadhuis. Het was een hele rit om die destijds hier te krijgen.

Bij de kleine aarde in Boxtel raakte ik

geïnteresseerd in kleinfruit; ik heb nu bessen, druiven en vijgen en nog tien soorten hazelnoten.

Die hazelnoten bestelde ik toen in Gent.

De stek van die vijg komt nog uit de tuin van het huis van Churchill in Engeland. Ik was daar met een PGL-reis onder leiding van Wiel Broex op excursie en heb een stek genomen. Hij is nu wel 4 meter hoog en vier meter breed, tegen een eikenhouten lattenwerk dat een lid van Velt maakte om die vijg tegen te leiden.’

‘Wat mij aanspreekt in de verenigingen waar ik lid van ben en dus ook het PGL, is het contact met gelijkgestemden. De leden moeten actief worden in een werkgroep. Want dan heb je contact en word je betrokken, het is leerzaam en gezellig en je kunt je ervaringen uitwisselen.

De bijeenkomsten op de Eynderhoof en het delen van ervaringen is leuk. Je bent nooit uitgeleerd en ik ben nieuwsgierig naar nieuwe ontwikkelingen. In Melderslo bij het ambachtenmuseum wordt veel verteld over moderne groenteteelt, niet direct mijn ding, maar wel interessant. Door die

bijeenkomsten krijg je ook een netwerk, zo ben ik ook bij Mina in Leveroy terechtgekomen. In haar oude boerderij in Leveroy ontmoette ik haar staande in de deur. Maar mijn onderhoudsadvies voor enkele bomen ging teloor omdat haar

tuinman van 85 jaar was overleden. Mina was 87, pastoorsmaagd geweest en niet getrouwd. ‘Jij bent mijn merk’, zei ze tegen John. Toen dronken ze koffie en daarna liepen ze de boomgaard in;

sindsdien onderhield ik de bomen. Mina is 97 geworden. Ik heb haar 10 jaar gekend, ze was een heel hartelijk vrouwtje.

Als PGL doen we het op zich prima, we hebben ieder jaar activiteiten en die zijn goed

georganiseerd. Jammer dat de situatie nu anders is, maar dat gaat voorbij. Ik hoop dat we dan weer samen kunnen komen.

Het PGL zou meer familiedagen kunnen

organiseren zoals in Schimmert en meer kinderen betrekken en meerdere verenigingen. De Appel en Peren dag was een succes, voor herhaling

vatbaar.’

(8)

Recept: Gebakken appelen

Lekker in deze tijd: gebakken appel, ’s middags of

’s avonds of als tussendoortje.

Per persoon heb je één appel nodig. Schil de appel en snij deze in plakjes, na het klokkenhuis eruit te hebben gehaald. Neem natuurlijk wel de geschikte appels, niet van die appels die ‘moesen’

in de pan, zoals de reinette rassen, die zijn minder geschikt. Neem liever de Sterappel, Jonathan of Lombarts. Deze blijven vast van vorm.

Verhit wat olie in een koekenpan en bak de plakjes appel in 3-5 minuten zacht en goudbruin.

Besmeer ondertussen boterhammen met margarine. Beleg het brood met de gebakken appel en bestrooi het met kaneel en suiker naar smaak. Kaneel is een natuurlijke bloedverdunner en beschikt over bacteriostatische eigenschappen die bacteriegroei remt en antivirale eigenschappen heeft. Gezond en vooral lekker op de boterham!

Stem uit de boomgaard

Door: Fons Sluijsmans

De kersenoogst begon dit jaar vroeg. Door de klimaatverandering plukte ik de eerste kersen van het ras Burlat begin juni. Deze kersensoort komt uit de Franse Provence. In Nederland gedijen deze kersen alleen bij een warme lente zoals dit jaar. De vraag was heel groot want de vroege kersen hadden veel geleden van de nachtvorst in mei. De prijzen op de veiling liepen op naar de ongekende hoogte van € 5.50 per kilo. Vervolgens plukte ik Merchant en dit gaat naadloos over naar de Vanda. Mooie kersen die ik iedereen kan aanbevelen. Vervolgens zijn de latere soorten aan de beurt: Kordia (misschien wel de lekkerste), Karina en Regina. Deze soorten worden allen op laagstam geteeld maar ook op hoogstam doen deze soorten het goed.

Een probleem echter vormt de kersenvlieg die haar eitjes legt op de kersen die beginnen te kleuren. Vooral de latere soorten hebben hier last van. In de professionele kersenteelt wordt

gespoten met Gazelle en Calypso. De bestrijding van de Suzukivlieg vormt een ander probleem.

Het middel Tracer wordt met wisselend succes ingezet. De Hedelfinger, Gascognes, Bruine Spaanse etc. zijn helaas vooral nostalgie

geworden! De kunst is gedurende het hele seizoen zo’n zes weken dagelijks kersen te plukken en te leveren.

(9)

Onze handel met een aantal boerderijwinkels liep dit jaar buiten verwachting. Door Corona hadden deze winkels meer toeloop en daarom meer omzet. Half juli plukten we de laatste kersen die helaas te lijden hadden van de regen.

Ondertussen dienden de eerste pruimen (Opal) zich aan. Dit is een oud pruimen ras dat nog steeds erg gewild is vanwege zijn voortreffelijke smaak. Ook kun je er lekkere confituur van maken en heerlijke vlaaien mee bakken. Een echte aanrader temeer daar deze pruimensoort bijna ieder jaar een goede opbrengst heeft.

De rassen die vervolgens afrijpen zijn Voyageur (een nieuw ras dat wel snel last van luizen heeft) en Monsieur Hâtif (zoete pruim). Ongeveer gelijk zijn de Reine Claude d’Oullins (vernoemd naar een Frans dorpje) en de Reine Claude van Schouwen (vernoemd naar veredelaar) aan de beurt. Dan volgt het ras Jubilée; in de

professionele fruitteelt zeer gewild, een dikke pruim, mooi gekleurd en goed van smaak. Ze Lijkt beetje op de Belle de Louvain van vroeger maar voor de rest gaat iedere vergelijking mank.

Op het moment dat ik dit artikel schrijf ben ik bezig met de pluk van de Reine Viktoria (ook zeer gewild voor de vla) en de Mirabellen zijn nu ook rijp. Met deze laatste kun je lekkere confituur maken en/of inmaken. In Frankrijk wordt er daarbij vaak ‘Eau de vie’ van gestookt.

De pruimenoogst zal nog ongeveer veertien dagen doorgaan met de verschillende soorten bakpruimen onder andere ‘Anna Spät’. De laatste pruimen hebben vaak last van de pruimenmot, die haar eitjes afzet op de pruimen en vervolgens nestelen deze wormpjes zich in de pruim rond de pit. Bespuiten met Coragen kan dit insect effectief bestrijden.

Ik zou bijna de Reine Claude Verte (Ringelaote) vergeten te noemen. Nog steeds mijn favoriete pruim. Helaas op de veiling slecht betaald (te klein) en de jonge consument kent ze niet meer.

Ten gevolge van de Corona konden we helaas geen pruimendag organiseren maar hopelijk kan dit in het verleden succesvolle evenement, het volgend jaar in Ohé en Laak weer doorgang vinden.

In memoriam Ton Herijgers

In augustus is ons gewaardeerde PGL-lid Ton Herijgers overleden, hij werd 82 jaar. Als zoon van een boomkwekersfamilie en natuurmens in hart en nieren, droeg hij zijn kennis over

hoogstamfruitbomen vaak uit tijdens de activiteiten van het PGL. Ton had daarnaast een passie voor mandenvlechten. Als mandenvlechter met wilgentenen stond hij regelmatig met het PGL in Mesch en Eynderhoof. Ook was hij actief in de commissie ‘Boom van het jaar’ regio midden. In het PGL hebben we Ton leren kennen als een betrokken, sociale en behulpzame man. Wij zullen zijn inbreng missen en wensen zijn vrouw Netty en de kinderen sterkte met dit grote verlies.

Het bestuur van het PGL

(10)

ADRESSEN WERKGROEPEN

Agenda PGL 2020

Vooralsnog vinden er dit jaar geen activiteiten plaats.

Foto: Leipeer in Sint Geertruid

Kopij

Mailt u wel eens stukken aan de redactie?

Stuur dan losse tekst in Word en losse foto’s op jpg-formaat. Graag “platte tekst” aanleveren, dus geen opmaakopties als dubbele regelafstand, etc.

PDF-bestanden kunnen niet worden geplaatst.

Insturen Kopij

Kopij insturen vóór 4 december 2020.

Graag de kopij e-mailen naar het secretariaat via secretariaat@pgl.nu

Website PGL

U kunt oude Klumpkes bekijken in het archief.

Daarvoor is de gebruikersnaam: PGL en het wachtwoord archief.

Evenementen Wil Ramaekers evenementen@pgl.nu Inventarisatie en enten John Teunissen tel 0495-533395 Jack Bosch, tel 0475-561921 inventarisatie@pgl.nu Gastronomie

José Even

gastronomie@pgl.nu Fruit en sapverwerking

Ger Graus, sapverwerking@pgl.nu Publiciteit en pr

Tom Lemmerling, tel:043-4581910 Ronald Spits, publiciteit@pgl.nu Excursies

Rosi Beltgens excursie@pgl.nu Kersendag Fons Sluijsmans kersendag@pgl.nu Redactie Klumpke nieuwsbrief@pgl.nu Ledenadministratie ledenadministratie@pgl.nu

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Vooreerst had het be- stuur een vergunning gekregen om te verbouwen en (in verband met de verwachten nieuwbouw in de Malis- kamp) uit te breiden. Voorzitter en secretaris

In mei 1918 was de situatie zo slecht dat Schippers samen met zijn collega Koos Timmer (Jacobus Catharinus, 1889-1962) van Dorps- straat 46 de gemeenteraad te kennen gaf: ‘dat zij

Vanwege het landschap, de cultuur en de mensen ga ik erg graag op vakantie naar het prachtige Italië. Afgelopen jaren zijn we naar Elba en Sardinië.. geweest, echte aanraders!

Snijd de ui klein en fruit deze zacht in de olie. Snijd de courgettes in blokjes en voeg ze toe met 400 ml water en de halve bouillontablet. Kook dit in 10 minuten gaar. Was

De ouderlingen-kerkrent- meester, die dus lid zijn van de kerkenraad, maar ook het college van kerkrentmeesters als college dienen geen af- wachtende houding aan te nemen (naar

Communie door communicanten en ouders Communicanten: erg leuk omdat ik voor het eerst de Heilige Communie kreeg, en ook kaarsen mocht aansteken; in de kerk voel ik mij nog

Penningmeester Arthur van Schendel kon mededelen dat het jaar 2018 was afgesloten met een positief saldo, dankzij de lage kosten van de najaarsbijeenkomst, extra verkopen van

De elfduizend die achter de kazerne naar K.V. Mechelen-Roeselare zaten te kijken, kennen er niks van en waren alleen maar goed om de enige die er alles van weet,