• No results found

De toegankelijkheid van het hoger onderwijs wordt mede bepaald door de hoogte van het collegegeld

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "De toegankelijkheid van het hoger onderwijs wordt mede bepaald door de hoogte van het collegegeld"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Beantwoording van de 7 vragen uit het Integraal afwegingskader voor beleid en regelgeving (IAK)

Het Integraal afwegingskader voor beleid en regelgeving bevat normen waaraan goed beleid of goede regelgeving dient te voldoen. Uitgebreide informatie vind je op www.naarhetiak.nl (klik dan op de tekst “Naar het IAK” in de linker kolom).

1. Wat is de aanleiding?

De maatregel vloeit rechtstreeks voort uit het Regeerakkoord. Daarin is de volgende passage opgenomen: “We halveren het collegegeld voor het eerste jaar van het hoger onderwijs

(HBO/WO) met ingang van het collegejaar 2018/19. Voor de (academische) PABO’s halveren we het collegegeld voor de eerste twee jaar. Hiermee maken we studeren aan de (academische) PABO extra aantrekkelijk.”

2. Wie zijn betrokken?

Bij de uitwerking van het voorstel zijn in het bijzonder de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO), de Vereniging Hogescholen (VH), de Vereniging van Universiteiten (VSNU) en Stichting Studielink betrokken.

3. Wat is het probleem?

Ten eerste is het collegegeld voor eenieder een mogelijke financiële drempel die verlaagd kan worden. De toegankelijkheid van het hoger onderwijs wordt mede bepaald door de hoogte van het collegegeld. Een deel van de potentiële studenten maakt de afweging mede op grond van financiële overwegingen. Ten tweede is het lerarentekort in het basisonderwijs, voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs een prangend probleem.

4. Wat is het doel?

De regeringsverklaring noemde het “verlagen van de drempel om te gaan studeren” als overweging voor de collegegeldhalvering. Aanvullend kan als doel worden genoemd: het

voorkomen dat potentiële studenten op basis van een financiële reden afzien van een opleiding in het hoger onderwijs. Anderzijds wordt met halvering van het collegegeld voor alle

lerarenopleidingen voor 2 jaar getracht om meer studenten naar de lerarenopleidingen te trekken.

Hiermee wordt bijgedragen aan de bestrijding van het lerarentekort.

5. Wat rechtvaardigt overheidsinterventie?

Om het wettelijk collegegeld te halveren specifiek voor eerstejaars studenten en maximaal twee jaar voor studenten aan een lerarenopleiding is wetswijziging nodig.

In de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW) en in het

Uitvoeringsbesluit WHW 2008 (AMvB) is vastgelegd welke studenten wettelijk collegegeld en welke studenten instellingscollegegeld verschuldigd zijn. Ook is in de WHW vastgelegd dat de hoogte van het wettelijk collegegeld bij AMvB wordt vastgesteld en in welke gevallen studenten in aanmerking komen voor verlaging van het collegegeld.

(2)

6. Wat is het beste instrument?

Met dit wetsvoorstel wordt een grondslag in de WHW geïntroduceerd op basis waarvan bij AMvB voor bepaalde groepen studenten in het hoger onderwijs het wettelijk collegegeld kan worden verlaagd. In het wijzigingsbesluit wordt ten eerste geregeld dat de halvering van het wettelijk collegegeld in het eerste jaar geldt voor alle studenten (voltijd, deeltijd en duaal) die vanaf studiejaar 2018/2019 voor het eerst beginnen aan een opleiding in het bekostigd hoger

onderwijs. Daarmee geldt de halvering voor studenten die een associate degree-opleiding of een bacheloropleiding volgen op een hogeschool of universiteit. Studenten die een masteropleiding volgen komen niet in aanmerking voor de halvering.

Ten tweede wordt in het wijzigingsbesluit geregeld dat studenten die een lerarenopleiding volgen maximaal twee jaar een halvering van het wettelijk collegegeld ontvangen. Het jaar waarin de studenten voor het eerst beginnen aan een opleiding in het hoger onderwijs, ontvangen zij net als alle andere eerstejaars studenten en onder dezelfde voorwaarden een jaar halvering van het collegegeld. Studenten die een lerarenopleiding volgen kunnen vervolgens een tweede jaar halvering van het collegegeld ontvangen. Ook hiervoor geldt dat alleen studenten in aanmerking kunnen komen die vanaf studiejaar 2018/2019 voor het eerst beginnen aan een opleiding in het hoger onderwijs.

7. Wat zijn de gevolgen voor burgers, bedrijven, overheid en milieu?

Scholieren worden gestimuleerd een opleiding in het hoger onderwijs (associate degree-

opleiding, hbo-bachelor, wo-bachelor) te beginnen en mbo-studenten worden gestimuleerd door te stromen naar een associate degree-opleiding of hbo-bachelor. In het bijzonder worden

studenten gestimuleerd een lerarenopleiding te volgen. Instellingen ontvangen minder inkomsten uit collegegeld, maar worden hierin gecompenseerd door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap via de Rijksbijdrage.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Voor ruim een kwart van de universiteiten in de enquête telt het hebben van meer mogelijkheden voor de eigen instelling tot decentrale selectie van studenten als een van

• verschillen in samenstelling van de studentenpopulatie die direct instroomt, waarbij wordt vergeleken tussen opleidingen voor en na het instellen van een numerus fixus

Naarmate de instroom van internationale studenten in opleidingen met een beperkt aantal plaatsen toeneemt, zijn er dus minder beschikbare plaatsen voor Nederlandse studenten

Hiermee worden de voorgestelde bedragen verlaagd wettelijk collegegeld voor studiejaar 2018-2019 schematisch weergegeven; ze moeten gaan gelden voor het eerste jaar van alle

2.2.1 Halvering collegegeld voor eerstejaars associate degree- of bachelorstudenten In de amvb op grond van de onderhavige wetswijziging zal worden beschreven dat de halvering

Maar de arnhemsche neef had nog niet uitgesproken Hij zag Machteld met eerbiedige hoogachting aan, en terwijl hij van de bank opstond, plaatste hij zich naast haar stoel, terwijl

De effecten zijn met name kwalitatief van aard: er wordt niet zozeer een hogere instroom in het hoger onderwijs beoogd maar eerder een meer diverse instroom, waarbij het vooral voor

Omdat artikel 13 lid 4 Zvw niet toestaat dat de vergoeding voor niet-gecontracteerde zorg wordt gedifferentieerd naar de financiële draagkracht van de individuele verzekerde, zal