• No results found

Overzicht baten en lasten 2015 (x € 1.000) + = nadeel - = voordeel

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Overzicht baten en lasten 2015 (x € 1.000) + = nadeel - = voordeel"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Overzicht baten en lasten 2015 (x € 1.000) + = nadeel - = voordeel

Werkelijk Werkelijk

2014 Primair Herfstnota 2015

Algemeen bestuur € 3.752 € 3.672 € 3.739 € 3.711 Integrale veiligheid € 1.426 € 1.563 € 1.573 € 1.504 Verkeer en vervoer € 2.711 € 2.732 € 2.932 € 2.515 Economische zaken € 104 € 163 € 129 € 171 Onderwijs en kinderopvang € 2.510 € 2.569 € 2.577 € 2.355

Welzijn € 2.701 € 2.219 € 2.325 € 2.187

Maatschappelijke ondersteuning € 5.981 € 13.876 € 13.975 € 12.528 Sociale voorzieningen € 2.625 € 6.787 € 6.943 € 6.627 Landschap, milieu en groen € 739 € 925 € 1.319 € 1.039 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting € 5.182- € 1.684 € 1.694 € 1.321 Algemene dekkingsmiddelen € 26.777- € 35.779- € 37.186- € 37.240- Gerealiseerd totaal saldo baten en lasten 9.410- 411 19 3.282- Mutaties in reserves € 335 € 1.154 € 231- € 1.081

Gerealiseerd resultaat € 9.075- € 1.565 € 213- € 2.201-

V N V V

exclusief dekkingsvoorstel

Begroting 2015

Bijlage 1 Belangrijkste uitkomsten programmarekening 2015

Financiën

Resultaat 2015

Het boekjaar 2015 sluit met een voordelig saldo van € 2.201.000. Het voordelig resultaat is echter nagenoeg volledig ontstaan door incidentele meevallers. Hierna zal dit verder worden toegelicht en een doorvertaling worden gemaakt naar het structurele resultaat.

De resultatenrekening is opgenomen bij hoofdstuk 5.1. Hieronder is de verkorte weergave opgenomen.

Resultaat concern

Het gerealiseerd resultaat 2015 bedraagt voordelig € 2.201.000 (voordelig € 2.416.000 voor de algemene dienst en nadelig € 215.000 voor het grondbedrijf) In totaal is dit € 1.988.000 voordeliger dan het geraamde overschot van € 213.000.

Resultaat algemene dienst

De algemene dienst sluit met een voordeel van € 2.416.000, tegen een begroot voordeel van € 213.000.

(zie hoofdstuk 5.1) De afwijking met de herfstnota is voor de algemene dienst dus € 2.203.000 voordelig.

De belangrijkste afwijkingen zijn gedurende het jaar bij de zomer- en herfstnota al verwerkt, maar een aantal grote afwijkingen zijn pas later opgetreden.

De belangrijkste posten zijn:

• Restant diverse budgetten decentralisaties WMO en Jeugd V 1.060.000

• WMO huishoudelijke hulp toelage (gereserveerd) V 232.000

• Hogere OZB opbrengsten V 172.000

• Algemene uitkering; hogere uitkering over 2015 V 166.000

• Eenmalige ruimte kapitaallasten / rentevoordelen V 142.000

• Lagere bijdrage participatie 2015 werkbedrijf V 124.000

• Overige voordelige verschillen (gesaldeerd) V 307.000

V 2.203.000

(2)

Verlies Winst

Resultaat afgesloten complexen 1.182.768

Afboeking Bovenwijks 173.806

Toevoegingen voorzieningen 314.000

Zandwinning H1 195.347

Zandwinning Beuningse plas 195.000

Afboekingen Koningsgaarde 1/Asdonk (MVA) 95.159

Diverse kosten/opbrengsten 74.356

1.047.669 1.182.768 Bestemmingsreserve kwaliteit openbare ruimte Centrum 350.000

1.397.669 1.182.768

In paragraaf 4.10 wordt ingegaan op de grote incidentele voordelen over 2015 inzake de verschillende budgetten decentralisaties WMO, Jeugd en Participatie. De 3 decentralisaties zijn pas in werking getreden per 1 januari 2015. Er is nog onzekerheid over deze definitieve uitgaven en inkomsten over 2015.

Doordat de middelen voor de arbeidsmatige dagbesteding niet volledig zijn uitgegeven in 2015 door het Werkbedrijf, resteert ook op deze bijdrage Werkbedrijf een bedrag van € 124.000. Om bovenstaande redenen is het overschot over 2015 inzake WMO, Jeugd en Participatie (totaal ruim € 1,1 miljoen) in z’n geheel vooralsnog als een incidenteel overschot aangemerkt.

Van de geraamde toelage huishoudelijke hulp van € 262.000 is slecht € 30.000 uitgegeven. Conform het raadsbesluit van 14 juli 2015 is dit restant van € 232.000 gereserveerd zodat het in 2016 kan dienen als extra budget huishoudelijke hulp toelage voor cliënten alsmede voor behoud van werkgelegenheid in de huishoudelijke hulp sector.

De decembercirculaire was uiteraard bij de herfstnota nog niet bekend. Het verschil wordt met name veroorzaakt door wijziging van het aantal eenheden bijstandsontvangers (€ 153.000).

De eenmalige ruimte kapitaallasten en het voordeel op de werkelijk betaalde rente wordt gedurende het jaar wel ingeschat, maar pas bij het opstellen van de jaarrekening zijn de definitieve cijfers bekend. Zo zijn er meer kapitaallasten doorbelast naar de complexen grondbedrijf (gebaseerd op de werkelijke

boekwaardes uit de jaarrekening 2014) en is er aanzienlijk minder aan financieringsrente betaald. Mede doordat er niet bijzonder veel wordt geïnvesteerd, was het financieringstekort veel lager dan geraamd bij het opstellen van de begroting. Ook het verschuldigde rentepercentage was beduidend lager dan de geraamde 4% over het financieringstekort.

In hoofdstuk 5.2.2. wordt een opsomming gegeven van alle verschillen, inclusief grondbedrijf.

Hierbij wordt ook aangegeven welke verschillen uiteindelijk budgettair neutraal zijn omdat ze leiden tot een in omvang gelijke mutatie met een reserve. Zij beïnvloeden dan niet het uiteindelijke resultaat. Het BBV schrijft echter voor dat deze verschillen voor en na mutaties met reserves zichtbaar moeten zijn.

Tevens is hier aangegeven of de afwijkingen van incidentele of structurele aard zijn.

Wanneer we een onderscheid gaan maken tussen structureel en incidenteel resultaat dan constateren we een klein structureel overschot over 2015 van ± € 0,2 miljoen. Wanneer we kijken naar het geraamde tekort bij de begroting 2016 (inclusief dekkingsvoorstel) dan zien we een sluitende begroting met ook een klein overschot van € 0,1 miljoen. We zien dus dat de jaarrekening 2015 een bestendig beeld laat zien, maar wel met de belangrijke kanttekening dat we alle verschillen bij de decentralisaties (WMO, Jeugd en Participatie) vooralsnog geheel als incidenteel hebben aangemerkt.

Indien structurele verschillen uit 2015 zich ook daadwerkelijk voordoen in 2016 , zal dit worden meegenomen bij de zomernota 2016 en de daarbij behorende begrotingswijziging. Op basis van het 1

e

halfjaar is op die onderdelen een betere inschatting te maken wat de bijstelling van budgetten dient te zijn.

Tot slot wordt nog opgemerkt dat de opbrengst precariorechten nog niet structureel als inkomst is

opgenomen. In verband met de juridische onzekerheden die er nog steeds bestaan rondom deze aanslagen , is e.e.a. als volgt verwerkt: voor het nog openstaande bedrag is een voorziening dubieuze debiteuren gevormd, terwijl het reeds ontvangen bedrag vooralsnog is gestort in een voorziening vooruit ontvangen precariorechten. De opbrengst precariorechten is derhalve volledig buiten het rekeningresultaat 2014 en 2015 gehouden.

Resultaat grondbedrijf

De volledige verlies- en winstrekening grondbedrijf is opgenomen bij hoofdstuk 5.2.3. Kort samengevat:

(3)

Mede gelet op de invoering van de Vennootschapsbelasting per 1 januari 2016 en de aankomende wijzigingen van het BBV per 1 januari 2017, in eind 2015 het grondbedrijf kritisch doorgelicht.

Uiteindelijk ziet 2015 er als volgt uit:

-Er zijn in totaal 12 complexen afgesloten dan wel overgeboekt naar de algemene dienst.

-Er zijn 10 complexen daadwerkelijk afgesloten. Voor deze complexen was in het verleden veelal ook een voorziening getroffen. Deze voorzieningen zijn vrijgevallen. In totaal was dit € 7.458.000. Het eindresultaat van deze afsluitingen was in totaal positief € 1.182.000. Het betreft: Olden Tempel, Oranjekwartier, Alde Steeg, Keizershoeve 1, Roozenburg, Voormalig politiebureau, Ewijkse Plas, locatie Begoniastraat, locatie Regenboog en Structuurvisie Winssen. Van dit resultaat (in casu Oranjekwartier) is uiteindelijk nog wel conform het raadsbesluit van 17 november 2015 (Detailhandelvisie) een bedrag van € 350.000 in een bestemmingsreserve gestort voor maatregelen om de openbare ruimte in het centrum van Beuningen op te knappen.

-Ook zijn 2 complexen niet langer een woningbouwcomplex (Asdonk en Koningsgaarde 1) en de gronden zijn dan ook, tegen een lagere taxatiewaarde, overgeboekt naar de materiële vaste activa bij de algemene dienst. Het verlies hierbij van € 95.000 is in 2015 genomen. Ook voor deze complexen waren aanzienlijke voorzieningen getroffen in het verleden. Deze zijn in 2015 ook vrijgevallen. Deze bedroegen € 7.600.000.

-Verder is ook het complex Bovenwijks opgeheven. Dit leidde tot een negatief resultaat van € 173.000.

-Voor diverse complexen is naar aanleiding van de (jaarlijkse) bijstellingen/actualisaties gesaldeerd een bedrag van € 545.000 in de bijbehorende voorzieningen gestort.

-Voor de door de gemeente tot en met eind 2015 gemaakte kosten Zandwinning H1 worden nog twee termijnen van € 400.000 ontvangen (1 termijn gekoppeld aan het onherroepelijk worden van het bestemmingsplan en 1 termijn gekoppeld aan de start uitvoering). Het verschil tussen de boekwaarde ultimo 2015 van € 995.000 en het te ontvangen bedrag van € 800.000 is in 2015 als verlies geboekt.

-Bij de Zandwinning Beuningse Plas zijn er extra kosten ten opzichte van eerdere raming(en) opgetreden.

Deze zijn in de jaarrekening 2015 verwerkt. Extra uitgaven voor procedurekosten en inzet ambtelijk apparaat leiden er toe dat een aanvullende voorziening in 2015 nodig is van € 195.000. Dit om de einddatum van 2028 in stand te houden.

Dit alles heeft geleid tot een afname in 2015 van de voorziening voor de diverse complexen met € 14,4 miljoen. De totale voorziening komt per 31 december 2015 uit op een bedrag van € 6,5 miljoen.

In de paragraaf grondbeleid wordt dit verder toegelicht. Aan de complexen wordt nog slechts over de netto boekwaarde (investeringen -/- voorzieningen) per 1/1 rente toegerekend. De rente over de voorzieningen overige complexen komt voor rekening van de algemene dienst. De rente over de voorziening Zandwinning Beuningse Plas komt ook voor rekening van de algemene dienst.

Verschillenanalyses

De zomernota en de herfstnota zijn via een begrotingswijziging in de financiële administratie verwerkt. Dit betekent dat bij de jaarrekening alleen verschillen worden geanalyseerd tussen rekeningcijfers en

bijgestelde ramingen. Alle begrotingswijzigingen zijn door de raad vastgesteld. Structurele aanpassingen worden meegenomen naar het volgende boekjaar. (Zomernota 2016)

Uitgangspunt bij de analyse is dat als een post niet expliciet als incidenteel is aan te merken, er vanuit gegaan wordt dat deze structureel van aard is.

Resultaatbepaling en resultaatbestemming

Het gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten bedroeg voordelig € 3.282.000. Hierna hebben diverse resultaatbestemmingen, dat zijn mutaties met reserves, plaatsgevonden. In hoofdstuk 5.2.1 in een overzicht opgenomen van alle mutaties met de reserves.

Het BBV schrijft voor dat mutaties met reserves niet functioneel worden verantwoord, maar worden beschouwd als resultaatbestemming. Dit heeft wel tot gevolg dat er op de programma’s vele verschillen kunnen ontstaan, welke later via de resultaatbestemming worden verrekend met reserves.

Het gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten voordelig € 3.282.000

Saldo mutaties met reserves (storting) - - 1.081.000

Gerealiseerd resultaat voordelig € 2.201.000

(4)

31.12.15 31.12.14 31.12.15 31.12.14

Materiële vaste activa € 45.225 € 41.136 Gerealiseerd resultaat € 2.201 € 9.075 Financiële vaste activa € 16.889 € 22.859 Algemene reserve AD € 3.098 € 1.858 Algemene reserve GB € 19.468- € 15.443- Algemene reserve GB Zandwinning € 12.829- Totaal vaste activa 62.114 63.995 Overige reserves € 3.927 € 3.816

Voorraden € 49.385 € 67.071 Totaal eigen vermogen 10.242- 13.523- Af: Voorzieningen € 27.402- € 41.990-

Totaal voorraden € 21.983 € 25.081

Voorzieningen € 10.877 € 10.079 Vorderingen € 11.535 € 8.724 Langlopende schulden € 87.742 € 92.125 Liquide middelen € 398 € 3 Kortlopende schulden € 6.602 € 8.273 Overlopende activa € 372 € 122 Overlopende passiva € 1.423 € 971

Totaal vlottende activa 34.288 33.930 Totaal vreemd vermogen 106.644 111.448

Totaal € 96.402 € 97.925 Totaal € 96.402 € 97.925

Balans per 31-12-2015 (x € 1.000)

Ná deze vastgestelde bestemmingen resulteert er een saldo waaraan de raad in het lopende boekjaar nog een definitieve bestemming dient te geven. Dit resultaat is dan ook afzonderlijk op de balans opgenomen en wordt pas in het boekjaar 2016 als resultaatbestemming vorig dienstjaar definitief geboekt. Hiervoor is de 6

e

begrotingswijziging 2016 samengesteld. Van dit eindresultaat wordt voorgesteld:

1. Storting in de algemene bedrijfsreserve algemene dienst € 2.416.000 2. Onttrekking aan de algemene bedrijfsreserve grondbedrijf € 215.000

Bij deze 6

e

begrotingswijziging 2016 wordt tevens voorgesteld om de restantbedragen per 31 december 2015 van onderstaande eenmalige posten opnieuw beschikbaar te stellen per 1 januari 2016:

• Reserve eenmalig prioriteiten € 774.512 (hoofdstuk 3.3)

• Reserve automatisering € 48.141

In totaal een bedrag van € 822.653. Voorheen werd dit steeds voorgesteld bij de zomernota, maar nu reeds bij de vaststelling van de programmarekening. Dit om enerzijds de formele beschikbaarstelling eerder in de tijd te laten plaatsvinden (belangrijk voor de budgetbewaking), anderzijds om de zomernota compacter te maken en meer te beperken tot het weergeven van afwijkingen.

De eenmalige middelen ten laste van reserve bezuinigingen (paragraaf 4.9) zijn deels al in de primaire begroting 2016 opgenomen. Eventuele aanvullende onttrekkingen hieraan worden meegenomen bij de zomer-/herfstnota 2016.

De verschillen in reservemutaties komen in eerste instantie naar voren bij de diverse programma’s. Daar wordt een en ander inhoudelijk toegelicht. Bij het programma Algemene dekkingsmiddelen is het

onderdeel mutaties met reserves zelf opgenomen. Daar vinden we de betreffende resultaatbestemmingen in zijn totaliteit terug. Hoofdstuk 7.1 geeft een totaaloverzicht van alle autorisaties m.b.t. de reserveringen.

Aan alle reserveringen ligt eerdere besluitvorming ten grondslag.

Mutaties met voorzieningen blijven buiten de resultaatbestemmingen. Deze mutaties van voorzieningen worden ingevolge het BBV functioneel verantwoord.

Bij de bepaling van het resultaat zijn verder alle posten meegenomen, die bekend waren op het moment van samenstelling van de jaarrekening. Voor zover mogelijke verplichtingen nog niet kwantificeerbaar zijn, worden zij opgenomen in de paragraaf weerstandsvermogen en/of bij de niet uit de balans blijkende verplichtingen.

Baten en lasten worden verantwoord in het jaar waarop ze betrekking hebben (=factuurbasis), ongeacht het moment waarop de gelden worden ontvangen of betaald (=kasbasis).

Balans (verkort)

(5)

Vaste activa

Bij hoofdstuk 6.2 toelichting concernbalans wordt het verloop van de vaste activa nader uiteengezet. In totaal is de boekwaarde met € 1,8 miljoen afgenomen.

Er is in 2015 voor € 7,4 miljoen geïnvesteerd, zijnde: € 1,3 wegen, € 1,4 riolering, € 1,7 welzijns-

accommodaties en € 0,3 overige investeringen. Het restant van € 2,7 miljoen betreft de overboeking vanuit het grondbedrijf naar de materiële vaste activa van de taxatiewaarde gronden Asdonk en Koningsgaarde 1.

Daarnaast is € 1,0 miljoen subsidie ontvangen van de Provincie en Stadsregio inzake de reconstructie van Heemstraweg Weurt , en € 0,3 miljoen voor de overdracht van de brandweerkazerne aan de

Veiligheidsregio.

Verder is er voor € 1,9 miljoen regulier afgeschreven op vaste activa en voor € 6,0 miljoen aan aflossingen ontvangen op verstrekte geldleningen. Dit laatste bestaat voor € 5,6 miljoen uit vervroegde aflossingen van verstrekte hypothecaire geldleningen ambtenaren.

Vlottende activa; voorraden

Per 31 december 2015 was het geïnvesteerd vermogen complexen grondexploitatie € 21,9 miljoen. De afname in 2015 was € 3,2 miljoen.

De voorraden worden netto verantwoord op de balans. De investeringskosten worden verminderd met de saldi van de voorzieningen die voor de betreffende complexen zijn getroffen. De afname van deze boekwaarde zit dus zowel in de uitgaven/inkomsten complexen in 2015, als in de mutaties van de voorzieningen. Hiervoor is al uitgebreid toegelicht hoe het exploitatieresultaat van het grondbedrijf tot stand is gekomen. Van de 10 afgesloten complexen zijn zowel de investeringskosten als de voorzieningen afgeboekt. Dit geldt ook voor de complexen Asdonk en Koningsgaarde 1 die zijn overgeboekt naar de materiële vaste activa op de balans.

Dit alles bij elkaar heeft geleid tot een afname van de waarde van de voorraden grondexploitaties met € 3,2 miljoen. Enerzijds zijn de investeringskosten met € 17,6 miljoen afgenomen als gevolg van gedane uitgaven verminderd met verkoopopbrengsten alsmede de afsluiting van complexen (resultaatnemingen) en de overboekingen naar de materiële vaste activa. Anderzijds zijn om dezelfde redenen en de jaarlijkse actualisaties de voorzieningen met € 14,4 miljoen afgenomen. Samengevat:

In verband met mogelijke herziening van de prognoses woningbouw (aanpassing fasering) is reeds in 2013 een voorziening getroffen van € 0,2 miljoen. Deze is in 2015 vrijgevallen.

Voor verdere specificaties wordt verwezen naar de paragraaf grondbeleid, de paragraaf reserves en voorzieningen alsmede de toelichting bij de balans.

Overige vlottende activa

Deze zijn in 2015 toegenomen met € 3,4 miljoen. De vorderingen worden ook netto op de balans

opgenomen, dus verminderd met eventuele voorzieningen in verband met het dubieuze karakter ervan. Dit geldt met name voor de vorderingen precariorechten. Hier staat eenzelfde voorziening tegenover. De

“opbrengsten” precariorechten zijn zowel in 2014 als 2015 volledig buiten het rekeningresultaat gehouden.

Saldi van rekeningcourant tegoeden bij de banken worden gesaldeerd, dus afhankelijk van het eindsaldo debet of credit op de balans verantwoord. De stijging in 2015 wordt veroorzaakt door het sinds 2014 verplichte schatkistbankieren. Per 31 december 2015 was voor € 3,0 miljoen aan overtollige middelen uitgezet.

Reserves en voorzieningen

Voor de aard en doelstelling van alle reserves en voorzieningen wordt allereerst verwezen naar de laatste nota Reserves en Voorzieningen 2013 die door de raad in januari 2013 is vastgesteld. Hierna worden alleen de reserves kort beschreven, de voorzieningen blijven hier buiten beschouwing.

Diverse complexen afgesloten in 2015; vrijval -€ 7,5

Vrijval ivm overboeking complexen MVA -€ 7,6

Noodzakelijke stortingen voorzieningen ivm actualisaties € 0,5

Storting voorziening Zandwinning Beuningse Plas € 0,2

-€ 14,4

(6)

Mutatieoverzicht reserves (x € 1.000)

+ = voordeel - = nadeel

Autorisatie Aanvullend

Omschrijving

Saldo 31-12-2014

Resultaat 2014

Saldo 01-01-2015

Mutaties reserves

Saldo 31-12-2015

Resultaat 2015

Saldo 1-1-2016

Algemene reserve algemene dienst € 1.858 € 1.406 € 3.264 € 166- € 3.098 € 2.416 € 5.514 Algemene reserve grondbedrijf € 15.443- € 7.669 € 7.774- € 11.694- € 19.468- € 215- € 19.683- Algemene reserve GB Zandwinning € 12.829- € 12.829- € 12.829 € - € - Overige bestemmingsreserves € 3.816 € 3.816 € 111 € 3.927 € 3.927

Totaal € 22.598- € 9.075 € 13.523- € 1.080 € 12.443- € 2.201 € 10.242-

negatief negatief

ALGEMENE DIENST x € 1.000

Saldo 31 december 2014 voordelig 1.858

Resultaatbestemming vorig boekjaar (2014) 1.406

Bijdrage begrotingstekort 2015 (Primair geraamd; algemene uitkering NUP) -231

Rentebijschrijving 2% 65

Saldo 31 december 2015 3.098

Storting restant gerealiseerd resultaat 2015 2.416

Saldo 1 januari 2016 voordelig 5.514

2016

Begrotingssaldo na belastingvoorstellen etc. 106

Zomernota 2016 p.m.

106

voordelig 5.620

GRONDBEDRIJF x € 1.000

Saldo 31 december 2014, weerstandsvermogen nadelig -15.443

Bijdrage algemene dienst in tekort grondbedrijf 116

Resultaatbestemming vorig boekjaar (2014) 7.669

Saldo 31 december 2015 -7.658

Onttrekking restant gerealiseerd resultaat 2015 -215

Saldo nadelig -7.873

Overboeking algemene reserve Zandwinning Beuningse Plas -11.811

Saldo 1 januari 2016 nadelig -19.684

GRONDBEDRIJF ZANDWINNING x € 1.000

Saldo 31 december 2014 nadelig -12.829

Rentevoordeel nieuwe geldlening 2012 tbv aflossing zandwinning 218

Aflossing zandwinning 800

Saldo nadelig -11.811

Overboeking naar algemene reserve GB (weerstandsvermogen) 11.811

Saldo 1 januari 2016 nadelig 0

In de paragraaf reserves en voorzieningen (alsmede bij de toelichting op de balans) worden het doel en het verloop van alle reserves en voorzieningen ook uiteengezet.

Algemene reserve algemene dienst

De algemene reserve is in 2015 met € 3,7 miljoen toegenomen. Het verloop ziet er als volgt uit:

Algemene reserves grondbedrijf

Deze algemene reserves zijn in 2015 met € 8,6 miljoen toegenomen. Vooruitlopend op de begroting 2016, waarbij de algemene reserve grondbedrijf en de reserve Zandwinning Beuningse Plas zijn samengevoegd, zijn deze op de balans per 31 december 2015 ook al samengevoegd. Het verloop ziet er als volgt uit:

Dit negatieve saldo wordt door de algemene dienst aangezuiverd. De bijdrage vanuit de algemene dienst is

zodanig dat deze negatieve algemene reserve grondbedrijf in 2024 is teruggebracht tot 0.

(7)

De bijdrage vanuit de algemene dienst voor de aanzuivering was in 2015 € 1,1 miljoen. (€ 0,8 miljoen vaste aflossing Zandwinning, € 0,2 miljoen rentevoordeel vaste geldlening t.g.v. Zandwinning en € 0,1 miljoen vaste bijdrage t.g.v. algemene reserve grondbedrijf)

Overige bestemmingsreserves

De overige reserves zijn per saldo slechts met € 0,1 miljoen toegenomen. De stortingen waren: de reserve MFA Kloosterhof Weurt (€ 0,1), de reserve Kwaliteit Openbare Ruimte Centrum (€ 0,3) en de reserve decentralisaties (€ 0,3). De onttrekking (- € 0,6) was met name de inzet van de reserves eenmalige prioriteiten en reserve bezuinigingen. Over 2015 zijn verder geen bijzonderheden te vermelden. Het grondbedrijf beschikt niet over bestemmingsreserves.

Voorzieningen

Dit zijn de overige voorzieningen, niet zijnde voorzieningen ten behoeve van de bouwgrondexploitatie. De overige voorzieningen zijn in 2015 met € 0,8 miljoen toegenomen. De belangrijkste stortingen waren die in de voorziening pensioen wethouders (€ 0,3 miljoen) en in de voorziening voor afgesloten complexen (€ 0,6 miljoen). Deze laatste stortingen waren het gevolg van de afsluiting van diverse complexen en de opheffing van het complex Bovenwijks. Verder wordt hiervoor slechts verwezen naar de paragraaf reserves en voorzieningen alsmede de toelichting bij de balans.

Langlopende schulden

De afname van € 4,4 miljoen is het gevolg van de reguliere aflossingen van opgenomen langlopende geldleningen. Er zijn geen nieuwe geldleningen afgesloten in 2015.

Kortlopende schulden

Deze zijn met € 1,2 miljoen afgenomen. Dit is met name veroorzaakt door de schuld in rekeningcourant per 1 januari 2015 van € 1,9 miljoen, welke als kortlopende schuld credit op de balans stond. Het positieve rekening-courant tegoed per 31 december 2015 staat echter bij de liquide middelen debet op de balans.

Tegenover deze afname staat een toename van het openstaande crediteurensaldo met € 1,1 miljoen. In principe hebben deze posten een normale afloop in 2016. Wel zit er dit jaar een grote raming in van € 0,6 miljoen voor nog onderhanden werken sociaal domein en declaraties thuiszorg over het 4

e

kwartaal.

Verder zijn de van derden vooruit ontvangen middelen met € 0,4 miljoen afgenomen.

Tot slot wordt opgemerkt dat deze van derden ontvangen middelen ingaande 2015 opgenomen zijn bij de overlopende passiva en niet meer bij de kortlopende schulden.

Begrotingsoverschrijdingen

In hoofdstuk 7.2 is een overzicht opgenomen van de totale uitgaven per programma, afgezet tegen de begrote uitgaven zoals die zijn geautoriseerd door de raad. De overschrijdingen zijn wel gecorrigeerd voor de doorbelastingen van kapitaallasten en ambtelijke uren. Deze ambtelijke uren worden weliswaar per programma geraamd, maar kunnen in werkelijkheid op basis van het organisatie brede tijdschrijven hiervan afwijken en zodoende vinden er verschuivingen plaats tussen de verschillende programma’s. De hierdoor ontstane “overschrijdingen” van uitgaven worden ieder jaar pas achteraf formeel geautoriseerd bij de vaststelling van de programmarekening. Na deze aanpassingen blijkt dat er géén overschrijdingen aan de uitgavenzijde van de programma’s hebben plaatsgevonden.

Bezuinigingen

Allerlei onderdelen van de ingezette noodzakelijke bezuinigingsoperaties zijn in de programmarekening verwerkt. Voor de stand van zaken qua realisaties, wordt hier alleen verwezen naar de paragraaf 4.9 bezuinigingen.

Tijdspad

Ingevolge de gemeentewet dient de programmarekening voor 15 juli door de raad te worden vastgesteld

en, inclusief accountantsrapport, aan de Provincie te worden toegezonden.

(8)

De controle van de programmarekening door accountantskantoor Ernst & Young heeft inmiddels plaatsgevonden. De controleverklaring , alsmede het verslag van bevindingen, worden na ontvangst ter inzage gelegd. Hierover zal ook afzonderlijk worden gerapporteerd.

De opmerkingen uit het accountantsrapport 2014 zijn waar mogelijk in de programmarekening 2015 verwerkt. Over de managementletter 2015 is afzonderlijk gerapporteerd.

Communicatie

De programmarekening wordt aan de raad ter vaststelling voorgelegd. Deze programmarekening heeft

geen afzonderlijke bijlagen. Indien gewenst kan op aanvraag nadere informatie op onderdelen (digitaal)

worden verstrekt. Na vaststelling door de raad wordt de programmarekening 2015 geplaatst op de website

van de gemeente Beuningen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De totale kosten van dit project zijn begroot op € 99.000 waaraan Wilde Ganzen €33.000 bijdraagt zodra de stichting met eigen fondsenwerving een bedrag van € 66.000 heeft

Vanuit de Stichting bereiden wij een tentoonstelling voor van het beeldende werk van Christiaan Johannes van Geel, die de uitgave van de biografie moet gaan

68 2016 Materiaal evenementen 20.000,00 20.000,00 Budget voor aanschaf materialen te gebruiken bij. evenementen (dranghekken, verkeersborden

Tafeltennis Vereniging Olympia 54, bijdrage aanschaf tafel rolstoelspelers 905 Sport Fryslân, bijdrage voorlichtingsproject Sporten met een handicap: een 4.000 UMCG CvR -

Momenteel levert sparen weliswaar weinig op, maar er hoeft dan ook geen bank‐fee worden betaald  (in  het  mandaat  1%  van  het  uitstaande  vermogen). 

Naar ons oordeel: • geeft de in de jaarstukken opgenomen jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van zowel de baten en lasten over 2019 als van de activa

Stichting Zending Wereldwijd heeft besloten deze projecten in Kameroen uit te voeren, in samenwerking met evangelisten en andere christelijke organisaties met een

De lasten worden bepaald met inachtneming van de hiervoor vermelde grondslagen van waardering en toegerekend aan het verslagjaar waarop zij betrekking