Monitor Leefbaarheid en Veiligheid 2019

(1)

Buurt- en dorpsenquête 2019

Monitor Leefbaarheid en Veiligheid

Oosterhout

(2)

Buurt- en dorpsenquête 2019: Monitor Leefbaarheid en Veiligheid Oosterhout

Oosterhout (januari 2020) – De inwoners van Oosterhout oordelen gunstig over hun eigen woonomgeving. Het gros (93%) vindt de eigen woonbuurt prettig om in te wonen. Dewoningkrijgteen 8,0endewoonomgevingeen 7,7alsgemiddeldrapport- cijfer. Ook de sfeer in de woonbuurt en de leefbaarheid scoren een voldoende. Over het algemeen krijgen de kerkdorpen en Vrachelen de hoogste cijfers en delen van Oosterheide de laagste.

De fysieke kwaliteit van de woonbuurt wordt bepaald aan de hand van het oordeel van de bewoners over de netheid (mate van verloedering) en de sociale kwaliteit via het oordeel over het leefklimaat (mate van overlast). Hoe lager de score, hoe beter.

De sociale kwaliteit scoort gemiddeld 36 punten (lichte mate van overlast) en de fysieke kwaliteit krijgt 50 punten (matige verloedering). Met name het onderhoud en schoonhouden van de woonbuurt wordt mindergoed beoordeeld. Zo heeft bijna 35 procent van de inwoners vaak overlast van honden(poep) in de woonbuurt en vindt 28 procent dat er vaak rommel (zwerfvuil) ligt op straat en in plantsoenen. Ook wordt er geklaagd over onkruid in plantsoenen en de verharding. De beste scores krijgen de kerkdorpen en Vrachelen en het slechtst scoren delen van Slotjes, Oosterheide en Dommelbergen.

De leefbaarheid wordt in sterke mate ook bepaald door het veiligheidsgevoel. Zo’n 1,6 procent van de inwoners voelt zich vaak onveilig in de eigen woonbuurt. Het aandeel dat zich vaak onveilig voelt in de eigen buurt is het hoogst in delen van de wijken Oosterheide, Dommelbergen, Slotjes en Strijen. In de kerkdorpen, de wijken

Vrachelen en West en delen van de wijken Dommelbergen en Oosterheide is dit het laagst.Derapportcijfersdieaandeveiligheidindeeigenwoonbuurtwordengegeven, onderstrepen dat het merendeel van de inwoners zich er veilig voelt. Zo krijgt de sociale veiligheid een 7,2 als gemiddeld rapportcijfer en ook de fysieke veiligheid krijgt met een 7,2 een goede beoordeling. Geen enkele wijk in de stad krijgt een onvoldoende, hoewel er wel verschillen zijn tussen de buurten. Alleen in de natuurkundigenbuurt (in de wijk Oosterheide) blijft de beleving van de sociale veiligheid net onder de 6 steken.

Veelinwonershebbenhetgevoeldatvermogensdelicten(criminaliteitenvandalisme) en bedreigende situaties vaak voorkomen in hun woonbuurt. Het aandeel inwoners dat in 2019 naar eigen zeggen slachtoffer was van criminaliteit of vandalisme is gestegen van 3,6 procent in 2017 naar 4,2 procent in 2019. Een nadere analyse van het slachtofferschap laat zien dat er bijna over de gehele linie sprake is van een toename van het aantal Oosterhouters dat zegt in 2019 slachtoffer te zijn geweest van criminaliteit of vandalisme in de eigen woonbuurt. De grootste toename was bij poging tot woninginbraak en woninginbraak; bij diefstal uit auto’s, bedreiging met fysiek geweld en zakkenrollerij was sprake van een lichte afname.

De Monitor Leefbaarheid en Veiligheid maakt onderdeel uit van de Oosterhoutse Buurt- en dorpsenquête die in juni 2019 is uitgezet onder 9.800 inwoners van 18 jaar en ouder. Bijna 31 procent heeft gebruik gemaakt van de gelegenheid om zich uit te spreken over het woon- en leefklimaat in hun directe woonomgeving.

Een uitgave van de gemeente Oosterhout

rapporteur: team Gegevensmanagement, Onderzoek & Statistiek gereed: 20–01–2020

oplage: digitale pdf-versie

vindplaats: www.oosterhout.nl/metamenu/over-de-gemeente/feiten-en-cijfers/onderzoek/buurtenquete

(3)

1 Inleiding

De Oosterhoutse Buurt- en dorpsenquête is een vorm van burgeronderzoek waar- bij, via een uitgebreide vragenlijst, meerdere thema’s tegelijkertijd aan een representatief deel van de inwoners worden voorgelegd. Dit onderzoek geeft inzicht in de mate van tevredenheid van de inwoners (burgers) over diverse aspecten van het woon- en leefklimaat in de gemeente Oosterhout, en in de wijken, dorpen en buurten in het bijzonder. De Buurtenquête wordt om de twee jaar uitgevoerd.

Tenbehoevevandezegrootschaligeenquêteisuithetbevolkingsbestandeensteek- proef getrokken van 9.800 inwoners van 18 jaar en ouder. Deze personen zijn willekeurig geselecteerd (a-select), maar daarbij is wel rekening gehouden met een evenwichtige verdeling over de Oosterhoutse buurten en kerkdorpen. Het onderzoek is in juni 2019 uitgezet. In totaal hebben 3.012 inwoners aan dit onderzoek meegedaan, een respons van bijna 31 procent.

Aangezien er ook uitspraken worden gedaan per buurt, is het belangrijk dat de resultaten ook per woongebied representatief zijn. De minimale respons van 25 á 30 procent is in alle woonbuurten gehaald. Om de betrouwbaarheid verder te vergroten zijn de onderzoeksresultaten bovendien nog gewogen naar leeftijd en woonbuurt. Hiermee is gegarandeerd dat de onderzoeksresultaten representatief zijn voor de Oosterhoutse bevolking van 18 jaar en ouder in alle Oosterhoutse wijken, buurten en kerkdorpen.

Een van de vaste onderdelen van de Buurtenquête is de Monitor Leefbaarheid en Veiligheid Oosterhout. Deze biedt een evenwichtig en representatief beeld van hoe de Oosterhouters aankijken tegen de leefbaarheid en veiligheid in hun eigen woonbuurt. Tot 2002 werd de monitor uitgevoerd op wijkniveau; de L&V-monitor 2019 is de vijfde peiling op buurtniveau.

De monitor bestaat uit drie hoofddelen, te weten: algemeen oordeel, leefbaarheid en veiligheid. Elk hoofddeel is opgebouwd uit zowel rapportcijfers als indicatoren.

Derapportcijfersgevenvooralhetalgemene(subjectieve)gevoelweerdatbewoners hebben bij de leefbaarheid en veiligheid van hun woonbuurt. De indicatoren geven een samengesteld en gewogen beeld van de beleving van de bewoners vanuit hun rol als ervaringsdeskundigen.

De L&V-monitor is een belangrijke dataleverancier voor de “Atlas van Oosterhout”.

Met name de wijken buurtprofielen in de Atlas worden onder andere ook gevoed met gegevens uit de monitor over de leefbaarheid en veiligheid in de Oosterhoutse wijken en buurten.

Inhoudsopgave

1 Inleiding 3

2 Samenvatting 4

3 Het algemeen oordeel over de eigen woonbuurt 6

3.1 Algemeen oordeel 6

3.2 Rapportcijfers 8

3.3 Ontwikkelingen 10

4 De leefbaarheid in de eigen woonbuurt 12

4.1 Fysieke kwaliteit 12

4.2 Sociale kwaliteit 16

4.3 Sociale cohesie 20

4.4 Voorzieningen 24

5 De veiligheid in de eigen woonbuurt 30

5.1 Veiligheidsgevoel 30

5.2 Sociale en fysieke veiligheid 32

5.3 Vermogensdelicten en bedreiging 36

5.4 Slachtofferschap 40

6 Overzichtskaart wijken buurtindeling Oosterhout 46

(4)

2 Samenvatting

In juni 2019 is de Oosterhoutse Buurt- en dorpsenquête gehouden. Hierin kunnen inwoners zich onder andere uitspreken over het woonklimaat, de leefbaarheid en de veiligheid in hun eigen directe woonomgeving. Dit vormt de basis voor de Monitor Leefbaarheid en Veiligheid Oosterhout. In deze monitor wordt gewerkt met rapportcijfers en indicatoren. De indicatoren zijn samengesteld aan de hand van diverse enquêtevragen en hebben een berekende waarde die ligt tussen de 10 (laag) en 100 (hoog). De score geeft aan of de woonbuurt gunstig of juist ongunstig scoort ten opzichte van andere woonbuurten en het gemiddelde voor de gemeente.

2.1 Algemeen oordeel

De inwoners van de gemeente Oosterhout oordelen gunstig over hun eigen woonomgeving. Het gros (93%) vindt de eigen woonbuurt prettig om in te wonen en ruim 69 procent is daar wel aan gehecht. Zo’n 3 procent vindt het vervelend om in die buurt te wonen en ruim 8 procent wil als het maar even kan verhuizen.

Geen enkele wijk of woonbuurt scoort matig of slecht (lager dan 55) op de indicator algemeen oordeel. Het hoogst scoren de kerkdorpen (88) en het laagst de wijk Oosterheide (75). Op buurtniveau scoren de Warandebuurt (89), Slotjes-West (88), de Contreie (87), Leijsenakkers (87) en de Vlinderbuurt (86) het hoogst. De laagste scores krijgen de Bloemenbuurt (68) en de Natuurkundigenbuurt (68).

Ook de algemene rapportcijfers die de inwoners aan hun directe woonomgeving geven, laten zien dat men tevreden is over de eigen woonbuurt. Zo krijgt de woning een 8,0 en de woonomgeving een 7,7 als gemiddeld rapportcijfer. Ook de sfeer in de woonbuurt en de leefbaarheid scoort met respectievelijk een 7,3 en een 7,6 een ruime voldoende. Hoewel er op buurtniveau verschillen zijn, krijgt geen enkele buurt in Oosterhout een onvoldoende.

2.2 Leefbaarheid

De fysieke kwaliteit van de woonomgeving wordt bepaald door het oordeel van de bewoners over de netheid (mate van verloedering) van hun woonbuurt. Hoe lager de score op deze indicator, hoe beter. De fysieke kwaliteit in Oosterhout haalt een gemiddelde score van 50 punten (matige verloedering); een nagenoeg gelijke score met eerdere peilingen. De beste score krijgt de wijk Vrachelen (45) en de slechtste score de wijk Oosterheide (53). Op buurtniveau zijn de verschillen groter en zijn er een aantal buurten die duidelijk boven de wijkscores uitkomen. Het slechtst scoren de Schrijversbuurt (59), Natuurkundigenbuurt (57), Donkenbuurt (55), Beemden- buurt (55) en Slotjes-Midden (55). De beste scores krijgen de Vlinderbuurt (43),

Warandebuurt (44) en Molenbuurt (44). Uit de uitgedeelde rapportcijfers blijkt dat het onderhoud en schoonhouden van de buurt minder goed wordt beoordeeld. Zo heeft bijna 35 procent van de inwoners vaak overlast van honden(poep) in de woonbuurt en vindt 28 procent aan dat er vaak rommel ligt op straat en in plantsoenen.

Ook wordt er geklaagd over onkruid in plantsoenen en de verharding.

De sociale kwaliteit van de woonomgeving wordt bepaald door het oordeel van de bewoners over het leefklimaat (mate van overlast) in hun woonbuurt. Hoe lager de score op deze indicator, hoe beter. De sociale kwaliteit in Oosterhout scoort gemiddeld 36 punten (lichte mate van overlast); een nagenoeg gelijke score als bij eerdere peilingen. De beste score krijgt het kerkdorp Den Hout (29) en de slechtste score de wijk Oosterheide (42). Op buurtniveau zijn de onderlinge verschillen beduidend groter. Het slechtst scoren de Natuurkundigenbuurt (53), Schrijversbuurt (50) en Slotjes-Midden (43). De beste scores worden gehaald in de buurten Kanaleneiland (25), Vlinderbuurt (28) en Slotjes-West (30). Ook uit de rapportcijfers blijkt dat de sociale kwaliteit in een aantal buurten in met name de wijken Ooster- heide, Slotjes en Dommelbergen minder goed scoort.

Voor het vergroten van de leefbaarheid in de eigen woonomgeving is het belangrijk dat bewoners zich daar thuis voelen en elkaar kennen (saamhorigheid). Een goede graadmeter hiervoor is de indicator sociale cohesie. Deze scoort 67 punten. Dit betekent dat er zeker sprake is van sociale samenhang in de gemeente. De hoogste score wordt gehaald in de kerkdorpen (boven de 75) en de laagste score in de wijk Oosterheide (62). Uit de rapportcijfers blijkt dat de inwoners zich thuis voelen bij de mensen in hun woonbuurt (6,8) en dat ze van mening zijn dat er zeker sprake is van saamhorigheid in hun buurt (6,1). Ook vinden ze dat de mensen daar op een prettige manier met elkaar omgaan (7,3), elkaar kennen (6,3) en voor elkaar klaarstaan als dat nodig is (6,6). De kerkdorpen krijgen over het algemeen de hoogste rapportcijfers,terwijleenaantalbuurtenindewijkenOosterheide,SlotjesenDommelbergen de laagste cijfers krijgen.

Ook de aanwezigheid van voorzieningen in de woonomgeving draagt bij aan de leefbaarheid. Het aanbod en de kwaliteit van de voorzieningen in de directe woonomgeving krijgt 69 punten op deze indicator. Het meest tevreden zijn de inwoners over de nabijheid van winkels voor dagelijkse boodschappen (7,8), scholen voor basisonderwijs (7,4) en de nabijheid van openbaar groen (7,3). Ook de gezondheid- en welzijnsvoorzieningen, ruimte voor sport & bewegen, openbaar vervoer en de parkeergelegenheid in de buurt scoren goed. Het meest tevreden zijn de stads- bewoners. In de kerkdorpen is men vooral ontevreden over het gebrek aan winkels, het openbaar vervoer en gezondheid- en welzijnsvoorzieningen.

(5)

2.3 Veiligheid

De leefbaarheid wordt in sterke mate bepaald door het veiligheidsgevoel. Deze is het hoogst in de eigen woonbuurt. Zo voelt bijna 22 procent van de Oosterhouters zich wel eens onveilig in de gemeente en mijdt 4,4 procent van hen vaak bepaalde plekken in de gemeente omdat ze die als onveilig ervaren. In de eigen woonbuurt voelt ruim 13 procent van de inwoners zich er wel eens onveilig en mijdt nog geen 3 procent er vaak bepaalde plekken. Het aandeel dat zich in de eigen woonbuurt vaak onveilig voelt, is nog lager (1,6%), maar hoger dan gemiddeld is dit in de wijken Oosterheide (4%), Strijen (2%) en Slotjes (2%). In de kerkdorpen en de wijken West en Vrachelen is dit het laagst (minder dan 1 procent).

Het merendeel van de Oosterhouters voelt zich veilig in de eigen woonomgeving.

Dit wordt onderstreept door het rapportcijfer dat ze geven aan de veiligheid in hun woonbuurt. Zo krijgt de sociale veiligheid een 7,2 als gemiddeld rapportcijfer en ook de fysieke veiligheid in de gemeente krijgt met een 7,2 een goede beoordeling. Geen enkele wijk in Oosterhout krijgt een onvoldoende voor de sociale veiligheid, hoewel er wel duidelijke verschillen zijn tussen de buurten. De laagste rapportcijfers krijgen een aantal buurten in de wijk Oosterheide.

Het algemeen gevoel van onveiligheid in de eigen woonomgeving is een subjectief gegeven. Met de indicatoren vermogensdelicten en bedreiging wordt dit concreter gemaakt. De scores geven aan in welke mate bewoners denken dat deze zaken in hun eigen woonbuurt voorkomen. Hoe lager de score, hoe beter.

De gemiddelde score voor vermogensdelicten (diefstal en vandalisme) komt op 42 punten. Dit is een daling (verbetering) ten opzichte van 2017, toen de score uitkwam op 46 punten. In de wijk Oosterheide komt de score uit op 52 punten. Dit betekent dat de inwoners daar het gevoel hebben dat er in hun woonbuurt regelmatig sprake is van diefstal en vandalisme. De slechtste scores worden gehaald in de Schrijvers- buurt (63) en Natuurkundigenbuurt (61).

Deindicatorbedreiginggeefteenbeeldvandematewaarinbewonerszichbedreigd voelen in hun eigen woonbuurt. Een score onder de 35 punten betekent dat hiervan volgens de inwoners nauwelijks sprake is. Het gemiddelde voor Oosterhout komt uit op een score van 24 punten; een kleine daling ten opzichte van de vorige peiling.

De wijken Oosterheide (36), Strijen (30) en Slotjes (27) scoren wat hoger dan gemiddeld op deze indicator, wat betekent dat de inwoners van deze wijken zich wat

vaker bedreigd voelen in hun eigen woonomgeving dan de bewoners van andere wijken. De hoogste (slechtste) scores krijgen de oostelijke buurten van de wijk Oosterheide (tussen de 30 en 50 punten).

De scores voor vermogensdelicten en bedreiging geven een gewogen beeld van het veiligheidsgevoel (subjectieve veiligheid). Bijna 14 procent van de Oosterhouters is van mening dat de veiligheid in hun woonbuurt de laatste jaren is verslechterd, terwijl nog geen 4 procent vindt dat deze is verbeterd. Het aandeel dat in 2019 in de eigen woonbuurt daadwerkelijk slachtoffer zegt te zijn geweest van criminaliteit of vanda- lisme (objectieve veiligheid) is licht gestegen en het hoogst in de wijken Oosterheide, Centrum en Strijen.

Een nadere analyse van het slachtofferschap in de eigen woonbuurt laat zien dat bijna over de gehele linie sprake is van een toename van het aandeel Oosterhouters dat zegt in 2019 slachtoffer te zijn geweest van criminaliteit of vandalisme in de eigen woonbuurt. De grootste toename is te zien bij poging tot woninginbraak en woninginbraak met diefstal, terwijl bij diefstal uit auto’s, bedreiging met fysiek geweld en zakkenrollerij sprake is van een lichte afname.

2.4 Buurtenquête

De Oosterhoutse Buurt- en dorpsenquête is een vorm van onderzoek waarbij, via een uitgebreide vragenlijst, meerdere thema’s tegelijk aan de inwoners worden voorgelegd. Het onderzoek geeft inzicht in de mate van tevredenheid van de inwoners over het woon- en leefklimaat in de gemeente Oosterhout, en hun eigen woonomgeving in het bijzonder.

Voor dit grootschalige onderzoek is uit de bevolking een steekproef getrokken van 9.800 inwoners van 18 jaar en ouder. Deze personen zijn willekeurig geselecteerd, maar daarbij is wel rekening gehouden met een evenwichtige verdeling over de wijken, buurten en dorpen.

De enquête is in juni 2019 uitgezet en in totaal hebben 3.012 personen aan dit onderzoek meegedaan door de digitale of schriftelijke versie van de vragenlijst in te vullen: een respons van bijna 31 procent. De minimale benodigde respons van 25 á 30 procent is in alle buurten gehaald. Om de betrouwbaarheid verder te vergroten zijn de onderzoeksresultaten gewogen naar leeftijd en woonbuurt.

(6)

3 Het algemeen oordeel over de eigen woonbuurt

Dit hoofdstuk geeft het algemeen oordeel van de inwoners over hun eigen woonomgeving (woonbuurt). Daarbij wordt gebruik gemaakt van een indicator en diverse rapportcijfers. De indicator is samengesteld aan de hand van diverse enquêtevragen en heeft een berekende waarde die ligt tussen de 10 (zeer laag) en de 100 (zeer hoog). De rapportcijfers brengen de gevoelsmatige (subjectieve) beleving van de woonbuurt in beeld.

In de volgende hoofdstukken wordt de waardering van de inwoners voor diverse aspecten van de leefbaarheid- en veiligheid in hun eigen directe woonomgeving (woonbuurt) verder uitgewerkt. Hoofdstuk 4 gaat in op de leefbaarheid in de woonbuurt en hoofdstuk 5 op de veiligheid.

3.1 Algemeen oordeel

Het gros van de inwoners van de gemeente Oosterhout (93%) vindt de eigen woonbuurt prettig om in te wonen en ruim 69 procent is daar in mindere of meerdere mate aan gehecht. De gehechtheid is het grootst in de kerkdorpen (85%) en het laagst in de stad (68%).

De meeste inwoners reageren positief op een aantal stellingen die aangeven of ze graag in hun woonbuurt (blijven) wonen. Zo vindt net iets meer als 4 procent het uit- gesproken vervelend om daar te wonen en wil ruim 8 procent als het maar even kan uit die buurt verhuizen. Ruim 9 procent is het niet eens met de stelling dat je het goed getroffen hebt als je in die buurt woont en bijna 8 procent denkt dat de mensen niet in die woonbuurt willen blijven wonen.

Het merendeel van de inwoners oordeelt dus gunstig over de eigen woonbuurt.

Gemiddeld scoort deze 82 punten op de indicator algemeen oordeel, die een berekende waarde heeft tussen de 10 (zeer laag) en 100 (zeer hoog). Hoewel er

zeker verschillen zijn tussen de wijken, scoort geen enkele wijk of dorp in de gemeente matig of slecht (onder de 55). Het hoogst scoren de kerkdorpen (88) en het laagst de wijk Oosterheide (75). Ook bij de bij de vorige peiling (2017) scoorden de kerkdorpen het hoogst en de wijk Oosterheide het laagst. Ten opzichte van 2017 isoverhetalgemeensprakevaneen(zeer lichte)verslechteringvandealgemene waardering voor de woonbuurt.

Hoewel de onderlinge verschillen op buurtniveau beduidend groter zijn, scoort geen enkele woonbuurt in de gemeente matig of slecht. Het hoogst scoren de Warande- buurt (89), Slotjes-West (88), de Contreie (87), Leijsenakkers (87) en de Vlinderbuurt (86). De Bloemenbuurt (68), Natuurkundigenbuurt (68) en Schrijversbuurt (69) scoren het laagst. In 2017 scoorden Slotjes-West, Kanaleneiland en de Kruidenbuurt het hoogst en de Schrijversbuurt en Natuurkundigenbuurt het laagst.

L&V 2019 | Wat vindt u van de volgende uitspraken over uw woonbuurt?

Stellingen:

Mee

eens Neutraal Niet mee eens a) De mensen in deze buurt kennen elkaar

nauwelijks. 29% 28% 43%

b) De mensen in deze buurt gaan op een prettige

manier met elkaar om. 65% 28% 7%

c) Buurtbewoners staan altijd klaar voor elkaar. 43% 42% 15%

d) De mensen in deze buurt blijven hier graag

wonen. 66% 26% 8%

e) Het is vervelend om in deze buurt te wonen.

4% 11% 85%

f) Als het maar even kan, ga ik uit deze buurt

verhuizen. 9% 10% 81%

g) Als je in deze buurt woont, heb je het goed

getroffen. 60% 31% 9%

h) Ik woon in een gezellige buurt, waar veel

saamhorigheid is. 32% 44% 24%

i) Iedereen die hier wil komen wonen, is in deze

buurt welkom. 54% 30% 16%

j) Ik voel me thuis bij de mensen die in deze

buurt wonen. 51% 35% 14%

L&V 2019 | Bent u gehecht aan uw buurt?

16%

33%

52%

27%

11%

4%

5%

4%

gemeente

stad

kerkdorpen

zeer gehecht gehecht nauwelijks helemaal niet

(7)

L&V 2017 | Algemeen oordeel over de eigen woonbuurt (indicator)

© gemeente Oosterhout, Onderzoek & Statistiek Toelichting: De indicator is samengesteld met behulp van het antwoord op de vraag of men de eigen woonbuurt prettig vindt om in te wonen plus de antwoorden op een viertal stellingen, die aangegeven of men graag in die woonbuurt (blijft) wonen. De score kan liggen tussen minimaal 10 en maximaal 100 punten. Hoe hoger de score, hoe beter het oordeel over de woonbuurt.

buurtscores 2017 buurtscores 2019

Den Hout 87

80 84 78

77 78 78

82

80 81 87

84 85

86

88 71 79 83

88

71 62 69 82 87 82 86

87 80

Oosteind 84

Dorst 86 Bosgebied bij

Oosterhout

80 Hoogste:

Slotjes-West

Laagste:

Schrijversbuurt

Evaluatiescore woonbuurt algemeen:

90 of meer (beter) 85 – 89 80 – 84 75 – 79 70 – 74

minder dan 70 (slechter) geen of weinig inwoners

Den Hout 91

76 83 76

79 84 76

83

79 87 78

84 85

87

88 77 79 84

86

68 69 68 84 89 79 86

82 83

Oosteind 86

Oosterhout 90

87

Laagste:

Bloemenbuurt Hoogste:

Den Hout

81 2017 Oosterhout (gemiddelde)

82 2019 Oosterhout (gemiddelde) 84

(8)

3.2 Rapportcijfers

Dat de Oosterhouters tevreden zijn over hun woonbuurt blijkt ook uit de uitgedeelde rapportcijfers. Zo krijgt de huidige woning een 8,0 en de woonomgeving een 7,7 als gemiddeld rapportcijfer. Ook de sfeer in de woonbuurt en de leefbaarheid scoren met respectievelijk een 7,3 en een 7,6 een ruime voldoende. Hoewel er op buurtniveau verschillen zijn, krijgt geen enkele buurt een onvoldoende.

Ten opzichte van 2017 is sprake van een kleine verbetering van de gemiddelde rapportcijfers. Zo is de waardering voor de woonomgeving gestegen van 7,5 naar 7,7 en stijgt de leefbaarheid van 7,5 naar 7,6. De rapportcijfers in de woonbuurten laten een wisselend beeld zien, met kleine verbeteringen en verslechteringen ten opzichte van 2017. Over een langere periode laten de meeste rapportcijfers een redelijk constante lijn zien.

L&V 2019 | Welk rapportcijfer geeft u aan uw huidige woning?

a) woning (2019)

Rapportcijfers woonbuurt algemeen:

8,0 of hoger 7,5 – 7,9 7,0 – 7,4 6,5 – 6,9 6,0 – 6,4 5,5 – 5,9 5,0 – 5,4 4,9 of lager

geen of weinig inwoners

8,0 2017 Oosterhout (gemiddelde)

7,8

8,0

7,9 8,3 8,3 8,5 8,2

7,9 7,6 8,3 8,4

7,7 6,9 7,8 7,6 8,7 8,3

7,5 8,2 7,7 8,1

7,7 8,2

8,3

8,4 8,3

8,7 8,7 8,5

8,3

8,2 8,1

L&V 2019 | Algemeen oordeel over de eigen woonbuurt (rapportcijfers)

Deelaspect: 2005 2009 2013 2017 2019

a) Huidige woning 7,6 7,9 7,9 8,0 8,0

b) Woonomgeving 6,9 7,4 7,8 7,5 7,7

c) Sfeer 7,0 7,2 7,7 7,3 7,3

d) Leefbaarheid 7,2 7,3 7,8 7,5 7,6

(9)

L&V 2019 | Deelaspecten algemeen oordeel over de eigen woonbuurt (rapportcijfers)

b) woonomgeving (2019) c) sfeer (2019) d) leefbaarheid (2019)

woonbuurt algemeen:

8,0 of hoger 7,5 – 7,9 7,0 – 7,4 6,5 – 6,9 6,0 – 6,4 5,5 – 5,9 5,0 – 5,4 4,9 of lager

7,7

7,0 7,6 8,4 7,9 8,4

7,4 7,6 8,1 8,2

6,7 6,5 6,7 7,9 8,3 7,7

7,3 8,2 7,1

7,4

7,4 7,8

7,4 7,9

8,2 7,9

8,5 8,4 8,7

8,0

8,3 8,0

7,3

6,8 7,3 7,9 7,7 7,7

7,1 7,1

7,8 7,6

6,4 6,1 6,1 7,8 8,0 7,3

7,0 8,0

7,2 7,5

7,0 7,6

7,6 7,5

8,0 7,9 8,5

7,9

8,1 8,4

7,7

7,0 7,6 8,4 7,7 8,3

7,5 7,5

8,1 8,1

6,8 6,5 6,8 8,0 8,3 7,6

7,4 8,1

7,4 7,8

7,5 8,0

8,1 7,9

8,4 8,2 8,6

7,7

8,2 8,6

6,8 7,1

7,5

7,1

(10)

3.3 Ontwikkelingen

De rapportcijfers en het algemeen oordeel over de woonomgeving laten een kleine verbetering zien ten opzichte van 2017, maar wat zeggen bewoners als hen wordt gevraagd wat ze vinden van de ontwikkelingen in hun woonbuurt?

Bijna driekwart van de Oosterhouters (74%) geeft aan dat hun woonbuurt de afgelopen jaren gelijk is gebleven en bijna 11 procent zag zelfs een verbetering. Slechts 15 procent is van mening dat hun woonbuurt de afgelopen jaren achteruit is gegaan.

Het aandeel dat van mening is dat hun buurt is verslechterd, is het grootst in de wijkenOosterheide (29%) en Dommelbergen (17%). In Slotjes geeft een groter deel van de inwoners aan dat hun woonbuurt de laatste jaren is verbeterd (24%).

Ook over de toekomst van hun buurt zijn de Oosterhouters niet echt negatief: 65 procent denkt dat de situatie de komen de jaren niet wezenlijk zal veranderen en 12 procent verwacht zelfs een verbetering. Bijna 23 procent is van mening dat de situatie in hun woonbuurt de komende jaren achteruit zal gaan. In de wijken Oosterheide,

Strijen en Dommelbergen verwacht meer dan 25 procent van de inwoners dat hun woonbuurt de komende jaren achteruit zal gaan. In de wijken Slotjes, Centrum en Den Hout verwacht meer dan 20 procent van de bewoners dat hun woonbuurt de komende jaren vooruit zal gaan.

L&V 2019 | Zal uw woonbuurt de komende jaren vooruit of achteruit gaan?

verwachting in 2017: verwachting in 2019:

Leeswijzer: Het totaal voor elke wijk is 100 procent. Zo dacht in 2017 bijvoorbeeld 17 procent van de inwoners in de wijk Slotjes dat hun woonbuurt de komende jaren achteruit zou gaan en 24 procent dacht juist dat de buurt vooruit zou gaan. De rest (in dit voorbeeld dus 59 procent) dacht dat de buurt gelijk zou blijven. Naar mate men meer tevreden is over de eigen woonbuurt, neemt het aandeel dat verwacht dat de buurt gelijk zal blijven beduidend toe.

24%

8%

10%

4%

15%

6%

15%

22%

11%

17%

24%

11%

12%

28%

15%

39%

25%

10%

19%

17%

Centrum Slotjes West Strijen Leijsenakkers Oosterheide Dommelbergen Vrachelen Den Hout Oosteind Dorst 11%

24%

9%

10%

2%

8%

5%

11%

6%

11%

17%

8%

17%

26%

30%

7%

44%

21%

13%

16%

6%

11%

21% gemeente Oosterhout 23% 12%

Centrum Slotjes

West Strijen Leijsenakkers

Oosterheide Dommelbergen

Vrachelen Den Hout Oosteind Dorst

gemeente Oosterhout

achteruit (%) vooruit (%) achteruit (%) vooruit (%)

L&V 2019 | Is uw woonbuurt de laatste jaren veranderd? (% verslechterd) (hoe groter de oranje ‘vlek’, hoe slechter)

L&V 2019 | Is uw woonbuurt de laatste jaren veranderd?

11%

20%

5%

6%

4%

74%

63%

82%

85%

80%

15%

17%

13%

9%

16%

algemeen uiterlijk sfeer leefbaarheid veiligheid

verbeterd gelijk gebleven verslechterd

(11)

L&V 2017 | Zal uw woonbuurt de komende jaren vooruit of achteruit gaan? (% zal achteruit gaan)

Den Hout 13

16

Oosteind 16

Oosterhout 19

12

33 29 24 32

19

33 6 26

8 9

5

23 17 9 18 30 8 11

24

52 66 55 24

22 15

Slechtste:

Schrijversbuurt

Aandeel (%) dat denkt dat hun woonbuurt de komende jaren achteruit zal gaan:

minder dan 10%

10% – 19%

20% – 29%

30% – 39%

40% – 49%

50% of meer geen of weinig inwoners

Den Hout 10

25

Oosteind 19

Oosterhout 25

9

29 32 36 31

12

27 14 29

24 16

16

18 8 9 14 9 4 13

16

52

61 26 5 16

Slechtste:

Natuurkundigenbuurt 52

Beste:

Vlinderbuurt

8 Beste:

De Contreie

3

(12)

4 De leefbaarheid in de eigen woonbuurt

Om het beeld dat de inwoners hebben over de leefbaarheid in hun eigen directe woonomgeving (woonbuurt) zo objectief mogelijk te kunnen meten, wordt gebruik gemaakt van diverse rapportcijfers plus een viertal indicatoren: fysieke kwaliteit, sociale kwaliteit, sociale cohesie en voorzieningen. Elke indicator is samengesteld met behulp van een set enquêtevragen en heeft een berekende waarde die ligt tussen de 10 (zeer laag) en de 100 (zeer hoog) en geeft aan of het deelgebied (wijk, dorp of buurt) gunstig of juist ongunstig scoort ten opzichte van de andere deel- gebieden en het Oosterhoutse gemiddelde.

4.1 Fysieke kwaliteit

De fysieke kwaliteit van de wijk of buurt wordt bepaald door het oordeel van de bewoners over de netheid (mate van verloedering) van hun woonomgeving. Hoe lager de score op deze indicator, hoe beter de fysieke kwaliteit van de woonbuurt.

Bijeenscoretot35issprakevaneenlichteverloedering,bij35tot55vaneenmatige, bij 55 tot 75 van een sterke en bij een score van 75 of hoger van een zeer sterke verloedering van de fysieke buitenruimte.

De fysieke kwaliteit in Oosterhout haalt een gemiddelde score van 50 punten (matige verloedering); een nagenoeg gelijke score met eerdere peilingen. De beste score krijgt de nieuwe wijk Vrachelen (45) en het slechtst scoort de wijk Oosterheide (53).

Op buurtniveau zijn de onderlinge verschillen beduidend groter. Het slechtst scoren de Schrijversbuurt (59), Natuurkundigenbuurt (57), Donkenbuurt (55), Beemden- buurt (55) en Slotjes-Midden (55). De beste scores zijn voor de Vlinderbuurt (43), Warandebuurt (44) en Molenbuurt (44).

L&V 2019 | Fysieke kwaliteit van de woonbuurt (indicator)

wijkscores 2019 (lager is beter) L&V 2019 | Fysieke kwaliteit van de woonbuurt (indicator)

2013

51 2017

50 2019

Mate van verloedering:

39 of lager (beter) 40 – 44 45 – 49 50 – 54 55 – 59 60 – 64

65 of hoger (slechter) geen of weinig inwoners

54 52 47

51 49

53 51

45

58 Den Hout

46

Oosteind 46

Dorst 52

49 50 50 51 52

tot 34 jaar 35-44 jaar 45-54 jaar 55-64 jaar 65+

51 50

geen migratie- achtergrond

migratie- achtergrond

46

(13)

© gemeente Oosterhout, Onderzoek & Statistiek Toelichting: De indicator fysieke kwaliteit (mate van verloedering) is samengesteld aan de hand van het oordeel van de bewoners over de mate waarin de volgende vier fysieke problemen voorkomen in hun woonbuurt: rommel en hondenpoep op straat, bekladden van muren en gebouwen (graffiti) en vervuiling (zwerfvuil, verkeerd geplaatst huisafval e.d.) en het oordeel over het schoonhouden van de woonbuurt. De score kan liggen tussen minimaal 10 en maximaal 100 punten. Hoe hoger de score, hoe slechter het oordeel over de woonbuurt.

(lager is beter) (lager is beter)

Den Hout 46

53

Oosteind 48

Oosterhout 49

48

57 54

54 52

48

56 47 51

50 47

44

58 53 46 50 44 45 43

49

56 63 59 48

49 46

Slechtste:

Schrijversbuurt Beste:

Contreie

51 2017

Mate van verloedering:

39 of lager (beter) 40 – 44 45 – 49 50 – 54 55 – 59 60 – 64

65 of hoger (slechter) geen of weinig inwoners

Den Hout 46

53

Oosteind 46

Oosterhout 58

50 55

50 55 49

48

51 51

54 44

51

55 52 47 48 45 43 46

46

52

57 47

53 44

Slechtste:

Schrijversbuurt

59

47 Beste: 48

Vlinderbuurt 42

Oosterhout (gemiddelde)

(14)

Rapportcijfers

Naast de indicator wordt ook hier gebruik gemaakt van rapportcijfers voor een nadereverdieping. Samenmetdescoresopdeindicatorgevenderapportcijferseen beeld van de waardering van de inwoners voor diverse fysieke aspecten van hun woonomgeving. De rapportcijfers geven vooral de gevoelsmatige (subjectieve) beleving van de fysieke kwaliteit van de woonomgeving.

Uit de rapportcijfers blijkt dat met name het onderhoud en schoonhouden van de buurt minder goed wordt beoordeeld. Zo geeft bijna 35 procent aan vaak overlast te hebben van honden(poep) in de eigen woonbuurt en geeft 28 procent aan dat er vaak rommel ligt op straat en in plantsoenen. Ook wordt geklaagd over onkruid in de plantsoenen en de verharding en over losliggende of omhoog gekomen stoep- tegels door bijvoorbeeld wortelopdruk. En in sommige buurten blijven afvalbakken soms dagenlang op straat staan en wordt bij ondergrondse afvalcontainers wel eens afval gedumpt.

Duidelijk tevreden is het merendeel van de bewoners over de straatverlichting, het inzamelen van huisafval en de riolering in de woonbuurt. Zo is bijna 77 procent uit- gesproken tevreden over de straatverlichting (krijgt een 7,5 als gemiddeld rapportcijfer), is 74 procent tevreden over het inzamelen van het huisafval (7,4 als rapportcijfer) en ruim 66 procent is van mening dat de riolering in hun woonbuurt het regen- water goed kan afvoeren (7,1 als rapportcijfer).

Speelplekken voor kinderen in de directe woonomgeving krijgen een 6,6 gemiddeld als rapportcijfer. In de Vlinderbuurt en De Contreie krijgen deze van de bewoners zelfs een 7,6. Desondanks zijn er een aantal buurten in de stad die lager dan een 6 scoren. De reden hiervoor is het ontbreken van een goede speelplek in de directe woonomgeving of, als deze er wel is, om verloedering van de speelplek (door zwerfvuil of hondenpoep) of de aanwezigheid van hangjongeren waardoor kinderen er niet fijn kunnen spelen.

L&V 2019 | Fysieke kwaliteit van de woonbuurt (rapportcijfers)

Deelaspect: 2005 2009 2013 2017 2019

a) Schoonhouden buurt 7,0 6,5 7,0 6,4 6,3

b) Onderhoud verharding 6,3 6,3 6,4 6,0 6,2

c) Onderhoud openbaar groen 6,9 6,4 6,5 6,1 6,2

d) Riolering -- 6,9 7,1 7,2 7,1

e) Openbare verlichting 7,5 7,8 7,6 7,6 7,5

f) Speelplekken voor kinderen 5,5 6,4 6,4 6,6 6,6

g) Inzamelen huisafval 7,9 7,5 7,0 7,1 7,4

L&V 2019 | Deelaspecten fysieke kwaliteit woonbuurt (rapportcijfers)

f) speelplekken voor kinderen (2019)

2017 Oosterhout (gemiddelde) Rapportcijfers fysieke

kwaliteit woonbuurt:

8,0 of hoger 7,5 – 7,9 7,0 – 7,4 6,5 – 6,9 6,0 – 6,4 5,5 – 5,9 5,0 – 5,4 4,9 of lager

5,4

5,9 6,4 7,3 7,0

6,3 7,4

6,3

6,2 6,9 6,2 5,9

6,5 7,4

6,6 6,5

6,5 6,9

7,1

7,6 7,6 7,3

6,3

7,0 6,2

6,1 6,6

6,3 5,8

6,8 5,6

(15)

L&V 2019 | Deelaspecten fysieke kwaliteit woonbuurt (rapportcijfers)

a) schoonhouden buurt (2019) b) onderhoud verharding (2019) c) onderhoud openbaar groen (2019)

kwaliteit woonbuurt:

8,0 of hoger 7,5 – 7,9 7,0 – 7,4 6,5 – 6,9 6,0 – 6,4 5,5 – 5,9 5,0 – 5,4 4,9 of lager

geen of weinig inwoners 6,3

5,6 6,4 7,1 6,5 6,6

5,9 5,9

6,3 6,8

6,1 5,8 6,2 7,4 7,0 6,2

6,9 5,6

5,7 6,4

6,8 7,0

7,6 6 6,8 6,7

6,3

6,6 4,3

6,3

6,4 6,0 6,9 6,4 6,4

5,8 5,9

6,1 6,3

6,6 5,8 5,9 6,9 6,7 6,5

6,2 5,4

5,4 6,2

6,8 6,9

7,7 6,7 6,1

5,9

6,4 4,6

6,1

6,3 6,3 6,9 6,2 6,2

5,7 6,1

6,2 6,4

6,5 6,2 6,1 6,6 6,6 6,5

6,2 5,4

5,4 6,2

6,7 6,9

7,6 6,6 6,5

6,3

6,2 5,1

5,5 6,3 6,1 6,2

6,1 6,4 5,6 6,1

6,1 5,3 6,1 6,0

(16)

4.2 Sociale kwaliteit

De sociale kwaliteit van de wijk of buurt wordt bepaald aan de hand van het oordeel van de bewoners over het leefklimaat (mate van overlast) in hun woonbuurt. Een score van 35 tot 55 punten duidt op een lichte, een score tussen de 55 en 75 op een matige en een score boven de 75 op een sterke mate van overlast.

De sociale kwaliteit in Oosterhout scoort gemiddeld 36 punten (lichte mate van overlast) en komt daarmee op nagenoeg eenzelfde score als in eerdere peilingen. De beste (laagste) score behaalt het kerkdorp Den Hout (29) en de slechtste (hoogste) score krijgt de wijk Oosterheide (42). Op buurtniveau zijn de onderlinge verschillen beduidend groter. Het slechtst scoren de Natuurkundigenbuurt (53), Schrijversbuurt (50) en Slotjes-Midden (43), terwijl de beste scores worden gehaald in de buurten Kanaleneiland (25), Vlinderbuurt (28) en Slotjes-West (30).

Inwoners tot 65 jaar zijn een fractie minder tevreden over de sociale kwaliteit van hun woonbuurt dan de 65-plussers, maar de verschillen zijn heel erg klein.

L&V 2019 | Sociale kwaliteit van de woonbuurt (indicator)

2013

36 2017

36 2019

wijkscores 2019 (lager is beter)

Mate van overlast:

24 of lager (beter) 25 – 29 30 – 34 35 – 39 40 – 44

45 of hoger (slechter) geen of weinig inwoners

36 36 35 36 34

tot 34 jaar 35-44 jaar 45-54 jaar 55-64 jaar 65+

35 35

geen migratie- achtergrond

migratie- achtergrond

38 37 31

35 35

42 31

55

Oosteind 37

Dorst 31 Den Hout 35

29

(17)

© gemeente Oosterhout, Onderzoek & Statistiek Toelichting: De indicator sociale kwaliteit (mate van overlast) is samengesteld aan de hand van het oordeel van de bewoners over de mate waarin de volgende vijf vormen van overlast voorkomen in hun woonbuurt: overlast van omwonenden, jongerenoverlast, overlast van mensen op straat, verkeerslawaai en overlast van nabijgelegen bedrijven. De score kan liggen tussen minimaal 10 en maximaal 100 punten. Hoe hoger de score, hoe slechter het oordeel over de woonbuurt.

(lager is beter) (lager is beter)

Den Hout 30

36

Oosteind 36

Oosterhout 34

32 34 38 36

33

29 41

37 36 32 38 30

36 32 45

25 37 34

30 28

47 47 41 34

34 36

Slechtste:

Bloemenbuurt Beste:

Kanaleneiland

36 2017 Oosterhout (gemiddelde) Mate van overlast:

24 of lager (beter) 25 – 29 30 – 34 35 – 39 40 – 44

45 of hoger (slechter) geen of weinig inwoners

Den Hout 29

38

Oosteind 37

Oosterhout 55

31 35

33 34

30 35

35 34 33 38 36

43 38 30 35 34

28 32

37 50 53 31

38 32

38

30

Slechtste:

Natuurkundigenbuurt Beste:

Kanaleneiland

25 30

(18)

Rapportcijfers

Ook hier wordt naast de indicator gebruik gemaakt van rapportcijfers voor een nadere verdieping. De rapportcijfers geven een goed beeld van de waardering van de inwoners voor diverse sociale aspecten van de leefomgeving en laten vooral de gevoelsmatige (subjectieve) beleving van de sociale kwaliteit van de woonomgeving zien. Bij lage rapportcijfers is sprake van een hoge mate van overlast, terwijl bij hoge rapportcijfers juist sprake is van weinig tot geen overlast.

Uit de rapportcijfers blijkt dat de sociale kwaliteit in het gros van de Oosterhoutse woonbuurten een voldoende tot ruim voldoende scoort. Een klein aantal woonbuurten in de stad krijgen rapportcijfers die onder de 5,5 blijven steken. Dit geldt voor jongerenoverlast in de Natuurkundigenbuurt (4,9 als rapportcijfer) en de Schrijversbuurt (5,4); en voor hondenoverlast in de buurten Centrum (5,2), De Contreie (5,3), Slotjes-Midden (5,4), Beemdenbuurt (5,4), Dammenbuurt (5,4) en Leijsenakkers (5,4).

L&V 2019 | Deelaspecten sociale kwaliteit woonbuurt (rapportcijfers) a) gedrag buurtbewoners (2019)

L&V 2019 | Sociale kwaliteit van de woonbuurt (rapportcijfers)

Deelaspect: 2005 2009 2013 2017 2019

a) Gedrag buurtbewoners 6,7 6,7 7,3 6,9 6,9

b) Burenoverlast 7,5 7,4 7,3 7,6 8,0

c) Jongerenoverlast 7,0 7,3 7,0 7,0 7,0

d) Overlast brommers/scooters -- 6,5 6,8 6,7 7,2

e) Verkeerslawaai 6,1 6,1 6,7 6,2 6,8

f) Hondenoverlast -- 5,9 5,6 5,8 5,9

g) Lastiggevallen op straat 8,4 8,4 8,2 8,3 8,6

Rapportcijfers sociale kwaliteit woonbuurt:

8,0 of hoger 7,5 – 7,9 7,0 – 7,4 6,5 – 6,9 6,0 – 6,4 5,5 – 5,9 5,0 – 5,4 4,9 of lager

7,2

6,2 6,9 7,7 7,4

7,0 6,8 7,2

6,2

5,8 7,1 7,9 6,6

6,6 7,2

6,5 7,5

7,0

7,5 7,2 8,3

7,8

7,8 7,6

5,7 7,2

7,6 6,5

7,3 7,4

6,9 6,7

(19)

L&V 2019 | Deelaspecten sociale kwaliteit woonbuurt (rapportcijfers)

c) jongerenoverlast (2019) e) verkeerslawaai (2019) f) hondenoverlast (2019)

2017 Oosterhout (gemiddelde)

Rapportcijfers sociale kwaliteit woonbuurt:

8,0 of hoger 7,5 – 7,9 7,0 – 7,4 6,5 – 6,9 6,0 – 6,4 5,5 – 5,9 5,0 – 5,4 4,9 of lager

geen of weinig inwoners 6,5

6,3 7,2 7,3 8,1

7,0 7,1 8,0

6,4

4,9 7,5 7,5 6,5

6,8 7,1

6,9 7,5

7,6

7,3 7,7 8,3

8,2

8,1 7,2

5,4 7,6

7,8

7,6 7,2

7,1

6,8

6,2

6,5 6,0 7,5 8,5

6,6 7,1 6,3

6,9

5,6 7,0 7,1 6,1

7,2 6,8

7,1 7,5

7,4

8,0 7,6 6,5

5,6

6,4 5,9

6,1 6,7

6,8

7,1 6,8

7,4

7,1

5,2

5,4 5,5 5,9 6,1

5,6 5,5 5,4

6,0

5,7 6,3 6,4 6,2

5,4 5,9

5,4 5,7

6,0

6,7 5,3 6,5

7,0

5,8 5,8

5,6 6,6

5,9

6,0 5,9

6,2 5,9

6,3 6,4 5,8