• No results found

VU Research Portal

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "VU Research Portal"

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Exercise and psychosocial interventions to improve quality of life in patients with

cancer

Kalter, J.

2018

document version

Publisher's PDF, also known as Version of record

Link to publication in VU Research Portal

citation for published version (APA)

Kalter, J. (2018). Exercise and psychosocial interventions to improve quality of life in patients with cancer:

Secondary and individual patient data analyses evaluating intervention moderators and mediators.

General rights

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain

• You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal ?

Take down policy

If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim.

E-mail address:

(2)

Nederlandse samenva� ng

Nederlandse samenva� ng

In de laatste decennia is de overlevingskans van kanker aanzienlijk toegenomen als gevolg van verbetering in vroege detecti e van kanker en de behandeling ervan. Helaas hebben veel pati ënten met kanker te kampen met lichamelijke en psychosociale problemen, waaronder toename in vermoeidheid, verminderde cardiorespiratoire fi theid en spierkracht en meer angst en depressie. Deze problemen hebben een negati ef eff ect op de kwaliteit van leven van de pati ënt. Hoofdstuk 1 introduceert fysieke trainings- en psychosociale interventi es als veelbelovende strategieën om lichamelijke en psychosociale problemen, als gevolg van de diagnose en behandeling van kanker, te verminderen en/of te beperken. In eerdere meta-analyses werden signifi cante en positi eve eff ecten van het toepassen van de interventi es op kwaliteit van leven gevonden, al waren de gemiddelde groott e van de eff ecten klein tot mati g. Om het eff ect te vergroten, is het belangrijk dat fysieke trainings- en psychosociale interventi es gerichter aangeboden worden aan specifi eke pati ëntengroepen. Hiervoor is kennis nodig welke interventi e het meest eff ecti ef is om de kwaliteit van leven te behouden of te verbeteren, en voor wie en wanneer deze interventi e eff ecti ef is. Om de eff ecten van fysieke trainings- en psychosociale interventi es op de kwaliteit van leven bij pati ënten met kanker te verbeteren is bovendien inzicht nodig in de werkingsmechanismes van een interventi e. Dit proefschrift heeft als doel om inzicht te krijgen in de eff ecten van fysieke trainings- en psychosociale interventi es op de kwaliteit van leven bij pati ënten met kanker ti jdens en na de behandeling en of de eff ecten van deze interventi es op de kwaliteit van leven worden beïnvloed door demografi sche, klinische, persoonlijke en interventi e-gerelateerde kenmerken. Ook wordt de hypothese getoetst dat een kracht- en duurtrainingsprogramma resulteert in een verbeterde fysieke fi theid, welke vervolgens leidt tot minder vermoeidheid en een betere kwaliteit van leven en fysiek functi oneren. Tot slot beschrijft dit proefschrift de ontwikkeling en het gebruik van een data harmonisati e platf orm dat het mogelijk maakt om ruwe individuele pati ëntengegevens van originele studies te harmoniseren ti jdens de dataverzameling voor meta-analyses.

In Hoofdstuk 2 is onderzocht of het eff ect van een fysieke trainingsinterventi e

(3)

er een groter effect voor patiënten met meer vermoeidheid voorafgaand aan de fysieke trainingsinterventie. Het effect werd niet beïnvloed door leeftijd, geslacht, opleidingsniveau, burgerlijke staat, werkstatus, tijd sinds behandeling, aanwezigheid van comorbiditeiten, eigen effectiviteit, angst en depressie. Individuele studies hebben echter onvoldoende statistische power om verschillen in trainingseffecten op de kwaliteit van leven tussen patiënten met verschillende kenmerken te onderzoeken en om gestratificeerde analyses te kunnen doen. Daarom zijn studies met grotere steekproeven nodig om de bevindingen van deze studies te bevestigen, zoals meta-analyses met individuele patiëntengegevens.

Hoofdstuk 3 bestudeert de hypothese dat een kracht- en

duurtrainings-programma bij patiënten met kanker kort na afronding van een in opzet curatieve behandeling met chemotherapie, resulteert in een verbeterde fysieke fitheid, en vervolgens leidt tot minder vermoeidheid en een verbeterde kwaliteit van leven en fysiek functioneren. De trainingseffecten op de fysieke vermoeidheid, de algemene kwaliteit van leven en het fysiek functioneren werden inderdaad deels verklaard door een verbeterde cardiorespiratoire fitheid. Daarom kan het verbeteren van cardiorespiratoire fitheid bij patiënten met kanker een belangrijk doel zijn van een interventie om daarmee de vermoeidheid te verminderen of de kwaliteit van leven en het fysiek functioneren te verbeteren. Daarnaast was een hoge handknijpkracht en een betere spierfunctie van de benen geassocieerd met een lagere vermoeidheid, en was een betere spierfunctie van de benen geassocieerd met een hoger fysiek functioneren. Deze resultaten geven aan dat het verbeteren van spierkracht en spierfunctie belangrijk kan zijn om vermoeidheid te verminderen. Tot slot toonden de resultaten aan dat vermindering van vermoeidheid belangrijk is voor de kwaliteit van leven en het fysiek functioneren, en dat dit bereikt kan worden door fysieke training.

Hoofdstuk 4 beschrijft de opzet van de ‘Predictie van OptimaLe kAnker

(4)

Nederlandse samenva� ng

een aandacht controlegroep. Er werden 136 relevante studies geïdenti fi ceerd in vier onlinedatabases (Pubmed, EMBASE, PscyINFO en CINAHL), via referenti es van eerdere systemati sche reviews en meta-analyses, en via persoonlijke communicati e met medewerkers, collega’s en andere experts in het veld. Vervolgens werd de hoofdonderzoeker van elke geschikte studie uitgenodigd om zijn of haar ruwe data te delen met de POLARIS-studie. De belangrijkste uitkomstmaten waren de algemene kwaliteit van leven en specifi eke domeinen van kwaliteit van leven (zoals fysiek functi oneren voor fysieke trainingsinterventi es, en emoti oneel- en sociaal functi oneren voor psychosociale interventi es). Met behulp van multi level analyses (linear mixed-eff ect model analyses) werden de eff ecten van de interventi e op de kwaliteit van leven, en het fysiek-, emoti oneel- en sociaal functi oneren direct na afl oop van de interventi e onderzocht. Verschillen in interventi e eff ecten tussen pati ënten met verschillende demografi sche, klinische, persoonlijke en interventi e-gerelateerde kenmerken werden onderzocht met behulp van interacti etermen.

Hoofdstuk 5 beschrijft een data harmonisati e platf orm dat het mogelijk

maakt om gegevens van individuele studies voor een meta-analyse van individuele pati ëntengegevens te harmoniseren ti jdens dataverzameling. Het data harmonisati e platf orm gebruikt Microsoft Access als front-end applicati e en een databasemanagementsysteem zoals Microsoft Structured Query Language (SQL) Server of MySQL als back-end applicati e. Dit platf orm is het eerste platf orm voor gegevensharmonisati e dat gebruikt kan worden vanaf het begin van het verzamelen van gegevens, wat ti jdseffi ciënt is, vooral wanneer het aantal studies groot is. Bovendien maakt het data harmonisati e platf orm het mogelijk om individuele pati ëntengegevens op te slaan, voor te bereiden en te harmoniseren binnen één overzichtelijk platf orm. Het harmonisati eproces wordt vergemakkelijkt door overzichtelijke interfaces, waardoor het platf orm eenvoudig in gebruik is. Ten slott e heeft het data harmonisati e platf orm de mogelijkheid om geharmoniseerde individuele pati ëntengegevens en bijbehorend codeboek te exporteren naar het stati sti sche programma SPSS voor verdere analyse.

Hoofdstuk 6 presenteert de resultaten van een meta-analyse van

(5)

staat of opleidingsniveau), klinische (BMI, type kanker, aanwezigheid van gemetastaseerde ziekte of type behandeling), andere interventie-gerelateerde kenmerken (interventie duur en timing en soort controlegroep) en specifieke trainingsvoorschriften (trainingsfrequentie, -intensiteit of -type, sessieduur). De gevonden resultaten suggereren daarmee dat een fysieke trainingsinterventie specifiek gericht op patiënten met bepaalde demografische en klinische kenmerken niet van toegevoegde waarde is voor verder behoud of verbetering van de kwaliteit van leven en het fysiek functioneren van patiënten met kanker.

Hoofdstuk 7 presenteert de resultaten van een meta-analyse van individuele

patiëntengegevens waarin werd onderzocht of de effecten van psychosociale interventies op de kwaliteit van leven en het emotioneel- en sociaal functioneren werden beïnvloed door demografische, klinische, persoonlijke en interventie-gerelateerde kenmerken. De resultaten toonden aan dat psychosociale interventies kleine maar significante positieve effecten hebben op de kwaliteit van leven en het emotioneel- en sociaal functioneren. Psychotherapie leek grotere effecten te hebben in vergelijking met coping skills training (zogenaamde interventies die bedoeld zijn om (verschillende) cognitieve en gedragsmatige technieken of vaardigheden te trainen) of informatievoorziening. Deze bevinding was echter gebaseerd op twee studies waarin de effectiviteit van psychotherapeutische interventies werd onderzocht bij patiënten met psychische distress.

De effecten van coping skills training werden beïnvloed door leeftijd, of de interventies gericht waren op patiënten met psychische distress en het type behandeling. Zo waren de effecten van coping skills training op emotioneel- en sociaal functioneren groter bij jongere patiënten. Daarnaast waren de effecten van coping skills training op de kwaliteit van leven groter in studies die uitgevoerd werden bij patiënten met psychische distress. Verder werd het effect van coping

skills training beïnvloed door het type behandeling: de effecten op de kwaliteit

(6)

Nederlandse samenva� ng

De eff ecten van psychotherapie op het emoti oneel functi oneren werden beïnvloed door het type kanker, met signifi cant grotere eff ecten voor pati ënten met borst- en hematologische kanker. Echter, deze bevindingen zijn gebaseerd op twee gerandomiseerde studies met kleine pati ënten aantallen van een aantal type kankers. De resultaten van de meta-analyse benadrukken de noodzaak om een

coping skills training te ontwikkelen die is afgestemd op de specifi eke behoeft en

van oudere pati ënten, en ze benadrukken het belang van psychosociale interventi es die specifi ek gericht zijn op pati ënten met psychische distress.

Hoofdstuk 8 presenteert en interpreteert de belangrijkste bevindingen van

dit proefschrift . Tevens bespreekt dit hoofdstuk de methodologische overwegingen, waaronder de stati sti sche power, de studieopzet, de primaire uitkomstmaat, potenti ële bronnen van bias in meta-analyses van individuele pati ëntengegevens en de generaliseerbaarheid van de resultaten. De resultaten in dit proefschrift ondersteunen en versterken de huidige nati onale en internati onale aanbevelingen dat alle pati ënten met kanker fysiek acti ef moeten zijn ti jdens en na de behandeling. De resultaten van de POLARIS-studie suggereren ook dat psychosociale interventi es eff ecti ef zijn voor het verbeteren van de kwaliteit van leven, en het emoti oneel- en sociaal functi oneren van pati ënten met kanker, zowel ti jdens als na de behandeling. Bovendien is het belangrijk om psychsociale interventi es specifi ek aan te bieden aan pati ënten met distress (bijvoorbeeld depressie, vermoeidheid, cogniti eve problemen, symptomen van de menopauze), welke waarschijnlijk zullen resulteren in grotere eff ecten van psychosociale interventi es. Bovendien kan

coping skills training helpen om de kwaliteit van leven te verbeteren voor jongere

(7)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In einem kleinen Ort in der Prignitz 2) leben fünf Elefanten – und es sollen noch mehr werden VON SUSANNE ROST.. 1 Andernorts grasen Rinder oder Schafe auf den Wiesen rund

Om nu een maat voor de vlekkerigheid van de spier te krijgen, hebben we gebruik gemaakt van het feit dat een vlek wordt gedefinieerd door zijn randen [2].. Een manier om naar het

In deze stap werden vier hoofdthema's geidentificeerd over hoe chro- nische vermoeidheid na kanker ervaren wordt, welke functionele beperkingen dit met zich

Met enige regelmaat bekrachtigen wij op grond van artikel 25 lid 3 gemeentewet de door het college opgelegde geheimhouding. Naar aanleiding van een volgend jaar te

Niet alleen mogelijk levensverlengende behandelingen moeten in het overleg tussen arts en patiënt een centraal aandachtspunt zijn, ook de kwaliteit van het leven hoort een

Uit deze matrix kan opgemaakt worden of er univariaat significante associaties (p < .01) bestaan tussen de verschillende variabelen. Om te controleren voor de validiteit van

Met deze brief willen wij u informeren over het verzoek van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) om alvast de

Kwaliteit Wat zijn relevante trends en feiten rond zorg en ondersteuning bij het formuleren van een visie op kwaliteit van leven van mensen..