• No results found

voornemens is zeggenschap te verkrijgen, in de zin van artikel 27, onder b, van de Mededingingswet, over Correct Express Beheer B.V

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "voornemens is zeggenschap te verkrijgen, in de zin van artikel 27, onder b, van de Mededingingswet, over Correct Express Beheer B.V"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Zaaknummer 1850/ Deutsche Post AG Correct Express

I. MELDING

1. Op 14 april 2000 heeft de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit een melding ontvangen van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 34 van de Mededingingswet. Hierin is medegedeeld dat Deutsche Post International B.V. voornemens is zeggenschap te verkrijgen, in de zin van artikel 27, onder b, van de Mededingingswet, over Correct Express Beheer B.V. Van de melding is mededeling gedaan in Staatscourant 80 van 25 april 2000. Naar aanleiding van de mededeling in de Staatscourant zijn geen zienswijzen van derden naar voren gebracht. Ambtshalve zijn vragen gesteld aan verschillende

marktpartijen.

II. PARTIJEN

2. Deutsche Post International B.V. (hierna: DPBV) is een besloten

vennootschap naar Nederlands recht. Zij is de subholding van Deutsche Post AG (hierna: DPAG) waarin de Nederlandse activiteiten zijn ondergebracht.

DPAG is actief op het gebied van de bezorging van postdiensten in Duitsland.

Daarnaast is DPAG via een groot aantal deelnemingen actief op het gebied van de bezorging van pakketten, brieven en pakketten per expresse, vrachtvervoer en vrachtvervoer per expresse en logistieke diensten.

3. Correct Express Beheer B.V. (hierna: Correct Express) is een besloten vennootschap naar Nederlands recht. Zij heeft als enige aandeelhouder Trans- o-flex Schnell-Lieferdienst GmbH. Correct Express is enig aandeelhouder van:

Correct Express B.V., Correct Express Business Select B.V. en Correct Express Warehousing B.V. Zij is actief op het gebied van pakketbezorging per expresse, vrachtvervoer per expresse en logistieke diensten.

III. DE GEMELDE OPERATIE

4. De bij de NMa gemelde transactie betreft de overname door DPBV van alle aandelen in Correct Express[1]. De gemelde operatie is neergelegd in een Purchase and Sale Agreement die de overname van de 6

dochterondernemingen, waaronder Correct Express, van Trans-o-flex Schnell- Lieferdienst GmbH door DPBV behelst.

IV. TOEPASSELIJKHEID VAN HET CONCENTRATIETOEZICHT

(2)

5. De gemelde operatie is een concentratie in de zin van artikel 27, onder b, van de Mededingingswet. De hierboven, onder punt 4, omschreven transactie leidt er toe dat DPBV uitsluitende zeggenschap verkrijgt over Correct

Express.

6. Betrokken ondernemingen, in de zin van het Besluit vaststelling formulieren Mededingingswet (Staatscourant 1 van 2 januari 1998), zijn DPAG en Correct Express.

7. Uit de bij de melding ter beschikking gestelde omzetgegevens blijkt dat de gemelde concentratie binnen de werkingssfeer van het in hoofdstuk 5 van de Mededingingswet geregelde concentratietoezicht valt.

V. BEOORDELING A. Relevante markten Relevante productmarkten

8. Pakketbezorging onderscheidt zich van vrachtvervoer op grond van het maximum gewicht van circa 50 kilo voor pakketbezorging en bezorging vanaf circa 50 kilo voor vrachtvervoer. Hier zal in het navolgende op in worden gegaan (zie de punten 14 tot en met 18).

Opvatting partijen

9. Partijen geven aan dat DPAG actief is op het gebied van de bezorging van post in Duitsland, de bezorging van pakketten, brieven en pakketten per expresse, vrachtvervoer en vrachtvervoer per expresse en logistieke diensten.

Partijen geven in de melding aan dat Correct actief is op het gebied van vrachtvervoer per expresse en logistieke diensten.

10. Partijen zijn van mening dat alleen DPAG actief is op het gebied van nationale en internationale pakketbezorging per expresse, dit in tegenstelling tot Correct Express die op dit gebied niet actief is. Zij geven aan dat Correct Express over het algemeen grote marktpartijen contracteert ten aanzien van het verwerken van grote zendingen pakketten, waarbij het gemiddelde gewicht per zending [ bedrijfsvertrouwelijke gegevens* ] kilo bedraagt en het

gemiddelde aantal zendingen per adres [] bedraagt. Bijgevolg bedraagt het gemiddelde gewicht per aflevering [ meer dan 50 ] kg, waardoor dit als vracht aangemerkt dient te worden, aldus partijen.

11. Partijen zijn van mening dat de door de concentratie benvloede markten zijn: de markt voor internationaal vrachtvervoer per expresse, de markt voor nationaal vrachtvervoer per expresse en de markt voor logistieke diensten, daar de activiteiten van partijen elkaar alleen op deze markten overlappen.

Beoordeling

12. Uit de website van Correct Express Business Select is gebleken dat ook Correct Express actief is op het gebied van pakketbezorging per expresse[2].

Uit de website blijkt dat Correct Express Business Select producten en

(3)

goederen distribueert met een maximum gewicht van 15 kilo per collo en dat een verzender maximaal drie van deze colli per adres kan versturen. Voorts is gebleken dat Correct Express Business Select slechts beschikt over autos die alleen pakketten kunnen vervoeren aangezien deze autos te klein zijn om vracht te vervoeren. Tevens bevestigen verschillende marktpartijen dat zij de activiteiten van Correct Express Business Select niet zien als

vrachtbezorging, maar als pakketbezorging. Op grond hiervan zal de pakketbezorging per expresse in de beoordeling worden meegenomen.

13. Het is aannemelijk dat pakketbezorging, vrachtvervoer, en logistieke dienstverlening door verschillen in de aard van de dienstverlening kunnen worden toegerekend aan aparte productmarkten[3]. Binnen de markten voor pakketbezorging en vrachtvervoer kan bovendien onderscheid worden gemaakt naar standaard en expresse vervoer enerzijds en nationaal en internationaal vervoer anderzijds. Hier zal in het navolgende op in worden gegaan (zie de punten 15 tot en met 17).

Pakketbezorging en vrachtvervoer

14. Pakketbezorging onderscheidt zich van vrachtvervoer op grond van: het maximum gewicht van circa 50 kilo voor pakketbezorging en bezorging vanaf circa 50 kilo voor vrachtvervoer; het verschil in de uitrusting (autos, machines) die nodig is voor het leveren van beide bezorgingsdiensten; relatief langere leveringstijd voor vrachtvervoer en relatief lagere prijzen voor vrachtvervoer in vergelijking met pakketbezorging[4]. Tevens hebben verschillende

marktpartijen aangegeven slechts op n van deze twee markten actief te zijn en door de vergaande mate van specialisatie niet of slechts moeilijk op de andere markt activiteiten te kunnen ontplooien binnen een korte periode en zonder veel (financile) inspanningen. Op grond van deze kenmerken zijn pakketbezorging en vrachtvervoer als aparte markten aan te merken[5].

15. Zowel op de markt voor pakketbezorging als op de markt voor vrachtvervoer kan onderscheid worden gemaakt tussen binnenlands en internationaal vervoer, gezien het verschillende netwerk van infrastructuur waarvan bij het transport gebruik wordt gemaakt[6]. Het internationale vervoer vindt plaats per vrachtwagen, trein of vliegtuig, terwijl het nationale vervoer voornamelijk plaatsvindt over land. Tevens hebben verschillende marktpartijen aangegeven dat verschillende internationaal opererende bedrijven locale vestigingen hebben die onderdeel uitmaken van een internationale

samenwerking[7]. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen enerzijds alleen het ophalen van pakketten of vracht bij de klant en het overgedragen ervan aan een in het buitenland opererend bedrijf die dit pakket of deze vracht in het kader van de internationale samenwerking op het bezorgadres in het

betreffende land aflevert en anderzijds het leveren van internationale diensten waarbij het ophalen en het bezorgen door n onderneming wordt verzorgd. Het bestaan van een scheiding tussen deze operationele organisaties van aanbieders en klanten en het verschil in netwerkgebruik, wijzen op aparte markten voor nationale pakketbezorging, internationale pakketbezorging, nationaal vrachtvervoer en internationaal vrachtvervoer.

16. Ten slotte kan binnen deze vier markten verder onderscheid worden gemaakt tussen expresdiensten en standaarddiensten. Hierbij onderscheidt expresse zich van standaardverzending door onder andere snelheid,

betrouwbaarheid en gerelateerde diensten. Dit wordt weerspiegeld in een hogere prijs voor expresdiensten[8]. Zo betreffen expresdiensten in het algemeen bezorging op de volgende dag voor een bepaald tijdstip, terwijl bij

(4)

standaard diensten bezorging op een vastgestelde dag geschiedt.

17. Door partijen en door twee concurrenten is aangegeven dat in Nederland, als gevolg van de korte afstanden en het feit dat zowel expres- als

standaardverzendingen per auto worden vervoerd, nauwelijks verschil bestaat tussen expres- en standaarddienstverlening. Door enkele andere concurrenten wordt echter gesteld dat het verschil tussen standaard- en

expresverzendingen nog steeds van belang is. Zo onderscheiden

expresverzendingen zich onder andere van standaardverzendingen door de inhoud (veelal documenten) en de prijs, die voor expresverzendingen hoger is dan voor standaardverzendingen. Verder heeft het aanbod van expresstukken in het algemeen een grote mate van onvoorspelbaarheid terwijl

standaardverzendingen vaak een regelmatig (bijvoorbeeld dagelijks) kerend patroon kennen. Op grond van bovenstaande (punten 16 en 17) overwegingen zal daarom in de onderhavige zaak worden uitgegaan van aparte markten voor expres- en standaardverzendingen.

18. Omdat in Nederland alleen DPAG, via haar dochters Van Gend en Loos en Danzas, actief is op de markten voor nationale en internationale

standaardbezorging van pakketten en vracht, bestaat hier geen overlap in de activiteiten van partijen. Deze markten kunnen dus bij de verdere beoordeling buiten beschouwing worden gelaten.

Logistieke dienstverlening

19. Partijen geven aan dat DPAG een breed scala aan logistieke diensten aanbiedt aan ondernemingen in verschillende sectoren. Hierbij valt te denken aan opslag, distributie, assemblage, reconfiguratie, labelling en het uitvoeren van testen en reparaties. Correct Express is onder meer actief in de inslag- en-opslag, sortering, orderpicking en fijndistributie. Correct Express beschikt over speciale faciliteiten voor producten in de medische sector en de

parfumindustrie en over een ministerile vergunning voor het opslaan van farmaceutische producten.

20. Partijen stellen dat iedere logistieke dienstverlener in beginsel in staat is om zonder al te veel (financile) inspanningen dergelijke diensten aan te bieden ten aanzien van alle producten en aan ondernemingen in meerdere sectoren.

Zij wijzen erop dat bijgevolg alle logistieke dienstverleners tenminste potentile concurrenten van elkaar zijn.

21. De markt voor logistieke diensten heeft onder meer betrekking op initile logistieke adviezen en studies, operationele werkzaamheden inzake opslag, het management van aanbieders van vervoer en de verstrekking van andere beheersdiensten op het gebied van logistiek. Ook de Europese Commissie gaat in verschillende beschikkingen uit van een definitie van de markt voor logistieke diensten als een product dat, onder andere, (financile) planning, de controle over het vervoer en de opslag van de vracht integreert en als zodanig een van de markt(en) voor vervoer te onderscheiden markt vormt[9].

22. Enkele marktpartijen hebben aangegeven dat binnen de markt voor logistieke dienstverlening onderscheid kan worden gemaakt tussen verschillende diensten. Veel ondernemingen concentreren zich op

dienstverlening aan ondernemingen in n of enkele bedrijfstakken. Zo zouden bijvoorbeeld dienstverlening aan de farmaceutische industrie en automotive/hi- tech als tamelijk zelfstandige marktsegmenten kunnen worden onderscheiden binnen de markt voor logistieke dienstverlening. Ervaring en reputatie spelen

(5)

een belangrijke rol bij het verwerven van opdrachten. Nicheactiviteiten zouden zo door beperkte substitutie vanuit de vraagzijde kunnen leiden tot enige mate van segmentering en afscherming van delen van de markt. Marktpartijen melden echter eveneens dat de diensten aan verschillende sectoren in veel gevallen wat technologie en complexiteit betreft vergelijkbaar zijn met elkaar (zie ook punt 23). Het is daarom niet moeilijk voor ondernemingen die op n segment actief zijn, op een ander segment diensten aan te bieden.

23. De aard van logistieke diensten kan sterk uiteenlopen. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan de verschillen tussen assemblage (automotive/hi-tech), verpakking (petrochemie), koeling (zuivel e.d), strijken (kleding) et cetera. Behalve naar branche zou daarom wellicht ook een nader onderscheid naar logistieke activiteit kunnen worden gemaakt. Meerdere marktpartijen wijzen er echter op dat de verschillende typen van logistieke dienstverlening in het algemeen in technisch opzicht niet gecompliceerd zijn en dat het eenvoudig is om van n activiteit naar een andere over te stappen.

Dit wordt versterkt door de groeiende vraag naar dedicated warehousing, opslag en logistieke dienstverlening die exclusief ten behoeve van n afnemer wordt verricht. De constructie van dergelijke, speciaal voor een clint ontworpen depots, neemt in het algemeen slechts 2 tot 3 maanden in beslag.

24. In onderhavig geval kan in het midden blijven of een nadere segmentering van de markt voor logistieke dienstverlening langs bovengenoemde lijnen noodzakelijk is, omdat de uiteindelijke beoordeling hierdoor niet wordt benvloed (zie de punten 27 tot en met 34).

Relevante geografische markten

25. Partijen merken op dat voor elk van de door hen onderscheiden markten, de geografische dimensie ten minste nationaal is. Tevens geven zij aan dat deze markten naar hun aard zich ontwikkelen tot een internationale markt.

Grotere klanten vragen om logistieke oplossingen op een pan-Europese en zelfs wereldwijde schaal. Partijen geven aan dat de activiteiten van partijen elkaar alleen overlappen op Nederlands grondgebied.

26. In navolging van eerdere besluiten[10] kan worden aangenomen dat de markten voor nationale en internationale pakketbezorging per expresse, de markten voor nationaal en internationaal vrachtvervoer per expresse en de markt voor logistieke dienstverlening in geografische zin in ieder geval Nederland omvatten. In het onderhavige geval kan het in het midden blijven of de markten wellicht ruimer moeten worden afgebakend, aangezien de uiteindelijke beoordeling hierdoor niet wordt benvloed (zie de punten 27 tot en met 34).

B. Gevolgen van de concentratie

27. Voor geen van de relevante productmarkten bestaan door onafhankelijke organisaties gemaakte en algemeen geaccepteerde schattingen van de gemaakte omzetten. Als gevolg hiervan is het moeilijk om een nauwkeurig beeld te krijgen van het gezamenlijke marktaandeel van partijen op de relevante markten. Door verschillende concurrenten is echter aangegeven dat de wijze waarop partijen de marktomvang voor 1999 hebben berekend een juiste manier is. Hierna zal daarom in dit besluit, tenzij anders vermeld, worden uitgegaan van de schattingen van partijen.

(6)

Nationale en internationale pakketbezorging per expresse

28. Partijen geven aan dat de totale omzet op de markt voor internationale pakketbezorging per expresse in Nederland NLG 294 miljoen, en op de markt voor nationale pakketbezorging per expresse NLG 1.337 miljoen bedraagt. Op eerstgenoemde markt hebben partijen een gezamenlijk marktaandeel van [ 20-30 ] %, op laatstgenoemde markt [ 20-30 ] %. Partijen noemen dit het worst case scenario waarbij zij alle omzet van Correct Express die zij zelf als behaald met vrachtvervoer beschouwen, als omzet behaald op het gebied van pakketbezorging per expresse aanmerken.

29. Aangezien deze cijfers betrekking hebben op een worst case scenario, zal ongeacht welke omzet van Correct Express als behaald met

pakketbezorging aangemerkt wordt, het gezamenlijke marktaandeel van partijen op deze markt niet hoger zijn dan de in de punt 28 genoemde marktaandelen.

Nationaal en internationaal vrachtvervoer per expresse

30. Partijen geven aan dat de totale omzet op de markt van internationaal vrachtvervoer per expresse in Nederland NLG 222 miljoen, en op de markt van nationaal vrachtvervoer per expresse in Nederland NLG 549 miljoen bedraagt.

Op eerstgenoemde markt hebben partijen een gezamenlijk marktaandeel van [ 10-20 ] %, op laatstgenoemde markt van [ 0-10 ] %. Indien de gehele markt voor vrachtvervoer per expresse in Nederland wordt bekeken, dan hebben partijen een gezamenlijk marktaandeel van [ 0-10 ] %.

Logistieke dienstverlening

31. Partijen geven aan dat de totale omzet op de markt voor logistieke dienstverlening in Nederland NLG 3.453 miljoen bedraagt. Uitgaande van dit cijfer, hebben partijen een gezamenlijk marktaandeel van [ 10-20 ] %.

32. DPAG is actief is op het gebied van het assembleren van onderdelen, terwijl Correct Express activiteiten verricht met betrekking tot de opslag (warehousing) en het transport van farmaceutische producten voor apotheken.

Indien sprake zou zijn van aparte markten voor logistieke dienstverlening aan ondernemingen in individuele branches, is er geen overlap tussen de

activiteiten van DPAG en Correct Express.

Portefeuille effect

33. Verschillende concurrenten hebben opgemerkt dat door het aanbieden van een groter palet aan pakket-, vracht- en logistieke diensten geen

schaalvoordelen in de productie worden behaald. Dit is ook de reden waarom veel concurrenten van partijen slechts op een of enkele productmarkten actief zijn. Partijen zullen dus, indien zij op een van de benvloede markten grote marktaandelen zouden verkrijgen en voor zover de marktpositie sterker wordt dan die van concurrenten die op slechts een of enkele (deel)markten actief zijn, geen concurrentievoordeel op andere benvloede markten behalen.

Daarnaast zijn er meerdere kapitaalkrachtige concerns en

samenwerkingsverbanden actief in Nederland die (nagenoeg) het gehele spectrum aan transport- en logistieke diensten verrichten, zoals TPG/TNT, Post Office/NPD en La Poste/DPD/General Parcel. Gegeven de huidige marktverhoudingen zal het vermogen om een portefeuille aan pakket, vracht

(7)

en logistieke diensten aan te bieden in de onderhavige zaak niet leiden tot het ontstaan of versterken van een economische machtspositie voor partijen.

34. Verder geldt voor de gehele transport- en logistieke sector dat er een grote mate van koperskracht bestaat. Veel verladers zijn zelf grote ondernemingen die in staat zijn scherpe prijzen af te dwingen. Het

regelmatige gebruik door verladers van bidbooks, waarop openbare inschrijving mogelijk is, speelt hierbij een rol.

VI. CONCLUSIE

35. Na onderzoek van deze melding is de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit tot de conclusie gekomen dat de gemelde operatie binnen de werkingssfeer valt van het in hoofdstuk 5 van de Mededingingswet geregelde concentratietoezicht. Hij heeft geen reden om aan te nemen dat als gevolg van die concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een daadwerkelijke mededinging op de Nederlandse markt of een deel daarvan op significante wijze wordt belemmerd.

36. Gelet op het bovenstaande deelt de directeur-generaal van de

Nederlandse mededingingsautoriteit mede dat voor het tot stand brengen van de concentratie waarop de melding betrekking heeft geen vergunning is vereist.

Datum: 15 juni 2000

De directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit, voor deze:

w.g. drs R.J.P. Jansen Hoofd Concentratiecontrole

Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit een gemotiveerd beroepschrift indienen bij de arrondissementsrechtbank te Rotterdam, sector bestuursrecht, Postbus 50951, 3007 BM, Rotterdam.

---

[1] Tegelijkertijd met het verwerven van de aandelen in Correct, verwerft DPAG tevens alle niet-Duitse dochterondernemingen van Trans-o-flex Schnell-

Lieferdienst GmbH. Deze deeltransacties worden of zijn gemeld bij de mededingingsautoriteiten in Itali en Duitsland.

(8)

* Bedrijfsvertrouwelijke gegevens worden hierna tussen haken [] weergegeven.

[2] Aldus te lezen op de website van Correct Express: www.correct.nl.

[3] Vergelijk onder meer de besluiten in de zaken 1780/Vos De Bruin van 3 maart 2000 en 1834/The Post Office NPD van 4 april 2000. Zie ook de beschikking van de Europese Commissie van 2 december 1991 in zaak IV/M.102 TNT/Canada Post, DBP Postdienst, La Poste, PTT Post and Sweden Post, de beschikking van de Europese Commissie van 8 november 1996 in zaak IV/M.843 PTT Post/TNT/GD Express Worldwide, de beschikking van de Europese Commissie van 23 februari 1999 in zaak IV/M.1347

Deutsche Post/Securicor en de beschikking van de Europese Commissie van 7 februari 2000 in zaak IV/M.1794 Deutsche Post/Air Express International.

[4] Zie zaak IV/M.1347 Deutsche Post/Securicor, reeds aangehaald,

overweging 14 en de beschikking van de Europese Commissie van 8 juli 1999 in zaak IV/M.1549 Deutsche Post/ASG, overweging 10.

[5] Zie ook de eerder in voetnoot 2 en 3 genoemde besluiten van de d-g NMa en de beschikkingen van de Europese Comissie.

[6] Zie zaak IV/M.1549 Deutsche Post/ASG, reeds aangehaald, overweging 10.

[7] Een goed voorbeeld hiervan is Trans-o-flex Schnell-Lieferdienst GmbH, gevestigd in Duitsland. Zij heeft samenwerkingscontracten met

onafhankelijke, vergelijkbare ondernemingen in het buitenland en verkoopt thans alle buitenlandse dochterondernemingen, in Nederland (Correct Express), Oostenrijk, Belgi, Itali, Denemarken en Hongarije aan DPBV.

[8] Zie onder meer zaak IV/M.102 TNT/Canada Post, DBP Postdienst, La Poste, PTT Post and Sweden Post, reeds aangehaald, overweging 20 en zaak IV/M.1549 Deutsche Post/ASG, reeds aangehaald, overweging 10.

[9] Zie de zaken IV/M.1405 - TNT Post Group-Jet Services, van 16 februari 1999, punten 19 en 20, IV/M.1500 - TPG-Tecnologistica, van 11 mei 1999, punten 10 en 13 en IV/M.1513 - Deutsche Post-Danzas-Nedlloyd, van 6 juli 1999, punt 12.

[10] Zie de besluiten in de zaken 1780/Vos De Bruin en 1834/The Post Office NPD, beide reeds aangehaald.

Aan de inhoud van deze pagina's kunt u geen rechten ontlenen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

(hierna: Friesland Bank), een onderdeel van de Friesland Bank Groep, voornemens is zeggenschap te verkrijgen, in de zin van artikel 27, onder b, van de Mededingingswet, over de

In artikel 28, eerste lid, onder c, van de Mededingingswet (hierna ook: de vrijstelling) is bepaald dat niet als een concentratie wordt beschouwd het verwerven van participaties

Op bovenvermelde datum heeft de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit (hiema: de Raad) een melding ontvangen van een voorgenomen concentratie in de zin van

Hierin is medegedeeld dat Facilicom Bedrijfsdiensten B.V., een onderdeel van de Facilicom-groep, voornemens is uitsluitende zeggenschap te verkrijgen, in de zin van artikel 27,

(hierna: SMCvP), een gemeenschappelijke onderneming van Stichting GGZ Centraal en Stichting Meander Medisch Centrum, voornemens is zeggenschap te verkrijgen over de crisisdienst

Na onderzoek van de melding en de daarbij ingediende gegevens heeft ACM vastgesteld dat de gemelde operatie binnen de werkingssfeer van het in hoofdstuk 5 van de

Na onderzoek van de melding en de daarbij ingediende gegevens heeft ACM vastgesteld dat de gemelde operatie binnen de werkingssfeer van het in hoofdstuk 5 van de

Na onderzoek van de melding en de daarbij ingediende gegevens heeft ACM vastgesteld dat de gemelde operatie binnen de werkingssfeer van het in hoofdstuk 5 van de