Openbaar besluit
Besluit van de Autoriteit Consument en MarktIn de zin van artikel 40 Mededingingswet
P
a
g
in
a
1
/3
M u z e n s tra a t 4 1 | 2 5 1 1 W B D e n Ha a g P o s tb u s 1 6 3 2 6 | 2 5 0 0 B H D e n Ha a g T 0 7 0 7 2 2 2 0 0 0 | F 0 7 0 7 2 2 2 3 5 5 in fo @ a c m .n l | www. a c m .n l | www. c o n s u wi jz e r.n lOns kenmerk: ACM/DM/2016/202129_OV
Zaaknummer: 16.0357.23
I. VERZOEK
1. Op 15 april 2016 heeft de Autoriteit Consument en Markt (hierna: ACM) een melding ontvangen van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 34 van de Mededingingswet. Hierin is medegedeeld dat Stichting Arkin (hierna: Arkin) voornemens is zeggenschap te verkrijgen, in de zin van artikel 27, eerste lid, onder b, van de Mededingingswet, over activa van Stichting Victas (hierna: Victas). Deze activa bestaan blijkens het meldingsformulier uit lopende contracten met de zorgverzekeraars, het patiëntenbestand, de inventaris en de IE-rechten. Op gelijke datum heeft Arkin een verzoek tot ontheffing ingediend als bedoeld in artikel 40, eerste lid, van de Mededingingswet. Bij dat verzoek was een ontheffing gevoegd als bedoeld in artikel 49d van de Wet marktordening gezondheidszorg.
2. Victas biedt diverse vormen van verslavingszorg aan in Midden-Nederland. Op 4 april 2016 heeft de Rechtbank Midden Nederland Victas failliet verklaard. Arkin is onder meer actief met het behandelen van mensen met psychiatrische stoornissen en complexe psychische en
verslavingsproblematiek, met name in Amsterdam. Arkin beoogt met de gemelde concentratie de continuïteit van de zorg te borgen en de bedrijfsactiviteiten van Victas voort te zetten. Arkin baseert het verzoek tot ontheffing onder meer op onderstaande argumenten.
II. ARGUMENTEN PARTIJEN
3. Arkin wil zo spoedig mogelijk de verantwoordelijkheid voor de patiëntenzorg op zich nemen. Alleen door de concentratie op de kortst mogelijke termijn tot stand te brengen kan Arkin de continuïteit van de zorg waarborgen. Dit houdt mede verband met het feit dat de relevante contracten vanwege het faillissement niet langer geldig of afdwingbaar zijn. Arkin ziet een reëel risico op onherstelbare schade in die zin dat patiënten van Victas onvoldoende of geen zorg meer krijgen, als Arkin niet zo spoedig mogelijk contracten kan sluiten met zorgverzekeraars en gemeenten.
Besluit
openbaar
2
/3
5. De curator wijst aanvullend op mogelijke schade doordat verzekeraars en gemeentes patiënten bij een andere instelling onderbrengen, zulks mede gelet op de kwetsbaarheid van de
patiëntenpopulatie. Ook wijst hij op specifieke zorg, zoals verstrekking van methadon en andere middelen, waartoe op korte termijn contracten moeten worden gesloten. Meer in het algemeen heeft de curator bevestigd dat Arkin, zolang er onduidelijkheid bestaat of Arkin de activa en activiteiten van Victas mag overnemen, niet in staat is om definitieve afspraken te maken met zorgverzekeraars, leveranciers, gemeentes, personeel en andere zorgverleners om de continuïteit van zorg te kunnen garanderen; zekerheid hierover is zo spoedig mogelijk vereist.
III. BEOORDELING VERZOEK
6. Artikel 40, eerste lid, van de Mededingingswet geeft ACM de mogelijkheid op verzoek van degene die een melding heeft gedaan, ontheffing te verlenen van het in artikel 34 van de Mededingingswet gestelde verbod indien daarvoor gewichtige redenen aanwezig zijn. Van gewichtige redenen is sprake indien door het in acht nemen van de verplichte wachtperiode aan een voorgenomen concentratie onherstelbare schade wordt toegebracht, zoals bedoeld in de Memorie van Toelichting bij het wetsvoorstel Mededingingswet (Kamerstukken II, 1995-96, 24707, nr. 3, blz. 78).
7. ACM heeft de argumenten van partijen en de door hen overgelegde documentatie onderzocht. Mede gelet op het standpunt van de curator acht ACM het voldoende aannemelijk dat de (continuïteit van de ) zorg en de waarde van de concentratie worden aangetast, als Arkin niet zo spoedig mogelijk zeggenschap verkrijgt over Victas en met het oog op de zorg door Victas verplichtingen kan aangaan. Uitstel van de transactie en van uitvoering daarvan zou leiden tot onherstelbare schade aan de zorg en onomkeerbare waardevermindering van de onderneming. Er bestaan derhalve gewichtige redenen om ontheffing te verlenen.
8. Mocht in de onderhavige zaak blijken dat de concentratie uiteindelijk op mededingingsbezwaren zal stuiten, laat het verlenen van deze ontheffing onverlet dat de concentratie alsdan geheel of gedeeltelijk ongedaan zou moeten worden gemaakt (art. 40, derde lid, van de
Besluit
openbaar
3
/3
IV. BESLUIT
7. ACM wijst het verzoek tot ontheffing toe.
Datum: 15 april 2016
Autoriteit Consument en Markt, namens deze:
w.g. mr. C.A. Fonteijn Bestuursvoorzitter