• No results found

Vraag nr. 44 van 22 oktober 1999 van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 44 van 22 oktober 1999 van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 44

van 22 oktober 1999

van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN Dienstregelingen De Lijn – Overleg met gebruikers De nieuwe dienstregelingen van De Lijn zorgen steeds voor controversen. De wijzigingen die sinds 26 september 1999 gelden, hebben echter veel on-genoegen veroorzaakt.

Vooral de regelmatige gebruikers die voor het Limburgs Universitair Centrum (LUC) kozen, onder andere op basis van de bekende dienstrege-l i n g e n , worden nu geconfronteerd met probdienstrege-lemen van een plots erg onregelmatig aanbod. Het LUC betaalt nochtans een forfaitaire bijdrage voor ex-ploitatiekosten en komt tegemoet in de busabon-nementen.

Dergelijke feiten doen ook latente ongenoegens naar boven komen, zoals inzake bussen die overvol en vuil zijn.

Deze ervaringen van studenten maken hun kijk op openbaar vervoer nog negatiever voor de toe-komst.

1. Worden instellingen of bedrijven die jaarlijks een bijdrage betalen in de exploitatiekosten, b e-trokken bij wijzigingen in de dienstregelingen die voor hen een weerslag kunnen hebben ? 2. Worden onderwijsinstellingen, b e d r i j v e n , . . . g

e-legen in de buurt van een bushalte, op een of andere manier betrokken bij wijzigingen in de dienstregelingen van De Lijn ?

3. Zijn er reeds concrete afspraken gemaakt om voor dit probleem een gepaste oplossing te vin-den ? Welke ?

Antwoord

De vroegere kwartierfrequentie in de bediening van het LUC is onregelmatiger geworden sedert de wijzigingen aan de dienstregeling op 26 september 1 9 9 9 . De aanleiding hiervoor waren de wijzigingen aan de dienstregeling van de NMBS, eveneens met ingang van 26 september 1999.

De volgende factoren speelden ook een rol:

– de noodzakelijke aanpassing van de rijtijden in 1998 om realistische prestaties te kunnen leve-ren in een steeds drukkere verkeersomgeving met doorstromingsproblemen, w e r k e n ,. . . D e z e

aanpassing leidde tot meerkosten die niet wer-den gecompenseerd door bijkomende middelen ; – de noodzaak om het exploitatiebudget, dat

his-torisch gegroeid is, kostenefficiënter te benut-ten.

Deze factoren noopten De Lijn om tegelijk de effi-ciëntie van de beschikbare middelen te verhogen en de treinwijziging te volgen om het totale open-baarvervoernetwerk te bewaren. De aanvullende rol van De Lijn voor de treinbediening in de pro-vincie Limburg is immers primordiaal, gezien de vele pendelaars.

In concreto werd lijn 36 voor een rationelere ex-ploitatie geïntegreerd in lijn 45/4. Samen met de nodige aanpassingen ten behoeve van de treinaan-sluitingen in Hasselt en Genk, diende hierdoor de kwartierfrequentie tussen Hasselt en het LUC te wijzigen.

De vaststelling dat de grootste groepen reizigers binnen vaste uurblokken 's morgens en 's namid-dags aankomen en vertrekken, liet toe om capaci-teitsproblemen onmiddellijk te verhelpen door het inleggen van bijkomende ritten op piekmomenten. Voor de meerderheid van gebruikers is het totaal-aanbod tussen Hasselt en het LUC aldus toegeno-men.

Wat concreet de vraag betreft, kan het volgende worden gesteld.

1. Het LUC betaalt een bijdrage in het verplaat-singstarief voor studenten, niet in de exploitatie-kosten van de lijnen als zodanig. Het traject tus-sen Hasselt en het LUC omvat twee verplaat-singen tegen het stadstarief van Hasselt (dus kosteloos).

2. De wijzigingen vanaf 26 september 1999 werden ontwikkeld binnen de zeer strikte timing van de treinwijzigingen en met de absolute noodzaak om de netwerkprincipes te vrijwaren.

Voorafgaande raadplegingen bleken aldus on-m o g e l i j k . Anderzijds is het zo dat De Lijn gere-geld en schriftelijk bij de scholen en bij de be-langrijkste bedrijven informeert om het aanbod binnen de netwerkstructuur zoveel mogelijk af te stemmen op de belangrijkste verplaatsings-uren en -relaties van hun openbaarvervoerge-bruikers.

(2)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Heers Bejaarden zo lang mogelijk in hun vertrouwd milieu laten verblijven / Via ondersteuning van de thuiszorg, de mantelzorg en de uitbouw van het dienstencentrum ervoor zorgen

Artikel 1 van deze wet bepaalt dat onder de dringende medische hulp dient te worden verstaan : "Het eenvormig oproepstelsel, de eerste verzorging op de openbare weg, het

Een gecoördineerd antwoord zal worden verstrekt door mevrouw Mieke Vo g e l s, Vlaams minister van Welzijn, Gezondheid en

Wat de vraag betreft naar de aanleiding om op- nieuw te beklemtonen dat de aanleg van fietspaden en rotondes tot mijn beleidsprioriteiten behoort, i s het logisch dat ik in de

Vlaams minister van Cultuur, Je u g d , Stedelijk Be- leid, Huisvesting en Brusselse Aangelegenheden Vraag

Vo o r m a- lig minister bevoegd voor Welzijn Luc Martens ver- klaarde vroeger dat Kind en Gezin een aantal op- leidingen zou erkennen die voor reguliere werkge- legenheid in deze

In de persmededeling van 27 juli 1999 verklaarde de Vlaamse regering de nodige aandacht te willen schenken aan een evenwichtige vertegenwoordi- ging van mannen en vrouwen in de

Sinds de erkenning van vermelde initiatieven wer- den in de bijzondere jeugdbijstand geen nieuwe aanvragen ontvangen voor het erkennen en subsi- diëren van opvang van kinderen