• No results found

LITURGIE. voor de dienst op Biddag woensdag 10 maart 2021 in de dorpskerk van Woudenberg

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "LITURGIE. voor de dienst op Biddag woensdag 10 maart 2021 in de dorpskerk van Woudenberg"

Copied!
11
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

LITURGIE

voor de dienst op Biddag

woensdag 10 maart 2021

in de dorpskerk van Woudenberg

(2)
(3)

Muziek

De kerkenraad komt binnen Welkom en mededelingen

S5l gebed – in s&lte vragen we om een zegen over de dienst Votum - we spreken uit dat we in deze kerkdienst van God a7ankelijk zijn

Groet – we worden door God gegroet; Hij wil bij ons zijn!

Zingen: Psalm 75: 1 en 6 U alleen, U loven wij ja wij loven U, o HEER,

want Uw naam, zo rijk van eer, is tot onze vreugd nabij;

Dies vertelt men in ons land al de wond'ren Uwer hand.

'k Zal dit melden, 'k zal al6jd zingen Jakobs God ter eer, slaan der bozen hoornen neer, vellen wat Zijn naam bestrijdt;

maar der vromen hoorn en macht zal verhoogd zijn door Gods kracht.

(4)

Geloofsbelijdenis door Loïs Kwakernaak (digitaal) Geloofsbelijdenis

• Wij geloven in God, onze Vader, Die de hemel en de aarde gemaakt heeV. Zo machWg is Hij!

• En wij geloven in de Heere Jezus Christus, de enige Zoon van God. Hij is geboren door een wonder van de Heilige Geest, heeV geleden, is gestorven aan het kruis en ook begraven, ja, zelfs helemaal verlaten door God. Maar na drie dagen is Hij weer uit de dood opgestaan.

• Wij geloven dat de Heere Jezus nu in de hemel is en aan de rechterhand van God zit, maar dat Hij eens terugkomt op deze aarde om recht te spreken en alle dingen nieuw te maken.

• Wij geloven in de Heilige Geest, Die gekomen is op het Pinksterfeest en wil wonen in ons hart.

• Wij geloven dat er één christelijke kerk is, waarin we allemaal bij elkaar horen.

• Wij geloven dat God ons al onze zonden vergeeV en dat we eens een nieuw lichaam zullen krijgen.

• En dat we dan voor alWjd bij de Heere Jezus zullen zijn.

Amen

Zingen: Heere, maak mij uw wegen bekend (OTH 505 - digitaal) Here, maak mij Uw wegen bekend

en toon mij de weg die goed is voor mij o, Here maak mij Uw wegen bekend en toon mij de weg die goed is voor mij

(5)

Want U bent mijn God, de enige God ja, U bent mijn God, de enige God laat mij zien, wat U wilt

door Uw Woord, door Uw Geest Here, maak mij Uw wegen bekend en toon mij de weg die goed is voor mij o, Here maak mij Uw wegen bekend en toon mij de weg die goed is voor mij Want U bent mijn God, de enige God ja, U bent mijn God, de enige God laat mij zien (echo), wat U wilt (echo)

door Uw Woord (echo), door Uw Geest (echo) (2x) Dank U Heer

Gebed

SchriQlezing door Martha Verduijn en Lenthe de Roos (digitaal) Nehemia 2: 1 - 20

Nehemia krijgt volmacht om Jeruzalem weer op te bouwen 1 Het gebeurde in de maand Nisan, in het twinWgste jaar van koning Arthahsasta, toen er wijn voor hem gereedstond, dat ik de wijn nam en aan de koning gaf. Nu was ik nooit in zijn tegenwoordigheid verdrieWg geweest.

(6)

2 Toen zei de koning tegen mij: Waarom staat uw gezicht zo verdrieWg, terwijl u toch niet ziek bent? Dit is niets anders dan hartenpijn. Toen werd ik heel erg bevreesd.

3 Ik zei tegen de koning: Moge de koning in eeuwigheid leven!

Waarom zou mijn gezicht niet verdrieWg staan, als de stad, de plaats van de graven van mijn vaderen verwoest ligt en zijn poorten door vuur verteerd zijn?

4 De koning zei tegen mij: Wat verzoekt u dan? Toen bad ik tot de God van de hemel

5 en zei tegen de koning: Als het de koning goeddunkt, en als uw dienaar u welgevallig is, dat u mij dan naar Juda stuurt, naar de stad met de graven van mijn vaderen, zodat ik die weer op kan bouwen.

6 Toen zei de koning tegen mij, terwijl de koningin naast hem zat: Hoelang zal uw reis duren en wanneer zult u terugkeren?

Het was goed in de ogen van de koning. Hij liet mij gaan toen ik hem een bepaalde Wjd opgegeven had.

7 Verder zei ik tegen de koning: Als het de koning goeddunkt, laat men mij dan brieven geven voor de landvoogden van het gebied aan de overzijde van de rivier, dat zij mij doorgang verlenen totdat ik in Juda ben aangekomen,

8 en een brief voor Asaf, de bewaker van het kroondomein dat de koning heeV, dat hij mij hout geeV om een zoldering te maken voor de poorten van de burcht die bij het huis van God hoort, voor de stadsmuur en voor het huis waar ik naartoe zal gaan. En de koning gaf ze mij, omdat de goede hand van mijn God over mij was.

9 Toen kwam ik aan bij de landvoogden van het gebied aan de overzijde van de rivier en gaf hun de brieven van de koning. De koning had legerofficieren en ruiters met mij meegestuurd.

(7)

10 Toen Sanballat, de Horoniet, en Tobia, de AmmoniWsche dienaar, dat hoorden, was het volstrekt kwalijk in hun ogen dat er iemand gekomen was om het goede te zoeken voor de Israëlieten.

11 Ik kwam aan in Jeruzalem en was daar drie dagen.

12 Toen stond ik 's nachts op, ik en enkele mannen met mij. Ik vertelde geen mens wat mijn God in mijn hart gegeven had om voor Jeruzalem te doen. Er was geen dier bij mij, dan het dier waarop ik reed.

13 Ik ging 's nachts door de Dalpoort de stad uit, voorbij de Drakenbron, naar de Mestpoort, en inspecteerde de muren van Jeruzalem, waarin bressen waren geslagen en waarvan de poorten door vuur waren verteerd.

14 Ik ging verder naar de Bronpoort en naar de vijver van de koning. Er was echter geen ruimte om verder te gaan voor het dier waarop ik zat.

15 Toen klom ik in de nacht omhoog langs de beek, terwijl ik de muur inspecteerde, en ging weer terug. Ik kwam door de Dalpoort binnen en ging terug.

16 En de machthebbers wisten niet waar ik heen gegaan was en wat ik aan het doen was, want ik had tot nog toe de Joden, de priesters, de edelen, de machthebbers en de anderen die het werk deden, niets verteld.

17 Toen zei ik tegen hen: U ziet de ellende waarin wij verkeren, dat Jeruzalem verwoest ligt, en zijn poorten met vuur verbrand zijn. Kom, laten we de muur van Jeruzalem opbouwen, zodat wij niet langer een voorwerp van smaad zijn.

(8)

18 En ik vertelde hun over de hand van mijn God, die goed over mij geweest was, alsook de woorden van de koning die hij tot mij gesproken had. Toen zeiden zij: Laten wij opstaan en gaan bouwen! En ze grepen moed voor het goede werk.

19 Maar Sanballat, de Horoniet, en Tobia, de AmmoniWsche dienaar, en Gesem, de Arabier, hoorden dit, en bespojen en verachjen ons. Zij zeiden: Wat is dit voor iets wat u doet? Wilt u tegen de koning in opstand komen?

20 Toen gaf ik hun antwoord en zei tegen hen: De God van de hemel, Hij zal ons doen slagen en wij, Zijn dienaren, zullen opstaan en gaan bouwen. Maar u hebt geen deel, geen recht, en geen herinnering in Jeruzalem.

Collecte

Zingen: Zie je die kapoWe muur? (Weerklank 542) 1 Zie je die kapoje muur?

En de poort, verwoest door vuur?

Maar Nehemia gaat bouwen.

Ieder helpt met stenen sjouwen.

En in oost, west, zuid en noord Wmmert men een nieuwe poort.

2 Ezra leest de wejen voor.

En dat gaat wel uren door.

Alle mensen die daar stonden, moesten huilen om hun zonden.

Ezra zegt: ‘Wees toch maar blij!

God houdt veel van jou en mij!’

(9)

3 Nu men weer Gods wejen kent, gaat men wonen in een tent, want dat waren ze vergeten.

En ze gaan ook samen eten.

Omdat God goed is geweest, vieren ze Loomujenfeest!

We luisteren naar de preek over het thema:

“De biddende bouwer”

Zingen: Psalm 25: 2 en 6 (Nieuwe Berijming) 2. HEER, leer mij Uw waarheid kennen

en Uw onderwijs verstaan.

Laat mij aan Uw wegen wennen, help mij in Uw spoor te gaan – God, U bent het die mij redt.

Hele dagen, hele nachten ben ik hoopvol in gebed:

alWjd blijf ik U verwachten.

6. Wat een wonder mag dit heten:

God laat ieder die Hem dient Zijn verbondsgeheimen weten.

Hij beschouwt hem als een vriend.

(10)

Als ik vastraak in een strik, zal Hij mij opnieuw bevrijden.

Dankgebed en voorbeden – We danken de Heere God voor deze dienst en bidden of hij ons wil zegenen

Zingen: Zegen ons Algoede (Weerklank 477) Zegen ons Algoede,

neem ons in uw hoede en verhef uw aangezicht over ons en geef ons licht.

Stort, op onze bede, in ons hart uw vrede, en vervul ons met de kracht van uw Geest bij dag en nacht.

Amen, amen, amen!

Dat wij niet beschamen Jezus Christus onze Heer, amen, God, uw naam ter eer!

Zegen (staande) – God belooC dat Hij met ons mee zal gaan en voor ons zal zorgen!

(11)

Fijn dat je erbij was!

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

H EERE , MAAK MIJ U W WEGEN BEKEND Heere, maak mij Uw wegen bekend en toon mij de weg die goed is voor mij o, Heere maak mij Uw wegen bekend en toon mij de weg die goed is

Raak mij met uw vergeving aan. Raak mij met uw vergeving aan. Mijn hart is ziek, genees mij door uw hand. Bedrukt is mijn gevoel, ik vergat mijn doel, ‘k dwaalde van het spoor,

En als de Geest tot mij komt en zegt “bid” (3x) Dan gehoorzaam ik Hem, o mijn Heer, o mijn Heer Want als de Geest tot mij komt en zegt “zing” (3x) Dan gehoorzaam ik Hem, o

Tekst: 'God wijst mij een weg': Mireille Schaart; ‘Hij leidt mij voort’: Annette Faasse. © 1990

maak dat ik niet zoek zozeer getroost te zijn, maar dat ik troost, om gehoord te zijn, maar dat ik versta, dat ik liefheb als U.. Want wie geeft ontvangt en wie deelt

Zijn ogen keken in mijn ziel terwijl ik naast Hem stond.. En nooit, zolang ik leven zal vergeet ik nog

In de Nadere Reformatie kon bij velen in de leer, iemand echter het Leven in Hem al hebben, zonder zijn leven te hebben verloren, kon iemand al in het geloof zijn zonder te weten

X Jeugdauteur Sylvia Vanden Heede schrijft vooral boeken voor beginnende lezers..