• No results found

DECEMBER 1939 JANUARI 1940

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "DECEMBER 1939 JANUARI 1940"

Copied!
28
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

DECEMBER 1939 JANUARI 1940

UITGAVE. PUIL1PS-DE JONGI1 ONTSPANNINGSFOT - RED. ADRESi ONTSPANNINGSGEBOl U

TELEFOON 2453, 1818 en 526

ADVERTENTIES. HOLL. AFD. V.O., TELEFOON 1973

(2)

INHOUD

Kerstmis

!

DE REDACTIE 2

1 o

l

< fc’i.

2/3 3 4/5 5 5 5 67

8/9 10 10 10111 11 11 12 12 13 13 14 15116 15 16 16 17 18/19 19 20 20/21 21 22 23 23 23 23 24

Uiivu uwu _ _

e*gen draagkracht, opdat hetleven van velen binnen en buiten onze grenzen niet nogzwaarder worde dan het thans reeds is.

• l'

VERSPREIDING IN EN OM

Waar wijonsgenoodzaakt zien, ook bij de verspreiding van ons maandblad degrootstmogelijke zuinigheid te betrachten, zullen wij in de toekomst weer over­

gaan tot uitreiking van In enOm bij de uitbetaling der salarissen en weekloonen.

aan verdraagzaamheid.

i ]’?ƒ a^e tijden heen de hoogste

’| Jft van liefde en licht in <

alom.

Laten wij allen doen wat wij kunnen, een- H er naar eigen draagkracht, opdat het leven

buiten onze

Kerstmis en Nieuwjaar Overpeinzing van een lezer Een tante en een kalkoen

Mobilisatieen Inkomstenbelasting . . Vertoon de poppenkast

Afhalen boeken bibliotheek Gezelligheid in huis

Prof. Dr. Ing. N. A. Halbertsma . Hoe het groeide

G. van Mesdag ƒ Aquariumnieuws Postduiven

Avsndkantooronderwijs Gezanten op bezoek

Een nieuw „Biosol apparaat . . A. M. H. Thomannƒ

Jaarmarkt Soerabaja Fotowedstrijd

Smalflmnituws ...

Hetfataledoosje Prof. Mr. J. Oranje Populaire voorstellingen

Leert Uzelf bridgen ...

Leeszaal en bibliotheek

Volkstuinen ...

Kerstcadeau*

Schaken Vertelmiddagen Kamergymnastiek Dammen Ziekenzorg Bridgewedstrijd Baden en zwemmen Knip/naailessen Bello Blafmeier

\ \ TAT 1938 ons bracht, weten W)

\ /\ / «Hen. maar wat 1939 voor on ■

„ V V zal inhouden, zal de toekoma ' ons moeten leeren”, schreef Dr. A. F. Philip»

een jaar geleden in zijn Kerst- en Nieuwjaar»

boodschap in „In en Om".

Thans weten wij, dat het achteronsliggend»

jaar de wereld het afschuwelijkste heeft ge- bracht dat denkbaar is: den oorlog. Dal beteekent menschenoffers in schrikbarend»

afmetingen, vernieling van veel, dat mei noesten ijver en vlijt door menschenhanden is opgebouwd voor andere doeleinden dan dat van de vernietiging. Het beteekent ook een groote stap terug in de beschaving en in de verzoening der volkeren, welke tod eens komen móet en zal. Een oorlog brengt

met alle verschrikking óók een inoreele en zedelijke crisis, die de samenle\ ing tusschen de volkeren ondermijnt en wantrouwen en vrees doet vergrooten. welke slechts met dt allergrootste inspanning, ook door de besten der besten, zullenkunnen worden overwonnen Doch Kerstmis, met haar groote beteekeni?

voor ons allen in ons gezinsleven, beteekent óók, dat de mensch in de donkerste uren het geloof in een betere wereld nimmer behoeft te verliezen, noch mag verliezen. \\ ant om ons heen zien wij in velerlei vorm de tee- kenen, dat de mensch zich bewust wordt van het kwade, het verzet daartegen groeit, ondanks alles, met den dag en een verlangen naar een werkelijken vrede bespeurt men in alle landen der wereld.

\\ anneer van ons als Nederlanders door de Regeering wordt gevraagd, haar in de door haar te handhaven strikte neutraliteit te steunen en te schragen, dan wil dat zeggen, dat wij ook persoonlijk en als onderneming in geen enkel opzicht partij zullen kiezen in het gewapend conflict. Maar dat beteekent niet, dat wij niet zouden medegevoelen met volkeren, die — g’dijk het onze onafhankelijk, dank zij eigen cultuur en historie — met den ondergang worden bedreigd.

Daarnevens moeten onze gedachten en onze daden uitgaan naar al onze medemenschen in alle landen, ook in het onze, die direct getroffen worden door de gevolgen van den strijd. Het lenigen van smart van velen is medewerken aan den geest van verzoening en verdraagzaamheid, waarvoor Kerstmis j manifestatie

de duisternis

(3)

4

Nieuwjaar

Ik heb mijn pen neergelegd en met hem ge­ praat. Over gewone dingen. Wij hebben over de bekoring van die laatste December- weken gesproken, over vroolijke volle win­ kels en lange gezellige winteravonden, over sneeuw en hulst en muziek. En langzamer­ hand kwam er iets van zelfvertrouwen in hem terug en begon hij te beseffen, dat de geest oneindig veel sterker is dan alle staal en ijzer. Hij verlangde naar innerlijke rust, naar de mogelijkheid, die te vinden.

Zou ookdezeKerstmis dan misschien toch...?

En nuneemik mijn penwee» op, zonderdoor die andere „ik” vervolgd te worden. Ik geloofinKerstmis en ik ben dankbaar, dat het jaar ten einde loopt en ons allen de mogelijkheid geboden wordt een paar dagen te genieten van alles, dat slechts met vrede te maken heeft. Dagen, waarop bet gezinsleven hoogtij viert. Wij zullen de radio niet aan­ zetten om naarnieuwsberichten te luisteren, maar om een ernstig gesproken woord te doordenken en klassieke muziek te hooren.

Want hoe hard de stem van het kanon ook buldert, op Kerstmis, ook déze Kerstmis, iser eeninachtiger stem die tot ons spreekt, de stem van den Vrede.

KERSTMIS 1939

(Overpeinzing van een lezer)

„Waarom schrijf je eigenlijk over Kerstmis en — eenvluggenblik werpend ophet kladje dat voor mij lag, vervolgde hij „Kerstmis moest maar afgeschaft worden; wij moeten niet zoo gevoelig zijn en over dingen praten en schrijven en denken, waar in 1939 geen plaats voor is.

Ik heb hem eens aangekeken.

Hij is niet de eenige, die zich afgevraagd heeft waarom er in etalages weer roode linten gespannen worden, waarom er duizenden dennen van het bosch naar de huiskamers verplaatst worden, waarom engelenhaar op groene takken uitgespreid wordt en waarom straks kaarsen ontstoken zullen worden.

Metkaarsen moet menzuinig zijn.

Hij is verder gegaan en heeft zichzelf en zijn medemenschen onwaardig gekeurd het feest van Christus’ geboorte te vieren onder het dreunen van kanonnen,die de klokken van Bcthlehem zullen overstemmen. 25December iseen dag als alle andere dagen, een dag vol verschrikkingvoor al diegenen, die tegenover elkaar liggen en een nieuwe dag van span­

ning voor de millioenen, die toeschouwer zijn. Wie durft er over het eeuwige licht te praten?

Hijheeft ook iets gezegd.Hij heeftde nieuws­ berichten ontleed en theorieën verkondigd, die de generale staven niet zouden durven aanhangen. Hij heeft zijn meening gegeven over de mogelijkheid, een brandbom in een emmer met zand te deponeeren; ja zelfs heeft hij de trefkans berekend, dat ookzijn huis getroffen zal worden.

En nu is hij bang geworden, bang voor het naderend Kerstfeest, dal maar uitgesteld moest worden tot later...

en paraat is, naar wij allen innig

ons land ooit zou worden betrokken.

voor ons nog zijn verborgen,

nog ons aller deel worden zullen door

voor ons wanneer

Het zal U allen duidelijk zijn, hoe zeer onze onderneming, met baar grooten export en hare belangen in wel haast alle landen van de wereld, de gevolgen ondervindt van den wereldbrand.

Wij hebben in dit jaar ondervonden, dat de wensch, door Dr. A. F. Philips in zijn bood­

schap van December 1938 uitgedrukt, „dat wij allen gezamenlijk hand in hand als één sterke macht voor ons bedrijf hebben op te komen en met uiterste krachtinspanning hebben te waken voor onze economische weerkracht" in vervulling is gegaan. Met de grooter wordende moeilijkheden heeft Uw inspanning en plichtsbetrachtinggelijken tred gehouden en wij hebben ons in onze zorgen voor de instandhouding van het geheel ge­ sterkt gevoeld door Uw aller toewijding.

Met die gevoelens zullen wij het Nieuwe Jaar gezamenlijk weer ingaan, met als groot­ ste kracht : het wederzijdsch vertrouwen in den gemeenschappelijken kamp voor hand­ having van de positie onzer Vennootschap.

Gij allen hebt er daarbij recht op te weten, dat de leiding met hare directe medewerkers voorbereidingen heeft getroffen

voor het geval — dat,

hopen, nimmer komen zal — bij het conflict

Veel zal voor ons nog in den schoot der toekomst zijn verborgen, grootrre zorgen kunnen nog ons aller deel worden en even­

eens zullen door ons offers moeten worden gebracht voor ons land en voor onze onder­

neming, wanneer in nog ernstiger uren de noodzaak daartoe komen zou.

Maar intusschen zullen wij allen gezamenlijk op de bres blijven staan, om te behouden voor onze onderneming wat in vele jaren zoo moeizaam is verworven en om haar activiteit uit te breiden, daar, waar zulks onder de gegeven omstandigheden mogelijk blijkt. Want wij erkennen voor onze daden slechts als richtsnoer het „vooruitenomhoog”, dat niet doet terugfien naar het verleden, noch vrees kent voor de toekomst en ons voorbereid doet zijn op alles wat gebeuren kan.

Aan den wensch voor U allen, dat het Nieuwe Jaar de wereld een voor alle volkeren recht­

vaardigen vredebrengen moge, voegik namens de Directie onze hartelijkste wenschen voor al onze medewerkers — de onder de wapenen geroepenen daarin begrepen — met hunne gezinnen voor een zoo gelukkig mogelijk Kerstfeest en voor het Nieuwe Jaar!

KERSTMIS 1939.

(4)

woonden op

een

® < ^en ^een em

Joor TF.D O. SICKENS

(het is ongelooflijk wat Pen en een stuk wit papier een paar kilometers verder

—tspoorboekje en de

1 \NWB — hou u vast borden van den

want daar woonde tante Agatha.

Tante Agatha was een vreemde telg uit vreemde familie. Op het eerste gezicht scheen ze een tanige, oude juffrouw. Ze woonde heelemaal alleen in een half kasteel

- want haar rijkdom was bijna onfatsoen­ lijk — en, hoewel ze met de regelmatigheid vaneen wekker (een goede wekker)aanal haar familieleden jaarlijks kerstgeschenken stuurde, zag ze nooit een van hen, en geen

van hen zag haar.

Ze had een secretaresse, wier voornaamste taak het was van al tante Agathas familie­ leden — en behalve Bart waren er nog nerentwintigoveral over’t land—een soort boekhouding te voeren: want het kon na­ tuurlijk tot pijnlijke complicaties leiden als een verchroomde beddekruik aan Evelientje, een roodharig wezen van zes jaar, en een griffeldoos met spons aan oudoom Ezekiel met jicht gestuurd werd.

Een verklaring van tante Agatha’s terug­ getrokken leven, en misschien van haar oogenschijnlijke tanigheid, was deze: tante Agatha leed aan „dyspepsie. .. Als men datin het woordenboek opzoekt vindt men:

„Slechte spijsvertering” — maar tante Agatha hoefde’t helaasnietin het woorden­

boek opte zoeken. En als ze het gedaan had, zou ze zich waarschijnlijk kwaad gemaakt hebben over de zwakke definitie zijzelf had er heel andere namen voor, die men, mocht men dat verlangen, slechts in ster­

retjes en nitroepteekens gedruktkan krijgen.

Iniedergeval maakte het haar tot dietanige, oudejuffrouw,die ze— als men dat zoo kan zeggen—inhaar hart niet was.

Zeat niets anders dan dingen in melk gesopt, en nu en dan een droog biscuitje, en soms een slaatje of een appel. Als het Kerstmis werd en ze haar kalkoenen verstuurde, en degeur maakte haareersthongerigen daarna ziek,waren er momenten, datzezich afvroeg of ze eigenlijk niet gek was om iedereen maar zulke hemelsche dingen te geven, en zelf ach alles te moeten ontzeggen. Dat ze ’t toch deed - en ieder jaar weer - was typisch voor haar hart.

Dit jaar was tante Agatha - na de ver­

zending van al haar cadeaux - opeens tot COndU9ie 8ekome», dat ze oud begon te

Agatha — met haar neef Bart te beginnen, die op een zolder woonde en getrouwd w met —ze sloeg het grootboek na—Snoetj Ze stampte met haar stok op den\loer liet de secretaresse komen en dicteerde ha

een telegram.

Het telegram werd bezorgd «oen juist '&

loopjongen van den kruidenier met kalkoen onder den arm vertrok. Baf Snoetje liepenlezende de trap op. en ir.i op de trap werden ze bleek en renden naar beneden en holden achter den j°

aan en smeekten hem, den kalkoen "l te staan. Ze redeneerden en argumentc enliepen mee naar den winkel. En daar de baas, en de baas zei: neen, neen, dui maal neen! en dat was dat.

Bart en Snoetje woonden op een grooten zolder ineen hoog oud huis, ergens m Ne­ derland. Bart was een dichter, en Snoetje had lichtbruin, springend haar. Er zijn sommigeverhalen, die op deze, misleidende, manier beginnen en dan opeens verklaren dat Snoetje een poes is. of een Pekingeesje.

Dit is er niet een van. Snoetje was precies watze was:een meisje- een vrouw, zei ze zelfen zewas met Bart getrouwd.

Ze had duizenden goede eigenschappen

zooals alle meisjes met lichtbruin sprin­

gend haar — maar — als alle meisjes met lichtbruin springend haar — ze kon niet koken. Omdat Bart een dichter was viel er nooit veel te koken —maar eens in het jaar was daar een uitzondering op: dat was met Kerstmis.

Ieder jaar ... (sinds nienschenheugenis noemde Bart het... in werkelijkheid was

’tzeven jaar...) stuurde tante Agatha een kalkoen. Denk niet, dat ’t de kalkoen was.

die gekookt werd. Ten eerste was het ding tegroot om in hun pot of is ’t pan — ge­ bradenof is het gebakkente worden.

En ten tweede ruilden ze hem iederjaarin.

deneenenkeer bij den bakker,den anderen bijdenkruidenier, voor een reusachtigenberg levensmiddelen, worst, rijst, koffie, koekjes enzelfrijzend bakmeel.

Delaatstejaren namen zeer zelfs voorschot op ze beleenden den kalkoen maanden van te voren — en als het Kerstmis was, stond de jongen van den bakker of den kruidenier al aan de deur „of de kalkoen al gekomen was,vroeg de baas . . Op die manier leefden ze lang en gelukkig.

Dit jaar was de kalkoen zoo reusachtig uitgevallen, dat hij door twee mannen van v. Gend en Loos moest worden bovengebracht - tenminste dat zei Snoetje, die in oogen- blikken van intense vreugde een beetje dubbel zag - maar in ieder geval schoot er nog een grootbedrag over,enze schaften zich beschuitjes en pudding en kleine Gel- dersche rookworstjes aan - een vrij sober maal in sommige oogen. maar voor hen een gebeurtenis.

Nu springen we men met een kan doen!) —

Precies 108,5 volgens het

4

worden .. . En wat haar dyspepsie haaret levenlang verhinderd had te zijn, 8chOnk de oude dag haar: ze werd sentimenteel Ze haalde oude familie-albums uit de kast en begon er in te bladeren. Ze zag 00|11 Ezekielin eenkort broekje, en- dachtzft niet! — met bloote knieën, en Evelientje op een haardvacht, en Bart op een fiets En ze sloeg met haar hand op de tafel en zei, dat t tijd werd dat ze ze allemaal eenj ging bekijken: of ze gegroeid waren...

Wat drommel, ze zou verdergaan dandat'.!

Ze stond opgewonden uit haar stoel op,ze nam meteen een besluit! Ze zou haar geld vermaken aan de eerste, die haar, onge­ dwongen, impulsief iets liefs deed. Vast wel.

En ze veegde met een energiek gebaarhaar oogen af en liet de faniilie-boekhouding aanrukken. En omdat haar sentimenteele bui haar niet verhinderde alsaltijd practiscb te zijn, besloot ze — omdat zijn naam met een B begon, de eerste in de rij, na de A van

(5)

ze

Nagekomen berichten

Daar zaten ze. Het

een

Bart

MOBILISATIE EN INKOMSTENBELASTING

PHILIPS-DE JONGH ONTSPANNINGSFONDS

was het einde.

en de krokodil;

daad herinnert men zich deze geinspireerde regels misschien uit zijn bundel Gebroken Bloesem, maar dat is een heel ander ver­ haal.

en zij gaan nu in een aardig huis aan een van de grachten wonen. In de hal komt een groot portret van tante Agatha te hangen. Ze hadden eerst gedacht om er steeds versche bloemen onder te zetten, maar bij nader inzien besloten ze tot een opgezetten kalkoen.

hebben jullie je op dezen dag tevreden ge­ steld met” — ze maakte weer een gebaar

„met dit. Ze veegde even over haar oogen.

„Dat— dat vind ik mooi van jullie.”

HALEN EN BRENGEN VAN BOEKEN NAAR DE BIBLIOTHEEK

De klacht wordt nogwel eensgeuit, dat het zoo bezwaarlijk is boeken te ruilen in de bibliotheek omdat de afstanden zoo groot zijn.

We vestigen er de aandacht op, dat de heer Althuizen zich beschikbaar gesteld heeft tegen een vergoeding van ƒ0.10 per keer de boeken voor de leden te halen en te brengen. Wie hiervan gebruik wil maken, kan dat opgeven in de bibliotheek.

En op de een of andere manier had Snoetje ook tranen in haar oogen, en ze stond op en gaf tante Agatha een kus. Want, als alle meisjes met lichtbruin, springend haar, had ze een hart dat ineensboordevol kon raken.

VERTOON DE POPPENKAST VOOR UW KIND!

Wilt uuw kind op zijn verjaardageen groot plezier doen, vertoon dan de poppenkast voor hem en zijn vriendjes.

Het Philips-de Jongh Ontspanningsfonds heeft een eigen poppenkast, die tegen een kleine vergoeding ( ƒ 2.—) beschikbaar wordt gesteld (tel. 1818) met de noodige poppen en requisieten. Tevens kunt u een keuze doen uit een achttal poppenkast- verhalen, n.L:

Jan Klaassen huilt;

Jan Klaassen

Jan Klaassen als kok;

Hoe Jan Klaassen den zieken koning beter maakte;

De zieke Prinses;

Prins Lijsterbaard;

De zilveren tondeldoos;

Tafeltje dek je, ezeltje strek je.

U kunt de poppen en de kast eenige dagen vóór het feest krijgen, zoodat u zich kunt oefenen. Vindt u het bezwaarlijk de poppen­ kast zelf te vervoeren, dan kan de tooneel- knecht van het Ontspanningsgebouw het in zijn vrijen tijd voor u doen.

Ze bibberden een beetje, en hielden zich bleekjes aan elkaar vast, toen ze tante Agathas stok op de trappen hoorden. Ze dedenopen en zeiden: „D-d-dag tante .. en tante Agatha zei „Zoo, zoo, is dit nu Snoetje?” en ja, dit was Snoetje.

Toen praatte ze over koetjes en kalfjes en een stuk of wat andere dieren, en over het weer en over den tijden dat bracht hen genadeloos tot de erkenning dat t nu tijd was om aan tafel te gaan ...

Tengevolge der mobilisatie is in vele ge­ vallen het inkomen in meerdere of mindere mate gedaald. Dit kan aanleiding geven tot geheele of gedeeltelijke ontheffing op de reedsover hetbelastingjaar1939—1940opge­

legde aanslagen in de inkomsten- engemeen­ tefondsbelasting.

Deze ontheffing wordt verleend, indien het inkomen, hetwelk een gemobiliseerde ver­

dient,over eenjaarberekend, minder is dan drie-vierde van het inkomen, waarvoor hij voor 1939—1940 is aangeslagen. Bij het vaststellen van het inkomen van den gemo­

biliseerde blijft, voor het berekenen der ontheffing, het militaire traktement of de soldij, buiten beschouwing.

De meesten der ongehuwde gemobiliseerden, maar ook in sommige gevallen de gehuwde gemobiliseerden, komen dus in aanmerking voor bovengenoemde ontheffing.

Diegenen, die ontheffing wenschen te ver­

krijgen, kunnen zich, onder overlegging van hun aanslagbiljet, benevens van een speci­

ficatie van hetgeen zij sinds de mobilisatie verdienen, wenden tot den heer J. Jansen van het Belastingadviesbureau, Willem- straat 16; het Bureau houdt zitting eiken Woensdag van17 tot 18.30 uur. Desgewenscht kan men zich ook schriftelijk met den heer Jansen in verbinding stellen; de correspon­ dentie moet dan gericht worden aan de Sociaal-Economische Afdeeling.

ï

Ze waren verloren. In hun droomen was tante Agatha een soort fee, een laatste kans geweest, een „eens zullen we.. . waar ze zich aan vastklampten. En nu hadden haar — dat begrepen ze — vreeselijk en onherstelbaar beleedigd. Ze probeerden in hun wanhoop nog of ze de rest van hun levensmiddelen voor een kleiner, een heel klein kalkoentje konden inruilen . .. maar niemand wilde hen helpen en bovendien dachten ze, dat tante Agatha de maat wel uit haar hoofd zou weten.

Ze keerden verslagen naar hun zolder terug.

Snoetje probeerde Bart nog wat op tevroo- lijken, maar het was onmogelijk. „Laat maar,” zei hij dof. Hij borg hethoofd in de handen. „Je kent tante Agatha niet.” Hij maakte een radeloos gebaar. „De sterren zijn vanden hemel gevallen,”zei hij. „Zwart, zwart is de nacht.” Hij schreefdat vlug even op zijnmanchet, omdat je nooit kunt weten hoe zooiets nog eens te pas komt, en inder-

Eerst kwam er een kopje bouillon, en toen

„een p-paar b-beschuitjes, tante? zei Snoetje benauwd, en toen een sneetje ham en een gebakken eitje ... Endaar zat tante Agatha, en Snoetje en Bart zaten tegenover haar, beteuterd naast elkaar, en ze zagen tante’s oogen steeds grooter worden .. . En tenslotte legde tante met een slag haar mes en vork op tafel en stond op . .. Ze dachten dat ze door den grond zouden zin­ ken. Maar ze zonken niet door den grond.

Niet alleen omdat het technisch onmogelijk was, maar omdat het niet hoefde.

Want tante Agatha’s oogen waren vochtig geworden en ze keek hen allebei warm aan.

„Kinderen,” zei ze. „Kinderen, wat hebben jullie een oude vrouw een mooi oogenblik bereid.” Ze maakte een gebaarom zich heen.

„Daar hadden jullie een kalkoen kunnen eten — een heerlijke, vette, druipende uh — ’t doet er niet toe een kalkoen kunnen eten, enom mij — om mij, kinderen,

(6)

> gaan het licht te- kandelai

kunnei 6

ienschotel geven bijpassende

Inplaats siering wcl niet nii Er is f ■ '«Pakken v;

Dat maar r

dat .JW ’ d7r

—>n worden

door H. LOTGERING-HILLEI3RANDT.

-r—lR zijn dit jaar eigenlijk drie Kerst- 1—4 dagen. Dat i? niet mis om drie I . Zondagen achter elkaar te zorgen, dat het huis gezellig is en warm, dat de maaltijd een oogenblik van vreugde en van verpoozing is, omdat de tafel mooi is en het menu goed.

Het vraagt van de huisvrouw een behoorlijke inspanning vooruit, om te zorgen dat alles marcheert en zij óók Zondag kan houden.

Misschien is het geen slecht idee, om de kinderen, als ze handig zijn, te laten mee­

helpen aan een versiering, die gedurende de Kerstdagen de tafel en het huis gezellig kan maken. De mooiste versiering van de tafel voor deze dagen is altijd weer het helder witte tafellaken en het servies, dat niet kost­

baar behoeft te zijn, om te glanzen en te blinken van netheid. Ook het bestek kan nog eens extra worden opgewreven, want glanzende lepels en vorken zijn óók een versiering op tafel. Bekend zijn natuurlijk de papieren loopers met groene en roode kertsversieringen. Zij zijn bij den boekhan­

delaar en in verschillende andere winkels tegen Kerstmis te koop. Er zijn vaak

—! servetjes bij.

van die loopers staat ook een ver- van smal lint altijd goed. Het idéé is

ieuw, maar blijft toch aardig.

smal lint, groen, rood, goud, voor het

_.a van kerstgeschenken in den handel.

, het is heusch geen echt lint, wat het wél ii, weet ik niet precies, in, zou heel mooi naast elkaar -a gebruikt. Twee lange ban­

den van rood, groen cn goud. vlakjjangs el­

kaar gelegd, zou héél goed staan.

Schuine banden van rood en goud, eenige malen herhaald over de tafel gelegd, vormen een aardige versiering voor een lange smalle tafel. Een ronde tafel is meer gediend met een middenstukje en kleine strikjes van rood, groen en goud. Voor het middenstukje van de kersttafel zou héél goed dienst kunnen doen een groot plat bord. Dat bord kan een tinnen bord zijn, een platte schotel van ’t servies of anders voor koekjes bestemd, het kan een plat rieten vlcchtwerkje wezen, dat anders dienst doet als wolmandje of mis­

schien wel als deksel op een mandje.

Op zoo’n plat middenstuk moeten noten en roode appeltjes worden gestapeld, daarop komen glimmend gewreven kastanjes en verder zouden wat donkere takjes er goed in staan. U kunt buiten mooie donkere takjes met knopjes vinden, die bet zóó al mooi doen, doch die ook met wat goud­

poeder zouden kunnen worden bestoven.

Als U maar oppast dat dit middenstukje, dat meteen als dessert dienst kan doen, niet te hoog wordt, zal het een smaakvolle versiering op tafel vormen.

Natuurlijk moet er met Kerstmis licht zijn.

Wij vieren toch immers in bet Kerstfeest van ouds het lengen der dagen? De kortste dag ligt achter ons, we gaan het licht te­

gemoet.

Een geimproviseerden kandelaar maakt U door op een stevig cartonnetje drie noten te plakken, zóó dat zij met z’n drieën de kaars juist vasthouden. Kleef bovendien de kaars

nog op het cartonnetje (een bekleed bier­

viltje) vast cn druk de noten stevig in de kaars, die op dat plaatsje ook even kan worden warm gemaakt.

Begint de tafel er niet netjes uit te zien?

Helder wit linnen, banden van smal rood, groen en goud bindtouw of lint, een plat middenstukje van noten, appelen en kastan­

jes. mooie lange kaarsen op een geïmpro­

viseerd voetstukje.

Er is niet méér noodig. want anders wordt de tafel te vol. Hoogstens legt U bij ieder bord nog een rood of wit Kerst bloemetje of maakt een grappig versierinkje door van een noot, een kastanje of een pinda en wat houtjes een grotesk beest te fabriceeren.

Een paar streepjes van inkt, een paar aange­

plakte vleugeltjes van papier enz., maken prachtige eenden, struisvogels cn ze ’ varkens. Een beetje fantasie moet er bij.

Aan een versierde tafel alleen heeft echter niemand iets. Wat zal er voor lekkers op­

komen?

Dat is — zeker dit jaar — niet zoo gemakke lijk.

Veel suiker om voor snoeperij te gebruiken hebben we niet, eieren zijn duur en geld e ben we eigenlijk óók noodig voor al er ei andere dingen. Maar toch moet er me Kerstmis iets extra’s zijn.

Laten we één maal een appeh vo’gens onderstaand recept.

APPELENSCHOTEL.

4 zure appelen (per persoon één), 4 theelep roode jam, 10 gram boter, een paar ePc

(7)

PROF. DR. ING. A. HALBERTSMA

zoo

KAASKOEKJES.

iederen appel met een een paar gewasschcn

ten eikaars smaak aannemen. Voeg noodig wat suiker of honing toe

Doe op het ijs en de limonadestroop een Hinken schep vruchtensla met het nat, dat zich altijd onder in den schaal verzamelt.

Strooiover de vruchtensla wat fijngesneden of gemalen hazelnoten of andere noten.

Voor alle drie de Kerstdagen volgt nu nog de beschrijving van een hartig koekje, dat na al het zoete, al gebruikten we niet veel suiker, nog wel smaken zal, n.J. een Kaas- koekje. Dit eenvoudige zoute koekje kan in eiken oven worden gebakken, ook in een oventje dat boven op een petroleumstelwordt gezet kan het worden bereid. Als er een bakblikje in kan worden gezet, waarop de koekjes gelegd kunnen worden, dan kunnen ze daarin ook worden gebakken, want er is slechts weinig warmte voor noodig.

Prof. Dr. Ing. N. A. Halbertsma, benoemd tot bijzonder hoogleeraar in de verlich- tingskunde vanwege het Utrechtsch uni- versiteitsfonds bij de faculteit der wis- en natuurkunde aan de Rijksuniversiteit te Utrecht, werdop 7 Maart 1889 te Leeuwarden geboren.

Hij bezocht de H.B.S. in Den Haag en vanaf1903, na de benoeming van zijn vader tot directeur der gemeentebedrijven te Wiesbaden, de Oberrealschule aldaar. Na eenhalf jaar practisch werken in een machi­

nefabriek in Engeland begon hij in 1908 met de studie van electrotechnisch inge­ nieur aan de Technische Hoogeschool te Darmstadt. Een onderzoek inzake de moge­ lijkheid de lichtverdeeling van metaaldraad­ lampen te beinvloeden voor projectiedoel- eindendeed hem in 1913 het diploma van electrotechnisch ingenieur behalen.

Na als ingenieur werkzaam te zijn geweest in de lichttechnische fabriek Dr. Ing.

Schneider & Naujoks te Frankfurt a'M, behaalde Ing. Halbertsma in 1915 met lof den graadvan Dr. Ing. indeelectrotechniek, op een proefschrift over de theoretische grondslagen van de lichtverdeeling van lichtbronnen en reflectors.

In 1920werd Dr.Ing. Halbertsma toegelaten als privaat-docent aan de Technische Hooge­ school te Karlsruhe.

In 1921 volgde zijn benoeming tot ingenieur bij de Philipsfabrieken te Eindhoven, waar hij als adviseur voor lichttechnische vraag­ stukken optrad, en velejaren lang met de technische propaganda was belast. In 1929 had hij de technische leiding bij de organisa­

tie der Edison Lichtweek te Amsterdam.

Zoowel in het binnenland as in het buiten­ land, o.a. in Brazilië, werden door hem tal van lezingen en cursussen op lichttechnisch gebied gegeven.

Dr.Ing. Halbertsma werd dezen zomer op het Internationaal Verlichtingscongres te Sche- veningen tot president der Internationale Verlichtingscommissie gekozen. Verderis hij lidvan de Permanente Verlichtingscommissie der Kon. Ned. Automobielclub.

Van de hand van Dr. Ing. Halberstma zijn tal van publicaties verschenen, o.a. een boek over fabrieksverlichting, verhandelingen over de lichttechniek van het projectietoestel, de strooiing van het licht, de werking van reflectoren en over het gebruik van den lichtstroom als uitgangspunt voor verlich- tingsberekeningen.

water, een lepel rozijntjes, 1 ons chocolade- hagelslag, 2 lepels melk (of iets meer).

Boor de appelen om het klokhuis te ver­

wijderen. schil ze en zet ze in een vuurvasten schotel in den oven ofin een platte stoofpan bovenop een héél zacht vuur. Doe het water en de boter in den schotelof de pan.

Vul het boorgat van theelepeltje jam en rozijntjes.

1 aat deappelen gaar worden. Bedruip zemet het nat in den schotel alsze in denovenstaan, draai zevoorzichtig om als ze bovenop wor­ den gaar gemaakt. Pas op dat deappelen niet stuk gaan.

Smelt in een steelpannetje de hagelslag en verdun de chocoladepap met een klein beetje melk.

Doe voor ieder op een schoteltje een ge- smoorden appel en giet er wat van de ge­ smolten chocolade over.

Voor den tweeden feestdagzult U in elk geval het jeugdige deel van de familie een groot plezier doen met „een ijsje, maar dan met een aangekleed ijsje.

Hoe koud bet ook is, de kinderen en heusch niet de kinderen alleen, zetten bij het idéé van een ijsje een verheerlijkt gezicht.

Geef dan als nagerecht op een van de drie feestdagen eens het volgende:

AANGEKLEED” IJS.

Doevoor ieder in een glas eenklein bekertje of pakje vanilleijs, giet hierover eenscheutje limonadestroop en doe er een fikschen schep vruchtensla bij. Een lange lepel erin en een droog biscuitje, een wafeltje b.v.,er bij maakt dat deze „coupe zoo fijn is, dat de kinderen zeggen:

Moeder,dat is nèt echt

Van het bekertje vanilleijs behoeven we U natuurlijk niets te zeggen,dat laat U vlak voor ’t eten even halen en houdt het stijf ingepakt, zoo koud mogelijk. Pas op ’t laatste oogenblik wordt het ijs in de glazen gedaan. Limonadestroop erover is óók niets bijzonders, U kunt er de kleur voor kiezen, die U zelf het mooiste vindt en zoo royaal zijn, als de beurs toelaat.

Maar de vruchtensla moet een paar uur van te voren worden gemaakt, opdat ze echt lekker is. Schil hiervoor een of meer zure appelen, de hoeveelheid hangt af van het aantal ijsjes dat U wilt opdienen. Voeg er een banaan in schijfjes gesneden, een sinaas­

appel zonder pitjes en schillen en een klein blikje frambozen of aardbeien bij. Laat dit

nengsel eenigen tijd staan, zoodat de vruch-

200 gram bloem,200 gram boter of marga­ rine, 200 gram geraspte of gemalen magere kaas, wat zout en een paar droppels Maggi’s aroma of een dergelijk geurig aroma, des- gewenscht wat melk ofeen ei. Kneed boter, bloem, kaas, zout en aroma vlug dooreen tot een samenhangend deeg. Rol daarvan een lange dikke rol ter grootte van een gulden ongeveer. Laat die rol gedurende eenige uren op een koude plaats liggen, zoodat het deeg stevig wordt. Snijd er met een in bloem gedoopt mes plakjes van en leg elk plakje op het bakblik. Leg de plakjes een klein eindje uit elkaar, omdat de koekjes uitloopen tijdens het bakken.

Bestrijk den bovenkant van de koekjes met een klein beetje melk of met wat geklopt ei en water.

Bak de koekjes in een matig heeten oven gaar en zéér licht van kleur. Als de koekjes bruin worden smaken ze bitter en zijn ze héél bros.

Mochten er bij de huisgenootengéén liefheb­ bers zijn van deze zoute koekjes en wil men liever ietsdat zoet is, dan is met een kleine verandering een zoet koekje te maken van dit zoute recept. Laat de kaas in dat geval weg. doe er gemalenpindas voor inde plaats en dat zal misschien het grootste be­ zwaar zijn — voeg 200 gram (of 2 ons) basterdsuiker bij de ingrediënten. De be­ reiding kan hetzelfde blijven, het resultaat is een brosensmakelijkkoekje, dat maar weinig behoeft te kosten en weinig eischen stelt aan den oven.

Prettige Kerstdagen!

(8)

Hoe het groei e

het

l nWirnwmim

doen. Het hindert niet, de P.D.S.A.

het dier en zij ziet nergens

tij kwam met een de

l het w mogelijk.

en... ook

konijnen, brengt men schildpadden en

zien er zeer ( straat opzoeken,

is het den arme te vervoeren

de tast om

waarop

’is, 9’ j D«

zieke

p. M. C. TOEPOEL-

Een vrouw kwam mei een aal dol was en het wonderlijkste dokter den ongewonen pu..

kinderen vooral verschijnen of bezeerde vriendjes.

Ondanks al hun ervaring verplegers der P.D.S.A.

te is er voor

tegen op.

De behoefte bleek ook elders te be­ staan en de hulp kwam. Mevrouw M.E.

Dickin’s geestdrift verflauwde niet toen zij eere-directrice harer stichting werd en de orde van verdienste van het Britsche Rijk ontving. In geheel Groot- Brittannïe,Tanger. Zuid-Afrika, Frank­ rijk, Roemenië, Griekenland, Palestina, overal in Noord-Afrika, den lerscher Vrijstaat en Egypteverschenen de vaste en rijdendepoliklinieken van de P.D.S.A.

Toen het Spaansche volk voor Demo­

cratie en Vrijheid streed, kwam men ook z ij n dieren te hulp. Honden en katten bleken meest wegens voedselgebrek gedood, doch muildieren en paarden, die hulp behoefden, waren er bij de vleet.

Voor de bescherming der kleine huisdieren bij gasaanvallen wist de P.D.S.A. voor gerin- genprijskisten te vervaardigen, waarin het dier anderhalf uur veilig kan vertoeven.

ie het Fransche volk voorheen heeft die het zieke dier in zijn

Want niet altijd i ' ‘-1

zijn huisgenootje ontbreektwel eens zooveel moeite

gekend en het thans terugziet,verblijdt zich om zijn zoo veranderde houding tegenover het dier. Het goede, arme Parijs „begu^

tigde de eerste kliniek, welke zoo sober in 1929 in de Rue de la Bu< herie, nabij dr Notre Dame, werd geopend, zóó zeer, dat zij overstroomd geraakte met patiënten, zoodat reeds in 1930een filiaal in LesLilas moest worden gesticht. Elk dezerklinieken heeft gedurende 1938 mevr dan 30.000ge.

vallen behandeld. Samen meer dan 60.000.

Over geheel de wereld verwerkt de P.D.S.A.

er veel meer dan een millioen per jaar.

Behalve de gebruikelijke katten, honden, vogels en konijnen, brengt men in Parijs

ook muizen.

egels.

de artsen en tegen op- ln de „raber.

met één g»P>t- Memuw

Sis.-"--—“

het haaraan middelen.

en dedieren heeft opgetrokken. L.jfsge.aar, voedseltekort, ontbering en onzekerh.

rij herinneren wie daarvoor slechts even toegankelijk is, aan denoodenvan den armen medemensch en van het dier. ^ie dan ook He behandeling van hen, die met voor richzelvekunnen spreken, vóór 1914 en na

1918 van wetgever tot die van den eenvou- digen man toe in de staten, welke in den oorlog betrokken zijn geweest, met die in ons landvergelijkt, zal als dierenvriend juichen om den snellen vooruitgang daar, maar als Nederlander zich schamen, dat ons land bedenkelijkis achtergebleven. Ook hier is wel ietsverbeterd, dochgeenszinsin diemate als in andere landen.

De eerste patiënt, wiens stokoude baas zich met hem in de kelder-polikliniek van mevTouw Dickin aanmeldt, is een papegaai, wiens snavel zóó ver is doorgegroeid, dat de praatgraag niet meer eten kan. Is de tropische vogel wellicht het zinnebeeld ge­

weest van de uitbreiding over geheel de aarde van de instelling, die uit dit kleine begin is gegroeid: de thans door eiken dierenvriend gezegende P. D. S. A. People’s

Dispensary for Sick Animals of thePoor.Ine.

(Polikliniek voor zieke dieren der armen)'. i Spoedig stroomden de armen toe en ge­

lukkig eveneens de gaven. Op mijn zwerf­ tochten door Londen merkte ik ze hier en daar op. de eenvoudige klinieken derP.D.S.A.

Opvallender is hetgeen de vele Neder­

landers zien, die. hetzij als liefhebber van rashonden, hetzij daar zij toevalligin Londen verblijven, de Cruft’s bezoeken, de grootste tweedaagsche hondententoonstelling van de wereld, met wel 4000 mooie honden, die elk jaar in deAgricultural Hall,den tweeden Woensdag en Donderdagin Februariwordt gehouden. Daar wacht hen reeds in de voor­ zaaleen keurig gelakte, groote automobiel op, die inwendig ... een dokterskamer blijkt te zijn. Pijnlijkzindelijk en met al wat een arts op een kliniek dringend noodig heeft. Ver­ pleegsters houden denbezoekers een offerbus voor.Het is een derwagensvandeP.D.S.A., 8

,atiënt gena»

met hun

(9)

6. Operatie

een

'UltILLtb

3

1,

worden. Diep niet uit kan

«9

■RNN!^'

en ruimtebiedt aan 38 honden en 20katten, terwijlhet derde gebouw is ingericht voor be- sinettelijkc ziekten, o.a. de beruchte honden­ ziekte. Elk huis heeft zijn eigen keuken.

Elke patiënt krijgts morgens schoone lig­ ging en heeft steeds een eigen ren ter be­

schikking. Zij, die daartoe in staat zijn, oudje niet zoo vlug kunnen verwerken, dat

voor dezen éénen keer een goed mensch haar ellende heeft opgeheven.

Al erkende de Fransche regeering de groote verdiensten der kliniekendoor in 1934 en in 1937 de beide Britsche leiders van het werk in Frankrijk te ridderen, steeds leed men aan oude vrouwen ofmannen te moeten zeggen, dat hun hond of kat uit zijn lijden behoort te worden verlost. Voor iederen mensch, indien de toegang tot zijn hart slechts even kiert, kan een dier zooveel worden. Zijn trooster in leed, zijn feestgenoot bij vreugde.

Maar de vaak vereenzaamde oude, arme mensch verliest door het heengaan van zijn dier méér dan cenig ander.

Meestal echter kan geholpen bedroefd, zoo, dat zij het er

brengen wat hem scheelt, komt een oud vrouwtje met een raaf. Hij ismager en zwak en zij meent niet anders, dan dat hij zal wordenafgemaakt. Zijis gekomen, omdat de mensch ondanks alles blijft hopen, maar uit handengeven wil zij haarlieveling niet, dan doodt de dokter hem stellig. Terwijl de oude Parijsche snikt en stamelt en haar raaf omkneld houdt, ziet het ervaren oog van den medicus, dat de snavel niet meer open kan enook hetwaarom. De schaar doet haar dienst en de ellende is dra voorbij. Maar het gekke is, dat terwijl de vogel, kennelijk in zijn schik, gretig het voedselopschrokt, dat men hem voorhoudt, de hersenen van het

maken s morgens met de verplegers wandeling door de bosschen.

Een auto, ingericht voor het vervoer van zieke dieren, haalt de patiënten van de klinieken in Parijs af. Bovendien neemt het ziekenhuis ook dieren op, gewoonlijk slacht­ offers van hetsnelverkeer, welke rechtstreeks worden gebracht. Alles iseven goedverzorgd;

zoo kan de nachtverpleger door middel van een luidsprekerzich,terwijl hij in de zieken­

zaal blijft, met dengeen onderhouden, diena sluitingstijd met eendier voor de poort staat.

Heeft de bouw en inrichting van dit voor­

beeldigeziekenhuis den milden heer Winburn een klein vermogen gekost, het onderhoud, de loonen, de genees­ middelen en hetvoedselderdieren eischen jaarlijks 900.000 Fransche franken. De Fransche bijdragen zijn nog niet voldoende om èn het ziekenhuisèn de beide klinieken te bekostigen, zoodat de Engelsche moedervereeniging elk jaar nog een grootbedrag bijpast.

De instelling houdt zich buiten den vivisectie-strijd, doch staat geen proeven op dieren in hare gebouwen toe. De lijkschouwing vindt plaats, wanneer men ver­ wacht daardoor wellicht volgende patiënten te kunnen helpen. Geen enkeleoperatie wordt verricht zon­ der plaatselijke of algeheele ver- dooving. De laatste alléén met toestemming van den eigenaar.

Onze tijd aanbidt de felle tegen­

stellingen. Bestaan zij niet, dan bedenkt men ze wel. Zoo hoort men meestal door dezulken, die noch voor den evenmensch, nochvoor hetdierietsover hebben

verkondigen, dat, wie het dier beschermt onverschillig voor den mensch zou wezen. Het tegendeel is waar! Zij,die öf alléénden even­ mensch, of alléén het dier lief­ hebben, zijn zeldzaam, \lthans wanneer men tot de eersten niet rekent hen. die maatschappelijk werk louter voor hun beroep verrichten, en tot de laatsten niet hen, die alléén van het eigen dier houden — waarbij zij vaak tegen zijn belang in handelen en om anderen niet geven.

Dat de P.D.S.A is opgericht door een vrouw, overladen met haar maatschappelijk werk, welke vrij­ willige taak haar ook den nood van de dieren der armen toonde, teekent even­ eens hoe liefde voor dier en mensch samen­

gaan. Ja, ik wantrouw de zuiverheid der liefde vanwie zegtalléénvan één van beiden te houden, hetzij van menschen. hetzij van dieren. Werkelijke liefde sluit alle Leven in.

BIJ DE FOTOSi

1. Deingangvanhet hospitaal.

2. Patiënten in de ivachlkamer.

3. Een klein meisje huilde, omdat zij het pootje van haar kleine gans had gebroken.

4. Een kat wordtbehandeld.

5. Alle operaties geschieden onder narcose.

Het dier gaat in een kastje, ether wordt toegediend doorde opening aandenrechter­

kant en de chirurg kijkt door hel raampje toe (links). Als hei dier slaapt, wordt hel uit het kastje gehaald.

eengebroken pootje.

geldgebrek. Hoe ook de artsen hun best deden, menigoverreden of ziek dierbezweek, omdat zijn arme baashet thuis niet de ver­

zorging kon geven, welke een kliniek aan­ biedt.

Totdat de Amerikaanschc zeepfabrikant, de heer Winburn ingreep. En hoe! Waar de straatweg naar Bièvres zich van den hoofd­

weg afbuigt en tusschen de bosschen van Verrières cn Villacoublay loopt, merkt men drie witte, moderne gebouwen op, rondom van vensters voorzien. Een even moderne poort verleent toegang cn draagt het op­

schrift: FONDATION WINBURN. HO- PITAL POUR ANIMAUX. Men rijdt binnen en vindt in het eerste gebouw alles, wat de meest-eischende onderzoeker en chirurg voor het dier kan verlangen, zelfs het nieuwe Röntgen-apparaat voor dieren. Er zijn wacht- en consultatiezalen, een operatie-zaal en een voor lijkschouwing.

Er zijn toestellen voor elke belichting. De apotheek is in een afzonderlijk vertrek ondergebracht.

Het hoofdgebouw is verbonden met bet eigenlijke ziekenhuis, dat vijf zalen bevat

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

tachtigduizend negen- honderd negenennegentig twee en zeventigduizend vierhonderdnegenennegentig zesenvijftigduizend. vierhonderdachttien

De wereld in getallen • groep 6 • blok 5 • extra • © Malmberg ’s-Hertogenbosch

[r]

Hoeveel graden verschil was er tussen de hoogste en de laagste temperatuur op maandag. 16

[r]

M Je oefent hoe je met een schaallijntje of met 1 : xx een lengte op schaal omrekent naar een lengte in het echt

[r]

[r]