• No results found

ICT is zeg maar (niet) echt mijn ding. Met multimediablogs naar betekenisvol literatuuronderwijs

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "ICT is zeg maar (niet) echt mijn ding. Met multimediablogs naar betekenisvol literatuuronderwijs"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

3. Heb je Standaardnederlands gebruikt?

Schriftelijke feedback geven is ‘praten op papier’ met je leerling. Toch schrijf je anders dan je spreekt. Ook in de standaardtaal kan je, naast correct en helder, vlot en toegankelijk communiceren.

• Zinsbouw?

Maak je zinnen niet te lang.

• Woordkeuze?

Wees zuinig met moeilijke woorden. Af en toe een tussenwerpsel als ‘Amai’, ‘Wauw’ of

‘Hé’ kan geen kwaad, als dat bij jou past.

• Spelling?

Wees zuinig met uitroeptekens. Zoek de schrijfwijze van twijfelwoorden op.

Referenties

Reynolds, G. (2011). The naked presenter: Delivering Powerful Presentations with or without slides. Berkeley, CA: New Riders.

Ronde 3

Floor van Renssen, Anneke Smits & Heleen Vellekoop Hogeschool Windesheim, Zwolle

Contact: Ah.vellekoop@windesheim.nl

ICT is zeg maar (niet) echt mijn ding. Met multimedia- blogs naar betekenisvol literatuuronderwijs

“Ik heb niks met ict en ik dacht: o nee, waar begin ik aan. Maar als je dan uiteinde- lijk het resultaat ziet, dan ben ik daar echt wel trots op: Wow, dat ik dat gemaakt heb!”

Linda, eerstejaarsstudent aan de lerarenopleiding Nederlands van Windesheim, volg- de haar eerste module ‘literatuur’, waarin ze boeken en gedichten analyseerde en haar persoonlijke verwerking daarvan zichtbaar en deelbaar maakte met behulp van ICT.

Net als haar docent van dit vak, vond zij zichzelf “niet zo van de ICT” en juist “wel van het lezen”. En net als haar docent en veel van haar medestudenten is ze blij verrast met wat ze heeft gemaakt en geleerd, juist door het inzetten van multimedia.

Op Windesheim werken wij als docenten Nederlands en Engels en als onderzoekers samen aan een andere aanpak van literatuuronderwijs. Onze onderzoeksvraag luidt:

“Which pedagogy around writing blogs can contribute to the development of the literary competence and TPACK for future teachers of Dutch and English?”.

30steHSN-Conferentie

234

Conferentie 30_Opmaak 1 28/10/16 16:47 Pagina 234

(2)

Doelstelling van onze aanpak is drieledig. Ten eerste willen we leesmotivatie en literai- re competentie van onze studenten stimuleren. Studenten waren maar matig gemoti- veerd door de aanpak waarbij ze (a) college kregen over het literaire begrippenappa- raat, (b) een lijst boeken moesten lezen (en dat niet altijd deden) en (c) daar op het tentamen vragen over kregen (die ze ook wel konden beantwoorden door informatie bij elkaar te googelen). Ten tweede willen we de pedagogisch-didactische competentie steviger aan de orde laten komen. We willen studenten voordoen hoe ze motiverend en betekenisvol literatuuronderwijs kunnen geven, en ze tools daarvoor aanreiken. Ten derde willen we ICT-vaardigheden bij onze studenten ontwikkelen. We zien grote ver- schillen tussen studenten in T-packvaardigheden en ook in attitude. Docenten (van de toekomst) moeten onbelemmerd door weerstand of onkunde gebruik kunnen maken van ICT ten voordele van een optimale didactiek.

De volgende ontwerpprincipes hebben we toegepast en onderzocht in onze eerstejaars- colleges Literatuur:

1. We ontwikkelden opdrachten om onze studenten te stimuleren tot persoonlijke en creatieve verwerking van literatuur, waarbij ze gebruikmaken van multimedia om hun leeservaringen en verhaalanalyses met elkaar te delen en hun persoonlijke bele- ving van de tekst te verbeelden. Brenda (eerstejaars Nederlands) zegt daarover: “Ik kom rechtstreeks van de havo, en daar was het gewoon boekbespreking en monde- ling en dat kon je wel met een samenvatting redden. En dan vind ik het wel mooi dat je nu wel echt het boek moet lezen. Dat er eigenlijk veel meer achter het hele verhaal zit, dan dat je eigenlijk in het begin ziet. Ik vind dat hele goede opdrach- ten, ik denk dat er veel meer inzicht komt zo, ook bij leerlingen”.

We gaven onder meer de volgende opdrachten, deels geïnspireerd op HSN-2015:

• Maak een video weblog (een vlog) van je eigen leesautobiografie. Benoem bij elkaar elementen uit verschillende leesniveaus (lezenvoordelijst.nl).

• Maak een Fakebook (www.classtools.net) voor een personage uit je boek. Laat daarin interactie zien tussen de personages uit het verhaal. Zorg dat verschillen- de aspecten van de karakters en de onderlinge verhoudingen duidelijk worden.

• Stel een krant samen met opiniërende artikelen rondom het thema van het door jou gelezen boek. Vraag je lezers om middels een ingezonden brief op (een van) de artikelen te reageren. Handige tool: www.zelfkrantmaken.be.

• Maak een kennisclip bij (ten minste 2 van) jouw gedichten en verwerk daarin aspecten uit de poëzie-analyse. Betrek er andere media bij (reclameslogans, geluidsfragmenten, YouTube links).

2. We lieten ze samenwerken, onder meer door gerichte feedbackopdrachten, zoals:

8. Onderwijsinnovatie

235

8

Conferentie 30_Opmaak 1 28/10/16 16:47 Pagina 235

(3)

Schrijf in reactie op het product van een klasgenoot een bijdrage vanuit jouw derde boek. In je reactie verwerk je op de een of andere manier een vergelijking (van ‘per- spectief ’, ‘thematiek’, ‘personages’, enz.) tussen deze twee boeken, waaruit ook weer jouw verwerking van jouw boek blijkt.

3. We zorgden voor nabijheid van boeken. We vulden een eigen boekenkast in het eigen lokaal, waar we van alles uit lieten zien en horen en waar studenten meteen uit mee konden nemen wat hen beviel. “Je hoeft niet helemaal naar de mediatheek, boeken lenen, boete betalen. Dat hoeft nou helemaal niet. Dat maakt het heel erg van ‘ik pak er effe één’”. (Richard, eerstejaars Nederlands). Studenten gaven boe- ken aan elkaar door en voerden enthousiaste gesprekken rondom de kast.

4. We maakten studenten bewust van hun eigen, literaire competentieontwikkeling, door het verband te leggen met de leesniveaus. Dit had tot resultaat dat de studen- ten gerichter zochten naar voor hen uitdagende boeken.

5. We zorgden voor adequate ICT-ondersteuning. We planden enkele bijeenkomsten in ons “LAB21”, waar middelen en deskundigheid in overvloed beschikbaar zijn om studenten (en docenten) te helpen met technische hobbeltjes, zodat die ver- dwenen zonder de motivatie te nekken.

6. We modelden het proces van lezen en uitwerken van de opdrachten door de opdrachten zelf ook te maken en te laten zien waar wij als docenten tegenaan lie- pen. We boden de studenten inzicht in onze eigen, persoonlijke leesontwikkeling en leeservaringen. Zo waren we een transparant voorbeeld van zowel onze techno- logische vaardigheden als van onze eigen leeshouding.

“Eerst hadden we geen voorbeeld gezien van Floor en Heleen, en toen wel. Dat maakte concreet wat er verwacht wordt. Voorbeelden zijn nuttig, of dat de leraar echt precies vertelt wat je moet doen. Ik heb dat met alles hoor, dat ligt er ook aan wat voor soort student je bent. Ik vind het wel fijn om voorbeelden te zien. Dan snap ik wat ik moet doen” (Linda, eerstejaars Nederlands).

De effecten van deze didactiek onderzochten we door middel van enquêtes en inter- views. Hieruit bleek een positief effect op leesattitude en ICT-attitude. Op basis daar- van hebben we enkele ontwerpprincipes toegevoegd die we momenteel implemente- ren en het komende studiejaar zullen onderzoeken.

ICT is en wordt niet de kern van ons literatuuronderwijs. De kern is bevordering van

“een esthetische, emotieve, sociale, intellectuele en talige ontwikkeling” (Witte &

Neijt 2015). Het gaat bij literatuuronderwijs om betekenis geven aan literaire teksten, om verbinding leggen tussen literatuur en eigen en andermans identiteit en tussen lite- ratuur en andere kunstvormen en culturele verschijnselen. ICT biedt niet te versma-

30steHSN-Conferentie

236

Conferentie 30_Opmaak 1 28/10/16 16:47 Pagina 236

(4)

den middelen om te verbinden (‘links’ te leggen), te creëren (met trots op een mooi product) en te delen (te publiceren, te communiceren). Zoals eerstejaarsstudent Markus opmerkte: “Je gaat van niks naar een eigen product dat je kan tonen en dat is mooi om te zien”. Eén van de belangrijkste inzichten van dit project is dat digitale media zelf onderdeel zijn geworden van de literaire cultuur van de 21steeeuw.

Referenties

Lapadat, C., W. Brown e.a. (2011). “Teaching with Blogs: A Case Study of Technologically Mediated Literacy”. In: International Journal of Learning and Media, 2-3, p. 63-79.

Tondeur, J. e.a. (2012). “Maak kennis met ‘Technological Pedagogical Content Knowledge’: een conceptueel model voor het opleiden van leraren”. In: ICT &

Onderwijsvernieuwing, 25, p. 17-35.

Witte, T. (2008). Het oog van de meester. Een onderzoek naar de literaire ontwikkeling van havo- en vwo-leerlingen in de tweede fase van het voortgezet onderwijs. Delft:

Uitgeverij Eburon.

Witte, T. & A. Neijt (2015). “Manifest voor het schoolvak Nederlands”. In: A.

Mottart & S. Vanhooren (red.) Negenentwintigste Conferentie Onderwijs Nederlands. Gent: Academia Press, p. 32-36.

Ronde 4

Mienke Droop, Karly van Gorp & Ineke Verheul Radboud Universiteit, Nijmegen

Contact: m.droop@pwo.ru.nl k.vangorp@pwo.ru.nl

Interactieve fictie in het VO: Games maken en schrijven

1. Inleiding

Games in de klas zijn een erg actueel onderwerp. En wat is er nog leuker dan games spelen? Zelf een game maken! In een studie hebben we geprobeerd om het maken van een game in te zetten om creatieve schrijfvaardigheid te bevorderen, samenwerking te stimuleren en de leerlingen te motiveren. Hiertoe is, in samenwerking met ontwerpers, onderzoekers en leraren, een lessenserie ontwikkeld voor het schrijven en programme-

8. Onderwijsinnovatie

237

8

Conferentie 30_Opmaak 1 28/10/16 16:47 Pagina 237

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In de schoolraad moet er een gelijk aantal vertegenwoordigers zijn per groep: minimaal twee. Dus bijvoorbeeld 2 leerlingen, 2 ouders … Dat aantal wordt vastgelegd in het

‘De verantwoordelijkheid om het aantal zelfdodingen en pogingen te doen dalen ligt niet alleen bij de hulpverleners, maar bij ons allemaal’, zegt professor Gwendolyn Portzky van

© Malmberg, 's-Hertogenbosch | blz 1 van 4 Argus Clou Natuur en Techniek | groep 7/8 | Je ziet het niet, maar het is er wel?. ARGUS CLOU NATUUR EN TECHNIEK | LESSUGGESTIE |

In de Wet langdurige zorg (Wlz) is expliciet geregeld dat de partner van een echtpaar waarvan een van beiden een geldige indicatie heeft voor opname in een instelling, opgenomen kan

Gemiddelde scores van frequent (blauw) en zelden (oranje) bezoekende deelnemers op verschillende belevingsdimensies na bezoek aan Theaters Tilburg of Theater Rotterdam.. De

ten, is er voldoende ondersteuning voor de conclusie dat het gebruik van fluticason, zowel bij patiënten met astma als patiënten met COPD, gepaard kan gaan met sneller optreden

Als eenjarige mengsels vlak na de bloei worden afgemaaid, loop je als beheerder een grote kans dat je het mengsel het jaar erop bijna niet meer terugziet. Verwijderen van

‘We willen leerlingen laten nadenken, niet alleen over de inhoud van de tekst maar ook over hun eigen opvattingen en ervaringen en deze in gesprek met anderen in een nieuw