• No results found

Geloof of wetenschap?

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Geloof of wetenschap?"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Tilburg University

Geloof of wetenschap?

van Damme, E.E.C.

Published in:

Economisch Statistische Berichten

Publication date:

1995

Document Version

Publisher's PDF, also known as Version of record

Link to publication in Tilburg University Research Portal

Citation for published version (APA):

van Damme, E. E. C. (1995). Geloof of wetenschap? Economisch Statistische Berichten, 80(3998), 171-171.

General rights

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain

• You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal

Take down policy

If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim.

(2)

Geloof of wetenschap?

Dit kabinct heeft verbetering van marktwerking tot een van de speerpunten van beleid gemaakt. De lof van meer concurrence en betere marktwerking wordt hoog gezongen, met als refrein liberalisering, privatisering, flexibilisering en dynamisering. Deze verschuiving van macro-economisch beleid naar een meer micro-economische aanpak is toe te juichen, al is het alleen maar omdat economen micro-economi-sche problemen beter begrijpen, en het over de aan-pak daarvan minder vaak oneens zijn. Echter, op het marktplein voor de Nederlandse kerk beginnen de eerste schismatici zich te roeren en zij schamen zich niet de zegeningen van het corporatisme te bejube-len. Ook verder van het centrum verwijderd, zoals bij voorbeeld in de vaderlandse haven, bevinden zich nog invloedrijke pre-economen die openlijk onderne-mers en bestuurders adviseren kartelafspraken te ma-ken. Het leidt geen twijfel dat de critici, indien zij er in slagen zich te verenigen, een serieuze bedreiging voor de orthodoxen in de kerk kunnen vormen. Hoe kunnen deze zich verdedigen? Zijn de enige redmid-delen het roepen van leuzen als "meer markt impli-ceert meer welvaart" en het zwaaien met Adam Smith's bijbel, of kan men de economische weten-schap te hulp roepen?

Zeer zeker kan met de economische wetenschap niet bewezen worden dat meer markt ook meer wel-vaart brengt. Althans, een theoretisch bewijs is (voor-alsnog?) alleen mogelijk onder een hele reeks van aannames waaraan in de praktijk zeer zeker niet vol-daan is. Empirisch onderzoek is ook meestal niet een-duidig: afhankelijk van de interpretatie worden posi-tieve of negaposi-tieve effecten gevonden. Kortom, veel hulp zal de hogepriester in de kerk van de weten-schappers dan ook niet kunnen krijgen. Erger nog, het is hoogst waarschijnlijk dat de wetenschappers ammunitie voor de critici aandragen. Gegeven het feit dat positieve resultaten (dat wil zeggen generali-saties van de eerste welvaartstelling) moeilijk te ver-krijgen zijn, en dan nog alleen in heel abstracte situa-ties, bestaat een groot gedeelte van het academisch economisch peil eruit (particle) modellen te constru-eren waarin concurrentie niet optimaal werkt. Overi-gens wordt in deze modellen vaak ook niet aangege-ven wat dan wel werkt ("This will be the topic of another paper...", dat nooit geschreven wordt) zodat dit geschut ook voor de critici niet al te krachtig is. Veel rook, maar weinig vuur. Echter door er handig gebruik van te maken zouden de critici de, groten-deels onwetende, toeschouwers weleens op hun hand kunnen krijgen.

Een voorbeeld van goed beleid op basis van slechte wetenschappelijke argumenten is het '1992 interne markt'-programma van de Europese Unie. Het belangrijkste kanaal waardoor betere marktwer-king tot meer welvaart zou leiden wordt gezien in het elimineren van inefficienties ('X-inefficiency') bin-nen bedrijven. Echter, X-inefficientie is niet met de

neoklassieke theorie te rijmen, winstmaximalisatie dwingt zelfs een monopolist om 'slack' te elimine-ren, zodat het argument niet met de 'mainstream'-benadering onder-steund kan worden. Nieuwere theo-rieen staan toe het argument op zijn juistheid te toetsen, maar het is rela-tief eenvoudig een 'redelijk' model te construeren waarin meer compe-titie juist tot een grotere inefficien-tie leidt.

Zo hoeft men ook niet lang in de literatuur te zoeken om voorbeel-den te vinvoorbeel-den van modellen waar-mee 'aangetoond' wordt dat de

mo-gelijkheid van flexibeler openingstijden voor winkels tot een lagere welvaart leidt. In de

modellen die ik gezien heb is er echter meestal wel een aanname die empirisch niet relevant lijkt (zijn de marginale loonkosten hoger voor kleine winkels?) en empirisch onderzoek op dit gebied lijkt wel eendui-dig te zijn, althans voor wat de totale welvaart be-treft. Anders lijkt het gesteld met de taximarkt, een van de andere markten waarvoor liberalisering seri-eus onderzocht wordt. De paradox is dat empirisch onderzoek, op basis van data van de VS en Zweden, heeft laten zien dat de prijzen van taxiritten na libera-lisering hoger zijn dan ervoor. Op het eerste gezicht lijkt dit resultaat de critici in de kaart te spelen. Ech-ter, bij gedetailleerde beschouwing blijkt dat ook de kwaliteit van het produkt omhoog gaat (in Zweden daalde de wachttijd) en dat, per saldo, de welvaart na liberalisatie hoger is: consumenten zijn beter af met de hogere kwaliteit tegen hogere prijzen.

Het ligt voor de hand dat de critici in de toekomst hun pijlen vooral op dit kwaliteitsaspect zullen rich-ten. Immers, daar is de verdediging van de ortho-doxen en de onderbouwing van het beleid door de wetenschap, het zwakst. Ook in het recente verleden was het standaardargument van voormalige kartels, dat het kartel nodig was om de kwaliteit van hun pro-dukt te garanderen. Natuurlijk kan ook dit laatste ar-gument niet wetenschappelijk onderbouwd worden: het bewijs is niet te leveren. Omdat volgens de huidi-ge wethuidi-geving de bewljslast bij de karteldeelnemers ligt, zijn kartels de facto verboden.

Zodra wetgeving van kracht is, vormen juristen dus een effectieve verdedigingslinie voor de ortho-doxen. Zolang dat niet het geval is moeten de zwak-kere economen het werk opknappen en het is te ho-pen dat ze een voldoende aantal zeloten zullen kunnen recruteren. De strijd is nog niet gestreden. Om het moraal van de troepen hoog te houden ver-dient het aanbeveling Adam Smith's bijbel, bij voor-keur in de moderne vertaling uit Chicago, grondig te bestuderen.

E.E.C. van Damme

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De lelies die tijdens de teelt in aardbeientrays water kregen door middel van eb/vloed en tijdens vloed het vochtigst werden gehouden hadden de beste takkwaliteit.. Er werd echter wel

even lekker buiten zijn, uitwaaien goeie folder gekregen natuur, de mentaliteit van de echte bewoners van schouwen super strand/ veilig zwemmen voor de kinderen mooi land/ veel

In dit onderzoek is door middel van een exploratief vragenlijstonderzoek nagegaan in hoeverre de mechanismen die zijn geïdentificeerd vanuit de literatuur, ook van toepassing zijn

Dit sluit goed aan bij de patronen die we in eerder onderzoek boven water haalden (Volberda et al., 2013): succesvolle ondernemingen onderscheiden zich vooral doordat zij niet

Zo er tussen beide groepen al een verschil is, dan is dat in de niet verwachte richting: onder hen wier wraakgevoelens nog steeds in volle omvang aanwezig zijn, zijn zij

The discussions were on issues such as the place and role of public finance in government, the legislative framework within which the executive mayor functions, and

- Het implementeren van maatregelen gericht op het naleven van interne procedures, richtlijnen en het interne beleid voor het gebruik van derivaten, alsmede op het waarborgen dat

Aan de hand van een praktisch voorbeeld (het jaarverslag Unilever 1980) zullen wij een Staat van TW bespreken. In tabel 5a is de Staat van TW uit het jaarverslag 1980 van