• No results found

':De koer" uan het a inet-D uay

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "':De koer" uan het a inet-D uay "

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

en

Ons Gemeente- program 1962

(Zie pag. 4)

':De koer" uan het a inet-D uay

T

wee partijvoorzitters hebben, te midden van hun getrouwen, in jaarredevoerin- gen retrospectieve beschouwingen gehouden en hun visie op de politieke situatie van dit ogen- blik gegeven.

Dr. W. P. Berghuis, sprekend op het anti- revolutionaire partijconvent te Utrecht, verklaar- de zich "natuurlijk niet tevreden met een toch nog weer kleine teruggang" van de anti-revolutio- nairen bij de Statenverkiezingen.

De niet te miskennen geleidelijke anti-revo- lutionaire achteruitgang blijft, begrijpelijkerwijs, voor de a.r .. partijvoorzitter "een zaak van voort- durende ernstige bezorgdheid".

En "dat ook de Christelijk-Historische Unie niet geheel het peil der vorige Statenverkiezin- gen heeft. kunnen halen, kan die bezorgdheid alleen maar groter maken", zo voegde hij daar- aan toe.

Daarnaast sprak de heer Berghuis terecht, doelend op de vooruitgang van de PSP, met ze- kere verontrusting .van een hernieuwde opgang van de politiek van "het gebroken geweertje".

Een niet te verwaarlozen verschijnsel, nu wij wat verder af zijn komen te staan van het mili- taire onheil der nazi's en nu wij voor de toekomst g'i!confronteerd worden met de onvoorstelbare dreiging (van achter het IJzeren Gordijn) van moderne militaire middelen.

* • *

D

r. Berghuis zag echter ook wel een paar lichtpunten, die hem kennelijk tot enige troost strekken.

In de eerste plaats meende hij, dat "de chris- telijke partijen als geheel genomen" toch wel

"relatief ongeschokt" uit de verkiezingsstrijd te voorschijn waren gekomen.

In de tweede plaats kon hij met kennelijke voldoening vaststellen, dat degenen, die de Statenverkiezingen hebben willen gebruiken om aan de bestaande regeringscombinatie een einde te maken, hun doel niet hebben bereikt.

Dat moet met name de PvdA, die reeds maan- denlang bezig was geweest een situatie op te bouwen, die tot dat succes zou moeten leiden, een grote teleurstelling zijn geweest, aldus dr.

Berghuis.

"De regeringscombinatie zit kennelijk vaster ]n het zadel dan zij, en trouwens ook sommigen buiten de kring der oppositie, hebben verwacht.

En als ook Indonesië door vlak voor de verkie- zingen met militaire middelen te gaan werken had gehoopt aan het regeringsbestel in ons land electoraal te gaan wrikken, dan is het daarin te- recht en gelukkig, eveneens teleurgesteld".

* * *

E

n ten slotte was er nog een derde punt, dat de heer Berghuis kennelijk wel enige troost verschafte tegenover de met een mathe- matische regelmaat opgetreden achteruitgang der anti-revolutionairen sedert 1946: de gedeeltelijke terugval van de VVD na haar uitzonderlijke electorale uitschieter van de jaren 1958-1959.

De VVD had, zo meende dr. Berghuis, sinds de verkiezingen van 1958-1959 boven haar politie- ke stand geleefd en wel doordat zij als oppositie- partij van toen ook buiten haar eigen kring pro- fiteerde van het algemeen· onbehagen omtrent de toenmalige brede-basis-constellatie.

Voor de huidige politieke samenwerking acht- te hij het gezond, dat de VVD weer tot haar nor- male proportie is teruggebracht, "ook voor wat betreft haar eigen pretenties".

De houding de VVD

en de protestants-christelijken

De teneur van de jaarrede, welke de christe- lijk-historische partijvoorzitter mr. H. K. J.

Beernink vrijwel tezelfder tijd hield, week wei- nig van die van dr. Berghuis af. Het verlies van de VVD zag mr. Beernink gelegen in de afval van ontevreden kiezers nu de VVD geen opposi- tiepartij meer is, in de zaak-Van der Putten en in de kwestie der ambtenarensalarissen en -pen- sioenen.

* • •

H

et is allemaal niet zo heel erg verrassend wat deze beide confessionele partijvoor- zitters hebben staan betogen, maar het geeft ons toch wel aanleiding tot e:rüg commentaar.

In het bijzonder geldt dat voor hetgeen volgens het Handelsblad-verslag dr. Berghuis zich daar- bij nog had laten ontvallen, n.l. dat die terug- gang juist was ondervonden door "de partij, die zich met huid en haar achter de regering had gesteld en deze had gedekt".

In de samenhang van die protestants-christe- lijke opmerkingen ligt,' naar het ons voorkomt, een waarschuwing voor hen, die inderdaad uit (begrijpelijke) ontevredenheid over de toenma- lige brede-basis-constellatie in 1958 en 1959 aan de VVD hun stem hebben gegeven en dat in 1962 ten onrechte niet hebben gedaan.

Wij zullen dat hieronder nader toelichten.

• * ..

N

a de jaren van de confessioneel-socialis- tische samenwerking, waarin de socialis- ten - tot het eindelijk tot een breuk kwam - duidelijk de toon aangaven, was de regerings- verklaring van 26 mei 1959 en waren de daarop aansluitende uiteenzettingen tijdens het Kamer- debat een ware verademing.

Het nieuwe kabinet zag als essentiële voor- waarde voor een goede samenleving de eerbie- diging en bevordering van de vrijheid van de menselijke persoon en van diens persoonlijke en maatschappelijke verantwoordelijkheid.

Het nam zich o.a. voor te streven naar:

Verlaging van belastingdruk.

Afschaffing van consumentensubsidies.

Het scheppen van meer norm<!le omstandighe- den op de woningmarkt (streven naar terugkeer tot de normale toestand van rendabele huren op een vrije woningmarkt, bevordering van de par- ticuliere bouw ook voor arbeiderswoningen en goedkope middenstandswoningen) .

Gedifferentieerde loonvorming in plaats van de algemene loonronden (die door prijsstijgin- gen altijd teniet werden gedaan) en zorg, dat de ambtenaren niet achter zouden blijven bij de ontwikkeling in het bedrijfsleven.

Bevordering van gezonde concurrentieverhou- dingen door middel van het prijs- en kartel- beleid.

Specifieke maatregelen ter bevordering van het verwerven van duurzaam persoonlijk bezit door brede lagen van ons volk - werknemers en zelfstandigen.

M

en behoeft waarlijk geen volleerd politi- cus te zijn om in de hier gegeven doel- stellingen en in heel de frisse mentaliteit van deze regeringsverklaring de liberale invloed duidelijk te herkennen.

De (geleidelijke) ombuiging van het beleid, mogelijk geworden doordat de Partij van de Arbeid voor de VVD had moeten plaats maken, was duidelijk gemarkeerd. En het mag met erken- telijkheid worden geconstateerd, dat het nieuwe Kabinet, al is het nooit gemakkelijk 0m een ja- renlang gevolgde lijn om te buigen, d~elbewust

en met volharding de nieuwe lijn· ook heeft ge- tracht door te trekken. Zij het niet zonder de nodige bedekte è n openlijke tegenwerking.

Die tegenwerking is - wij zeggen het met vol- le overtuiging: uiteraard - niet gekomen van de zijde der VVD. Zij heeft het Kabinet bij zijn streven inderdaad waar enigszins mogelijk naar vermogen gesteund.

Dat was zij, gezien de voorgeschiedenis van het ontstaan van deze politieke constellatie en gezien de uitgestippelde gezonde beleidslijn, aan zichzelf en aan haar kiezers verplicht.

* * *

D

ie tegenwerking, bedekt en openlijk, is echter we l gekomen van de zijde van anti-revolutionairen en christelijk-historischen.

Zij waren het, die de overbodige en onzinnige Kabinetscrisis van december 1960 forceerden en die de aarzelende anti-revolutionaire minister

·van Aartsen noopten de nieuwe beleidslijn in de woningbouw niet door te zetten en wederom een veel te straffe rem op de particuliere woning- bouw te zetten.

En het waren ook de protestants-christelijken, die de socialistische oppositie in de kaart speel- den en vooraan gingen in het verzet tegen de gedifferentieerde verhoging der ambtenaren- salarissen. Een verhoging, waarbij alle ambtena- ren een zeer behoorlijk percentage (van ruim 5 pct.) ontvingen en dit dan nog vermeerderd met een denivelleringspercentage van 8 tot 40 pct. in vier jaarétappen.

Minister Toxopeus hield daarbij woord: hij bracht de ambtelijke salarissen op het gemiddel- de peil van het particuliere bedrijfsleven, zoals lang geleden reeds door de commissie-Neher was voorgesteld. (Vervolg op pag. 2)

ATTENTIE!! ATTENTIE!!

Luistert op vrijdag, 11 mei a.s., over de zender Hilversum 11 (298 m), van 19.30-19.40 uur, naar

"DE STEM VAN DE V.V.D."

Spreker: Mr. H. VAN RIEL, vooditter van de Eerste Kamerfractie

.. van de V.V.D.

LET OP DE ZENDERWISSELING

(2)

VRI,JHEID EN DEMOCRATIE

schon minister

Duidelijk heeft onze geestverwant mr.

H. van Riel vorige week bij het be- grotingsdebat over buitenlandse zaken in de Eet'ste Kamer gewaarschuwd tegen een al te soepele uitlegging van het zelf- beschikkingsrecht voor de bevolking van Nieuw-Guinea. Hij nam stelling tegen de thans zo veelvuldig de kop opstekende neiging om ten aanzien van dit door ons aan de Papoea's beloofde recht over te gaan tot aile mogelijl<e aan- en uitkleed- pat-tijen. Wij zullen geen dingen mogen doen. waardoor ieder zelfbeschikkings- t·ccht illusoir wordt. Tegen het erkennen van eventuele· nederlagen had mr. Van Riel geen bezwaar, maar wel tegen het zoeken naar dekmantels on> deze te ver- doezelen.

Voor minister Luns, die andermaal ver- ldaarde, dat de regering be1·eid is de mo- gelijkheid van bestuursoverdracht van In- donesië bij het overleg te betrekken, maar niet bereid te zijn, zich vooraf daartoe te binden, n>oet het debat in de senaat niet onve1·deeld aangenaam zijn geweest. Dat de socialisten. en communisten van zijn beleid weinig wensten heel te laten zal hem minder hebben verwondet·d, dan de onaangename ve1Tassing die zijn geest- vei'\vant m1·. Regout hem bereidde. Mede namens enkele andere leden van de frac- tie der KVP dreigde deze Maastrichtse porseleinfabl'ilmnt, die in een ver ver- Icden nog even in diplomatieke dienst is geweest, in eerste instantie tegen de be- groting te zullen stemmen. In een slecht voorgedragen repliek handhaafde de heer Regout zijn bezwaren tegen het beleid van minister Luns, zinspeelde zelfs op de wenselijkheid van diens aftreden, maar op de uitdrukkelijke vraag van mr. Van Riel, of hij nu tegen de begroting zou SÜ'mmen, antwoordde hij, dat dit thans niet aan de orde was; daarna verliet hij de vergadering ...

• • *

Dat een Kamet·lid uiting geeft aan zijn onbehagen over een bepaald be- ldclsonderdeel en daarbij desnoods af-

\\•ijkt van de mening van zijn geestver- wanten, is zijn goed recht~ het kan zelfs zijn plicht zijn ~ maar de wijze waarop de heet· Regout vorige weck zijn aanval op minister Luns inkleedde kan, dunkt ons, toch weinig bewondering wekken.

De heer Regout kwam in tweede instan- tie o.m. met alle mogelijke niet-concrete bezwaren· tegen de gevoerde onderhande- lingstaetiek en verdween daarna. Mr. Van Riel had terecht kritiek op deze houding, die de verantwoordelijkheid van een lid van de grootste Kamerfractie toch wel in een vreemd licht stelde.

Hoe het ook zij, minister Luns zal nu wel hebben gemerkt, wie zijn vrienden in de Eerste Kamer zijn en wie niet, ook onder hen, die konden worden geacht zijn politieke vrienden te zijn. Misschie-n heeft de bewindsman gedacht aan enkele vers- regels van de Engelse staatsman Can- ning, in het begin van de vorige eeuw:

.. Geej mii de r·erklaarde vijand.

de striidcr die recht op mii toekomt;

i/,- z•d striidrn zonder vrees.

1Uaar l'Wl alle rampen die Uw toorn

. r VOOI'lfHCIIgl, U Jlt•er, I! eb ik voor ,:én slechts angst:

rlie roor de ~.oJJrcchte" vriend."

Genoeg nu over de verdeeldheid in de fractie van de KVP, waarbij wij nog slechts willen aantekenen, dat pater prof.

BcaufOJt, erkend volkenrechtdeskundige, evenals zijn fractiegenoot de heer Derk- scn, de minister warm steunde, terwijl ir.

Kraaijvanger een tussenstandpunt innam.

(Vervolg van pag. 1)

en orselein voor

Luns in senaat

Mr. H. VAN RIEL ... (-{een dekmantels ... .

De houding van mr. Regout was niet het enige laagtepunt in het Eet·ste- Kamerdebat. Ook de socialistische frac- tieleider, ir. Vos, liet zich van een minder gelukkige kant zien.

We weten langzamerhand allen wel dat vele dames en heren van de Partij van de Arbeid een soort semi-revolutionaire inzinking doormaken, waarbij de rode- rakkermentaliteit van enige tientallen ja- ren geleden hen weer enigszins te pakken schijnt te kl'ijgen. Gelukkig is het nog niet zo ver als bijvoorbeeld in 1932, toen in een socialistische optocht kreten wer- den aangeheven als : "Wie maakt onze centen zoek? ~ Dat is Ruys de Beeren- brouck!"

Niettemin gaf ir. Vos er vorige week blijk van, dat hij het slaken van kreten als strijdmiddel ook nu niet geheel ver- smaadt. Zo kan men een politieke tegen- stander te pas en te onpas de kreet ,,kolonialisme!" naa1· het hoofd slingeren.

Ir. Vos deed dit ~ te onpas ~tegen de liberale fractieleider mr. Van Riel. Wat·

had de heer Van Riel misdreven?

Zoals hiet·boven gezegd, had de heer Van Riel gewaarschuwd tegen een ontoe- laatbare uitholling van het zelfbeschil<- kingsrecht. Men kan de regering wel voorhouden, dat zij niet al te rigide moet zijn, maar toch zullen wij moeten begin- nen ten opzichte van onszelf wel een zekere rigiditeit in acht te nemen waar het gaat om de handhaving van datgene wat wij hebben beloofd. Mr. Van Riel wees et·op, dat Indonesië thans tot weinig ten behoeve van Nieuw-Guinea in staat zou zijn. Het tegenwoordige Nederlandse bestuur is in het belang van de Papoea's.

Wanneer wij van Nieuw-Guinea af willen of moeten, het zij zo, tnaar dan in een ware vorm. Wij zouden een volkenrech- telijk onrecht begaan, indien wij zouden instemmen met een overdracht zonder reële garanties.

Er is gesproken over de onderhande- lingstaetiek van de minister en over de geheimzinnigheid die hierbij wordt be- tracht. Tot de critici behoorden ook vak- verenigingsmensen. die toch zouden moe- ten weten, dat onderhandelingen zic.h veelal moeilijk lenen tot openbaarheid.

En in de diplomatie is dit nog moeilijker dan in welk ander geval ook. Mr. Van Ricl zag de pogingen om de regering over de streep der geheimhouding te trekken, als een onderdeel van de pal'lementaire tactiek der oppositie, maar daar mogen anderen in de huidige omstandigheden geen voet aan geven. Over onclet·hande- lingstactiek valt niet te debatteren.

Met kolonialisme had dit betoog na- tuurlijk niets te maken, maar zon- der bilkken of blozen meende ir. Vos dit de heer Van Riel in de schoenen te kun- nen schuiven. Hij sprak zelfs van het meest koloniale betoog .dat hij in tijden had gehoord. Ook na de interruptie van de liberale fractieleider hield hij deze bewering vol. De heet· Van Riel vroeg daarna in derde termijn het woord.

Blijkbaat·, aldus onze geestverwant, wil de heer Vos het invectief als argument gebruiken. Hoe zwak moet iemand zich voelen om het woot·d kolonialisme te be- zigen. Het enige wat ik wil is. dat er grenzen zijn waarbinnen het zelfbeschik- kingsrecht niet vet·der mag worden inge- kt·ompen. Van bevoogding det· Papoea's kan geen sprake zijn.

De heer Van Riel zette clam·na zijn so- cialistische tegenstandet· scherp op zijn plaats met de opme1·king dat .diens ver- wijten deden denken aan een bepaald soott dialectisch denken, waarbij men ien1ancl die ergens een andere· opvatting over heeft uitmaakt voot· fascist.

Hoe pover was het wedenvoord van ir.

Vos. Nogmaals spl'ak hij van .. koloniaal", zelfs van "koloniaal-oude-stijl",· maar hij wenste eerst de Handelingen (het of- ficiële verslag van het gesprokene) af te wachten om zijn beschuldigingen nader te bewijzen. Dat zou dan kunnen gebeu- ren "bij een volgende gelegenheid". Blijk- baar was hij van zijn bewijsmateriaal niet zo heel erg zeket·. Voor een exact opgeleid man als de heer Vos toch wel vreemd ~

of heeft hij soms gcmeend het invectief te kunnen hanteren als axioma?

* • *

Wat het regeringsbeleid beti·eft her- haalde minister Luns, dat <1~ re- gel'ing bereid blijft tot een gesprek met Indonesië zonder prealabele vom·waarden.

De regering is echter niet bereid, zich vooraf te binden tot bestuursovcrclracht, al zal zij zich niet verzetten tegen een gesprek over de mogelijkheden hiervan.

Maar hierbij dient rekening te worden gehouden met de vraag of het belang van de Pa.poea.'s zo goed mogelijk is verze- kerd. Met mr. Van Riel was minister Luns het eens, dat een te zwakke verde- diging van Nieuw-Guinea bezwaren kan inhouden. De genomen maatrege.Ien heb- ben slechts een redelijke bescherming van de bevolking ten doel. Het is absoluut onjuist, dat alelus 't oorlogsgevaar wordt vergt·oot.

1lhnister LUNS

• ... in beraad ...

3 MEI 1962 - PAGINA 2

KOLONIAAL?

Nadat de heren Beaufort (KVP), Algra (AR) en Derksen (KVP) nogmaals getuigd hadden van hun steun voor de regeringspolitiek, zorgde de heer Vos (PvdA) nog voor een persoonlijk steekspel tus- sen hem en de heer Van Riel

(VVD). Hij noemde namelijk de speech van de liberale woordvoer- der "het meest koloniale betoog dat ik in lange jaren heb gehoord".

De heer Van Riel: "Koloniaal?"

De heer Vos: "Ja, koloniaal".

De heer Van Riel: "Meneer de voot·zitter, ik vraag nogmaals het woord."

Dat kreeg· hij, in derde termijn.

"Hoe zwak moet iemand zich voe- len, als hij een dergelijk woord als

"koloniaal betoog" nu nog ge- bruikt," zei hij. Het deed hem ang- stig herinnet·en aan een soort dia- lectisme, waarbij iedereen, die het met een ander niet eens is "fascist"

wordt genoemd. De heer Vos repli- ceerde, of liever retireerde, 1net de mededeling dat cle speech van de heer Van Riel op hem inderdaad de indruk gemaakt had van een ,.koloniaal betoog in oude stijl", maar hij wilde hem eerst nog eens

!1alezen voor hij zich er verder ove1· zou uitlaten.

Sluwe vos

Intussen had de heer Vos (Pv dA) aan de minister verzocht om de heer Bunker te vragen of de 1·egedng het parlement over het plan-Bunker l'an inlichten.

"Ik kan op dat verzoek niet in- gaan," zei de heer Luns. "Want de heer Vos gaat uit van een situatie, die er niet is." Er zijn voorberei- dende besprekingen over een agen- da geweest. Eigenlijke onderhande- lingen zijn nog niet gevoerd.

De heer De Niet, interrumpe- l'end: ,,Is er dan gee'n plan-Bun- h:er?"

Minister Luns: "Er zijn zekere suggesties gedaan door de heer Bunker aan de regering."

De heer Vos: ,.Is er een brief van pt·esiclent Kennedy?" . ·

Minister Luns: "Daar ga. ·ik niet op in. Zou ik zeggen: er is een brief, dan zou de heer Vos roepen:

"ha, er is een brief. En de heer Vos is behalve intelligent ook sluw."

Woensdag a.s. zal de Kamer des middags om half twee over de be- groting van buitenlandse zaken stcn1n1en.

(Kamerverslag Alg. Handelsblad 27/4)

Over het zgn. plan-Bunker kon de be- windsman thans niets naders meJedëlen.

Ten hoogste kon hij zeggen, dat er enige

"suggesties'-' zijn g·edaan.

De regering, zo zei mr. Luns, zal "ich niet laten leiden door star formalisme of animositeit jegens Indonesië. Zij deelt de zorgen van het parlement, maar het is niet mogelijk zich tot iedere prijs van de zorg af te maken. Dat zou in strijd zijn met het eens gegeven woord en ook met het belang van de internationale rechts- orde. De regering streeft ernaar de belof- ten inzake een eigen lotsbepaling van de Papoea's zo goed mogelijk gestand te doen.

Tot de heer Regout, die bij de repliek van de minister schitterde door afwezig- heid, zei mr. Luns, dat hij diens "vl'ien- delijke" uitnodiging om af te treden, nog maar even in beraad zou houden ...

Minister Toxopeus was "de man die de moed had", zoals het AmbtenarencentrUin het terecht uitdrukte. Maar de heer Beernink had die moed niet. In het Kamerdebat kwam zijn redenering hier op neer, dat het voorstel eigenlijk wel juist was, maar dat hij (mr. Beernink) "het niet kon ve1·kopen".

welke het bij zijn optreden heeft bepaald en die óók van liberale zijde als juist werd begroet.

Wanneer de protestants-christelijke voorman- nen menen te kunnen smalen over de VVD die

"zich met huid en haar" aan de regering over- geeft, dan betekent dat alleen maar het leggen van een rookgordijn om te trachten de eigen poging om het schip van zijn nieuwe koers af te brengen, te verbergen.

Statenverkiezingen de electorale "uitschieter"

van 1958-1959 ten dele (en naar wij hopen tijde- lijk) hebben zien verloren gaan, haar opgaande lijn in de lange-golfbeweging (zoals de heer Oud het zo treffend juist schetste) heeft zich gehand'-

haafd. ·

De protestants-christelijken - en in het bij- zonder de anti-revolutionairen - zullen moeten uppassen, dat hun pogingen om het regerings- beleid nu hier, dan daar uit te hollen, niet zullen leiden tot een "uitschieter" in hun geleidelijke d a 1 e n d e electorale lijn.

* * *

H

et zal de lezers nu duidelijk zijn, hoe wij . de houding der protestants-chrislelijken 21en.

Natuurlijk steunt de VVD het beleid van het Kabinet wanneer het de koers trpcht te varen,

De VVD zal zich hierdoor niet van de wijs laten brengen en het Kabinet blijven steunen wanneer en voor zover het blijft nastreven wat het beloofd heeft.

Zij moge door ongelukkige bijkomstigheden die de grote lijnen der politiek niet raken, bij de

Want die uitschieter zou er dan niet een zijn in opwaartse, maar in benedenwaartse richting.

A.W.A.

(3)

Verantwoor e u e IJ de raadsverkiezingen

Wij hebben de verkiezingen voor de Provinciale Staten alweer enkele weken achter de rug en in vele toonaarden is van de uitslag een analyse gemaakt en zijn daarover beschouwingen ten beste gegeven. Zoals onze Partij-Voorzitter Prof. Oud het heeft uitgedrukt, hebben wij op de korte golf verloren, maar op de lange golf hebben wij onze gestadige vooruitgang van 1946 af weten te besten- digen. Onze winst, in 1959 verkregen, was te veel schoksgewijs ontstaan, was niet rustig gegroeid. Zij kon, zij moest daarom wellicht weer grotendeels ver- loren gaan.

Ook anderen hebben in ongeveer ge- lijke zin gesproken. Wij hebben ontevre- denen verloren, ontevredenen die er al- tijd en onder elke politieke constellatie zullen zijn en het is duidelijk Ook wij hebben het niet iederéén naar de zin kun- nen maken. Dat is normaal en welhaast vanzelfsprekend.

Mag ik zeggen dat ik het toch, ondanks alle verklaringen die ervoor gegeven zijn, jammer vind dat de zaak zo gelopen is.

Ik had het liever anders gezien, ik wil

~ dat wel eerlijk zeggen. ~ Er zijn zo hier en daar wel oorzaken .. aangegeven, er zijn ook wel concrete punten genoemd ten aanzien waarvan men voor het liberale standpunt of de li- berale houding geen waardering zou heb- , ben gehad en waardoor wij dan nu - op

de korte golf - een deel van onze los- . vaste kiezers verloren zouden hebben.

·Wij hebben het dus allemaal wel min of ' meer kunnen verklaren, maar hebben wij 1 daarmee het einde van de discussie al be-

~ reikt? Ik geloof het niet.

Beginselen niet verkwanselen _ Is het niet als in zoveel andere geval- ' Jen in het leven, waarin wij een bittere . pil te slikken, een teleurstelling te ver-

De heer ]. C. COR V ER,

lid mn de Ttreede Kamer, hield OfJ vriidag 27 april de hier afgedrukte rede in onze

veertiendaagse radiu·uhzendin{{.

antwoord kunnen geven, dan hebben wij onszelf niets te verwijten. Dan behoeven wij geen teleurstelling te gevoelen wan- neer een aantal stemgerechtigden ons niet weer als hun vertegenwoordigers heeft aangewezen.

Kwestie van overtuiging Politiek is een kwestie van overtuiging, niet van een incidentele gezindheid of

van een toevallig levende wens voor de vervulling waarvan men eens een keer op een partij stemt om die dan daarna weer snel voor een andere te verwisse- len. Als het goed is, is onze politieke overtuiging een deel van ons. wezen, iets dat men. wil verdedigen tegenover ande- ren, waarvoor men offers wil brengen.

Het vormt een onderdeel van het levens- patroon dat ieder denkend mens in de loop van zijn ontwikkeling voor zichzelf heeft gevormd. Dat kan men niet zo maar even veranderen. Wel moeten wij ons af- vragen of wij voldoende gedaan hebben om vooral onze wat weifelachtige aan- hangers van de juistheid van onze ziens- wijzen te overtuigen.

1k geef u vandaag op de door mijzelf gestelde vragen geen antwoord. Want het antwoord vergt een diepgaand onder- zoek. Weest gerust, wij zijn liberaal ge- noeg om dat onderzoek grondig en ob- jectief, en zonder aanzien des persoons in te stellen. Daarna zal zeker blijken dat wij vertrouwen mogen stellen in on- ze Partij en in onze werkelijke aanhan- gers en dat wij - op de lange golf - on- ze gestadige groei ook in de nabije toe- komst zullen bestendigen.

Verantwoorde keuze In die stemming staan wij nu dicht voor de volgende verkiezingen, die voor de gemeenteraden. In de gemeentelijke politiek spelen heel andere factoren een rol dan de belangrijke feiten en gebeur- tenissen uit de landspolitiek. Het is voor de dagelijkse gemeentepolitiek niet be- langrijk of wij socialisme met of zonder atoombom krijgen. Wij willen in het ge- heel geen socialisme en atoombommen wil natuurlijk niemand, dat is helemaal geen punt.

Wij willen ze alleen liever niet uitslui-

V.V.D.

Koninginnegracht 61 's-Gravenhage Telefoon (070} 60 48 03

(3 liinen) Giro 67880

tend in handen van de Sovjet-Unie laten, want dat is het blok, in wiens handen ze de grootste bedreiging vormen, en daar moet dus iets tegenover staan. Maar dat vraagstuk speelt niet in de gemeente-po- litiek, doch op het internationaal vlak.

U kunt de zaken, die bij het besturen van onze gemeenten van belang zijn, ge- makkelijker overzien en u kunt de per- sonen, die door de verschillende groepe- ringen worden aanbevolen om de burge- rij te vertegenwoordigen gemakkelijker op hun deskundigheid en op hun sociale achtergrond beoordelen, omdat zij min•

der ver van u af staan. Dat is een voor·

deel van de gemeente-politiek.

Bij die gemeente-politiek is het belang·

rijk of b.v. de zaken van de "algemene school", dus van het openbaar onderwijs op goede wijze door uw gemeentebestuur en door uw liberale vertegenwoordigers worden behartigd. Het is belangrijk of de gemeentelijke financiën op gezonde wijze worden beheerd en of er niet met geld wordt gesmeten op .een manier waarvan ieder in zijn eigen bedrijf of huishouding zou griezelen. Het is belangrijk of de ge- meente de mogelijkheden voor woning- bouw, die er zijn - al zijn ze dan be- perkt- zo goed mogelijk heeft aangegre- pen en bevorderd. Of het eigen woning- bezit wordt gestimuleerd. Wie de ver- keersveiligheid in de gemeente het meest ter harte gaat. En zo is er zoveel meer.

Ge hebt bij vorige gemeenteraadsver- kiezingen groot vertrouwen gesteld in uw liberale vertegenwoordigers. Wanneer zij op het vlak van de gemeente-politiek uw vertrouwen waard zijn gebleken heb- ben zij er ~ meen ik - recht op uw stem weer te verwerven.

Ik wens u daarom (rfu reeds) toe dat u bij de komende gemeenteraadsverkiezin- gen een verantwoorde keuze doet. Dan heb ik goed vertrouwen in de uitslag.

werken krijgen? Soms zijn daarvoor dui- . delijk obá.aken aan te wijzen, die wij

; niet konden beïnvloèden, ·maar soms ook

· blijkt het h.kel· gewoon onze eigen schuld

· te zijn. Zo ongeveer zal het in de poli-

tiek ook wel zijn.

Nu de Kinderbijslagwet is aanvaard

. Ook daar zullen wel allerlei oorzaken

~ voor een teleurstelling zijn aan te wijzen,

; oorzaken buiten onze invloedssfeer; maar

i wij mogen niet vergeten dat er ook daar

1 eigen schuld bij zou kunnen komen. Ook t daar, zoals in het gewone leven, moeten

1 wij, als wij naar oorzaken zoeken, aller- ' eerst de hand in eigen boezem steken, om

'-te zien of wij z:elf foüfen· hebben gèmaakt.

Wij moeten oprecht en eerlijk willen na- gaan of wij alles in het werk hebben

gesteld om ons tegenover diegenen die ons op· onze politieke stoel hebben ge- bracht te rechtvaardigen.

Wij moeten er bij dat zelf-onderzoek

·natuurlijk in de allereerste plaats voor waken onze beginselen geen geweld aan ,te doen. Want dat is ook in de politiek altijd het belangrijkste. Wij zouden on- . ze beginselen nooit willen en mogen ver-

·· loochenen voor kiezerswinst Wij zouden b.v. een verantwoorde houding tegenover de bevolking van Nieuw-Guinea, die wij nu eenmaal beloften hebben gedaan, niet voor kiezerswinst willen verkwanselen.

Hard genoeg gewerkt?

En dan, als tweede punt, vragen wij ons af, wéér als in het dagelijks leven:

Hebben wij altijd ai!es gedaan op de psychologisch meest verantwoorde ma- nier? Of hebben wij door psychologische fouten soms mensen tegen ons in het har- nas gejaagd, waar wij dat hadden kun- nen vermijden? Hebben wij nooit men- sen in de kou laten staan als dat niet strikt onvermijdelijk was? Dat geldt na- tuurlijk voor allen van hoog tot laag, voor Ministers, Kamerleden en gemeen- tebestuurderen. Voor allen, op welke plaats ook gesteld.

Pas als ook die vraag volledig bevredi- gend kan worden beantwoord, mogen wij gerust zijn. Er is zoveel, dat wij moeten onderzoeken. B.v. de doelmatigheid van onze Partij-organisatie, de vindingt'ijlcheid en de ijver van onze vertegenwoordigers, op welke plaats ook. De voortvarendheid van onze plaatselijke afdelingen, de be- langstelling en de verknochtheid, de of- ferbereidheid van onze leden en van al- len die op ons vertrouwen. Heel simpel samengevat resulteert dat alles in deze vraag: Hebben wij hard genoeg gewerkt, allemaal samen?

Als wij op alle vragen, die ik hier maar heel even heb aangestipt, een bevestigend

De voornaamste inhoud tn negen ·punten

Door de aanneming van het wets- ontwerp Algemene Kinderbijslag- verzekering zijn de volgende punten komen vast te staan:

1. De regeling voor de loontrek- kenden blijft ongeveer zoals zij was.

2. De zelfstandigen krijgen kin- derbijslag van het derde kind af, als hun zuiver inkomen niet boven f 14.000 per jaar ligt.

3. De zelfstandigen met een inko- men van f 4000 per jaar ontvangen evenals de loontrekkenden de vol- ledige kinderbijslag ook voor de eer- ste twee kinderen.

4. Ongehuwde vrouwen boven 45 jaar die als zelfstandigen werkzaam zijn, vallen buiten de premiewet.

Werkgevers moeten voor vrouwen, die bij hen in loondienst zijn, wel premie betalen.

5. De loontrekkenden zullen de·

premiepost niet op hun loon- of sa- larisstaat zien, de werkgever zorgt voor de premie-afdracht.

6. In principe wordt de hoogte van de kinderbijslag gekoppeld aan de loonindex. Als de lonen omhoog gaan, kunnen hierdoor ook de kin- derbijslagen stijgen. Aan een alge-

ONS VERKIEZINGSFONDS

Van leden en geestverwanten van onze Partij ontvingen wij nog de volgen- de bijdragen voor ons Verkiezingsfonds:

AM. te Arnhem, f 25.-; Mevr. J. G. S.-L. te 's-Gravenhage, f 10.-;

Mr. J. A 0. te Gorinchem, f 25.-; C. van de P. te Schoorl, f 1 0.-.

Voor deze giften gaarne onze hartelijke donk1

SHIRTS

in 3 mouwlengten

ook in NO IRON vanaf 21.50

DACRON en COTTON in 3 kleuren.

erenmodes

I

DEN HAAG SCHEVENINGEN

Laan van Meerdervoort 280a Gevers Deijnootplein 9

Telefoon 336418 Telefoon 5402:3

mene maatregel van bestuur zal het waardevàst ·maken van de kin- derbijslagen worden overgelaten.

7. Voor invalide kinderen van 16 tot 27 jaar bestond bij de regeling, die tot dusver gold recht op kinder- bijslag, indien zij voor meer dan tweederde invalide waren. Als de nieuwe wet in werking is getreden zal dit recht reeds kunnen worden . toegekend, als de kinderen voor

meer dan de helft invalide zijn.

8. De premie bedraagt ongeveer 2 procent. Ook zelfstandigen, die wegens de hoogte van hun inkomen niet voor kinderbijslag in aanmer- king komen, moeten premie beta- len.

9. Er wordt naar gestreefd de wet op 1 januari 1963 in werking te doen treden.

Het door de Eerste Kamer aange- nomen wetsontwerp tot herziening van de kinderaftrek brengt een ver- eenvoudiging en een verdere aan- passing van de kinderaftrek bij de vaststelling van de belasting aan de sociale verzekeringswetgeving.

Het voert een enkelvoudige aftrek in voor studerende kinderen van zestien jaar en ouder, wier onder- houd in belangrijke mate voor reke- ning van de belastingplichtige komt.

Het zogenaamde "Lucas-kind", dat de regering uit de wet wilde ver- wijderen is door de aanneming van een desbetreffend amendement in de Tweede Kamer voorlopig gehand- haafd, totdat er bij de algehele be-·

lastingherziening over beslist zal worden. Hei Lucas-kind is het extra kind dat in aanmerking wordt ge- bracht voor kinderaftrek bij de vast- stelling van de inkomstenbelasting en de vermogensbelasting.

(4)

VRIJHEID EN DEMOCRATIE 3 MEI 1962 - PAGINA 4

...

: :

i i

i i

i

:

GEMEENTEPROGRAM 1962 i

i

:

.

I

van de VolkspartY voor Vrfi heid en Democratie

I

:

HOOFSTUK 1

DE PLAATS VAN DE GEMEENTE IN ONS STAATSBESTEL

(I)

14. De gemeente moet ook overigens rekening houden met streek- belangen en belangen van naburige gemeenten en· naar sam.enwer- king streven.

Hetgeen onder dit hoofd. is vermeld, heeft voornamelijk betrekking 15. Met waterschappen en andere lichamen dient ter behartiging t t ten aanzien der gemeenten. Tn het gemeenteprogram is dit opgeno- samengewei·kt.

op de bevoegdheden en de taak van de besturen van Rijk en provincie van publieke belangen in de vormen, welke de wet toelaat te worden ~

t men, omdat ook de leden van de gemeentebesturen hiermede re!{e-

! ning hebben te houden.

~ HOOFDSTUK 2 i

t a. VERHOUDING TOT RIJK EN PltOVINCIE Taak en organisatie van het gemeentebestuur i

i 1. In ons staatsbestel is de gemeente een zelfstandig lichaam, dat 16. De gemeente dient de algemene belangen van de burgerij voor Î

•.• op velerlei wijze de belang<m van haar ingezetenen heeft te beharti- te staan en te bevorderen. Het gemeentebestuur in al zijn geledingen Î

gen. Op het gebied, waarop zij autonoom is - behoudens het wettelijk behoort zijn bevoegdheden rechtvaardig uit te oefenen. Het streven t

: toezicht van hoger bestuur - bepaalt de gemeente zelf haar taak. van het gemeentebestuur zij voortdurend gericht op het behoud van ~

t de grootst mogelijke zelfstandigheid.

; 2. De zelfstandige arbeid van de gemeenten in ons staatsbestel :

behoort zoveel mogelijk te worden gehandhaa:t:d. Een centrale rege- 17. De gemeenten moeten hun werkzaamheid niet onnodig uitbrei- :

t ling of centrale dienst moet slechts dan WOl1den ingevoerd, wanneer den. Waar het particulier initiatief een taak verricht ,is het in het :

t dit inderdaad nodig is te achten, Geschiedt dit, dan moet zoveel mo- algemeen beter daaraan zo nodig steun te verlenen dan de taak door :

f. gelijk het maken van verdere regelingen en de verdere uitvoering gemeentelijke organen te laten overnemen. Stimulering tot zelfwerk- tt

worden overgelaten aan de gemeentebesturen, die immers het dichtst h 'd d b .. d' 1 t t · d

; bij de bevolking staan. Het is zaak, voor de handhaving van dit stel- zaam ei er urgel'IJ Ient P aa s e vm en. +

~ se! van territoriale decentralisatie op te komen. 18. Indien de gemeente subsidie geeft, dient controle te bestaan i.

op een behoorlijke besteding daarvan. Doch de gemeente moet zich

i 3. Bij het toezicht, dat door organen van het Rijk en door Gede- vrij houden van bemoeizucht en niet door middel van de subsidiere- i

; puteerde Staten wordt uitgeoefend, dient zo min mogelijk in de geling de particuliere initiatiefnemers en medewerkers aan de leiband t

; zelfstandigheid van de geme,enten te worden ingegrepen; dit geldt legg-en. <:>

: ook indien door algemene, economische omstandigheden beperkingen Î

: van de bestedingen noodzakelijk zijn. 19. De verschillende organen van het gemeentebestuur (de raad, +

:. het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester) Î

4. Het toezicht van Gedeputeerde Staten moet, voorzover het de dienen over en weer elkaars bevoegdheden te eerbiedigen. +

begroting en a.ndere besluiten van geldelijk belang betreft, zich beper- +

i ken tot de wettigheid en de financiële zijde der besluiten. Bij dit 20. Als hoofd der gemeente dient de raad voldoende controle te i

laatste zal het provinciaal bestuur zich moeten beperken tot de grote houden op .de uitoefening van de bevoegdheden van burgemeester en : lijnen en niet afdalen in details. Voorts dient het provinciaal bestuur wethouders op het terrein der autonomie. i

i zich te onthouden van een uitbreiding van zijn werkzaamheden ten

koste van die der gemeentebesturen. 2L Het is wenselijk, dat het college van burgemeester en wethou- t

i , ders en de burgemeester op door de raad gestelde vragen zoveel mo-

1

5. Het vernietigingsrecht van de Kroon dient slechts in duidelijke gelijk ook inlichting-en gev.en nopens werkzaamheden, waaromtrent ; ;

t gevallen van strijd met de wet of strijd met het algeme.en belang te zij thans nog niet ingevolge de wet verantwoording verschuldigd zijn.

t worden uitgeoefend.

i / ' 22. Wanneer de i'aad bevoegdheden aan burgemeester en wethou- i .. ,

+ 6. Hiertegenover dienen de gemeentebesturen loyaal mede te wer- ders delegeert, moet in de regeling van de delegatie met controlemo- :;

I

ken aan de uitvoering van· de wetten en verordeningen van de hogere gelijkheid rekening worden gehouden.

lichamen en in hun beleid te tonen dat zij de zelfstandigheid welke t

grondwet en wet aan hen toekennen, waard zijn. 23. Van de bevoegheid tot het houden van een besloten raadsver~ t .·

t

gadering dient slechts bij uitzondering gebruik te worden gemaak~. j.·'<:

b. FINANCiëLE VERHOUDING TOT HET RIJK

24. De belangstelling van de burgerij voor de gemeentelijke .zaken

t 7. Zondet• een voldoende ·financiële grondslag is ·de .zelfstandigheid moet steeds worden opgewekt en aangemoedigd. i

i

t der gemeenten niet te verwezenlijken. Het is praktisch onmogelijk J

f geworden aan de gemeenten een zodanig eigen belastinggebied te la- 25. Waar door ligging of structuur duidelijk een afzonderlijk ge- i

ten, dat zij uit de opbl'engsten daarvan hun uitgaven kunnen dekken. deelte van de gemeente aanwezig is, welks belangen een speciale be- t

Naast het van mindere betelrenis geworden eigen belastinggebied hartiging vragen, kan de instelling van een wijk- of dorpsraad hier- :

; moeten daarom uit de algemene belastingmiddelen op objectieve, bij voor wenselijk zijn, doch belanghebbenden zelf dienen duidelijk te t

: de wet vastgestelde wijze voldoende gelden ter beschikking worden doen blijken, dat zij aan een dergelijke raad behoefte gevoelen. t

gesteld van de gemeenten om hun taak in vrijheid en met enige arm- t

t slag te vervullen. · 26. De vorming van een of meet• functionele raden (zoals een t ·.

; sportraad, kunstraad e.d.), waarin vertegenwoordigers van het ge- t

t 8. Hiervoor is nodig, dat aan de gemeenten een bepaald gedeelte meentebestuur met belangstenenden uit de burgerij samenwerken, t i:_ van de opbr.engsten der rijksbelastingen wordt toegewezen, dat vol- kan in sommige gevallen nuttig zijn, De gemeenteraad dient op de t

. gens wettelijke regelen naar objectieve maatstaven over de afzon- werkzaamheden van deze raden voldoende toezicht te houden. t

derlijke gemeenten wordt verdeeld. i

:

~ 9. Indien doeluitkeringen aan de gemeenten worden gedaan (zoals HOOFDSTUK 3 it

bijv. voor onderwijs), moet hierbij de zelfstandigheid van de gemeen-

+ ten bij het doen van uitgaven voor het bepaalde doel worden ontzien. Financieel beheer

i .i

+ 10. Door de niet te vermijden onvolmaaktheid van het stelsel zal 27. De raad moet toezien op de doelmatige inrichting en werking

i voor versebiedene gemeenten een aanvullende uitkering nodig zijn. van de diensten en bedrijven der gemeente. i

t Ook in dat geval behoort de gemeente niet in haar zelfstandigheid

te worden beknot. 28. Bij het financiële beleid mag niet uit het oog worden verloren,

i dat beschikt wordt over gemeenschapsgelden, uit belastingen opge- ;

11. Telkens dient de regeling van de financiële verhouding met bracht. Naar een zo nuttig mogelijke besteding daarvan dient derhal- +

i het oog op de snel veranderende omstandigheden hieraan op ko1te ter- ve te worden gestreefd. t

i mijn te worden aangepast. 29. In de tegenwoordige omstandighed-en is het wenselijk het fi- ~

t 12. Voor zover bij de wet aan. de gemeente de bevoegdheid is ge- nanciële beheer op langere termijn te beramen dan voor één jaar. f

i. geven bepaalde belastingen van haar ingezetenen te heffen, dient ile Dit kan geschieden door het opstellen van investeringsplannen voor i•

+ vrijheid van de gemeente tot het al dan niet heffen daarvan en tot een reeks van jaren.

t. het bepalen van hoogte en wijze der heffing zoveel mogelijk te wor- +

den geëerbiedigd. 30. Voorzover de gemeente zelf belastingen heft, is het wenselijk +

te streven naar gelijkmatige belastingdruk over de verschillende be- t

•. lastingjaren.

c. GRENSWIJZIGING EN SAMENWERKING +

i 31. Bij de belastingheffing moet onevenredigheid, bijv. door het !

<> 13. Tot samenvoeging van gemeenten mag slechts worden overge- leggen van hoge lasten op enkele groepen der burgerij, worden ver- t

i gaan, indien het algemeen belang dit inderdaad eist, welke eis even- meden. :t

t eens geldt ten aanzien van wijziging van de grenzen der gemeenten. f

: Daarbij dient eerst te worden onderzocht of door samenwerking der 32. In het belang van een behoorlijke vrijetijdsbesteding behoort t t betrokken gemeenten niet een even goede oplossing is te bereiken. het tarief det• veJ'makelijkheiclsbelasting niet te hoog te zijn. t

.

:

: :

i .

i

:

.

: :

.

:

•••••• .. ••••••••••••••••••••••••••••~•-•++++.++~•-••••~-.. ~··•-•••-•-~•••-•• .. ••••••••-..++m+,.+O_u.u:+.+.++++: ... +++++++++++++.+++++ .. ++ .. ••••••••••• .. ••••••++•~•••+++••••••·

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

2.2.2a Indien twee of meer leveranciers aan kleinverbruikers in onderling overleg tot nader order een andere wijze van verdeling dan als bedoeld in artikel 3, zesde lid, Besluit

producentenorganisaties of een erkende brancheorganisatie krachtens artikel 164 worden uitgebreid en de activiteiten waarop die voorschriften van toepassing zijn, van

Voor de exploitatie van het zwembad vanaf 1 augustus 2015 tot en met 30 juli 2020, met een mogelijke verlenging tot 31 juli 2025, hebben vier partijen een aanbieding gedaan,

In het geval voornoemde autoriteit of de rechter zou bepalen dat de hierboven genoemde activiteiten niet via het algemeen belang kunnen worden uitgezonderd van de

(Voor een groot aantal mensen staat het moedwillig geven van een verkeerd beeld of het onthouden van informatie gelijk aan liegen.) De heer Sipma van de gemeente gaf het advies

Dermate hoge eisen dat er geen sprake mag zijn van enige redelijke wetenschappelijke twijfel, niet betreffende enerzijds de schade die bijvoorbeeld windturbines

In dit essay wil ik het vooral hebben over hoe dit algemeen belang, zoals het in het strafrecht wordt gehan- teerd, wordt beïnvloed door het recht van de Europese Unie.. Ook in

De bijdrage van Teegelbeckers staat in het decembernummer van VTOI Nieuws en kan worden gedownload via www.vosabb.nl (zoek op Raad van toezicht kijkt naar identiteit openbare