• No results found

De fabriek, de grote fabriekskosmos, die ademt in jouw plaats. Er is geen andere lucht dan de lucht die zij aanzuigt, uitstoot. Men is erin.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "De fabriek, de grote fabriekskosmos, die ademt in jouw plaats. Er is geen andere lucht dan de lucht die zij aanzuigt, uitstoot. Men is erin."

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

21

De fabriek, de grote fabriekskosmos, die ademt in jouw plaats.

Er is geen andere lucht dan de lucht die zij aanzuigt, uitstoot.

Men is erin.

De hele ruimte is in beslag genomen: alles is afval geworden.

De huid, de tanden, de blik.

Men loopt tussen vormeloze muren. Men komt mensen tegen, broodjes, colaflesjes, werktuigen, papier, kisten, schroeven.

Men is eindeloos, tijdeloos in beweging. Geen begin, geen einde.

De dingen bestaan tezamen, gelijktijdig.

Binnen in de fabriek maakt men onophoudelijk.

Men is erin, in de grote fabriekskosmos, die ademt in jouw plaats.

(2)

22

De fabriek, men gaat erheen. Alles is er. Men gaat erheen.

Het exces – de fabriek.

Een muur in de zon. Uiterste spanning. Muur, muur, de lichte oneffenheid, baksteen op baksteen, of het beton of vaak wit, ziekelijk wit of de spleet, ietwat aarde, het grijs. De muurmassa.

Tegelijk, die zon. Het leven is, haat en licht. Het oven-leven, van vóór het begin, totaal.

Men wordt genomen, men wordt gedraaid, men is erbinnenin.

De muur, de zon. Men vergeet alles.

De meeste vrouwen hebben een wonderlijk tandeloze glimlach.

Men drinkt een koffie uit de koffieautomaat.

De binnenplaats oversteken.

Op een kist zitten.

Spanning, vergetelheid.

(3)

23

Men maakt kabels dicht bij het venster. De kabels hebben allerlei kleuren, men windt ze op rollen. Er is licht, de ruimte is week.

Men komt, men gaat. Gangen, vergetelheid.

Men maakt kabels dicht bij het venster. Uiterste spanning.

De hemel, en de kabels, die strontboel. Men wordt gegrepen, meegetrokken door de kabels, de hemel. Er is niets anders.

De hele ruimte is in beslag genomen: alles is afval geworden.

De huid is afgestorven. De tanden bijten in een appel, een broodje.

Men absorbeert, de blik blijft overal aan plakken als een vliegje.

Men werkt negen uur, men maakt gaten in onderdelen met een machine. Men plaatst het onderdeel, men beweegt de hendel naar beneden, men haalt het onderdeel eruit, men beweegt de hendel weer naar boven. Er is overal papier.

De tijd is buiten, in de dingen.

(4)

24

De binnenplaats, hem oversteken. Zuivere nostalgie van een fabrieksbinnenplaats.

Men loopt tussen vormeloze muren. Plaatijzer, week en smerig.

Waar slaat het op, waar slaat het op. Die draad op de grond.

Niemand weet van de ellende die ik zie. Men is gaan halen. Men absorbeert alles. Men gaat, men gaat naar beneden. Men ziet de anderen maken. Men is alleen, men is in de eigen handelingen.

Men loopt, men voelt zich lopen. Men is erbinnenin. Men voelt elke beweging, men strekt de benen, men loopt.

Men eet karamelbonbons, men heeft plaktanden.

Alvorens binnen te gaan, drinkt men iets in het café. Men kijkt naar zichzelf in de spiegel boven de toog. De jukebox speelt altijd Those were the days, my love, ah yes those were the days.

(5)

25

Vaten, draden, ijzeren platen zijn opgestapeld. Een aantal is geverfd, de kleuren zijn rood, geel, blauw, groen. Onderdelen en stukken, vaten, draden en ijzeren platen. Men weet niet, men kan niet weten. Men kijkt er hartstochtelijk naar. Men wordt teruggeworpen.

Men verplaatst zich op plekken zonder naam, binnenplaatsen, hoeken, loodsen.

Men houdt op, men gaat naar de kantine. Daarna keert men terug.

De tanden bijten, het dode vlees wordt doorgeslikt. Men eet niet.

Waar is de smaak? Men is van de geuren doordrongen. Alles is voorgekauwd.

In het café, voordat men binnengaat, is er aldoor die muziek.

Muziek en stof, en de spiegel boven de toog. Men drinkt een koffie terwijl de muziek draait en gaat dan. Men legt het geld neer, daarna gaat men de fabriek binnen.

(6)

26

Men heeft een schort die het lichaam omsluit.

Men staat dicht bij een venster, men maakt kabels. Natuurlijk, men kan sterven. Het geopende venster, de kabels. De lucht beweegt zachtjes, men drijft een beetje.

Vaak kijkt men naar zichzelf in een spiegel, een zakspiegeltje, een weerkaatsing. Men kijkt naar zichzelf, men kijkt naar zichzelf.

Het beeld is er aldoor.

Men neemt de fiets om vijf uur ’s morgens, in het donker. Men komt aan, men ziet de fabriek, aan de andere kant van de brug.

Ze lijkt op het water te rusten. Men gaat erheen. Het exces – de fabriek.

Vaten, draden, ijzeren platen zijn opgestapeld. Onderdelen en stukken, de fabriek. De plekken zijn vormeloos, er zijn veel hoekjes. Op de binnenplaats, aarde, gras, en al dat schroot op een hoop.

Men pakt de fiets, om vijf uur ’s morgens. Men vertrekt. De fiets is licht, men houdt hem stevig vast, men gaat voort. Wanneer men aankomt, is de fabriek warm. Men rilt van de kou.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De enorme prikkel die door het RGO-advies en het inzet- ten van stimuleringsgelden is uitgegaan naar het wetenschappelijk onderzoek in de revalidatie moet naar mijn mening echter

Wanneer plotseling iets onvoorspelbaars gebeurt, hebben we een korte tijd nodig, om te reageren. De zomerbanden van een auto kunnen ook in de winter wor-

De oplossing en zeer veel andere werkbladen om gratis te

De ondersteunende orga- nisaties zijn de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) en het Platform Wiskunde Nederland (PWN), waarvan ikzelf een der initiatoren

Het zeemans-leven, inhoudende hoe men zich aan boord moet gedragen in de storm, de schafting en het gevecht.. Moolenijzer,

aftrekregeling kan overigens nooit leiden tot een negatieve score bij deze samenvattingsopgave. De minimumscore voor de opdracht is 0 punten. Zie Vakspecifieke regel 2 voor

Hoewel velen het erover eens zijn dat het aggregatieproces een belangrijke rol speelt in deze groep van aandoeningen, is inmiddels duidelijk geworden dat de genetische mutatie,

Deze bouwpastoor had Heerlerheide niet alleen een voor die tijd grote kerk met ommuurd kerkhof, een pastorie en een wel ingerichte school bezorgd, maar volgens