Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
De financiering van het hoger onderwijs:
wie moet de rekening betalen?
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Uitbreiding hoger onderwijs
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Druk op publieke middelen
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Meer recent ook druk op private middelen
en nieuwe vormen van financiering (in Europa):
‘langstudeerderboete’ (AU, BE, DK, FI, FR, NL, NO, SE), ‘sociale’ studieleningen (DE, NO, SE, UK).
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Meer recent ook druk op private middelen
en nieuwe vormen van financiering (in Europa):
‘langstudeerderboete’ (AU, BE, DK, FI, FR, NL, NO, SE), ‘sociale’ studieleningen (DE, NO, SE, UK).
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Meer recent ook druk op private middelen
en nieuwe vormen van financiering (in Europa):
‘langstudeerderboete’ (AU, BE, DK, FI, FR, NL, NO, SE),
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Meer recent ook druk op private middelen
en nieuwe vormen van financiering (in Europa):
‘langstudeerderboete’ (AU, BE, DK, FI, FR, NL, NO, SE),
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Waarom deze les?
Druk op middelen—publiek en privaat—zal vermoedelijk
niet afnemen in de toekomst:
studentenaantallen?
toename internationale studenten? ook andere maatschappelijke noden?
Budgettaire druk is een praktisch argument, geen
economisch argument, om de financiering van het hoger
onderwijs te hervormen.
Deze les wil:
economische argumenten aanreiken om na te denken over de financiering van het hoger onderwijs;
(empirische evidentie samenvatten, om de aannemelijkheid van deze argumenten te kunnen inschatten.)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Waarom deze les?
Druk op middelen—publiek en privaat—zal vermoedelijk
niet afnemen in de toekomst:
studentenaantallen?
toename internationale studenten? ook andere maatschappelijke noden?
Budgettaire druk is een praktisch argument, geen
economisch argument, om de financiering van het hoger
onderwijs te hervormen.
Deze les wil:
economische argumenten aanreiken om na te denken over de financiering van het hoger onderwijs;
(empirische evidentie samenvatten, om de aannemelijkheid van deze argumenten te kunnen inschatten.)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Waarom deze les?
Druk op middelen—publiek en privaat—zal vermoedelijk
niet afnemen in de toekomst:
studentenaantallen?
toename internationale studenten?
ook andere maatschappelijke noden?
Budgettaire druk is een praktisch argument, geen
economisch argument, om de financiering van het hoger
onderwijs te hervormen.
Deze les wil:
economische argumenten aanreiken om na te denken over de financiering van het hoger onderwijs;
(empirische evidentie samenvatten, om de aannemelijkheid van deze argumenten te kunnen inschatten.)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Waarom deze les?
Druk op middelen—publiek en privaat—zal vermoedelijk
niet afnemen in de toekomst:
studentenaantallen?
toename internationale studenten?
ook andere maatschappelijke noden?
Budgettaire druk is een praktisch argument, geen
economisch argument, om de financiering van het hoger
onderwijs te hervormen.
Deze les wil:
economische argumenten aanreiken om na te denken over de financiering van het hoger onderwijs;
(empirische evidentie samenvatten, om de aannemelijkheid van deze argumenten te kunnen inschatten.)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Waarom deze les?
Druk op middelen—publiek en privaat—zal vermoedelijk
niet afnemen in de toekomst:
studentenaantallen?
toename internationale studenten? ook andere maatschappelijke noden?
Budgettaire druk is een praktisch argument, geen
economisch argument, om de financiering van het hoger
onderwijs te hervormen.
Deze les wil:
economische argumenten aanreiken om na te denken over de financiering van het hoger onderwijs;
(empirische evidentie samenvatten, om de aannemelijkheid van deze argumenten te kunnen inschatten.)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Waarom deze les?
Druk op middelen—publiek en privaat—zal vermoedelijk
niet afnemen in de toekomst:
studentenaantallen?
toename internationale studenten? ook andere maatschappelijke noden?
Budgettaire druk is een praktisch argument, geen
economisch argument, om de financiering van het hoger
onderwijs te hervormen.
Deze les wil:
economische argumenten aanreiken om na te denken over de financiering van het hoger onderwijs;
(empirische evidentie samenvatten, om de aannemelijkheid van deze argumenten te kunnen inschatten.)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Waarom deze les?
Druk op middelen—publiek en privaat—zal vermoedelijk
niet afnemen in de toekomst:
studentenaantallen?
toename internationale studenten? ook andere maatschappelijke noden?
Budgettaire druk is een praktisch argument, geen
economisch argument, om de financiering van het hoger
onderwijs te hervormen.
Deze les wil:
economische argumenten aanreiken om na te denken over de financiering van het hoger onderwijs;
(empirische evidentie samenvatten, om de aannemelijkheid van deze argumenten te kunnen inschatten.)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Waarom deze les?
Druk op middelen—publiek en privaat—zal vermoedelijk
niet afnemen in de toekomst:
studentenaantallen?
toename internationale studenten? ook andere maatschappelijke noden?
Budgettaire druk is een praktisch argument, geen
economisch argument, om de financiering van het hoger
onderwijs te hervormen.
Deze les wil:
economische argumenten aanreiken om na te denken over de financiering van het hoger onderwijs;
(empirische evidentie samenvatten, om de aannemelijkheid van deze argumenten te kunnen inschatten.)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Uitgangspunt
De individuele participatiebeslissing
een rationele afweging van private kosten en baten
is uitgangspunt van deze les.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Uitgangspunt
De individuele participatiebeslissing
een rationele afwegingvan private kosten en baten
is uitgangspunt van deze les.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Uitgangspunt
De individuele participatiebeslissing
een rationele afwegingvan private kosten en baten
is uitgangspunt van deze les.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Uitgangspunt
De individuele participatiebeslissing
een rationele afwegingvan private kosten en baten
is uitgangspunt van deze les.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Overzicht
financiering hoger onderwijs is complex vraagstuk
(en dan vergeten we heel wat zaken – zie later)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Overzicht
financiering hoger onderwijs is complex vraagstuk
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Overzicht
financiering hoger onderwijs is complex vraagstuk
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Marktfalingen
‘Laisser-faire’ is uitgangspunt:
veronderstel geen overheidsinterventie;
student betaalt kosten van hoger onderwijs zelf; student zal evtl. hiervoor lening moeten afsluiten.
We bekijken mogelijke falingen in de volgende markten:
krediet- en verzekeringsmarkt; onderwijs- en arbeidsmarkt.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Marktfalingen
‘Laisser-faire’ is uitgangspunt:
veronderstel geen overheidsinterventie;
student betaalt kosten van hoger onderwijs zelf; student zal evtl. hiervoor lening moeten afsluiten.
We bekijken mogelijke falingen in de volgende markten:
krediet- en verzekeringsmarkt; onderwijs- en arbeidsmarkt.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Marktfalingen
‘Laisser-faire’ is uitgangspunt:
veronderstel geen overheidsinterventie;
student betaalt kosten van hoger onderwijs zelf;
student zal evtl. hiervoor lening moeten afsluiten.
We bekijken mogelijke falingen in de volgende markten:
krediet- en verzekeringsmarkt; onderwijs- en arbeidsmarkt.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Marktfalingen
‘Laisser-faire’ is uitgangspunt:
veronderstel geen overheidsinterventie;
student betaalt kosten van hoger onderwijs zelf;
student zal evtl. hiervoor lening moeten afsluiten.
We bekijken mogelijke falingen in de volgende markten:
krediet- en verzekeringsmarkt; onderwijs- en arbeidsmarkt.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Marktfalingen
‘Laisser-faire’ is uitgangspunt:
veronderstel geen overheidsinterventie;
student betaalt kosten van hoger onderwijs zelf; student zal evtl. hiervoor lening moeten afsluiten.
We bekijken mogelijke falingen in de volgende markten:
krediet- en verzekeringsmarkt; onderwijs- en arbeidsmarkt.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Marktfalingen
‘Laisser-faire’ is uitgangspunt:
veronderstel geen overheidsinterventie;
student betaalt kosten van hoger onderwijs zelf; student zal evtl. hiervoor lening moeten afsluiten.
We bekijken mogelijke falingen in de volgende markten:
krediet- en verzekeringsmarkt;
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Marktfalingen
‘Laisser-faire’ is uitgangspunt:
veronderstel geen overheidsinterventie;
student betaalt kosten van hoger onderwijs zelf; student zal evtl. hiervoor lening moeten afsluiten.
We bekijken mogelijke falingen in de volgende markten:
krediet- en verzekeringsmarkt;
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Risico in de krediet- en verzekeringsmarkt
Keuze voor hoger onderwijs brengt (extra) risico’s mee.
Als je een lening wil afsluiten, dan leiden deze risico’s
ook tot risico’s voor je kredietverstrekker, en
tot marktfalingen, indien ze moeilijk te verzekeren zijn.
Maar waarom zijn deze risico’s moeilijk te verzekeren?
hypotheek op menselijk kapitaal niet mogelijk; risicopremie & kredietbeperkingen;
‘moreel’ risico;
(averechtse selectie/correlatie tussen risico’s – zie tekst).
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Risico in de krediet- en verzekeringsmarkt
Keuze voor hoger onderwijs brengt (extra) risico’s mee.
Als je een lening wil afsluiten, dan leiden deze risico’s
ook tot risico’s voor je kredietverstrekker, en
tot marktfalingen, indien ze moeilijk te verzekeren zijn.
Maar waarom zijn deze risico’s moeilijk te verzekeren?
hypotheek op menselijk kapitaal niet mogelijk; risicopremie & kredietbeperkingen;
‘moreel’ risico;
(averechtse selectie/correlatie tussen risico’s – zie tekst).
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Risico in de krediet- en verzekeringsmarkt
Keuze voor hoger onderwijs brengt (extra) risico’s mee.
Als je een lening wil afsluiten, dan leiden deze risico’s
ook tot risico’s voor je kredietverstrekker, en
tot marktfalingen, indien ze moeilijk te verzekeren zijn.
Maar waarom zijn deze risico’s moeilijk te verzekeren?
hypotheek op menselijk kapitaal niet mogelijk; risicopremie & kredietbeperkingen;
‘moreel’ risico;
(averechtse selectie/correlatie tussen risico’s – zie tekst).
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Risico in de krediet- en verzekeringsmarkt
Keuze voor hoger onderwijs brengt (extra) risico’s mee.
Als je een lening wil afsluiten, dan leiden deze risico’s
ook tot risico’s voor je kredietverstrekker, en
tot marktfalingen, indien ze moeilijk te verzekeren zijn.
Maar waarom zijn deze risico’s moeilijk te verzekeren?
hypotheek op menselijk kapitaal niet mogelijk; risicopremie & kredietbeperkingen;
‘moreel’ risico;
(averechtse selectie/correlatie tussen risico’s – zie tekst).
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Risico in de krediet- en verzekeringsmarkt
Keuze voor hoger onderwijs brengt (extra) risico’s mee.
Als je een lening wil afsluiten, dan leiden deze risico’s
ook tot risico’s voor je kredietverstrekker, en
tot marktfalingen, indien ze moeilijk te verzekeren zijn.
Maar waarom zijn deze risico’s moeilijk te verzekeren?
hypotheek op menselijk kapitaal niet mogelijk; risicopremie & kredietbeperkingen;
‘moreel’ risico;
(averechtse selectie/correlatie tussen risico’s – zie tekst).
Deelname hoger onderwijs te laag vanuit sociaal oogpunt.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Risico in de krediet- en verzekeringsmarkt
Keuze voor hoger onderwijs brengt (extra) risico’s mee.
Als je een lening wil afsluiten, dan leiden deze risico’s
ook tot risico’s voor je kredietverstrekker, en
tot marktfalingen, indien ze moeilijk te verzekeren zijn.
Maar waarom zijn deze risico’s moeilijk te verzekeren?
hypotheek op menselijk kapitaal niet mogelijk;
risicopremie & kredietbeperkingen; ‘moreel’ risico;
(averechtse selectie/correlatie tussen risico’s – zie tekst).
Deelname hoger onderwijs te laag vanuit sociaal oogpunt.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Risico in de krediet- en verzekeringsmarkt
Keuze voor hoger onderwijs brengt (extra) risico’s mee.
Als je een lening wil afsluiten, dan leiden deze risico’s
ook tot risico’s voor je kredietverstrekker, en
tot marktfalingen, indien ze moeilijk te verzekeren zijn.
Maar waarom zijn deze risico’s moeilijk te verzekeren?
hypotheek op menselijk kapitaal niet mogelijk;
risicopremie & kredietbeperkingen;
‘moreel’ risico;
(averechtse selectie/correlatie tussen risico’s – zie tekst).
Deelname hoger onderwijs te laag vanuit sociaal oogpunt.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Risico in de krediet- en verzekeringsmarkt
Keuze voor hoger onderwijs brengt (extra) risico’s mee.
Als je een lening wil afsluiten, dan leiden deze risico’s
ook tot risico’s voor je kredietverstrekker, en
tot marktfalingen, indien ze moeilijk te verzekeren zijn.
Maar waarom zijn deze risico’s moeilijk te verzekeren?
hypotheek op menselijk kapitaal niet mogelijk; risicopremie & kredietbeperkingen;
‘moreel’ risico;
(averechtse selectie/correlatie tussen risico’s – zie tekst).
Deelname hoger onderwijs te laag vanuit sociaal oogpunt.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Risico in de krediet- en verzekeringsmarkt
Keuze voor hoger onderwijs brengt (extra) risico’s mee.
Als je een lening wil afsluiten, dan leiden deze risico’s
ook tot risico’s voor je kredietverstrekker, en
tot marktfalingen, indien ze moeilijk te verzekeren zijn.
Maar waarom zijn deze risico’s moeilijk te verzekeren?
hypotheek op menselijk kapitaal niet mogelijk; risicopremie & kredietbeperkingen;
‘moreel’ risico;
(averechtse selectie/correlatie tussen risico’s – zie tekst).
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Risico in de krediet- en verzekeringsmarkt
Keuze voor hoger onderwijs brengt (extra) risico’s mee.
Als je een lening wil afsluiten, dan leiden deze risico’s
ook tot risico’s voor je kredietverstrekker, en
tot marktfalingen, indien ze moeilijk te verzekeren zijn.
Maar waarom zijn deze risico’s moeilijk te verzekeren?
hypotheek op menselijk kapitaal niet mogelijk; risicopremie & kredietbeperkingen;
‘moreel’ risico;
(averechtse selectie/correlatie tussen risico’s – zie tekst).
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Spill-overeffecten’
Spill-overeffecten ontstaan wanneer
individuele beslissingen een (rechtstreekse) invloed hebben op het welzijn van andere individuen.
Bvb. een hoger % hooggeschoolden doet
de lonen van laaggeschoolden toenemen, en de levensverwachting in de maatschappij stijgen, (rechtstreeks en bovenop individuele effecten.)
In geval van ‘
+
’ spill-overeffect zal er
te weinig deelname zijn aan het hoger onderwijs, omdat scholieren geen rekening houden met ‘+’ effect.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Spill-overeffecten’
Spill-overeffecten ontstaan wanneer
individuele beslissingen een (rechtstreekse) invloed hebben
op het welzijn van andere individuen.
Bvb. een hoger % hooggeschoolden doet
de lonen van laaggeschoolden toenemen, en de levensverwachting in de maatschappij stijgen, (rechtstreeks en bovenop individuele effecten.)
In geval van ‘
+
’ spill-overeffect zal er
te weinig deelname zijn aan het hoger onderwijs, omdat scholieren geen rekening houden met ‘+’ effect.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Spill-overeffecten’
Spill-overeffecten ontstaan wanneer
individuele beslissingen een (rechtstreekse) invloed hebben
op het welzijn van andere individuen.
Bvb. een hoger % hooggeschoolden doet
de lonen van laaggeschoolden toenemen, en de levensverwachting in de maatschappij stijgen, (rechtstreeks en bovenop individuele effecten.)
In geval van ‘
+
’ spill-overeffect zal er
te weinig deelname zijn aan het hoger onderwijs, omdat scholieren geen rekening houden met ‘+’ effect.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Spill-overeffecten’
Spill-overeffecten ontstaan wanneer
individuele beslissingen een (rechtstreekse) invloed hebben op het welzijn van andere individuen.
Bvb. een hoger % hooggeschoolden doet
de lonen van laaggeschoolden toenemen, en de levensverwachting in de maatschappij stijgen, (rechtstreeks en bovenop individuele effecten.)
In geval van ‘
+
’ spill-overeffect zal er
te weinig deelname zijn aan het hoger onderwijs, omdat scholieren geen rekening houden met ‘+’ effect.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Spill-overeffecten’
Spill-overeffecten ontstaan wanneer
individuele beslissingen een (rechtstreekse) invloed hebben op het welzijn van andere individuen.
Bvb. een hoger % hooggeschoolden doet
de lonen van laaggeschoolden toenemen, ende levensverwachting in de maatschappij stijgen, (rechtstreeks en bovenop individuele effecten.)
In geval van ‘
+
’ spill-overeffect zal er
te weinig deelname zijn aan het hoger onderwijs, omdat scholieren geen rekening houden met ‘+’ effect.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Spill-overeffecten’
Spill-overeffecten ontstaan wanneer
individuele beslissingen een (rechtstreekse) invloed hebben op het welzijn van andere individuen.
Bvb. een hoger % hooggeschoolden doet
de lonen van laaggeschoolden toenemen, ende levensverwachting in de maatschappij stijgen,
(rechtstreeks en bovenop individuele effecten.)
In geval van ‘
+
’ spill-overeffect zal er
te weinig deelname zijn aan het hoger onderwijs, omdat scholieren geen rekening houden met ‘+’ effect.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Spill-overeffecten’
Spill-overeffecten ontstaan wanneer
individuele beslissingen een (rechtstreekse) invloed hebben op het welzijn van andere individuen.
Bvb. een hoger % hooggeschoolden doet
de lonen van laaggeschoolden toenemen, en de levensverwachting in de maatschappij stijgen,(rechtstreeks en bovenop individuele effecten.)
In geval van ‘
+
’ spill-overeffect zal er
te weinig deelname zijn aan het hoger onderwijs, omdat scholieren geen rekening houden met ‘+’ effect.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Spill-overeffecten’
Spill-overeffecten ontstaan wanneer
individuele beslissingen een (rechtstreekse) invloed hebben op het welzijn van andere individuen.
Bvb. een hoger % hooggeschoolden doet
de lonen van laaggeschoolden toenemen, en de levensverwachting in de maatschappij stijgen, (rechtstreeks en bovenop individuele effecten.)In geval van ‘
+
’ spill-overeffect zal er
te weinig deelname zijn aan het hoger onderwijs, omdat scholieren geen rekening houden met ‘+’ effect.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Spill-overeffecten’
Spill-overeffecten ontstaan wanneer
individuele beslissingen een (rechtstreekse) invloed hebben op het welzijn van andere individuen.
Bvb. een hoger % hooggeschoolden doet
de lonen van laaggeschoolden toenemen, en de levensverwachting in de maatschappij stijgen, (rechtstreeks en bovenop individuele effecten.)In geval van ‘
+
’ spill-overeffect zal er
te weinig deelname zijn aan het hoger onderwijs, omdat
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Spill-overeffecten’
Spill-overeffecten ontstaan wanneer
individuele beslissingen een (rechtstreekse) invloed hebben op het welzijn van andere individuen.
Bvb. een hoger % hooggeschoolden doet
de lonen van laaggeschoolden toenemen, en de levensverwachting in de maatschappij stijgen, (rechtstreeks en bovenop individuele effecten.)In geval van ‘
+
’ spill-overeffect zal er
te weinig deelname zijn aan het hoger onderwijs, omdat
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Peer group-effecten’
Peer group-effect is een soort spill-over effect in de
productie van kennis en vaardigheden.
Bvb. je leerproces in HO verloopt sneller en intensiever,
naarmate je samenzit met betere medeleerlingen.
Peer-groupeffect zal typisch leiden tot
te veel deelname aan het hoger onderwijs omdat marginale deelnemer geen rekening houdt met ‘ ’ effect.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Peer group-effecten’
Peer group-effect is een soort spill-over effect in de
productie van kennis en vaardigheden.
Bvb. je leerproces in HO verloopt sneller en intensiever,
naarmate je samenzit met betere medeleerlingen.
Peer-groupeffect zal typisch leiden tot
te veel deelname aan het hoger onderwijs omdat marginale deelnemer geen rekening houdt met ‘ ’ effect.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Peer group-effecten’
Peer group-effect is een soort spill-over effect in de
productie van kennis en vaardigheden.
Bvb. je leerproces in HO verloopt sneller en intensiever,
naarmate je samenzit met betere medeleerlingen.
Peer-groupeffect zal typisch leiden tot
te veel deelname aan het hoger onderwijs omdat marginale deelnemer geen rekening houdt met ‘ ’ effect.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Peer group-effecten’
Peer group-effect is een soort spill-over effect in de
productie van kennis en vaardigheden.
Bvb. je leerproces in HO verloopt sneller en intensiever,
naarmate je samenzit met betere medeleerlingen.
Peer-groupeffect zal typisch leiden tot
te veel deelname aan het hoger onderwijs omdat
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Peer group-effecten’
Peer group-effect is een soort spill-over effect in de
productie van kennis en vaardigheden.
Bvb. je leerproces in HO verloopt sneller en intensiever,
naarmate je samenzit met betere medeleerlingen.
Peer-groupeffect zal typisch leiden tot
te veel deelname aan het hoger onderwijs omdat
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Signaling’
Essentiële ingrediënten:
fitheid mannetjespauw niet gekend door vrouwtje, en kost van staart daalt met fitheid van mannetje. (geloofwaardig signaal)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Signaling’
Essentiële ingrediënten:
fitheid mannetjespauw niet gekend door vrouwtje, en kost van staart daalt met fitheid van mannetje. (geloofwaardig signaal)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Signaling’
Essentiële ingrediënten:
fitheid mannetjespauw niet gekend door vrouwtje, en
kost van staart daalt met fitheid van mannetje. (geloofwaardig signaal)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Signaling’
Essentiële ingrediënten:
fitheid mannetjespauw niet gekend door vrouwtje, en
kost van staart daalt met fitheid van mannetje. (geloofwaardig signaal)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Signaling’
student = pauw:
productiviteit niet gekend door werkgever studiekost daalt met productiviteit. (geloofwaardig signaal)
Hoge productiviteit-individuen
kunnen hun productiviteit signaleren via hoger onderwijs, zich zo onderscheiden van de anderen, en
krijgen hierdoor hoger inkomen (ten koste van anderen).
Signaling (via hoger onderwijs) leidt tot
enkel herverdeling, met een (dubbele) kost, te veel participatie in het hoger onderwijs.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Signaling’
student = pauw:
productiviteit niet gekend door werkgever
studiekost daalt met productiviteit. (geloofwaardig signaal)
Hoge productiviteit-individuen
kunnen hun productiviteit signaleren via hoger onderwijs, zich zo onderscheiden van de anderen, en
krijgen hierdoor hoger inkomen (ten koste van anderen).
Signaling (via hoger onderwijs) leidt tot
enkel herverdeling, met een (dubbele) kost, te veel participatie in het hoger onderwijs.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Signaling’
student = pauw:
productiviteit niet gekend door werkgever
studiekost daalt met productiviteit. (geloofwaardig signaal)
Hoge productiviteit-individuen
kunnen hun productiviteit signaleren via hoger onderwijs, zich zo onderscheiden van de anderen, en
krijgen hierdoor hoger inkomen (ten koste van anderen).
Signaling (via hoger onderwijs) leidt tot
enkel herverdeling, met een (dubbele) kost, te veel participatie in het hoger onderwijs.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Signaling’
student = pauw:
productiviteit niet gekend door werkgever studiekost daalt met productiviteit. (geloofwaardig signaal)
Hoge productiviteit-individuen
kunnen hun productiviteit signaleren via hoger onderwijs, zich zo onderscheiden van de anderen, en
krijgen hierdoor hoger inkomen (ten koste van anderen).
Signaling (via hoger onderwijs) leidt tot
enkel herverdeling, met een (dubbele) kost, te veel participatie in het hoger onderwijs.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Signaling’
student = pauw:
productiviteit niet gekend door werkgever studiekost daalt met productiviteit. (geloofwaardig signaal)
Hoge productiviteit-individuen
kunnen hun productiviteit signaleren via hoger onderwijs,
zich zo onderscheiden van de anderen, en
krijgen hierdoor hoger inkomen (ten koste van anderen).
Signaling (via hoger onderwijs) leidt tot
enkel herverdeling, met een (dubbele) kost, te veel participatie in het hoger onderwijs.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Signaling’
student = pauw:
productiviteit niet gekend door werkgever studiekost daalt met productiviteit. (geloofwaardig signaal)
Hoge productiviteit-individuen
kunnen hun productiviteit signaleren via hoger onderwijs,
zich zo onderscheiden van de anderen, en
krijgen hierdoor hoger inkomen (ten koste van anderen).
Signaling (via hoger onderwijs) leidt tot
enkel herverdeling, met een (dubbele) kost, te veel participatie in het hoger onderwijs.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Signaling’
student = pauw:
productiviteit niet gekend door werkgever studiekost daalt met productiviteit. (geloofwaardig signaal)
Hoge productiviteit-individuen
kunnen hun productiviteit signaleren via hoger onderwijs, zich zo onderscheiden van de anderen, en
krijgen hierdoor hoger inkomen (ten koste van anderen).
Signaling (via hoger onderwijs) leidt tot
enkel herverdeling, met een (dubbele) kost, te veel participatie in het hoger onderwijs.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Signaling’
student = pauw:
productiviteit niet gekend door werkgever studiekost daalt met productiviteit. (geloofwaardig signaal)
Hoge productiviteit-individuen
kunnen hun productiviteit signaleren via hoger onderwijs, zich zo onderscheiden van de anderen, en
krijgen hierdoor hoger inkomen (ten koste van anderen).
Signaling (via hoger onderwijs) leidt tot
enkel herverdeling, met een (dubbele) kost, te veel participatie in het hoger onderwijs.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Signaling’
student = pauw:
productiviteit niet gekend door werkgever studiekost daalt met productiviteit. (geloofwaardig signaal)
Hoge productiviteit-individuen
kunnen hun productiviteit signaleren via hoger onderwijs, zich zo onderscheiden van de anderen, en
krijgen hierdoor hoger inkomen (ten koste van anderen).
Signaling (via hoger onderwijs) leidt tot
enkel herverdeling, met een (dubbele) kost,
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
‘Signaling’
student = pauw:
productiviteit niet gekend door werkgever studiekost daalt met productiviteit. (geloofwaardig signaal)
Hoge productiviteit-individuen
kunnen hun productiviteit signaleren via hoger onderwijs, zich zo onderscheiden van de anderen, en
krijgen hierdoor hoger inkomen (ten koste van anderen).
Signaling (via hoger onderwijs) leidt tot
enkel herverdeling, met een (dubbele) kost,
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Overzicht marktfalingen
theorie
empirie
marktfaling
participatie
evidentie
noot
(krediet)beperkingen
te laag
X
KT
<
LT
onvolledige verzekering
te laag
X
beperkt
moreel risico
te hoog
X
beperkt
spill-overeffect
te laag
?
complex
peer-group effect
(te hoog)
X
klein
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Gedragsfalingen
Inzichten uit psychologie stellen de ‘homo economicus’
een doordachte wilskrachtige, en
egocentrische beslissingsnemer
als model voor menselijk handelen in vraag.
Afwijking van rationeel gedrag = ‘gedragsfaling’
We bekijken:
inschattingsfouten van private kosten, baten, en kansen, sociale interacties.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Gedragsfalingen
Inzichten uit psychologie stellen de ‘homo economicus’
een doordachtewilskrachtige, en
egocentrische beslissingsnemer
als model voor menselijk handelen in vraag.
Afwijking van rationeel gedrag = ‘gedragsfaling’
We bekijken:
inschattingsfouten van private kosten, baten, en kansen, sociale interacties.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Gedragsfalingen
Inzichten uit psychologie stellen de ‘homo economicus’
een doordachtewilskrachtige, en
egocentrische beslissingsnemer
als model voor menselijk handelen in vraag.
Afwijking van rationeel gedrag = ‘gedragsfaling’
We bekijken:
inschattingsfouten van private kosten, baten, en kansen, sociale interacties.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Gedragsfalingen
Inzichten uit psychologie stellen de ‘homo economicus’
een doordachtewilskrachtige, en
egocentrische beslissingsnemer
als model voor menselijk handelen in vraag.
Afwijking van rationeel gedrag = ‘gedragsfaling’
We bekijken:
inschattingsfouten van private kosten, baten, en kansen, sociale interacties.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Gedragsfalingen
Inzichten uit psychologie stellen de ‘homo economicus’
een doordachtewilskrachtige, en
egocentrische beslissingsnemer
als model voor menselijk handelen in vraag.
Afwijking van rationeel gedrag = ‘gedragsfaling’
We bekijken:
inschattingsfouten van private kosten, baten, en kansen, sociale interacties.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Gedragsfalingen
Inzichten uit psychologie stellen de ‘homo economicus’
een doordachtewilskrachtige, en
egocentrische beslissingsnemer
als model voor menselijk handelen in vraag.
Afwijking van rationeel gedrag = ‘gedragsfaling’
We bekijken:
inschattingsfouten van private kosten, baten, en kansen, sociale interacties.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Gedragsfalingen
Inzichten uit psychologie stellen de ‘homo economicus’
een doordachtewilskrachtige, en
egocentrische beslissingsnemer
als model voor menselijk handelen in vraag.
Afwijking van rationeel gedrag = ‘gedragsfaling’
We bekijken:
inschattingsfouten van private kosten, baten, en kansen,
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Gedragsfalingen
Inzichten uit psychologie stellen de ‘homo economicus’
een doordachtewilskrachtige, en
egocentrische beslissingsnemer
als model voor menselijk handelen in vraag.
Afwijking van rationeel gedrag = ‘gedragsfaling’
We bekijken:
inschattingsfouten van private kosten, baten, en kansen,
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Voorzichtigheid geboden
Toepassing van psychologische principes in economie—en
zeker in hoger onderwijseconomie—is nieuw
bevestiging nodig voor sommige experimentele resultaten; de verklarende psychologische mechanismen in wat volgt (en in tekst) zijn vaak speculatief.
Niet altijd duidelijk of gedragsfalingen echt ‘falingen’ zijn:
mensen identificeren zich soms met ‘foute’ keuzes, liberalisme versus paternalisme.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Voorzichtigheid geboden
Toepassing van psychologische principes in economie—en
zeker in hoger onderwijseconomie—is nieuw
bevestiging nodig voor sommige experimentele resultaten;
de verklarende psychologische mechanismen in wat volgt (en in tekst) zijn vaak speculatief.
Niet altijd duidelijk of gedragsfalingen echt ‘falingen’ zijn:
mensen identificeren zich soms met ‘foute’ keuzes, liberalisme versus paternalisme.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Voorzichtigheid geboden
Toepassing van psychologische principes in economie—en
zeker in hoger onderwijseconomie—is nieuw
bevestiging nodig voor sommige experimentele resultaten;
de verklarende psychologische mechanismen in wat volgt (en in tekst) zijn vaak speculatief.
Niet altijd duidelijk of gedragsfalingen echt ‘falingen’ zijn:
mensen identificeren zich soms met ‘foute’ keuzes, liberalisme versus paternalisme.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Voorzichtigheid geboden
Toepassing van psychologische principes in economie—en
zeker in hoger onderwijseconomie—is nieuw
bevestiging nodig voor sommige experimentele resultaten; de verklarende psychologische mechanismen in wat volgt (en in tekst) zijn vaak speculatief.
Niet altijd duidelijk of gedragsfalingen echt ‘falingen’ zijn:
mensen identificeren zich soms met ‘foute’ keuzes, liberalisme versus paternalisme.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Voorzichtigheid geboden
Toepassing van psychologische principes in economie—en
zeker in hoger onderwijseconomie—is nieuw
bevestiging nodig voor sommige experimentele resultaten; de verklarende psychologische mechanismen in wat volgt (en in tekst) zijn vaak speculatief.
Niet altijd duidelijk of gedragsfalingen echt ‘falingen’ zijn:
mensen identificeren zich soms met ‘foute’ keuzes,liberalisme versus paternalisme.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Voorzichtigheid geboden
Toepassing van psychologische principes in economie—en
zeker in hoger onderwijseconomie—is nieuw
bevestiging nodig voor sommige experimentele resultaten; de verklarende psychologische mechanismen in wat volgt (en in tekst) zijn vaak speculatief.
Niet altijd duidelijk of gedragsfalingen echt ‘falingen’ zijn:
mensen identificeren zich soms met ‘foute’ keuzes,liberalisme versus paternalisme.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Voorzichtigheid geboden
Toepassing van psychologische principes in economie—en
zeker in hoger onderwijseconomie—is nieuw
bevestiging nodig voor sommige experimentele resultaten; de verklarende psychologische mechanismen in wat volgt (en in tekst) zijn vaak speculatief.
Niet altijd duidelijk of gedragsfalingen echt ‘falingen’ zijn:
mensen identificeren zich soms met ‘foute’ keuzes,liberalisme versus paternalisme.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Inschattingsfouten
Rationele participatiebeslissing vereist correcte kennis van
kosten, baten, en kansen.
De feiten suggereren dat het fout gaat in elke stap:
kosten worden overschat, en zijn onzeker!te laag; baten (en financiële hulp) onderschat!te laag; kansen worden overschat (?)!te hoog.
Het probleem is complexer dan een kwestie van juiste
informatie alleen.
verklarende mechanismen uit psychologie belangrijk:
(maar eerder speculatief, wat hoger onderwijs betreft)
irrationele weging van kosten en baten, bvb. ‘salience’; (framing, tijdsvoorkeuren, risicovoorkeuren – zie tekst).
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Inschattingsfouten
Rationele participatiebeslissing vereist correcte kennis van
kosten, baten, en kansen.
De feiten suggereren dat het fout gaat in elke stap:
kosten worden overschat, en zijn onzeker!te laag; baten (en financiële hulp) onderschat!te laag; kansen worden overschat (?)!te hoog.
Het probleem is complexer dan een kwestie van juiste
informatie alleen.
verklarende mechanismen uit psychologie belangrijk:
(maar eerder speculatief, wat hoger onderwijs betreft)
irrationele weging van kosten en baten, bvb. ‘salience’; (framing, tijdsvoorkeuren, risicovoorkeuren – zie tekst).
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Inschattingsfouten
Rationele participatiebeslissing vereist correcte kennis van
kosten, baten, en kansen.
De feiten suggereren dat het fout gaat in elke stap:
kosten worden overschat, en zijn onzeker!te laag;baten (en financiële hulp) onderschat!te laag; kansen worden overschat (?)!te hoog.
Het probleem is complexer dan een kwestie van juiste
informatie alleen.
verklarende mechanismen uit psychologie belangrijk:
(maar eerder speculatief, wat hoger onderwijs betreft)
irrationele weging van kosten en baten, bvb. ‘salience’; (framing, tijdsvoorkeuren, risicovoorkeuren – zie tekst).
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Inschattingsfouten
Rationele participatiebeslissing vereist correcte kennis van
kosten, baten, en kansen.
De feiten suggereren dat het fout gaat in elke stap:
kosten worden overschat, en zijn onzeker!te laag;baten (en financiële hulp) onderschat!te laag;
kansen worden overschat (?)!te hoog.
Het probleem is complexer dan een kwestie van juiste
informatie alleen.
verklarende mechanismen uit psychologie belangrijk:
(maar eerder speculatief, wat hoger onderwijs betreft)
irrationele weging van kosten en baten, bvb. ‘salience’; (framing, tijdsvoorkeuren, risicovoorkeuren – zie tekst).
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Inschattingsfouten
Rationele participatiebeslissing vereist correcte kennis van
kosten, baten, en kansen.
De feiten suggereren dat het fout gaat in elke stap:
kosten worden overschat, en zijn onzeker!te laag; baten (en financiële hulp) onderschat!te laag;kansen worden overschat (?)!te hoog.
Het probleem is complexer dan een kwestie van juiste
informatie alleen.
verklarende mechanismen uit psychologie belangrijk:
(maar eerder speculatief, wat hoger onderwijs betreft)
irrationele weging van kosten en baten, bvb. ‘salience’; (framing, tijdsvoorkeuren, risicovoorkeuren – zie tekst).
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Inschattingsfouten
Rationele participatiebeslissing vereist correcte kennis van
kosten, baten, en kansen.
De feiten suggereren dat het fout gaat in elke stap:
kosten worden overschat, en zijn onzeker!te laag; baten (en financiële hulp) onderschat!te laag; kansen worden overschat (?)!te hoog.Het probleem is complexer dan een kwestie van juiste
informatie alleen.
verklarende mechanismen uit psychologie belangrijk:
(maar eerder speculatief, wat hoger onderwijs betreft)
irrationele weging van kosten en baten, bvb. ‘salience’; (framing, tijdsvoorkeuren, risicovoorkeuren – zie tekst).
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Inschattingsfouten
Rationele participatiebeslissing vereist correcte kennis van
kosten, baten, en kansen.
De feiten suggereren dat het fout gaat in elke stap:
kosten worden overschat, en zijn onzeker!te laag; baten (en financiële hulp) onderschat!te laag; kansen worden overschat (?)!te hoog.Het probleem is complexer dan een kwestie van juiste
informatie alleen.
verklarende mechanismen uit psychologie belangrijk:
(maar eerder speculatief, wat hoger onderwijs betreft)
irrationele weging van kosten en baten, bvb. ‘salience’; (framing, tijdsvoorkeuren, risicovoorkeuren – zie tekst).
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Inschattingsfouten
Rationele participatiebeslissing vereist correcte kennis van
kosten, baten, en kansen.
De feiten suggereren dat het fout gaat in elke stap:
kosten worden overschat, en zijn onzeker!te laag; baten (en financiële hulp) onderschat!te laag; kansen worden overschat (?)!te hoog.Het probleem is complexer dan een kwestie van juiste
informatie alleen.
verklarende mechanismen uit psychologie belangrijk:
(maar eerder speculatief, wat hoger onderwijs betreft)
irrationele weging van kosten en baten, bvb. ‘salience’;Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Inschattingsfouten
Rationele participatiebeslissing vereist correcte kennis van
kosten, baten, en kansen.
De feiten suggereren dat het fout gaat in elke stap:
kosten worden overschat, en zijn onzeker!te laag; baten (en financiële hulp) onderschat!te laag; kansen worden overschat (?)!te hoog.Het probleem is complexer dan een kwestie van juiste
informatie alleen.
verklarende mechanismen uit psychologie belangrijk:
(maar eerder speculatief, wat hoger onderwijs betreft)
irrationele weging van kosten en baten, bvb. ‘salience’;Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Sociale interacties
Drijfveer menselijk handelen niet beperkt tot materieel
eigenbelang.
Mensen zijn bijvoorbeeld ook gevoelig voor
hun positie in de maatschappij (status); wat anderen doen (conformiteit).
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Sociale interacties
Drijfveer menselijk handelen niet beperkt tot materieel
eigenbelang.
Mensen zijn bijvoorbeeld ook gevoelig voor
hun positie in de maatschappij (status); wat anderen doen (conformiteit).
Wat zijn de gevolgen voor participatie?
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Sociale interacties
Drijfveer menselijk handelen niet beperkt tot materieel
eigenbelang.
Mensen zijn bijvoorbeeld ook gevoelig voor
hun positie in de maatschappij (status);wat anderen doen (conformiteit).
Wat zijn de gevolgen voor participatie?
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Sociale interacties
Drijfveer menselijk handelen niet beperkt tot materieel
eigenbelang.
Mensen zijn bijvoorbeeld ook gevoelig voor
hun positie in de maatschappij (status);wat anderen doen (conformiteit).
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Sociale interacties
Drijfveer menselijk handelen niet beperkt tot materieel
eigenbelang.
Mensen zijn bijvoorbeeld ook gevoelig voor
hun positie in de maatschappij (status); wat anderen doen (conformiteit).Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Status
Veronderstel dat
mensen status halen uit diploma of inkomen, status een positioneel spel is, waardoor er voor elke winnaar een verliezer is.
Dan leidt streven naar status tot
een negatief spill-overeffect, en dus te veel participatie in het hoger onderwijs.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Status
Veronderstel dat
mensen status halen uit diploma of inkomen,
status een positioneel spel is, waardoor er voor elke winnaar een verliezer is.
Dan leidt streven naar status tot
een negatief spill-overeffect, en dus te veel participatie in het hoger onderwijs.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Status
Veronderstel dat
mensen status halen uit diploma of inkomen,
status een positioneel spel is, waardoor er voor elke winnaar een verliezer is.
Dan leidt streven naar status tot
een negatief spill-overeffect, en dus te veel participatie in het hoger onderwijs.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Status
Veronderstel dat
mensen status halen uit diploma of inkomen, status een positioneel spel is, waardoor er voor elke winnaar een verliezer is.
Dan leidt streven naar status tot
een negatief spill-overeffect, en dus te veel participatie in het hoger onderwijs.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Status
Veronderstel dat
mensen status halen uit diploma of inkomen, status een positioneel spel is, waardoor er voor elke winnaar een verliezer is.
Dan leidt streven naar status tot
een negatief spill-overeffect, en dusAanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Status
Veronderstel dat
mensen status halen uit diploma of inkomen, status een positioneel spel is, waardoor er voor elke winnaar een verliezer is.
Dan leidt streven naar status tot
een negatief spill-overeffect, en dusAanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Conformiteit
Veronderstel dat de bereidheid tot deelname HO ook
afhangt van
wat je leeftijdsgenoten doen, bv.,
extra baat indien je keuze de meerderheidskeuze is in je sociale groep.
(extra kost indien je keuze de minderheidskeuze is in je sociale groep.)
Dan leidt conformiteit tot
te weinig participatie in sociale groepen met lagere gemiddelde vaardigheden,
te veel participatie in sociale groepen met hogere gemiddelde vaardigheden.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Conformiteit
Veronderstel dat de bereidheid tot deelname HO ook
afhangt van
wat je leeftijdsgenoten doen, bv.,
extra baat indien je keuze de meerderheidskeuze is in je sociale groep.
(extra kost indien je keuze de minderheidskeuze is in je sociale groep.)
Dan leidt conformiteit tot
te weinig participatie in sociale groepen met lagere gemiddelde vaardigheden,
te veel participatie in sociale groepen met hogere gemiddelde vaardigheden.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Conformiteit
Veronderstel dat de bereidheid tot deelname HO ook
afhangt van
wat je leeftijdsgenoten doen, bv.,
extra baat indien je keuze de meerderheidskeuze is in je sociale groep.
(extra kost indien je keuze de minderheidskeuze is in je sociale groep.)
Dan leidt conformiteit tot
te weinig participatie in sociale groepen met lagere gemiddelde vaardigheden,
te veel participatie in sociale groepen met hogere gemiddelde vaardigheden.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Conformiteit
Veronderstel dat de bereidheid tot deelname HO ook
afhangt van
wat je leeftijdsgenoten doen, bv.,
extra baat indien je keuze de meerderheidskeuze is in je sociale groep.
(extra kost indien je keuze de minderheidskeuze is in je sociale groep.)
Dan leidt conformiteit tot
te weinig participatie in sociale groepen met lagere gemiddelde vaardigheden,
te veel participatie in sociale groepen met hogere gemiddelde vaardigheden.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Conformiteit
Veronderstel dat de bereidheid tot deelname HO ook
afhangt van
wat je leeftijdsgenoten doen, bv.,
extra baat indien je keuze de meerderheidskeuze is in je sociale groep.
(extra kost indien je keuze de minderheidskeuze is in je sociale groep.)
Dan leidt conformiteit tot
te weinig participatie in sociale groepen met lagere gemiddelde vaardigheden,
te veel participatie in sociale groepen met hogere gemiddelde vaardigheden.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Conformiteit
Veronderstel dat de bereidheid tot deelname HO ook
afhangt van
wat je leeftijdsgenoten doen, bv.,
extra baat indien je keuze de meerderheidskeuze is in je sociale groep.
(extra kost indien je keuze de minderheidskeuze is in je sociale groep.)
Dan leidt conformiteit tot
te weinig participatie in sociale groepen met lagere gemiddelde vaardigheden,
te veel participatie in sociale groepen met hogere gemiddelde vaardigheden.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Conformiteit
Veronderstel dat de bereidheid tot deelname HO ook
afhangt van
wat je leeftijdsgenoten doen, bv.,
extra baat indien je keuze de meerderheidskeuze is in je sociale groep.
(extra kost indien je keuze de minderheidskeuze is in je sociale groep.)
Dan leidt conformiteit tot
te weinig participatie in sociale groepen met lagere gemiddelde vaardigheden,
te veel participatie in sociale groepen met hogere gemiddelde vaardigheden.
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Overzicht gedragsfalingen
theorie
empirie
‘gedragsfaling’
participatie
evidentie
noot
inschattingsfouten
te laag
X
framing-effecten te laag X VS vs. EU tijdsvoorkeuren te laag
?
risicovoorkeuren beide X beperkt
status
te hoog
X
inkomen
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Toename internationale studenten
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Mobiliteit & ‘the war on talent’
(Internationale) mobiliteit van studenten sterk gestegen
25% van internationale studenten in OESO blijft, 75% ervan omwille van werk.
Migratie van internationale studenten creëert een surplus
vooral voor migrant (en familie), eventueel ook voor het gastland,
nadeel voor het thuisland (maar: terugkeer).
Migratie creëert surplus op wereldvlak, maar:
verdeling surplus?
‘war on talent’ = gevangenendilemma? (rol supranationale instellingen)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Mobiliteit & ‘the war on talent’
(Internationale) mobiliteit van studenten sterk gestegen
25% van internationale studenten in OESO blijft,75% ervan omwille van werk.
Migratie van internationale studenten creëert een surplus
vooral voor migrant (en familie), eventueel ook voor het gastland,
nadeel voor het thuisland (maar: terugkeer).
Migratie creëert surplus op wereldvlak, maar:
verdeling surplus?
‘war on talent’ = gevangenendilemma? (rol supranationale instellingen)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Mobiliteit & ‘the war on talent’
(Internationale) mobiliteit van studenten sterk gestegen
25% van internationale studenten in OESO blijft,75% ervan omwille van werk.
Migratie van internationale studenten creëert een surplus
vooral voor migrant (en familie), eventueel ook voor het gastland,
nadeel voor het thuisland (maar: terugkeer).
Migratie creëert surplus op wereldvlak, maar:
verdeling surplus?
‘war on talent’ = gevangenendilemma? (rol supranationale instellingen)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Mobiliteit & ‘the war on talent’
(Internationale) mobiliteit van studenten sterk gestegen
25% van internationale studenten in OESO blijft, 75% ervan omwille van werk.Migratie van internationale studenten creëert een surplus
vooral voor migrant (en familie), eventueel ook voor het gastland,
nadeel voor het thuisland (maar: terugkeer).
Migratie creëert surplus op wereldvlak, maar:
verdeling surplus?
‘war on talent’ = gevangenendilemma? (rol supranationale instellingen)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Mobiliteit & ‘the war on talent’
(Internationale) mobiliteit van studenten sterk gestegen
25% van internationale studenten in OESO blijft, 75% ervan omwille van werk.Migratie van internationale studenten creëert een surplus
vooral voor migrant (en familie),eventueel ook voor het gastland,
nadeel voor het thuisland (maar: terugkeer).
Migratie creëert surplus op wereldvlak, maar:
verdeling surplus?
‘war on talent’ = gevangenendilemma? (rol supranationale instellingen)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Mobiliteit & ‘the war on talent’
(Internationale) mobiliteit van studenten sterk gestegen
25% van internationale studenten in OESO blijft, 75% ervan omwille van werk.Migratie van internationale studenten creëert een surplus
vooral voor migrant (en familie),eventueel ook voor het gastland,
nadeel voor het thuisland (maar: terugkeer).
Migratie creëert surplus op wereldvlak, maar:
verdeling surplus?
‘war on talent’ = gevangenendilemma? (rol supranationale instellingen)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Mobiliteit & ‘the war on talent’
(Internationale) mobiliteit van studenten sterk gestegen
25% van internationale studenten in OESO blijft, 75% ervan omwille van werk.Migratie van internationale studenten creëert een surplus
vooral voor migrant (en familie),eventueel ook voor het gastland,
nadeel voor het thuisland (maar: terugkeer).
Migratie creëert surplus op wereldvlak, maar:
verdeling surplus?
‘war on talent’ = gevangenendilemma? (rol supranationale instellingen)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Mobiliteit & ‘the war on talent’
(Internationale) mobiliteit van studenten sterk gestegen
25% van internationale studenten in OESO blijft, 75% ervan omwille van werk.Migratie van internationale studenten creëert een surplus
vooral voor migrant (en familie),eventueel ook voor het gastland,
nadeel voor het thuisland (maar: terugkeer).
Migratie creëert surplus op wereldvlak, maar:
verdeling surplus?
‘war on talent’ = gevangenendilemma? (rol supranationale instellingen)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Mobiliteit & ‘the war on talent’
(Internationale) mobiliteit van studenten sterk gestegen
25% van internationale studenten in OESO blijft, 75% ervan omwille van werk.Migratie van internationale studenten creëert een surplus
vooral voor migrant (en familie),eventueel ook voor het gastland,
nadeel voor het thuisland (maar: terugkeer).
Migratie creëert surplus op wereldvlak, maar:
verdeling surplus?
‘war on talent’ = gevangenendilemma? (rol supranationale instellingen)
Aanleiding Overzicht Marktfalingen Gedragsfalingen Beleid en problemen
Mobiliteit & ‘the war on talent’
(Internationale) mobiliteit van studenten sterk gestegen
25% van internationale studenten in OESO blijft, 75% ervan omwille van werk.Migratie van internationale studenten creëert een surplus
vooral voor migrant (en familie),eventueel ook voor het gastland,
nadeel voor het thuisland (maar: terugkeer).
Migratie creëert surplus op wereldvlak, maar:
verdeling surplus?
‘war on talent’ = gevangenendilemma?