• No results found

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen : analyse meetnet Grondwater Zandmaas

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Stuwpand Sambeek vóór ingrepen : analyse meetnet Grondwater Zandmaas"

Copied!
175
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen

Analyse meetnet Grondwater Zandmaas

(2)
(3)

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen

Analyse meetnet Grondwater Zandmaas

1202771-000

© Deltares, 2015, B

Ir. F.J. Roelofsen Drs. M.J.M. Kuijper Dr. W. Borren

(4)
(5)

Deltores

Titel

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen

Opdrachtgever Rijkswaterstaat Maaswerken Project 1202771-000 Kenmerk 1202771-000-BGS-0011 Pagina's 160 Trefwoorden

Grondwater, grondwatermeetnet, tijdreeksanalyse, Zandmaas, Ruimte voor de rivier. Samenvatting

Rijkswaterstaat Maaswerken realiseert conform het Tracébesluit Zandmaas/Maasroute een zomerbedverdieping in combinatie met peilopzet in de stuwpanden Grave en Sambeek. Ten gevolge hiervan veranderen de Maaswaterstanden. Deze verandering werkt tevens door in de grondwaterstanden. Om de effecten op de grondwaterstanden door de veranderingen in

het Maaspeil in de stuwpanden Grave en Sambeek te volgen is een

grondwaterinformatiesysteem opgezet door Rijkswaterstaat Maaswerken in samenwerking met Deltares en TNO. Het meetnet Grondwater Zandmaas is ingericht en operationeel sinds 2008. Uit de beschikbare meetinformatie kan een kwantitatieve beschrijving van het systeem worden gemaakt, evenals een vergelijking van de situaties vóór en na ingrepen. Een dergelijke analyse geeft inzicht in de werking van het systeem en het effect van ingrepen in de Maas op grondwaterstanden. Het onderhavige rapport betreft de referentiesituatie van stuwpand Sambeek.

Om de referentiesituatie voor het stuwpand Sambeek in beeld te brengen is een analyse van de grondwaterstanden in relatie tot neerslagoverschot en Maaspeilen uitgevoerd. Hieruit kan worden bepaald welke informatie elk meetpunt oplevert en de mate waarin de grondwaterstand reageert op veranderingen in het Maaspeil.

Er is een analyseperiode gekozen waarin het Maas-streefpeil redelijk stabiel was namelijk 1 januari 2000

tim

31 maart 2013. Dit is de referentiesituatie voorafgaande aan alle ingrepen in het stuwpand Sambeek; het streefpeil in deze periode was 10,85 m +NAP.

De analyseperiode is voor elk grondwatermeetpunt gekarakteriseerd door de gemiddelde grondwaterstand vast te stellen, uitgedrukt in de GHG, GLG en GVG.

Voor 188 van de 208 beschikbare meetpunten is het mogelijk een tijdreeksmodel op te stellen. Voor 169 meetpunten daarvan is het mogelijk een matig tot goed tijdreeksmodel op te stellen. In 107 van deze meetpunten is er ook daadwerkelijk een aantoonbaar effect van het Maaspeil op de grondwaterstand berekend. Er is een duidelijke afname te zien van de respons op het Maaspeil met toenemende afstand tot de Maas, waarbij op een afstand van 2300 m van de Maas de respons in het algemeen erg klein (i.e. minder dan 0,2 cm/cm) wordt.

set.2015 Paraaf Goedkeurin Drs. H.Duel Versie Datum Status definitief

(6)
(7)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen i

Inhoud

Lijst van Figuren 1

Lijst van Tabellen 2

1 Inleiding 3

1.1 Achtergrond 3

1.2 Bepaling referentieperiode 3

1.3 Leeswijzer 5

2 Respons van grondwaterstand op Maaspeil 7

2.1 Methodiek 7

2.2 Resultaten 7

3 GxG beelden bij analyseperiode (januari 2000 – maart 2013) 21

4 Conclusies 25

5 Literatuur 27

Bijlage(n)

A Meteostations en meteo-meetreeksen A-1

B Maaspeilstations en Maaspeilmeetreeksen B-1

C Tabel met meetpuntinformatie C-1

D Tabel met resultaten tijdreeksanalyse D-1

E Responscurves E-1

F Tabel met berekende GxG F-1

(8)
(9)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 1

Lijst van Figuren

Figuur 1.1 Veranderingen in stuwpand Sambeek, op basis van memo “Referentieperiode eerste analyse rapport stuwpand Sambeek” (bron: Rijkswaterstaat Maaswerken, 2013). Het gemeten Maaspeil is afgebeeld in een bovenstrooms

meetpunt (Venlo) en een benedenstrooms meetpunt (Sambeek boven). ... 4

Figuur 1.2 Gemeten Maaspeil Sambeek-boven (cm +NAP) en mediane waarde over de analyseperiode. ... 5

Figuur 2.1 Ligging van de meetpunten met totaal percentage verklaard door neerslagoverschot en Maaspeil. Voor 20 meetpunten (filters) was het niet mogelijk een goed tijdreeksmodel op te stellen. ... 10

Figuur 2.2 Basisvormen van de respons, gebaseerd op Borren e.a. (2008); links: directe respons (maximale respons treedt acuut op); rechts: maximale respons treedt pas na enige tijd op. ... 11

Figuur 2.3 Histogrammen frequentie van voorkomen van responsgrootte en responstijd. 12 Figuur 2.4 Ligging van de meetpunten met respons op Maaspeil. ... 13

Figuur 2.5 Relatie tussen afstand tot de Maas percentage verklaard door Maaspeil. ... 14

Figuur 2.6 Relatie tussen afstand tot de Maas en maximale stationaire respons op Maaspeilverhoging. ... 14

Figuur 2.7 Tijdreeks (blauw) en regimecurve (groen) van meetpunt B52H0226002 (bron: www.grondwaterzandmaas.nl). ... 16

Figuur 2.8 Ruimtelijke interpolatie van de maximale respons van de grondwaterstand op het Maaspeil. Inzet: de maaiveldhoogte (m+NAP) geeft in donderblauw een duidelijk beeld van het brede Maasdal (oude riviervlakte en dalvlakteterras) tussen Boxmeer en Wellerlooi en de oude Maasmeander bij Nieuw-Bergen. .. 17

Figuur 2.9 Peilbuizen rond Boxmeer, op de grens van Grave en Sambeek (bron: www.grondwaterzandmaas.nl). Drie te behouden meetpunten zijn rood omcirkeld. ... 18

Figuur 3.1 GHG van de meetpunten in de analyseperiode. ... 22

Figuur 3.2 GLG van de meetpunten in de analyseperiode. ... 23

Figuur 3.3 GVG van de meetpunten in de analyseperiode. ... 24

Figuur A.1 Ligging meteostations ... A-1 Figuur A.2 Meteo-meetreeksen Neerslag ... A-2 Figuur A.3 Meteo-meetreeks Verdamping ... A-3 Figuur B.1 Ligging Maas peilstations ... B-1 Figuur B.2 Maaspeilmeetreeksen ... B-2

(10)

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

2

Lijst van Tabellen

(11)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 3

1 Inleiding

1.1 Achtergrond

Rijkswaterstaat Maaswerken realiseert conform het Tracébesluit Zandmaas/Maasroute een zomerbedverdieping in combinatie met peilopzet in de stuwpanden Grave en Sambeek. Ten gevolge hiervan veranderen de Maaswaterstanden. Deze verandering werkt tevens door in de grondwaterstanden.

Om de effecten op de grondwaterstanden door de veranderingen in het Maaspeil in de stuwpanden Grave en Sambeek te volgen is een grondwaterinformatiesysteem opgezet door Rijkswaterstaat Maaswerken in samenwerking met Deltares en TNO. Het doel van het grondwaterinformatiesysteem is om informatie van grondwaterstanden, Maaswaterstanden, neerslag en verdamping op te slaan en toegankelijk te maken. Specifiek voor de grondwaterstanden is een grondwatermeetnet ingericht. De meetinformatie is voor iedereen beschikbaar via de website: www.grondwaterzandmaas.nl.

Uit de beschikbare meetinformatie kan een kwantitatieve beschrijving van het systeem worden gemaakt, evenals een vergelijking van de situaties vóór en na ingrepen. Een dergelijke analyse geeft Rijkswaterstaat Maaswerken inzicht in het systeem en het effect van ingrepen in de Maas, wat belangrijk is in besluiten over toekomstige ingrepen en in het vinden van verklaringen voor grondwatereffecten achteraf. Aanvullend kan met een tijdreeksanalyse bepaald worden welk effect fluctuaties in Maaswaterstanden op grondwaterstanden hebben, nog los van ingrepen.

Op dit moment kunnen de situaties vóór en na ingrepen nog niet vergeleken worden, omdat de ingreep recent en nog niet geheel heeft plaatsgevonden. Dit rapport beschrijft daarom allereerst de analyse van de waargenomen Maas- en grondwaterstanden in stuwpand Sambeek vóór de start van de werkzaamheden: de referentiesituatie.

1.2 Bepaling referentieperiode

De bij de referentiesituatie behorende analyseperiode is gebaseerd op de memo “Memo - Referentieperiode eerste analyse rapport stuwpand Sambeek” (Rijkswaterstaat / Dienst Infrastructuur / Programma Maaswerken, 3 september 2013, zie bijlage G). Rijkswaterstaat geeft hierin de veranderingen weer die sinds 1930 hebben plaatsgevonden in het stuwpand Sambeek. Figuur 1.1 vat deze veranderingen in stuwpand Sambeek sinds 1999 samen. Vanaf 1991 heeft het stuwpeil gelegen op 10,85 m +NAP. De eerste peilopzet van +10 cm vond plaats op 1 juli 2014, gevolgd door een tweede van +15 cm op 15 juli 2015 (buiten Figuur 1.1).

In de memo doet Rijkswaterstaat het volgende voorstel voor de analyseperioden ten behoeve van het vaststellen van de referentiesituatie: 1 januari 2000 t/m 31 maart 2013.

(12)

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

4

Figuur 1.1 Veranderingen in stuwpand Sambeek, op basis van memo “Referentieperiode eerste analyse rapport stuwpand Sambeek” (bron: Rijkswaterstaat Maaswerken, 2013). Het gemeten Maaspeil is afgebeeld in een bovenstrooms meetpunt (Venlo) en een benedenstrooms meetpunt (Sambeek boven).

Uit de memo van Rijkswaterstaat blijkt dat de aanleg van hoogwatergeul Lomm (aanvang 2006/2007 – nog lopend) en de aanleg van hoogwatergeul Raaijweide (maart-december 2011) geen ‘zichtbare’ effecten op de waterstanden en/of Qh-relaties tot gevolg hebben bij de meetlocaties Sambeek boven, Well dorp en Belfeld beneden. Daarom is besloten de analyse periode door te laten lopen tot vlak voor de daadwerkelijke peilopzet. Op deze wijze wordt een zo lang mogelijke nul-meting gerealiseerd.

Hoewel de aanleg van de hoogwatergeulen geen zichtbare invloed hebben gehad op het Maaspeil, betekent dit niet noodzakelijk dat deze ingrepen ook geen invloed hebben op de grondwaterstanden. De aanleg van de hoogwatergeulen brengt de Maas verder landinwaarts wat mogelijk leidt tot grondwaterstandsveranderingen. Indien hiervan sprake is zal dit later in de uitkomsten van de tijdreeksanalyse naar voren komen, bijvoorbeeld doordat de invloed van de Maas zich verder uitstrekt dan verwacht. De ligging van de hoogwatergeulen is weergegeven in Figuur 2.1.

Figuur 1.2 toont het Maaspeil bij meetpunt Sambeek-boven met de berekende mediane waarde van het Maaspeil over de periode januari 2000 – maart 2013. Deze bedraagt 10,86 m + NAP.

(13)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 5

Figuur 1.2 Gemeten Maaspeil Sambeek-boven (cm +NAP) en mediane waarde over de analyseperiode.

1.3 Leeswijzer

Om een goed beeld te krijgen van de referentieperiode zijn de volgende twee analyse uitgevoerd:

a) Een analyse van het effect op de grondwaterstand ten gevolge van fluctuaties in het Maaspeil tijdens de analyseperiode 1 januari 2000 t/m 31 maart 2013. Daarvoor is de respons van de grondwaterstand op het Maaspeil berekend door middel van een tijdreeksanalyse over de beschikbare grondwaterstandsmetingen in de gehele meetperiode. Hoofdstuk 2 licht de methodiek en resultaten van de tijdreeksanalyse toe. b) Daarnaast is voor de referentieperiode de gemiddelde grondwaterstand in de meetpunten

bepaald en uitgedrukt als de Gemiddeld Hoogste Grondwaterstand (GHG), Gemiddeld Laagste Grondwaterstand (GLG) en Gemiddelde Voorjaars Grondwaterstand (GVG). De resulterende GxG’s zijn weergegeven in hoofdstuk 3. Hoofdstuk 4 sluit af met conclusies.

(14)
(15)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 7

2 Respons van grondwaterstand op Maaspeil

2.1 Methodiek

De respons van de grondwaterstand op een verandering in het Maaspeil is bepaald door middel van tijdreeksanalyse. De toegepaste techniek en software is METRAN waarvan de achterliggende theorie wordt beschreven in Berendrecht (2004). Voor een beschrijving van de toepassing van METRAN voor het meetnet Modernisering Maasroute (MOMARO) wordt verwezen naar Borren e.a. (2008), waarin tevens de resultaten van een eerste tijdreeksanalyse zijn beschreven. Sinds deze analyse zijn nieuwe metingen beschikbaar gekomen zodat een herziening van de tijdreeksmodellen van de meetpunten nu gerechtvaardigd is.

Met de modellen wordt de respons van de grondwaterstand op enerzijds neerslag en verdamping (neerslagoverschot) en anderzijds het Maaspeil in beeld gebracht. De respons op neerslagoverschot wordt uitgedrukt in een impuls-responscurve, waarmee inzichtelijk wordt gemaakt hoe de grondwaterstand reageert op een bui. De respons op het Maaspeil wordt als een stationaire responscurve afgebeeld, waarmee het effect van een stationaire/structurele Maaspeilverandering inzichtelijk wordt gemaakt. De responsen hebben betrekking op de verandering van de grondwaterstand en niet op de absolute hoogte ("het gemiddelde niveau") van de grondwaterstand.

De volgende statistische kenmerken zijn berekend:

• het deel van de variantie dat wordt verklaard door neerslag en verdamping;

• het deel van de variantie dat wordt verklaard door een verandering in het Maaspeil; • het totaal verklaarde deel van de variantie door neerslag, verdamping en Maaspeil

samen; 100% minus dit verklaarde deel is het onverklaarde deel; • de grootte van de maximale respons op de impuls neerslagoverschot; • de tijd tot de maximale respons op de impuls neerslagoverschot;

• de tijd tot 90% herstel van de grondwaterstand na de impuls neerslagoverschot; • de grootte van de maximale respons op de stationaire Maaspeilverhoging;

• de tijd tot 90% effect op de grondwaterstand door de stationaire Maaspeilverhoging.

2.2 Resultaten

In het stuwpand Sambeek zijn in totaal 212 meetreeksen (filters) beschikbaar voor tijdreeksanalyse. Vier meetpunten zijn uit deze lijst weggelaten (B46D1010, B46G0084, B52E1715 en B52H0229) omdat deze reeksen overeen komen met andere meetpunten. Deze behoren tot een zogenaamd cluster van elkaar vervangende meetpunten. De meetpunten binnen een cluster hebben exact dezelfde tijdreeks in de Maaswerken database. Meetpuntinformatie van de resterende 208 meetpunten is samengevat in Tabel C.1 in bijlage C.

Op deze 208 meetpunten is tijdreeksanalyse uitgevoerd. Het resultaat van de tijdreeksanalyse met METRAN is opgenomen in bijlage D en E. Tabel D.1 in bijlage D bevat de percentages van de verklaarde componenten en de respons op de impuls neerslagoverschot en de stationaire Maaspeil-verhoging. Bijlage E bevat per meetpunt de grafieken van de tijdreeks en de responscurve(s). De puls-responscurve is opgenomen voor het neerslagoverschot en de stationaire responscurve is opgenomen voor de Maaspeilverandering.

(16)

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

8

Individuele inspectie per meetpunt van de tijdreeks en het tijdreeksmodel is noodzakelijk om een definitief oordeel te vellen over de kwaliteit en bruikbaarheid van het tijdreeksmodel.

Voor 188 van de 208 reeksen kon uiteindelijk een logisch tijdreeksmodel met een respons op het neerslagoverschot en/of het Maaspeil worden berekend (zie Tabel 2.1).

Tabel 2.1 Overzicht meetpunten

Meetpunten (filters) Omschrijving

208 Meetpunten waarvoor tijdreeksmodel opgesteld in periode 2000-2013 20 - Geen (goede) respons op neerslagoverschot en Maaspeil

188 Meetpunten waarvoor tijdreeksmodel opgesteld met respons op neerslagoverschot en/of Maaspeil

114 Goed tijdreeksmodel (70% of meer verklaard)

55 Matig tijdreeksmodel (40-70% verklaard)

19 Slecht tijdreeksmodel (<40% verklaard)

Er zijn diverse redenen waarom voor 20 reeksen geen bepaling van een bruikbaar tijdreeksmodel mogelijk is. Hieronder zijn enkele voorbeelden beschreven.

Meetpunten B52G0181 en B52E0028 zijn voorbeelden van reeksen waarin een trend over de jaren zichtbaar is die niet door het neerslagoverschot of het Maaspeil te verklaren is. Mogelijk is er een (tijdelijke) onttrekking in de omgeving geweest. Voor meetreeksen met een

dergelijke trend is de bepaling van een tijdreeksmodel zonder aanvullende informatie niet mogelijk.

Bij meetpunt B52H0233 zijn binnen de analyseperiode slechts 4 metingen gedaan. Meetpunten met weinig metingen (< 30) zijn niet in de verdere analyse meegenomen.

Van de 188 meetpunten met een aantoonbare respons hebben 114 meetpunten een goed tijdreeksmodel, 55 een redelijk tijdreeksmodel en 19 meetpunten een slecht tijdreeksmodel. Deze indeling is gebaseerd op het totaal van de verklaring door neerslagoverschot én Maaspeil. Voor een goed tijdreeksmodel is uitgegaan van een model waarin meer dan 70% wordt verklaard door neerslagoverschot en/of Maaspeil, een redelijk tijdreeksmodel is een model waarin tussen de 40%-70% wordt verklaard en een slecht tijdreeksmodel is een model waarin minder dan 40% wordt verklaard.

In de groep als goed aangeduide tijdreeksmodellen is de overeenkomst tussen gemeten en berekende grondwaterstand in het algemeen goed, maar zijn er enkele meetpunten die voor een deel van de tijdreeks geen goede verklaring laten zien, bijvoorbeeld omdat de pieken in de grondwaterstand niet goed worden verklaard (bijv. B52G2949001 en B52F0080001). Vaak heeft dit te maken met een verandering in de meetfrequentie in de tijd; het model wordt dan mogelijk vooral bepaald door het deel van de reeks dat de hoogste meetfrequentie heeft.

In de groep als redelijk aangeduide tijdreeksmodellen zijn meerdere modellen die een goede overeenkomst vertonen met de metingen, maar die door een te korte meetperiode of andere oorzaak rond of onder de 70% scoren in de totale verklaring (bijv. B52E0260001).

Bij B46D0827 (9,2% verklaard) en B52G0189001 (18,4 verklaard) lijkt de dynamiek van het tijdreeksmodel goed te zijn, er zit echter een onverwachte sprong in de metingen die zeer

(17)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 9

waarschijnlijk door een andere variatie dan die in neerslagoverschot en Maaspeil wordt veroorzaakt. De tijdreeks van B52F0065 vertoont een groot hiaat waardoor slechts 21% kan worden verklaard. Het tijdreeksmodel van deze meetpunten is dan ook als ‘slecht’ geclassificeerd.

Meetpunt B52G3169001 is aangewezen als de vervanger van meetpunt B52G2955001. Beide reeksen sluiten in de tijd op elkaar aan, maar hebben een verschillende lengte, respectievelijk 0,5 jaar en 4,5 jaar. Ondanks het verschil in lengte van de meetreeks lijken de meetreeksen en de tijdreeksmodellen sterk op elkaar. Zo wordt geen van de reeksen ook maar enigszins verklaard door neerslagoverschot. Het Maaspeil verklaart beide reeksen wel en ook in hoge mate, respectievelijk 94% en 74%. De gemodelleerde respons op het Maaspeil is nagenoeg gelijk; 0,66 cm/cm.

De locatie van de meetpunten met de beoordeling is weergegeven in Figuur 2.1. De als goed en redelijk aangeduide meetpunten liggen overwegend langs de Maas in het traject tussen Belfeld en Sambeek. De locatie van de als slecht aangeduide tijdreeksmodellen is niet eenduidig aan te wijzen. De meeste van deze punten liggen in stedelijk gebied. Op dergelijke meetpunten spelen naast de neerslag en het Maaspeil zeer waarschijnlijk nog andere factoren die de grondwaterstand beïnvloeden, maar die niet in de tijdreeksmodellering zijn gesimuleerd, zoals veranderingen in onderbemalingen, grondwaterwinningen of in de ontwatering.

(18)

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

10

Figuur 2.1 Ligging van de meetpunten met totaal percentage verklaard door neerslagoverschot en Maaspeil. Voor 20 meetpunten (filters) was het niet mogelijk een goed tijdreeksmodel op te stellen.

(19)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 11

METRAN onderscheidt twee typen puls-responscurves voor het neerslagoverschot (Figuur 2.2):

• Curves met een directe piek: het effect van de neerslag is acuut en de tijd tot de maximale respons is gelijk aan of minder dan 1 dag;

• Curves met een vertraagde piek: de tijd tot de maximale respons is weergegeven in dagen; in snelle grondwatersystemen is deze tijd enkele dagen; in langzame grondwatersystemen kan deze tijd oplopen tot ongeveer 100 dagen.

Figuur 2.2 Basisvormen van de respons, gebaseerd op Borren e.a. (2008); links: directe respons (maximale respons treedt acuut op); rechts: maximale respons treedt pas na enige tijd op.

De grootte van de respons is uitgedrukt in cm/cm, waarbij 1 cm/cm wil zeggen dat een neerslagoverschot van 1 cm een grondwaterstandsverhoging oplevert van 1 cm. De maximale bepaalde respons op het neerslagoverschot is 7,8 cm/cm, de maximale respons gemiddeld over alle tijdreeksen is 2,8 cm/cm. Deze respons is meestal groter dan 1 cm/cm, omdat de berging van het volume neerslagwater in de ondergrond plaatsvindt in de poriënruimte tussen de bodemdeeltjes. Voor zand en grind ligt het poriëngehalte, i.e. het poriënvolume gedeeld door het totale volume van de grond, tussen 20 en 45%. Hoe kleiner de porositeit is en hoe groter de hoeveelheid water die hierin al in berging is, hoe groter de respons op het neerslagoverschot. Bij een poriëngehalte van 40%, met geheel ongevulde poriën, zal een neerslagoverschot van 1 cm leiden tot 2,5 cm stijging van de grondwaterstand. Bij een poriëngehalte van 20%, met 50% ongevulde poriën, is een grondwaterstandstijging van 10 cm te verwachten.

De tijd tot 90% herstel van de grondwaterstand op een impuls neerslagoverschot varieert afhankelijk van de traagheid van het grondwatersysteem tussen minimaal 20 dagen en maximaal meer dan 3000 dagen. Trage systemen met lange hersteltijden komen voor in gebieden met diepe grondwaterstanden en weinig ontwateringsmiddelen.

Ook de grootte van de maximale respons op de stationaire Maaspeilverhoging wordt uitgedrukt in cm/cm, waarbij 1 cm/cm wil zeggen dat een continue verhoging van het Maaspeil met 1 cm een grondwaterstandverhoging oplevert van 1 cm. De maximale vastgestelde respons in stuwpand Sambeek bedraagt 0,92 cm/cm, de maximale respons in alle meetpunten met een Maaspeilrespons is gemiddeld 0,33 cm/cm (zie ook Figuur 2.6). Deze respons is altijd kleiner dan 1 cm/cm, omdat de grondwaterstand niet verder zal stijgen dan het drukverschil dat de stijging van het Maaspeil veroorzaakt.

(20)

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

12

De tijd tot het 90% effect op de grondwaterstand door de stationaire Maaspeilverhoging varieert sterk per meetpunt. Deze is minimaal 1 dag maar kan oplopen tot meer dan 800 dagen. In sommige meetpunten is het effect dus snel merkbaar en in andere heeft een verandering van het Maaspeil lang nodig om tot een definitief effect te komen.

De frequentie van voorkomen van de respons voor zowel de grootte als de responstijd is weergegeven in histogrammen in Figuur 2.3.

Figuur 2.3 Histogrammen frequentie van voorkomen van responsgrootte en responstijd.

In 100 van de 188 geanalyseerde meetpunten is er een effect van het Maaspeil op de grondwaterstand geconstateerd (maximale respons groter dan 0,01 cm/cm). In 61 van deze meetpunten is de door het Maaspeil verklaarde component groter dan 10%.

De meetpunten waarin een respons van het Maaspeil is geconstateerd liggen langs het gehele traject van het stuwpand Sambeek. Figuur 2.4 toont de maximale respons (cm/cm) van de tijdreeks op het Maaspeil (Figuur 2.8, even verderop, geeft het ruimtelijk geïnterpoleerde beeld). Het is een verklaarbaar beeld: hoe dichter een meetpunt bij de Maas ligt, des te groter de respons.

(21)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 13

Figuur 2.4 Ligging van de meetpunten met respons op Maaspeil.

De relatie tussen het percentage verklaard door Maaspeil en de afstand tot de Maas is weergegeven in Figuur 2.5. De relatie tussen de maximale stationaire respons op het Maaspeil en de afstand tot de Maas is weergegeven in Figuur 2.6. Ook hierin is een duidelijke afname te zien van de respons op het Maaspeil met toenemende afstand tot de Maas. Vanaf ongeveer 2200 m van de Maas is het percentage verklaard minder dan 20% en is de respons klein, i.e. minder dan 0,3 cm/cm.

(22)

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

14

Figuur 2.5 Relatie tussen afstand tot de Maas percentage verklaard door Maaspeil.

Een aantal meetpunten wordt meer door de Maas beïnvloedt dan verwacht op basis van de afstand tot de Maas (Figuur 2.5). Drie meetpunten op meer dan 1,5 km afstand van de Maas lijken uitschieters te zijn want zij vertonen een relatief groot percentage verklaard (30-65%) door het Maaspeil. Na Analyse blijkt dat de punten met het hoogste percentage verklaard (B52E0044 en B52E1857) op slechts 250 m van watersportgebied Het Leukermeer liggen. Dit meer staat in directe verbinding met de Maas. Beide punten zouden daarom in de figuur bijna tegen de verticale as kunnen liggen. De verklaring voor het derde punt B52H0225 is niet te geven op basis van de huidige informatie.

Figuur 2.6 Relatie tussen afstand tot de Maas en maximale stationaire respons op Maaspeilverhoging.

B52E1857

B52H0225 B52E0044

B46G0302

(23)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 15

Voor de zes meetpunten binnen de cirkel in Figuur 2.6 is een grote respons (0.5 – 0.75 cm/cm) op het Maaspeil berekend op een afstand van meer dan 2 km vanaf de Maas. Punt B52E1857 is bij de bespreking van Figuur 2.5 reeds aan de orde geweest: dat meetpunt ligt op 250 m het Leukermeer, direct in verbinding met de Maas. De overige punten liggen verspreid over het gehele interessegebied. Opvallend is dat volgens de tijdreeksmodellen het percentage verklaarde variantie door het Maaspeil voor deze vijf meetpunten niet hoog is: minder dan 16%. Ondanks dat geven deze tijdreeksmodellen wel een hoge maximale respons. Het punt met de hoogste maximale respons van deze zes is bijvoorbeeld punt B46G0302. Ondanks de grote afstand vanaf de Maas (2200 m) heeft dit punt toch een relatief grote respons van 0.74 cm/cm op het Maaspeil. Analyse van het tijdreeksmodel en de responscurves van dit meetpunt (bijlage E) laat zien dat de respons groot is, en dat deze traag uitdempt. Dit laatste zou in lijn kunnen zijn met de grote afstand tot de Maas. De grote respons lijkt waarschijnlijk, door de ligging in een oude Maasmeander (zie ook de toelichting bij Figuur 2.8). Het deel van de tijdreeks dat verklaard wordt door de Maas, is terug te zien in de pieken in de tijdreeks. Deze worden niet geheel door het neerslagoverschot verklaard. Het percentage verklaard door de Maas is bij dit punt echter slechts 1,3%. Dit komt waarschijnlijk doordat in de betreffende meetperiode slechts twee van deze pieken in het Maaspeil (Sambeek Boven) optraden. Onbekend is of bij een langere tijdreeks, met meer pieken in het Maaspeil, een lagere respons en/of een ander percentage verklaard door de Maas zou worden gevonden. Dit punt verdient daarom extra aandacht in de volgende analyse (situatie na ingrepen), wanneer een langere tijdreeks beschikbaar zal zijn.

Voor meetpunten op gelijke afstanden van de Maas zijn grote variaties in de respons te zien. Deze worden veroorzaakt door de aanwezige verschillen in geohydrologische condities. Zoals ook beschreven in Borren e.a. (2008) kan de respons op het Maaspeil ook voor nabij de Maas gelegen meetpunten worden beperkt door diepe grondwaterstanden, hoge dichtheid van het drainagesysteem, lage doorlatendheid van de ondergrond en het voorkomen van schijngrondwaterspiegels. Voor een nadere analyse van deze effecten zijn gedetailleerde lokale gegevens nodig. Globaal kunnen de meetpunten in drie categorieën worden verdeeld, op basis van respons en percentage verklaard.

Meetpunten met een (zeer) lage respons, én een tijdreeksmodel met een hoog percentage verklaard.

Hiervan kan worden gesteld dat we met grote zekerheid kunnen zeggen de invloed van veranderingen in het Maaspeil op de grondwaterstand nihil is. We hebben namelijk een tijdreeksmodel dat het gedrag van de grondwaterstand goed kan verklaren. Uit dit model blijkt dat de invloed van het Maaspeil op de grondwaterstand zeer klein is. Een voorbeeld hiervan is meetpunt B52H0226002 (figuur 2.7). Uit de tijdreeks lijkt de grondwaterstand sinds 2010 (blauwe lijn) te zijn gestegen ten opzichte van het historische regime (groene band). De meetreeks kan met het rijdreeksmodel voor 78,9% worden verklaard: 75,7% door neerslagoverschot en 3,2% door het Maaspeil. De berekende respons op het Maaspeil bedraagt 0,04 cm/cm. Op grond van het tijdreeksmodel is het dus zeer onwaarschijnlijk dat de stijging van de grondwaterstand komt door ingrepen in de Maas. Waarschijnlijker is een verandering in neerslagoverschot of een andere ingreep in de nabijheid (21,1% van de reeks is onverklaard). Ook in het gebied ‘Molenbeek van Lottum’, net boven Grubbenvorst (raaien SB 9 en SB 10), liggen bijvoorbeeld meetpunten met een kleine respons op basis van een goed tijdreeksmodel.

(24)

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

16

Figuur 2.7 Tijdreeks (blauw) en regimecurve (groen) van meetpunt B52H0226002 (bron: www.grondwaterzandmaas.nl).

Meetpunten met een hoge respons, én een tijdreeksmodel met een hoog percentage verklaard.

Van deze meetpunten kan met grote zekerheid worden gezegd dat veranderingen in het Maaspeil zorgen voor veranderingen in de grondwaterstand. We hebben namelijk een

tijdreeksmodel dat het gedrag van de grondwaterstand goed kan verklaren. Uit dit model blijkt dat de invloed van het Maaspeil op de grondwaterstand significant is. Deze meetpunten liggen langs het gehele stuwpand en in het algemeen op minder dan 2 km afstand van de Maas.

Meetpunten met een laag percentage verklaard.

Van deze meetpunten kan worden gesteld dat het tijdreeksmodel weliswaar een klein of groot effect van het Maaspeil weergeeft, maar dat het model zelf niet heel betrouwbaar is. Dit komt doordat het gedrag van de meetreeks slechts gedeeltelijk kan worden verklaard. Er zijn naast neerslagoverschot en Maaspeilen andere factoren van belang, of de tijdreeks is nog te kort om een model te maken dat de totale dynamiek goed weergeeft. Langer meten (bij korte tijdreeksen) of verder systeemonderzoek kunnen dan meer inzicht verschaffen. Meetpunten met een hoge respons en laag percentage verklaard komen in stuwpand Sambeek nauwelijks voor. Meetpunten met een lage respons en een laag percentage verklaard liggen bijvoorbeeld in Venlo en op recreatieterrein Klein Vink boven Arcen. Een deel van deze meetreeksen is nog te kort om de dynamiek in een tijdreeksmodel te kunnen vatten. Ook kunnen metingen in dit gebied invloed ondervinden van grondwaterwinningen.

Een indicatie van de ruimtelijke verbreiding van de respons op het Maaspeil is verkregen door interpolatie van de berekende respons (Figuur 2.8) 1. In vergelijking met Figuur 2.4, waarin de berekende respons in een puntenkaart is weergegeven, maakt het geïnterpoleerde beeld de ruimtelijke variatie makkelijker zichtbaar. Uit de interpolatie blijkt dat de respons op het Maaspeil in het noordelijk deel van het stuwpand (grofweg tussen Boxmeer en Wellerlooi) groter is en zich tot op grotere afstand van de Maas uitstrekt dan in het zuidelijke deel. Het noordelijke deel van het stuwpand ligt grotendeels tussen de Maas en de Maasduinen. De oude rivierdalbodem en het aangrenzende dalvlakteterras (laaggelegen terras zonder dekzand) zijn hier relatief breed ten opzichte van het zuidelijke deel van het stuwpand, waardoor de invloed van de Maas in het noorden waarschijnlijk verder strekt en sterker is dan in het zuiden waar de oude rivierdalbodem en het aangrenzende dalvlakteterras smaller zijn.

1

De interpolatie is uitgevoerd met Simple Kriging (parameters: range = 3000, sill = 500 m, variogram = spherical). Bij de interpolatie is geen rekening gehouden met geologische en hydrologische structuren. De kaart geeft daarom een slechts een indicatie.

(25)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 17

Ook de oude Maasmeander ten Noorden van Nieuw-Bergen zien we in de geïnterpoleerde respons duidelijk terug (zie ook de inzet in Figuur 2.8).

Figuur 2.8 Ruimtelijke interpolatie van de maximale respons van de grondwaterstand op het Maaspeil. Inzet: de maaiveldhoogte (m+NAP) geeft in donderblauw een duidelijk beeld van het brede Maasdal (oude riviervlakte en dalvlakteterras) tussen Boxmeer en Wellerlooi en de oude Maasmeander bij Nieuw-Bergen.

Meetpuntencluster Boxmeer

In het noorden van het stuwpand, rond Boxmeer, tussen Grave raai 28 en Sambeek raai 28, ligt een cluster van peilbuizen dat deels hoort bij meetnet Grave en deels bij meetnet Sambeek (zie Figuur 2.9). Deze peilbuizen liggen benedenstrooms van stuw Sambeek. Oorspronkelijk waren de meeste van deze meetpunten aangewezen als extra meetpunten in

Wellerlooi Nieuw-Bergen

(26)

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

18

het meetnet Sambeek. Tijdens de implementatie van het meetnet is echter besloten deze toe te kennen aan meetnet Grave. Rijkswaterstaat heeft gevraagd om op basis van de huidige analyse na te gaan of het zinvol is om een deel van deze peilbuizen te blijven bemeten na afloop van de meetperiode voor meetnet Grave, welke eerder eindigt dan de meetperiode voor meetnet Sambeek.

Van de meetpunten in dit cluster zijn meetpunten B46D1485 en B46D1500 toegekend aan raai Sambeek 28, deze blijven dus automatisch bestaan bij het stopzetten van meetnet Grave.

Figuur 2.9 Peilbuizen rond Boxmeer, op de grens van Grave en Sambeek (bron: www.grondwaterzandmaas.nl). Drie te behouden meetpunten zijn rood omcirkeld.

In Figuur 2.4 (en Figuur 2.8) is te zien dat de meeste meetpunten in het cluster bij Boxmeer geen respons op het Maaspeil laten zien. Ook het ontbreken van een respons is echter relevante informatie, omdat dit betekent dat op basis van de huidige tijdreeksmodellen in en om het stedelijke gebied van Boxmeer geen invloed op de grondwaterstand wordt verwacht, als gevolg van veranderingen in het Maaspeil. Om een respons op het Maaspeil ook in de uiteindelijke evaluatie (analyse van de situatie na ingrepen) te kunnen uitsluiten, bevelen we daarom aan om enkele meetpunten uit het cluster te behouden.

(27)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 19

Bij de keuze van te handhaven peilbuizen geldt dat een meetpunt bij voorkeur een goed tijdreeksmodel moet hebben en een lange meetreeks die momenteel nog actief is. Op basis daarvan adviseren we de peilbuizen B46D0824 (77,2% totaal verklaard, respons 0 cm/cm) en B46D0825 (75,6% totaal verklaard, respons 0 cm/cm) en B46D1487 (84% totaal verklaard, respons 0,43 cm/cm, beschreven in rapportage ‘Stuwpand Grave vóór ingrepen’, Kuijper e.a., 2013) zodat een raai met meetpunten behouden blijft. Deze drie meetpunten zijn rood omcirkeld in Figuur 2.9.

(28)
(29)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 21

3 GxG beelden bij analyseperiode (januari 2000 – maart 2013)

De gemiddelde grondwaterstand in de meetpunten wordt uitgedrukt in de Gemiddeld Hoogste, Gemiddeld Laagste en Gemiddelde Voorjaars Grondwaterstand (resp. GHG, GLG en GVG). Deze zogenaamde GxG’s zijn berekend over de analyseperiode voor meetpunten waarin ten minste 5 jaar aan 14-daagse metingen beschikbaar is.

GHG en GLG zijn berekend op basis van 14-daagse metingen (elke 14de en 28ste dag van de maand), door het gemiddelde te berekenen van de drie hoogste, respectievelijk drie laagste, grondwaterstanden per hydrologisch jaar (van 1 april tot 1 april). De GVG is berekend uit de GHG en GLG volgens de volgende formule: GVG = GHG + 0.2(GLG – GHG) + 5 cm.

Voor de analyseperiode hebben 98 meetpunten een tijdreeks van minimaal 5 jaar met voldoende metingen. De berekende GxG’s zijn ruimtelijk weergegeven in Figuur 3.1, Figuur 3.2 en Figuur 3.3 en in tabelvorm in bijlage F. De GHG ligt tussen -76 tot 640 cm-mv, de GVG tussen -60 en 640 cm-mv en de GLG tussen -12 en 700 cm-mv.

In enkele meetpunten ligt de berekende GxG-waarde enkele decimeters boven maaiveld. Analyse wijst uit dat dit meetpunten zijn die in natte natuurgebieden (zoals Zwart water/Venkoelen, Ravenvennen/Vreewater en Kaldenbroek) veelal in verlande Maasarmen staan, in beheer bij “De 12 Landschappen”, Stichting het Limburgs Landschap. Voorbeelden hiervan zijn B52G1350 en B52B0568.

Daarnaast vallen twee meetpunten op, op korte afstand van de rivier, bij de hoogwatergeul Lomm: meetpunt B52G0429 met een GHG dieper dan 500 cm-mv (zie blauw omcriceld punt in Figuur 3.1), vlakbij meetpunt B52G2950 met een veel ondiepere GHG van 16 cm-mv aan de overzijde van de rivier. Het verschil wordt grotendeels verklaard door de maaiveldhoogte. De maaiveldhoogte bij B52G2950 is 13,27 m NAP. Het maaiveld van B52G0429is gemeten op 17,9 m NAP en de grondwaterstand ligt met 11,20 m NAP, volgens verwachting iets boven het Maaspeil. B52G0429 ligt dus wat hoger, op een Maasterras wat de diepere grondwaterstand verklaart. Hetzelfde beeld zien we terug in de GLG en GVG (Figuur 3.2 en Figuur 3.3).

(30)

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

22

(31)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 23

(32)

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

24

(33)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 25

4 Conclusies

Voor 188 van de 208 beschikbare meetpunten is het mogelijk een tijdreeksmodel op te stellen.

Voor 169 meetpunten daarvan is het mogelijk een matig (55 meetpunten) tot goed (114 meetpunten) tijdreeksmodel op te stellen, waarin minimaal 40% van het grondwaterstandverloop wordt verklaard door neerslagoverschot en/of Maaspeil.

De 19 als slecht aangeduide tijdreeksmodellen, waarmee minder dan 40% kan worden verklaard, liggen verspreid over het analysegebied onder andere in stedelijk gebied. Op deze meetpunten zijn naast neerslagoverschot en Maaspeil andere factoren van invloed die niet in de tijdreeksmodellering zijn gesimuleerd, zoals onttrekkingen of veranderingen in drainage. Enkele meetreeksen vertonen een zeer traag verloop of hiaten, waardoor de meetreeks in verhouding nog te kort is om het gedrag goed te kunnen modelleren.

In 107 van de 188 meetpunten is er ook daadwerkelijk een aantoonbaar effect van het Maaspeil op de grondwaterstand berekend.

De meetpunten waarin een respons van de grondwaterstand op het Maaspeil is geconstateerd, liggen langs het gehele traject van het stuwpand Sambeek. De respons is het grootst in het noordelijke deel, tussen Boxmeer en Venray.

Er is een duidelijke afname te zien van de respons op het Maaspeil met toenemende afstand tot de Maas. Op een afstand van 2200 m of meer vanaf de Maas is het percentage

verklaard door de Maas minder dan 20% en is de respons minder dan 0,3 cm/cm. Bij een peilopzet van 25 cm kan dit op een afstand van 2200 m vanaf de Maas dus nog een respons van maximaal 7,5 cm geven.

De grootte van de respons varieert voor gelijke afstanden tot de Maas en neemt af in zuidelijke richting. Dit komt door verschillen in geohydrologische condities, zoals opbouw en

doorlatendheid van de ondergrond, diepte van grondwaterstanden, dichtheid van het drainagesysteem, en het vóórkomen van schijngrondwaterspiegels.

Indien in de toekomst een locatie-specifieke analyse van de geconstateerde respons gewenst blijkt, zijn gedetailleerdere lokale gegevens nodig.

In 98 meetpunten is binnen de referentieperiode een tijdreeks van minimaal 5 jaar beschikbaar en zijn de GHG, GLG en GVG voor deze periode bepaald.

De GHG ligt tussen -0.76 tot 6.4 m-mv, de GVG tussen -0.60 en 6.4 m-mv en de GLG tussen -0.12 en 7.0 m-mv. Enkele meetpunten in natte natuurgebieden hebben een negatieve waarde voor de GHG, GVG en GLG. Dit zijn meetpunten met een grondwaterstand boven maaiveld.

(34)
(35)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 27

5 Literatuur

Berendrecht, W.L. (2004) State space modeling of groundwater fluctuations. Proefschrift TU Delft.

Borren, W., M.J.M. Kuijper en R. van Ek (2008) Tijdreeksanalyse MOMARO-meetnet, TNO-rapport 2008-U-R0735/A, Utrecht.

Kuijper, M.J.M., W. van der Linden, W. Beliën, W.L. Berendrecht en P.G.B. de Louw (2006) Ontwerp van een grondwaterinformatiesysteem voor de stuwpanden Grave en Sambeek, TNO-rapport 2006-U-R0065/B, Utrecht.

Rijkswaterstaat Maaswerken (2012) “Referentieperiode eerste analyse rapport stuwpand Sambeek”, memo 3 september 2013.

(36)
(37)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen A-1

A Meteostations en meteo-meetreeksen

(38)

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

A-2

(39)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen A-3

(40)
(41)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen B-1

B Maaspeilstations en Maaspeilmeetreeksen

(42)

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

B-2

(43)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

(44)
(45)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen C-1

C Tabel met meetpuntinformatie

Tabel C.1 Meetpuntinformatie Locatie (NITG-code) X- coördinaat (m) Y- coördinaat (m) Afstand tot Maas (m) Maaiveld-hoogte (m +NAP) Gemidd. grond-water-stand (m -mv) Wel/geen respons tijdreeks-model Wel/geen berekening GxG mogelijk B46D0032 199800 403070 597 14.80 3.11 wel wel B46D0059 194126 406654 1147 14.61 3.43 wel wel B46D0061 193120 406540 2105 14.79 2.45 wel wel B46D0735 191126 406333 4053 13.07 1.36 wel wel B46D0789 193780 406780 1404 13.60 2.33 wel geen B46D0793 194490 406314 1043 14.39 3.36 wel wel B46D0816 190799 406707 4263 13.05 0.93 wel wel B46D0820 191916 406973 3098 13.63 1.27 wel wel B46D0824 191518 406252 3714 13.38 1.01 wel wel B46D0825 192557 406314 2710 13.75 1.20 wel wel B46D0826 192792 406729 2352 13.79 1.58 wel wel B46D0827 192693 405748 2846 13.98 1.54 wel wel B46D0832 191476 406758 3595 13.17 0.95 wel wel B46D0980 193560 405080 2430 14.00 0.88 wel wel B46D1011 195433 403192 2782 13.78 0.62 wel wel B46D1012 193861 406891 1292 12.84 1.74 wel geen B46D1023 198465 406990 2059 15.92 3.21 wel geen B46D1034 191247 406307 3949 13.26 1.20 wel wel B46D1039 190933 406651 4143 13.04 1.10 wel wel B46D1485 193584 405094 2430 14.00 0.88 wel wel B46D1492 197498 404735 300 12.00 0.98 wel wel B46D1493 197744 402582 1418 12.22 0.69 wel wel B46D1494 198412 404763 373 11.67 0.43 wel wel B46D1495 196269 403839 1767 13.58 1.98 wel wel B46D1496 198431 405004 557 11.61 0.33 wel wel B46D1497 198997 401284 229 13.04 1.66 wel wel B46D1498 198049 400993 1211 13.92 1.27 wel wel B46D1499 197387 400783 1901 14.46 1.20 wel wel B46D1500 195931 405778 295 11.92 2.58 wel wel B46D1501 196074 405105 832 11.52 0.66 wel wel B46D1502 198371 403148 802 12.79 1.47 wel wel B46D1503 196784 402106 2386 13.70 1.23 wel wel B46D1504 199359 402749 183 12.51 1.24 wel wel B46D1505 194412 406183 1176 14.00 3.04 wel wel B46G0004 202771 401495 3138 18.40 3.30 wel wel B46G0007 201120 406070 3195 16.65 2.51 wel wel B46G0059 200007 400649 462 14.05 2.86 wel wel B46G0076 205319 400761 5203 23.50 6.39 geen wel B46G0086 200745 400785 1026 12.97 1.45 wel wel

(46)

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief C-2 Locatie (NITG-code) X- coördinaat (m) Y- coördinaat (m) Afstand tot Maas (m) Maaiveld-hoogte (m +NAP) Gemidd. grond-water-stand (m -mv) Wel/geen respons tijdreeks-model Wel/geen berekening GxG mogelijk B46G0109 201531 400118 1400 12.47 0.32 wel wel B46G0110 201155 400775 1370 12.24 0.45 wel geen B46G0111 202182 400533 2171 17.16 3.75 wel wel B46G0302 201276 403933 2211 16.89 2.84 wel wel B52B0067 197713 397629 2488 16.85 1.54 wel wel B52B0167 199530 396440 1183 16.47 1.39 wel wel B52B0171 198644 398927 1545 16.66 2.54 wel wel B52B0183 199550 394650 2472 18.15 1.27 geen wel B52B0386 199180 397180 1151 wel geen B52B0400 197740 396380 2796 18.92 2.08 wel wel B52B0466 197713 397629 2488 16.85 1.52 wel wel B52B0564 198735 396885 1527 18.12 2.52 wel wel B52B0566 198975 396970 1429 15.43 0.34 wel wel B52B0567 198818 396573 1732 17.46 1.68 wel wel B52B0568 198985 396550 1596 15.29 -0.37 wel wel B52B0569_1 199095 396600 1475 17.36 1.901 wel wel B52B0569_2 199095 396600 1475 17.36 1.96 wel wel B52B0570 199305 396600 1293 15.39 0.25 wel wel B52B1746 199885 399743 228 13.08 1.69 wel wel B52B1747 197726 398448 2443 15.23 0.87 wel wel

B52E0017 204270 394540 965 15.25 2.65 wel wel

B52E0021 205820 395350 423 14.20 1.22 wel wel

B52E0023 207848 394885 2086 18.75 2.14 wel wel B52E0025 207943 393460 1096 19.55 4.41 wel wel B52E0027 209217 392810 1245 20.88 4.22 wel wel B52E0028 209412 391946 722 20.00 4.36 geen wel B52E0036 207520 396540 2473 18.75 1.66 wel wel

B52E0043 201920 397350 829 13.40 2.18 wel wel

B52E0044 201710 398440 1537 14.80 3.47 wel wel

B52E0057 201890 395400 717 14.80 2.89 wel wel

B52E0088 207010 390874 1465 15.36 0.98 wel wel B52E0137 208340 387640 1210 20.09 4.19 geen wel

B52E0155 206728 392420 474 16.63 2.98 wel wel

B52E0254 200920 397720 649 13.05 1.41 wel wel

B52E0255 201825 399498 1592 13.44 1.21 wel wel B52E0260 202935 399080 2674 17.11 4.14 wel wel

B52E0270 204258 394816 693 15.75 3.45 wel wel

B52E1689 202560 394026 1530 14.67 2.03 geen wel

B52E1690 205097 393855 643 15.67 2.81 wel wel

B52E1693 207546 389466 1711 19.15 3.99 geen wel B52E1696 204050 397940 2400 20.25 6.04 wel wel B52E1699 203030 392290 3139 16.20 1.27 wel wel

B52E1702 202163 395477 464 14.69 3.17 wel wel

B52E1706 208436 389894 875 17.18 2.57 wel wel

B52E1771 203122 395740 256 13.90 2.67 wel wel

(47)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen C-3

Locatie (NITG-code) X- coördinaat (m) Y- coördinaat (m) Afstand tot Maas (m) Maaiveld-hoogte (m +NAP) Gemidd. grond-water-stand (m -mv) Wel/geen respons tijdreeks-model Wel/geen berekening GxG mogelijk

B52E1818 201686 399665 1449 11.93 -0.47 geen geen B52E1819 201799 399745 1545 12.14 -0.06 wel geen B52E1820 202063 399531 1822 12.77 0.23 wel geen B52E1826 209570 393897 2374 19.20 0.77 wel geen B52E1829 209299 393701 2080 18.55 0.18 geen geen B52E1830 209140 393654 1954 18.37 0.28 wel geen B52E1839 209940 393822 2449 19.22 0.56 wel wel B52E1840 209692 394299 2790 19.33 0.83 geen geen B52E1841 209131 394395 2572 18.62 0.51 wel geen B52E1844 209935 393402 2145 19.55 0.89 wel geen B52E1846 209168 393383 1736 20.26 2.59 wel geen B52E1847 209479 392207 985 21.13 1.26 geen geen

B52E1849 209226 392251 780 21.75 1.73 wel wel

B52E1850 209118 392255 738 18.59 2.67 geen wel B52E1851 209495 392430 1103 21.79 4.84 wel geen

B52E1854 200804 395793 863 17.18 3.72 wel wel

B52E1856 201340 398780 1105 13.72 1.93 wel wel B52E1857 202410 398560 2135 15.50 3.92 wel wel B52E3230 204038 399770 3800 18.49 3.23 wel wel

B52E3231 207214 392860 138 13.66 2.24 wel wel

B52E3232 208076 390546 1241 17.08 2.86 wel wel

B52E3233 205037 394928 446 13.53 1.40 wel wel

B52E3234 201479 393426 2568 19.59 1.46 wel wel

B52E3235 201474 396432 156 12.64 1.32 wel wel

B52E3236 200086 396775 536 14.80 1.51 wel wel

B52E3237 203373 395936 523 13.91 1.95 wel wel

B52E3238 206289 393283 98 13.69 1.93 wel wel

B52E3239 205081 394331 588 13.86 1.31 wel wel

B52E3240 209036 390919 239 15.16 2.76 wel wel

B52E3241 208458 392243 415 16.88 2.10 wel wel

B52E3242 205270 392547 1272 14.44 1.09 wel wel B52E3243 200776 394424 2182 19.51 2.21 wel wel

B52E3244 200588 399776 405 13.60 1.96 wel wel

B52E3245 204778 395852 256 14.77 3.46 wel wel

B52E3246 205336 396571 1078 17.35 2.96 wel wel B52E3247 205775 398046 2614 17.82 1.25 wel wel

B52E3248 206074 394185 361 14.53 1.27 wel wel

B52E3249 206803 394161 925 15.10 0.89 wel wel

B52E3250 208952 393405 1642 19.60 1.57 wel wel

B52E3251 205537 392991 772 15.10 1.96 wel wel

B52F0008 210350 389860 1006 20.83 3.43 wel wel B52F0054 210133 387722 349 16.20 3.44 wel wel B52F0065 210900 390220 1468 18.30 1.34 wel wel B52F0069 210290 392355 1614 20.05 1.83 wel geen B52F0071 210636 392542 2003 19.16 0.63 wel geen B52F0072 210661 393010 2330 20.31 1.34 wel geen

(48)

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief C-4 Locatie (NITG-code) X- coördinaat (m) Y- coördinaat (m) Afstand tot Maas (m) Maaiveld-hoogte (m +NAP) Gemidd. grond-water-stand (m -mv) Wel/geen respons tijdreeks-model Wel/geen berekening GxG mogelijk B52F0076 210374 393673 2625 19.90 1.08 wel geen B52F0078 210299 392953 2034 20.23 1.55 wel geen B52F0080 210449 393347 2442 19.37 0.60 wel wel B52G0174 207472 378320 947 20.00 4.95 wel wel B52G0177 207524 378456 841 20.70 6.12 wel wel B52G0181 206840 384427 1658 22.58 5.10 geen wel B52G0189 206090 379525 2081 23.13 2.76 wel wel B52G0192 206237 379798 2029 24.98 5.08 wel wel B52G0198 205365 381532 2922 24.31 3.54 wel wel B52G0199 207586 386656 2228 18.30 1.60 wel wel B52G0228 209280 386970 762 wel geen B52G0232 205070 380230 3018 24.93 3.06 wel wel B52G0428 209862 380128 1720 19.58 1.24 wel wel B52G0429 208626 382731 154 17.90 6.39 wel wel B52G0434 206390 377750 2180 23.45 5.86 wel wel B52G0435 207606 378081 902 20.46 6.57 wel wel B52G0463 205205 378240 3173 22.80 2.10 wel wel B52G0464 209984 379660 1787 21.14 2.45 wel wel B52G0958 207911 381453 632 19.10 2.80 wel wel B52G0969 205286 379806 2822 23.34 1.86 wel wel B52G0970 207730 379450 451 17.50 1.80 wel wel B52G1306 209200 378000 455 18.20 1.64 wel wel B52G1348 207191 382849 1262 16.56 -0.07 geen wel B52G1350 207150 383043 2251 16.34 -0.15 geen wel B52G1351 207294 383043 2170 16.91 0.33 wel wel B52G1353 207258 383550 1114 16.77 0.30 wel wel B52G1354 207523 383470 870 16.60 0.42 wel wel B52G1355 207800 383775 604 17.22 1.33 wel wel B52G2945 209331 382875 862 15.75 1.33 wel wel B52G2946 208769 379407 546 17.02 0.71 wel wel B52G2947 209832 378702 1334 21.29 2.01 wel wel B52G2948 208578 377928 142 14.04 1.60 wel wel B52G2949 208230 381890 494 16.13 1.64 wel wel B52G2950 208239 382686 241 13.27 0.83 wel wel B52G2951 208107 383419 291 15.44 0.35 wel wel B52G2952 209383 387447 442 15.15 1.00 wel wel B52G2953 209285 385729 352 15.71 2.49 wel wel B52G2954 208661 375214 74 14.02 1.68 wel wel B52G2955 209051 376503 298 17.36 5.26 wel wel B52G2956 208546 376388 767 18.19 4.26 wel wel B52G2960 206243 382892 2177 23.50 4.62 wel wel B52G2961 209191 378086 491 18.20 1.64 wel wel B52G3169 209044 376498 298 17.56 5.34 wel geen B52H0031 212220 386590 2123 18.77 2.18 wel wel B52H0051 211095 385275 1402 23.15 1.40 wel wel B52H0112 212325 386957 2217 19.74 3.25 wel wel

(49)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen C-5

Locatie (NITG-code) X- coördinaat (m) Y- coördinaat (m) Afstand tot Maas (m) Maaiveld-hoogte (m +NAP) Gemidd. grond-water-stand (m -mv) Wel/geen respons tijdreeks-model Wel/geen berekening GxG mogelijk B52H0128 210970 386200 923 17.90 2.00 wel wel B52H0196_2 211785 383812 2804 20.80 3.06 wel wel B52H0198 211270 383930 2339 21.59 0.32 geen geen B52H0204 210710 383349 2252 20.10 2.73 wel wel B52H0205 211465 383887 2529 21.65 0.24 wel wel B52H0211 210285 386120 291 15.67 0.55 geen geen B52H0214 210145 385910 259 15.54 0.67 wel geen B52H0220 210740 386785 647 16.03 0.38 wel geen B52H0221 210258 379555 2032 21.59 2.87 wel wel B52H0222 210925 379395 2628 19.86 0.65 wel wel B52H0225 210550 379030 2121 22.92 3.43 wel wel B52H0226_1 210513 379119 2168 19.10 0.51 wel wel B52H0226_2 210513 379119 2168 18.86 0.00 wel wel B52H0228 210553 379589 2338 18.80 0.08 wel wel B52H0230 210770 379840 2593 18.10 -0.44 wel wel B52H0232 210753 380261 2385 18.60 0.30 geen geen B52H0233 210845 380406 2399 18.60 0.30 geen geen B52H0238 210430 379669 2424 20.40 0.18 wel geen B52H0730 210617 386765 530 17.15 1.70 wel wel B52H0731 210366 385902 464 17.25 1.95 wel wel

B58E0068 205920 369350 716 23.60 2.88 wel wel

B58E0091 205474 369447 291 21.27 3.40 wel wel

B58E0199 204992 369546 199 18.05 2.70 wel wel

B58E0266 206475 374292 993 19.65 2.64 wel wel

B58E0267 206283 373252 353 18.70 3.70 wel wel

B58E0282 207380 373375 258 18.16 3.14 wel wel

B58E0301 207018 371841 1081 23.45 6.41 geen wel B58E0993 206500 369320 1277 23.30 1.38 wel wel

B58E1407 206219 372634 110 15.57 1.88 wel wel

B58E1408 205822 373411 765 17.68 0.93 wel wel

B58F0065 210246 374809 1556 23.96 2.73 wel wel nb = nietbekend

(50)
(51)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen D-1

D Tabel met resultaten tijdreeksanalyse

Tabel D.1 Tijdreeksanalyse meetpunten informatie

Locatie (NITG-code)

Afstand tot

Maas (m) Verklaarde componenten

Respons op impuls neerslagoverschot Respons op stationaire Maaspeil-verhoging

Neerslag-overschot Maaspeil Totaal

Maximale respons (cm/cm) Tijd tot maximaal effect (dagen) Tijd tot 90% herstel (dagen) Maximale respons (cm/cm) Tijd tot 90% effect (dagen) B46D0032 597 58.6% 12.7% 71.3% 1.46 1 427 0.62 18 B46D0059 1147 67.9% 67.9% 3.34 13 270 B46D0061 2105 57.7% 57.7% 2.44 23 313 B46D0735 4053 47.3% 47.3% 4.97 - 186 B46D0789 1404 67.8% 67.8% 3.49 13 304 B46D0793 1043 85.0% 85.0% 2.82 63 369 B46D0816 4263 78.6% 78.6% 6.03 1 176 B46D0820 3098 76.3% 76.3% 5.32 - 376 B46D0824 3714 77.2% 77.2% 5.87 - 273 B46D0825 2710 75.6% 75.6% 4.05 - 389 B46D0826 2352 71.6% 71.6% 2.96 8 948 B46D0827 2846 9.2% 9.2% 3.18 - 241 B46D0832 3595 54.8% 54.8% 5.36 - 393 B46D0980 2430 71.3% 71.3% 5.12 - 262 B46D1011 2782 72.5% 72.5% 6.57 - 299 B46D1012 1292 58.8% 58.8% 3.10 15 430 B46D1023 2059 30.0% 11.1% 41.1% 0.94 94 702 0.56 407 B46D1034 3949 61.8% 61.8% 4.75 - 2352 B46D1039 4143 58.6% 58.6% 5.79 - 223 B46D1485 2430 71.3% 71.3% 5.12 - 262 B46D1492 300 74.2% 10.4% 84.6% 6.79 - 170 0.56 4 B46D1493 1418 60.7% 11.5% 72.2% 4.04 - 243 0.36 3 B46D1494 373 61.4% 18.0% 79.4% 4.15 - 142 0.54 3 B46D1495 1767 72.1% 72.1% 2.18 17 462 B46D1496 557 60.7% 24.2% 85.0% 1.99 - 667 0.54 3 B46D1497 229 45.4% 26.9% 72.3% 4.28 - 267 0.65 7 B46D1498 1211 67.1% 67.1% 1.85 69 515 B46D1499 1901 48.8% 48.8% 3.43 - 578 B46D1500 295 39.4% 39.4% 4.66 - 259 B46D1501 832 63.6% 18.7% 82.3% 5.49 - 249 0.55 4 B46D1502 802 69.3% 11.8% 81.1% 2.86 - 303 0.47 3 B46D1503 2386 69.3% 69.3% 2.60 - 712 B46D1504 183 49.2% 26.2% 75.4% 5.17 - 132 0.67 8 B46D1505 1176 55.2% 55.2% 2.03 73 813 B46G0004 3138 55.4% 54.7% 2.01 85 1174 B46G0007 3195 6.4% 6.4% 0.51 23 B46G0059 462 57.2% 27.5% 84.7% 2.54 7 196 0.92 14 B46G0076 5203 B46G0086 1026 54.6% 9.0% 63.7% 3.12 - 138 0.67 14

(52)

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief D-2 Locatie (NITG-code) Afstand tot

Maas (m) Verklaarde componenten

Respons op impuls neerslagoverschot Respons op stationaire Maaspeil-verhoging

Neerslag-overschot Maaspeil Totaal

Maximale respons (cm/cm) Tijd tot maximaal effect (dagen) Tijd tot 90% herstel (dagen) Maximale respons (cm/cm) Tijd tot 90% effect (dagen) B46G0109 1400 45.6% 45.6% 3.97 - 182 B46G0110 1370 32.2% 32.2% 1.64 13 78 B46G0111 2171 56.1% 56.1% 2.13 65 1068 B46G0302 2211 48.3% 1.3% 49.6% 1.80 57 445 0.74 324 B52B0067 2488 71.3% 2.5% 73.8% 2.14 - 314 0.09 18 B52B0167 1183 70.1% 70.1% 2.44 25 1448 B52B0171 1545 38.3% 38.3% 2.18 88 511 B52B0183 2472 B52B0386 1151 75.7% 75.7% 3.28 27 1181 B52B0400 2796 66.5% 66.5% 2.25 62 382 B52B0466 2488 78.7% 78.7% 2.90 5 260 B52B0564 1527 78.9% 1.7% 80.6% 1.44 62 364 0.07 44 B52B0566 1429 76.7% 76.7% 1.49 46 440 B52B0567 1732 76.8% 2.0% 78.8% 1.61 78 455 0.15 69 B52B0568 1596 80.2% 80.2% 1.77 67 392 B52B0569_1 1475 78.7% 1.3% 79.9% 1.70 69 402 0.08 32 B52B0569_2 1475 82.1% 82.1% 2.09 69 570 B52B0570 1293 75.1% 75.1% 1.78 58 338 B52B1746 228 40.0% 43.1% 83.1% 4.93 - 145 0.40 7 B52B1747 2443 43.3% 43.3% 4.61 - 50 B52E0017 965 64.7% 24.4% 89.0% 1.40 9 1 0.70 186 B52E0021 423 56.1% 28.6% 84.7% 1.14 60 536 0.23 18 B52E0023 2086 56.9% 56.9% 1.86 44 892 B52E0025 1096 43.1% 9.2% 52.4% 1.60 93 537 0.61 521 B52E0027 1245 65.5% 16.2% 81.7% 1.28 103 598 0.44 326 B52E0028 722 B52E0036 2473 58.5% 58.5% 2.10 3 535 B52E0043 829 9.2% 76.4% 85.6% 0.65 - 256 0.67 8 B52E0044 1537 22.8% 44.1% 66.9% 1.49 - 439 0.64 35 B52E0057 717 44.2% 44.9% 89.1% 1.01 55 396 0.71 123 B52E0088 1465 88.1% 88.1% 2.50 - 323 B52E0137 1210 B52E0155 474 68.1% 14.0% 82.1% 1.88 46 271 0.28 51 B52E0254 649 74.1% 10.7% 84.7% 2.95 36 547 0.36 26 B52E0255 1592 82.7% 4.1% 86.8% 4.17 - 437 0.11 20 B52E0260 2674 64.2% 64.2% 2.29 27 > 3650 B52E0270 693 52.1% 36.9% 89.0% 1.45 74 433 0.67 126 B52E1689 1530 B52E1690 643 48.5% 48.5% 0.84 323 B52E1693 1711 B52E1696 2400 50.5% 50.5% 2.57 9 1 B52E1699 3139 86.7% 3.5% 90.2% 1.80 28 482 0.17 41 B52E1702 464 49.4% 32.0% 81.4% 1.26 51 315 0.71 129 B52E1706 875 67.8% 16.5% 84.3% 2.03 47 655 0.31 88 B52E1771 256 29.4% 55.0% 84.4% 1.90 2 313 0.66 5

(53)

1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen D-3

Locatie (NITG-code)

Afstand tot

Maas (m) Verklaarde componenten

Respons op impuls neerslagoverschot Respons op stationaire Maaspeil-verhoging

Neerslag-overschot Maaspeil Totaal

Maximale respons (cm/cm) Tijd tot maximaal effect (dagen) Tijd tot 90% herstel (dagen) Maximale respons (cm/cm) Tijd tot 90% effect (dagen) B52E1774 4064 61.5% 61.5% 1.50 93 540 B52E1818 1449 B52E1819 1545 28.5% 28.5% 2.15 - 379 B52E1820 1822 81.9% 3.2% 85.1% 1.91 1 521 0.16 323 B52E1826 2374 66.7% 66.7% 4.78 - 523 B52E1829 2080 B52E1830 1954 44.2% 44.2% 5.65 - > 3650 B52E1839 2449 53.2% 53.2% 2.53 - 219 B52E1840 2790 B52E1841 2572 74.9% 74.9% 2.47 - > 3650 B52E1844 2145 48.0% 3.3% 51.3% 2.21 12 2500 0.14 1 B52E1846 1736 77.2% 77.2% 2.22 93 3355 B52E1847 985 B52E1849 780 83.5% 2.5% 85.9% 1.57 20 567 0.05 23 B52E1850 738 B52E1851 1103 46.0% 14.6% 60.6% 0.71 67 390 0.25 419 B52E1854 863 78.6% 78.6% 2.58 9 1 B52E1856 1105 58.2% 17.8% 76.0% 1.92 42 280 0.37 23 B52E1857 2135 28.4% 63.7% 92.1% 0.72 48 383 0.64 21 B52E3230 3800 29.9% 29.9% 1.63 199 1601 B52E3231 138 21.0% 21.0% 7.88 4 29 B52E3232 1241 89.4% 2.0% 91.3% 2.60 18 518 0.06 5 B52E3233 446 63.2% 17.8% 81.1% 4.55 - 387 0.30 3 B52E3234 2568 79.1% 0.8% 79.9% 4.31 1 835 0.06 1 B52E3235 156 36.2% 55.5% 91.7% 5.10 - 179 0.60 3 B52E3236 536 69.9% 69.9% 1.45 - 614 B52E3237 523 49.5% 36.3% 85.8% 2.68 - 334 0.31 6 B52E3238 98 40.1% 46.2% 86.3% 3.03 13 255 0.71 4 B52E3239 588 50.3% 18.5% 68.8% 2.35 - 1768 0.22 5 B52E3240 239 56.4% 19.1% 75.5% 4.46 - 291 0.37 6 B52E3241 415 54.4% 54.4% 2.26 47 > 3650 B52E3242 1272 60.9% 60.9% 3.33 - 262 B52E3243 2182 82.8% 2.9% 85.7% 2.93 14 544 0.13 16 B52E3244 405 49.2% 33.3% 82.5% 2.99 - 266 0.48 30 B52E3245 256 6.7% 91.9% 98.5% 0.33 16 306 0.92 5 B52E3246 1078 77.6% 77.6% 2.11 71 722 B52E3247 2614 76.3% 1.3% 77.6% 2.84 8 499 0.06 1 B52E3248 361 62.4% 15.8% 78.2% 2.31 - 324 0.19 4 B52E3249 925 46.9% 1.9% 48.8% 5.07 - 560 0.06 31 B52E3250 1642 58.0% 9.7% 67.7% 1.74 4 849 0.20 30 B52E3251 772 80.1% 2.0% 82.1% 2.12 1 597 0.05 1 B52F0008 1006 21.3% 1.8% 23.1% 1.04 - 485 0.03 3 B52F0054 349 58.5% 58.5% 3.37 17 555 B52F0065 1468 19.6% 1.5% 21.1% 1.31 - 154 0.01 1 B52F0069 1614 73.4% 4.6% 78.0% 3.12 - 435 0.09 1

(54)

Stuwpand Sambeek vóór ingrepen 1202771-000-BGS-0011, 2 september 2015, definitief D-4 Locatie (NITG-code) Afstand tot

Maas (m) Verklaarde componenten

Respons op impuls neerslagoverschot Respons op stationaire Maaspeil-verhoging

Neerslag-overschot Maaspeil Totaal

Maximale respons (cm/cm) Tijd tot maximaal effect (dagen) Tijd tot 90% herstel (dagen) Maximale respons (cm/cm) Tijd tot 90% effect (dagen) B52F0071 2003 76.3% 2.0% 78.3% 5.13 - 275 0.08 1 B52F0072 2330 68.5% 68.5% 2.98 - 380 B52F0076 2625 50.7% 50.7% 2.94 - 274 B52F0078 2034 75.6% 75.6% 2.08 - 420 B52F0080 2442 85.7% 85.7% 2.93 - 425 B52G0174 947 26.1% 26.1% 2.72 37 219 B52G0177 841 28.0% 33.3% 61.3% 0.94 9 1 0.34 222 B52G0181 1658 B52G0189 2081 18.4% 18.4% 2.17 60 847 B52G0192 2029 69.8% 5.6% 75.4% 1.95 105 608 0.50 1232 B52G0198 2922 4.3% 4.3% 3.60 4 82 B52G0199 2228 57.5% 15.7% 73.2% 2.04 - 843 0.57 293 B52G0228 762 60.5% 8.8% 69.3% 3.58 - 534 0.27 273 B52G0232 3018 81.4% 3.8% 85.2% 2.70 15 1008 0.12 205 B52G0428 1720 71.1% 5.0% 76.1% 2.24 51 533 0.04 10 B52G0429 154 87.0% 87.0% 0.68 3 B52G0434 2180 0.1% 18.7% 18.8% 1.15 - 48 0.30 415 B52G0435 902 17.9% 17.9% 3.15 20 414 B52G0463 3173 70.6% 14.1% 84.7% 2.02 49 3283 0.21 358 B52G0464 1787 77.2% 77.2% 2.41 57 574 B52G0958 632 29.0% 13.9% 42.9% 1.17 6 2177 0.22 239 B52G0969 2822 84.4% 6.5% 90.9% 2.90 6 679 0.29 421 B52G0970 451 32.0% 40.3% 72.3% 0.96 - > 3650 0.31 243 B52G1306 455 84.8% 2.3% 87.1% 3.66 - 738 0.03 1 B52G1348 1262 B52G1350 2251 B52G1351 2170 90.1% 2.9% 92.9% 2.75 - 712 0.04 296 B52G1353 1114 73.2% 5.1% 78.3% 2.45 - 590 0.06 240 B52G1354 870 78.6% 5.6% 84.2% 1.10 49 462 0.09 221 B52G1355 604 61.7% 27.9% 89.6% 3.80 - 380 0.13 139 B52G2945 862 21.6% 3.5% 25.0% 5.04 - 336 0.05 4 B52G2946 546 69.4% 69.4% 1.42 - 611 B52G2947 1334 67.1% 67.1% 2.29 48 > 3650 B52G2948 142 35.2% 36.5% 71.6% 2.74 79 462 0.41 4 B52G2949 494 74.5% 11.3% 85.7% 5.86 - 159 0.09 3 B52G2950 241 0.3% 82.9% 83.2% 0.58 - 1 0.42 3 B52G2951 291 72.8% 18.6% 91.4% 1.92 26 516 0.11 9 B52G2952 442 67.4% 17.3% 84.7% 5.51 - 316 0.14 1 B52G2953 352 62.1% 62.1% 3.28 12 1018 B52G2954 74 86.4% 86.4% 0.59 3 B52G2955 298 0.0% 74.2% 74.2% 0 3 20 0.65 33 B52G2956 767 46.8% 46.8% 1.98 105 609 B52G2960 2177 78.1% 9.0% 87.2% 1.93 39 882 0.47 820 B52G2961 491 84.8% 2.3% 87.1% 3.66 - 738 0.03 1 B52G3169 298 0.1% 93.8% 93.8% 0 46 > 3650 0.67 27

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Op 22 september 2011 komt vanuit Zeeland Seaports de mededeling dat er aan het gebruik van depot en weg kosten zijn verbonden, het gaat om € 4,15jm 2 jjaar voor de weg.. Het gebruik

• bij het opstellen van de Deltawet die onder grote tijdsdruk tot stand is gekomen, een aantal elementen in de wet onvoldoende op hun conse- quenties zijn doordacht, zoals het

de bestrijding van het Corona virus is de inzage van de stukken tijdens het openbaar onderzoek in het stadhuis enkel mogelijk na afspraak, u kan via een eenvoudig verzoek per

Hoogwatergeul/uiterwaardverlaging Ook door de aanleg van een hoogwater- geul of door verlaging van de uiterwaard kan enerzijds meer ruimte voor het water worden gecreëerd, maar

De inwoners van de plaatsen Tiel, Dreumel, Heerewaarden en Rossum waren in het algemeen voor de aanleg van de hoogwatergeul bij Heesselt en Varik, omdat het

De inwoners van de plaatsen Tiel, Dreumel, Heerewaarden en Rossum waren in het algemeen voor de aanleg van de hoogwatergeul bij Heesselt en Varik, omdat het

Met HCAS heeft overleg plaats gevonden en is overeenstemming bereikt over de wijze waarop in de komende 12 jaar het klein/dagelijks en periodiek onderhoud wordt uitvoerd en op

Worden stortkokers gebruikt om het filtergrind en/of kleistoppen correct te kunnen plaatsen?: Ja/Nee (Vanaf dieptes &gt;50m onder maaiveld). Is het filtergrind zuiver en aangepast