• No results found

Diplomaten im Trainingsanzug. DDR-sporters in voor- en tegenspoed

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Diplomaten im Trainingsanzug. DDR-sporters in voor- en tegenspoed"

Copied!
70
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Diplomaten im Trainingsanzug

DDR-sporters in voor- en tegenspoed

Abstract

Sleutelwoorden: DDR, atleten, volksvertegenwoordigers, heldendom, Sportverräter Student: Mike Kok

Studentnummer: 10660208 Opleiding: Master Duitslandstudies

Begeleider: Moritz Föllmer Studiejaar 2016-2017

(2)

In deze scriptie heb ik onderzoek gedaan naar de soort relatie die Oost-Duitse atleten hadden met het politieke systeem. De DDR heeft in zijn bestaan altijd in de schaduw gestaan van de Bondsrepubliek, maar op een vlak heeft het zich van zijn tegenhanger kunnen distantiëren: namelijk door sport. Door de enorme sportieve successen hoopte de SED haar bevolking voor het socialistische ideaal te winnen en aanzien te genieten in het buitenland. De atleten werden als het ware diplomaten in trainingspak. Naar de mening van atleten werd echter zelden gevraagd.

Voor de DDR ging sport veel verder dan in een democratisch land mogelijk zou zijn. Speciale programma’s en scholen werden opgericht om de ideale atleet voort te brengen. Hoewel het systeem bij nadere inspectie, allesbehalve een geoliede machine was, leek het naar buiten toe wel zo te zijn. Sporters werden naar het ideaalbeeld van de staat gekneed. De druk die op de schouders van de atleten werd gelegd was enorm en vooral vanaf de jaren zeventig toen de sportieve successen exponentieel toenamen, werd de druk om te presteren steeds groter. Dit hing samen met een stagnerende economie (in de jaren tachtig) en een krimpende bevolking.

Atleten waren het gezicht van de natie en moesten zich als zodanig gedragen. Het enige wat telde was de eigen staat. Sommige atleten hadden daadwerkelijk

vaderlandslievende gevoelens en deden wat van hun werd verwacht. Atleten die presteerden genoten allerlei privileges. Desondanks was het voor sommige atleten niet genoeg. Ze wilden vanwege uiteenlopende redenen weg zoals verliefdheid, om meer geld te verdienen of puur om echte vrijheid te ervaren.

De soort relatie die atleten hadden met het regime was niet zwart-wit zoals op het eerste gezicht leek. Het was veel diffuser. De ene atleet stond vanwege eigen ambities meer op een lijn met het regime terwijl de ander tegenstellende belangen had waardoor de relatie niet meer goed zou komen. De atleten begaven zich als het ware in een grijs gebied waarbij allerlei factoren de relatie met het regime zouden kunnen beïnvloeden.

(3)

Inleiding 1

Werkwijze en literatuurgebruik 2

Welke periode staat centraal? 3

Wat voegt dit onderzoek toe aan het historische debat? 4

Hoofdstuk 1. Jeden Tag Sport! 6

Sportcultuur in de Oost-Duitse maatschappij Mach mit bleib fit! 7

Weil es mir Spaβ macht 9

Brood en Spelen! 10

Sporten in een klimaat van schaarste 12

Van burger tot atleet 14

Hoofdstuk 2. Wer läuft die meisten Meilen? 16

Trainen om een topatleet te worden Fase 1: Vanaf het begin 17

Fase 2: Nu begint pas de echte strijd 19

Fase 3: Top van de Pyramide 21

DDR Jugendspielen 22

Ich bin sauber! Dopinggebruik 23

De motor draait overuren 25

De paradox van de Oost-Duitse sport 26

Hoofdstuk 3. Das schönste Gesicht des Sozialismus 28

De schone schijn van sport in de DDR Katarina Witt: De Oost-Duitse ‘girl next door’ 29

Iets terug doen voor de maatschappij 31

Uns Sportlern ging es in der DDR nicht schlecht. Privileges in de DDR 33

Vertegenwoordiger van een Unrechtsstaat 36

Da kommen wir ja nie hin. Vervreemd zijn van Oost-Duitse waarden 37

Eine Heidi Krieger ist mir Fremd. De wil om ver te gaan voor je land 39

Schaamte en schande 40

Hoofdstuk 4. Zu Hause ist der halbe Ort gegen mich. 42

De schaduwzijde van topsport in de DDR Mehr Personal gegen innere als gegen auβere Feinde. Het alziend oog van de DDR 43

(4)

Die Mädchen sollen schwimmen und nicht singen. Gehoorzaamheid en uitsluiting van

Oost-Duitse atleten 46

De lange arm van de Stasi 49

Voetbal als enige ware bindende factor 50

Die Einzige, die mich verstanden hat, war meine Mama. Oost-Duitse atleten en hun ingewikkelde relatie met hun familie 52

Het gras is niet altijd groener aan de overkant. Teleurstelling in het Westen 54

Conclusie 56

Epiloog: De erfenis van de DDR 59

(5)

Inleiding

‘Für die Bonzen bist du nur ein Stück Material.’1

Dit is een citaat van de voormalige Oost-Duitse sporter Claus Tuchscherer. Hij was een skiër die mee deed aan de Noordse combinatie tijdens de Olympische Winterspelen in Innsbrück in 1976. De toen nog 21-jarige Claus wilde de DDR zo snel mogelijk verlaten want hij was verliefd geworden en wilde echte vrijheid ervaren. Hij betaalde daarvoor wel een prijs. Hij werd als zogenaamde Sportverräter afgeschilderd waarbij zijn vader meerdere keren werd ondervraagd door de Stasi. Desalniettemin liet Claus zich niet intimideren en was van plan om de DDR definitief de rug toe te keren. Claus was lang niet de enige atleet in de DDR die teleurgesteld was in het systeem en het land wilde verlaten. Het citaat vat samen wat de atleten waren voor het DDR-regime: inwisselbaar.2 Zo lang je op je toppen van je kunnen presteerde en allerlei prijzen binnensleepte voor de staat was je een grootheid die op een voetstuk werd geplaatst. Zodra je echter op de een of andere manier iets deed of zei wat tegen het zere been van het Oost-Duitse regime was, werd je weer van het voetstuk afgehaald en ging je als een paria door het leven. Ook atleten die degelijk presteerden en zich nooit kritisch uitlieten over het SED-regime konden worden ingeruild voor een betere atleet. Bovendien zijn er veel verhalen van atleten die op een gegeven moment niet meer op hetzelfde niveau

presteerden en ook werden ingeruild voor een ‘vers’ talent.

Dit soort verhalen geven een heel ander inzicht op sport in de DDR dan we normaal gesproken gewend zijn. De DDR wilde door middel van geweldige sportieve prestaties de wereld laten zien dat het een groots land was dat tot veel in staat was. Bovendien hoopte het uit de schaduw te stappen van de Bondsrepubliek die met zijn economische macht en technologische kennis mijlenver voor lag op de DDR. Door middel van sport kon de staat eindelijk zich onderscheiden van zijn buurman. De DDR wilde laten zien dat naast een systematische, planmatige aanpak van de economie ook een dergelijke aanpak tot veel betere sportieve prestaties zou leiden dan in West-Duitsland mogelijk was. Hoewel de economische kracht van de DDR steeds meer onder druk kwam te staan, werd vanaf de jaren zeventig de DDR erg succesvol in sport. De druk kwam daardoor extra te liggen op atleten. De atleten werden als het ware diplomaten in trainingspak. Zij waren de vertegenwoordigers van hun 1 Thomas Purschke,’Mir wurde klar: Für die Bonzen bist du nur ein Stück Material’, 25-02-2006, website Die Welt. https://www.welt.de/print-welt/article200637/Mir-wurde-klar-Fuer-die-Bonzen-bist-du-nur-ein-Stueck-Material.html (Geraadpleegd 9 Maart 2017) 1.

(6)

land in plaats van gewone politici. Zij genoten ook grote bewondering van de bevolking wanneer ze het goud mee brachten naar huis en kregen ook daarom allerlei privileges zoals betere woningen, beter voedsel en buitenlandse reizen.3

Echter doet het verhaal van onder andere Claus Tuchscherer vermoeden dat de binding met het systeem allesbehalve ideaal was. Hoewel het in de DDR op allerlei fronten

gebruikelijk was om prestaties zoals in de economie te belonen, blijft het een vreemde gewaarwording. Het klinkt alsof mensen alleen bereid waren om wat voor de staat te betekenen als ze daar iets voor terugkregen. In het geval van sport is het misschien des te opvallender. Waarom zou je als regime enerzijds zoveel mogelijk atleten in de watten willen leggen door het geven van cadeaus? Als je een binding met je land hebt dan is alles wat je voor het land doet toch onvoorwaardelijk? Anderzijds kan je je ook afvragen waarom een atleet, ondanks het feit dat diegene zoveel privileges geniet en als een vorst behandeld wordt, alsnog weg wil gaan. In deze masterscriptie onderzoek ik daarom wat voor soort binding er precies was tussen atleten en het Oost-Duitse regime.

Werkwijze en structuur

Dit onderzoek is verdeeld in een viertal hoofdstukken waarbij ik aan de hand van een

deelvraag een aspect van het onderzoek ga behandelen. Dit doe ik door gebruik te maken van verschillende soorten secundaire literatuur en bronnen. In het eerste hoofdstuk onderzoek ik wat in het algemeen sport voor rol heeft gespeeld in de DDR. Wat voor rol speelde sport bijvoorbeeld in de ogen van de SED? Vervolgens komt aan bod hoe dat in de praktijk tot zijn recht kwam. Het eerste hoofdstuk over de sportcultuur in de DDR zal voornamelijk gebaseerd zijn op secundaire literatuur. Enkele malen wordt er ook verwezen naar een citaat van onder andere de grondwet van de DDR.

In het tweede hoofdstuk wordt dieper ingegaan op het topsportklimaat. Hierin wordt gekeken hoe talent werd gescout, welke programma’s de atleten precies moesten doorlopen en wat er gebeurde met talent wat niet door wist te breken tot de absolute top. Ik doe dit door aan de hand van secundaire literatuur te beschrijven hoe het proces in zijn werk ging. Vervolgens ga ik aan de hand van de verhalen van een aantal voormalige Oost-Duitse atleten kijken hoe zij dat traject hebben ervaren.

3 Mike Dennis en Jonathan Grix, Sport under communism. Behind the East German miracle (Basingstoke, Palgrave Macmillan 2012) 3-7.

(7)

De laatste twee hoofdstukken staan in het teken van de ervaringen die sporters hadden. In het derde hoofdstuk beschrijf ik de positieve ervaringen die sporters met het regime

hadden. Ik kijk bijvoorbeeld welke rol de atleten kregen toebedeeld in de Oost-Duitse

samenleving en welke privileges men genoot. In het vierde hoofdstuk kijk ik tenslotte naar de slechte ervaringen die atleten hadden. Ik kijk bijvoorbeeld naar de grenzen die werden gesteld aan wat kon en niet kon voor het regime. Stelden de atleten zelf ook grenzen aan hun

(eventuele) vaderlandsliefde? Wat waren de gevolgen voor het regime en wat is er verder met de atleten gebeurd? De laatste twee hoofdstukken zullen voornamelijk bestaan uit de

ervaringen van voormalige atleten. Hierin maak ik gebruik van allerlei interviews zoals het interview van Claus Tuchscherer met Die Welt. Ook gebruik ik biografieën en autobiografieën van verschillende sporters.

Welke periode staat centraal?

De periode die in dit onderzoek centraal staat is de periode tussen 1972 en 1988. Dit heeft een aantal redenen. Ten eerste heeft dit te maken met het feit dat vanaf 1972 de sportieve

successen van de DDR op het internationale vlak enorm waren toegenomen sinds de

oprichting van de staat. Zo werden er tijdens de Olympische Spelen van Mexico in 1968 nog 25 medailles behaald. In 1972 was het aantal behaalde medailles al exponentieel gestegen naar 66 medailles. Vanaf die tijd zou het aantal medailles alleen nog maar toenemen.4 Ten tweede is het opvallend dat juist in deze periode het grootste aantal sporters gevlucht is uit de DDR. Het was niet ongewoon dat er mensen probeerden te vluchten uit de DDR omdat ze aan de onderdrukking van de Stasi wilde ontkomen, familie hadden in het Westen of omdat in het Westen gewoon meer geld te verdienen was. Van de miljoenen mensen hadden ongeveer 615 topsporters de DDR proberen te ontvluchten. Het opvallende is dat het merendeel van

ongeveer 400 sporters tussen 1970 en 1989 de DDR ontvluchtte. Juist de periode waarin er veel medailles werden gehaald.5 Hoopten de sporters door hun successen hun carrière in het Westen te kunnen voortzetten of waren de medailles het resultaat van een ontzettend grote druk op de atleten? Er waren genoeg mogelijkheden om te vluchten. De DDR deed aan steeds meer wedstrijden mee in het buitenland. Dit vormde bij uitstek de perfecte gelegenheid om te vluchten. Al zou dit niet altijd lukken.

4 Dennis en Grix, Sport under communism, 9-16.

(8)

Ten derde is dit interessant omdat in de periode het aantal atleten dat doorstroomde lang niet zo groot was als in de eerste jaren van de ontstane sportcultuur terwijl tegelijkertijd wel het aantal successen overweldigend was. Daarbij kwam dat vooral in de jaren tachtig de economie van de staat begon in te storten en er juist nog nooit zo veel geld aan sport werd uitgegeven. Ten slotte werd juist in deze periode de aanloop gemaakt naar de officiële erkenning van de DDR als een officiële staat. Hoewel West-Duitsland de DDR niet

diplomatiek erkende, zorgde de Ostpolitik van Willy Brandt sinds 1970 en het sluiten van het Grundlagenvertrag van 1972, tot een zekere normalisering tussen de beide Duitse staten. Tegelijkertijd vormde er zich een nieuwe vreedzame competitie tussen de beide Duitse staten op het sportveld. Er was nu, anders dan in de jaren zestig, geen gezamenlijk team meer bij de Olympische Spelen. De scheidingslijnen, met name op economisch gebied, waren nu goed zichtbaar. De behoefte aan compensatie op andere gebieden zoals sport was daarom des te groter.6 Ondanks het feit dat ik me vooral met deze periode bezighoud, maak ik zo nu en dan een sprong naar een eerdere periode.

Wat voegt dit onderzoek toe aan het historisch debat?

Over sport in Oost-Europa en de DDR zijn al verschillende boeken geschreven. In 1974 verscheen bijvoorbeeld al het boek Fun, health, fitness. Physical culture in the GDR van Wolfgang Gitter en Berhard Wilk. Hoewel men in deze tijd geen weet had over het grootschalige dopingprogramma, schreven ze vol verwondering over de grote sportieve successen die volgens hen vooral te maken hebben met de nadruk op een goede gezondheid in combinatie met een streng trainingsprogramma.7 Het boek Der mißbrauchte Sport van Peter Kühnst is een ander voorbeeld van een boek dat de sport in de DDR beschreef. Kühnst legt de nadruk in zijn boek op het gebruik van sport als een politiek middel om internationale

erkenning af te dwingen. Wanneer een staat zoals de DDR geen economische grootmacht is en geen goede politieke traditie kent, wordt sport als een middel gezien om te bewijzen dat zulke landen weldegelijk tot veel in staat zijn.8

De laatste jaren is er ook veel onderzoek gedaan naar sport in de DDR en andere Oost-Europese landen. Echter gaat een groot gedeelte van het huidige onderzoek vooral over het 6 Dennis en Grix, 16-17.

7 Wolfgang Gitter en Bernhard Wilk, Fun, health, fitness. Physical culture in the GDR (Berlijn 1974) 1-12.

8 Peter Kühnst, Der Mißbrauchte Sport. Die politische Instrumentalisierung des Sports in der SBZ

(9)

grootschalige gebruik van prestatie verbeterende middelen, sportpolitiek en de

overeenkomsten van beleid tussen landen zoals China en Rusland en het beleid van de DDR. Het boek van Uta Balbier Kalter Krieg auf der Aschenbahn is hier een goed voorbeeld van.9 Ook veel interviews die worden gegeven met oud-atleten gaan voornamelijk over doping. Hoewel het vrijwel onmogelijk is om het dopingverhaal los te zien van de sport in het

voormalige Oostblok, worden er juist veel factoren niet of nauwelijks benoemd. Hoewel veel oud-atleten het systeem veroordelen vanwege het toegediend krijgen van allerlei middelen tegen hun wil zijn er ook veel sporters geweest die er wel van op de hoogte waren en juist actief doping gebruikten. Ik denk dat mijn onderzoek veel toevoegt aan het historische debat aangezien de relatie tussen het regime en sporters niet veel aan de orde is gekomen. Vaak is er sprake van een eenzijdig verhaal die alleen de kant van het regime belicht. De laatste jaren zijn veel oud-atleten bereid om hun verhaal te doen en vertellen ze ook steeds meer over hun training, hun ervaringen tijdens toernooien en hun heldenstatus. Op deze manier kan er juist een completer beeld ontstaan van de sportcultuur in de DDR wat beide kanten van het verhaal belicht.

Hoofdstuk 1. Jeden tag Sport!

Sportcultuur in de Oost-Duitse maatschappij

9 Uta Balbier, Kalter Krieg auf der Aschenbahn: Der deutsch-deutsche Sport. 1950-1972. Ein

(10)

Körperkultur, Sport und Touristik als Element der sozialistischen Kultur dienen der allseitigen körperlichen und geistigen Entwicklung der Bürger.10

Sinds de stichting van de DDR werd al vroeg de betekenis die sport kan hebben in de maatschappij opgenomen in de grondwet van de DDR. Hiermee werd sport een fundament voor de Oost-Duitse samenleving. Sport is waarschijnlijk een van de weinige of misschien wel het enige systeem dat erin slaagt om grote delen van een bevolking dichter bij elkaar te brengen. Het is eenvoudig te begrijpen en het wordt genoten door de verschillende sociale, economische, etnische en religieuze lagen van de samenleving. Iedereen ervaart dezelfde emoties als je wint en verliest. Het kan ook relatief goedkoop gerealiseerd worden en het sloot ten slotte ook goed aan op het beleid van sport en gezondheidszorg van het politieke systeem. Sport wordt in veel moderne staten gebruikt om het imago van hun land te promoten, om prestige te verkrijgen en om invloed over andere staten te krijgen als het bijvoorbeeld geen sterke economie heeft. Tegelijkertijd hopen regeringen om binnen een staat allerlei individuen te binden rond collectieve en nationale evenementen om een gezamenlijke identiteit te

vormen. Het hielp ook dat verschillende Oost-Duitse regeringsleiders en andere hoogwaardigheidsbekleders zelf een grote binding hadden met sport. Zo stelde Walter Ulbricht al in 1959 het volgende vast:

'Jedermann an jedem Ort, jede Woche mehrmals sport.’11

Dit citaat van Ulbricht zou het mantra blijven van de DDR tijdens haar bestaan. Het was de poging van de DDR om haar burgers om te vormen tot gezonde, sterke burgers die het

socialistische gedachtegoed ter harte zouden nemen. Maar hoewel de leiders van de DDR een groot belang hadden bij sport, zag de bevolking dat niet altijd. Om te kunnen sporten moeten er bijvoorbeeld wel voldoende faciliteiten en geld zijn om überhaupt te kunnen sporten. En die waren er vaak niet. Bovendien hadden mensen andere dingen aan hun hoofd zoals het vinden van een goed huis of de mogelijkheid om hun familie te bezoeken in de

10 Artikel 1, Abschnitt I. Grundlagen der sozialistischen Gesellschaft und Staatsordnung. Kapital 2, Ökonomische Grundlagen, Wissenschaft, Bildung und Kultur. Artikel 18-3. Deze regel werd in 1974 in de grondwet opgenomen vanwege het feit dat de DDR nu zelfstandig als sportland verder ging. Tot en met de jaren zestig speelden beide staten nog onder één vlag.

http://www.documentarchiv.de/ddr/verfddr.html (Geraadpleegd 19 maart 2017).

11 Walter Ulbricht, citaat uit toespraak van Walter Ulbricht ter ere van de opening van de Deutsche Turn und Sportfest in Leipzig op 13 augustus 1959. Tot en met 1958 was het nog ‘einmal sport’ (Citaat is afkomstig uit tentoonstelling over sport in de DDR in het ‘Museum in der Runden Ecke’ in Leipzig).

(11)

Bondsrepubliek. De vraag is dus welke rol sport precies heeft gespeeld voor de Oost-Duitse samenleving.

Mach mit bleib Fit!

Wat allereerst belangrijk is om te melden is dat er een groot verschil is tussen sport voor de massa of Breitensport en elitesport oftewel Spitzensport. Vaak wordt gedacht dat massasport en elitesport twee zijde van dezelfde medaille zijn die elkaar versterken waarbij massasport diende als een soort doorgeefluik voor de topsport. De realiteit was anders. Hoewel alles wat met sport te maken had, viel onder het toeziend oog van de Deutsche Turn und Sportbund of DTSB was er wel een verschil tussen elitesport en sport voor het brede publiek. Topsporters waren afgesloten van de rest van de Oost-Duitse samenleving. De sportscholen waren klaar om al het talent op te vangen en om te vormen tot de top van de wereld. Het werden gesloten gemeenschappen binnen een vrij gesloten maatschappij. De sporters zouden de beste training krijgen in de verschillende sportcentra en internaten die er mogelijk was. Deze

sportgemeenschappen wisten niet wat er buiten de muren van hun centra omging. De elitesport was compleet afgeschermd van de rest van de samenleving. Dit ging vaak goed maar het leidde naar mate de jaren vorderde tot een steeds grotere rivaliteit tussen de verschillende organisaties die allemaal met de eer wilde strijken of meer subsidie wilde hebben ten koste van andere afdelingen. Een voorbeeld is de rivaliteit tussen de president van de DTSB en Erich Mielke van de Stasi. Dit gold ook voor bonden onderling. De strijd voor geld, middelen én atleten zou uiteindelijk tot de ondergang van de sportcultuur in de DDR leiden.12

Voor het zover was leek de DDR de zaken strak georganiseerd te hebben. De meeste georganiseerde sportactiviteiten stonden onder controle van de DTSB dat in 1957 was opgericht. Zo vielen allerlei verenigingen van voetbal tot en met roeien allemaal onder het toeziend oog van de staat. Hoewel de DTSB verantwoordelijk was voor alles wat dan ook met sport te maken had, overlapte het ook vaak met allerlei andere organisaties binnen de DDR. De Freie Deutsche Jugend (FDJ) was bijvoorbeeld erg bezig om sport onder kinderen te promoten en bemoeide zich dan ook vaak met het terrein van de DTSB. De inmenging van een regering in sport was en is nog steeds bedoeld om prestige te vergaren voor de staat. In de DDR was het erop gericht om zowel buitenlandse erkenning te genieten en om allerlei

12 Molly Wilkinson Johnson, Training socialist citizens. Sport and the state in East Germany (Leiden en Boston 2008) 24-24.

(12)

faciliteiten te promoten zodat sport voor de massa mogelijk werd gemaakt om op die manier het algemeen welzijn van de bevolking te bevorderen. De toekomstige leider van de DDR Erich Honecker vatte het in 1948 als volgt samen:

‘Sport ist nicht Selbstzweck, sondern Mittel zum Zweck!’13

Hij zegt hiermee dat sport niet een doel op zichzelf is maar een middel om een doel te bereiken. Het uiteindelijke doel was om prestige te verdienen en nog belangrijker, om de steun van de eigen bevolking te winnen. De SED wist dat die internationale erkenning er nooit zou komen als de eigen bevolking zich niet zou willen scharen achter het Oost-Duitse regime. Sportcultuur moest daarom op alle mogelijke manieren onder de aandacht worden gebracht bij de bevolking. Sport viel in de DDR onder de alles overkoepelende term Körperkultur und Sport. De burgers werden naast een goede lichaamsbeweging ook geadviseerd om gevarieerd en gezond te eten waardoor de kans op hartfalen en andere aandoeningen zou afnemen.14

Sport was onherroepelijk verbonden met wat je kan omschrijven als de socialist way of life en was wijdverbreid door de gehele Oost-Duitse samenleving. Van jong tot oud, iedereen deed mee. Zo deden veel mensen op lokaal niveau mee aan voetbaltoernooitjes, vissen en gymnastiek. Men participeerde ook in grote massa evenementen zoals het ‘Tischtennistournier der Tausende’ of volleybaltoernooien waar tienduizenden mensen het tegen elkaar opnamen. Mensen deden behalve deze massaal opgezette evenementen ook aan veel kleinere alledaagse activiteiten mee zoals wandelen, klimmen, badminton, bowlen en minder inspannende sporten zoals schaken. Het opvallende aan het sporten in de DDR was dat voor praktisch elke sport een aparte slogan werd bedacht om de Oost-Duitse burgers voor een bepaalde sport te winnen. Om mensen voor het joggen enthousiast te maken was er

bijvoorbeeld de slogan ‘Eile mit Meile’ en voor georganiseerde wandeltochten was er de slogan ‘Mach mit bleib Fit!’. Alles werd uit de kast gehaald om mensen maar aan het sporten te krijgen. Mocht het echter zo zijn dat mensen niet wilde sporten voor een reden buiten gezondheidsklachten dan kon diegene bijvoorbeeld gekort worden in zijn of haar uitkering. 13 Erich Honecker, citaat uit toespraak van Erich Honecker voor de Freie Deutsche Jugend in 1948 (Citaat is afkomstig uit tentoonstelling over sport in de DDR uit het ‘Museum in der Runden Ecke’ in Leipzig).

14 Jutta Braun, ‘Jedermann an jedem Ort-einmal in der Woche Sport. Triumph und Trugbild des DDR-Sports’, in: Thomas Großbölting (ed.), Friedensstaat, Leseland, Sportnation? DDR-Legenden

(13)

Het moest er immers uit zien voor de buitenwereld dat de gehele bevolking volledig achter de regering stond.15

Weil es mir Spaß macht

Zelfs tijdens het werk werd de mogelijk geboden om te kunnen sporten. De zogenaamde Betriebssportgemeinschaft (BSG) bracht mensen die een voorkeur hadden voor een bepaalde sport dichter bij elkaar. Onder het motto: ‘Kolleginnen und Kollegen, Sportfreunde! Setz alle Kraft zur erfolgreichen Durchführung des Wettbewerbes ein. Unsere Lösung muß sein: Jeder Werktätige ein Sportler!’, kon ziekenhuispersoneel of mensen die in een fabriek werkten het tegen elkaar opnemen tijdens een potje voetbal of handbal om de onderlinge verbroedering en ‘teamspirit’ te vergroten.16

Naast de verschillende organisaties en bedrijven werden burgers aangemoedigd om te sporten door het behalen van allerlei badges, insignes en oorkondes met teksten ‘Bereit zur Arbeit und zur Verteidigung der Heimat’ of Verteidigung des Friedens.’ Het liet zien dat je bereid was om voor je vaderland op te komen en te strijden voor je idealen. Halverwege de jaren tachtig hadden ruim vier miljoen Oost-Duitsers een insigne weten te bemachtigen! Het toont aan dat de socialistische levensstijl die de staat promootte wellicht toch veel dieper in de samenleving was doorgedrongen dan in eerste instantie leek. Er moet echter niet gedacht worden dat iedereen honderd procent achter het systeem stond. Mensen die zeiden er plezier in te hebben of het vaderland wilde verdedigen deden dat meestal om verder zo veel mogelijk door het Oost-Duitse regime ontzien te worden. Al waren er ook mensen die gewoon zin hadden in sporten met de ambitie om juist zo’n insigne te verdienen.17

Daarbij is het opvallend dat de toon en de boodschap veel overeenkomsten vertoont met het belang wat de nazi’s legden bij sport en een goede gezondheid. Het nazisme bleek ongeacht het feit dat het volgens officiële staatsberichten verslagen was en men naar de toekomst moest kijken, weldegelijk nog van invloed te zijn. In het Oosten zijn er nooit denazificatieprocedures begonnen zoals in het Westen wel het geval was geweest (ook al valt de effectiviteit hiervan ook te betwijfelen). Onder die socialistische mantel zaten weldegelijk nog vele oud-nazi’s of op zijn minst burgers die opgegroeid waren met het

15 Ibidem, The people’s state, 81-83.

16 Uta Klaedtke. Betriebssport in der DDR. Phänomene des Alltagssports zwischen physischer

Reproduktion und politischer Anpassung am Beispiel des Stahl- und Walzwerkes Brandenburg 1950-1990 (Hamburg 2007) 62-64.

(14)

nationaalsocialistische gedachtegoed. Men vergeet deze sentimenten niet van de ene op de andere dag. Daarbij komt het dat zij ook een baan vonden in allerlei industrieën en de overheid ook al beweerde het socialistische regime dat ze alle nazi’s hadden geweerd uit de samenleving. Er waren dan niet zoveel oud-nazi’s die een baan vonden in het bedrijfsleven of de ambtenarij zoals in West-Duitsland, ze waren er wel.18

Dat er ook in de sport en de manier hoe er gekeken werd naar gezondheidszorg veel overeenkomsten waren, was niet gek. Beide dictaturen zagen het potentieel van sport om grote groepen mensen achter zich te verzamelen en tegelijkertijd de kracht van de natie aan de buitenwereld te tonen. Hitler schreef onder andere in Mein Kampf dat er geen dag voorbij mocht gaan dat een jonge man niet minstens een uurtje aan fysieke oefeningen deed. Dit vertaalde zich in de DDR onder de aantrekkelijke slogan van Walter Ulbricht: ‘Jeder Mann, an jedem Ort, einmal in der Woche Sport. Bovendien was sport in beide gevallen perfect om een onderscheid te maken tussen ‘wij en zij’, ‘goed en kwaad’ of ‘winnaars en verliezers’. Het verschil is dat de strijd tussen rassen plaats maakte voor de Klassenkampf mentaliteit van de SED. De Gesellschaft für Sport und Technik was een combinatie van sport en militaire activiteiten zoals schieten. Dit toonde veel gelijkenissen met de trainingen van jonge nazi’s. Hoewel natuurlijk de DDR niet met nazi-Duitsland te vergelijken is, waren de

overeenkomsten nooit helemaal ver te zoeken. Het DDR-regime zou dit in alle toonaarden ontkennen.19

Brood en Spelen!

Ondanks de pogingen om mensen meer met het systeem te verbinden en de onderlinge verbroedering te bevorderen was sport gewoon een manier om het dagelijkse leven even te vergeten. De DDR was allesbehalve een vrije, goed functionerende democratie. Men leefde in een dictatuur met een overheidsapparaat dat de eigen bevolking streng in de gaten hield. De bevolking van Oost-Berlijn hoefde maar de grens over te gaan (in ieder geval tot en met de bouw van de Berlijnse Muur in 1961) om te zien dat het leven daar veel beter was. Doordat men radio en televisie van het westen kon ontvangen konden ze ook nadat de grens dicht was de westerse levensstijl meemaken. In Oost-Duitsland was er simpelweg niet veel te doen. Sport was een van de weinige dingen waar men even ongestoord de dagelijkse

18 Mary Fulbrook, ‘East Germans in a post-nazi state. Communities of experience, connection and identification, in: Mary Fulbrook en Andrew I Port (ed.), Becoming East German. Socialist structures

and sensibilities after Hitler (New York 2013) 30-33.

(15)

beslommeringen door kon vergeten. Dat sport door de staat werd gereguleerd voor een hoger doel was niet iets waar de burgers zich op dat moment mee bezig hielden. Vaak was het voor de burgers een manier van Anpassung. Men accepteerde wat de staat van hun vroeg om verder niet gestoord te worden in hun alledaagse leven en om sociale zekerheid te genieten waaronder de mogelijkheid om even te kunnen sporten.20

Grote toernooien waren een machtsvertoon voor het regime die met enorme parades die we tegenwoordig alleen maar kennen van Noord-Korea, hun grootsheid naar de

buitenwereld wilde laten zien. Daarnaast was het ook een manier voor het regime om hun eigen bevolking te paaien. Vergelijkbaar met de Spelen van de Romeinse tijd werden de Oost-Duitsers getuigen van allerlei wedstrijden tussen verschillende atleten die het allemaal streden voor eer en roem. Tijdens de Romeinse tijd was de keizer verantwoordelijk voor zijn

bevolking en gaf brood tijdens de Spelen om zijn bevolking tevreden te stellen. Hetzelfde geldt ook een beetje voor de SED. Aangezien er geen sprake is van een vrije markt en zowat alles geregeld werd vanuit het regime, werd het ook verantwoordelijk gehouden als er iets misging. De bevolking kon genieten van allerlei sporten tijdens allerlei toernooien zoals de Spartakiaden en de SED kon weer even op adem komen. De toernooien leidden in die zin niet tot een betere binding met de gehele staat. Men was vooral trots als een atleet uit de eigen omgeving kwam en ook nog in staat was om een wedstrijd te winnen. Men was dus nog erg gericht op zichzelf en de eigen omgeving. Je kan het vergelijken met de regionale strijd die er is tussen verschillende voetbalclubs. Internationale toernooien waren een leuk uitje voor degene die de mogelijkheid hadden om erbij te zijn. Echter kostten deze toernooien veel geld dus het was vaak bedoeld voor een select groepje uitverkorenen. Bovendien was het maar de vraag of je toestemming kreeg om een toernooi in het buitenland bij te wonen. Veel mensen die op visite gingen naar familie in West-Duitsland kwamen soms ook helemaal niet terug. Dezelfde kans bestond ook dat dat zou gebeuren met mensen die naar een toernooi in het buitenland gingen om vervolgens nooit meer van zich te laten horen.21

Het wil niet zeggen dat men alleen maar toernooien had in het buitenland. Regelmatig werden er ook internationale wedstrijden gehouden in de DDR. Het organiseren van grote toernooien kostte veel geld, iets wat de DDR eigenlijk niet kon missen. Toernooien vonden dan ook niet zo vaak plaats als in het Westen het geval was. Desalniettemin was het een groot feest wanneer atleten voor een thuispubliek speelden. Geld mocht dan geen rol spelen. Bovendien was het een stuk eenvoudiger om bij een dergelijke wedstrijd aanwezig te kunnen zijn. 20 Johnson, Training socialist citizens, 33-37.

(16)

Aangezien de autoriteiten niet bang hoefden te zijn dat men zou vluchten en extra

grootschalige controles hoefden te houden, werden deze evenementen dan ook drukbezocht. Als men er niet bij kon zijn dan volgden ze het wel op televisie. Het was een welkome afwisseling aangezien het eigen Oost-Duitse televisieaanbod niet veel soeps was.22 Sporten in een klimaat van schaarste

Hoewel het er voor de buitenwereld op leek dat sport een middel was dat de hele Oost-Duitse samenleving moest verbinden met elkaar, zat de situatie toch veel gecompliceerder in elkaar. De DDR had als het ware twee doelen: maatschappelijke integratie door middel van

Breitensport aan de ene kant en topprestaties in internationale wedstrijden door Spitzensport aan de andere kant. Het idee was dat de internationale successen men zou aansporen om te gaan sporten. Als ouders bijvoorbeeld zouden sporten dan was de kans dat hun kinderen dat ook zouden doen groter. Kinderen konden dan naar een sportvereniging in de buurt gaan om bijvoorbeeld te gaan voetballen of te turnen wellicht werd hij of zij wel het toekomstige talent. Juist dat laatste vormde de achilleshiel van de sport in de DDR.23

Bij nader inzien blijkt dat het Oost-Europese model een door de elite geleid systeem was waarbij juist gefocust werd op een select aantal sportdisciplines waarbij de kans het grootst was dat er medailles en trofeeën werden behaald. Dit ging ten koste van de aandacht, financiële middelen en voorzieningen die naar de rest van de maatschappij gingen. Het interessante aan sport in de DDR is dat het opwaartse pad dat werd ingeslagen dat zorgde voor veel titels en medailles hand in hand ging met een afname van de beschikbare materialen en faciliteiten waar de gewone DDR-burger gebruik van kon maken. Dit was bijvoorbeeld duidelijk bij de voetbalvereniging Traktor Hochstedt die hun onderkomen moest delen met onder andere een tafeltennis- en schaakclub en de lokale brandweer. Buiten het delen, waren de sanitaire voorzieningen ook niet om over naar huis te schrijven. Waar men wél naar schreef was de regionale afdeling van de SED. In de DDR was het hoogst gebruikelijk om regelmatig zogenaamde Eingaben te schrijven richting de overheid. Het was een manier voor de SED om de stemming in de samenleving te monitoren en te zorgen dat de problemen zo snel en goed als mogelijk verholpen werden. Het was echter geen vrijbrief om uitgebreid te gaan klagen en de overheid zwart te maken. Klachten werden dan afgewezen of resulteerde in een bezoek van de autoriteiten. Hoewel de meeste Eingaben werden geschreven over huizing 22 Dennis en Grix, Sport under communism, 25-27.

(17)

en uitreizen, schreef men ook veel over allerlei tekortkomingen. Voor sportmaterialen maakte men ook geen uitzondering.24

De jaren 70 waren de gouden tijden voor de DDR. Het sociale programma van Erich Honecker begon eindelijk vruchten af te werpen. Allerlei huizenblokken werden gerestaureerd of nieuwgebouwd en de greep van het regime op de kunsten werd wat versoepeld. Het droeg eraan bij dat het leven in de DDR erop vooruit zou gaan. Ook voor de sport zou er veel meer geld beschikbaar worden gemaakt zodat ook de massa kon sporten. De vraag was alleen zo groot dat lang niet overal een voetbalveldje of een gymzaal gerealiseerd kon worden. Sporten buiten elitesport was iets wat sterk door de SED werd geopperd maar vaak waren de

voorzieningen zwaar beneden de maat. Hoewel in de gouden jaren zeventig van de DDR deze problemen er ook al waren, werden de problemen pas echt groot tijdens de jaren tachtig. De DDR had alleen bestaansrecht gekregen door de internationale successen tijdens grote sportevenementen als de Olympische Spelen. Tijdens de jaren tachtig nam de politieke legitimiteit af voor zover die er al was. De economie van het land stortte eveneens volledig in elkaar in deze periode. Doordat de SED voor steeds moeilijkere keuzes kwam te staan over waar precies het geld dat er was aan uitgegeven kon worden.25

Sport werd en wordt gebruikt door staten op een aantal verschillende manieren. De gebruikmaking van sport voor internationale erkenning en legitimiteit voor de DDR was nog nooit eerder vertoond. Succes in elitesport werd gebruikt om de kleine staat van ongeveer zestien miljoen mensen te promoten en om de broodnodige erkenning als een onafhankelijke staat te verwezenlijken. De staat stond namelijk contant in de schaduw van zijn welvarendere en grotere buurman: de Bondsrepubliek. Het bijkomende gevaar wat zelfs al in de welvarende jaren 70 aan de gang was, was dat eventueel talent steeds minder vaak door wist te breken. Talent dat kans had om door te breken was meestal afkomstig uit de maatschappij en stroomde vervolgens door naar een trainingscentrum en stroomde vervolgens door naar verschillende niveaus.26

Doordat de sportvoorzieningen steeds slechter werden, werd de instroom steeds schaarser. Als de staat goede hockeyers, tennissers of turners voort wilde brengen dan was het wel van belang dat er goede faciliteiten waren. Anders kon niemand met sport in aanraking komen. Het is de omgekeerde versie van het ideaal van de Oost-Duitse staat. Als er geen

24 Jonathan Grix, ‘The decline of mass sport provision in the German Democratic Republic’, in: The

international journal of the history of sport 24/4 (Maart 2008) 406-411.

25 Grix, The decline of mass sport provision, 412-417. 26 Ibidem, 417.

(18)

goede faciliteiten zijn voor de massasport, kunnen er geen eventuele talenten doorstromen naar de topsport en kunnen de topsporters geen nieuwe talenten inspireren.27

Van burger tot atleet

Dat iemand sportte betekende niet gelijk dat hij of zij een toptalent was. De verschillende atleten in spe konden doordat ze een sport beoefende, gescout worden om deel te nemen aan een verder traject. Een heel schema van eisen werd er per sport opgesteld door allerlei wetenschappers, trainers en experts. Op basis van die schema’s maakten scouts op wie

eventueel het potentieel zou hebben om een sporter van wereldformaat te kunnen worden. Dit konden mensen van allerlei leeftijdscategorieën zijn. Kinderen konden al vanaf hun zesde beginnen met een speciaal programma. De leeftijdscategorie verschilde wel per sport.

Jaarlijks konden wel meer dan 30000 mensen worden gescout. Dat je gescout werd betekende echter niet dat je zeker was van een plaats in een sportploeg. Het was slechts het startpunt van een grote afvalrace waarvan uiteindelijk maar tussen de 3000 en 3500 talenten de top

bereikten.28

Topsport was het belangrijkste omdat je daarmee je als een land kon bewijzen op het internationale toneel. Doorsnee massasport was te verwaarlozen voor het systeem. Dit gold ook voor sporten waarin de DDR niet uitblonk zoals ijshockey en tennis. De spanning tussen massa- en elitesport werd bovendien versterkt door opstopping en onderlinge rivaliteiten tussen allerlei hooggeplaatste functionarissen en politici binnen de DDR. Zolang zij zouden presteren hadden ze geen idee wat voor offers de maatschappij bracht zodat zij een

comfortabel leven leidde. In dit onzekere klimaat werden atleten van begin tot eind opgeleid om de beste van hun land te worden. Tenminste, degene die de training doorkwamen. Het was deze plek waar talenten zoals Kornelia Emder en Roland Matthes hun sportieve carrière zouden beginnen.29

27 Gitter en Wilk, Fun, health, fitness, 55-60.

28 Giselher Spitzer, ‘Vorbild oder Zerrbild? Der DDR-Hochleistungssport in Licht neuer Forschungen, 2005, website Horch und Guck info.

http://www.horch-und-guck.info/hug/archiv/2004-2007/heft-51/05106/ (Geraadpleegd 15 januari 2007).

(19)

Hoofdstuk 2. Wer läuft die meisten Meilen?

Trainen om een Oost-Duitse atleet te worden

Wenn unsere Sportler im Ausland starten, fühlen sie sich als ein Teil unseres Volkes. Wer in den Sportmannschaften unserer Republik an internationalen Sportveranstaltungen teilnimmt, der ist in der Stunde des Erfolges sehr glücklich, zum Ruhme, des Sports und zur Ehre unseres sozialistischen Vaterlandes im Wettkampf bestanden zu haben.30

(20)

Goed presteren op het internationale toneel en roem vergaren voor de DDR was het hoogste doel wat je als atleet had, tenminste in de ogen van de staat. De DDR vertegenwoordigen kon niet van de ene op de andere dag. Voordat het zover was moest iemand jaren van intensive training volgen. Vanaf het moment dat je met je training begon, begon een heel nieuw leven als atleet. Weg van je ouders, je vrienden en je omgeving. Je stond op, had reguliere lessen in wiskunde en grammatica om vervolgens weer te gaan sporten. En dit ritueel werd elke dag weer herhaald. Vanaf het moment dat scouts een atleet in de gaten hadden veranderde zijn of haar leven volledig. Tenminste, het hing er ook vanaf hoe lang een persoon het

trainingstraject vol hield en de potentie had in de ogen van de staat om het land te vertegenwoordigen. Immers was het traject wat atleten moesten afleggen niet mals.31

Atleten zelf lieten vrij weinig los over de offers die zij moesten brengen om de besten te worden. Toen in 1974 de Europese atletiek finales werden gehouden in Rome vroeg een Zweedse journalist aan de speerwerpster Ruth Fuchs welke offers zij moest brengen. Ruth zelf zei dat ze helemaal geen offers gebracht heeft en dat sport altijd al een deel van haar leven geweest was. Zo was ze als een kind al bezig met handbal, zwemmen en hordelopen en op haar zestiende werd haar talent voor speerwerpen ontdekt. Zelf zei ze dat ze veel plezier had in haar sport maar dat het haar niet ging om internationale roem maar om de trots van haar eigen bevolking. De antwoorden die ze gaf gaven niet het idee dat ze onafhankelijk handelde want haar antwoorden leken wel ingestudeerd (wat zeer gebruikelijk was bij sporters in de DDR en de rest van het Oostblok). Wat wel vast stond is dat al op jonge leeftijd ze aan allerlei sporten deed.32 Hetzelfde gold ook voor de verschillende andere (zeer) jonge talenten. Fuchs was een van de duizenden die het trainingsprogramma doorliep. Hoewel zij het

uiteindelijk met succes heeft volbracht gold dat niet voor iedereen. De vraag is hoe topsporttalent zich precies ontwikkelde in de DDR.

Fase 1: Vanaf het begin

Im fairen sportlichen Wetkampf werden wir unsere Kräfte messen und um den Sieg kämpfen, zum Ruhme des Sports und zur Ehre unseres sozialistischen Vaterlandes.33

31 Gitter en Wilk, Fun, health, fitness, 60-61. 32 Ibidem, 36-40.

33 Auteur onbekend, ‘Der Aufruf zum fairen Wettkampf steht am Ende des Eides. Wichtiger ist die Stärkung des Sozialismus, Neues Deutschland (24-02-1987).

(21)

Het DDR-sport Pyramide model bestond uit meerdere niveaus. Het eerste niveau bestond uit de trainingscentra (Trainingszentrum). Vervolgens kwamen de zogenaamde kinderen en jeugd sportscholen (Kinder und Jugendsportschulen) en tenslotte kwamen de sportclubs. Het

startpunt om de trainingscentra te vullen lag in handen van de ESA (Einheitliche Sichtung und Auswahl). Dit was het zogenaamde inspectie en selectiesysteem. Het systeem werd vanaf 1973 in het leven geroepen en moest oordelen wie geschikt was voor welke sport op een bepaalde leeftijd. Een voormalig hardloper Waldemar Cierpinski gaf in een interview voor een sporttijdschrift aan hoe dat precies in zijn werk ging.

Im Kindergarten hat man schon Vorsport im spilerischer Form gemacht, denn bereits dort fing die Sichtung für Sportarten wie Schwimmen, Turnen und Leichathelitik an. Dieses ESA-System ging durch alle Verein durch und da ging es um 600.000 Personen. Aus dieser großen Pyramide hat man dann immer weiter für den Leistungssport sondiert.34

Het rekruteringssysteem was een van de meest georganiseerde en gestructureerde systemen die de wereld ooit had gezien. Het opvallende hoge aantal kinderen, tieners en volwassen atleten in het systeem was en is nog steeds een wereldprestatie die niet snel zou kunnen worden geëvenaard. Jaarlijks was de instroom van het aantal kinderen dat door middel van het ESA-scouting systeem door brak ongeveer 26000 van de in totaal 190000 kinderen die aan een nieuw schooljaar begonnen. Vervolgens werden deze kinderen herverdeeld over de meer dan 1700 trainingscentra die over de DDR waren verspreid. Na allerlei trainingen en testen viel weer een groot gedeelte af. Uiteindelijk zouden van een dergelijke groep van rond de 26000 kinderen er ongeveer 3400 kinderen overblijven die de top van de Pyramide zouden vormen. Deze kinderen zouden de DDR vertegenwoordigen namens hun land. Normaal gesproken duurde een training in een TZ ongeveer 3 tot 4 jaar wat betekende dat zo’n 67000 leerlingen tegelijkertijd in een van de trainingskampen zaten. De eerste fase of Fördersufe zorgde ervoor dat er ongeveer 26000 na drie jaar over bleven en naar fase 2 konden gaan. Zij gingen dan naar de zogenaamde Kinder en Jugendsportschulen.35

Uiteraard waren er ook kinderen die niet verder wilde of helemaal met sport wilde stoppen. Alleen waren de autoriteiten daar niet tevreden over. Zij hadden immers veel van 34 Auteur onbekend, ‘Das große Interview. Das Leben als Sportler in der DDR. Waldemar Cierpinski über die Bedeutung und den Stellenwert des Laufens in der DDR, website Runner’s World.

http://www.runnersworld.de/training/das-leben-als-sportler-in-der-ddr.139562.htm (Geraadpleegd 5 april 2017).

(22)

hun geld en energie gestoken in de kinderen. Dat er velen zouden afvallen richting de top was ingecalculeerd. Alleen de besten zouden doorgaan. Echter was het een (financiële) strop voor het regime als daar bovenop nog heel veel toekomstige atleten niet meer verder wilden. Laat staan als ze in fase 2 of 3 besloten op te geven. Dit was een enorm gezichtsverlies voor het regime. Als er minder talenten werden voortgebracht dan zouden er in de toekomst minder medailles behaald worden. De SED dreigde vervolgens bij de ouders om hun uitkeringen te korten of regelde dat ze bij hun werk werden overgeplaatst. Ouders drongen dan ook bij hun kinderen aan om door te gaan zodat ze geen last kregen met de autoriteiten.36

Fase 1 vormde meer een soort checks and balances. Er werd gekeken of iemand voldeed aan de gestelde normen die de sportcultuur verlangde. Zo moest je op een bepaalde leeftijd een dergelijke lengte hebben, tot een bepaalde afstand ver kunnen gooien en een afstand afleggen in een bepaalde tijd. Lukte dat, dan ging je verder met de training. Lukte het niet dan was er nog de mogelijkheid dat je voor een bepaalde andere sport ‘gebruikt’ kon worden. Lukte dat ook niet, dan was het klaar. Degene die wel aan de gewenste normen voldeed kon na drie jaar doorstomen naar een Kind of Jugend sportschule. Naast het fysieke aspect moest een student ook over een socialistische persoonlijkheid beschikken waarmee gewerkt kon worden. Iemand die bijvoorbeeld een held uit het Westen op zijn

broodtrommeltje had staan werd op zijn ongelijk gewezen of kon helemaal stoppen met zijn of haar training. Ze werden constant blootgesteld aan de ideologie van de staat of

geïndoctrineerd met de Marxistisch-Leninistische leer om ervoor te zorgen dat er

socialistische persoonlijkheden zouden ontstaan met een sterk DDR-bewustzijn die ook de haat deelde voor hun klassenvijand.37 Dit stond zelfs vermeld in de grondwet van de DDR met betrekking tot de jeugd en körperkultur:

Körperkultur und Sport gehören zum Leben der Jugend in der sozialistischen Gesellschaft. Die regelmäße sportliche Betätigung ist Anliegen und Aufgäbe jedes jungen Menschen für seine Persönlichkeitsentwicklung. Der sozialistische Staat gewährleistet Körperkultur und Sport in allen Bereichen des Lebens der Jugend und fördert die Tätigkeit des Deutschen Turn-und SportbTurn-undes als Initiator Turn-und Organisator des Sports.38

36 Günter Buchstab, ‘Sport und politik im geteilten Deutschland’, in: Historisch-politische

Mitteilungen 8 (jaargang juli 2001) 5-8.

37 Frieder Schilling, ‘Treue ist gut, totale Kontrolle ist besser. Leistungssport in der DDR’, 28-4-2007, website Der Spiegel Online. http://www.spiegel.de/sport/sonst/50-jahre-dtsb-treue-ist-gut-totale-kontrolle-ist-besser-a-479446.html (Geraadpleegd 5 april 2017).

38 Jugendgesetz der DDR. Abschnitt 6.34. Die Entwicklung von Körperkultur und Sport unter der Jugend. Deze speciale kindergrondwet was van kracht sinds 1974. Op een paar kleine uitzonderingen

(23)

Het kwam zelfs voor dat kinderen steeds minder vaak bij hun ouders op bezoek mochten of omgekeerd. Het regime was bang dat de kinderen werden opgehouden in hun socialistische ontwikkeling. De bezoektijden konden worden ingekort en er werd zelfs een lijst

samengesteld waarbij alleen kinderen waarbij de naam begon met een bepaalde letter bezoek konden krijgen. Wanneer het mentale ook in orde was kon een student doorstromen naar fase 2.39

Fase 2: Nu begint pas de echte strijd

De tweede fase was geen afvalrace zoals tijdens de eerste fase. Als het goed was hadden de studenten die waren overgebleven een sterke socialistische persoonlijkheid en beschikte over verschillende fysieke vaardigheden. De allereerste kinder- en jeugdsportscholen werden al opgericht in 1952. Hierbij kopieerden de DDR al van zijn grootste steun en toeverlaat: De Sovjet-Unie. Er waren in totaal 25 verschillende soorten Sportschule. Die verspreid waren over de verschillende politieke districten (Bezirke). Op een dergelijke sportschool werden de studenten langzamerhand gekoppeld aan de sport waar ze de meeste potentie in hadden. De klassen waren ook heel klein waardoor er veel aandacht per individuele student was. In Berlijn was er de zogenaamde Ernst Grube Kinder Jugend Schule waarbij er 120 docenten waren voor 750 leerlingen.40

Je zou kunnen stellen dat het systeem even doelgericht als (geld)verspillend was. Dit was niet te vergelijken met een doorsnee school waar een docent op veel meer leerlingen moest letten. Sport werd een wetenschap in de ogen van de SED. Kinderen werden simpelweg niet alleen gekeurd om hun lengte en hun gewicht, maar ze werden ook aan allerlei andere testen onderworpen zoals een motoriektest. Vaak werd dit gedaan zonder de toestemming van de ouders. De belangrijkste resultaten van deze analyses werden allemaal opgeslagen door middel van computers. Uit de analyses zou moeten blijken welke sportcarrière voor de kinderen in het verschiet lag. Sommigen gingen bijvoorbeeld turnen en anderen zouden gaan wielrennen.41

na, is deze tot het einde van de DDR vrijwel hetzelfde gebleven

http://www.verfassungen.de/de/ddr/jugendgesetz74.htm

39 Dennis en Grix, 60. 40 Ibidem, 60-62. 41 Ibidem, 62.

(24)

Een gemiddelde week voor een jonge sporter bestond uit 50 tot 60 uur per week sporten en schoolwerk. ‘Slechts’ de helft van de tijd werd aan sport besteed. De overige tijd was vooral bedoeld voor regulier schoolwerk. In de jaren zeventig wilde de DTSB dat de tijd anders ingedeeld zou worden. Voortaan zou het merendeel aan sport worden besteed. Ook zouden ze op een veel jongere leeftijd moeten beginnen waardoor de doorstroom naar een Sportschule veel eerder kon plaatsvinden. De kans dat talent zou doorbreken werd op deze manier veel groter. Dit zou ten koste gaan van de schoolprestaties en nog belangrijker, de gezondheid van veel jonge mensen. Het plan kan gezien worden als een reactie op het kleinere aantal aanstormende talenten.42

Van de 26000 jonge atleten die begonnen aan de tweede fase zouden er maar 12000 overblijven. Deze 12000 Nachwuchsatleten waren voor het overgrote deel afkomstig van de Sportscholen wat eigenlijk afgesloten samenlevingen waren geworden. Degene die goed genoeg waren om in het elitesportprogramma van de DDR opgenomen te worden kwamen daarbij in een systeem binnen een systeem. De hele sportcultuur was een afgesloten wereld van de gewone massasport waarbij men zich voor de volle honderd procent moest richten op de eigen ontwikkeling. Twee derde van de tijd dat kinderen op zo’n school zaten, werd er niets anders gedaan dan sport en doorsnee schoolwerk. De kinderen ervaarden vrij wel geen andere mogelijkheden om wat leuks te doen met vrienden.43

Fase 3: top van de Pyramide

Degene die aangekomen was bij derde fase, had het ver geschopt. Echter moest er niet te hard gejuicht worden. De laatste fase was ook de meest uitdagende fase van het hele traject wat tot nu toe was afgelegd. Het was het topje van de ijsberg qua sportelite in de DDR. De top van de Pyramide bestond uiteindelijk maar uit een schamele 3000 atleten. De sportclubs waren verdeeld over verschillende Bezirke en waren elk gespecialiseerd in een bepaalde sport. Het kon dus voorkomen dat wanneer je bijvoorbeeld erg goed was in turnen dat je naar de andere kant van het land moest gaan en al je vrienden achter moest laten. Dit overkwam bijvoorbeeld de zwemmer Roland Matthes die steeds meer dan 200 kilometer moest afleggen tussen zijn huis in Marktheidenfeld en Erfurt waar hij trainde. Hij zag daardoor zijn familie een stuk minder vaak dan hij liefhad.44

42 Ibidem,62. 43 Ibidem, 62-63.

44 Esther Golberg, Was macht eigentlich Schwimmstar Roland Matthes?, 03-08-2012, website Thüringer Allgemeine.

(25)

http://erfurt.thueringer-allgemeine.de/web/lokal/leben/detail/-/specific/Was-Het was een zeer gespecialiseerd programma waarbij de talenten samen trainden met de meer ervaren atleten zodat de volgende generatie allerlei tips kon krijgen waardoor de kans op succes gegarandeerd werd. In de jaren vijftig bestonden de Sportclubs nog voornamelijk uit volwassen atleten. Alleen door het tekort aan kinderen vanaf de jaren 70 was er de noodzaak om al vroeg jonge atleten door te laten stromen. Er kwam daarom een aparte jongerenafdeling op de sportclubs. De sportclubs waren aanvankelijk ook niet zo

gestructureerd als ze uiteindelijk zouden worden. In de jaren 50 en zestig was er nog geen groot opgezet doorlopend trainingsprogramma als halverwege de jaren 70. Vaak deden de trainers maar wat aangezien ze zich nog niet aan bepaalde eisen en regelementen moesten houden die de Oost-Duitse sportbond stelde. Het succes van de sportclubs was bovendien te danken aan het extra geld dat in de faciliteiten werd gestopt. De sportieve successen waren het geld wel meer dan waard. Wanneer een atleet het zover had geschopt, was die door zoveel ‘checks and balances’ gegaan dat men er wel van uit ging dat er loyale sporters met een socialistische persoonlijkheid waren gevormd. Dit betekende echter niet dat een sporter, en zeker wanneer die nog heel jong was, zich altijd goed voelde. Als een student heimwee had, problemen had met zijn of haar schoolwerk of last van zijn of haar zelfvertrouwen dan kon zelfs de hoeveelheid training die iemand had gehad niet voorkomen dat het weleens mis kon gaan. Er werden dan ook regelmatig gesprekken gehouden tussen trainers, leraren en de jonge atleten om emotionele problemen te voorkomen. Op deze manier werd niets aan het toeval overgelaten.45

DDR-Jugendspielen

Andere mechanismen van de jeugdontwikkeling die ervoor zorgde dat er een hoop talent werd gescout was te danken aan de zogenaamde Spartakiaden. Deze spelen waren een soort mini Olympische Spelen waarbij kinderen verdeeld in verschillende leeftijdscategorieën vanuit allerlei hoeken van het land het tegen elkaar opnamen. De gigantisch organisatorische planning en vertoning gaven daarbij de indruk dat het een goed gestructureerd en samenhangend programma was met grote optochten en regime verheerlijking. Het was tegelijkertijd ook een manier om te kijken welk talent goed genoeg was om verder door te stromen in het sportprogramma. Als een dergelijk talent op de Spartakiade een bepaald

macht-eigentlich-Schwimmstar-Roland-Matthes-759951907 (Geraadpleegd 6 april 2017). 45 Karin Hartweig en Alf Lüdtke, Die DDR im Bild. Zum Gebrauch der Fotografie om anderen

(26)

onderdeel won dan was de kans groot dat hij of zij in de toekomst zou meedoen aan Europese-en wereldkampioEuropese-enschappEuropese-en Europese-en het allerbelangrijkste: de Olympische spelEuropese-en.46

De Spartakiade speelde een belangrijke rol in het Oost-Duitse sportsysteem door het laten samen komen van zoveel mogelijk jonge atleten die het beste uit zichzelf en uit elkaar haalden. Zoals zoveel dingen die waren overgenomen van de Sovjet-Unie, waren de grote sportspektakels in de DDR een tot in de puntjes uitgevoerd festijn om de grootsheid en gelijkheid van het land te benadrukken. De naam was afgeleid van Spartacus, de slavenleider uit de Romeinse tijd. Het aantal kinderen dat mee deed varieerden dan wel. Het was alsnog erg indrukwekkend. Voor een evenement dat maar een week duurde, deden er wel meer dan twee miljoen kinderen mee aan een van deze ‘Jugendspielen’. Het was een afvalstrijd waarbij op de laatste dag nog maar 12000 kinderen meededen. Het vormde een goed voorbeeld van de echte Olympische Spelen die in het vooruitschiet lagen. De spelen werden niet alleen gebruikt om het niveau van de atleten in spe te testen. Het werd ook gebruikt om andere jongeren ervan te overtuigen om ook het beste uit zichzelf te halen en te gaan sporten. Want wie weet staan zij in de toekomst ook op het grote podium van hun leeftijdsgenoten.47

Het leek zelfs zo veel op de Olympische Spelen dat er een speciale eed was die de kinderen moesten afleggen voordat de spelen officieel begonnen. Hieronder staat een fragment van spelen uit 1987:

Wir, die Teilnehmer der XI. Kinder- und Jugendspartakiade der Deutschen Demokratischen Republik in den Wintersportarten, geloben:

- als junge Staatsbürger unsere ganze Kraft zur Stärkung der Deutschen

Demokratischen Republik, des Sozialismus und für die Erhaltung des Friedens einzusetzen,

- in der Schule, im Beruf, in der Landesverteidigung und im Sport nach hohen

Leistungen zu streben und einen würdigen Beitrag zur Verwirklichung der Beschlüsse des XI. Parteitages der Sozialistischen Einheitspartei Deutschlands zu leisten.

Im fairen sportlichen Wettkampf werden wir unsere Kräfte messen und um den Sieg kämpfen, zum Ruhme des Sports und zur Ehre unseres sozialistischen Vaterlandes.48

46 Günter Holzweissig, Diplomatie im Trainingsanzug. Sport als politisches Instrument der DDR in

den innerdeutschen und internationalen Beziehungen (München 1981) 112-116.

47 Holzweissig, Diplomatie im Trainingsanzug, 116-121.

48 Der Aufruf zum fairen Wettkampf steht am ende des Eides. Wichtiger ist die Stärkung des Sozialismus, Neues Deutschland (24-2-1987).

(27)

Ich bin sauber! Dopinggebruik

In de eed die de kinderen moesten afleggen staat onder andere dat het waarde hecht aan ‘fairen sportlichen Wettkampf’. Maar waar blijft die eerlijkheid als het inzetten van allerlei prestatie verbeterende middelen aan de orde van de dag was? Hoewel het ijverige en zeer toegespitste programma de basis gelegd heeft voor de grote sportieve successen van de DDR ging het niet allemaal op de natuurlijke weg. Soms moest de natuur een ‘extra steuntje in de rug krijgen om het optimale rendement eruit te halen. Doping, anabole steroïden,

spierversterkers, etc. Wat je ook kan bedenken, het werd gebruikt. Toegegeven, de DDR was lang niet de enige die allerlei verboden middelen gebruikte. Hoewel ook het hele Oostblok een beruchte status had vanwege het gebruik van alles en nog wat, waren de westelijke landen ook niet zuiver. Echter was de schaal waarop het in de DDR plaatsvond ongekend groot.49

Ook al was voor de jaren zeventig dopinggebruik niet vreemd, nam het gebruik

explosief toe vanaf de jaren zeventig. Aangezien het aantal kinderen dat doorstroomde naar de top ernstig afnam, nam het regime maatregelen om ‘te verzekeren’ dat het talent dat er was op het podium zou komen. De hoofdverantwoordelijke voor dit extra duwtje in de rug was Manfred Höppner. Hij was ervan overtuigd dat het internationale succes alleen mogelijk was door het gebruik van doping en de ontwikkeling van andere middelen in de toekomst. De gedachte van Höppner kon het regime bekoren. Vanaf de jaren 70 was er een grote Duits-Duitse rivaliteit over de vraag wie de beste staat was. Als doping het verschil kon maken dan was het meer dan welkom. Bovendien was er ook een grote rivaliteit tussen de andere communistische landen. Voor het westen leek het of alle Oostbloklanden goede vrienden waren, maar binnen de communistische wereld was er een grote strijd gaande voor prestige en invloed in de regio. Zelfs de dopingwetenschappers uit de Sovjet-Unie kregen maar

mondjesmaat toegang tot de DDR-geheimen. Degene die de beste dopinggeheimen had, had immers de winst in handen. De DDR wilde die daarom niet uit handen geven. ‘Auch vor Freunden haben wir Geheimnisse’, werd de doctrine die tot het einde van de DDR behouden bleef.50

De enorme successen zorgde in de loop van de tijd wel voor flink wat argwaan. Al waren er vermoedens dat er doping werd gebruikt, waren de uitgebreide testen er nog niet 49 René Wiese, ‘Staatsgeheimnis Sport. Die Abschottung des Leistungssportsystems der DDR’, in:

Historisiche Sozialforschung, 32 (2007) 156-158.

(28)

zoals we die vandaag de dag kennen. Aangezien de DDR in de jaren zeventig een erg schoon blazoen had, speelde het regime met het idee om een paar mindere atleten te laten opdraaien voor dopinggebruik zodat andere landen er niet meer achter gingen zoeken.51

Een voorbeeld van een sporter die het onmogelijke presteerde is de 400 meter loopster Marita Koch. Tijdens de Olympische Spelen van Moskou in 1980 rende ze een wereldrecord in 47,60 seconden. Deze tijd is immers nog steeds niet verbeterd. Zelfs goede renners uit Afrika komen tegenwoordig niet eens in de buurt van haar tijd. Doping zou het enige logische antwoord zijn. Zelf heeft ze altijd ontkent. Zo zei ze het volgende over wedstrijden in

Helsinki: ‘In Helsinki musste ich dreimal zur Dopingprobe und war immer clean.’52 Of ze doping heeft gebruikt of niet wel staat vast dat het dopingverhaal haar zal blijven

achtervolgen. Dit gold overigens voor veel meer atleten. Hoewel sommigen al dan niet wisten dat ze doping toegediend kregen, de effecten op het lichaam waren goed zichtbaar. Sommige zwemsters of kogelstootsters hadden een opvallend breed postuur en zware stem. Bovendien zouden ze op latere leeftijd niet in staat zijn om kinderen te krijgen. De effecten van de doping werden dan ook angstvallig door het regime verborgen. Ouders kwamen het ook niet te weten anders zouden ze hun kind van de sportopleiding halen. 53

Niet alles kon geheim gehouden worden. Als kinderen tijdens vakanties naar huis toe gingen zouden er vast en zeker een aantal dingen bij de ouders zijn opgevallen. Als iemands dochter opeens klonk als een jongen dan moesten de ouders wel beseffen dat er iets goed fout zat. Er zijn gevallen bekend waarbij jonge meisjes, toen ze naar huis gingen opeens behaarder leken dan menig volwassen man. Lichamelijke veranderingen als gevolg van anabolen en andere middelen viel bij jongens minder op dan bij meisjes. Het aantal meisjes met dergelijke lichamelijke veranderingen dat van een sportschool werd gehaald was dan ook stukken groter dan het aantal jongens. In ieder geval werden enkele honderden kinderen en tieners door hun ouders weggehaald. Al was het aantal jongeren dat van sportgemeenschappen werd gehaald relatief klein in vergelijking met de duizenden jongeren die wel op een sportschool bleven of op een andere manier met een sportinstituut verbonden waren.54

De motor draait overuren 51 Ibidem, 164.

52 Andreas Schlebach, ‘Zu schnell, um wahr zu sein?’, 18-02-2017, website NDR.de.

http://www.ndr.de/sport/legenden/Marita-Koch-Zu-schnell-um-wahr-zu-sein,koch204.html

(Geraadpleegd 6 april 2017).

53 Heather L. Dichter en Andrew L. John, Diplomatic games. Sport, statecraft and international

relations since 1945 (Kentucky 2014) 221-227.

(29)

Een onbedoelde bijwerking van het uitroeien van talenten was dat door stress of blessures die ze hadden, men deze kinderen oversloeg of uitsloot. Het was daarmee mogelijk dat een talent langs het net viste. Dit kwam niet goed uit voor trainers die werden betaald per talent. De trainers kregen een zogenaamde Kopfprämie voor elk kind dat het tot een jeugdsportkamp had behaald of een medaille had gehaald op de Spartakiade. Dit was een extra stimulans voor trainers om het perfecte talent te zoeken dat in de toekomst de DDR zou vertegenwoordigen. Dit beeld geeft de indruk dat het zoeken van talent meer werd gedaan uit eigen belang dan uit liefde voor het land. Wanneer iemand van zijn land houdt dan hoeft diegene toch geen geld te ontvangen. Aan de andere kant wist de SED dat de binding met het systeem niet zo goed was en daarom bereid was om de scouts te betalen zodat het in ieder geval richting de

buitenwereld er op leek dat men talent zocht uit vaderlandsliefde. De staat steunde hiermee de lakse houding die de burgers hadden in de DDR. Andere manieren om de loyaliteit en de prestatiegerichtheid van de bevolking te stimuleren moesten worden gezocht. Voorrang bij het krijgen van een betere woning, een telefoonaansluiting of het eerder ontvangen van een auto waren andere manieren op mensen te belonen.55

De paradox van de Oost-Duitse sport

Het verhaal over de ontwikkeling van sportief talent in Oost-Duitsland is op zijn minst een paradoxaal verhaal. Aan de ene kant werd het DDR-systeem van het zoeken van talent en ontwikkeling vaak gezien als de meest systematische poging tot vandaag de dag om elitesporters te werven uit een land met een relatief kleine bevolking van ongeveer zestien miljoen mensen. Aan de andere kant was het systeem te verwaarlozen en niet zo doordacht en zorgvuldig als het vaak wordt toegeschreven. Het was weliswaar erg effectief om van een doorsnee burger een topatleet te maken, met of zonder doping. Echter was het zeer inflexibel en behoudend op het gebied van normen en metingen. In de jaren zeventig werden er strakke regels gesteld op het feit dat atleten aan specifieke eisen moesten voldoen voordat die

geschikt waren om het land te vertegenwoordigen. Halverwege de jaren tachtig was de behoefte aan nieuw talent zo groot dat de verschillende sportacademies sneller talenten door lieten stromen om maar het gewenste quotum te halen. Jeugdige spelers die in de jaren

zeventig zouden worden afgekeurd werden nu wel als ‘geschikt’ gekwalificeerd. Metingen en uitgebreide analyses speelden nog steeds een rol. Alleen niet meer zo groot als voorheen. 55 Dichter en John, Diplomatic games, 227-231.

(30)

Bovendien werd de situatie nog nijpender richting de laatste periode van het bestaan van de staat. Het systeem raakte in gevaar door het verliezen van het sleutel ingrediënt van het kampioensproces: kinderen. Er werden simpelweg veel minder kinderen in de DDR geboren als voorheen. Het was daardoor des te indrukwekkender dat zelfs tijdens de laatste

Olympische spelen waar de DDR aan mee deed, er nog 102 medailles in de wacht werden gesleept.56

Wanneer het moeizame trainingstraject was volbracht en je zelfs een onderdeel op een Spartakiade had gewonnen, moest je je gaan bewijzen op het internationale toneel. Roem moest verdiend worden. Hoewel naar de buitenwereld toe in verschillende interviews die sporters gaven weinig belang werd gehecht aan internationale roem en succes, ging het de SED juist om de internationale erkenning. Zij waren er nu klaar voor om als Diplomaten in Trainingsanzug hun land te vertegenwoordigen. Zo lang de atleten successen brachten en konden dienen als voorbeeld voor toekomstige generaties dan zouden de atleten een goed leven leiden. Echter was de scheidslijn tussen succes en falen erg dun en kon je de

schaduwzijde van de medaille ervaren. En zo begon een interessant schaakspel waarbij de atleten de pionnen vormden van het regime.

(31)

Hoofdstuk 3. Das schönste Gesicht des Sozialismus

De schone schijn van de Oost-Duitse sport

Als je wint heb je vrienden. Dat gezegde gold ook heel duidelijk voor de DDR. Wanneer allerlei verschillende atleten het onmogelijke presteerden en ze uiteindelijk op dat podium stonden met die felbegeerde medaille om hun nek- het liefst in goud- dan was hij of zij een held van de DDR. Goede prestaties werden beloond en je kon als atleet genieten van de geneugten des levens. Allerlei chique reisjes naar het buitenland, de beste woningen, beter voedsel en de mogelijkheid om naar de beste universiteiten van het land te gaan. Dit vormde echter nog maar het topje van de ijsberg. Het allerbelangrijkste was dat je als topatleet het gezicht van je land was. Jij was als ‘Diplomaat in Trainingsanzug’, het ansichtkaartje van je land. Er werd dan ook van je verwacht dat je je gedroeg naar de vereiste normen.57

Zoals elke diplomaat was het ook gebruikelijk dat er regelmatig bezoeken aan het buitenland werden gebracht. Een goed voorbeeld van zo’n diplomaat was Katarina Witt. Zij werd beschouwd als ‘das schönste Gesicht des Sozialismus’. Witt was hét gezicht van de DDR-sport in de jaren tachtig. Ze deed voor het eerst mee met de Olympische Winterspelen van Sarajevo in 1984 waar ze hoge ogen gooide toen ze een gouden medaille behaalde. Nog vele wedstrijden zouden volgen. Door haar vriendelijke en mooie voorkomen werd ze het uithangbord van de DDR. Men had in de DDR aan het einde van de jaren tachtig niet veel 57 Henk Erik Meier en Michael Mutz,’Sport-related national pride in East and West Germany, 1992-2008. Persistent differences or trends toward convergence?, in: SAGE Open, 6 (2016) 3-4.

(32)

(meer) om trots op te zijn. De bewondering voor Katarina was daardoor des te groter. Door de successen die ze behaalde kon ze van allerlei privileges genieten waar de doorsnee Oost-Duitser alleen maar van kon dromen. Zo kon ze zelfs een concert bijwonen van Michael Jackson in de Bondsrepubliek, na goedkeuring van de top van de SED uiteraard.58

Ook al was ze een van de minst kritische atleten van de DDR, het betekende echter niet dat ze niet te maken kreeg met de nadelen van het regime. Uit verschillende dossiers bleek dat de staat veel dieper op haar huid zat dan voor de buitenwereld te zien was. Zo moest haar vriendje zo ver mogelijk van haar vandaan wonen, want de autoriteiten dachten dat haar relatie haar prestaties ten ongunste zou beïnvloeden. Hij was een drummer in een band met lang haar die gestreepte broeken droeg. Dat paste niet bij een gedisciplineerde atleet. Hierdoor is het te betwijfelen of het al die privileges wel waard was als degene niet zijn eigen leven volledig naar eigen gelieven kon bepalen.59 De vraag is hoe het leven van een winnaar er precies uit zag.

Katarina Witt: de Oost-Duitse ‘girl next door’

De DDR had op zijn zachtst gezegd niet een geweldig imago. Bij het zien van Katarina kon men niet geloven dat zij uit de DDR kwam. ‘In der DDR war, man ganz verwundert, son nach dem Motto: Mensch eure Baüme sind ja auch grün? Ze probeerde duidelijk te maken dat ze het maar vreemd vond dat iedereen buiten de DDR zo anders dacht over de mensen uit de DDR. Iedereen is in principe toch hetzelfde? Voor de buitenwereld was het heel anders. Aangezien de DDR een soort afgesloten gemeenschap was, had niemand een idee hoe de Oost-Duitse samenleving precies in elkaar zat. Met name toen de Berlijnse Muur men de doorgang naar het Westen afsloot sinds 1961, wist men in het Westen nauwelijks wat er achter de Muur plaats vond. In West-Duitsland zaten veel mensen die nog familieleden hadden in het Oosten. Men kreeg dus mondjesmaat wel wat mee over hoe het in de DDR eraan toe ging. De nieuwe contacten die werden gesloten in het kader van de Ostpolitik vanaf 1970 veranderde hier weinig aan. Als er over de DDR gesproken werd dan ging het alsnog vaak over het grauwe karakter van de staat. Daarbij kwam het dat politici uit de DDR en de rest van het Oostblok vooral allemaal oude grijze mannen waren. Beelden van de gewone burger zag je nauwelijks en wat men zag, gaf nou niet het idee dat er veel glamour was in de 58 Sport in de DDR: Katarina Witt, website Duitslandinstituut.

https://duitslandinstituut.nl/naslagwerk/657/katarina-witt (Geraadpleegd 30 maart 2017). 59 Katarina Witt, So viel Leben (Berlijn 2015) 15-19.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Omdat de kiezer zich uitsluitend economisch bedreigd voelt, maar niet fysiek – tenminste niet nationaal – en politici in heel Europa stelselmatig lijken te verzuimen om uit te

1 Bijzonder goed, gezien zij zelf de dag van de opname zei dat ze er rustig onder voelde 11/5/2019 3:00 PM 2 Dat mijn vader rustig was, dat de pijn zoveel mogelijk bestreden werd en

Dat vragen we door Jezus Christus, uw zoon,

onderwijsdeelnemers in verband met de uitbreiding van de gegevensverstrekking uit het register onderwijsdeelnemers ten behoeve van de uitvoering van wettelijke taken door

Dat betekent dat alle mensen die lid willen worden van de VGVZ, of binnen de gecombineerde vereniging van die sector niet institutioneel gezondenen, voor de bor- ging van

het beter was om bij een snoeironde in de wijk niet alle bomen te snoeien, maar alleen de bomen waarvan de controleur had opgeschreven dat er onderhoud nodig was.. Zo kreeg

‘Uit respect voor onze opdrachtgever communice- ren wij over het Dakpark alleen met de gemeente Rotterdam en niet met de media.’ Insiders mel- den dat de gemeente en de Koninklijke

In deze PBLQatie hanteren we een aanpak die is gebaseerd op de samen- hang tussen de burger en zijn digitale vaardigheden, het beleid dat de overheid voert bij het inrichten van