• No results found

De kern van de sociaal-democratie

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De kern van de sociaal-democratie"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

cratie. De Wiardi Beckman Stichting heeft daarom in 1999 de commissie Publieke Taken in de Markt1ingesteld die na een vijftal expertmee-tings en een tussenrapportage in s&d (oktober 2001) in 2002 het eindrapport ‘Grenzen aan de markt, Privatisering en de hervorming van de publieke sector’ publiceerde.

‘Grenzen aan de markt’ richt zich op de be-schrijving van de publieke belangen die in het geding zijn bij het vermarkten van nutsvoorzie-ningen. Op welke wijze en onder welke voor-waarden kunnen publieke belangen gewaar-borgd worden? Het rapport begint met een historische schets van de publieke diensten die ontstaan zijn uit eerdere private initiatieven. Het Nederlandse model was minder statelijk en meer dan in andere landen gericht op maat-schappelijk initiatief. Op lokaal niveau was de inbreng van sociaal-democratische bestuurders vaak doorslaggevend. Vervolgens brengt het rap-port het krachtenveld rondom privatisering in beeld aan de hand van een drietal sectoren, de spoorwegen, de elektriciteitsvoorziening en de arbo-diensten. In het afsluitende hoofdstuk schetsen de auteurs een nieuw perspectief.

Het rapport is kritisch over de wijze waarop marktwerking is ingevoerd: het ging te snel, te rommelig en te weinig doordacht op gevolgen voor algemene beleidsdoelen zoals milieu. De golven van liberalisering en privatisering

overspoelen in heel Europa de bastions van de nutsbedrijven. Overheden trekken zich terug uit de publieke dienstverlening en laten de markt het werk doen. Er zijn goede redenen denkbaar voor privatisering en liberalisering: lagere prij-zen, betere dienstverlening of meer keuzevrij-heid voor de consument. Ze gaan er vanuit dat de nutsbedrijven klungelig en weinig klantgericht opereren en dat private bedrijven alles beter doen. Maar de ervaringen zijn niet onverdeeld positief. In heel Europa mopperen reizigers over de afnemende kwaliteit van de spoorwegen en in Engeland is privatisering synoniem gewor-den met slecht onderhoud, belabberde dienst-verlening en afnemende veiligheid. De laatste jaren is het binnen de sociaal-democratische be-weging in Europa dan ook gangbaar om te bewe-ren dat we te hard van stapel zijn gelopen. En daarbij wordt soms weer vergeten dat er ook goede redenen waren voor privatisering. Intussen zetten privatisering en liberalisering zich wel door. Het debat over privatisering en li-beralisering raakt de kern van de

sociaal-demo-s&d 10 / 1 1 | 20 0 3

91



b o e k e n

Over de auteur Dorette Corbey is lid van het

Euro-pees Parlement en maakt deel uit van de PvdA-Eurodelegatie

Noten Zie pagina 93

De kern van de

sociaal-democratie

Grenzen aan de markt, privatisering en de hervorming van de publieke sector

Amsterdam, Wiardi Beckman Stichting, 2002

d o r e t t e c o r b e y

(2)

s&d 10 / 1 1 | 20 0 3 92

b o e k e n

Dorette Corbey bespreekt Grenzen aan de markt

neren commercialiteit en slagkracht met een scherp oog voor publieke belangen. Ten slotte willen de auteurs dat het al te liberale Europa meer aandacht krijgt voor de publieke belangen. Deze laatste wens maakt grote kans in vervul-ling te gaan omdat inmiddels steeds meer stem-men opgaan om een kaderrichtlijn publieke diensten op te stellen waarin publieke belangen gewaarborgd worden.



Overheids-N.V.’s

‘Grenzen aan de markt’ biedt een boeiend over-zicht van de ervaringen tot nu en presenteert een aantal interessante aanknopingspunten voor de discussie. De vraag is bijvoorbeeld of de stuurmanskunst van de overheid voldoende zal zijn om op afstand de publieke belangen te ver-dedigen. Keer op keer is gebleken dat de over-heid als opdrachtgever onvoldoende greep had op de uitvoering van bijvoorbeeld grote bouw-projecten. ‘Grenzen aan de markt’ blijft echter wat academisch. Lokale politici kunnen er veel interessante informatie vinden maar het rap-port is geen praktische handleiding voor de keu-zes die gemaakt moeten worden. Het afwegings-kader blijft tamelijk abstract en aspecten als mi-lieu en de positie van consumenten komen hierin weinig tot hun recht. Het rapport is ten-slotte nauwelijks toekomstgericht. Af en toe ont-staat de indruk dat de auteurs vooral de proble-men uit de begintijd van de industrialisatie te lijf willen gaan. Gewapend met de ervaringen en de teleurstellingen van de 20steeeuw bewandelt het rapport het smalle pad tussen de valkuil van de middelmatige dienstverlening en de afgrond van de allesoverheersende markt. Nieuwe tijden vragen echter niet alleen andere oplossingen maar kennen ook nieuwe problemen waar ‘de markt’ geen antwoord op heeft. Zo vereist de kli-maatproblematiek grote investeringen ¬ te groot voor particuliere investeerders. Een oheids-nv zou hier een nuttige rol kunnen ver-vullen. De snelle ontwikkelingen in de sector biotechnologie maken de vraag urgent of we niet veel meer moeten investeren in publieke Er was te weinig differentiatie naar de

verschil-lende sectoren en privatisering was te eenzijdig gericht op het creëren van de voorwaarden voor rendabele exploitatie. Het naïeve optimisme over het functioneren van de markt verhinderde het formuleren van duidelijke politieke doelstel-lingen. Liberalisering werd bovendien door de Europese Unie min of meer opgelegd waardoor een grondige reflectie op de grenzen van de pu-blieke en private dienstverlening niet heeft plaatsgevonden. Het rapport presenteert in ze-ven stappen een nieuw perspectief waarin waarden als democratie, sociale rechtvaardig-heid, culturele ontplooiing en kwaliteit van het bestaan centraal staan. Vanuit die waarden trek-ken de auteurs allereerst een aantal grenzen: de instituties van de rechtsstaat (politie, justitie, le-ger enz) mogen niet geprivatiseerd worden. De sectoren met een sociale dimensie (zorg, sociale zekerheid, wonen) mogen alleen onder streng maatschappelijk toezicht blootgesteld worden aan de markt. In de cultuursector (media, onder-wijs) is marktwerking niet verkeerd maar de overheid moet oppassen voor dominantie van de markt. De auteurs pleiten voor een her-waardering van het Nederlandse model: onder-nemerschap dat een mengvorm van publiek en privaat is. Een afwegingskader voor privatise-ring en marktwerking moet van dienst zijn bij besluitvorming. In haar nieuwe rol als opdracht-gever moet de overheid zorgen voor het formu-leren van een publiek program van eisen en voor adequaat toezicht op de uitvoering van publieke diensten. Vraagsturing (bijvoorbeeld met be-hulp van ‘rugzakjes’) kan nuttig zijn maar heeft geen zin als het aanbod faalt. Individuele rug-zakjes kunnen bovendien de solidariteit aan-tasten die het fundament van de publieke dienstverlening in de sociale sector vormt. Pri-vatisering is eigenlijk geen optie meer in secto-ren waar concursecto-rentie niet of nauwelijks van de grond kan komen, zoals bij de bouw en het be-heer van grootschalige infrastructuur. Nieuwe publieke ondernemingen (overheids-nv) kun-nen hier een alternatief zijn voor privatisering. Overheids-nv’s ¬ hopen de auteurs ¬ combi-S&D 10 binnenwerk 08-10-2003 13:20 Pagina 92

(3)

s&d 10 / 1 1 | 20 0 3

93

b o e k e n

Dorette Corbey bespreekt Grenzen aan de markt

de energie of transportsector. Wellicht moet de sociaal-democratie daarom een aantal prioritei-ten verleggen.

Noten

1. De Commissie stond onder leiding van Ed van Thijn en had als leden Paul Kalma, Willem Salet, Hans Simons, Margot Trappenburg en Lenny Vul-perhorst. Frans Becker was ambtelijk secretaris en verzorgde de eindrapportage. Pieter van Dijk en Pieter Hoekstra waren als stagiair actief voor de Commissie.

kennis om de monopoliepositie van een viertal wereldwijde multinationals te doorbreken. Pu-blieke kennis en patenten kunnen ertoe bijdra-gen dat nieuwe technieken ingezet worden voor publieke doeleinden. Dat geldt ook voor proble-men buiten Nederland. De gezondheidscrisis in Afrika vereist een investeringsprogramma in de ziekten die voor de farmaceutische industrie niet rendabel zijn. De sociaal-democratie zou zich juist op deze problemen moeten concentre-ren. Waar de markt faalt is publiek leiderschap nodig en wellicht is het falen de markt in deze ‘nieuwe’sectoren op termijn ingrijpender dan in S&D 10 binnenwerk 08-10-2003 13:20 Pagina 93

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In ons onderzoek zijn we op zoek gegaan naar de wijze waarop interacties tussen ouders met jonge kinderen binnen de wachtzaal van het consultatiebureau van Kind & Gezin in

Teneinde zijn of haar verantwoordelijkheid voor de uitvoering van een publieke taak waar te kunnen maken zal de minister, al of niet direct, toezicht moeten houden op de

Ik maak een onder- scheid in drie niveaus waarop de transformatie te herkennen en vorm te geven is: het individueel niveau van hulp geven, het buurtniveau van preventie organiseren

Uiteraard is goede regelgeving van belang, maar zonder goede handhaving zullen onder toezicht staande markt- partijen te gemakkelijk prikkels kunnen ervaren om busi-. ness

Deze middelen worden ingezet voor het integreren van de sociale pijler (onder andere wonen – welzijn – zorg) in het beleid voor stedelijke vernieuwing en voor

Daarnaast is het percentage HBO-afgestudeerden dat op zoek is naar een andere functie in de sector cultuur en overige dienstverlening hoger dan bij de overheid als geheel, en

De samenleving zelf is aan zet in de behartiging van publieke belangen: mensen hebben over het algemeen een beter inzicht in de problemen en de wijze waarop deze kunnen

Een tweede strategie die zich zowel richt op het doorbreken van belangen- conflicten en de toegang tot informatie kan vergroten, betreft de invoering van