• No results found

Ornithobacterium rhinotracheale (ORT) bij kalkoenen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Ornithobacterium rhinotracheale (ORT) bij kalkoenen"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Ornithobacterium rhinotracheale (ORT) bij

kal-koenen

T. Veldkamp, onderzoeker kalkoenenhouderij P. van Beek, Dierenartsenpraktijk Ell

Op 17 en 18 april 1997 werd in Engeland de 20e Technical Turkey Conference gehouden. Ongeveer 130 personen uit veertien landen namen deel aan dit congres. Drs. van Beek van de dierenartsenpraktijk Ell was één van de twaalf inleiders. Hij presenteerde zijn bevindingen over ORT bij vleeskalkoenen. Dit artikel is de samenvatting van zijn inleiding.

Inleiding

In verschillende West-Europese landen wor-den ademhalingsproblemen bij vleeskui-kens en kalkoenen waargenomen. Sinds 1993 is bekend dat ORT een belangrijke veroorzaker is van deze problemen. In Duits-land zag men aanvankelijk ademhalingspro-blemen bij oudere kalkoenen (ouder dan 13 weken), veroorzaakt door Pasteurella-achti-ge organismen. Later werden deze Pasteurella-achti- geïden-tificeerd als ORT. In Nederland veroorzaakte ORT vanaf twee weken leeftijd ademha-lingsproblemen, verhoogde uitval, vermin-derde groei en arthritis. Op basis van klinische verschijnselen is het moeilijk om ORT vast te stellen, omdat dezelfde ver-schijnselen zich voor doen bij een infectie met bijvoorbeeld E.coli, Bordetella avium, Mycoplasma gallisepticum.

Klinische verschijnselen

Een ORT-infectie in een kalkoenkoppel re-sulteert vanaf twee weken leeftijd in sympto-men die vaak beginnen met proesten, enige uitscheiding uit de neusgaten, gevolgd door vochtophoping in de kop (met name bij de ogen). De ziekte geeft vervolgens een ver-dikking van de sinussen (oogboezems) en de veren op de schouder zijn vaak besmeurd met de afscheiding uit de neus. Al spoedig na de eerste verschijnselen veranderen de

dieren hun gedrag en houding. De kalkoe-nen zitten vaak ineengedoken en laten de kop en schouders zakken, de veren worden ruw en de dieren zijn benauwd. De water- en voeropname vermindert en de uitval neemt toe. Vaak wordt uitval niet geheel voorko-men na behandeling van de dieren. In veel kalkoenkoppels in Nederland met ORT-pro-blemen was de uitval 10% of meer boven de normale uitval. In sommige gevallen was de 1 OoGuitval bereikt in een drie- tot vijfdaagse periode. In de meeste gevallen varieerde de uitval (veroorzaakt door ORT) tussen 3 en 10%.

Het verloop van de ademhalingsproblemen hangt sterk af van verschillende omstandig-heden zoals: de geschiedenis van het kop-pel, de immuniteitsstatus (bijvoorbeeld NCD, TRT, Mycoplasma), behandelingen, leeftijd van de dieren, aanwezigheid van ver-schillende ziekteverwekkers (virussen, bac-teriën en protozoa), bezettingsdichtheid en andere omgevingsfactoren. In het wintersei-zoen van 1996/1997, met een lange koude-periode (-10 tot -15%) kon uit bijna ieder koppel met ademhalingsproblemen ORT worden geïsoleerd. De ademhalingsproble-men kwaademhalingsproble-men voor bij koppels van 2 tot 20 weken leeftijd. Veel koppels die al vroeg

(2)

besmet zijn met ORT vertonen bewegings-stoornissen in de tweede helft van de mest-periode. Het is zeer moeilijk te bewijzen dat

ORT de veroorzaker is van deze stoornissen maar isolatorproeven lieten zien dat ORT een verminderde groei tot gevolg heeft. In algemene termen: de economische resulta-ten van koppels met een ORT-besmetting worden slechter door verhoogde uitval, slechte voerconversies, lage eindgewichten en in het bijzonder een slechte uniformiteit. Als er eenmaal problemen op een bedrijf zijn geweest met ORT, dan hebben de volgende koppels een grotere kans op ORT-proble-men.

Behandeling en preventie

In het algemeen wordt een van ORT-besmet verdacht koppel behandeld met amoxycilline (150 g/lOOO I drinkwater in een vier- tot vijfdaagse periode). De meeste koppels vra-gen echter nog aanvullende behandelinvra-gen. Als de dieren niet reageren op amoxycilline, wordt vaak enrofloxacine ingezet, ook al komt dit niet uit de gevoeligheidstesten naar voren. Dieren die niet voldoende drinken kunnen worden geïnjecteerd (enrofloxacine 10 mg/kg lichaamsgewicht).

Preventieve maatregelen bestaan uit alge-mene hygiënemaatregelen en vaccinaties (NCD, TRT en HHE), maar in het bijzonder lijkt het gebruik van gechloreerd drinkwater succesvol: 150-200 ml van een 15% Na-hy-pochloriet oplossing toevoegen aan 1000 liter drinkwater gedurende 5-10 dagen. Vac-cinatie met bedrijfsspecifieke isolaten lijkt tot nu toe niet succesvol om uitbraken volledig te voorkomen. Waarschijnlijk zijn de beste managementmaatregelen een goed klimaat in de stal, schoon drinkwater en een goede strooiselkwaliteit.

Discussie

Waarschijnlijk is ORT niet verantwoordelijk

voor alle klinische verschijnselen die waar-genomen worden tijdens een ziekte waarbij ORT is geïsoleerd. Naast ORT zijn vaak andere ziekteverwekkers aangetroffen. In een onderzoek op 20 vleeskuiken- en kal-koenenbedrijven bleek in 80% van de geval-len ook E.coli aanwezig. Slechts in een paar gevallen is alleen ORT gevonden. In ver-schillende gevallen waren er ook virussen aanwezig (IB en TRT). Een bacteriologische screening van vleeskuiken- en kalkoenen-bedrijven met milde ademhalingsproblemen liet zien dat monsters, genomen uit de lucht-pijp van een aantal koppels, voor 80% posi-tief waren op ORT. In niet alle gevallen leidde dit tot ernstige ademhalingsproble-men zoals longontstekingen en luchtzakont-stekingen. H e t m e c h a n i s m e d a t h e t aanslaan van ORT beïnvloedt is nog niet geheel duidelijk. Het lijkt erop dat een slecht klimaat (hoge ammoniakconcentraties en hoge stofconcentraties in de stallucht, en een hoge luchtvochtigheid) factoren zijn die ORT de gelegenheid bieden om dieper in de ademhalingsorganen door te dringen.

Ammoniakniveaus in kalkoenenstallen zijn bij minimum ventilatie vaak hoog (meer dan 50 ppm), speciaal bij het frezen van het strooisel.

De ernstige toename van ORT-gevallen in Nederland in de periode van november 1996 tot eind januari 1997 is waarschijnlijk veroor-zaakt door de slechte klimaatscondities, om-dat gedurende lange tijd minimaal is geventileerd.

Stressfactoren, met name veroozaakt door het klimaat, kunnen een rol spelen. Hea-morrhagische Enteritis kan de weerstand van het dier aanzienlijk verlagen, waardoor ORT beter kan aanslaan. Bij vleeskuikens kan CAV, IBD en RE0 een rol spelen bij de vermindering van de weerstand en het

(3)

slaan van ORT. Naast de aanwezigheid van ORT kunnen ook andere ziekteverwekkers ziekte en uitval veroorzaken. TRT en NCD kunnen Pasteurella-bacteriën in staat stellen om te koliniseren en binnen te dringen in de ademhalingsorganen.

Verder onderzoek is nodig om te begrijpen welke mechanismen betrokken zijn bij een GRT-infectie, inclusief verticale transmissie. De resultaten van vaccinaties met

ORT-bac-teriën bij kalkoenen waren niet altijd

succes-vol. Mogelijk waren andere serotypen

ge’in-troduceerd op het bedrijf of niet alle aanwezige ORT-serotypen waren geïso-leerd. In Nederland komen tenminste zeven serotypen (A tot en met G) voor. De belang-rijkste voor kalkoenen zijn A en B en in mindere mate E en D. Medicinering van met ORT-besmette koppels liet vaak teleurstel-lende resultaten zien.

Conclusies

Algemene preventiemaatregelen zoals hygiënemanagement, ‘Al1 in AH out’, goede vaccinatie tegen virussen, preventieve maatregelen tegen andere ziekteverwekkers (bijvoorbeeld virussen, bacteriën, schimmels, parasieten, mycotoxinen) zijn net zo belangrijk als directe maatregelen tegen ORT (vaccinatie). Veldproeven wezen uit dat drinkwaterhygiëne zeer belangrijk is. Vleeskuikenbedrijven met drinknippels lieten minder problemen zien dan bedrijven met ronddrinkers. Sij vleeskuikens en kalkoenen lijkt het gebruik van drinkwater met desinfecterende middelen (zoals waterstofperioxide of Natrium hypochloriet) een goed middel te zijn om het risiso van ORT-infectie te verkleinen. Recent zijn proeven uitgevoerd met toevoeging van chloorhoudende stoffen aan de lucht in de stal. De resultaten leken goeds

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In mijn oratie, 13 jaar geleden, beschreef ik een strategie om planten resistent te maken tegen virusinfectie door een DNA-kopie van het deel van het virale RNA dat codeert voor

Veel mensen kiezen er voor om de vakantie dit jaar niet buiten het land te vieren, maar heerlijk in ons eigen land te blijven?. Klinkende namen als Tuinzania, Indoorne- sië,

Ik pakte de draad van het ade- novirus onderzoek weer op, hoewel over het mechanisme van het ontstaan van kanker door virussen in die tijd nog niet veel meer bekend was als daar-

De dood van deze patiënt, alsmede de schendingen van protocollen en procedures in deze en andere trials die aan het licht kwamen, toen lopend gentherapie-onderzoek werd

In hierdie hoofstuk sal die drie belangrikste aspekte wat in die navorsingsvraag voorkom, soos volg bespreek word: ‘n deeglike afbakening van hoop as die leidende

The investigation suggests that chromitite lenses MC4 and MC5 that occurs at the base of the Massive Chromitite Layer, in the study area, were deposited as a result of continuous

According to Okoye and Okolie (2014:21), the successful management and financial growth of small businesses depend on the proper implementation of occupational health and

Dry land farmers are limited to these low production crops such as millet, sorghum and maize (short season variety) because of inadequate This article assesses the feasibility