• No results found

Biologische akkerbouw- en groentenbedrijven: geen herstel inkomen in 2004

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Biologische akkerbouw- en groentenbedrijven: geen herstel inkomen in 2004"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Actuele informatie over land- en tuinbouw

BIOLOGISCHE AKKERBOUW- EN GROENTEBEDRIJVEN: GEEN HERSTEL INKOMEN IN

2004

Jakob Jager

De opbrengsten op biologische akkerbouw- en groentebedrijven staan de laatste jaren onder druk door een te groot aanbod. Vooral de prijzen van groenten zijn teleurstellend laag in vergelijking met die van eind jaren negentig. Het gevolg hiervan is dat de biologische bedrijven hun in de jaren negentig opgebouwde inkomensvoorsprong op de gangbare akkerbouwbedrijven kwijt zijn geraakt. In het nieuwe millennium duikt het inkomen van de biologische bedrijven zelfs onder dat van de gangbare bedrijven (figuur 1).

0 10.000 20.000 30.000 40.000 50.000 60.000 70.000 80.000 95 96 97 98 99 00 01 02 03 04 Euro per bedrijf

biologisch gangbaar

Figuur 1 Gezinsinkomen uit bedrijf op gangbare akkerbouwbedrijven en biologische akkerbouw- en groentebedrijven, 1995-2004

Bron: Bedrijven-Informatienet van het LEI.

Areaal afgenomen

Uit het jaarrapport van Biologica,

Eko-Monitor,

blijkt dat het areaal vollegrondsgroenten in 2004 is afgenomen ten opzichte van het jaar ervoor. Ongeveer tweederde deel van de in Nederland geproduceerde vollegrondsgroenten wordt geëxporteerd; vooral naar het Verenigd Koninkrijk en Duitsland. Biologische aardappelen gaan vooral naar Duitsland. In totaal zijn in 2005 zijn de consumentenbestedingen voor aardappelen met 3 miljoen euro gedaald naar 17 miljoen euro.

Tabel 1 Vergelijking bouwplan biologische akkerbouw- en groentebedrijven met gangbare akkerbouwbedrijven, gemiddeld 2001-2004

⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯ Biologisch Gangbaar ⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯ ⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯ ha opbr/ha ha opbr/ha ⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯ Granen 9,1 1,1 15,7 0,9 Aardappelen 5,1 5,5 13,5 3,9 Suikerbieten 2,7 4,1 8,0 3,1 Groenten 16,0 7,6 3,2 4,5 Overig akker-/tuinbouw 5,9 1,7 7,5 1,0 ⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯ Bron: Bedrijven-Informatienet van het LEI.

(2)

Actuele informatie over land- en tuinbouw

Tabel 2 Vergelijking resultaten biologische akkerbouw- en groentebedrijven met gangbare akkerbouwbedrijven, gemiddeld 2001-2004

⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯

Biologisch Gangbaar

⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯ Oppervlakte per bedrijf (ha) 43,52 50,20

Nge per bedrijf 83 77

Totaal opbrengsten marktbaar (euro per ha) 4.600 2.400 Opbrengsten per bedrijf a) (euro) 229.300 163.700 Betaalde kosten per bedrijf 212.800 135.000

Rentabiliteit 80 85

Gezinsinkomen uit bedrijf 16.500 28.700

Gemiddelde kosten per ha cultuurgrond (euro)

Betaalde arbeid 704 67 Betaalde rente 468 251 Loonwerk e.d. 501 196 Zaaizaad en pootgoed b) 552 227 Gewasbeschermingsmiddelen 20 276 ⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯⎯ a) Inclusief incidentele baten en lasten; b) Exclusief intern verkeer.

Bron: Bedrijven-Informatienet van het LEI.

Biologisch versus gangbaar

De biologische bedrijven hebben een duidelijk ander bouwplan dan de gangbare akkerbouwbedrijven: minder granen, aardappelen en bieten, maar veel meer groenten (tabel 1). De gemiddelde oppervlakte per bedrijf is bij de biologische bedrijven kleiner maar door hun intensievere bouwplan is de omvang in nge gemeten toch nog iets groter. De geldopbrengsten op de biologische bedrijven zijn per hectare marktbare gewassen bijna het dubbele. Naar productgroep varieert het verschil van ruim 3.000 euro per hectare bij de groenten en 1.500 euro bij de aardappelen tot een gering verschil bij de granen. In de tweede helft van de jaren negentig waren de verschillen in opbrengsten voor dezelfde gewasgroepen in veel gevallen tweemaal zo groot. Behalve hogere opbrengsten, hebben de biologische bedrijven ook te maken met hogere kosten. Dit is vooral zichtbaar bij de kosten voor arbeid, loonwerk, rente en zaaizaad/pootgoed. Lager zijn uiteraard de kosten van gewasbescherming. De rentabiliteit van de biologische bedrijven is door de hogere kosten over de jaren 2001-2004 vijf procentpunten lager; dit resulteert in een 12.000 euro lager inkomen (tabel 2).

Meer informatie:

Eko-Monitor-2005 Cijfers en trends

, te downloaden op http://www.biologica.nl

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Fase 2: uitwerking twee modellen en visie relatie station/ Vecht incl tussengebied shareholders stationsgebied. Fase 3: korte

Die beslissing in Sidumo het tot gevolg gehad dat die “redelike besluitnemer”- toets ontstaan het. Werkgewers moet nou hulle reëls en regulasies teen hierdie toets

Moolla’s conceptual framework to measure consumer brand loyalty includes the following twelve factors as shown in Figure 3: customer satisfaction; brand trust;

The inspiration for this study was derived from a series of mitochondrial disease studies done at the Centre for Human Metabolomics (North-West University), on a cohort

The results of this study are provided in separate chapters with the dissertation as follows:  Chapter 2 - Migration patterns and survival of Busseola fusca (Fuller) (Lepidoptera:

In addition to the inverse kinematic equations, it is clearly necessary to describe the forward kinematic equations since the solution of the forward kinematics is

There was a repeat of this in 1988 when most Muslims in South Africa began observing the month of Ramadan on 18 April while the Transvaal Jamiatul Ulama ruled that there was

Waar Cillie se opvoedkundige denke gekrit1seer 15, is dit ter opbouing gedoen.. Meiring vir nuttige