• No results found

Komkommer : 1976 : rassenproeven 1e beoordeling 1976 : herfstteelt

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Komkommer : 1976 : rassenproeven 1e beoordeling 1976 : herfstteelt"

Copied!
14
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Bibliotheek Proefstation Naaldwijk

A

06 S 89 K O M K O M M E R 1976 Raasenproeven 1 beoordeling 1976 Herfstteelt R.I.V.R.0. O.H.Stolk en R.H.M. Maasuiinkel

Rijksinstituut Voor Rassenonderzoek

(gedetacheerd op het Proefstation te Naaldwijk)

(2)

et

ÇÙ

Inhoud:

blz,

Proefopzet + opgenomen rassen (tabel 1)

Waarnemingen

Resultaten van de tussentijdse beoordelingen

(tabel 2 en 3)

Resultaten van de eindbeoordeling te Vleuten

(tabel 4)

Resultaten van alle beoordelingen samengevat

(tabel 5)

Produktiegegevens

(tabel 6)

Rasbeschrijvingen

1

3

4

(3)

ProBfopzst en Rassen;

In de herfstteelt van 1976 zijn 14 nieuwe komkommerhybridsrassen op hun mogelijkheden voor de praktijk beproefd. Als standaardraasen werden Farbiola en Uniflora D aan de rassenserie toegevoegd.

De proeven werden aangelegd op de proeftuinen te Uierpolders en te Uleuten. Op beide plaatsen lag de proef in tweevoud. De zaai- en

plantdata waren vrijwel gelijk. In Uleuten hebben beide parallellen in dezelfde afdeling gestaan. In Uierpolders stonden de parallellen in afdelingen met minimum nachttemperaturen van respectievelijk - 16 C en 20 C. In de rasbeschrijving zal iets van de invloed van de nachttemperaturen op de produktie, als die invloed bij een bepaald ras aanwezig was, worden gezegd.

De problemen met bodemziekten (knol) hebben na de warms zomers van de laatste jaren (1975 en 1976) ook hun invloed op de situaties

op de proeftuinen gehad. Op beide proefplaatsen kwam namelijk vrij veel knol voor; vrij egaal over de gehele proefvelden verspreid. Alle rassen hebben waarschijnlijk evenveel van deze bodemziekte te lijden gehad. Het probleem knol heeft voornamelijk in de tweede helft van de teelt gespeeld. Ook hebben zich op beide plaatsen problemen voorgedaan met brandkoppen. Het is echter niet duidelijk of de verschillen in het voorkomen van brandkoppen rasgebonden zijn. De zaai», plant-, beoordelings- en oogstdata waren als volgtj

Uleuten Uierpolders zaai 29-6-76 \ ' 20-6-76 planting 22-7-76 26-7-76 beoordelingen 30- 8-76 en 7-10-76 2- 9-76 oogstperiode 23- 8-76 t/m 7-10-76 18- 8-76 t/m 18-10-76

Op beide proefplaatsen was de veldgrootte 9,6 m2, het aantal planten per veldje 12 en de plantafstand 50 cm.

(4)

-Door de problemen met het abnormaal scherpe wear in de zomer van 1976 en dientengevolge, de problemen met knol en brandknoppen,

was vooral de gewasontwikkeling waarschijnlijk niet representatief voor een normale zomer. Er waren echter wel verschillen in de

gewasontwikkeling, zoals uit de gegevens in de bijgevoegde tabellen zal blijken.

In l/leuten kon ras 5 wegens slechte opkomst niet in de proeven worden opgenomen.

Tabel 1; in de proeven opgenomen rassen.

Rassen Farbiola Uniflora D Code

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10 11 12 13 14 15 16 l/eldnummera l/ierp I links 13

4

12

5

14 16

3

8

7

10

9

1

11

2

15

6

olders II rechts

8

2

3

7

13 14 10

6

16

9

1

4

12 11

5

15 Vleuten

I

5

6

11 15

-7

9

4

1

10 16

3

14 13

2

8

II 27 28 31 17 29 19 24 30 23 25 20 32 22 21 18 Opmerkingen

}

I

, • ) ras 5 is in l/leuten J niet opgekomen

j

i

J

I

{

i

}

i

- standaardras - standaardras

(5)

3

-Waarnemingen;

Beide proeven (te Vleuten an te Vierpolders) zijn door vertegen-woordigers van alle betrokken partijen beoordeeld. (N.A.K.G., gebruikswaardeonderzoek, tuinders, zaadhandel voorlichting en onderzoek). De proef te Vleuten is twee keer beoordeeld en de

proef te Vierpoiders één keer, Bij deze beoordelingen werd gelet op gewaseigenschappen en vooral op vruchteigenschappen (vorm, kleur en lengte). Ook is getracht enig inzicht te verkrijgen in de houd-baarheid van het geoogste produkt.

Maast bovengenoemde beoordelingen hebben medewerkers van de proef-tuinen regelmatig gewas- en produktwaarnemingen gedaan. Ook is van beide proeven de produktie bepaald. De resultaten van de beoordelingen zijn weergegeven in de tabellen twee tot en met zes. De bij de beoordelingen gemaakte opmarkingen zijn in de rasbe-schrijvingen verwerkt.

(6)

Tabel 2: gemiddelde resultaten van de tussentijdse beoordelingen te Vleuten (30-8-76) en te Uierpolders ( 2 - 9 - 7 6 ) . Code 1 2 3 4 5 6 7 B 9 10 11 12 13 14 15 16 Rassen Farbiola Uniflora D Gemiddeld Gewaszwaarte ui 6,2 5,7 6,5 5,9 -6,9 6,3 6,5 6,6 7,4 6,4 7,5 6,6 5,8 5,8 6,0 6,5 l/i ! -Gem -_ -" • Gewasopbouw UI . 6,2 5,3 6,0 6,1 _ 6,4 6,3 6,5 6,6 7,0 6,2 7,0 6,3 5,9 6,3 6,7 6,4 Ui mm -— " -" _ Gem — -Uorm UI 6,1 5,8 6,3 5,7 -6,3 6,9 6,2 Ui 5,9 5,6 6,1 5,7 5,7 6,0 6,2 5,7 7,2 5,9 7,056,8 6,6J6,1 5,9:6,1 5,6j6,0 6.1J5.7 7,1:6,1 6,6!s,9 Gem 6,0 5,7 6,2 5,7 5,7 6,2 6,6 6,0 6,6 6,9 6,4 6,0 5,8 5,9 6,6 6,3 6,3 6,0:6,2 I | Kleur UI 6,7 6,7 6,4 7,4 -4,7 7,4 7,0 7,5 7,0 6,1 6,8 5,1 6,6 7,6 6,3 6,5 Ui ! 7 , 4i 6,8; 7,2; 7 , 4 ; 6,5; 6^3 i 6,4 6,3 6,7 7,2 6,3 1 6,1 6,1 6,2 7,2 6,6 6,7 Gem 7,1 6,8 6,8 7,4 6,5 5,5 6,9 6,7 7,1 7,1 6,2 6,5 5,6 6,4 7,4 6,6 6,6 Lengt UI 6,5 7,0 6,6 6,3 -6,5 6,5 6,0 7,2 7,0 7,5 6,7 5,9 5,9 7,2 6,7 6,6 Ui 7,8 5,1 7,6 6,4 6,5 5,6 5,8 5,8 6,2 6,1 5,1 6,1 6,4 5,7 5,9 5,6 6,2 e Gem 7,2 6,1 7,1 6,4 6,5 6,1 6,2 5,9 6,7 6,6 6,3 6,4 6,2 5,8 6,5 6,2 I i 6,4 I

V/l s Uleuten VI = Uierpolders Gem • gemiddelde van beide beoordelingen

gewaszwaarte gewasopbouw vruchtkleur

vruchtvorm vruchtlengte

4 s zeer licht gewas 4 = slecht 4 = vrij geel 4 = slecht 4 = zeer kort 8 s te zuaar gewas 6 s goed 8 s donkergroen 8 = zeer goed 8 s te lang

(7)

Tabel 3: % van het totaal aantal cijfers dat goed of voldoende was bij de tussentijdse beoordelingen te Vleuten (30-8-76) en te Uierpolders (2-9-76)

- 5 Code 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 Rassen Farbiola Uniflora D Gemiddeld Gewaszuaarte UI 56 11 44 28 -61 39 44 44 28 33 22 50 28 33 39 37 Ui -Gem — -. -_ -Gewasopbouw UI 67 44 78 72 -89 83 100 94 100 83 100 89 72 83 94 83 Ui -Gem _ -" Uruchtkl UI | Ui 72 94 72 82 94 -17 100 94 100 100 76 100 100 76 76 65 100 100j100 72 71 100 28 71 65 94 82 100 ;ioo 94 100 ! 81 86 aur Gem 84 86 79 97 100 47 88 80 1Ö0 100 72 86 47 88 100 97 84 Uruchtvorm UI ! Ui 7B' 62 67 62 78J 75 B3J62 -!47 B3 J 75 100J81 78J44 100(80 1001 92 100]75 83J81 61 62 83[56 100j62 100;56 I 87 67 Gem 70 : 65 77 73 63 79 91 61 90 96 ! 88 ! 82 ! 62 : 70 ; B1 ; 78 ! 7 7 Uruchtlengte UI 56 56 44 33 -56 44 39 72 72 72 67 22 » 72 61 52 Ui 19 12 31 50 25 25 50 25 37 31 25 44 44 25 31 25 31 Gem 38 34 38 42 25 41 47 32 55 52 49 55 33 18 « • ! 43 i 42

UI = Uleuten Ui = Vierpolders Gem s gemiddelde van beide beoordelingen

gewaszuaarte = % van alle cijfers tussen 6,5 en 7,5 geuiasopbouu = % van alle cijfers ^ 6

vruchtkleur = % van alle cijfers ^.6 vruehtvorm = % van alle cijfers >.6

(8)

Tabel 4: gemiddelde resultaten van de eindbeoordeling te Vleuten (7-10-76) Code 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 Rassen Tarbiola Uniflora 0 Gemiddeld Geuasopbouu i in punten j in % j 6,7 6,6 7,1 7,0 7,4 6,2 7,2 6,5 7,3 7,4 7,9 7,0 5,4 6,2 6,7 83 83 100 100 94 83 94 94 100 94 89 89 56 78 94 6,9 { 89 l/ruchtvorm in punten 6,2 5,6 6,5 6,2 6,6 6,5 6,7 6,8 7,3 6,8 6,4 6,2 5,6 6,7 6,6 6,4 in % 78 56 89 67 89 83 94 94 100 94 100 72 61 83 94 84 Vruchtkleur in punten ; in % 6,6 6,3 6,4 ; 7,0 v — 5,7 89 72 83 94 56 • 6,9 89 6,9 j 84 ! 7,1 j 100 ' 7,4 | 100 6,3 : 78 \ 5,6 | 61 ! 5,6 ! 44 6,1 j 89 7,6 , 1 0 0 6,3 j 83 6,4 j 81 Vruchtlengte in punten 7,3 6,6 6,8 6,2 6,8 6,5 7,5 •7,8 7,8 7,9 7,2 6,7 5,8 6,7 6,9 7,0 in % : 44 56 78 28 78 44 61 44 33 33 33 72 28 61 72 51 gewasopbouu vruchtvorm vruchtkleur vruchtlengte 4 c slecht 8 e goed

% a het % van elke cijfers ^ 6

4 e slecht 8 s zeer goed

% s het % van alle cijfers ;>. 6

4 s vrij geel 8 s donkergroen

% E het % van alle cijfers ^> 6 4 s zeer kort 8 s te lang

(9)

- 7

Tabel 5: samenvatting »an alle beoordelingsresultaten »an beide .proeven op vruchteiqenschappen

Code 1 2 3 4 5 6 7

e

9 10 11 12 13 14 15 16 Rassen Farbiola Uniflora D Gemiddeld in p T 7,1 6,8 6,8 7,4 6,5 5,5 6,9 6,7 7,1 7,1 l/ruchtkleur unten E 6,6 6,3 6,4 7,0 -5,7 6,9 6,9 7.1 7,4 6,2 6,3 6,5 5,6 6,4 7,4 6,6 6,6 5,6 5,6 6,1 7,6 6,3 6,4 % T . 84 66 79 97 100 47 88 80 100 100 72 86 77 88 E 89 72 83 94 -56 B9 84 100 100 78 61 44 89 100 ;100 97 ! 83 I 86 81 l/ruchtvorm in punten T 6,6 5,7 6,2 5,7 5,7 6,2 6,6 6,0 6,6 6,9 6,4 6,0 5,8 5.9 6,6 6,3 6,2 E 6,2 5,6 6,5 6,2 -6,6 6,5 6,7 6,8 7,3 6,8 6.4 6,2 5,6 6,7 6,6 6,4 % T 76 65 77 73 63 79 91 61 90 96 88 82 62 70 81 78 I 77 E 78 56 89 74 -89 83 94 94 100 94 100 72 61 83 94 84 Vruchtlengte in punten T 7,2 6,1 7,1 6,4 6,5 6,1 6,2 5,9 6,7 6,6 6,3 6,4 6,2 5,8 6,5 6,2 6,4 E 7,3 6,6 6,8 6,2 -6,8 6^5 7,5 7,8 7,8 7,9 7,2 6,7 5,8 6,7 6,9 7,0 % T 38 34 38 42 25 41 47 32 55 52 49 55 33 18 52 43 42 E 44 56 78 28 -78 44 61 44 33 33 33 72 28 61 72 51

T = gemiddelde van de tussentijdse beoordelingen op 28-8-76 en 2-9-76 E a gemiddelde van de eindbeoordeling op 7-10-76

vruchtkleur

vruchtvorm

vruchtlengte

4 = vrij geel 8 = donkergroen

% = het % van alle cijfers ^.6 4 = slecht B s goed

% = het % van alle cijfers ^ 6 4 = zeer kort ' 8 = te lang

(10)

-J 4 - J X u 3 CD o » 4 J o t l > .-H CS XJ TJ e œ c n C N E O» - ¥ CM E CO ^ D +> W c (0 (0 co ca t r co " a o u f0 ra • k > o O) o t l => ^ H a i co • u h-CD O M !=• - H CO ca 4 J h -c n co o (-< E CD U • H = s «H = 3 E CD O • H => >-H E CS LD • H => --H E O CJ • H > »-t => E CD C3 * H . H :=» E (D ( J • H .-) > CO ^ LD r— CN U I s T T— i n r -cr» s r s r r -S T o CN i n r -vO CJ» r -i n i n S T t o i n r o t o t o a t o t o m r -o c n VO •«J r ^ S T \o rm t o a i n i n c n S T o *— U l a c n S T t o v o • v t > t— m m r -CN c n r -i n T -ST i n S T r -t o o i n v n CO t o r -i n CO CO c n r ~ l > CN CO *— t n a t o i n v n o i n c n v— i n " 7 r-m t o CN i n l O U3 r -VO i n m r -t o t o t o a <T c n ( N r -CN a t o *— r*-i n VO r o -t o VO CT» sT t o CO sT CO o i n CM c n s r \o ST ST CO t o i n CN VO CO i n i n * o tt t o o t o r -t o « r CN O CN r -CN CO v o o VO — _ CO vO S T GO -tf ,_ CO S T 1 VO CO sT vO CO sT t i n (^ i n r -vO t o v o t o S T m S T i n ' S T r -< t c ^ i n r -cr» S T VO CT* s r t ' -e n s r e n r » s r ,_ vo s r vO c n < r r - r*-a CO t o t v T -<* a\ t o t o •<» «* i n r " KO r -• c U3 CO <T GO r -CO » n i a r*--<r t o r -• < j CD r --<» r^-i n • < j < r t o • c CT» { * -- C c ^ r*-m c n m CM <* CT» t o CM UD n CO < ^ o > CO »X» CT» ^ CO l > -< CT* •<t t o CT» S f i n CTt ' « j m s j o - î ï 'tf m CI) •<j CM C^-t o CO CO \D •*T t o •<? i n o r -c o t o < CO o a » ... o -l > CO CM r n •*r i n o » < CJ» CO •<r t o r~ •«f t o m < r CM tr» -<* CM CO CTt CO "* r -r o *t a •çT i n 'O' KD KO o c o CM m o CT» D» CO ---^_ CT» <J\ CN CT» • < * « n t > ST r -a m »o U3 < i CD r -s r '«r *— m v o CO KD CO KD CO _ -. m <T CO t o • — i n m r -o CO a r -KQ CT» ^_ CT» O a o a CT» s f t o CO < J t>-CT» <r i n r -<T I O m ST * D CT» s j r r -CO CO KD VO a <T ^~ ST CT» t o r -i n ^* CO CM t o i n CO ^_ o » ,_ CT» r » T — t o o O t -i n -i n CM T CT» T -s r m S T a o T - a m i n o CO o CO m S T CM O r - i n sT S T CO KD CM CM i n i n KO t o r r -CM r * CD r -o a » C - U3 t o CO sT t O i n S T ST ( O t - CM sT sT t - s t i n S T KD *-KO m KD KD t o t o r - co co r -m i n cn r -— • co o t>- co CM tO s T c n sT CM r » s T KO « m CD c o ST t o s T ST CM ( O m CJ» v o m r » i n v n a s j r » t o CM s T r -s T i n i n \a CM CM CO ST CO - — CJ» r -ST CO a i n i n a i n o <-* i n ST t o m CT» i n sT a » o i n i n v o i n t v ST m i n t o r -t o t o t o r -CM CO s j «O O t o r » o CO i n vO m M o •H . n u (0 U -m t— m c o O» sT s T CM m a » e n <T CD VO ST e n CM i n CD •«T CD CD C -CM ST e n t o sT sT a » m e n v o c o sT • T CD t o CO <T CD Q ca u o <-« c ^ • H C =D vO O O i n s T e n s T m o m m CD sT CO m sT CM T— m sT o CD CD » o e n sT CD c o a sT CO •<T r* KO sT t o r— CO t o CO e n " a r-i œ T ) TD • H E (D CJ

(11)

O

-RasbBschri.j vingen

Ras 1 ,

De groeikracht was vrij sterk en heb gewas was wat open en leek tamelijk gevoelig voor brandkoppen« De vruchten waren goed tot donker-dofgroen van kleur, matig tot redelijk van vorm (wat puntig en slank) en nogal lang (soms te lang). De produktie was vrij

laag tot redelijk en ds vruchten waren vrij zwaar. Vooral bij een ;

lagere nachttemperatuur leek de produktie achter te blijven.

Ras 2.

De groeikracht was redelijk en het gewas waa goed van opbouw en nogal gevoelig voor brandkoppen. De vruchten waren goed tot wat dofgreaifi van kleur, matig van vorm (te glad en wat puntig) en goed van lengte. Da produktie was goed evenals het gemiddeld vruchtgewicht. Bij een lagere nachttemperatuur leek de produktie achter te blijven. De bewaarbaarheid was redelijk. De vruchtvorm was het zwakke punt.

Ras 5.

De groeikracht was normaal en het gewas was goed en open van opbouw. De vruchten waren goed tot soms erg donker van kleur, goed van vorm

(soms wat puntig en geschouderd) en goed van lengte tot vrij lang. De produktie was vrij laag en de vruchten waren vrij zwaar. Vooral bij de lagere nachttemperatuur leek de produktie achter te blijven. De houdbaarheid was goed.

Ras 4.

De groeikracht was te gering en het gewas was vrij open van opbouw. De vruchtvorm was vroeg onvoldoende en later redelijk (iets glad en sterk geschouderd), ds kleur was meestal goed en soms wat donker en de vruchtlengte was goed. De produktie was nogal laag, vooral bij de lagere nachttemperatuur . Het gemiddeld vruchtgewicht was normaal. De vruchten waren goed houdbaar.

Ras 5.

Dit ras is alleen in Vierpolders in de proef opgenomen geweest. De groeikracht was redelijk en de opbouw goed. De vruchten waren vrij goed van kleur, en voldoende tot redelijk van vorm (lange nek) en goed van lengte.

(12)

De produktie was vrij goed en bij de lagere nachttemperatuur wat lager. Het gemiddeld vruchtgewicht was vrij laag. De houdbarrheid leek goed.

Ras 6.

De groeikracht was vrij sterk en de gewasopbouw was goed tot iets vol. Het blad was vrij groot. De vruchten waren licht- tot grijs-groen van kleur, goed van vorm (soms wat glad) en vrij kort tot goed van lengte. De produktie was goed tot vrij hoog. Bij de lagere

nachttemperatuur was de produktie lager. Het gemiddeld vruchtgewicht was normaal. De vruchten waren slecht houdbaar.

Ras 7.

De groeikracht was normaal en de gewasopbouw was goed. De vruchten waren goed tot donker van kleur en later in de teelt vrij licht van kleur, goed van vorm en vrij kort tot goed van lengte. De

produktie was goed tot hoog. Ook bij de lagere nachttemperatuur was de produktie goed. Het gemiddeld vruchtgewicht was vrij laag. De houdbaarheid was redelijk. Dit ras kan geschikt zijn om bij wat lagere temperaturen te telen.

Ras 8.

De groeikracht was aanvankelijk matig en later vrij sterk en de gewasopbouw was in het begin goed en later werd het gewas vrij voli Ds vruchten waren goed van kleur en redelijk van vorm (wat geschou-derd) en de lengte was aanvankelijk vrij kort en later voldoende lang. De produktie was goed tot vrij hoog en bij lage nachttempe-ratuur duidelijk lager. Het gemiddeld vruchtgewicht was normaal. De houdbaarheid was redelijk tot goed. Dit ras was in de loop van de teelt vrij wisselvallig.

Ras ,9.

De groeikracht was goed en de gewasopbouw was goed tot vrij open Er kwamen vrij veel brandkoppen voor bij dit ras. De vruchtkleur was goed tot vrij donker, de vruchten waren redelijk van vorm

(geribd en slank) en de vruchtlengte was aanvankelijk goed en later vrij lang. De produktie was hoog en het gemiddeld vruchtge-wicht normaal. Bij de lagere nachttemperatuur was de produktie duidelijk lager. De houdbaarheid was matig tot redelijk.

(13)

-Rgs-10«.

De grosikraoht was zeer sterk en de gewasopbouw was aanvankelijk goed en later werd het gewas te uol. De vruchtkleur was goed

(soms wat dof), de vruchtvorm was vrij goed (later in de teelt te lang en slank) en de lengte was goed (later soms te lang).

De produktia was hoog an het gemiddeld vruchtgewicht was normaal. Bij de lage nachttetnparatuur was de produktie lager, maar nog vrij hoog. De houdbaarheid was matig tot redelijk. Dit ras groeide erg sterk en zou voor da teelt bij wat lagere temperaturen geschikt kunnen zijn,

Ras 11.

Dit ras groeide goed tot vrij zwaar en het gewas was goed opgebouwd. Er kwamen vrij veel brandkoppen in dit ras voor. De yruchtkleur was goed tot grijsgroen (zwak aan de punt), later in de teelt werden de vruchten te lang en slank. Aanvankelijk waren vorm en lengte goed, De produktie was goed tot vrij hoog, ook bij de lagere nachttem-peratuur. Het gemiddeld vruchtgewicht was normaal tot vrij laag. Dit ras zou geschikt kunnen zijn voor de teelt bij wat lagere

temperaturen.

Ras 12.

De groeikracht was zeer sterk en later in de teelt werd het gewas vol. De vruchtkleur was aanvankelijk goed en later te licht, de vruchtvorm was redelijk (wat puntig) en tegen het einde van de teelt werden de vrucht wat lang. De produktie was goed en het

gemiddeld vruchtgewicht was vrij hoog. Bij de lagere nachttempera-tuur was de produktie lager. De houdbaarheid was matig.

Ras 13.

De groeikracht was goed evenals de gewasopbouw. Het gewas zag er zwak en geel uit. De vruchtkleur was matig (grijs en dof), de vruchtvorm was matig tot redelijk (grof en geschouderd) en de lengte was aanvankelijk te kort en later goed. De produktie was redelijk tot goed en het gemiddeld vruchtgewicht was goed tot vrij hoog. De houdbaarheid was redelijk.

(14)

Ras "14.

Dit ras groeide te zwak en het gewas was ta open en nogal geel. Er kwamen veel brandkoppen in voor» De vruchtkleur was redelijk (wat dof grijs), de vruchtvorm was matig (glad, geschouderd, kort) en de vruchten waren in het algemeen te kort. De produktie was

redelijk tot goed en het gemiddeld vruchtgewicht normaal. De uruchten waren redelijk houdbaar.

Ras 15.

De groeikracht van dit ras was matig en het gewas was goed en vrij open van opbouw. Uel kwamen er veel brandkoppen in dit ras voor. De vruchten waren .goed tot vrij donker van kleur, redelijk tot goed van vorm, aanvankelijk goed van lengte en later wat kort. De produktie was matig; ook bij de lagere nachttemperatuur. Het gemiddeld uruchtgewicht was normaal tot vrij hoog en de houdbaarheid was redelijk.

Ras 16 Uniflora D.

Da groeikracht was goed en de gewasopbouw was goed tot vrij open. Uel kwamen er wat veel brandkoppen in voor. De kleur van de vruchten was goed (soms wat dof-grijs), de vorm was redelijk tot goed (wat geschouderd en wat grof). De vruchtlengte was aanvankelijk goed en later wat kort. De produktie was goed tot vrij hoog. Bij de lagere nachttemperatuur was de produktie minder. De houdbaarheid was redelijk tot goed.

Deze gegevens mogen niet worden gepubliceerd, dan met toestemming van het hoofd Gebruikswaarde Onderzoek voor glasgroentegewassen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

PROEFSTATION VOOR DE GROENTEN- EN FRUITTEELT ONDER GLAS, TE

[r]

Door hun hoge energiewaarde zijn het prima grondstoffen voor diervoeders, samen goed voor circa een tiende van alle grondstoffen die de diervoederindustrie verwerkt.. Verbruik in

De bevraagde gecombineerde kinesitherapeuten leveren, op het moment dat ze als loontrekkende werken, gemiddeld hetzelfde volume aan prestaties per nomenclatuur als

bedrijfsbevolking. Het resultaat van het op genoemde wijze verkregen percentage volwaardigheid en het procentuele aandeel dor diverse categorieën per grootteklasse

Op basis van het voorgaande kan worden geconcludeerd dat het bij een juiste inrichting van het gebied goed mogelijk is om hier een diffuus afvoersysteem te ontwikkelen, met

 De opdrachten zijn gebaseerd op de beweiding zoals die wordt uitgevoerd op proefbedrijf De Marke..  In het kader van de opdrachten komen de gegevens in de opdrachten niet

Omschrijving De begeleider paardensport II draagt onder begeleiding zorg voor de voer- en watervoorziening voor de paarden, waarbij hij alert is op dierenwelzijn en werkt binnen