• No results found

Relatie tussen seksuele oriëntatie en internaliserende problematiek

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Relatie tussen seksuele oriëntatie en internaliserende problematiek"

Copied!
43
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Relatie tussen Seksuele Oriëntatie en Internaliserende Problematiek

Student: Talisha Sheikkariem

Studentnummer: 10688498

Scriptiebegeleider: Gabriël van Beusekom

Universiteit van Amsterdam

Datum: 30-1-2017

(2)

Inhoudsopgave Abstract……….3 Inleiding………....4 Methode………8 Resultaten……….9 Discussie………...17 Literatuurlijst………....22 Bijlagen………30

(3)

Abstract

Veel onderzoeken laten zien dat een homoseksuele oriëntatie gepaard gaat met meer internaliserende problematiek en meer middelengebruik, wanneer zij worden vergeleken met de heteroseksuele oriëntatie. Onder een homoseksuele oriëntatie kunnen een aantal seksuele oriëntaties verstaan zoals: uitsluitend-homoseksueel, voornamelijk-homoseksueel, biseksueel, seksueel-onwetend, voornamelijk-heteroseksueel en uitsluitend-heteroseksueel. Er bestaat nog geen literatuurstudie waarin alle seksuele oriëntaties met elkaar worden vergeleken op

internaliserende problematiek en middelengebruik. Met behulp van bestaande literatuur wordt in de huidige literatuurstudie een overzicht gegeven van de verschillen tussen alle seksuele oriëntaties. De resultaten laten zien dat de uitsluitend-heteroseksuelen de minste problematiek rapporteren. De seksueel-onwetenden, de homoseksuelen,

voornamelijk-heteroseksuelen en biseksuelen rapporteerden in deze volgorde meer problematiek in vergelijking tot de uitsluitend-heteroseksuelen. Hieruit kan geconcludeerd worden dat er in hulpinitiatieven meer aandacht moet worden uitgegaan naar de seksueel-onwetenden, de voornamelijk-homoseksuelen, voornamelijk-heteroseksuelen, omdat ook zij een hoger risico lopen op internaliserende problematiek en middelengebruik en zij nu vaak nog worden vergeten.

(4)

Inleiding

Homoseksuele en biseksuele (HB) mannen en vrouwen blijken meer dan uitsluitend-heteroseksuelen internaliserende problematiek (Hatzenbuehler, McLaughlin,

Nolen-Hoeksema, 2008) en middelengebruik te rapporteren (King et al., 2008). Bij internaliserende problematiek kan gedacht worden aan het hebben van een ernstige depressie (Gattis,

Woodford & Han, 2014), stemmingsstoornis, angst, gedachtes over zelfdoding en

automutilatie (King et al., 2008). Daarnaast is gebleken dat HB jongeren vaker een poging doen tot zelfdoding, dit aantal kan bij deze jongeren twee tot zeven keer hoger kan zijn in vergelijking tot uitsluitend-heteroseksuele jongeren (Bagley & Tremblay, 2000; Haas et al., 2010; King et al., 2008; Lewis, 2009; Marshal et al., 2011; Meyer, 2003; Russell, 2003, Van Bergen, Bos, Van Lisdonk, Keuzenkamp & Sandfort, 2013).

Veel onderzoekers verklaren deze psychologische problemen aan de hand van de Minderheidsstresstheorie (Plöderl et al., 2014; Meyer, 1995; Elze, 2002). De

Minderheidsstresstheorie stelt dat minderheden chronische stress ervaren doordat zij veel te maken krijgen met stigmatisering vanuit hun omgeving, wat kan leiden tot psychologische stress (Meyer, 1995). Deze theorie kan eveneens worden betrokken op seksuele minderheden zoals de uitsluitend-homoseksuelen en de biseksuelen. Met deze theorie als uitgangspunt kan beredeneerd worden dat minderheden zoals de uitsluitend-homoseksuelen en biseksuelen meer stress ervaren naar aanleiding van vier stressoren. De eerste stressor is geïnternaliseerde homofobie, de tweede stressor is stigmatisering uit de omgeving, de derde stressor is

discriminatie en de vierde stressor is geweld (Meyer, 1995). Langdurige stress ten gevolge van deze stressoren kan bovendien ernstige gevolgen hebben voor de mentale toestand en kan leiden tot een toename van internaliserende problematiek en de ontwikkeling van

(5)

middelenmisbruik (Meyer, 1995).

Verschillende onderzoekers hebben gekeken naar de internaliserende problematiek die gepaard gaat met een homoseksuele oriëntatie en hoe deze verschilt met

uitsluitend-heteroseksuelen. Onderzoek van Elze (2002) keek naar internaliserende problematiek bij Engelse HB adolescenten tussen de 13-18. jaar. HB adolescenten hebben in deze periode een grotere kans op het ontwikkelen van internaliserende problematiek omdat zij naast de

algemene stressoren tijdens de adolescentie ook nog te maken hebben met HB specifieke stressoren zoals het uit de kast moeten komen tegenover familie en vrienden en reacties van familie en vrienden op de seksuele oriëntatie. Daarnaast is gebleken dat HB adolescenten een nog grotere kans hebben op de ontwikkeling van internaliserende problematiek doordat zij behoren tot een gestigmatiseerde groep (Elze, 2002).

Naast uitsluitend-homoseksualiteit en biseksualiteit zijn er nog meer seksuele

oriëntaties die mensen kunnen hebben. Niet iedereen heeft of een uitsluitend-heteroseksuele of een uitsluitend-homoseksuele oriëntatie of een biseksuele oriëntatie. Zo bestaat er nog de seksueel-onwetende, voornamelijk-homoseksuele en de voornamelijk-heteroseksuele

oriëntatie (Savin-Williams & Vrangalova, 2013; Vrangalova & Savin-Williams, 2014). Deze seksuele oriëntaties kunnen mogelijk ook worden gelinkt aan minderheidsstress en daarmee aan de Minderheidsstresstheorie. De voorgenoemde seksuele oriëntaties behoren namelijk allemaal tot een seksuele minderheidsgroep, die mogelijk elk te maken hebben met een eigen opvatting over hun seksuele oriëntatie en te maken hebben met verschillende reacties vanuit hun omgeving, die kunnen leiden tot verschillen in internaliserende problematiek en

middelengebruik. Kennis over verschillen in internaliserende problematiek en

middelengebruik tussen seksuele oriëntaties kan betekenisvol zijn wanneer mensen hulp vormgeven voor seksuele minderheidsgroepen. Deze kennis kan betekenisvol zijn omdat deze verschillende groepen mogelijk verschillende hulpbehoeftes hebben. In de huidige

(6)

literatuurstudie wordt daarom gekeken of er verschillen zijn in internaliserende problematiek en middelengebruik tussen deze groepen. In de huidige literatuurstudie zal dan ook antwoord worden gegeven op de vraag: Is er een verschil in internaliserende problematiek tussen

verschillende seksuele oriëntaties: uitsluitend-homoseksueel, voornamelijk-homoseksueel, biseksueel, seksueel-onwetend, voornamelijk-heteroseksueel en heteroseksueel? Deze vraag

zal beantwoord worden met behulp van de volgende deelvragen: 1. Hangt een homoseksuele

oriëntatie samen met meer internaliserende problematiek? 2. Is deze veronderstelde relatie anders gegeven de seksuele oriëntatie?.

Op basis van de Minderheidsstresstheorie wordt verwacht dat er verschillen bestaan in de internaliserende problematiek tussen uitsluitend-homoseksuelen,

voornamelijk-homoseksuelen, biseksueel, seksueel-onwetenden, voornamelijk-heteroseksuelen en

uitsluitend-heteroseksuelen, waarbij de uitsluitend-heteroseksuelen waarschijnlijk in mindere mate zullen lijden aan internaliserende problematiek in vergelijking tot de andere groepen.

Verder wordt verwacht dat uitsluitend-homoseksuelen in mindere mate dan biseksuelen zullen lijden aan internaliserende problematiek omdat zij wellicht meer steun ontvangen uit hun omgeving. Daarnaast wordt verwacht dat steun een beschermende factor is in de ontwikkeling van internaliserende problematiek en middelengebruik (Balsam & Mohr, 2007). Tevens wordt verwacht dat biseksuelen in meerdere mate zullen lijden onder

internaliserende problematiek en middelengebruik. Biseksuelen komen namelijk minder snel uit de kast en hebben daardoor minder contact met andere HB personen (Balsam & Mohr, 2007). Hierdoor ontvangen zij mogelijk minder HB specifieke steun, wat weer beschermend kan werken tegen de ontwikkeling van internaliserende problematiek (Balsam & Mohr, 2007). Verwacht wordt dat de voornamelijk-homoseksuelen, de seksueel-onwetenden en de

voornamelijk-heteroseksuelen mogelijk ook in meerdere mate internaliserende problematiek en middelengebruik zullen rapporteren. Omdat zij waarschijnlijk ook minder snel uit de kast

(7)

komen en zij ook minder contact hebben met HB personen en hierdoor ook minder HB specifieke steun ontvangen. Bovendien kunnen uitsluitend-homoseksuelen zich makkelijker aansluiten bij de homogemeenschap. In tegenstelling tot biseksuelen, die niet een sterke biseksuele gemeenschap hebben (Balsam & Mohr, 2007). Hetzelfde gaat op voor de

voornamelijk-homoseksuelen, de seksueel-onwetenden en de voornamelijk-heteroseksuelen.

Verder wordt verwacht dat uitsluitend-homoseksuelen in mindere mate dan

biseksuelen zullen lijden aan internaliserende problematiek en middelengebruik omdat zij mogelijk zekerder zijn tot welke groep zij horen, biseksuelen zouden nog kunnen twijfelen over of zij uitsluitend-heteroseksueel of uitsluitend-homoseksueel zijn (Balsam & Mohr, 2007). Mogelijk voelen de voornamelijk-homoseksuelen, de voornamelijk-heteroseksuelen en de seksueel-onwetenden zich ook minder zeker over tot welke groep zij horen, wat mogelijk tot meer internaliserende problematiek en middelengebruik kan leiden. Verondersteld wordt dat men minder internaliserende problematiek vertoont en middelen gebruikt wanneer zij zich zeker voelen in de seksuele oriëntatie en wanneer zij zich verbonden voelen met een

gemeenschap (Kertzner, Meyer, Frost & Stiratt, 2009).

Samengevat wordt verwacht dat uitsluitend-heteroseksuelen het minst zullen lijden aan internaliserende problematiek, daarna uitsluitend-homoseksuelen, daarna biseksuelen/ seksueel-onwetenden/ voornamelijk-homoseksuelen/ voornamelijk-heteroseksuelen. De volgorde van de laatste vier is nog onbepaald omdat zij elk mogelijk kampen met dezelfde problemen, namelijk het hebben van minder steun, het minder snel uit de kast komen en het niet weten bij welke groep ze horen.

(8)

Methoden

Procedure

Onderzoeken die zijn meegenomen in huidige literatuurstudie voldeden aan de volgende kenmerken: 1. zij hebben zich gericht op de relatie tussen het hebben van een homoseksuele oriëntatie en het hebben van internaliserende problematiek en/of het gebruiken van middelen, 2. zij hebben de internaliserende problematiek en het gebruik van middelen van verschillende seksuele oriëntaties met elkaar vergeleken. Voor het grootste gedeelte is er gezocht naar literatuur die niet meer dan tien jaar oud is en Engelstalig is. The online bibliotheek van de Universiteit van Amsterdam en Google Scholar zijn geraadpleegd en de volgende zoektermen zijn gebruikt: psychologisch welzijn van, psychologisch welbevinden,

stoornissen, problematiek, middelengebruik, middelenmisbruik, middelenverslaving, verschillen tussen, homoseksuelen/ homoseksualiteit, biseksuelen/ biseksualiteit,

heteroseksueel/ heteroseksualiteit, voornamelijk-heteroseksueel, voornamelijk-homoseksueel, seksuele onwetend(heid), seksuele oriëntatie. Ten slotte is er geen leeftijdsrange in acht

genomen omdat er nog vrij weinig literatuur te vinden was over seksueel-onwetenden, voornamelijk-homoseksuelen en voornamelijk-heteroseksuelen.

In deze literatuurstudie zijn 39 onderzoeken meegenomen, waarvan 18 cross-sectioneel en 12 longitudinaal zijn. Daarnaast zijn er vijf meta-analyses en vier

literatuuronderzoeken geïncludeerd. Onder de geïncludeerde studies is er één Nederlands, één Frans, één Duits, één Australisch, één Nieuwe-Zeelands en zijn 34 van de studies uit

Amerika afkomstig. In de literatuurlijst zijn de geïncludeerde studies aangegeven met een asterisk.

(9)

In de bijlage is een overzicht te vinden van alle literatuur die is geïncludeerd in deze literatuurstudie. In dit overzicht zie je de naam van de auteur, de titel, het jaartal van de publicatie en het land van herkomst vermeld.

Resultaten

Internaliserende Problematiek en Middelengebruik bij de Uitsluitend-Homoseksuele Oriëntatie

Uitsluitend-homoseksuelen in Vergelijking met Uitsluitend-heteroseksuelen.

Algemene internaliserende problematiek. Uit 12 van de 39 geïncludeerde studies komt naar voren dat uitsluitend-homoseksuelen hoger scoren op internaliserende

problematiek dan uitsluitend-heteroseksuelen (Bostwick, Boyd, Hughes, & McCabe, 2010; Cochran, Sullivan, & Mays, 2003; Cochran & Mays, 2007; Elze, 2002; Fergusson, Horwood, Ridder, & Beautrais, 2005; King et al., 2008; Li, Pollitt & Russell, 2016; Mays & Cochran, 2001; McLaughlin, Hatzenbuehler, Xuan & Conron, 2012; Meyer, 2003; Haas et al., 2010; Coker et al., 2010). Bostwick et al. (2010) vonden bijvoorbeeld dat uitsluitend-homoseksuele mannen en vrouwen hoger rapporteerden op het hebben van internaliserende problematiek en mentale stoornissen in vergelijking tot uitsluitend-heteroseksuelen, zoals depressie (Li et al., 2016; Burton, Marshal, Chisolm, Sucato & Friedman, 2013) stemmingsstoornis, angststoornis (McLaughlin et al., 2012), dysthymie, manie, hypomanie, paniekstoornis (met of zonder pleinvrees), sociale fobie, specifieke fobie en een gegeneraliseerde fobie (Bostwick et al., 2010). Bostwick et al. (2010) vonden ook tegenstrijdige resultaten, namelijk dat lesbische vrouwen een minder grote kans hadden op het ontwikkelen van stoornissen in vergelijking tot uitsluitend-heteroseksuele vrouwen.

Zelfdoding. Daarnaast is uit 10 van de 39 geïncludeerde studies gebleken dat

(10)

et al., 2013; Coker et al., 2010; D’ Augelli, Hershberger, Pilkington, 2001; Fergusson et al., 2005; Haas et al, 2010; Jorm, Korten, Rodgers, Jacomb, & Christensen, 2002; McLaughlin et al., 2012; Plöderl et al., 2013; Russel & Joyner, 2001). Uit de meta-analyse van King et al. uit 2008 (n=25) is gebleken dat dit bij uitsluitend-homoseksuele mannen vier keer zo vaak kan voorkomen en bij uitsluitend-homoseksuele vrouwen twee keer zo vaak in vergelijking tot uitsluitend- heteroseksuele mannen en vrouwen (King et al., 2008).

Middelengebruik. Ten slotte is uit acht van de 39 geïncludeerde studies gebleken dat uitsluitend-homoseksuele jongeren meer rapporteerde middelen en alcohol te misbruiken (Coker et al., 2010; Drabble, Midanik, & Trocki, 2005; Hatzenbuehler, Slopen, Mclaughing & Kazak, 2014; Herek & Garnets, 2007; Marshal et al., 2009; McCabe, Hughes, Bostwick, West & Boyd , 2009; Marshal et al. 2008; McLaughlin et al., 2012) en hierin ook meer toe te nemen over tijd in vergelijking tot de uitsluitend-heteroseksuele jeugd (Marshal et al., 2009). Ten slotte kwam uit de meta-analyse (n=47) van King et al. (2008) naar voren dat

homoseksuele vrouwen hoger rapporteerden op middelen- en alcoholmisbruik in vergelijking tot homoseksuele mannen.

McCabe et al. (2009) vond tegenstrijdige resultaten, namelijk dat er geen verschil was tussen uitsluitend-homo- en heteroseksuele mannen en vrouwen in

middelengebruik/verslaving wanneer de homoseksuele man of vrouw enkel seks had gehad met het geslacht waar zij zich aangetrokken tot voelen (McCabe et al., 2009).

Uitsluitend-homoseksuelen In Vergelijking Met Biseksuelen

Middelengebruik. Uitsluitend-homoseksuele mannen en vrouwen rapporteerden veelal lager dan biseksuele mannen en vrouwen op middelenmisbruik maar rapporteerden wel hoger op middelenverslaving (McCabe et al., 2009).

(11)

Internaliserende problematiek en Middelengebruik bij de Biseksuele Oriëntatie

Biseksuelen in Vergelijking met Uitsluitend-homoseksuelen en Uitsluitend-heteroseksuelen Algemene Internaliserende Problematiek. Uit 14 van de 39 geïncludeerde studies komt naar voren dat biseksuelen meer internaliserende problematiek ervaren dan uitsluitend-homoseksuelen en vooral meer dan uitsluitend-heteroseksuelen. Zo is uit de studie van

Bostwick et al. (2010) gebleken dat het hoogste percentage van internaliserende problematiek en stoornissen werd gevonden bij biseksuele vrouwen wanneer er werd vergeleken met uitsluitend-homo- en heteroseksuele oriëntaties, zoals: stemmingsstoornis, angststoornis, depressie(Morris, Balsam & Rothblum, 2002 ;Jorm et al., 2002; Oswalt & Wyatt, 2011; McLaughlin et al., 2012; Li et al., 2016; Lhomond, Saurel-Vubizolles, & Michaels, 2014) dysthymie, manie, hypomanie, angststoornis, sociale fobie, specifieke fobie en een

gegeneraliseerde fobie (Bostwick et al., 2010). Biseksuele mannen rapporteerden hoger dan homo- en heteroseksuele mannen op het hebben van manie, hypomanie, angststoornis, sociale fobie (Bostwick et al., 2010), stemmingsstoornis, angststoornis en depressie (Jorm et al., 2002; McLaughlin et al., 2012; Li et al., 2016; Lhomond et al., 2014; Oswalt en Wyatt, 2011). Zowel biseksuele mannen als vrouwen gaven aan meer problemen te ervaren op sociaal gebied (Kertzner et al., 2009).

Zelfdoding. Uit de meta-analyse van King et al. uit 2008 (n=28) is gebleken dat biseksuelen een vaker denken aan zelfdoding en deze gedachtes ook vaker uitvoeren in vergelijking met uitsluitend-heteroseksuelen (Burton et al., 2013; Haas et al., 2010; D’ Augelli et al., 2001; Russel & Joyner, 2001) en uitsluitend-homoseksuelen (Cardom, Rostosky, & Danner, 2013; McLaughlin et al., 2012).

(12)

Biseksuelen in Vergelijking met Alle Andere Seksuele Oriëntaties

Middelengebruik. Uit de meta-analyse van Marshal et al. uit 2008 (n=18) naar voren dat biseksuele mannen en vrouwen het hoogst rapporteren op alcoholgebruik en

middelenmisbruik/verslaving in vergelijking tot alle andere seksuele oriëntaties. Dit komt overeen met bevindingen uit andere studies (Hatzenbuehler et al., 2014; Jorm et al., 2002; Drabble et al., 2005; McLaughlin et al., 2012). Uit de studie van McCabe et al. (2009) is gebleken dat biseksuele vrouwen meer alcohol misbruikte en hier verslaafd aan waren en vaker drugs gebruikte in vergelijking tot lesbische vrouwen. Biseksuele mannen misbruikte vaker alcohol, drugs en waren hier vaker verslaafd aan in vergelijking met de uitsluitend-homoseksuelen, de voornamelijk-uitsluitend-homoseksuelen, de onwetenden, de voornamelijk-heteroseksuelen en de uitsluitend-voornamelijk-heteroseksuelen (McCabe et al., 2009).

Internaliserende Problematiek en Middelengebruik bij de Voornamelijk-Heteroseksuele Oriëntatie

Voornamelijk-heteroseksuelen in Vergelijking met Uitsluitend-heteroseksuelen,

Uitsluitend-homoseksuelen en Biseksuelen

Algemene Internaliserende Problematiek. Vrangalova en Savin-Williams (2014) hebben in een meta-analyse van 39 studies gevonden dat voornamelijk-heteroseksuelen meer dan uitsluitend-heteroseksuelen last hebben van internaliserende problematiek zoals: depressie (Li et al., 2016; Burton et al., 2013), angst, zelfmutilatie, laag welzijn en een laag zelfbeeld (Vrangalova & Savin-Williams, 2014). Daarnaast is gevonden voornamelijk-heteroseksuele adolescenten meer stress ervaarden (Kuyper & Bos, 2015) en meer depressies hadden (Marshal et al., 2013) in vergelijking tot uitsluitend-homoseksuele adolescenten. Uit onderzoek van Bostwick et al. (2010) is gebleken dat voornamelijk-heteroseksuelen vaker een

(13)

mentale stoornis ontwikkelen in vergelijking tot uitsluitend-heteroseksuelen (Bostwick et al., 2010). Echter is gevonden dat de voorgenoemde internaliserende problematiek lager was op bijna alle gebieden in vergelijking tot biseksuele mannen en vrouwen. Opmerkelijk is dat Li et al. (2010) vonden dat voornamelijk-heteroseksuele mannen in vergelijking tot bi- hetero- en homoseksuele mannen een grotere kans hadden op de ontwikkeling van een depressie in de toekomst.

Zelfdoding. Uit de studie van Zhao, Montoro en Igartua (2010) bleek dat

voornamelijk-heteroseksuele studenten bijna twee keer zo hoog scoorden op gedachtes over zelfdoding in vergelijking tot uitsluitend-heteroseksuele studenten (Burton et al., 2013; Vrangalova & Savin-Williams, 2014; Zhao et al., 2010). Uit de studie van Kuyper en Bos (2015) kwam tevens naar voren dat voornamelijk-heteroseksuele adolescenten hoger scoorde op suïcidaliteit in vergelijking tot uitsluitend-homoseksuele studenten (Kuyper & Bos, 2015). Marshal en collega’s (2013) vonden dat voornamelijk-heteroseksuelen in vergelijking tot biseksuelen even hoog rapporteerden op suïcidaliteit.

Voornamelijk-heteroseksuelen in Vergelijking met Uitsluitend-heteroseksuelen

Middelengebruik. Uit onderzoek is naar voren gekomen dat

voornamelijk-heteroseksuele vrouwen meer middelen- en alcoholmisbruik rapporteerden dan uitsluitend-heteroseksuele vrouwen ( Zhao et al., 2010; Lhomond et al., 2014). Bij mannen werd dit ook gevonden, echter was dit in mindere mate (Zhao et al., 2010). In vergelijking tot biseksuele mannen en vrouwen is er gevonden dat voornamelijk-heteroseksuele vrouwen in iets mindere mate rapporteerden op middelen- en alcoholmisbruik, bij mannen was hier geen verschil zichtbaar (Vrangalova en Savin-Williams, 2014).

Voornamelijk-heteroseksuelen In Vergelijking Met Uitsluitend-homoseksuelen en Biseksuelen

(14)

Middelengebruik. Uit de studie van Kuyper en Bos (2015) kwam naar voren dat voornamelijk-heteroseksuele adolescenten hoger scoorden op drugs- en alcoholgebruik in vergelijking tot uitsluitend-homoseksuele adolescenten. Talley, Sher, Steinley, Wood en Little field (2012) vonden dat voornamelijk-heteroseksuele vrouwelijke studenten, in vergelijking tot uitsluitend-homoseksuele vrouwelijke studenten, meer alcohol misbruikte. Hetzelfde ging niet op voor de mannelijke studenten (Talley et al., 2010). Talley et al. (2012) vonden ook dat voornamelijk-heteroseksuele vrouwelijke studenten in vergelijking tot biseksuele vrouwelijke studenten, meer alcohol misbruikte. Hetzelfde ging niet op voor de mannelijke studenten (Talley et al., 2010).

Uitsluitend-Heteroseksuelen in Vergelijking met Alle Andere Seksuele Oriëntaties

Middelengebruik. Tenslotte zijn er studies die beweren dat voornamelijk-heteroseksuele mannen en vrouwen het hoogst rapporteren op middelengebruik in

vergelijking tot alle andere seksuele oriëntaties (Corliss, Rosario, Wypij, Fisher, & Austin, 2008; McCabe, Hughes, Bostwick, Morales, & Boyd, 2012).

Internaliserende problematiek en Middelengebruik bij de Voornamelijk-homoseksuele Oriëntatie

Voornamelijk-homoseksuelen in Vergelijking met Alle Andere Seksuele Oriëntaties

Algemene Internaliserende Problematiek. Lindley, Walsemann en Carter (2012) vonden dat vrouwen die voornamelijk-homoseksueel zijn, hoger rapporteerden op het hebben van depressieve symptomen en stress in vergelijking tot uitsluitend-heteroseksuele vrouwen (Burton et al., 2013; Lindley et al., 2012), maar lager rapporteerden dan biseksuele- en voornamelijk-homoseksuele vrouwen (Lhomond et al., 2014). Vergelijkbare bevindingen

(15)

voor mannen zijn naar voren gekomen in de studie van Lhomond et al. (2014) waaruit blijkt dat voornamelijk-homoseksuele mannen het hoogst rapporteerden op het hebben van een depressie in het afgelopen jaar in vergelijking tot de andere seksuele oriëntaties (Lhomond et al., 2013). Bostwick en collega’s (2010) vonden bovendien dat mannen en vrouwen die voornamelijk aangetrokken waren tot hetzelfde geslacht de meeste kans hadden op het ontwikkelen van verschillende mentale stoornissen, in vergelijking tot de andere seksuele oriëntaties, zoals: depressie, dysthymie, paniekstoornis met en zonder agorafobie, specifieke angststoornis en gegeneraliseerde angststoornis (Bostwick et al., 2010).

Zelfdoding. Cardom et al. (2013) vonden in hun longitudinale studie dat

voornamelijk-homoseksuele adolescenten meer gedachtes hebben over zelfdoding en dit ook vaker uitvoeren in vergelijking tot uitsluitend-heteroseksuele adolescenten, dit aantal was echter enigszins lager in vergelijking tot de overige seksuele oriëntaties. Opmerkelijk was dat alle seksuele oriëntaties aanzienlijk lager rapporteerden op het hebben van gedachtes over zelfdoding en het uitvoeren hiervan bij de tweede meting, behalve de voornamelijk-homoseksuelen en de biseksuelen (Cardom et al., 2013).

Middelengebruik. Uit de studie van Lindley en collega’s (2012) kwam naar voren dat vrouwen die voornamelijk-homoseksueel zijn vaker alcohol misbruiken in vergelijking met uitsluitend-homoseksuelen, biseksuelen, onwetenden, voornamelijk-heteroseksuelen en uitsluitend-heteroseksuelen (Lindley et al., 2012). Uit de studie van Lhomond et al. (2014) kwam naar voren dat voornamelijk-homoseksuele mannen samen met

uitsluitend-homoseksuele mannen hoger rapporteerden op drugsgebruik in vergelijking tot biseksuele- en uitsluitend-heteroseksuele mannen, zij rapporteerden echter wel lager dan de voornamelijk-heteroseksuele mannen. Daarnaast rapporteerden de voornamelijk-homoseksuele vrouwen samen met de uitsluitend-homoseksuele vrouwen het hoogst op drugsgebruik in vergelijking tot alle andere seksuele oriëntaties. Aangezien de uitsluitend-homoseksuelen samen zijn

(16)

genomen met de voornamelijk-homoseksuelen is het moeilijk te concluderen dat deze bevindingen ook gevonden zouden worden als er enkel werd gekeken naar de voornamelijk-homoseksuelen (Lhomond et al., 2014).

Internaliserende Problematiek en Middelengebruik bij de Seksueel-onwetende Oriëntatie

Seksueel-onwetenden in Vergelijking met Uitsluitend-Heteroseksuelen

Algemene Internaliserende Problematiek. Uit onderzoek van Bostwick et al. (2010) is naar voren gekomen dat mannen en vrouwen die nog niet zeker waren over hun seksuele oriëntatie een grotere kans hadden op het ontwikkelen van een angststoornis in vergelijking tot uitsluitend-heteroseksuele mannen en vrouwen (Bostwick et al., 2010). Uit het onderzoek van Przedworski et al. (2015) kwam naar voren dan seksueel-onwetende studenten in hogere mate rapporteerden op stress in vergelijking tot uitsluitend-heteroseksuelen (Przedworski et al., 2015). Uit de studie van Oswalt en Wyatt (2011) is gebleken dat seksueel-onwetende studenten vaker dan heteroseksuele studenten waren gediagnosticeerd met angst, depressie en paniekaanvallen, zij waren daarbij de grootste groep die een diagnose had gekregen maar die onbehandeld is gebleven (Oswalt & Wyatt, 2011).

Zelfdoding. Seksueel-onwetende studenten scoorden bijna drie keer zo hoog op het hebben van gedachtes over zelfdoding in vergelijking tot uitsluitend-heteroseksuele studenten, zij scoorden echter niet hoger op het daadwerkelijk uitvoeren van een zelfdoding, in

tegenstelling tot hun HB medestudenten die hier wel een verhoogde score op hadden (Zhao et al., 2010).

Middelengebruik. Tenslotte is uit de studie van Zhao et al. (2010) gebleken dat studenten die nog onzeker waren over hun seksuele oriëntatie in vergelijking tot uitsluitend-heteroseksuele studenten meer rapporteerden dat zij drugs gebruikte.

(17)

Discussie

In de huidige literatuurstudie is gekeken naar de relatie tussen het hebben van een homoseksuele oriëntatie en het hebben van internaliserende problematiek. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen zes homoseksuele oriëntaties, namelijk:

uitsluitend-homoseksueel, voornamelijk-uitsluitend-homoseksueel, biseksueel, seksueel-onwetend, voornamelijk- heteroseksueel. Daarnaast is er gekeken naar de volgende problematiek: stress, depressie, angst, het hebben van gedachtes over zelfdoding, het uitvoeren van zelfdoding en middelen- en alcohol gebruik. De voornamelijk-homoseksuele, biseksuele, seksueel-onwetende en de voornamelijk- heteroseksuele oriëntatie zijn in onderzoeken veelal vergeleken met de

uitsluitend-heteroseksuele oriëntatie en tevens met de uitsluitend-homoseksuele oriëntatie. De hoofdvraag: Is er een verschil in internaliserende problematiek tussen verschillende seksuele

oriëntaties: uitsluitend-homoseksueel, voornamelijk-homoseksueel, biseksueel, seksueel-onwetenden, voornamelijk-heteroseksueel en heteroseksueel?, is beantwoord middels de

volgende deelvragen: 1. Hangt een homoseksuele oriëntatie samen met meer internaliserende

problematiek? 2. Is deze veronderstelde relatie anders gegeven de seksuele oriëntatie?.

De eerste deelvraag: 1. Hangt een homoseksuele oriëntatie samen met meer

internaliserende problematiek?, is bevestigd. De veronderstelling was dat alle seksuele

oriëntaties behalve de uitsluitend-heteroseksuele oriëntatie, meer internaliserende problematiek zouden ervaren omdat zij elk mogelijk meer zouden lijden onder

minderheidsstress (Plöderl et al., 2014; Meyer, 1995; Elze, 2002). Deze veronderstelling is waar gebleken. Nagenoeg alle seksuele oriëntaties die zijn meegenomen scoorden hoger op internaliserende problematiek wanneer zij werden vergeleken met de

(18)

Er zijn enkele bevindingen die iets anders laten zien namelijk: het hebben van een minder grote kans op het ontwikkelen van een stoornis bij uitsluitend- heteroseksuele vrouwen in vergelijking tot uitsluitend-homoseksuele vrouwen (Bostwick et al., 2010). Het zou zo kunnen zijn dat uitsluitend-homoseksuele vrouwen minder

problematiek rapporteren omdat een seksuele minderheidsstatus ook een beschermende werking kan hebben (Bostwick et al., 2010). Hierbij kan gedacht worden aan een

beschermende werking door steun die zij krijgen vanuit een hechte groep waartoe zij zich verbonden voelen. Tevens is er geen verschil in middelengebruik/verslaving tussen homo-en heteroseksuele mannen en vrouwen gevonden (McCabe et al., 2009). Tussen de uitsluitend-homoseksuelen en de uitsluitend-heteroseksuelen was er geen verschil aantoonbaar in

middelengebruik/verslaving wanneer de uitsluitend-homoseksuelen enkel seks hadden gehad met het geslacht waartoe zij zich aangetrokken voelden. Er was wel een verschil aantoonbaar wanneer de uitsluitend-homoseksuelen wel seks hadden gehad met het geslacht waartoe zij zich niet voelden aangetrokken (McCabe et al., 2009). Hiermee kan gesteld worden dat een individu die seks heeft gehad met het geslacht waartoe hij/zij zich niet aangetrokken voelt meer risico loopt op het ontwikkelen van middelengebruik/verslaving. Mogelijk omdat de individu zich onprettig kan voelen bij deze seks en omdat hij/zij iets tegen zijn/haar

verlangens doet en hierbij een uitvlucht kan zoeken bij alcohol en/of drugs.

De tweede deelvraag: 2. Is deze veronderstelde relatie anders gegeven de seksuele

oriëntatie?, is tevens bevestigd. De verwachting hierbij was dat de personen die

uitsluitend-heteroseksueel zijn de minste internaliserende problematiek zou ervaren, omdat zij niet lijden onder minderheidsstress. Hierop volgend de uitsluitend-homoseksuele oriëntatie, omdat zij, gekeken naar homoseksuele oriëntaties, mogelijk de meeste steun ontvangen uit hun

omgeving en omdat zij mogelijk beter in hun vel zitten omdat zij zekerder zijn over de groep waar toe zij behoren. Hierop volgend werd verwacht dat de biseksuelen/

(19)

seksueel-onwetenden/ de voornamelijk-homoseksuelen/ de voornamelijk-heteroseksuelen in

onbepaalde volgorde de meeste internaliserende problematiek zouden ervaren. Zij kwamen mogelijk minder snel uit de kast en hadden een minder sterke gemeenschap waardoor zij mogelijk een toename zouden hebben in internaliserende problematiek. Deze verwachting is juist gebleken.

De volgorde van de laatste vier seksuele oriëntaties is duidelijker geworden. Gebleken is dat de biseksuelen in de meerderheid van de studies naar voren kwam als de groep met de meeste internaliserende problematiek. Echter kwam er in een aantal studies naar voren dat de voornamelijk-heteroseksuelen hoger rapporteerden dan de biseksuelen op enkele

probleemgebieden, zoals het hebben van een depressie in de toekomst bij mannen (Li et al., 2016), het misbruiken van alcohol bij vrouwen (Talley et al., 2012) en het gebruiken van middelen bij zowel mannen als vrouwen (Corliss et al., 2008; McCabe et al., 2012). Zowel studies die beweren dat biseksuelen de meeste internaliserende problematiek hebben, als studies die beweren dit het geval is bij de voornamelijk-heteroseksuelen, zijn sterk omdat zij ofwel meta-analytisch zijn ofwel longitudinaal. Vandaar dat concluderend gesteld wordt dat zowel biseksuelen als voornamelijk-heteroseksuelen vaker internaliserende problematiek lieten zien, waarbij het lijkt alsof biseksuelen hier toch de meeste problematiek hadden. Echter kan dit zo lijken omdat er veel onderzoek is gedaan naar de biseksuele oriëntatie, zij zijn vaker vergeleken met de uitsluitend-heteroseksuele en de uitsluitend-homoseksuele oriëntaties waardoor er vaker naar voren komt dat zij de groep zijn met de meeste internaliserende problematiek. Er is in veel mindere mate onderzoek gedaan naar de voornamelijk-heteroseksuele groep waardoor er duidelijke informatie, over een verschil in internaliserende problematiek tussen de biseksuelen en de voornamelijk-heteroseksuelen, ontbreekt.

(20)

Wanneer we kijken naar de voornamelijk-homoseksuele oriëntatie zien we

uiteenlopende bevindingen. In een aantal studies komt naar voren dat deze groep minder internaliserende problematiek heeft in vergelijking tot de biseksuele en de voornamelijk-heteroseksuele oriëntatie, echter komt in een aantal studies naar voren dat dit de groep is met de meeste internaliserende problematiek, zoals een hoger aantal depressie bij mannen

(Lhomond et al., 2014), de grootste kans op het ontwikkelen van een mentale stoornis

(Bostwick et al., 2010), meer alcoholmisbruik (Lindley et al., 2012), meeste drugsgebruik bij vrouwen (Lhomond, et al., 2014). Net zoals bij de voornamelijk-heteroseksuele groep is er ook naar deze groep weinig onderzoek gedaan waardoor het moeilijk is om te zeggen of soortgelijke bevindingen vaker gevonden zouden worden. Desalniettemin kan ook hier gesteld worden dat de voornamelijk-homoseksuele groep vaker internaliserende problematiek

ontwikkelde, echter leken de voornamelijk-heteroseksuele en de biseksuele groepen vaker problematiek te rapporteren.

Als we kijken naar de seksueel-onwetende oriëntatie kunnen we stellen dat zij in meerdere mate last hebben van internaliserende problematiek wanneer je ze vergelijkt met de uitsluitend-heteroseksuele groep (Bostwick et al., 2010; Przedworski et al., 2015; Oswalt & Wyatt, 2011; Zhao et al., 2010). Echter kwam in geen een van de geïncludeerde studies naar voren dat zij meer problematiek hadden dan de overige seksuele oriëntaties. Deze bevinding gaat tegen de verwachting in dat deze groep meer internaliserende problematiek zou hebben dan de uitsluitend-homoseksuele groep. Echter moet wel genoemd worden dat het aantal studies hierover erg matig is in hoeveelheid en dat deze bevindingen daarbij mogelijk niet representatief zijn voor de seksueel-onwetende groep in de maatschappij.

(21)

Sterke en zwakke kanten van deze literatuurstudie

De sterke kant van deze literatuurstudie is dat er veel literatuur is meegenomen die ofwel longitudinaal waren ofwel meta-analytisch. Hiermee is de betrouwbaarheid van de bevindingen hoger en de representativiteit naar individuen in de samenleving groter. Een ander sterk punt is dat er over de meerderheid van de seksuele oriëntaties veel onderzoek is gedaan waardoor er een groot aanbod is van informatie.

Het laatste leidt tevens naar een minder sterke kant van deze studie, namelijk dat er in mindere mate literatuur beschikbaar is over de seksueel-onwetenden en de voornamelijk-homoseksuelen, in vergelijking tot de literatuur die beschikbaar is over de heteroseksuelen, de voornamelijk-heteroseksuelen, de biseksuelen en de

uitsluitend-homoseksuelen. Daarnaast waren er onder de literatuur over de seksueel-onwetenden (bijna) geen meta-analyses of longitudinale studies te vinden, wat ervoor zorgt dat deze bevindingen mogelijk onbetrouwbaar zijn en mogelijk weinig representatief zijn. Een laatste zwakke kant is dat de meeste studies Amerikaans zijn wat ervoor zorgt dat de bevindingen weinig

betekenis hebben voor de Nederlandse bevolking.

Implicaties voor de praktijk

Desalniettemin is deze literatuurstudie belangrijk voor de praktijk omdat het laat zien dat er seksuele oriëntaties zijn die nu nog veelal worden vergeten, zoals de voornamelijk-homoseksuelen, voornamelijk-heteroseksuelen en de seksueel-onwetenden. Groepen waarbij het belangrijk is om ze niet te vergeten aangezien gebleken is dat ze wel een verhoogde kans hebben op het ontwikkelen van internaliserende problematiek en middelengebruik. Het is wenselijk dat deze seksuele oriëntaties ook worden meegenomen wanneer hulpinitiatieven worden vormgegeven voor HB groepen. Daarnaast laat deze literatuurstudie zien dat er duidelijk meer seksuele oriëntaties bestaan dan waar nu in de wetenschap rekening mee wordt

(22)

gehouden. Vragenlijsten die nu worden gebruikt om erachter te komen tot wat voor seksuele oriëntatie iemand behoort bevatten nu vaak enkel de keuze: Heteroseksueel, Homoseksueel, Biseksueel en Onwetend. Deze keuzes kunnen worden aangevuld met: Voornamelijk-heteroseksueel en Voornamelijk-homoseksueel.

Tevens is deze literatuurstudie belangrijk omdat het aantoont dat er nog veel literatuur ontbreekt over deze vergeten groepen. Vervolgonderzoek kan zich allereerst richten op het verhelderen van de internaliserende problematiek waar deze groepen tegen aanlopen. Mogelijk ervaren deze groepen andere stressoren dan de uitsluitend-homoseksuelen en de biseksuelen, hierom is het wenselijk dat de stressoren en internaliserende problematiek per groep wordt bestudeerd.

(23)

Literatuurlijst:

Bagley, C., & Tremblay, P. (2000). Elevated rates of suicidal behavior in gay, lesbian, and bisexual youth. Crisis: The Journal of Crisis Intervention and Suicide Prevention,

21, 111-117. doi:10.1027//0227-5910.21.3.111

Balsam, K. F., & Mohr, J. J. (2007). Adaptation to sexual orientation stigma: A comparison of bisexual and lesbian/gay adults. Journal of Counseling Psychology, 54, 306-319. doi: 10.1037/0022-0167.54.3.306

*Bostwick, W. B., Boyd, C. J., Hughes, T. L., & McCabe, S. E. (2010). Dimensions of sexual orientation and the prevalence of mood and anxiety disorders in the United States.

American Journal of Public Health, 100, 468-475. doi:10.2105/AJPH.2008.152942

*Burton, C. M., Marshal, M. P., Chisolm, D. J., Sucato, G. S., & Friedman, M. S. (2013). Sexual minority-related victimization as a mediator of mental health disparities in sexual minority youth: A longitudinal analysis. Journal of Youth and Adolescence,

42, 394-402. doi:10.1007/s10964-012-9901-5

*Cardom, R., Rostosky, S., & Danner, F. (2013). Does “it get better” for depressed sexual minority youth in young adulthood? Journal of Adolescent Health, 53, 671-673. doi: 10.1016/j.jadohealth.2013.07.023

*Cochran, S. D., Sullivan, J. G., & Mays, V. M. (2003). Prevalence of mental disorders, psychological distress, and mental health services use among lesbian, gay, and bisexual adults in the United States. Journal of Consulting and Clinical Psychology,

71, 53-61. doi:10.1037/0022-006X.71.1.53

*Cochran, S. D., & Mays, V.M. (2007). Physical health complaints among lesbians, gay men, and bisexual and homosexually experienced heterosexual individuals: Results from the

(24)

California Quality of Life Survey. American Journal of Public Health, 97, 2048-2055. doi:10.2105/AJPH.2006.087254

*Corliss, H. L., Rosario, M., Wypij, D., Fisher, L. B., & Austin, S. B. (2008). Sexual

orientation disparities in longitudinal alcohol use patterns among adolescents: findings from the Growing Up Today Study. Archives of Pediatrics & Adolescent Medicine,

162, 1071-1078. doi:10.1001/archpedi.162.11.1071

*Coker , T. R. , Austin , B. S. , & Schuster , M. A. (2010). The health and health care of lesbian, gay, and bisexual adolescents. Annual Review of Public Health, 31, 457-477. doi:10.1146/annurev.publhealth.012809.103636

*D'Augelli, A. R., Hershberger, S. L., & Pilkington, N. W. (2001). Suicidality patterns and sexual orientation‐related factors among lesbian, gay, and bisexual youths. Suicide and

life-threatening behavior, 31, 250-264. doi:10.1521/suli.31.3.250.24246

*Drabble, L. A., Midanik, L. T., & Trocki, K. (2005). Reports of alcohol consumption and alcohol-related problems among homosexual, bisexual and heterosexual respondents: results from the 2000 National Alcohol Survey. Journal of Studies on Alcohol, 66, 111-121. doi:10.15288/jsa.2005.66.111

*Elze, D. E. (2002). Risk factors for internalizing and externalizing problems among gay, lesbian, and bisexual adolescents. Social Work Research, 26, 89-100. doi:10.1093 /swr/26.2.89

*Everett, B., & Mollborn, S. (2013). Differences in hypertension by sexual orientation among US young adults. Journal of Community Health, 38, 588-596. doi:10.1007/s10900 *Fergusson, D. M., Horwood, L. J., Ridder, E. M., & Beautrais, A. L. (2005) ‘Sexual

orientation and mental health in a birth cohort of young adults’. Psychological

(25)

Gattis, M. N., Woodford, M. R., & Han, Y. (2014). Discrimination and depressive symptoms among sexual minority youth: is gay-affirming religious affiliation a protective

factor? Archives of Sexual Behavior, 43, 1589-1599. doi:10.1007/s10508-014-0342-y *Haas, A. P., Eliason, M., Mays, V. M., Mathy, R. M., Cochran, S. D., D'Augelli, A. R., ... &

Russell, S. T. (2010). Suicide and suicide risk in lesbian, gay, bisexual, and

transgender populations: review and recommendations. Journal of Homosexuality,

58, 10-51. doi:10.1080/00918369.2011.534038

*Hatzenbuehler, M. L., McLaughlin, K. A., & Nolen‐Hoeksema, S. (2008). Emotion

regulation and internalizing symptoms in a longitudinal study of sexual minority and heterosexual adolescents. Journal of Child Psychology and Psychiatry, 49, 1270-1278. doi:10.1111/j.1469-7610.2008.01924.x

*Hatzenbuehler, M. L., Slopen, N., & McLaughlin, K. A. (2014). Stressful life events, sexual orientation, and cardiometabolic risk among young adults in the United States. Health

Psychology, 33, 1185-1194. doi:10.1037/hea0000126

*Herek , G. M. , & Garnets , L. D. (2007). Sexual Orientation and Mental Health. Annual

review of Clinical Psychology, 3, 353-375. doi:10.1146/annurev.clinpsy.3.022806

.091510

*Jorm, A. F., Korten, A. E., Rodgers, B., Jacomb, P. A., & Christensen, H. (2002). Sexual orientation and mental health: Results from a community survey of young and middle aged adults. The British Journal of Psychiatry, 180, 423-427. doi: 10.1192/bjp.180.5 .423

*Kertzner, R. M., Meyer, I. H., Frost, D. M., & Stirratt, M. J. (2009). Social and

(26)

gender, age, and sexual identity. American Journal of Orthopsychiatry, 79, 500-510. doi:10 .1037/a0016848

*King, M., Semlyen, J., Tai, S. S., Killaspy, H., Osborn, D., Popelyuk, D., & Nazareth, I. (2008). A systematic review of mental disorder, suicide, and deliberate self-harm in lesbian, gay and bisexual people. BMC Psychiatry, 8, 70. doi:10.1186/1471-244X-870

*Kuyper, L., & Bos, H. (2015). Mostly Heterosexual and Lesbian/Gay Young Adults:

Differences in Mental Health and Substance Use and the Role of Minority Stress, The

Journal of Sex Research, 53, 731-741. doi:10.1080/00224499.2015.1071310

Lewis, N. M. (2009). Mental health in sexual minorities: Recent indicators, trends, and their relationships to place in North America and Europe. Health & place, 15, 1029-1045. doi:10.1016/j.healthplace.2009.05.003

*Lhomond, B., Saurel-Cubizolles, M. J., & Michaels, S. (2014). A multidimensional measure of sexual orientation, use of psychoactive substances, and depression: results of a national survey on sexual behavior in France. Archives of Sexual Behavior, 43,607-619. doi:10.1007/s10508-013-0124-y

*Li, G., Pollitt, A.M. & Russell, S.T. (2016). Depression and Sexual Orientation During Young Adulthood: Diversity Among Sexual Minority Subgroups and the Role of Gender Nonconformity. Archives of Sexual Behavior, 45, 697-711. doi:10.1007/s10508 -0150515-3

*Lindley, L. L., Walsemann, K. M., & Carter Jr, J. W. (2012). The association of sexual orientation measures with young adults' health-related outcomes. American Journal of

(27)

*Mays, V. M., & Cochran, S. D. (2001). Mental health correlates of perceived discrimination among lesbian, gay, and bisexual adults in the United States. American Journal of

Public Health, 91, 1869-1876. doi:10.2105/AJPH.91.11.1869

*Marshal , M. P. , Friedman , M. S. , Stall , R. , King , K. M. , Miles , J. , Gold , M. A. , … Morse , J. Q. (2008). Sexual orientation and adolescent substance use: A meta-analysis and methodological review. Addiction, 103, 546-556. doi:10.1111/j.1360-0443.2008 .02149.x

*Marshal, M. P., Friedman, M. S., Stall, R., & Thompson, A. L. (2009). Individual trajectories of substance use in lesbian, gay and bisexual youth and heterosexual youth. Addiction, 104, 974-981. doi:10.1111/j.1360-0443.2009.02531.x

Marshal, M. P., Dietz, L. J., Friedman, M. S., Stall, R., Smith, H. A., McGinley, J., Thomas, B. C., Brent, D. A. (2011). Suicidality and depression disparities between sexual minority and heterosexual youth: A meta-analytic review. Journal of Adolescent

Health, 49, 115–123. doi:10.1016/j.jadohealth.2011.02.005

*Marshal, M. P., Dermody, S. S., Cheong, J., Burton, C. M., Friedman, M. S., Aranda, F., & Hughes, T. L. (2013). Trajectories of depressive symptoms and suicidality among heterosexual and sexual minority youth. Journal of Youth and Adolescence, 42, 1243-1256. doi:10.1007/s10964-013-9970-0

*McCabe, S. E., Hughes, T. L., Bostwick, W. B., West, B. T., & Boyd, C. J. (2009). Sexual orientation, substance use behaviors and substance dependence in the United States.

(28)

*McCabe, S. E., Hughes, T. L., Bostwick, W., Morales, M., & Boyd, C. J. (2012).

Measurement of sexual identity in surveys: implications for substance abuse research.

Archives of Sexual Behavior, 41, 649-657. doi:10.1007/s10508-011-9768-7

*McLaughlin, K. A., Hatzenbuehler, M. L., Xuan, Z., & Conron, K. J. (2012).

Disproportionate exposure to early-life adversity and sexual orientation disparities in psychiatric morbidity. Child abuse & neglect, 36, 645-655. doi: 10.1016/j.chiabu.2012 .07.004

Meyer, I. H. (1995). Minority stress and mental health in gay men. Journal of health and

social behavior, 36, 38-56. Geraadpleegd op: http://www.jstor.org.proxy.uba.uva

.nl:2048 /stable/2137286

Meyer, I. H. (2003). Prejudice, social stress, and mental health in lesbian, gay, and bisexual populations: conceptual issues and research evidence. Psychological Bulletin, 129, 674. doi:10.1037/0033-2909.129.5.674

*Morris, J. F., Balsam, K. F., & Rothblum, E. D. (2002). Lesbian and bisexual mothers and nonmothers: Demographics and the coming-out process. Journal of Family

Psychology, 16, 144. doi:10.1037/0893-3200.16.2.144

*Newcomb, M. E., & Mustanski, B. (2010). Internalized homophobia and internalizing mental health problems: A meta-analytic review. Clinical Psychology Review, 30, 1019-1029. doi: 10.1016/j.cpr.2010.07.003

*Oswalt, S. B., & Wyatt, T. J. (2011). Sexual orientation and differences in mental health, stress, and academic performance in a national sample of US college students. Journal

(29)

Plöderl, M., Sellmeier, M., Fartacek, C., Pichler, E. M., Fartacek, R., & Kralovec, K. (2014). Explaining the suicide risk of sexual minority individuals by contrasting the minority stress model with suicide models. Archives of sexual behavior, 43, 1559-1570. doi:10 .1007/s10508-014-0268-4

*Plöderl, M., Wagenmakers, E., Tremblay, P., Ramsay, R., Kralovec, K., Fartacek, C., & Fartacek, R. (2013). Suicide Risk and Sexual Orientation: A Critical Review. Archives

Sexual Behavior. 42, 715-727. doi:10.1007/s10508-012-0056-y

*Przedworski, J. M., VanKim, N. A., Eisenberg, M. E., McAlpine, D. D., Lust, K. A., & Laska, M. N. (2015). Self-reported mental disorders and distress by sexual orientation: Results of the Minnesota College Student Health Survey. American Journal of

Preventive Medicine, 49, 29-40. doi:10.1016/j.amepre.2015.01.024

Russell, S. T. (2003). Sexual minority youth and suicide risk. American Behavioral Scientist,

46, 1241–1257. doi:10.1177/0002764202250667

*Russell, S. T., & Joyner, K. (2001). Adolescent sexual orientation and suicide risk: Evidence from a national study. American Journal of Public Health, 91, 1276-1281. doi:10. 2105/AJPH.91.8.1276

Savin-Williams, R. C., & Vrangalova, Z. (2013). Mostly heterosexual as a distinct sexual orientation group: A systematic review of the empirical evidence. Developmental

Review, 33, 58-88. doi:10.1016/j.dr.2013.01.001

*Talley, A. E., Sher, K. J., Steinley, D., Wood, P. K., & Little field, A. K. (2012). Patterns of alcohol use and consequences among empirically derived sexual minority subgroups.

(30)

Van Bergen, D., Bos, H. M. W., van Lisdonk, J., Keuzenkamp, S., & Sandfort, T. G. M. (2013). Victimization and Suicidality Among Dutch Lesbian, Gay, and Bisexual Youths. American Journal of Public Health, 103, 70-72. doi:10.2105/AJPH .2012.300797

*Vrangalova, Z., & Savin-Williams, R. C. (2014). Psychological and physical health of mostly heterosexuals: A systematic review. The Journal of Sex Research, 51, 410-445. doi:10.1080/00224499.2014.883589

*Zhao, Y., Montoro, R., Igartua, K., & Thombs, B. D. (2010). Suicidal ideation and attempt among adolescents reporting “unsure” sexual identity or heterosexual identity plus same-sex attraction or behavior: forgotten groups? Journal of the American Academy

(31)

Bijlagen

Tabel 1: Literatuur

Artikel Auteur Jaartal Soort Onderzoek Land

1. Lesbian and bisexual mothers and nonmothers: Demographics and the coming-out process. Morris, J. F., Balsam, K. F., & Rothblum, E. D 2002 Cross-sectioneel Amerika 2. Dimensions of sexual orientation and the prevalence of mood and anxiety disorders in the United States. Bostwick, W. B., Boyd, C. J., Hughes, T. L., & McCabe, S. E. 2010 Longitudinaal Amerika 3. Sexual minority-related victimization as a mediator of mental health disparities in sexual minority Burton, C. M., Marshal, M. P., Chisolm, D. J., Sucato, G. S., & Friedman, M. S. 2013 Longitudinaal Amerika

(32)

youth: A longitudinal analysis 4. Prevalence of mental disorders, psychological distress, and mental health services use among lesbian, gay, and bisexual adults in the United States. Cochran, S. D., Sullivan, J. G., & Mays, V 2003 Cross-sectioneel Amerika 5. Physical health complaints among lesbians, gay men, and bisexual and homosexually experienced heterosexual individuals: Results from the California Quality of Life Survey. Cochran , S. D. , & Mays , V. M. 2007 Cross-sectioneel Amerika

(33)

disparities in longitudinal alcohol use patterns among adolescents: findings from the Growing Up Today Study. Rosario, M., Wypij, D., Fisher, L. B., & Austin, S. B.

7. The health and health care of lesbian, gay, and bisexual adolescents. Coker , T. R. , Austin , B. S. , & Schuster , M. A. 2010 Literatuuronderzoek Amerika 8. Suicidality patterns and sexual orientation‐ related factors among lesbian, gay, and bisexual youths. D'Augelli, A. R., Hershberger, S. L., & Pilkington, N. W. 2001 Cross-sectioneel Amerika 9. Reports of alcohol consumption and alcohol-related Drabble, L. A., Midanik, L. T., & Trocki, K. 2005 Cross-sectioneel Amerika

(34)

problems among homosexual, bisexual and heterosexual respondents: results from the 2000 National Alcohol Survey. 10. Risk factors for

internalizing and externalizing problems among gay, lesbian, and bisexual

adolescents.

Elze, D. E. 2002 Cross-sectioneel Amerika

11. Differences in hypertension by sexual orientation among US young adults. Everett, B., & Mollborn, S. 2013 Cross-sectioneel Amerika 12. ‘Sexual orientation and mental health in a birth cohort of young adults’. Fergusson, D. M., Horwood, L. J., Ridder, E. M., & Beautrais, A. 2005 Longitudinaal Nieuw-Zeeland

(35)

L. 13. Suicide and suicide risk in lesbian, gay, bisexual, and transgender populations: review and recommendations. Haas, A. P., Eliason, M., Mays, V. M., Mathy, R. M., Cochran, S. D., D'Augelli, A. R., ... & 2010 Literatuurstudie Amerika 14. Emotion regulation and internalizing symptoms in a longitudinal study of sexual minority and heterosexual adolescents. Hatzenbuehler, M. L., McLaughlin, K. A., & Nolen‐ Hoeksema, S. 2008 Longitudinaal Amerika 15. Stressful life events, sexual orientation, and cardiometabolic risk among young adults in the United States. Hatzenbuehler, M. L., Slopen, N., & McLaughlin, K. A. 2014 Longitudinaal Amerika

(36)

Orientation and Mental Health. & Garnets , L. D. 17. Sexual orientation and mental health: Results from a community survey of young and middle aged adults. Jorm, A. F., Korten, A. E., Rodgers, B., Jacomb, P. A., & Christensen, H. 2002 Cross-sectioneel Australië 18. Social and psychological well-being in lesbians, gay men, and bisexuals: the effects of race, gender, age, and sexual identity. Kertzner, R. M., Meyer, I. H., Frost, D. M., & Stirratt, M. J. 2009 Cross-sectioneel Amerika 19. A systematic review of mental disorder, suicide, and deliberate self-harm in lesbian, gay and

King, M., Semlyen, J., Tai, S. S., Killaspy, H., Osborn, D., Popelyuk, D., 2008 Meta-analyse Amerika

(37)

bisexual people. & Nazareth, I. 20. Mostly Heterosexual and Lesbian/Gay Young Adults: Differences in Mental Health and Substance Use and the Role of Minority Stress. Kuyper, L., & Bos, H. 2015 Cross-sectioneel Nederland 21. A multidimensional measure of sexual orientation, use of psychoactive substances, and depression: results of a national survey on sexual behavior in France. Lhomond, B., Saurel-Cubizolles, M. J., & Michaels, S. 2014 Cross-sectioneel Frankrijk 22. Depression and Sexual Li, G., Pollitt, A.M. & 2016 Longitudinaal Amerika

(38)

Orientation During Young Adulthood: Diversity Among Sexual Minority Subgroups and the Role of Gender Nonconformity. Russell, S.T. 23. The association of sexual orientation measures with young adults' health-related outcomes. Lindley, L. L., Walsemann, K. M., & Carter Jr, J. W. 2012 Longitudinaal Amerika 24. Mental health correlates of perceived discrimination Mays, V. M., & Cochran, S. D 2001 Cross-sectioneel Amerika 25. Sexual orientation and adolescent substance use: A meta-analysis and methodological review. Marshal , M. P. , Friedman , M. S. , Stall , R. , King , K. M. , Miles , J. , Gold , M. A. , 2008 Meta-analyse Amerika

(39)

… 26. Individual

trajectories of substance use in lesbian, gay and bisexual youth and heterosexual youth. Marshal, M. P., Friedman, M. S., Stall, R., & Thompson, A. L. 2009 Longitudinaal Amerika 27. Suicidality and depression disparities between sexual minority and heterosexual youth: A meta-analytic review. Marshal, M. P., Dietz, L. J., Friedman, M. S., Stall, R., Smith, H. A., McGinley, J., Thoma, B. 2011 Meta-analyse Amerika 28. Trajectories of depressive symptoms and suicidality among heterosexual and sexual minority youth. Marshal, M. P., Dermody, S. S., Cheong, J., Burton, C. M., Friedman, M. S., Aranda, F., & Hughes, T. L. 2013 Longitudinaal Amerika

(40)

orientation, substance use behaviors and substance dependence in the United States. Hughes, T. L., Bostwick, W. B., West, B. T., & Boyd, C. J. 30. Measurement of sexual identity in surveys: implications for substance abuse research. McCabe, S. E., Hughes, T. L., Bostwick, W., Morales, M., & Boyd, C. J. 2012 Cross-sectioneel Amerika 31. Disproportionate exposure to early-life adversity and sexual orientation disparities in psychiatric morbidity. McLaughlin, K. A., Hatzenbuehler, M. L., Xuan, Z., & Conron, K. J. 2012 Longitudinaal Amerika 32. Internalized homophobia and internalizing mental health problems: A meta-analytic Newcomb, M. E., & Mustanski, B. 2010 Meta-analyse Amerika

(41)

review. 33. Sexual orientation and differences in mental health, stress, and academic performance in a national sample of US college students. Oswalt, S. B., & Wyatt, T. J. 2011 Cross-sectioneel Amerika

34. Suicide Risk and Sexual Orientation: A Critical Review. Plöderl, M., Wagenmakers, E., Tremblay, P., Ramsay, R., Kralovec, K., Fartacek, C., & Fartacek, R. 2013 Literatuuronderzoek Duitsland 35. Self-reported mental disorders and distress by sexual orientation: Results of the Minnesota Przedworski, J. M., VanKim, N. A., Eisenberg, M. E., McAlpine, D. D., Lust, K. 2015 Cross-sectioneel Amerika

(42)

College Student Health Survey.

A., & Laska, M. N. 36. Adolescent sexual orientation and suicide risk: Evidence from a national study. Russell, S. T., & Joyner, K. 2001 Cross-sectioneel Amerika 37. Patterns of alcohol use and consequences among empirically derived sexual minority subgroups Talley, A. E., Sher, K. J., Steinley, D., Wood, P. K., & Little field, A. K. 2012 Longitudinaal Amerika 38. Psychological and physical health of mostly heterosexuals: A systematic review. Vrangalova, Z., & Savin-Williams, R. C. 2014 Literatuuronderzoek Amerika 39. Suicidal ideation and attempt among adolescents Zhao, Y., Montoro, R., Igartua, K., & Thombs, B. D. 2010 Cross-sectioneel Amerika

(43)

reporting “unsure” sexual identity or heterosexual identity plus same-sex attraction or behavior: forgotten groups?

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Chapter 4 An evaluation of physical, chemical and biological soil profile reconstruction of gold tailings material on initial native grass species establishment

for Open Science initiatives Newcomers & experienced colleagues Member initiatives, collection of established formats Provide input to policy,. infrastructure, and

weaker ones and stand a chance to produce offsprings.. Chapter 3 explains the first task of IDS, namely intrusion monitoring. Intrusion is monitored by placing IDSs in various

The increasing availability of human induced pluripotent stem cells (hiPSC) derived from healthy individuals and patients have accelerated advances in developing experimental in

FIGURE 6 The average delay per vehicle as a function of load depending on origin of the vehicle and the green wave design (optimisation of average delay, green wave measure or

Conclusion: Endovascular treatment of PAA with heparin-bonded stent grafts is a safe treatment option with good early and mid-term patency rates comparable with open repair using

I-V characteristics of diodes with different PureB layer thickness showing the emitter current I E (solid line) and the differential current ∆I E.

The Special Issue Special Issue “E-learning and lifelong learning in the globalised world” includes some papers, prepared and presented by authors that participated in the