• No results found

Notities Handelseconomisch Recht

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Notities Handelseconomisch Recht"

Copied!
39
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Notities Handelseconomisch Recht

De cursusdienst van de faculteit Toegepaste

Economische Wetenschappen aan de Universiteit

Antwerpen.

Op het Weduc forum vind je een groot aanbod van samenvattingen, examenvragen, voorbeeldexamens en veel meer, bijgehouden door je medestudenten.

(2)

Hoofdstuk 1: algemene regels handelsrecht

Verschil tussen handelsrecht en economisch recht - Handelsrecht

Burgerlijkrecht

= burger centraal, bepaalt heel uw bestaan, leven en overlijden Handelsrecht

= geschreven voor handelaars

= bepaalt wanneer uw handelaar bent, technieken om handelaar te zijn, rechten en plichten

- Economisch recht

= ruimer dan alleen een recht voor handelaren

 U vertrekt vanuit het begrip ondernemingen (meer dan alleen handelaars) = markt-regulerend recht

= recht dat bepaalt hoe u u op de markt moet gedragen Vb. kartelrecht/mededingingsrecht

Op de markt geen verboden prijs afspraken maken  Heeft betrekking op hoe u zich op de markt gedraagt Vb. Monopolist

= de enige die een product op de markt kan brengen  Geen misbruik maken van machtspositie

Marktpraktijken (ook marktregulerendrecht) de manier waarop u zich op de markt begeeft Mag u verkopen met verlies?

Mag u vergelijken bij reclame?

Vindplaats (welke bronnen voor regels) van het handelsrecht en economisch recht HR: wetboek van koophandel

 Evolutie wetgever begint wb leeg te maken (onderbrengen in ander wb (WER) of in afzonderlijke wetten)

 Op termijn wetboek van koophandel verdwijnen Vb. Faillissementsrecht

Vennootschapsrecht

(Weggenomen uit het wetboek van koophandel) ER: WER (wetboek economisch recht)

 Doelstelling: alle economische wetgeving moet hierin terecht komen Bestaat uit een aantal deelboeken, boek 1 tot 18

(3)

Wie is handelaar?

Kooplieden zijn zij die daden uitoefenen, bij de wet daden van koophandel genoemd

(= objectieve daden van koophandel), en daarvan, hoofdzakelijk of aanvullend, hun gewoon beroep maken

(Gewoon beroep = zelfstandig, duurzaam, met winstoogmerk)

 Artikel 1 van het wetboek van koophandel

Voorbeeld (toepassen van artikel 1 van wetboek van koophandel)

Hoofdactiviteit: student

Bij-activiteit: oude brommertjes herstellen en verkopen

1. Objectieve daden van koophandel? 2 namelijk aankopen met de bedoeling te verkopen + daadwerkelijk verkopen + winstoogmerk

2. Gewoon beroep: zelfstandig + regelmaat + winstoogmerk

3. Stellen van daden van koophandel aanvullend of hoofdzakelijk u beroep maken Handelaar

Wetgeving enkel en alleen van toepassing op handelaar Vb. enkel en alleen een handelaar kan failliet gaan

U kan maar handelaar zijn wanneer u de daden die stelt, meerdere keren gaat stellen = regelmaat in zitten met winstoogmerk

- Wat als u meerdere activiteiten doet?

Aantal die je kan kwalificeren als objectieve daad van koophandel, maar ook aantal van burgerlijke daden

Vb. Tandarts vrij beroep + verkoop van tandenborstels (onderdeel van objectieve daden) Hoofdactiviteit: tandverzorging  burgerlijke activiteit

Ter ondersteuning van de hoofdactiviteit: verkopen  Blijven buiten handelsrecht

MAAR(!) als je burgerlijke daden en daden van koophandel stelt en deze staan los van elkaar dan wordt je wel handelaar

- Hoe zit het met de overheid? Overheid als handelaar zien of niet?

Regel: men neemt aan de overheid geen winstoogmerk is, bijgevolg kan de overheid geen handelaar zijn

Uitzondering

Autonome overheidsbedrijven Vb. NMBS/ B-post /proximus

- Hoe zit het met vzw?

(4)

Problemen

1. Vele vzw’s stellen daden die u toch kan onderbrengen bij objectieve daden van koophandel  blijven buiten handelsrecht als activiteit ter ondersteuning is van doel van de vzw

2. Als opbrengsten belangrijkste worden in vzw  wordt ontbonden Hoe ontdekt u dat iemand handelaar is?

Verschil fysiek persoon en vennootschap

Fysieke persoon  kijken naar de daadwerkelijke uitgevoerde activiteit Vennootschap  Doelstellingen neerschrijven in statuten

Als in de statuten een activiteit staat geschreven die u kan onderbrengen in een van de activiteiten van artikel van 2 en 3 is deze vennootschap onweerlegbaar een handelaar (niet kijken naar winstoogmerk)

Objectieve daad van koophandel

= limitatieve lijst

Wetgeving geeft een lijst van daden waarvan de wetgever zegt dat het objectieve daden van koophandel zijn  limitatief dus geen andere

 Vinden we terug in het Artikel 2/3 wb kh

Ook het verkopen van goederen is een objectieve daad van koophandel Het aankopen voor het verhuren is ook een objectieve daad van koophandel (2 daden)

Art. 2 W.kh.

1. Elke aankoop van voedingsmiddelen en koopwaren om die verder te verkopen, al dan niet na bewerking of verwerking

Als u zaken aankoopt, (gewone of voedingsmiddelen) met de bedoeling die verder te verkopen dan stelt u een objectieve daad van koophandel

Vb. Schoenwinkel koopt en verkoopt

 Objectieve daad van koophandel (= enkel het aankopen)

Is de broodjeszaak handelaar? Koopt voedingswaren aan  bewerkt die tot een belegd broodje  Verkopen

2. Elke aankoop van voedingsmiddelen en koopwaren om het gebruik ervan te verhuren, al dan niet na bewerking of verwerking

Activiteit die erin bestaat dat u iets aankoopt om het te verhuren

Vb. Fietsenwinkel aan de kust, kopen fietsen aan, met de bedoeling deze te verhuren aan toeristen (Kan de onderdelen aankopen en vervolgens verhuren)

3. Elke verkoop die het gevolg is van een aankoop bedoeld onder 1° Iemand die aankoopt om te verkopen, en ook degelijk verkoopt

Vb. Schoenwinkel koopt goederen aan (objectieve daad) + schoenwinkel verkoopt (objectieve daad)

(5)

4. Elke verhuring die het gevolg is van een aankoop bedoeld onder 2° Iemand die aankoopt, met de bedoeling te verhuren

Aankoop = objectieve daad Verhuren zelf = objectieve daad

 Je moet er maar 1 stellen om handelaar te zijn

5. Elke huur van roerende goederen om die in onderhuur te geven Men huurt iets met de bedoeling om het verder te verhuren

6. Elke onderverhuring die het gevolg is van een huur bedoeld in 5° Fietsen huren = objectieve daad

Fietsen verhuren = objectieve daad

7. Elk in hoofdzaak materieel werk verricht ingevolge een huur van diensten, zodra het, zelfs op bijkomstige wijze gepaard gaat met de levering van koopwaar

Mensen die diensten verrichten tegen betaling, dienstverlening gaat gebaard met de levering van koopwaar, ook als is de levering van koopwaar niet de belangrijkste van de overeenkomst Vb. Kapper levert een dienst + levering van koopwaar (gebruiken van eigen shampoo)

Vb. Elektricien

8. Elke aankoop van een handelszaak om die te exploiteren

Handelsactiviteit van iemand anders overkopen (schoenwinkel overnemen)

9. Alle verrichtingen van industriële ondernemingen, zelfs wanneer de ondernemer slechts de voortbrengselen van zijn eigen grond verwerkt, en voor zover het geen verwerking betreft die normaal bij landbouwbedrijven behoort

Activiteiten van bewerking/verwerking: niet noodzakelijk uw eigen goederen moet verwerken of bewerken  Er moet een regelmaat inzitten (niet eenmalig)

Vb. kleine bedrijven die ergens anders hun grondstoffen bestellen Onderneming: regelmatigheid zitten in het stellen van de daden

Landbouwactiviteiten worden niet aan handelsrecht gekoppeld, geen objectieve daden van koophandel  burgerlijk recht

10. Alle verrichtingen van ondernemingen van openbare of privatieve werken Activiteiten uit de bouwsector

11. Alle verrichtingen van ondernemingen van vervoer te land, te water of door de lucht 12. Alle verrichtingen van ondernemingen van leveringen

Op periodieke tijdstippen goederen of diensten leveren tegen betalingen Vb. het rusthuis/ Vb. maatschappij die brandstof levert

13. Alle verrichtingen van ondernemingen van zaakwaarneming of zaakbezorging Tegen betaling behartigen van de belangen van een derde

Vb. huwelijksbureau: tegen betaling zoekt men voor u de ideale partner

14. Alle verrichtingen van ondernemingen van openbare verkopingen (roerende goederen)

(6)

Onderneming van het organiseren van verkopen van roerende goederen Vb. veilinghuizen

15. Alle verrichtingen van ondernemingen van openbare schouwspelen Aanbieden van ontspanning tegen betaling

Vb. uitbater bioscoop, speeltuin, zwembad, sauna

16. Alle verrichtingen van ondernemingen van premieverzekeringen

Verzekeringsmaatschappijen, tegen betaling van een premie een risico denken

17. Alle verbintenissen van handelsagenten voor het bemiddelen of afsluiten van zaken Zie volgende les handelsagent: iemand die voor andere opzoek gaat naar cliënteel

 Stelt altijd objectieve daden van koophandel

18. Elke bank-, wissel-, commissie- of makelaarsverrichting Wisselverrichtingen: omzetten van valuta

Commissie- of makelaarsverrichtingen: zie volgende week: zelfde als handelsagenten 19. Alle verrichtingen van ondernemingen die tot doel hebben onroerende goederen te

kopen om ze weder te verkopen

Activiteiten waarbij u onroerende goed aankoopt met de bedoeling die onroerend goed door te verkopen

20° Alle verrichtingen van openbare banken

21° Alle verbintenissen uit wisselbrieven, mandaten, orderbriefjes of ander order- of toonderpapier

Examen: omschrijven van een bepaalde vraag en dan vraag ‘is die handelaar?’  Kijken naar de objectieve daad van koophandel

Art. 2 W.kh. + art. 3 W.kh.

Winstoogmerk (weerlegbaar vermoeden)

Alle activiteiten die te maken hebben met zee en binnenvaart zijn objectieve daden van het artikel 3

Daden in 2 en 3 zijn pas een objectieve daad als ze uitgevoerd worden met een

winstoogmerk maar wie gaat er bewijzen dat er winstoogmerk is?  mag vermoeden dat u winstoogmerk maar mag altijd aantonen dat je geen winstoogmerk hebt (weerlegbaar vermoeden)

 Door aan te tonen dat u geen vergoeding vraagt

 Als u wel een vergoeding krijgt maar deze is maar juist genoeg om de kost te dekken Bepaalde activiteiten uit het handelsrecht uithalen

(7)

Artikel dat geschreven is voor apothekers, zegt in feite dat apothekers niet onder het handelsrecht vallen en ze stellen geen objectieve daden van koophandel

Artikel 3ter

Ingevoerd naar aanleiding van een juridisch probleem: in gebouw een overeenkomst gesloten dat er geen handelsactiviteiten mochten uitgevoerd worden. Onthaalmoeder in gebouw  Onthaalmoeder geeft tegen betaling diensten (12)

Uitdrukkelijk bedoelt voor onthaalmoeders = deze worden uit het handelsrecht gehaald = stellen geen objectieve daden van koophandel

3 groepen van activiteiten die geen objectieve daden van koophandel zijn

- Handelingen die gesteld worden door de beoefenaars van vrije beroepen Vb. Tandarts, advocaat, dokter

- Landbouwers (ruim interpreteren)

- Ambachtslieden

Mensen die puur materieel werk leveren maar geen bijkomend materiaal, alleen maar handarbeid

Wat is een subjectieve daad van koophandel? Art. 2 W.kh.

Alle verbintenissen van kooplieden betreffende zowel onroerende als roerende goederen, tenzij bewezen is dat ze een oorzaak hebben die vreemd is aan de koophandel

(!!) 1 keer u de kwalificatie hebt van handelaar, dan vermoeden wij dat alles wat u doet ook daadwerkelijk een daad van koophandel is. Tenzij u bewijst dat die activiteit niet met uw handelsactiviteit te maken heeft

Vb. Kapster

Kapster betaalt niet voor gekochte meubels  Meubelfabrikant wil kapster dagvaardingen

1. Onderzoeken of tegenpartij handelaar is

- Objectieve daad van koophandel + winstoogmerk

- Hoofdactiviteit

- Gewoon beroep: duurzaam + zelfstandig + winstoogmerk

2. Alles wat een handelaar doet wordt gezien als een daad van koophandel (subjectief) tenzij je kan bewijzen dat de aankoop niks te maken heeft met haar handelsactiviteit

(8)

KBC bank koopt een gebouw aan  filiaal

Vraag: is het kopen van dit gebouw is dit een daad van koophandel?

- Geen daad van koophandel

- Objectieve daad van koophandel

- Subjectieve daad van koophandel

KBC koopt een onroerend goed aan

 Objectieve daad van koophandel?  Geen objectieve daad want verkoopt niet door Subjectieve daad van koophandel?

Is KBC een handelaar? Ja

= Aankoop van het gebouw sluit aan met de handelsactiviteiten Voorbeelden

Apotheker  verhuurt 20 studentenkamers Handelaar? Nee

Handelaar door verhuur van onroerende goederen?

- Lijst van artikel 2  verhuren van onroerend goed is geen objectieve daad van koophandel dus geen handelaar

Handelszaak of handelsfonds

 Maakt u mogelijk om handel te drijven Geen wettelijke definitie

Omschrijving: geheel van middelen waarover een handelaar beschikt, waarmee de handelaar handeldrijft (goederen) maar waar hij ook probeert om klanten aan te trekken + klanten te behouden

Welke goederen maken er deel uit van een handelszaak? = feitelijke aangelegenheid

= bepalen handelaar per handelaar Maar hulp

- Wet op de inpandgeving van een handelszaak (1919) = handelszaak als pand geven voor lening

Zie wetboekje Artikel 2 (p 722)

(Opsomming van goederen die deel uitmaken van een handelszaak)

- Suppletief recht

- Betrekking op de inpandgeving

Geen deel van een handelszaak: schulden en cash

(9)

Klandizie: klanten = klanten maken geen deel uit van een handelszaak Want als handelaar heb je geen vat op je klanten (kan je niet vastgrijpen)

Probleem want in artikel 2 zeggen ze dat klanten wel deel uit maken van de handelszaak = Klandizie: niet concurrentiebeding (wel deel uit van handelszaak)

 Als u een handelszaak hebt maakt deel uit van de handelszaak een niet concurrentiebeding

 Als u uw handelszaak verkoopt mag u de nieuwe uitbater geen concurrentie aandoen (Geen concurrerende zaak opendoen gedurende een bepaalde tijd en bepaalde ruimte) Handelszaak vormt geen juridische entiteit: bestaat uit verschillende, onderscheiden elementen (meubilair, gebouw, merk, voorraden…)

 U kan de handelszaak niet via 1 vlottende transactie verkopen  Niet 1 overeenkomst opstellen waarin u alles overdraagt

= voor ieder onderdeel kijken wat de regels zijn om eventueel trasacties ivm met die onderdelen te laten plaatsvinden

Vb. Roerende goederen

 Geen formaliteiten vervullen Vb. Onroerend goed

 Kan u enkel verkopen indien u bepaalde formaliteiten naleeft = welke vormvereisten moet ik naleven?

Vb. Merkenwetgeving

 Merk overdragen doorgeven in merkregister

Voor ieder onderdeel kijken hoe uw transacties moeten doorgaan, formaliteiten naleven

Verschil handelsrecht en burgerlijk recht Tov handelaar, tov burger

1. Bewijsregels

(Andere bewijsregels in het handelsrecht dan in het burgerlijkrecht)  Wat?

Het gaat over het feit dat er een transactie heeft plaatsgevonden, er ontstaat een conflict tussen 2 partijen – 1 partij moet bewijzen dat er een transactie was en de inhoud ervan bewijzen

 Bewijzen tegen een handelaar

Andere bewijsregels toepassen als tov een niet-handelaar  Soepelere bewijsregels

(10)

- Tot €375 = alle mogelijke bewijsmiddelen = getuigen, vermoedens, bekentenis, geschrift, eed

- Boven €375 = alleen geschrift

Authentieke akte (komt altijd een openbaar ambtenaar tussen)

- Authentieke vaststellingen (bijna nooit weerleggen)

- Niet-authentieke vaststellingen (weerleggen via ander geschrift)

Onderhandse akte (weerleggen met een ander geschrift)

- Zoveel originele als er partijen zijn met een onderscheiden belang

- In elk origineel zetten hoeveel originelen er zijn opgesteld

Handelsrecht

- Men werkt niet met het bedrag van €375

- U mag bewijzen met alle mogelijke bewijsmiddelen ongeacht het bedrag van de transactie

- Wederkerige overeenkomst sluiten die u vastlegt in onderhandse akte vallen de vereisten weg (originelen)

- Inhoud van geschrift weerleggen via alle mogelijke bewijsmiddelen

- Datum op overeenkomst wordt gezien als correcte datum

- Gebruik van bijkomende bewijsmiddelen  Eenzijdig opgesteld document  Factuur

 Boekhouding Factuur

Wat is een factuur? (Definitie niet kennen) Essentie van een factuur?

1. Schuldvordering in geld

= factuur is een bevestiging van een schuldvordering in geld (bedrag staat hier in) 2. Voorwerp van de transactie moet duidelijk gemaakt worden

 Afgifte

Facturen komt niet uit het handelsrecht, ze komen voort uit de btw-wetgeving Wat moet er zeker op een factuur opstaan?

- Verduidelijking van het goed/dienst waarop het draait

- Bedrag moet op factuur staan

- Schuldeiser

- Schuldenaar

- Verschuldigde btw

- Factuurnummer

- Nummer van inschrijving in kruispuntbank voor ondernemingen

- Datum van uitgifte (faillissementswet)

- Rekeningnummer

- Geen verplichting van het woord ‘factuur’ Wat is de bewijskracht van een factuur (!)

(11)

 Handelaar die facturen uitschrijft

Kan u (de klant) een factuur van een handelaar tegen de handelaar gebruiken?

- Burger (niet handelaar)

- Andere handelaar

Handelaar die een factuur uitschrijft moet weten dat een factuur altijd een volledig bewijsmiddel is ongeacht hij dit naar een handelaar of niet-handelaar stuurt

Kan een handelaar zijn eigen factuur in zijn voordeel gebruiken?

- Stuurt factuur naar burger (niet-handelaar) = handelaar kan factuur niet als volwaardig bewijsmiddel gebruiken want eenzijdig opgesteld document

- Stuurt factuur naar andere handelaar = kan wanneer andere handelaar factuur aanvaard heeft

Hoe aanvaarden?

Aanvaarding kan altijd stilzwijgend gebeuren maar ook uitdrukkelijk Verschil niet altijd duidelijk

- Stilzwijgend = de factuur betalen

- Uitdrukkelijk

= bericht waarin ze de factuur bevestigen

Het probleem van de algemene voorwaarden: bindend/niet bindend

Algemene voorwaarden? Op de achterkant van de factuur de zogenaamde kleine lettertjes  Zijn deze bindend of niet-bindend?

Problematiek waar de handelaar zijn factuur inroept tegen een andere handelaar  Is de andere handelaar gebonden door de algemene voorwaarden

2 situaties:

- Av zijn een herhaling van een document dat u reeds getekend heeft

U krijgt niet ineens een factuur, meestal zal er al een bestelbon ondertekent zijn (bestelbon, av op de achterzijde)

 Als de av al op de bestelbon stonden dan zijn de av bindend (want reeds ondertekent)

- Av verschijnen voor de eerste keer op de factuur

 Als u de factuur als handelaar aanvaard, houdt ook in dat u de av aanvaard Factuur krijgen waar u niet mee akkoord bent

 Factuur protesteren

 Aangeven dat u het niet akkoord bent

 Best via aangetekend schrijven met ontvangstbewijs (Best onmiddellijk)

(12)

Handelaar kan de factuur nooit als volwaardig bewijsmiddel gebruiken Maar (!) factuur gaat deel uitmaken van een geheel van bewijsmiddelen

= bewijs vloeit niet uit het niets voort Je kan ook hier de factuur protesteren (zelfde procedure) Betaling 2002 (wet)

Uniforme betalingstermijn (30 dagen)  Betrekking op bepaalde transacties

- Tussen 2 onderneming

- Tussen ondernemingen en overheid

Probleem? Termijn is suppletief (kan verkort worden) (kan verlengd worden)  Degene die factuur uitstuurt bepaalt, rechter kan herzien

Boekhouding

Eenzijdig opgesteld document, enkel gebruik in het kader van handelsrecht Bewijskracht?

Kan u de boekhouding van handelaar tegen hem gebruiken?

- Niet handelaar

- Handelaar

 Ja, een boekhouding is een bewijsmiddel dat tegen hem gebruikt kan worden Hoe aan boekhouding geraken?

 2 technieken maar kunnen enkel gebruikt worden binnen het kader van juridisch geschil

- Aan rechter vragen om andere partij zijn boekhouding openteleggen/overteleggen

Openlegging (veel minder verregaand)

= u kan het altijd vragen (enkel met betrekking tot de transactie) Overlegging (enkel in strikte omstandigheden)

= volledige boekhouding ter beschikking van rechter stellen

Eigenboekhouding als bewijsmiddelen tegen andere handelaar gebruiken

- Niet mogelijk tegen een niet handelaar

 Want eenzijdig opgesteld is geen volgwaardig bewijsmiddel tegen over een burger Voorwaarden wanneer het wel een volledig bewijsmiddel is:

- Geschil tussen 2 handelaren mbt een daad van koophandel (handelsactiviteit)

- Alleen gebruiken wanneer ze volledig wettelijk in orde is

- Rechter kan boekhouding aanvaarden als bewijsmiddelen  Rechter kan boekhouding weigeren

(13)

Rechtbanken van koophandel Organisatie?

9 rechtbanken van koophandel (ondanks 12 arrondissementen) Zetelen ook nog buiten hun zetelplaats, binnen het arrondissement Gestructureerd in kamers

- Kamer wordt altijd bevolkt door 3 magistraten

= 2 rechter in handelszaken (lekenrechters) + een voorzitter (beroepsmagistraat) Lekenrechters – geen magistraat – benoemt door de koning

(Brengen kennis aan waarvan de voorzitter geen weet heeft) Voorwaarden

- Minstens 30 jaar oud

- 5 jaar eervol handelgedreven  Aangesteld voor een periode van 5 jaar Hoe combineerbaar?

Zetelen niet permanent

Bevoegdheden van de rechtbanken van koophandel?

- Geschillen tussen 2 onderneming mbt ondernemingsactiviteit

- Vordering instellen tegen een handelaar (kiest u vrij welke rechtbank)

- KBO - Kruispuntbanken - Wisselbriefjes en orders - Faillissement - WCO - Intellectuele rechten

Verplichtingen bij aanvang handelsactiviteit

- Welke vereisten?

- 1. Specifieke vereisten voor handelaren (niet veel)

- 2. Uitgaan van het begrip van onderneming

- 3. Vestegingsvereisten

Verplichtingen die gelden voor iedere specifieke beroepscategorie 1+2 gelden ongeacht welke activiteit u uitvoert

3 in functie van uw activiteit

Heeft iedereen het recht om handel te drijven?

Vrijheid van ondernemen (België) Wetboek van economisch recht boek 2 artikel 3 Beperkingen?

(14)

Ja,

- Onverenigbaarheid

Handeldrijven is onverenigbaar met een andere activiteit die u uitoefent (als je een bepaalde hoofdactiviteit hebt, geen handel als nevenactiviteit)

Vb. magistraten, notarissen

- Wettelijke

Vb. activiteiten in financiële sector enkel mensen met EU-identiteit kunnen dit uitoefenen

- Beslissing van de rechtbank van koophandel

Vonnis van faillissement heeft geen effect op uw handeldrijven, in bepaalde omstandigheden

iemand de hoedanigheid van handeldrijven voor een bepaalde periode kan ontnemen  Bij frauduleuze activiteiten

Bekwaamheid

Als u handel gaat drijven moet u bekwaam zijn  Juridische bekwaamheid

= leeftijd van 18 jaar Probleemgevallen?

- Situatie van minderjarigen

Heeft nooit de hoedanigheid van handeldrijven, betekent niet dat je geen transacties mag doen  komt terecht in het burgerlijk recht

- Juridisch onbekwaam

Geestelijk niet bekwaam om handel te drijven

- Gefoyeerde

Het faillissement heeft geen effect op uw handeldrijven tenzij de rechtbank zegt dat u geen handel meer mag drijven om verschillende redenen

Mogen gehuwde handeldrijven?

U moet geen toestemming krijgen van uw partner over het handeldrijven MAAR (-!)

Wel invloed over het huwelijk vermogensstelsel

Huwen zonder huwelijkscontract (geen contractuele afspraken over het vermogen)  gemeenschap van goederen

Er ontstaan 3 vermogens

- EV partner 1 (bezittingen) goederen die al in uw bezit waren voor het vermogen + nalatenschappen

- Gemeenschappelijk bezit = alles wat u verwerft na uw huwelijk

- EV partner 2 (bezittingen) ) goederen die al in uw bezit waren voor het vermogen + nalatenschappen

Mensen die toch met huwelijkscontract huwen, en opteren voor de gemeenschap van goederen  langs de notaris gaan

(15)

Stel partner 2 is handelaar

Wat is de waarborg voor uw handelspartners?

In de eerste plaats wordt het EV van partner 2 gebruikt  Is meestal niet zo groot

Volledig gemeenschappelijk vermogen zal ook onderpand zijn voor uw schuldeisers  Meest waardevolle zaken + ook mede-eigendom van de partner

Vb. woning

Men raad aan aan mensen die handeldrijven niet te opteren voor het systeem van

gemeenschap van goederen

Raden scheiding van goederen aan = contract opstellen (not. Akte) Meest zuivere vorm met maar 2 vermogens

- Vermogen partner 1 = alles wat u voor u huwelijk bezat + nalatenschappen + alles wat u verwerft tijdens het inkomen

- Vermogen partner 2 = idem  Geen gemeenschappelijk vermogen

Enkel vermogen van partner 2 is dan waarborg voor schuldeisers

- Absoluut niet aan het vermogen van partner 1

Oppassen(!!)

Als u al uw waardevolle zaken in het vermogen van de andere partner steekt om op veilig te spelen  partner kan hier mee doorgaan

Algehele gemeenschap van goederen

Alles wat je bezit als beroepshalve is van u (in het eigen vermogen van de partner), al derest zit in het gemeenschappelijk vermogen (nalatenschappen ook)

Als 1 van de partners te overlijden komt, gaat heel het vermogen naar de andere partner en niet naar de kinderen

1 erfgename = hogere belasting

4 erfgename (kinderen) = lagere belasting Keuzebediening

Als 1 van de partners komt te overleven, kiest de andere partner want ze wilt en wat naar de kinderen gaat

Opmerking  vennootschap

Geld in vennootschap steken, met dit geld handeldrijven

(16)

Bij faillissement is het enkel de vennootschap die aansprakelijk is en niet uw EV 1. Gehuwd  1 vd partners wil handel drijven

Systeem van gemeenschap van goederen wanneer 1 van de partners het gemeenschapsbezit niet wilt waarborgen

a) Wijzigen van het huwelijkscontract (toestemming van beide personen) b) Niet wil

 Rechtbank van 1e aanleg

 Partner mag enkel handeldrijven als de andere partner heeft ingestemd met wijziging van het huwelijksvermogen

Enkel mogelijk indien je kan aantonen dat het een gevaar is voor het gezinsvermogen Naam van de partner gebruiken voor handelszaak?

Enkel mits toestemming

1 keer men toestemming heeft gegeven kan men enkel mits een ernstige redenen dit terug vorderen

Inschrijving in de kruispuntbank voor ondernemingen Regel: Handel – België

Dan bent u verplicht om voor de aanvang van de handelsactiviteit een inschrijving te nemen in de kruispuntbank als handelaar

KBO sinds 2013 (WER, boek 3 artikel 15) Doel

- Administratieve vereenvoudiging

Vroeger moest men zich wenden tot verschillende overheidsinstanties

- Unieke gegevens

Iedereen die economisch actief is moet zich inschrijven (één grote databank)

- Gegevensverzameling van de uitvoerende macht FOD bevoegd voor middenstand

Elektronische databank

1. Rechtspersonenregister (vennootschappen vb.) 2. Handelsregister

Ondernemingsnummer: altijd gebruiken in al de contacten die u hebt mij de overheid

- Wie moet zich inschrijven?

Pagina 533, artikel 16 paragraaf 1 (groen wetboek)

(17)

- Welke gegevens? III, artikel 18, paragraaf 1

 Volledig beeld van wie u bent, en wat u doet

- Uniek ondernemingsnummer

- Inzage in uw eigen inschrijving?

Niet alleen gegevens die van u afkomstig zijn maar ook andere informatie die overheid heeft van u vb. veroordelingen, financiële moeilijkheden

 Ja u hebt recht op inzake (mits bepaalde procedure)

- Hebben derde inzage?

Ja, maar enkel aantal niet- vertrouwelijke gegevens (algemeen gekende gegevens, als je meer wilt weten dan moet je procedure volgen

- Voeding van kruispuntbank (gegevens)

1. Handelaar deelt gegevens mee bij inschrijving 2. Overheid zelf

3. Wijzigingen moet ook meegedeeld worden vb. wijziging van plaats

Kruispuntbank Fysiek persoon

Wel raadplegen, niet inschrijven

Als u zich wilt inschrijven moet u zich wenden tot een ondernemingsloket  benoemd door koning

Vb. Unizo, voka

Ondernemingsloket kan alleen u inschrijven in kruispunt bank: informatie geven aan loket, via loket ondernemingsnummer krijgen

Na inschrijving:

- Onweerlegbaar vermoeden ontstaat dat u handelaar bent

- Ondernemingsnummer op ALLE documenten

- Updaten van informatie

- Vestigingseenheidsnummer

(18)

1. Uzelf stelt vordering maar u bent als handelaar niet ingeschreven in kruispuntbank  Neemt u vordering niet in behandeling

2. Uzelf stelt vordering maar u vergeet uw nummer te vermelden  Krijgt regularisatieperiode: dossier wordt bevroren, aantonen

3. Ingeschreven voor bep. activiteit maar u doet ondertussen ook andere activiteiten 4. m.b.t die andere activiteiten vordering

 Advocaat van de tegenpartij als argument ontwerpt dat u niet bent ingeschreven voor die activiteit  vordering onontvankelijk Advocaat gaat als eerste kijken of handelaar wel ingeschreven is  rechter verplicht om niet te behandelen

Inschrijven en opnieuw vorderen

Vennootschap met rechtspersoonlijkheid

 Door notaris opgericht, zal u helpen de vennootschap op te richten via een notariële akte  Notaris zal u inschrijven in de kruispuntbank voor onderneming

= via de notaris uw ondernemingsnummer Als u met de vennootschap handel wilt gaan drijven = onweerlegbaar handelsvennootschap

 (!!) Doelstelling: objectieve daad van koophandel stellen (neerschrijven in statuten) Ook moeten wenden tot een ondernemingsloket om u in te schrijven als handelaar  Al wel ingeschreven als vennootschap nog niet als handelaar

Opening zichtrekening  Bank + verplicht  Op eigen naam Doel:

- Men wilt zoveel mogelijke contanten betalingen vermijden

- Op al uw financiële stukken moet uw zichtrekening nummer vermeld staan

Niet omdat er geen zichtrekeningnummer op de factuur staat, dat de vordering verdwijnt, niet betalen zolang u de rekening niet kent

Wanneer het bedrag boven 247,89 euro is, dat u kan eisen als schuldenaar dat u op een andere manier kan betalen dan contant (tussen 2 handelaars m.b.t handelsactiviteit) Andere verplichtingen als handelaar:

- Fiscale verplichtingen

- Sociale verplichtingen

Handelaar is een zelfstandige, u zal zich moeten aansluiten bij een kas en bij de sociale zekerheid

- Verplichting om boekhouding te houden

Uitgaanswet van de boekhouding is onderneming (ook handelaren)

(19)

Vooral bestreden vanuit de sociale wetgeving

Wanneer beschouwt men iets uit het handelsrecht als zwartwerk? Als er aan 3 voorwaarden cumulatief voldaan wordt:

- Arbeid verricht die verricht kan worden door een handelaar In principe kan alles door een handelaar verricht worden

- Arbeid verricht door iemand die niet aan de wettelijke vereisten voldoet om handelaar te zijn

Vb. Niet ingeschreven in KBO

- Arbeid heeft een specifiek professioneel karakter (Doorslaggevende criteria) in drie mogelijke situaties:

 Het gaat om werk van een zeer grote omvang Of

 Werk dat u verricht met een zeker regelmaat Of

 Arbeid vraagt de inzet van technisch materiaal (al gespecialiseerd materiaal) Als de 1ste en 2de voorwaarde vervuld zijn maar de 3de voorwaarde niet

 Dan nog kan er sprake zijn van zwartwerk als er voldaan is aan 1 vd volgende situaties:

- U maakt reclame

- Als u bijzondere voordelige prijsvoorwaarde hebt Degene die het zwartwerk verricht gaat onder de marktprijs Uitzondering waarin er geen sprake is van zwartwerk

- Noodhulp

- Arbeid binnen socio-culture organisaties

- Werk bij familie (max. Familie tweede graad)

Wetgeving 1976 bepaalt vanuit het handelsrecht wanneer het zwartwerk is

- Zwartwerkers sanctioneren

- Opdrachtgevers van zwartwerk sanctioneren Sanctie: geldboetes + gevangenisstraffen

Onbeslagbaarheid van de gezinswoning

Als fysiek persoon handeldrijven  u loopt grote risico’s Niet gehuwd: persoonlijk bezit

Gehuwd: huwelijksvermogenstelsel Grootste risico = gezinswoning

Wetgeving op de onbeslagbaarheid van een gezinswoning

Als u een fysiek persoon bent, en u oefent een zelfstandige activiteit uit (ook bestuurder van vennootschap, zelfstandigen, handelaars) kan u zich begeven naar de notaris en een

verklaring afleggen van onbeslagbaarheid van de gezinswoning

 in notariële akte  uw gezinswoning zal naar de toekomst toe onbeslagbaarheid worden (voor uw handelsschulden)

(20)

- Verklaring werkt pas wanneer u de verklaring heeft afgelegd

- Enkel een systeem voor mensen die economisch actief zijn

Eindigt wanneer u de handelsactiviteit stopt of wanneer u te overlijden komt

Hoofdstuk 3

(21)

- Distributiecontracten

- Overeenkomsten met betrekking tot de handelszaak

Handelstussenpersonen en distributiecontracten

Problematiek? Producent van goederen en diensten (handelaar) en u hebt uw klanten

- U kan met uw klanten rechtstreekse overeenkomst sluiten

Doen op andere beroep om hun goederen en diensten bij de klanten te krijgen:

- Beroep doen op een handelstussenpersoon

= eigen juridische techniek = handelaar gaat opdracht geven aan tussenpersoon om cliënten te zoeken, met de klanten te onderhandelen en eventueel een overeenkomst te sluiten Eigenheid = als de overeenkomst met de klanten is afgesloten tussen een tussenpersoon is dit een rechtstreekse overeenkomst tussen de producent en de klant

 Tussenpersoon valt uit de relatie uit

- Distributiecontracten

Producent gaat beroep doen op een distributeur, producent zegt tegen distributeur zoekt klanten, onderhandel met de klanten, sluit overeenkomsten met de klanten

Er ontstaat geen rechtstreeks overeenkomst tussen de producent en de klant

Als klanten problemen hebben moeten ze dit altijd regelen met de distributeur want ze hebben geen juridische relatie met de producent zelf

Verschil

1. Directe relatie 2. Geen directe relatie

Handelstussenpersonen in het Belgisch contract

(Worden vaak door elkaar gebruikt in het dagelijks taalgebruik) Handelsagent

- Zoekt naar klanten

- Onderhandelingen voeren/bemiddelen

- Overeenkomsten sluiten

 Sluit overeenkomsten in naam van zijn opdrachtgever

 Optreden voor rekening van de opdrachtgever (als de handelsagent de overeenkomst sluit met de klant komt er een juridische relatie tot stand tussen producent en klant)

- Zelfstandige (geen werknemer)

- Permanente band met zijn opdrachtgever Hij werkt bijna uitsluitend voor dezelfde opdrachtgever Vb. Verzekeringsagent

(22)

- Zoekt naar klanten

- Bemiddelen

- Overeenkomsten sluiten

 Sluit overeenkomst in naam van zijn opdrachtgever  Optreden voor rekening van de opdrachtgever

- Zelfstandige

- Geen permanente band met zijn opdrachtgever Makelaar gaat eerder occasioneel voor iemand werken Vb. in de wereld van immobiliën

Hij zoekt voor u een klant (iemand die een huis heeft)

Als hij overeenkomst sluit gebeurt dit in naam en rekening van de opdrachtgever Als de overeenkomst voorbij is  nieuwe klant voor iemand anders zoeken Commissionair

- Zoekt naar klanten

- Bemiddelen

- Overeenkomsten sluiten  Sluit overeenkomst in eigen naam

Hij zal nooit zeggen wie zijn opdrachtgever is Vb. Aandelenhandel

 Sluit overeenkomst voor rekening van opdrachtgever want hij bemiddelt

(Als de handelsagent de overeenkomst sluit met de klant komt er een juridische relatie tot stand tussen producent en klant)

Probleem

Product voldoet niet aan de eisen

 Wie aanspreken? Je zal de commissionair moeten aanspreken die zijn opdrachtgever in vrijwaring roepen

- Zelfstandige

- Geen permanente band met zijn opdrachtgever

Handelsvertegenwoordiger

- Zoekt naar klanten

- Onderhandelingen voeren/bemiddelen

- Overeenkomsten sluiten

 Sluit overeenkomsten in naam van zijn opdrachtgever  Optreden voor rekening van de opdrachtgever

- Werknemer (geen zelfstandige)

- Permanente band met zijn opdrachtgever

In België arbeidsovereenkomstenwet

(23)

Belangrijk?

Er zit een vermoeden in ivm handelstussenpersonen Iemand bemiddeld in opdracht van een opdrachtgever Wat is deze persoon?

Arbeidsovereenkomstenwet bevat een weerlegbaar vermoeden: als u beroep doet op een handelstussenpersoon dan vermoeden we dat het een handelsvertegenwoordiger is Waarom dit vermoeden?

Een handelsagent-makelaar- commissionair = zelfstandige

Beste positie sociaal rechterlijk gezien is nog altijd werknemer: handelsvertegenwoordiger Distributiecontracten

Geen direct contact tussen de producent en klanten 1. De concessieovereenkomst

Wat? 2 soorten:

- Verkoop concessie

2 partijen: concessiegever (producent) en concessienemer (distributeur)

Gever zegt tegen nemer ik ga u geven een wel afgebakend territorium, concessiegever het grondgebied indeelt in territoria  geeft aan nemer

Gever zal de nemer bevoorraden met goederen die u mag verkopen in uw eigen naam en voor uw eigen rekening

 Band tussen concessienemer en klant

- Aankoopconcessie

Bekijken vanuit het standpunt van concessienemer

Nemer zal zeggen tegen gever, geef mij een territorium, ik beloof aan u (gever) dat ik u goederen zal afnemen en ik zal die verkopen in eigen naam en voor eigen rekening Bemerkingen

- Deze overeenkomst kan niet gelijk gesteld worden aan een koop-verkoop overeenkomst

= vertoont veel eigenschappen die verschillen van een koop-verkoop overeenkomst Hetzelfde:

 Overdragen van goed Verschil

 Overeenkomst is veel ruimer  U krijgt beloftes

Uit concessieovereenkomsten vloeien een hele boel aspecten voort

- Zaken afspreken zoals wat zijn de voorraden?

Concessieovereenkomsten hebben alleen maar zin bij merkproducent waar de dienstverlening belangrijk is en u uw verkooppunten wil beperken

Concessieovereenkomst - Exclusief

(24)

U bent de enige in uw territorium die bevoorraad wordt = alleen verkoop recht

- Niet exclusieve concessies

Niet alleen, nog andere die bevoorraad worden

Concessieovereenkomsten tegenstelbaar aan derden?  Juridisch probleem

Is een derde gebonden door deze overeenkomst? Concessieovereenkomsten zijn niet tegenstelbaar aan derden  derden niks mee te maken

Probleem?

Concessie gaat gepaard met het aanduiden van een territorium waar u als concessienemer wordt geplaats (enige in het territorium die bevoorraad wordt, andere geen goederen om in hetzelfde territorium te verkopen)

 Stel aan de overkant van een straat, komt een winkel die identiek dezelfde goederen verkoopt (geen concessienemer maar onafhankelijk)

 U hebt wel garantie gekregen dat u de enige was

 Een concessiegever moet zich houden aan de verplichting

 Maar (!) als onafhankelijke zijn goederen ergens anders haalt via parallelimport kan u hier niks tegen doen

Waar bevoorraad onafhankelijke handelaar zich?

- Niet van de concessienemer (anders geen zin van concessie)

- Hij kan zich bevoorraden bij concessienemer in ander territorium

 Probleem want concessienemer krijgen verbod/verplichting om niet te verkopen aan onafhankelijke handelaars  dan is concessie niets waard

Concessienemer krijgt verplichting om jaarlijks een #goederen te verkopen  Onafhankelijke handelaar gaat zich bevoorraden bij concessienemer  Nemer komt zijn contractuele verplichtingen niet na

In dit geval komt de concessiegever in optreden: vb. sancties geven Onafhankelijke garagist zal ook aansprakelijkheid gesteld kunnen worden = uitzondering op de niet – aansprakelijkheid tov derden

 Enkel aanspreken wanneer hij bewust deelneemt aan contractbreuk

= als hij weet dat door te kopen bij bepaalde concessiegever bepaald contractbreuk levert Concessienemer mag enkel verkopen aan:

- Klanten

- En andere concessienemers in hetzelfde netwerk

Franchising overeenkomst

(25)

= een overeenkomst tussen 2 partijen De franchisinggever

Stelt 2 zaken ter beschikking

- Commercieel imago (overal hetzelfde)

- Distributiesysteem De franchisingnemer

 Verlopen volgens hetzelfde systeem als concessie

 Opsplitsen in territoria en in elk territorium een # franchisingnemer = is geen wezenskenmerk maar doet zich wel voor Kenmerken franchising

- Als u het net bekijkt krijgt u een identiek beeld

(consument het idee krijgt alsof hij geplaats wordt voor 1 onderneming, met

verschillende vestigingen) (Maar (!) het gaat om onafhankelijke entiteiten  werken op eigen risico)  Als 1 vestiging failliet gaat, heeft dat geen invloed op andere

franchisingnemers

Overeenkomst die wettelijk geregeld is? In grote maten onbenoemde overeenkomst

 Enorm grote vrijheid om overeenkomst vorm te geven (heleboel afspraken) Essentieel:

- Afspraken in verband met het imago

- Afspraken in verband met winkeluitrusting

- Verplichting met betrekking tot het personeel (kledij)

- Voorraden en producten die u gaat aanbieden

Wat zijn de voordelen van franchising (komt zeer veel voor) 1. Voordelen voor franchisegever

Men kan zijn omzet vergroten zonder een commercieel risico te lopen (want alle franchisenemers zijn zelfstandig)

 Overeenkomsten zodanig geformuleerd dat vb. merken blijft eigenaar van franchisegever 2. Voordelen voor franchisenemer

Heeft een veel lagere marktdrempel, want iedereen kent u omdat het net bekent is Nadeel van franchising

- Zeer dure vorm voor franchisenemer (u moet betalen om in het net te komen)

Welke soorten franchising?

(26)

Meest voorkomende 1. Verkoopfranchising

Gaat alleen de producten van de franchisinggever verkopen 2. Dienstenfranchising

Franchisegever heeft een bepaalde vorm van dienstverlening ontwikkelt met een bepaald commercieel imago, franchisenemer zal dit doen op de wijze zoals voorgeschreven door gever

Vb. Hotels

3. Productiefranchising

Franchisenemer zal iets meer doen, zal producten die hij verkoopt zelf moeten maken of zelf moeten afwerken

Vb. bottelarijen van frisdranken

Overeenkomsten in zake de handelszaak/handelsfonds

Geheel van middelen waarmee men handeldrijft, waarmee hij zijn cliënteel aantrekt en bijhoudt

Handelszaak vertegenwoordigt een zeker waarde en u kan er zekere overkomsten mee sluiten:

- Handelszaak verkopen

= Handelszaak is geen juridische entiteit

- In pand geven van de handelszaak

= wijze van waarborg geven voor andere overeenkomst (leningsovereenkomst)

Handelaar heeft soms geld nodig: het meest waardevolle dat hij heeft is zijn handelszaak Er bestaat een wet 1919 p723 wetboek: specifiek voor het in pand geven de handelszaak Aantal specifieke regels

- Artikel 2 bepaalt wat er deel uitmaak van uw handelszaak

Als u uw handelszaak in pand geven bepaalt wat artikel 2 wat deel uitmaakt van uw handelszaak tenzij u iets anders hebt afgesproken in de overeenkomst want van suppletief recht

- Handelszaak maar aan beperkte personen in pand geven Banken of erkende kredietinstellingen

- In pandgeving moet ingeschreven worden in het hypotheekkantoor

- Schriftelijk vastgelegd

Derden kunnen zien dat uw handelszaak in pand is gegeven

- Er is geen buitenbezitstelling Tegenstelling tot een gewoon pand

 Als u uw handelszaak in bezit stelt heeft u niks om uw lening af te betalen

- Wel een juridische entiteit

Via 1 transactie (1 geschrift) kan u uw hele handelszaak in pand geven

(27)

In handelszaak een persoon die op eigen risico de handelszaak zal uitbaten = voor eigen rekening

- Gerante overeenkomsten

Gerant zal winkel uitbaten voor rekening van degene die de winkel bezit

Einde van de handelsactiviteit

Problematiek van handelaar die in moeilijkheden zit, we besteden geen aandacht aan het einde als er geen juridische problemen zijn

Wel juridisch:

Als u een einde moet maken aan de handelsactiviteit omwille van financiële problemen Faillissementswetgeving bestaande uit 2 aspecten

- Echte faillissementsrecht

Recht dat in werking treedt als de rechtbank van de koophandel u failliet verklaard

- Voorkomen van faillissement

Wetgeving die probeerde, indien u moeilijkheden had, deze moeilijkheden te overbruggen  Verleden 2 wetten (België)

- Wet op gerechtelijk akkoord

- Wet op uitstel van betalingen

(!) Wetgever stelt vast dat de faillissementswetgeving altijd van toepassing was op handelaars in moeilijkheden

 Handelaar is financiële moeilijkheden ging u bijna altijd 100% failliet  2 wetten werden bijna niet toegepast

2 nieuwe wetgevingen 1997

- Faillissementswet

- Wet op het gerechtelijk akkoord (= bescherming tegen de schuldeisers)

Doelstelling: dat faillissement de uitzondering zou worden het gerechtelijk akkoord de regel Wet 1997 is in werking gegaan, na 1997 een aantal zeer grote faillissementen gehad

- Sabena

- Lernhout en house pie Procedures lopen nog altijd

Vastgesteld dat alle bedrijven die een gerechtelijk akkoord kregen achteraf toch failliet gingen en niet te redden waren

 Wetgever om in 2009 het roer om te gooien

(28)

- Faillissementswetgeving (= 1997)

- WCO wet (wet op de continuïteit van ondernemingen)

= wanneer een bedrijf in moeilijkheden zit gaan we niet per se vermijden dat het failliet gaat (wanneer er toch geen kans is), als er ergens een mogelijkheid is om het bedrijf te redden of een dele van het bedrijf te redden moeten we dat proberen

Faillissementswetgeving Wat is een faillissement?

Collectieve beslagmaatregel, hoe gaat u failliet? U bent failliet van het moment dat de rechtbank van de koophandel die bij vonnis uw faillissement zal uitspreken

 Van een handelaar worden al zijn goederen in beslagen genomen

Handelaar wordt van zijn bezittingen afgenomen: weggetrokken van de handelszaak: iemand aangeduid al curator  u mag niets meer doen dat betrekking heeft tot de handelszaak Groot verschil met collectieve schuldenregeling

= u blijft hier in het bezit van uw goederen maar u krijgt iemand die u begeleid Cumulatieve voorwaarden faillissement

1. Handelaar zijn (artikel 1 wetboek) Enkel handelaars kunnen failliet gaan

2. Sprake van staking van betaling

Feitelijke situatie waarin men vaststelt dat u geen geld meer hebt en dat er ook geen geld meer gaat binnen komen (= beoordelen op basis van de feiten)

3. Krediet moet wankelen

U kan zich nergens nog bevoorraden met geld

Tot wanneer kan je failliet gaan?

U kan nog na uw stopzetting of overleden failliet gaan 1. Handelaar komt te overlijden

U kan na het overlijden nog failliet gaan (tot zes maand)

(!) Maar staking van betaling moet zich situeren voor het overlijden 2. Stoppen met de handelsactiviteit

Als uw staking van betaling zich situeert voor het stoppen van de handelsactiviteit, kan u na het stoppen nog failliet verklaard worden

Wat als u een handelsvennootschap bent?

- Vennootschap vereffenen en sluiten

= alles wat in uw vennootschap zit verdelen en sluiten

= kan tot zes maand na de sluiting van de vereffening als failliet verklaard worden

Hoe komt uw dossier terecht bij de rechtbank van koophandel?

(29)

1. Uw schuldeisers kunnen tegen u een vordering instellen om u failliet te laten verklaren

 Niet alle schuldeisers zijn gelijk, schuldeisers staan boven andere schuldeisers die er zeker van zijn dat ze terugbetaald worden door waarborgen

2. Eigen aangifte

Als een handelaar merkt dat hij zijn schulden niet meer terug kan betalen dan moet u binnen de maand naar de recht bank van koophandel gaan en het faillissement aanvragen

3. Het openbaar ministerie vraagt het faillissement aan Diensten van het parket

Hoe komt het openbaar ministerie aan de gegevens? Kamers voor handelsonderzoeken

U hebt de rechtbank van koophandel en die bestaat uit kamers waaronder ook kamers voor handelsonderzoeken = binnen het gerechtelijk arrondissement gaan niet actief opzoek naar handelaren in moeilijkheiden

= er komt heel wat informatie binnen over niet betaalde schulden, openstaande vorderingen….

 adhv deze informatie zien dat sommige handelaren zich in moeilijkheden bevinden = onderzoek instellen

1 van de rechters van die kamer zal aangesteld worden om een onderzoek te leiden

- Handelaar in moeilijkheden (schuldenaar) oproepen en hij gaat handelaar om informatie vragen

- Schuldeisers en derden oproepen voor meer informatie  Verslag opmaken (komt terecht bij de rechtbank van koophandel) Op basis van verslag 3 mogelijkheden

1. Indicaties die er waren zijn toch niet zo ernstig

Vertekend beeld van realiteit, dossier wordt geseponeerd ( onderzoek wordt stopgezet, handelaar mag gewoon verder doen)

2. Er zijn inderdaad moeilijkheden zijn, maar deze zijn over winbaar  Mag geen juridisch advies geven

Hoe moeilijkheden overwinnen?

- Wet op continuïteit van ondernemingen

Kan alleen beroep doen op deze wet als u daartoe zelf het initiatief nemen  Rechtbank van koophandel steun verlenen

3. Uw situatie is hopeloos

Rechtbank van koophandel heeft situatie bekeken en kan u dossier doorverwijzen naar het openbaar ministerie om een vordering in te stellen tegen u om u failliet te verklaren

(30)

Eigenheden

1. Vonnis zal u failliet verklaren

2. Men zal de datum van staking van betaling vaststellen 3. Oproep aan schuldeisers

Wie zijn de schuldeisers van de failliete onderneming? Vb. boekenbon (men kent niet iedereen)

4. Personen aangeduid

- Curator die handelszaak overneemt

- Rechtercommissaris

1 van de rechters uit de rechtbank van koophandel die toekijkt op het faillissement dossier 5. Vonnis is uitvoerbaar bij voorraad

Vonnis dat uitgesproken wordt, wordt onmiddellijk uitgevoerd zelfs als u in beroep gaat Situatie dat u ten onrechte failliet bent verklaard

 Vordering tegen de staat

Wat gebeurt er na het vonnis van faillissement?

(Sheraton heeft een tijd gefunctioneerd onder WCO, bescherming tegen de schuldeisers, maar bedrijf niet te redden dus failliet)

Rechtbank van koophandel spreekt het faillissement uit

 Via een vonnis  Aanstellen van één of meerdere curatoren Wat doe die curator?

Curator komt aan het hoofd van de handelszaak te zaan 1. Hij zal dringende maatregelen nemen

Curator gaat proberen om nog zoveel mogelijk geld bij elkaar te krijgen, schuldeisers in het maten van het mogelijke proberen terug te betalen (= geld recupereren)

Voorbeelden van dringende maatregelen

- Onmiddellijk overgaan tot de verkoop van een aantal zaken (Vb. verkoop bederfbare waren)

- Laat beslag leggen op goederen (gelden of goederen die men nog moet krijgen dat die in beslag worden genomen

2. Inventaris opmaken van het A en P van het faillissement Situatie 1

Curator stelt vast dat er onvoldoende A voor het afwikkelen van het faillissement, maar níét voor de schulden te delven (want er zijn altijd te weinig om de schulden af te betalen anders niet failliet gaan)

Curator = gespecialiseerd advocaat (iemand moet de advocaat betalen voor het afwikkelen van het faillissement  de failliete handelaar moet de curator betalen, er moeten dus nog voldoende middelen zitten om de curator(s) te betalen)

Als curator ziet dat er onvoldoende middelen in de onderneming zitten zal hij het

faillissement niet afwikkelen  Dossier terug geven aan rechtbank van koophandel  die sluit het af

Afsluiten van het faillissement

(31)

 Meerderheid van de faillissementen Situatie 2:

Er is wel voldoende actief voor het afwikkelen van het faillissement Vb. hotel waar je de goederen van kan verkopen

 Curator zal de afwikkelen van het faillissement afwikkelen  Hij zal ervoor zorgen zo veel mogelijk geld te innen

- Schuldvorderingen innen

- Goederen verkopen die hij kan verkopen

Vb. faillissement van Sabena, nog altijd bezig met verkopen van goederen (ook schilderijen)  Curator werkt over veel jaren

Wat doet curator met het geld?

Strikte volgorde van uitkeringsgerechtigheid

1. Schuldvorderingen – schulden van de failliete boedel

(Kosten die zijn ontstaan naar aanleiding ontstaan van faillissement) Vb. loon curator, loon medewerkers

2. Schuldenaar, gefailleerden (fysieke persoon die failliet gaan) = uitkeren gefailleerde (moet nog overleven)

3. Bijzonder bevoorrechte schuldeisers, die hun vordering hebben toevertrouwd aan de curator

4. Schuldeisers met algemeen voorrecht (kennen!) 5. Gewone schuldeisers

= geld moeten van gefailleerde maar geen enkele waarborg

In praktijk (1+2+3 wordt meestal uitbetaald heeeel soms 4(sommige wel, sommige niet, klein deel terugkrijgen), 5 nooit)

Als curator vaststelt dat pot leeg is

 Gaat verslagen opstellen en steekt alle bewijsstukken erbij

 Bezorgt die aan de rb van koophandel waar rechtscomissaris die belast is met dossier een vergadering bijeenroepen van schuldeisers waarin ze gaan bespreken

 In orde: afsluiten van faillissement  failliete handelaar krijgt failliete boedel terug (vooral schulden)

Wie zijn curator? Gespecialiseerde advocaten  Betaald door failliete handelaar

(Dubbel persoon)

Hij behartigt de belangen van de schuldeisers (geeft geld terug)

Hij behartigt de belangen van de schuldenaar (curator kan zoeken naar overnemers)  Hedendaagse visie= curator = manager

Vroeger: innen, verkopen en verdelen Nu: curator voert ook beleid

Wie zijn rechtercommissaris

(32)

Houdt toezicht op de curator

Soms heeft de curator toestemming nodig van rechtercommissaris Problematiek van de verdachte periode

U voelt een faillissement aankomen

Sommige mensen zijn optimistisch van aard, die denken dat ze nog uit een failissement kunnen komen

= bijna iedereen ziet zijn faillissement aankomen, wat u absoluut niet wilt is dat uw naaste niks terugkrijgen (Vb. ouders die geld geven die zich dan in klasse 5 bevinden) Deze schuldeisers bevinden zich in de hogere klasse, krijgen altijd hun geld

Belastingen Banken

Sociale zekerheid

U kan zeggen tegen uw naaste

- Mensen zeggen tegen hun naaste dat ze goederen mogen komen halen of verkopen tegen 70%

- Mensen beginnen zaken te verstoppen  Problematiek probeert hier iets tegen te doen

Curator zal aan rechtbank van koophandel vragen om een verdachte periode in te stellen  alle transacties bekijken en alles wat ten onrechte is verdwenen (wat dit doe je om je hoge schuldeiser te benadelen) moet terug komen

Verdachte personen berekenen/instellen

Vonnis (datum van staking van betaling)

Als er indicaties zijn van benadeling: kan datum van staking van betaling naar verleden terug) plaatsen en tot 6 maand voor vonnis van faillissement

Verdachte periode is een periode tussen datum van staking van betaling en vonnis van faillissement (max 6maand)

Artikel 16,17,18,19,20

Artikel 17: Betrekking op de goederen die ‘verstopt’ worden: dit kan niet: goederen moeten terugkomen

(33)

- handelingen waarbij men goederen begint weg te schenken  roerende

- Niet wegschenken maar verkopen voor goedkope prijs

- Alle betalingen wegens niet vervallen schulden

Schuldeiser terugbetalen nog voor de schuldtermijn is afgelopen (moet terugkomen)

- Alle betalingen anders in geld of handelspapier wegens vervallen schulden

Wanneer je uw schulden niet kan afbetalen in geld maar je probeert deze af te betalen in goederen

- Iemand waarborg geven voor vroegere schuld

U kan in de verdachte periode geen waarborg geven voor een reeds aangegane schuld

Artikel 18: heeft betrekking op de verdachte periode maar de handelingen zijn normale handelingen, vb. u bent failliet gegaan 14 december maar 1 december schuldvordering terugbetaald die terugbetaald moest worden

Vb. goederen verkopen tegen een schappelijke prijs

Het is mogelijk dat men voor die normale transacties kan beslissen dat de goederen die verdwenen zijn dat die toch moeten terugkomen wanneer die transacties hebben geleid tot een benadeling van de schuldeisers

Als er aangetoond kan worden dat de persoon aan wie u geld betaald hebt (terugbetalen schuld) wist dat u in staking van betaling zat  geld moet terug komen

Schuldeisers moeten gelijk behandeld worden

Artikel 19: u kan leningen aangaan vlak voor u vonnis van het faillissement, maar schuldeisers eisen altijd een waarborg eisen

Vb. een hypotheek leggen

Eens u een hypotheek hebt gelegd, moet dat ingeschreven worden, u kan proberen naar de buitenwereld de indruk te geven dat u goederen beslist die onbelast zijn

 U krijgt een lening, een hypotheek gelegd, maar u wacht met het inschrijven in het register

 19 wilt dit vermijden dat u een goed geeft als waarborg maar wacht met de inschrijving om naar derde toe de indruk te geven aan derde dat die onbelast is

 Als u te lang wacht zal ook de hypotheek niet tegenstelbaar zijn aan derde 17,18,19 betrekking op verdachte periode (6maand)

U kan al goederen beginnen weg te doen voor de 6 maand of na het vonnis van het faillissement (artikel 16 en 20)

Artikel 16: betrekking op de per

Eens er een vonnis van faillissement is, is alles wat u doet daar houdt men geen rekening mee  alle goederen moeten terug komen

Artikel 20: handelingen of betalingen verricht met de bedoeling om schuldeisers te benadelen  geld of goed moet terug komen

(34)

 ongeacht welke datum dit is gebeurt (ook voor de 6 maand)

Probleem; curator zal moeten bewijzen dat u met bedrieglijke benadeling van uw schuldeisers hebt gehandeld

17 is het bewijzen irrelevant

Actief en passief van het faillissement Actief

- Goederen die terugkomen ten gevolge van de verdachte periode

- Goederen in bezit

- Goederen die nog toekomen (Vb. bestellingen) Niet

- Bevoorrechte goederen

- Goederen waarop schuldenaar recht heeft

Passief

- Schulden van de failliete boedel

 Alle schulden die u gemaakt hebt ten aangaan van uw faillissement  Schulden in de boedel

= schulden naar aanleiding waarvan u failliet bent gegaan, die de reden vormen waarom u in faling bent gegaan

1. Schuldvorderingen van de schuldeisers met een algemeen voorrecht 2. Schuldvorderingen van de gewone schuldeisers

3. Schuldvorderingen van de bevoorrechte schuldeisers waarvan de waarborg te klein was voor de schuldvordering

Vb. lening bedroeg een miljoen, verkocht goed bracht 800 000 euro op  resterende schuld 4.

5 Soorten schuldeisers bij een faillissement

1. Hypotheek schuldeisers (waarborg onroerend goed)

2. Panthoudende schuldeisers (waarborg roerend goed = contractuele waarborgen) 3. Schuldeisers met een bijzonder voorrecht (wettelijke waarborg)

= u krijg een goed van de wet aangeboden als waarborg 4. Se met een algemeen voorrecht (wettelijke waarborg)

Voorrecht lig op een algemeenheid van goederen, ze hebben op alle goederen een waarborg maar niet een bijzondere op een welbepaald goed

= grootste categorieën bij faillissement = sociale zekerheid, belasting, werknemers

5. Gewone schuldeisers (geen waarborg) Vb. mensen die voorschotten betalen

(35)

Fixatiebeginsel: in welke categorie zit u? Wie u bent wordt bepaald op het moment van vonnis van faillissement

Na vonnis van faillissement kan uw positie niet meer veranderen

Bij een faillissement de eerste 3 categorieën van schuldeisers eigenlijk buiten het faillissement blijven

 Wanneer het vonnis wordt uitgesproken moeten alle schuldeisers bij de curator hun schuld moeten aangeven

 Curator zicht krijgen op schulden + verificatie van de schuldvordering (schulden worden bevroren)

 Curator zal nagaan of u wel degelijk gelijk hebt

Proces-verbaal van de verificatie van de schuldvorderingen

= Curator die schuldvorderingen heeft nagekeken en uw zich bevind in bepaalde categorie Als proces verificatie heeft plaatsgevonden zullen de eerste 3 hun vordering terug kunnen uitoefenen

- Want bepaald goed als waarborg: schuldeisers kunnen dit goed verkopen en geld innen

 Eerste 3 kunnen vordering uitoefen maar ook toevertrouwen aan de curator (curator kan goederen verkopen)

 Laatste 2 moeten hun vordering altijd afstaan aan de curator

 Wanneer er meer wordt opgebracht dan de schuld is, gaat dit in de pot van de curator  Wanneer het te weinig opbrengt, valt u als schuldeiser onder categorie 3: schulden in de boedel

Problematiek van de onbetaalde verkoper van roerende goederen

Op het moment dat hij de goederen geleverd heeft, ziet hij dat de andere onderneming failliet is

- 1. Bijzonder voorrecht

Hoe kan de onbetaalde verkoper zijn positie veiligstellen?

- 2. Clausule van eigendomsvoorbehoud

Hoe kan de onbetaalde verkoper zich nog veiligstellen?

= u verkoopt goederen en u zegt ‘zolang u niet betaald hebt, blijven de goederen van mij’ U gaat de goederen uit het faillissement mogen uithalen

 Kan alleen als de goederen nog in de onderneming zijn (als ze al verkocht zijn kan het niet meer spelen, moet nog in het vermogen zitten)

 Als de nieuwe koper nog moet betalen kan u het bedrag opeisen, aanspraak maken op bedrag

 Essentiele voorwaarde: clausule van eigendomsvoorbehoud kan alleen maar spelen als ze schriftelijk is vastgelegd voor de goederen geleverd worden

Problematiek van de lopende contracten

(36)

Contracten blijven gewoon verder lopen ze worden niet beëindigt

Want als faillissement het einde van alle contracten zou zijn komt de curator aan het hoofd te staan van een lege onderneming (dan kan ze niet verder verkocht worden)

2 uitzondering waarbij lopende contracten toch ten einde lopen door faillissement

- Uitdrukkelijk ontbindend beding Vastgelegd in clausule in contracten

- In tutui personae overeenkomsten

Persoon van de contractpersoon is zo belangrijk dat men enkel met die persoon overeenkomst wou sluiten

MAAR (!) uitzondering: situatie waar ondanks dat de overeenkomst in tutui personae is ze toch blijft verder lopen

- Arbeidsovereenkomsten

Alle werknemers op straat zetten door curator als de onderneming failliet gaat, het loon van de werknemers zal na het faillissement schulden van de boedel worden

 Loon werknemers zal gekwalificeerd worden als een schuld van de boedel omdat deze schulden als eerst terug betaald worden

 Eerst iedereen ontslagen en daarna eventueel paar mensen opnieuw aannemen tegen nieuwe voorwaarden

Problematiek van de verschoonbaarheid

Probleem dat zich stelt voor fysieke personen die failliet gaan

Als schuldeisers vorderingen nog kunnen uitoefenen dan kan eigenlijk nooit als fysieke persoon nog iets bezitten  wat je ook verdient wordt opgeëist (door schuldeisers)  Oplossing recht op verschoonbaarheid

Als u als fysieke persoon failliet gaat, worden als uw schulden kwijt geschonden (= verschoonbaarheid) u kan volledig met een propere lei beginnen

Recht enkel gekregen als u

- Ongelukkig

Failliet gegaan maar door omstandigheden buiten u om

- Tergoeder trouw

Faillissement mag niet in combinatie zijn met allerlei foute praktijken

WCO Doel?

(37)

Als u in financiële moeilijkheden zit dan willen we u wel de kans geven om het geheel van de onderneming of een deel van de onderneming te redden

Wie?

Handelaren, zal maar slechts spelen indien de handelaar zelf het initiatief geet 2 fases

1. Preventieve fase of buitengerechtelijke reorganisatie

WCO stelt wettelijk kader om met schuldeisers akkoorden te sluiten om bedrijven te redden Vb. uitstel van betaling, andere terugbetaling, deel kwijtschelden

 Speelt zich af buiten de rechtbank van koophandel (in schaduw van de rechtbank) zo zijn andere mensen niet op de hoogte dat u in moeilijkheden zit

Overeenkomst sluiten met minstens 2 schuldeisers

Problematiek: hoe handelen met overheid of grote banken?

U kan aan de rechtbank van de koophandel vragen (los van procedure) kan een ondernemingsbemiddelaar aanstellen = gespecialiseerd persoon

 Oppassen want wordt niet uw raadsman, moet functioneren als onafhankelijk persoon tussen schuldenaar en schuldeisers

2. Gerechtelijke reorganisatie

U gaat wel een vordering instellen bij de rechtbank van koophandel  Andere zullen weten dat u in problemen zit

Onmiddellijk 2 grote gevolgen

- Vanaf dat moment kan u niet meer failliet verklaard worden

- Vanaf instellen vordering schulden worden bevroren: schuldeisers kunnen niet meer beginnen uitvoeren, geen beslag leggen op uw goederen

Procedure van bescherming tegen uw schuldeisers

Rechtbank van koophandel zal rechter aanduiden en onderzoekt of alle formele vereisten en voorwaarden vervuld zijn (gebeurt voor dat u de gerechtelijke organisatie krijgt)

Voorwaarde voor gerechtelijke organisatie: continuïteit bedrijf is in gevaar

- Nu

- Op termijn

 Continuïteit zal worden aangetast

Rechter luistert naar schuldenaar en schuldeisers en brengt verslag uit aan rechtbank van koophandel

 Rechtbank van koophandel beslist achter gesloten deuren (raadkamer) (men wil de pers op afstand houden)

(38)

1. Niet in aanmerking voor gerechtelijke organisatie dus glijdt af naar faillissement  er viel waarschijnlijk niets meer te redden (maar niet uitgesproken in hetzelfde vonnis)

2. Wel in aanmerking: geeft termijn om orde op zake te stellen

- Eerste termijn max 6m

- Kan verlengd worden met tweede termijn van max 6m

- Kan nog eens verlengd worden met 6m in uitzonderlijke omstandigheden

- Nog eens 6m onder bepaalde voorwaarden

 Realiseren binnen max 24 maanden

Wat doen tijdens die periode? 3 dingen doen/reddingsmethodes (niet of-of-of, kan bv beginnen met eerste en 2de proberen)

1. Gerechtelijke reorganisatie door minnelijk akkoord:

Kan met schuldeisers (min 2) akkoord sluiten en kan hulp vragen aan gerechtsmandataris (in alle rust en veiligheid) = zelfde als in preventieve fase, maar met verschil dat u hier

beveiliging heeft tegen schuldeisers (want kunnen vorderingen niet uitoefenen)

 Akkoord bereikt: rechtbank van koophandel zal overeenkomst bekrachtigen en dan wordt gerechtelijke reorganisatie beëindigt

U komt terug op de markt terug, waarschijnlijk zijn uw grootste schulden vervallen door akkoord

2. Gerechtelijke reorganisatie door collectief akkoord: met alle schuldeisers akkoord sluiten  Inventaris opmaken van alle schuldeisers met alle schuldvorderingen

 Herstelplan opstellen (kan gerechtsmandataris vragen) = document met 2 delen: - beschrijvend gedeelte (= aangeven wat moeilijkheden zijn oorzaak problemen en problemen)

- beschikkend gedeelte (= aangeven hoe problemen opgelost kunnen worden) Vb. uitstel betaling

Herstelplan voorgelegd aan alle schuldeisers: gaan stemmen over herstel en betalingsplan, haalt u niet vereiste meerderheiden kan u derde situatie proberen

 Goedgekeurd voorgelegd aan rechtbank van koophandel en geven homologatie (soort bekrachtiging) en dan eindigt gerechtelijke reorganisatie en dan begint plan te werken (= bindend voor alle schuldeisers en ook voor diegene die niet akkoord gingen) plan mag max 5j duren

3. Gerechtelijke organisatie door overdracht onder rechterlijk gezag

Rechtbank van koophandel stelt sowieso rechtsmandataris aan en gaat heel onderneming of deel verkopen gaat op zoek naar overnemers

Als alle 3 mogelijkheden mislukken of doet zelf niets: dan voorziet WCO een oplossing  Derden (andere ondernemingen) kunnen vordering instellen aan rechtbank van koophandel om onderneming geheel of gedeeltelijk over te nemen

Kan in 3 fases ook altijd verkeerd gaan en kan dan failliet verklaard worden, ook als u akkoord niet naleeft faillissement kan altijd volgen

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het begrip democratie in de rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens.. Pluralisme als kern van de democratische samenleving

Want voor velen zal zichtbaar zijn dat in de rechtspraktijk, ook zoals die wordt weergegeven in de publieke media, niet uitsluitend juristen als professionele actoren optreden,

Hoezeer de overheid er mmiddels van uitgaat dat ICT deel is gaan uitmaken van het maatschappelijke speelveld kan, bijvoorbeeld, woiden afgelezen uit de recent in werkmg getreden

Als de toepassing van vreemd recht gevolgen heeft die ken- nelijk onverenigbaar zijn met normen en waarden die voor Nederland van fundamenteel belang zijn, worden toepassingen

Doordat het hier vooral gaat om teksten worden (veel) analyses door mid- del van text mining -technieken uitgevoerd. Met behulp van technieken wordt informatie uit

De poëtica van Andere tijden laat zien dat geschiedenis niet alleen altijd een proces van bewerking is, maar dat de kunst van een geschiedenisprogramma op broadcast televisie maken

As the central focus of this dissertation is how our relation with the online domain plays a role in our online moral practices, I will analyze how the current theories describe