• No results found

Invloed leeftijd ouderdieren op bewaarmogelijkheden broedeieren

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Invloed leeftijd ouderdieren op bewaarmogelijkheden broedeieren"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Invloed leeftijd ouderdieren op bewaarmogelijkheden

broedeieren

R. Meijerhof, onderzoeker vermeerdering

J. van Harn, technisch medewerker slachtkuikenhouderij

Als broedeieren gedurende langere tijd worden bewaard lopen de broedresultaten

terug. Dit effect is echter sterker voor eieren van oude moederdieren dan voor eieren

van jonge dieren.

Inleiding

Vrijwel iedereen die met broedeieren werkt weet dat de broedresultaten teruglopen als de eieren gedurende langere tijd moeten worden bewaard, ook als de bewaaromstandigheden goed zijn. In de literatuur wordt vaak aangegeven dat de broedresultaten na ongeveer 7 dagen bewaren teruglopen met ongeveer 0,5% minder kuikens van de ingelegde eieren per dag langer bewaren. Toch is men in de praktijk soms genoodzaakt om broedeieren gedurende een langere periode te bewaren, veelal als gevolg van een bepaalde marktsituatie. Om de invloed van de bewaarduur op de broedresultaten onder de huidige omstan-digheden te onderzoeken zijn bij het Praktijkon-derzoek voor de Pluimveehouderij een aantal proeven gedaan. In een van deze proeven is onderzocht wat de invloed van de leeftijd van de moederdieren is op de bewaarmogelijkheden van de broedeieren.

Proefopzet

De proef is uitgevoerd met 31.200 broedeieren, afkomstig van twee koppels Ross moederdieren. De koppels waren bij de aanvang van de proef 32 en 56 weken oud. Van elk koppel werden gedurende 12 dagen elke dag 1300 broedeieren verzameld. Na 12 dagen verzamelen werden de eieren ingelegd, waarbij per koppel de eieren van 3 dagen bij elkaar genomen werden. Hieruit ontstaan dan 4 bewaarperioden, namenlijk bewaring gedurende 1 tot 3 dagen, 4 tot 6 dagen, 7 tot 9 dagen en 10 tot 12 dagen. Per bewaarpe-riode werden van elk koppel moederdieren 3900

eieren ingelegd. Alle eieren werden bewaard bij een temperatuur van 18’C. Na afloop van de bewaarperiode werden alle eieren tegelijkertijd ingelegd, op 7 dagen geschouwd en op 18 dagen overgelegd. Na 22 dagen broeden werd het aan-tal gezonde kuikens per groep vastgesteld.

Resultaten

In tabel 1 staat het percentage gezonde kuikens van de ingelegde eieren vermeld.

Tabel 1: percentage kuikens van ingelegde eieren van jonge (32 wkn) en oude (56 wkn) moederdieren. Bewaartijd Leeftijd (weken) 32 56 1-3 dgn 88,O 86,9 4-6 dgn 89,5 86,4 7-9 dgn 89,l 81,9 10-12 dgn 86,8 79,6

Uit deze gegevens kunnen we constateren dat, hoewel de bevruchtingsresultaten uiteraard niet voor beide koppels gelijk zijn, ook bij de oude moederdieren de broedresultaten nog bijzonder goed waren.

In de groepen die niet langer dan 3 dagen be-waard zijn, zien we dat het percentage kuikens van de ingelegde eieren voor beide leeftijden nagenoeg gelijk is. Na 4 tot 6 dagen bewaren

(2)

zien we nog geen duidelijke teruggang in broed-resultaten. De jonge moederdieren hebben zelfs een iets beter broedresultaat. Na 7 tot 9 dagen bewaren zien we echter dat de broedresultaten van de jonge moederdieren praktisch op hetzelf-de niveau blijven, terwijl die van hetzelf-de ouhetzelf-de moe-derdieren met ongeveer 5% dalen. Na 10 tot 1 2

dagen bewaren zien we dat ook de broedre-sultaten van de jonge moederdieren iets gaan dalen (1,2% ten opzichte van 1 tot 3 dagen be-waren). Bij de oude moederdieren zien we dat de afname van het broedresultaat veel sterker is (7,3% ten opzichte van 1 tot 3 dagen bewaren). Uiteraard moeten we voorzichtig zijn met het trekken van conclusies uit deze resultaten, om-dat we in feite twee verschillende koppels moe-derdieren aan het vergelijken zijn. De weerstand van de kuikens zou van deze koppels kunnen verschillen, nog los van de leeftijd, waardoor de reactie op bewaring anders zou kunnen zijn.

Echter, in een ander experiment werd een soort-gelijke tendens waargenomen. In dit experiment werden eieren van dezelfde moederdieren ge-bruikt, die op twee verschillende leeftijden wer-den verzameld. Van dit experiment zal in een later stadium nog uitgebreider verslag worden gedaan.

Conclusies

Uit de resultaten die tot nu toe zijn ver-kregen kan worden afgeleid dat eieren van oude moederdieren minder goed be-stand zijn tegen langdurig bewaren dan eieren van jonge moederdieren, zelfs als de bevruchtings- en broedresultaten op zich nog goed zijn. Als men genood-zaakt is om vanwege de marktsituatie broedeieren langer te bewaren zou men hiermee vanuit de broederij rekening kunnen houden.0

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Nadat de nog hete eieren in de gekleurde oplossing zijn gebracht, ontstaan er kleine belletjes op de eieren. Dit komt door de reactie van de zure oplossing met het

De in de oplossing aanwezige kleurstof hecht zich aan het ei.. Er vindt dus

The study's results, from a survey of a sample of 759 respondents from across 11 North West provincial public service departments showed that for individual level

In aansluiting hierop noemen CROSSLEY (1964) en FERGUSON- LEES (1965) nog twee andere methoden, die een vocht- ofwel tempera- tuurregulerende werking hebben, vermoedelijk zowel

Van verschillende plantensoorten die kenmerkend zijn voor (voorheen) soortenrijke droge en natte heiden en heischrale graslanden is in zowel hydrocultures als met pot-

Deze grondnesten zijn makkelijker te vinden door vossen, roofvo- gels en andere dieren die kuikens eten.. Daarom moeten de meeste kuikens die laag bij de grond gebo- ren worden,

Omdat deze grondnesten makkelijker te vinden zijn door vossen, roofvogels en andere dieren die kuikens eten, moeten de meeste kuikens die laag bij de grond geboren worden, snel

het gevolg van een complex samenspel van geringer wordende cyclustijden, toenemende bakvullingsgraad en toenemende uitleveringsfactor van de grond, waarbij de laatste twee