• No results found

Mangaanvastlegging op gestoomde grond (pottenproef 1972 - 1973)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Mangaanvastlegging op gestoomde grond (pottenproef 1972 - 1973)"

Copied!
18
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Proefstation voor de Groenten- en Fruitteelt onder Glas te Naaldwijk

-MANGAANVASTLEGGING OP GESTOOMDE GROND (POTTENPROEF 1972 - 1S73)

door :

ing.S.J. Voogt * ,

Naaidwijk, februari 1974 No.74'647. '

(2)

I N H O U D

Doel . '

Proefopzet '

Verloop van de proef ' ;

Resultaten .

Grondonderzoek

Gewasonderzoek

Correlaties tussen de resultaten van grond- en gewasonderzoek Conclusies

(3)

van mangaanoxiderende bakteriën aan een gestoomde grond van invloed is op de mangaanópname van sla.

Proefopzet

De teelt.vond .plaats in emmers. In de proef werden de volgende

faktoren opgenomen : '

a. GRONDSOORT .

A, Kleigrond (Van Winden)

' ' B. ' Kleigrond (Vieveen)

b. BEHANDELING VAN DE GROND

1. Controle

. ' *

2. Stomen

3. Stomen en daarnar~ " !5% ongestoomde grond toevoegen

4. Stomen en daarna TDakteriën (oud) toevoegen

5. Stomen en daarna . -J-. ^5 .bakteriën (nieuw) toevoegen

Deze proef werd aangelegd in drie herhalingen volgens het schema weergegeven óp bijlage 1. Elk proefvak omvatte 2 emmers met 2 planten per emmer.De bakteriën werden toegevoegd in de vorm van een suspensie.

GRONDONDERZOEK

Tijdens de -teelt werd de grond onderzócht op aktief- en uitwissel­

baar mangaan, . '

GEWASONDERZOEK

Bij het.oogsten van de sla werden gewasmonsters genomen en onder­

(4)

Op 23 augustus werd een gedeelte van beide kleigronden gestoomd. De tijdsduur van het stomen was circa 10 uur. De in.de proef opgenomen kleigronden waren van de volgende bedrijven afkomstig :

Kleigrond A - Van Winden, Pijnacker

Kleigrond B - Vieveen, • Bleiswijk

Op 25 augustus werden de verschillende behandelingen klaargemaakt. De 5%-ongestoomde grond werd goed door de grond gewerkt. De man-gaanoxiderende bakteriën werden in de vorm van een suspensie aan de gestoomde grond toegevoegd?, de grond werd daarna goed gemengd. De zogenaamde oude mangaan-oxiderende bakteriën,zijn-.geïsoleerd uit een incubatieproef waarin werd vastgesteld dat deze bakteriën

: ' : 1

m staat waren het mangaan te oxideren (Zie intern verslag ). De nieuwe' mangaan-oxiderende bakteriën waren geïsoleerd uit een bngestoomde kleigrond.

Zowel van de gestoomde- als van de ongestoomde grond werden monsters genomen en geanalyseerd. In tabel 1 zijn de resultaten weergegeven. Grondsoort .°^:!caC0 i stor1 31 1 1 PH Fe 1 Al ! NaCl 1 1 Gloei-j rest J N 1 1 p ! 1 K Mg Mn 1 ! 1 1 1 1

Ongestoomde klei k- 'it! 7,9; 7,2 o 00 0,5' 34 0,3 7 j 9 • 5,3j 22 18. 40

Gestoomde .klei A ! loi 6,8 !

i 1 1 7,3 '2,0 i,oj 26 0,36 ; 7 3,0} 24 18 84 Ongestoomde klei B. . f10 ! 5,2 i i l 7,3 1,0 0,3j 51 0,40} 12 2,4} 14 14 10 Gestoomde klei B 12 i 5,2 i 1 ! ! 7,3. 1,6 0,4j • 1 54 0,51 j 1 12 2-4! . 1 26 20 40

TABEL 1. -De analyses van de gestoomde- en ongestoomde gronden.

Op 26 september werd de sla gepootj 'ras Deciso. Op 3 oktober werd'de sla bijfcfemest. De behandelingen met kleigrond A werden bijgemest met 5 gram 13-57-0. per emmer en de behandelingen met

kleigrond B met 5 gram dubbelsuperfosfaat. Op 31 oktober werd

reeds mangaanovermaat waargenomen. De sla werd geoogst op 23

no--, vember. . '

Na de eerste teelt werd de grond bemonsterd voor een

(5)

onderzoek. De analyseresultaten zijn in tabel 2 weergegeven.

Grondsoort• NaCl

Gloei-rest N P K

• ' Mg .

Kleigrond A 54 0,38 8 17,4 18,1 20,1

Kleigrond B 55 0,38 4 7,6 12,4 13,5

TABEL 2. De analyseresutlaten van het bijmestonderzoek.

Op 11 december werd gestart met een tweede slateelt.' Het ras , . dat werd gebruikt was Noran. Op 20 december werd kleigrond A

/ ,

bij gemest met 2,5 gram NH^HO^ per emmer en kleigrond B met 2 g.

2 gram KNO^ en 1 gram NH^N03 per emmer. De sla werd geoogst op 19 maart. '

Resultaten

Bij het oogsten van de sla werd het gewas per vak gewogen. Tevens werd bij het oogsten van de eerste teelt het gewas be­ oordeeld op mangaanovermaat en toprand. Bij het oogsten van.de tweede teelt werd alleen beoordeeld op toprand. Bij de beoor­

delingen werden de cijfers 0-10 gegeven; naarmate het verschijnsel ernstiger was, werd een hoger cijfer gegeven.

Een volledig overzicht van de resultaten is weergegeven in de

bijlagen 2 en 3. ; :

GEMIDDELD KKQPGEWICHT . , .

Het gemiddeld kropgewicht werd berekend door het gewicht te delen door het aantal geoogste kroppen. In tabel 3 zijn de resul­

(6)

6. O) • S a) O — in •P *—1 h» v. I kQ 1 00 Q) CN CN H • rH 1 • r4 co CN 1 CN v I • X5 i-in H n •P H CU a) •P CN XI I. •m CO co CO rH rH 1 J-rH <J\ CO 1 VD 1 ro CO 1 ro 1 1 _i_ H 1 o •» ». 1 CO CN 1 CO rH rH 1 1 H KO ^ 1 O K *> 1 co ^ ! • ^ H rH I «-H en CN 1 KO k» w I CN ^ I CO H rH 1 rH I < m • S rH ko 1 en '(U ' *. k 1 u rH H J rH CN H J rH VO vH S. s O •«H ts •H S (U O M j-M Cj-M . •^1" ~] co LT) 1 rH •» •» 1 *. CM rH 1 CN rH rH 1 rH r» co *-< o 1 l£> ». •» 1 K co CO 1 Cl rH rH 1 î ks i î—î î tu 1 KS < m 1 "0 î

e

î î O a) . "1 CM M - d) ro en > Cn (1) c -p fi - ht <D <u 01 •H "nC •H X d) X! rH d)' •3 fi rH fi >o X3 0) •a C •a ft) io io CM to en •p (IJ tu x: fi •rl iS to MH XI Cn •H (U CD fi n) c •H C -P fd . tH rH Q) Gi > > >0 d) C <l) 0) 1—I •P fi î •P O A ft) d) > 0 XI H dS d) •H OS XI N •P Cn & XI to 10 m XI -P X n •P tyi d) r-1 3 •p tu O ft •Ö as d) •P 0 as to S-l fi . -p O O n (D ft X fi d) •P .fi U •H tU Cn ft S r* 0) •a H d) 'O ts •H s a Cn (U o w § EH tU •O

§

> fi tu •p fd •P H 2 10 <1J M Q) t5 S > ö • •rl <u a) > Q) Cn •ë § X m 'rA • & Q) •O •P •H" D •P .fi U •w

t

& M Ai M (D Cn O Xi c OS Q) fi (U s o •p to -p O) •H fi Cn fi r-1 Q) *0

§

ol X! •p n) >o . M •P Q) (Q •H fi o M Cn (U "Ö s o o •p to <u Cn a) KS

£

ßt fi (U e o •p to a) & t) M tu Cn o

.fi

M (d

!

o M •P . 0) X! '(d a •n •H rQ >a C o m Cn <U •O B O • O -p 10 <D Gi fi O <H> m (U >a Q) tU

£

(U 'd •n •H a c 0) Öl fi •ri fi rH • tu tu fi rH 15 •n '—I fi •r! •H ro N X! O <u tu •fi 0) X5 •P M X5 d) tu > . tf fd JJ à) •fH G Cn C •H 0) KS fi O d) c d) w (0 3 •P c (U rH r—! •H ä u to M d) n) 1 S •P d) XI •P (1) •H C Cn fi •H

«

d) tu Q >

(7)

Mangaanovermaat. .

In tabel 4 zijn de gemiddelde cijfers voor mangaanovermaat weer- '

gegeven. •

Tabel 4« De gemiddelde cyfers voor mangaanovermaat.

••••• TT^>>*^^Behande 1 ing G-r ond s o or 1 2 3 4 5 Gem A 0.7 4«7 2.0 3-3 4.7 3.1 B o O O 1.0 3-3 3-3 2.2 Gem. 0.3 4.0 1.5 3-3 4.0 2.6

Zoals blijkt, heeft het,'stomen-("behandeling 2) het optreden'van mangaanovermaat sterk bevorderd. By behandeling 3 (toevoegen ya,n tyfo ongestoomde grond) trad aanmerkelijk minder mangaanovermaat opc Het toevoegen van bacteriën (behandeling 4 5) bleek, niet vari invloed te zyn.

Toprand.

In tabel 5 zijn voor beide teelten de gemiüdelde toprandcyfers . weergegeven. " — - • - -• '

Tabel 5« De gemiddelde toprandcijfers voor de eerste en tweede teelt. - ,3 f . 1e. teelt.. . . ^-<^Behandfe 1 i Gr onds oor ng 1- 2. 3. 4. 5., Gem. ; •• . A B • • . ' 1 il 0.7 4i0 2.7 '3.0 1 • 3 3^3

2;

0 3^7

2 . 3

3.1' 1.8, • Gem. 1.2 3.3 2.2 2.7 2.8 2.5. : i 2e teelt -' Behandeling' Grondsoort 1 . 2. 3.. 4"; 5. • "Gem. A • B • -1i3 0^7 0i1 1 i 0 0i0 oo 0.3 0.0 OiO 0i0 o ' o £». -K Gem. 1.0 0.2 0.2 0.0 0.4. '

Uit de cijfers van de eerste teelt blijkt duidelijk dat het stomen het optreden van toprand heeft bevorderd. Bij de. overige behande­ lingen lag het 'toprandcijfer wat lager.

(8)

8.

De verschillen tussen de behandelingen "bij de tweede teelt waren

zeer gering, j ,

Grondonderzoek. " : : ' V

Aan het begin van-de eerste teelt en aan het eind van beide teelten werd de grond bemonsterd. In de monsters werden het aktief en het

uitwisselbaar mangaan bepaald. , •

Uitwisselbaar mangaan. " ,

In tabel 6 zyn de gehalten uitwisselbaar mangaan weergegeven. Tabel 6. Ket verloop van het gehalte uitwisselbaar mangaani Behandeling d.p.m . uitwisselbaar van

Behandeling ' 25-9-1972 23-11-1972' 19-3-1973' A-1 12 ;- 10 11 ••-:.-A-2 64 56 39 ' A-3 ' 44 - 27 18 A-4 62 53

36 •

A-5 ' 62 59 36

V--:B~

i 10 9 . • 10 B-2 44. • ,38 20 B-5 39/ •' 21 14 B-4 46 40 19 B-5

46

-

. ' 37 20 '

Zoals tylykt, heeft het stomen een sterke stijging van het'gehalte

' -'"«r « '

uitwisselbaar mangaan tot gevolg gehad. Eveneens blijkt, dat het "toevoegen van 5$ ongestoomde grond aan de gestoomde grond (A-3

en B-3) de mangaanvastlegging aanmerkelijk heeft versneld. Het toevoegen.van mangaanoxiderende bacteriën in de vorm van een suspensie'had op. beide grondsoorten geen invloed op de mangaan­ vastlegging. In figuur 1 is het verloop van het gehalte uitwissel­ baar mangaan in beeld gebracht.

Aktief mangaan. ' - •' /• •

In tabel 7 Min de gehalten aktief mangaaan weergegeven.

Tabel 7. Het verloop.van gehalte aktief mangaan. ; . . .

I • • • • • •

' i . •

(9)

-9-FIGUUR 1. Het verloop van het gehalte uitwisselbaar •mangaan bij de diverse behandelingen van

grondsoort A dpm Mn Q •' A 1 Q-——O A 2 X 1 'X A ^ ~A 5 _L JL 25/9 23/11 19/3 datum -10-V

(10)

10.

Behandeling d.p ëm. aktief mangaan

- ' • : 25-9-1972 . 23-11-1972 19-3-1973 A-1 108 123 100 . A ± 2 97 ; 95 '

.

90 -

,

:

:

A-3 • • ' 93 • 75 . V 90 ' ;;; A-4 88 ; 77 ••• • . 82 A-5 • 95. 98- ; : 86 . B-1 ' 68. 74 : 6

5

:

B-2 50. 53 • .

42

, , : , • v B-3 62. 68 .. 61 ' Br4 60- 64 55 B-5

54 •

64

5.3

Uit tabel 7 "blijkt, dat "bij beide grondsoorten het gehalte aktief mangaan na het stomen wat is gedaald. Eveneens blijkt, dat het aktief mangaangehalte op kleigrond B aanmerkelijk lager ligt dan

op kleigrond A. Vergelijken we de gehalten van de bemonsteringen, dan blijkt het aktief mangaangehalte met het verloop van de tijd

wat te dalen. ; • - ,

Gewasonderzoek» • * •

Bij het oogsten van zowel de eerste als de tweede teelt werd het gewas bemonsterd. Per emmer-werden twee halve kroppen in onder­ zoek genomen. In de monsters werden het ijzer en mangaangehalte bepaald. In täbel 8 zijn de resultaten van het gewasonderzoek

weergegeven.

-Tabel. 8. De resultaten van he.t gewasonderzoek. ...

Behandeling d.p.m. •Mn ' d.p.m. Fe

1e teelt 2e' teelt 1e teelt 2e teelt

A-1 - 46 . ' 34 \ 406 610 A-2 407 . 165 209 302 A-3 174: 65' 446 552 A-4

42Ô :

148 ' 228

24O

A-5 • 5 3 5 172 • . 261 . 396 B-1 . ' 3° 33 ' 239

461

B-2 299, , '

107 •

. 242 . 348 B-3 186

6 8 . . ' .

580 760 B-4 314 . 92 254 / 434 B-5 277 98 . ' 377 618

(11)

Uit tabel 8 blijkt duidelijk de invloed van het stomen op de manr-- . gaanopname van sla. Als gevolg van het stomen nam het mangaange­ halte in de grond sterk toe (zie tabel é), wat direkt.in het man-gaangehalte van het gewas tot uiting komt. Het toevoegen van 5$ ongestoomde grond (behandeling A-3 en B-3) heeft heel duidelijk de mangaa'nvastlegginjg in de grond bevorderd zodat het mangaange-halte in het gewas sterk is gedaald. Het toevoegen van baicte^iën in de vórm van een suspensie heeft geen invloed gehad. De mangaan-gehalten in het gewas van de tweede teelt zijn aanzienlijk lager. Bit is een gevolg van het feit dat een groot deel van het mangaan in de grond na verloop van tijd is vastgelegd, _ƒ•

De ijzergfehalten van het gewas verschillen sterk. De gehalten van • de tweede teelt zijn aanmerkelijk hoger dan die van de eerste teelt«

/

Correlaties tussen de resultaten van grond- en gewasonderzoek. Tussen de gehalten uitvrisselbaar mangaan van de grond en de mangaan-en ijzergehaltmangaan-en van het gewas zijn regressievergelijkingmangaan-en berekènd. By de berekening van de regressievergelijkingen voor het verband • tussen het mangaangehalte van de-grond en het mangaan- en ijzerge­ halte van het gewas werden de.resultaten van het grondohderzoek op 23 november en 19 maart verwerkt. De resultaten werden voor beide grondsoorten tezamen verwerkt.

-Bij de berekening van de regressievergelyking voor het verband tussen het mangaangehalte van de grond en het ijzergehalte van het gewas werden echter de resultaten van de behandeling A-1 e*i B-1 niet verwerkt. Bij deze behandelingen was de grond niet gestoomd waardoor de ijzeropname afweek van de gestoomde behandelingen. De gevonden regressie-vergelijkingen zyn in tabel 9 weergegeven.

Tabel 9« ' ... ' Regressievergelyking r -A_ B Y= ,9.13 x - 83^71 Y=9.38 x +702.78 ' ' -O

.92

; ' -0.81

Tabel 9. Regressievergelyking A voor mangaan uitwisselbaar (x) en mangaan gewas

(Y)

en regressievergelyking

B

voor man-•; gaan uitwisselbaar (x) en yzer gewas (

Y).

(12)

12.

• • . . . • /

Uit de correlatiecoëfficierifcen-"blijkt, dat- ér een vry nauw verband • bestaat tussen' het mangaangehalte van de grond en het mangaan-en ijzergehalte van" het gewas. De ijzeropname van het gewas wordt "blijkbaar tegengegaan door een hoog mangaangehalte in de grond. In de figuren 2 en 3 d.e ^eeds genoemde correlaties in beeld

gebracht. • - , . ' .

. Conclusies.

In een pottenproef werd nagegaan of het toevoegen van mangaanoxi-derende bacteriën 'aan gestoomde grond van invloed was op de man-gaanopname van sla.

TJit de resultaten is geblekenf dat het toevoegen van

mangaanoxi.-derende bacteriën in de vorm van ongestoomde grond effectief is»

/ .

De mangaanvastlegging in de grond werd door deze behandeling • aanmerkelijk versneld, wat een geringere mangaanopname door het gewas tot gevolg had.

I Het toevoegen van bacteriën in de vorm van een suspensie had geen invloed op de mangaanvastlegging. Een duidelijke verklaring is

hiervoor niet »aanwezig» ''

Voorts is uit de resultaten van grond- en gewasonderzoek gebleken, dat er een vrij nauw verband bestaat tussen de mangaangehalten van de grond en de mangaan- en ijzergehàlten,van het gewas.

(13)

800 600 400 200 9,38 x + 702,78 0 , 8 1 20 30 40 ; 50 60 Mn-uitv/isseïbaar *

(14)

14: Belage 1.

PLATTEGROND

5 '

A 2

1 8

B 1

3 1

A 3

1 " — 4 4

B 5

1

57

A 4

70

B 1

A 5

5 7

• B 3

30

A 2

IF 3

B 4

56

A 1

69

B 2

3

A 3

1 6

B 4

2 9

A 1

4 2 '

B 2

5 5

A.5

6 8

B 4

2

,A 1

1 5

B 5

2 8

A

a 4 i

B 3

. 5 4

A 2

6 7

B '3'

1 ' .

A 4

!

,

1 4

B 2

2 7

A 5 '

* 4 0 '

B 1

1 5 3

A3

6 6

B 5 J

(15)

-15-O m m m CT\ -3" KN VD T -a in o KN VD t— T—. ON r- -vt- KTv o vo m Ol T— vo CM KN KN KN •rx v— •t •tr* •r- \— Y- _ j Ö i (D S s \ cd U w fi •H i +5 m t— CM •IP\ 00 VO T~ C— t—

,fi

t— 00 o" VD LPv KN O KN KN O m LPv "=tf- -=tf- lt\ •"3" -3" •H 1 1 1 : i 1 1 i 1 1 i

£ r— CO i>-; roi O IP\ CO KN o O 0) KN o CM, IPv CO •=d- VD CM ON tr— ÖD m m LPv KN CM iPv •<3- IPv Pi 1 1 1 ; 1 1 1 1 1 I . 1 O 00 o VOt c— Y— KN •=j- VD o KN T— OI •çj- KN CM i— CM T— M • ipv m *vt- LPv vf •vh a o CM CM CM T— v- CM CM CM CM n v- V—_ r* \— • Y— r—f 1 j; -p I fi "vt" -3- ^t" -stf" •=t •«sh cd 1 i 1 1 1 1 1 1 i ^t- *3- KN KN •<3- •SF 1 1 1 1 1 1 1 1 1 i •<3- *3- •<3- ^f-VO •<3- KN C— LPv • O- G\ C—• co ' VD ; ITA LPv m m Lf\ T-1-. VO vo VD VO • -- fi 1 1 1 I

«

1 1 1 1 1 -P 0 ON O v- CD C~ O CM T— KN rH CM KN N*N CM CM <• •"vf Q> 1 1 1 1 J 1 1 1 1 1 CD CM m KN VT • CO f— VD IPv -P > T~ T— 1r" T~ <D t*D £ ï fi • 0) H -P —I CÖ <D T— • CM KS -sd- IPv T- CM K\ xj" LPv -p rb 1 I KS 1 I 1 1 1 1 1 1 rH fi <4 •«< •< -a! «si ffl m W m W 2 cd CQ rfi <D CD ' ! m 1

(16)

-16-I

CM Q) (53 iH •P? a -O • -V>» ta ITi CM oS O \— CM CO VD f-i— V_ ' ' . "t I •rJ ' •V • - » G • M A PJ Oi ( " - P i . . . , »_ fH O rói KS CM Ó CM CM r- CM CD 1 1 1 1 1 ! 1 1 1 1 (Oi ITv m m X— NA CM Ks NA :P? 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 o CM 1— KS -sf T— KS O CM CM a . ' O •CM vo O O O KS O Ô Ui TT \— TT * T_ v-T— •p ' -, •' • C • ( ' , a / u 0) > ' O fH O ^t- CM Ks ">d" o' NA . r- NA K\ œ 1 t ! 1 . 1 1 1 1 1 1 CH- CM m rOi vo O NA T~ : KS 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 o O ir\ NA -if O V~ "3" NA VO K\ i>- trs O CJ\ t- 00 VO LP\ Lf% ITA IIA- HA C"— VO vo vo VO Ö 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 -P œ CT\ O T— CO t-r- O CM 1— NA •**-rH Ai CM. K\ KA CM CM "3- <•' <0 M 1 1 1 1 I- 1 1 1. 1 1 <D CM LPi WA TT" co t- VO m -P i> T- •f" T- •«"" T_ 0) - r-tMD Ö Ö CD •H -P H $ v- CM NA ITS T- CM NA «tf- m -P •Ö 1 1 1 1 1 1 1 I 1 1

H S «âi «af «âj *âi ft m m . W m

2

W

<D <D . v

PH m

(17)

-17-• -17-• Ö -p CD i—1 <D X X CD -P > . ® CM " • W Ö a • CD •H NN -P rH 0 0 -P n3 M 1—! ß CÖ •Pl CÖ rH 0 G) m A m fci m m o v- vo. vo

CM

o co TT ••=}- in KN v- t— t~- m

T-K

\ in m

ON ON CM

TT

VO

to tC\ ^ t-r

VO O

K"N

"vf" KN ->t- CM CO I I II v- CVl O t-~

IA CO (A. CO

4 I m vc I I I O v" t t~— r-r\ CO CM KN m c— •"3-o •"3-o •"3-o

ON ^ O

in in N I I I I t- m vo N KN LCN KN CM CO •3-I t>-^ m in II I

VO VO

in oo T-•sh ^ I m m I 03 "3" in I I o

ON M ON

m -st- tn ON

CM

vo KN -*3" KN "vf-I I MN KN

KN

1 •"3-I <3-^ ^ *vl-I I I KN KN -I -I -I KN KN I "if-I "ij-CM I KN *=t *=J" I I KN "<• I I KN VO "sf" KN c— in m in lpv m. tn I I i l l ON O v- 00 t— CM m KN CM CM I I I I O ON t— CO vo r— vo vo vo vo I I I I t O CM t— KN ^f -I -I I I I CM m KN vr C0 t— VO in V- CM (T\ tj- in r CM Ift ^ in I I I I I I I 1 1 I <aJ<tJ«aî<tj<jJFQfE)fflFC!P)

(18)

'18.

Bijlage 5a.'

Resultaten 2e teelt.

Behandeling Yakken Cyfer topr.and

yom A-1 2-29-56 0-4-0 4 A-2 5-30-54

1-0-0 ••

1

A-3. ' 3-31-53. 0-0-0 0 A — 4 •1-28-57

1-0-0

1

A-5 . 4-27-35 0-0-0 0 B-1 18-40r70

1 -1-0

2 . B-2 14r42-69

I

0 1 0 3 B-3 17

-41-67

1-0-0

•1 B-4 16

-43.-68

0-0-0' J -, 0 : B-5 15

-44-66 •

0 0

1

0 0

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Voor het bereiken van een hoog niveau van bescherming van het milieu meest doeltreffende technieken om de emissies en andere nadelige gevolgen voor het milieu, die een inrichting kan

• Veel focus behoud opp intergetijdengebiden, meer kennis nodig over kwaliteit • Onderzoeken van verloop bodem temperatuur: relatie omgevingsfactoren,. droogvalduur,

Op basis van mogelijke aanwezigheid van gevaren in diervoedergrondstoffen en diervoeders, mogelijke overdracht van deze gevaren naar dierlijke producten én toxiciteit van de gevaren

In situaties waarbij de parkeerdruk in de openbare ruimte structureel hoog is, maar er nauwelijks gebruik wordt gemaakt van de parkeervoorzieningen op eigen ter- rein,

Een aanbestedende dienst of een speciale-sectorbedrijf stelt bij de voorbereiding van en het tot stand brengen van een overheidsopdracht of een speciale-sectoropdracht,

Met het aflopen van de planperiode van huidige beleidsplan Integrale Veiligheid 2008-2012, staat Heerhugowaard voor de opdracht een nieuw beleidsplan Integrale Veiligheid

Maar ook door alle Utrechters te stimuleren gezond te zijn en te blijven, door collectief te zorgen voor gezonde lucht en een gezonde leefomgeving.. Dit is ook zo onderstreept in

Tenslotte een eindnotitie op 21 augustus 2013 in de vorm van een lijst van producten en taken waarop onder nader aangegeven voorwaarden en bedingen een daarbij aangewezen vorm van